Fostimon 150 iu

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR GEBRUIKERS
FOSTIMON 75 IE
Poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
(urofollitropine)
FOSTIMON 150 IE
Poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
(urofollitropine)
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat
belangrijke informatie in voor u.
- Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
- Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
- Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het
kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
- Krijgt u veel last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een
bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1. Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3. Hoe gebruikt u dit middel?
4. Mogelijke bijwerkingen.
5. Hoe bewaart u dit middel?
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie.
1. WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT?
FOSTIMON is aangewezen om ovulatie te stimuleren bij vrouwen die niet ovuleren en
die niet reageerden op eerdere behandeling met clomifeencitraat.
FOSTIMON is aangewezen om de groei van verschillende follikels (en bijgevolg van
verschillende eitjes) te stimuleren bij vrouwen die hun toevlucht zoeken tot medische
begeleiding van de voortplanting.
FOSTIMON
is een in hoge mate gezuiverd menselijk follikel stimulerend hormoon, dat
behoort tot een groep van geneesmiddelen genaamd gonadotrofines.
Dit geneesmiddel mag enkel onder strikt medisch toezicht worden gebruikt.
2. WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN OF MOET U ER EXTRA
VOORZICHTIG MEE ZIJN?
Uw fertiliteit en de fertiliteit van uw partner moeten worden geëvalueerd alvorens de
behandeling op te starten.
Page 1
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
Vergrote eierstokken of cysten die niet toe te schrijven zijn aan een hormonale ziekte
(syndroom van polycystische ovaria).
Bloedingen met ongekende oorzaak.
Eierstok-, baarmoeder- of borstkanker.
Abnormale zwelling (tumor) van de hypofyse of hypothalamus (hersenen).
U bent allergisch
(overgevoelig)
voor een van de stoffen die in dit geneesmiddel zitten.
Deze stoffen kunt u vinden
in rubriek 6
.
Dit geneesmiddel mag niet worden toegediend in gevallen waarin zwangerschap onmogelijk
is, zoals vroegtijdige menopauze, misvormingen van de geslachtsorganen of specifieke
baarmoedertumoren.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Hoewel er nog geen melding is gemaakt van allergische reacties op FOSTIMON, moet u het
uw arts vertellen als u allergisch bent voor gelijksoortige medicijnen.
Deze behandeling verhoogt het risico op een ovarieel hyperstimulatie syndroom (OHSS) (zie
rubriek: Mogelijke bijwerkingen). Als ovariële hyperstimulatie optreedt, dan wordt uw
behandeling gestaakt en wordt een zwangerschap vermeden. De eerste tekenen hiervan zijn
pijn in de onderbuik, misselijkheid (zich ziek voelen), braken en gewichtstoename. Als deze
symptomen optreden, moet u zo snel mogelijk door uw arts worden onderzocht. In ernstige,
maar zeldzame gevallen, kan ovarieel hyperstimulatie syndroom optreden; ook kunnen de
ovaria groter worden en kan vloeistof zich ophopen in de buik of borstholte.Het geneesmiddel
dat wordt toegepast om de finale follikelrijping te induceren (humaan choriongonadotrofine –
hCG) kan wel de kans op OHSS verhogen.
In geval van een OHSS is het bijgevolg aangewezen om geen hCG toe te dienen en geen
geslachtsbetrekkingen te hebben of gedurende minstens 4 dagen een mechanisch
contraceptiemiddel te gebruiken.
Er dient opgemerkt te worden dat het aantal miskramen bij vrouwen met
vruchtbaarheidsproblemen hoger ligt dan het aantal dat wordt vastgesteld bij de algemene
bevolking.
Bij patiënten die een ovulatie-stimulerende behandeling krijgen, is de incidentie van
zwangerschappen en geboorten van meerlingen hoger dan bij natuurlijke bevruchting. Dit
risico kan echter worden verminderd door de aanbevolen doses en toedieningsschema’s strikt
op te volgen.
Buitenbaarmoederlijke zwangerschap (het embryo nestelt zich in op een plaats buiten de
baarmoeder) kan optreden, vooral bij vrouwen met een voorgeschiedenis van afwijkingen van
de eileiders.
Meerlingzwangerschappen en de karakteristieken van de ouders die
vruchtbaarheidsbehandelingen ondergaan (bijv. leeftijd van de moeder, sperma-
eigenschappen) kunnen in verband worden gebracht met een verhoogd risico op aangeboren
afwijkingen.
