Emeprid 1 mg/ml
Bijsluiter – NL Versie
EMEPRID 1 MG/ML
BIJSLUITER
Emeprid 1 mg/ml oplossing voor oraal gebruik voor honden en katten
1.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
CEVA Santé Animale N.V. - Metrologielaan 6 - 1130 Brussel
Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte:
CEVA Santé Animale
Z.I. Très le Bois
22600 Loudéac
France
2.
BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
Emeprid 1 mg/ml oplossing voor oraal gebruik voor honden en katten
Metoclopramide hydrochloride
3.
GEHALTE AAN WERKZAME EN OVERIGE BESTANDDELEN
Elke ml bevat:
Metoclopramide (als hydrochloride) 0,891 mg, overeenkomend met 1 mg metoclopramide
hydrochloride
Methyl parahydroxybenzoaat (E 218) 1,3 mg
Propyl parahydroxybenzoaat 0,2 mg
Helder tot licht opaalachtige, stroperige vloeistof, kleurloos tot licht amber.
4.
INDICATIES
Symptomatische behandeling van braken en verminderde gastro-intestinale motiliteit geassocieerd
met gastritis, pylorus spasme, chronische nefritis en spijsverteringsintolerantie voor bepaalde
medicijnen.
5.
CONTRA-INDICATIES
Niet gebruiken bij bekende overgevoeligheid voor de werkzame bestanddelen of één van de
hulpstoffen.
Niet gebruiken in gevallen van gastro-intestinale perforatie of obstructie.
Niet gebruiken in geval van gastro-intestinale bloeding.
6.
BIJWERKINGEN
In zeer zeldzame gevallen werden extrapiramidale effecten gezien (agitatie, ataxie, abnormale posities
of bewegingen, uitputting, tremoren en agressie, vocalisatie) na behandeling van honden en katten.
Deze waargenomen effecten zijn voorbijgaand en verdwijnen zodra de behandeling is gestopt.
Alle bijwerkingen zijn gerangschikt op “frequentie” aan de hand van de volgende indeling:
- zeer vaak (meer dan 1 op de 10 dieren vertonen bijwerking(en) gedurende de duur van één
behandeling)
- vaak (1 tot 10 van de 100 dieren)
- soms (1 tot 10 van de 1.000 dieren)
Bijsluiter – NL Versie
EMEPRID 1 MG/ML
- zelden (1 tot 10 van de 10.000 dieren)
- zeer zelden (minder dan 1 van de 10.000 dieren, inclusief geïsoleerde rapporten)
Indien u ernstige bijwerkingen of andersoortige reacties vaststelt die niet in deze bijsluiter worden
vermeld, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen.
7.
DIERSOORTEN WAARVOOR HET DIERGENEESMIDDEL BESTEMD IS
Hond, kat.
8.
DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT , WIJZE VAN GEBRUIK EN VAN
TOEDIENING
Voor oraal gebruik. Het diergeneesmiddel moet direct in de bek toegediend worden.
0,5 tot 1 mg metoclopramide hydrochloride per kg lichaamsgewicht per dag, verdeeld in 2 of 3
toedieningen.
9.
AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
2,5 tot 5 mg/10 kg (overeenkomend met 2,5 tot 5 ml/10 kg), tweemaal daags
of
1,7 tot 3,3 mg/10 kg (overeenkomend met1,7 tot 3,3 ml/10 kg), driemaal daags.
Orale toedieningen kunnen herhaald worden met een interval van 6 uur.
10.
WACHTTERMIJN
Niet van toepassing.
11.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ BEWAREN
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Geen speciale voorzorgen voor de bewaring van dit diergeneesmiddel
Niet gebruiken na de vervaldatum vermeld op de verpakking en flacon na de letters EXP.
De vervaldatum verwijst naar de laatste dag van die maand.
Houdbaarheid na eerste opening: 6 maanden.
12.
SPECIALE WAARSCHUWINGEN
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren
De dosering moet aangepast worden bij dieren met nier- of leverinsufficiëntie (als gevolg van
verhoogd risico op bijwerkingen). Vermijd toediening aan dieren met epilepsie. Houd de dosering
nauwlettend in de gaten, vooral bij katten en honden van kleine rassen.
Na langdurig braken moet een vocht- en elektrolyten vervangende therapie in overweging worden
genomen.
In geval van braken na inname van de orale oplossing, de gebruikelijke interval tussen twee
toedieningen handhaven voordat het product weer wordt toegediend.