Een behandeling met FOSTIMON kan, net als de zwangerschap zelf, de kans op trombose
vergroten. Trombose is de vorming van een bloedprop in een bloedvat, meestal in de aderen
van de benen of de longen.
Page 2
Bespreek dit voordat u met de behandeling begint met uw arts, en dan met name:
als u al weet dat u een verhoogde kans hebt op trombose
als u, of iemand in uw naaste familie, ooit trombose heeft gehad
als u kampt met ernstig overgewicht.
Dit geneesmiddel werd bereid uit menselijke urine. Het risico op overdracht van organismen,
die een infectie of ziekte zouden kunnen veroorzaken, kan niet helemaal worden uitgesloten.
Dit risico wordt echter beperkt door een aantal stappen in het productieproces gericht op het
verwijderen van virussen, zoals HIV, het
Herpesvirus
en het
Papillomavirus.
Er werd geen enkel geval van virale besmetting gerapporteerd.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Fostimon nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kort geleden gedaan of
bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken?
Vertel dat dan uw arts of apotheker.
Zwangerschap en borstvoeding:
FOSTIMON is niet aangewezen indien u zwanger bent of borstvoeding geeft.
Fostimon bevat natrium.
Dit medicijn bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in
wezen ‘natriumvrij’ is.
3. HOE GEBRUIKT U DIT MIDDEL?
Dosering en duur van de behandeling:
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt
u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Vrouwen die niet ovuleren, en niet of onregelmatig menstrueren:
Indien u uw regels hebt, moet u de behandeling starten binnen de 7 dagen na het begin van uw
regels (7 eerste dagen van de menstruatiecyclus).
U zal 1 injectie per dag krijgen, hetzij onder je huid (subcutaan) of in een spier
(intramusculair).
De gebruikelijke aanvangsdosis bedraagt 75 tot 150 IE FSH (FOSTIMON), dagelijks. Om de
juiste respons te krijgen, kan deze dosis zo nodig worden verhoogd met 37,5 tot 75 IE, na een
interval van 7 of bij voorkeur 14 dagen.
De maximale dagelijkse dosis FSH is meestal niet hoger dan 225 IE.
Indien uw arts na 4 weken behandeling geen respons ziet, dan zal die behandelingscyclus
worden beëindigd. Voor de volgende behandelingscyclus zal uw arts een hogere
aanvangsdosis voorschrijven.
Wanneer u hier goed op reageert (bevredigende follikelgroei), dan krijgt u eenmalig een
injectie met een ander geneesmiddel (hCG), dat zorgt voor de rijping van het follikel en het
vrijkomen van de eicellen. Deze injectie wordt 24 tot 48 uur na de laatste FOSTIMON-
injectie toegediend. U dient geslachtsgemeenschap te hebben op de dag dat hCG wordt
toegediend en op de dag daarna.
Page 3
Als u te sterk reageert, zal de behandeling worden beëindigd en zal er geen hCG worden
toegediend (zie Mogelijke bijwerkingen). Voor de volgende behandelingscyclus zal uw arts
een lagere aanvangsdosis voorschrijven.
Vrouwen die ovariumstimulatie ondergaan ten behoeve van de ontwikkeling van meerdere
follikels voorafgaand aan in-vitro fertilisatie of andere ondersteunende
voortplantingstechnieken:
Situatie 1 - Als u menstrueert
De behandeling start 2 of 3 dagen na het begin van uw menstruatie (de eerste 2 of 3 dagen van
de menstruele cyclus).
U krijgt 1 injectie per dag die subcutaan of intramusculair wordt toegediend.
De gebruikelijke aanvangsdosis voor superovulatie bedraagt 150 tot 225 IE FOSTIMON,
dagelijks. De behandeling wordt voortgezet, waarbij de dosis aan uw respons wordt
aangepast, totdat er een bevredigende ontwikkeling van follikels plaatsvindt. Dit wordt
meestal bereikt na gemiddeld 10 dagen (tussen 5 en 20 dagen) behandeling en wordt
vastgesteld via afname van bloedmonsters en/of echografisch onderzoek.
De maximale dosering is in het algemeen van 450 IE/dag.