Speciale voorzorgsmaatregelen, te nemen door degene die het diergeneesmiddel aan de dieren
toedient
In geval van accidentele inname, vooral door kinderen, dient onmiddellijk een arts te worden
geraadpleegd en de bijsluiter of het etiket te worden getoond.
In geval van accidentele blootstelling door morsen op de huid of in de ogen, onmiddellijk spoelen met
veel water.
Als er bijwerkingen optreden, dient onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd en de bijsluiter of
het etiket te worden getoond.
Bijsluiter – NL Versie
EMEPRID 1 MG/ML
Was de handen na toediening aan het dier.
Gebruik tijdens dracht, lactatie of leg
Uit laboratoriumstudies bij laboratoriumdieren zijn geen gegevens naar voren gekomen die wijzen op
teratogene of foetotoxische effecten. Echter, studies bij laboratoriumdieren zijn beperkt en de
veiligheid van het werkzame bestanddeel werd niet geëvalueerd bij de doeldieren.
Gebruik van het product tijdens dracht en lactatie moet bepaald worden overeenkomstig de
baten/risicobeoordeling van de behandelend dierenarts.
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
In geval van gastritis, vermijd de toediening van anticholinerge geneesmiddelen (atropine) aangezien
deze het effect van metoclopramide op gastro-intestinale motiliteit kunnen tegenwerken.
Er is geen contra-indicatie voor het gebruik van anticholinerge geneesmiddelen in geval van
gelijktijdige diarree.
Gelijktijdig gebruik van metoclopramide met neuroleptica verkregen van phenotiazine
(acepromazine) en butyrofenonen, verhoogt het risico op extrapiramidale effecten (zie rubriek
bijwerkingen).
Metoclopramide kan de werking van depressiva van het centrale zenuwstelsel potentiëren. In geval
van gelijktijdig gebruik wordt het aanbevolen de laagste dosering van metoclopramide te gebruiken
om overmatige sedatie te voorkomen.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota)
De meeste klinische tekenen die werden gerapporteerd na overdosering zijn bekende extrapiramidale
bijwerkingen (zie rubriek bijwerkingen).
Bij afwezigheid van een specifiek antidoot, wordt het aanbevolen om het dier een rustige omgeving te
bieden totdat de extrapiramidale bijwerkingen zijn verdwenen.
Metoclopramide wordt snel gemetaboliseerd en geëlimineerd, bijwerkingen verdwijnen gewoonlijk
snel.
Onverenigbaarheden
Aangezien er geen onderzoek is verricht naar de verenigbaarheid, moet het diergeneesmiddel niet met
andere diergeneesmiddelen worden vermengd.
13.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET-
GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUELE RESTANTEN HIERVAN
Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de nationale
vereisten te worden verwijderd.
14.
DE DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Januari 2016
15.
OVERIGE INFORMATIE
Verpakkingsgrootte
Kartonnen doos met 1 flacon van 125 ml
Farmacodynamische eigenschappen
Metoclopramide is een oorspronkelijk orthopramide molecuul.
De anti-emethische werking van metoclopramide is voornamelijk het gevolg van zijn antagonistische
werking bij D2 receptoren in het centrale zenuwstelsel en voorkomt braakneigingen en braken
geprikkeld door de meeste stimuli.
Het prokinetische effect op de gastro duodenale doorvoer (verhoging in intensiteit en ritme van de
maag contracties en opening van de pylorus) wordt overgebracht door muscarine activiteit, D2
receptor antagonist activiteit en 5-HT
4
receptor agonist activiteit op gastro-intestinaal niveau.
Bijsluiter – NL Versie
EMEPRID 1 MG/ML
Farmacokinetische eigenschappen
Metoclopramide wordt snel en meestal volledig geabsorbeerd door het maagdarmkanaal na orale
toediening.
Metoclopramide wordt snel gedistribueerd naar de meeste weefsels en vloeistoffen, passeert de
bloed-hersen barrière en komt binnen in het centrale zenuwstelsel.
Metoclopramide wordt gemetaboliseerd door de lever.
De uitscheiding van metoclopramide gaat snel, 65% van de dosering wordt binnen 24 uur
uitgescheiden bij de hond, voornamelijk via de urine.
BE-V372522
Op diergeneeskundig voorschrift
EMEPRID 1 MG/ML
BIJSLUITER
Emeprid 1 mg/ml oplossing voor oraal gebruik voor honden en katten
1.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
CEVA Santé Animale N.V. - Metrologielaan 6 - 1130 Brussel
Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte:
CEVA Santé Animale
Z.I. Très le Bois
22600 Loudéac
France
2.
BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
Emeprid 1 mg/ml oplossing voor oraal gebruik voor honden en katten
Metoclopramide hydrochloride
3.