Zodra er sprake is van een bevredigende ontwikkeling van follikels krijgt u eenmalig een
injectie met een geneesmiddel dat zorgt voor de rijping van het follikel. Dit geneesmiddel
bevat maximaal 10.000 IE humaan choriongonadotrofine (hCG). Deze injectie wordt 24 tot 48
uur na de laatste FOSTIMON-injectie toegediend.
Oöcyten worden 35 uur later met een punctie geoogst.
Situatie 2 - Wanneer een gonadotrofine-releasend hormoon (GnRH) agonist wordt gebruikt
De behandeling met FOSTIMON start ongeveer 2 weken na de start van de behandeling met
een GnRH-agonist. Beide behandelingen worden voortgezet totdat er sprake is van een
bevredigende ontwikkeling van follikels. FOSTIMON wordt gegeven als een injectie die 1
keer per dag subcutaan of intramusculair wordt toegediend. Bijvoorbeeld: na een behandeling
van twee weken met een GnRH-agonist, wordt de eerste 7 dagen 150 tot 225 IE FOSTIMON
toegediend. Daarna wordt de dosis aangepast op basis van de ovariële respons.
Hoe FOSTIMON moet worden toegediend:
FOSTIMON wordt toegediend via een injectie onder de huid (subcutaan) of via een injectie in
een spier (intramusculair). Elke injectieflacon mag maar één keer worden gebruikt en de
injectie moet worden gebruikt zodra deze is klaargemaakt.
Het kan zijn dat uw arts u vraagt om FOSTIMON zelf te injecteren, na een juiste
toelichting en training.
Voor de eerste keer moet uw arts:
- U laten oefenen met het uzelf toedienen van een subcutane injectie.
- U laten zien op welke plaatsen u uzelf kunt injecteren.
- U laten zien hoe u de oplossing voor injectie klaarmaakt.
- U uitleggen hoe u de juiste dosis voor injectie klaarmaakt.
Presentaties andere dan ampullen moet voor zelf toediening door de patiënten worden
beschouwd, bij bijvoorbeeld Fostimon in voorgevulde spuit.
Page 4
Lees de volgende instructies aandachtig door, voordat u FOSTIMON bij uzelf
injecteert:
Hoe 1 injectieflacon FOSTIMON klaarmaken en injecteren, met behulp van 1 flacon
poeder:
De oplossing moet vlak voor de injectie worden bereid. Een flacon dient voor eenmalig
gebruik. Het geneesmiddel moet worden gereconstitueerd onder steriele omstandigheden.
Fostimon mag enkel worden gereconstitueerd met het solvent dat is meegeleverd in de
verpakking.
Zorg voor een schoon werkoppervlak en was uw handen voordat de oplossing wordt
aangemaakt. Het is belangrijk dat uw handen en de voorwerpen die u gebruikt zo schoon
mogelijk zijn.
Plaats alle volgende accessoires op een proper oppervlak:
-
twee alcoholdoekjes (niet bijgeleverd);
-
één injectieflacon met FOSTIMON-poeder;
-
één ampul met oplosmiddel;
-
één injectiespuit (niet bijgeleverd);
-
één lange naald voor het klaarmaken van de injectie (niet bijgeleverd);
-
een dunne naald voor subcutane injectie (niet bijgeleverd).
Reconstitutie van de oplossing voor injectie met behulp van 1 injectieflacon met poeder
Maak de oplossing voor de injectie:
1.
De hals van de ampul is zodanig ontworpen
dat deze onder de gekleurde stip gemakkelijk afbreekt. Tik
zachtjes tegen de bovenkant van de ampul om eventuele
vloeistof die zich daar bevindt, te verwijderen. Houd de
ampul met de gekleurde stip van u af gericht en breek de
bovenkant van de ampul af, zoals aangegeven in de
afbeelding. Door de ampul vast te houden met een doekje
of een ampullenbreker kunt u uw vingers beschermen.
Plaats de geopende ampul voorzichtig
rechtop op het schoongemaakte werkoppervlak.
Verwijder het dopje van de naald. Bevestig de
reconstitutienaald (lange naald) aan de injectiespuit.
Houd de injectiespuit in de ene hand en pak
met de andere hand de geopende ampul, steek de naald erin
en zuig al het oplosmiddel in de injectiespuit.