GEHALTE AAN WERKZAME EN OVERIGE BESTANDDELEN
Elke ml bevat:
Metoclopramide (als hydrochloride) 0,891 mg, overeenkomend met 1 mg metoclopramide
hydrochloride
Methyl parahydroxybenzoaat (E 218) 1,3 mg
Propyl parahydroxybenzoaat 0,2 mg
Helder tot licht opaalachtige, stroperige vloeistof, kleurloos tot licht amber.
4.
INDICATIES
Symptomatische behandeling van braken en verminderde gastro-intestinale motiliteit geassocieerd
met gastritis, pylorus spasme, chronische nefritis en spijsverteringsintolerantie voor bepaalde
medicijnen.
5.
CONTRA-INDICATIES
Niet gebruiken bij bekende overgevoeligheid voor de werkzame bestanddelen of één van de
hulpstoffen.
Niet gebruiken in gevallen van gastro-intestinale perforatie of obstructie.
Niet gebruiken in geval van gastro-intestinale bloeding.
6.
BIJWERKINGEN
In zeer zeldzame gevallen werden extrapiramidale effecten gezien (agitatie, ataxie, abnormale posities
of bewegingen, uitputting, tremoren en agressie, vocalisatie) na behandeling van honden en katten.
Deze waargenomen effecten zijn voorbijgaand en verdwijnen zodra de behandeling is gestopt.
Alle bijwerkingen zijn gerangschikt op 'frequentie' aan de hand van de volgende indeling:
EMEPRID 1 MG/ML
- zelden (1 tot 10 van de 10.000 dieren)
- zeer zelden (minder dan 1 van de 10.000 dieren, inclusief geïsoleerde rapporten)
Indien u ernstige bijwerkingen of andersoortige reacties vaststelt die niet in deze bijsluiter worden
vermeld, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen.
7.
DIERSOORTEN WAARVOOR HET DIERGENEESMIDDEL BESTEMD IS
Hond, kat.
8.
DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT , WIJZE VAN GEBRUIK EN VAN
TOEDIENING
Voor oraal gebruik. Het diergeneesmiddel moet direct in de bek toegediend worden.
0,5 tot 1 mg metoclopramide hydrochloride per kg lichaamsgewicht per dag, verdeeld in 2 of 3
toedieningen.
9.
AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
2,5 tot 5 mg/10 kg (overeenkomend met 2,5 tot 5 ml/10 kg), tweemaal daags
of
1,7 tot 3,3 mg/10 kg (overeenkomend met1,7 tot 3,3 ml/10 kg), driemaal daags.
Orale toedieningen kunnen herhaald worden met een interval van 6 uur.
10.
WACHTTERMIJN
Niet van toepassing.
11.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ BEWAREN
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Geen speciale voorzorgen voor de bewaring van dit diergeneesmiddel
Niet gebruiken na de vervaldatum vermeld op de verpakking en flacon na de letters EXP.
De vervaldatum verwijst naar de laatste dag van die maand.
Houdbaarheid na eerste opening: 6 maanden.
12.
SPECIALE WAARSCHUWINGEN
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren
De dosering moet aangepast worden bij dieren met nier- of leverinsufficiëntie (als gevolg van
verhoogd risico op bijwerkingen). Vermijd toediening aan dieren met epilepsie. Houd de dosering
nauwlettend in de gaten, vooral bij katten en honden van kleine rassen.
Na langdurig braken moet een vocht- en elektrolyten vervangende therapie in overweging worden
genomen.
In geval van braken na inname van de orale oplossing, de gebruikelijke interval tussen twee
toedieningen handhaven voordat het product weer wordt toegediend.
EMEPRID 1 MG/ML
Was de handen na toediening aan het dier.
Gebruik tijdens dracht, lactatie of leg
Uit laboratoriumstudies bij laboratoriumdieren zijn geen gegevens naar voren gekomen die wijzen op
teratogene of foetotoxische effecten. Echter, studies bij laboratoriumdieren zijn beperkt en de
veiligheid van het werkzame bestanddeel werd niet geëvalueerd bij de doeldieren.
Gebruik van het product tijdens dracht en lactatie moet bepaald worden overeenkomstig de
baten/risicobeoordeling van de behandelend dierenarts.
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
In geval van gastritis, vermijd de toediening van anticholinerge geneesmiddelen (atropine) aangezien
deze het effect van metoclopramide op gastro-intestinale motiliteit kunnen tegenwerken.
Er is geen contra-indicatie voor het gebruik van anticholinerge geneesmiddelen in geval van
gelijktijdige diarree.
Gelijktijdig gebruik van metoclopramide met neuroleptica verkregen van phenotiazine
(acepromazine) en butyrofenonen, verhoogt het risico op extrapiramidale effecten (zie rubriek
bijwerkingen).
Metoclopramide kan de werking van depressiva van het centrale zenuwstelsel potentiëren. In geval
van gelijktijdig gebruik wordt het aanbevolen de laagste dosering van metoclopramide te gebruiken
om overmatige sedatie te voorkomen.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota)
De meeste klinische tekenen die werden gerapporteerd na overdosering zijn bekende extrapiramidale
bijwerkingen (zie rubriek bijwerkingen).
Bij afwezigheid van een specifiek antidoot, wordt het aanbevolen om het dier een rustige omgeving te
bieden totdat de extrapiramidale bijwerkingen zijn verdwenen.
Metoclopramide wordt snel gemetaboliseerd en geëlimineerd, bijwerkingen verdwijnen gewoonlijk
snel.
Onverenigbaarheden
Aangezien er geen onderzoek is verricht naar de verenigbaarheid, moet het diergeneesmiddel niet met
andere diergeneesmiddelen worden vermengd.
13.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET-
GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUELE RESTANTEN HIERVAN
Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de nationale
vereisten te worden verwijderd.
14.
DE DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Januari 2016
15.
OVERIGE INFORMATIE
Verpakkingsgrootte
Kartonnen doos met 1 flacon van 125 ml
EMEPRID 1 MG/ML
Farmacokinetische eigenschappen
Metoclopramide wordt snel en meestal volledig geabsorbeerd door het maagdarmkanaal na orale
toediening.
Metoclopramide wordt snel gedistribueerd naar de meeste weefsels en vloeistoffen, passeert de
bloed-hersen barrière en komt binnen in het centrale zenuwstelsel.
Metoclopramide wordt gemetaboliseerd door de lever.
De uitscheiding van metoclopramide gaat snel, 65% van de dosering wordt binnen 24 uur
uitgescheiden bij de hond, voornamelijk via de urine.
BIJSLUITER
Emeprid 1 mg/ml oplossing voor oraal gebruik voor honden en katten
1.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
CEVA Santé Animale N.V. - Metrologielaan 6 - 1130 Brussel
Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte:
CEVA Santé Animale
Z.I. Très le Bois
22600 Loudéac
France
2.
BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
Emeprid 1 mg/ml oplossing voor oraal gebruik voor honden en katten
Metoclopramide hydrochloride
3.
GEHALTE AAN WERKZAME EN OVERIGE BESTANDDELEN
Elke ml bevat:
Metoclopramide (als hydrochloride) 0,891 mg, overeenkomend met 1 mg metoclopramide
hydrochloride
Methyl parahydroxybenzoaat (E 218) 1,3 mg
Propyl parahydroxybenzoaat 0,2 mg
Helder tot licht opaalachtige, stroperige vloeistof, kleurloos tot licht amber.
4.
INDICATIES
Symptomatische behandeling van braken en verminderde gastro-intestinale motiliteit geassocieerd
met gastritis, pylorus spasme, chronische nefritis en spijsverteringsintolerantie voor bepaalde
medicijnen.
5.
CONTRA-INDICATIES
Niet gebruiken bij bekende overgevoeligheid voor de werkzame bestanddelen of één van de
hulpstoffen.
Niet gebruiken in gevallen van gastro-intestinale perforatie of obstructie.
Niet gebruiken in geval van gastro-intestinale bloeding.
6.
BIJWERKINGEN
In zeer zeldzame gevallen werden extrapiramidale effecten gezien (agitatie, ataxie, abnormale posities
of bewegingen, uitputting, tremoren en agressie, vocalisatie) na behandeling van honden en katten.
Deze waargenomen effecten zijn voorbijgaand en verdwijnen zodra de behandeling is gestopt.
Alle bijwerkingen zijn gerangschikt op 'frequentie' aan de hand van de volgende indeling:
EMEPRID 1 MG/ML
- zelden (1 tot 10 van de 10.000 dieren)
- zeer zelden (minder dan 1 van de 10.000 dieren, inclusief geïsoleerde rapporten)
Indien u ernstige bijwerkingen of andersoortige reacties vaststelt die niet in deze bijsluiter worden
vermeld, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen.
7.
DIERSOORTEN WAARVOOR HET DIERGENEESMIDDEL BESTEMD IS
Hond, kat.
8.
DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT , WIJZE VAN GEBRUIK EN VAN
TOEDIENING
Voor oraal gebruik. Het diergeneesmiddel moet direct in de bek toegediend worden.
0,5 tot 1 mg metoclopramide hydrochloride per kg lichaamsgewicht per dag, verdeeld in 2 of 3
toedieningen.
9.
AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
2,5 tot 5 mg/10 kg (overeenkomend met 2,5 tot 5 ml/10 kg), tweemaal daags
of
1,7 tot 3,3 mg/10 kg (overeenkomend met1,7 tot 3,3 ml/10 kg), driemaal daags.
Orale toedieningen kunnen herhaald worden met een interval van 6 uur.
10.
WACHTTERMIJN
Niet van toepassing.
11.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ BEWAREN
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Geen speciale voorzorgen voor de bewaring van dit diergeneesmiddel
Niet gebruiken na de vervaldatum vermeld op de verpakking en flacon na de letters EXP.
De vervaldatum verwijst naar de laatste dag van die maand.
Houdbaarheid na eerste opening: 6 maanden.
12.
SPECIALE WAARSCHUWINGEN
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren
De dosering moet aangepast worden bij dieren met nier- of leverinsufficiëntie (als gevolg van
verhoogd risico op bijwerkingen). Vermijd toediening aan dieren met epilepsie. Houd de dosering
nauwlettend in de gaten, vooral bij katten en honden van kleine rassen.
Na langdurig braken moet een vocht- en elektrolyten vervangende therapie in overweging worden
genomen.
In geval van braken na inname van de orale oplossing, de gebruikelijke interval tussen twee
toedieningen handhaven voordat het product weer wordt toegediend.
EMEPRID 1 MG/ML
Was de handen na toediening aan het dier.
Gebruik tijdens dracht, lactatie of leg
Uit laboratoriumstudies bij laboratoriumdieren zijn geen gegevens naar voren gekomen die wijzen op
teratogene of foetotoxische effecten. Echter, studies bij laboratoriumdieren zijn beperkt en de
veiligheid van het werkzame bestanddeel werd niet geëvalueerd bij de doeldieren.
Gebruik van het product tijdens dracht en lactatie moet bepaald worden overeenkomstig de
baten/risicobeoordeling van de behandelend dierenarts.
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
In geval van gastritis, vermijd de toediening van anticholinerge geneesmiddelen (atropine) aangezien
deze het effect van metoclopramide op gastro-intestinale motiliteit kunnen tegenwerken.
Er is geen contra-indicatie voor het gebruik van anticholinerge geneesmiddelen in geval van
gelijktijdige diarree.
Gelijktijdig gebruik van metoclopramide met neuroleptica verkregen van phenotiazine
(acepromazine) en butyrofenonen, verhoogt het risico op extrapiramidale effecten (zie rubriek
bijwerkingen).
Metoclopramide kan de werking van depressiva van het centrale zenuwstelsel potentiëren. In geval
van gelijktijdig gebruik wordt het aanbevolen de laagste dosering van metoclopramide te gebruiken
om overmatige sedatie te voorkomen.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota)
De meeste klinische tekenen die werden gerapporteerd na overdosering zijn bekende extrapiramidale
bijwerkingen (zie rubriek bijwerkingen).
Bij afwezigheid van een specifiek antidoot, wordt het aanbevolen om het dier een rustige omgeving te
bieden totdat de extrapiramidale bijwerkingen zijn verdwenen.
Metoclopramide wordt snel gemetaboliseerd en geëlimineerd, bijwerkingen verdwijnen gewoonlijk
snel.
Onverenigbaarheden
Aangezien er geen onderzoek is verricht naar de verenigbaarheid, moet het diergeneesmiddel niet met
andere diergeneesmiddelen worden vermengd.
13.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET-
GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUELE RESTANTEN HIERVAN
Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de nationale
vereisten te worden verwijderd.
14.
DE DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Januari 2016
15.
OVERIGE INFORMATIE
Verpakkingsgrootte
Kartonnen doos met 1 flacon van 125 ml
EMEPRID 1 MG/ML
Farmacokinetische eigenschappen
Metoclopramide wordt snel en meestal volledig geabsorbeerd door het maagdarmkanaal na orale
toediening.
Metoclopramide wordt snel gedistribueerd naar de meeste weefsels en vloeistoffen, passeert de
bloed-hersen barrière en komt binnen in het centrale zenuwstelsel.
Metoclopramide wordt gemetaboliseerd door de lever.
De uitscheiding van metoclopramide gaat snel, 65% van de dosering wordt binnen 24 uur
uitgescheiden bij de hond, voornamelijk via de urine.