Plaats het beschermkapje op de naald. Leg de
injectiespuit voorzichtig op het werkoppervlak.
Page 5
2.
3.
Haal het gekleurde kunststof dopje van de
injectieflacon met FOSTIMON-poeder door deze zachtjes
omhoog te drukken.
Veeg de rubberen bovenzijde schoon met een
alcoholdoekje en laat deze drogen.
Pak uw spuit, verwijder de naaldbescherming
en injecteer het oplosmiddel langzaam in de injectieflacon
met poeder via het midden van de bovenzijde van de
rubberen dop.
Druk de zuiger stevig omlaag om alle
oplosmiddel op het poeder te spuiten.
SCHUD DE INJECTIEFLACON NIET, maar rol de flacon
langzaam tussen uw handen totdat het poeder volledig is
opgelost, waarbij u moet vermijden dat er schuim ontstaat.
4.
Zodra het poeder volledig is opgelost (wat
over het algemeen onmiddellijk gebeurt), zuigt u de
oplossing langzaam op in de spuit :
Keer de injectieflacon ondersteboven, terwijl
de naald nog in de injectieflacon steekt.
Zorg ervoor dat het uiteinde van de naald zich
onder het vloeistofoppervlak bevindt.
Trek zachtjes aan de zuiger om alle
FOSTIMON-oplossing in de injectiespuit te zuigen.
Verifieer dat de oplossing helder en kleurloos
is.
Bereiding van hogere dosissen met behulp van meer dan 1 flacon poeder
Als uw arts u een hoger dosis heeft voorgeschreven, kunt u deze klaarmaken met behulp van meer
dan één injectieflacon met poeder en met één voorgevulde spuit met oplosmiddel.
Bij het reconstitueren van meer dan 1 flacon FOSTIMON, aan het einde van stap 4, trek de
gereconstitueerde inhoud van de eerste flacon in de injectiespuit en spuit dit langzaam in een
tweede flacon. Herhaal de stappen 2 tot 4 voor de tweede en volgende flesje, en totdat de
inhoud van het benodigde aantal flacons, gelijk aan de voorgeschreven dosis, is opgelost
(binnen de limiet van de totale dosering van 450 IE, overeenkomende met maximaal 6 flacons
van FOSTIMON 75 IE of 3 flacons van FOSTIMON 150 IE).
Uw arts kan uw dosis verhogen met 37,5 IE die een halve flacon FOSTIMON 75 IE is.
Hiervoor reconstitueer de inhoud van de flacon met FOSTIMON 75 IE volgens de
hierboven beschreven stappen 2 tot 3 en trek de helft van de gereconstitueerde oplossing
(0,5 ml) in de spuit volgens stap 4. In deze situatie, je heb twee bereidingen te injecteren:
Page 6
de eerste voorbereiding opgelost in 1 ml en de tweede met 37,5 IE in 0,5 ml. Beide
voorbereidingen worden geïnjecteerd met hun eigen injectiespuit volgens de volgende
stappen.
De oplossing moet helder en kleurloos zijn.
Het geneesmiddel subcutaan injecteren:
Wanneer de spuit de voorgeschreven dosis
bevat, zet dan de beschermingsdop op de naald. Haal de
lange naald van de injectiespuit en vervang deze door de
dunne naald voor subcutane injectie (inclusief het
bijbehorende beschermkapje).
Druk op de dunne naald stevig op de spuit
en draai het licht om ervoor te zorgen het is volledig
geschroefd, en om een goede afdichting te maken.
Verwijder de beschermingsdop. Houd de
injectiespuit zo vast dat de naald omhoog wijst en tik
zachtjes tegen de zijkant van de injectiespuit om ervoor te
zorgen dat eventueel aanwezige luchtbelletjes naar boven
gaan.
Druk vervolgens op de zuiger totdat er een
druppel vloeistof uit het uiteinde van de naald komt.
Gebruik de vloeistof niet als deze deeltjes
bevat of troebel is.
De injectieplaats:
Uw arts of verpleegkundige heeft u al verteld waar u het geneesmiddel
moet injecteren. De plaatsen die hiervoor het meest gebruikt worden zijn: de dij of het
onderste deel van de buikwand (onder de navel).
Veeg de injectieplaats schoon met een alcoholdoekje.
De naald inbrengen:
Knijp de huid stevig samen. Steek met de
andere hand de naald met een snelle prikbeweging onder een
hoek van 45° of 90° in de huid.
De oplossing injecteren:
Injecteer de oplossing onder de huid zoals men U getoond heeft. Injecteer
de oplossing niet rechtstreeks in een ader. Druk de zuiger langzaam en gestaag in, zodat de
oplossing op de juiste wijze wordt geïnjecteerd en het huidweefsel niet beschadigd raakt.
Page 7
Neem zoveel tijd als nodig is om de voorgeschreven hoeveelheid oplossing te injecteren.
Zoals
beschreven voor de bereiding van de oplossing,
afhankelijk van de dosis voorgeschreven door uw
arts mag u niet het volledige volume van de oplossing hoeft te gebruiken.
Page 8
De naald verwijderen:
Trek de injectiespuit snel uit de huid en oefen druk uit op de injectieplaats
met een doekje met een desinfecterend middel. Door het zachtjes masseren van de
injectieplaats – terwijl u tegelijkertijd druk blijft uitoefenen – wordt de FOSTIMON-
oplossing sneller verspreid en wordt eventueel ongemak verlicht.
Alle gebruikte voorwerpen weggooien:
Eelk ongebruikt product of afvalmateriaal moet worden weggegooid volgens de lokale
vereisten
(zodra de injectie is toegediend, moeten alle naalden en spuiten in een geschikte
container voor scherpe voorwerpen worden gegooid).
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van een overdosis met FOSTIMON zijn onbekend, maar men kan verwachten dat
dit resulteert in ovarieel hyperstimulatie syndroom (zie rubriek: Mogelijke bijwerkingen).
Wanneer u teveel van FOSTIMON heeft gebruikt, neem dan onmiddellijk contact op met uw
arts, apotheker of het Antigifcentrum (070/245.245).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Gebruik het dan zodra het weer tijd is voor een injectie. Gebruik geen dubbele dosis om een
vergeten dosis in te halen.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Stop niet op eigen initiatief: Raadpleeg altijd uw arts als u overweegt te stoppen met dit
geneesmiddel.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met
uw arts of apotheker.
4. MOGELIJKE BIJWERKINGEN
Zoals elk geneesmiddel kan dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
De volgende bijwerking is belangrijk en vereist onmiddellijke actie als u hier last van krijgt.
U moet stoppen met het gebruik van FOSTIMON en onmiddellijk naar uw arts gaan als de
volgende bijwerking optreedt :
Vaak, komt voor bij 1 tot 10 gebruikers per 100:
ovarieel hyperstimulatie syndroom (zie rubriek 2 voor meer informatie).
De volgende bijwerkingen zijn ook gemeld:
Vaak, komt voor bij 1 tot 10 gebruikers per 100:
hoofdpijn
opgeblazen gevoel
constipatie
pijn op de injectieplaats
Page 9
Soms, komt voor bij 1 tot 10 gebruikers per 1000:
overactieve schildklier
stemmingswisselingen
vermoeidheid
duizeligheid
kortademigheid
neusbloedingen
misselijkheid, indigestie, buikpijn
huiduitslag, jeuk
opvliegers
blaasontsteking
borstvergroting, pijn in de borst
Moeilijkheidsgraad het stoppen van bloeden
Roodheid, pijn en blauwe plekken kunnen optreden op de injectieplaats (onbepaalde
frequentie).
Zie paragraaf 2 voor aanvullende informatie over risico over bloedproppen, ectopische zwangerschap,
meerlingzwangerschap en miskraam.
Als één van de bijwerkingen ernstig wordt of als er bij u een bijwerking optreedt die niet in
deze bijsluiter staat vermeld, raadpleeg dan uw arts of apotheker.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts , of apotheker. Dit geldt ook
voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan . U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via de Federaal agentschap voor geneesmiddelen en
gezondheidsproducten, Afdeling Vigilantie, Galileelaan 5/03, 1210 BRUSSEL
Website:
www.eenbijwerkingmelden.be
e-mail:
adr@fagg.be
Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de
veiligheid van dit geneesmiddel.
5. HOE BEWAART U DIT MIDDEL?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Bewaren beneden 25°C.
Bewaren de injectieflacon en de ampul
met oplosmiddel
in de
oorspronkelijke verpakking
ter
bescherming tegen licht.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die te vinden is op de
buitenverpakking, de injectieflacon en de ampul
met oplosmiddel na “
EXP”. Daar staat een
maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
Onmiddellijk na bereiding gebruiken.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat de oplossing er niet helder uitziet. Na
reconstitutie moet de oplossing helder en kleurloos zijn.
Page 10
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC. Vraag uw apotheker wat u met
geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een verantwoorde
manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.
6. INHOUD VAN DE VERPAKKING EN OVERIGE INFORMATIE
Welke stoffen zitten er in dit middel?
- De werkzame stoff in dit middel is
Urofollitropine
Een flacon bevat 75 IE urofollitropine (follikelstimulerend hormoon, FSH): 1 ml
gereconstitueerde oplossing bevat ofwel 75 IE, 150 IE, 225 IE, 300 IE, 375 IE of 450 IE
urofollitropine wanneer respectievelijk 1, 2, 3, 4, 5 of 6 flacons worden opgelost in 1 ml
oplosmiddel.
Een flacon bevat 150 IE urofollitropine (follikelstimulerend hormoon, FSH): 1 ml
gereconstitueerde oplossing bevat ofwel 150 IE, 300 IE of 450 IE urofollitropine wanneer
respectievelijk 1, 2 of 3 flacons worden opgelost in 1 ml oplosmiddel.
De specifieke
in vivo
activiteit is gelijk aan of hoger dan 5000 IE FSH per mg proteïne.
- De andere stoffen in dit middel zijn:
Voor het poeder: lactosemonohydraat
Voor het oplosmiddel: natriumchloride en water voor injectie
Hoe ziet FOSTIMON eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
FOSTIMON wordt geleverd als een poeder en een oplosmiddel voor oplossing voor injectie. 1
set bevat: poeder in een injectieflacon (75 IE of 150 IE) en oplosmiddel in een ampul (1 ml);
doos van 1, 5 of 10 sets.
Het poeder is wit tot witachtig en het oplosmiddel is helder en kleurloos.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
IBSA FARMACEUTICI ITALIA S.r.l
Via Martiri di Cefalonia 2,
26900 Lodi
Italië
Fabrikant
IBSA FARMACEUTICI ITALIA S.r.l
Via Martiri di Cefalonia 2,
26900 Lodi
Italië
of voor IE en UK alleen:
PHARMASURE LIMITED
Units 4-6
Colonial Business Park
Colonial Way
Page 11
Watford WD24 4PR
Verenigd Koninkrijk
Dit geneesmiddel is geregistreerd in lidstaten van de EEA onder de volgende namen: (de
sterkte en farmaceutische vorm is identiek in alle landen, alleen de handelsnamen
verschillen)
Oostenrijk: Fostimon
België: Fostimon
Cyprus: Fostimon
Denemarken: Fostimon
Finland: Fostimon
Frankrijk: Fostimon
Luxemburg: Fostimon
Ierland: Fostimon
Nederland: Fostimon
Noorwegen: Fostimon
Spanje: Fostipur
Zweden: Fostimon
Verenigd Koninkrijk: Fostimon
Aflevering:
Op medisch voorschrift.
Nummer van de vergunning voor in het handel brengen:
FOSTIMON 75 IE: BE302687
FOSTIMON 150 IE: BE302696
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in 08/2021
.
Page 12

FOSTIMON 75 IE
Poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
(urofollitropine)
FOSTIMON 150 IE
Poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
(urofollitropine)
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat
belangrijke informatie in voor u.
- Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
- Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
- Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het
kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
- Krijgt u veel last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een
bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1. Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3. Hoe gebruikt u dit middel?
4. Mogelijke bijwerkingen.
5. Hoe bewaart u dit middel?
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie.
1. WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT?
- FOSTIMON is aangewezen om ovulatie te stimuleren bij vrouwen die niet ovuleren en
die niet reageerden op eerdere behandeling met clomifeencitraat.
·
FOSTIMON is aangewezen om de groei van verschillende follikels (en bijgevolg van
verschillende eitjes) te stimuleren bij vrouwen die hun toevlucht zoeken tot medische
begeleiding van de voortplanting.
FOSTIMON is een in hoge mate gezuiverd menselijk follikel stimulerend hormoon, dat
behoort tot een groep van geneesmiddelen genaamd gonadotrofines.
Dit geneesmiddel mag enkel onder strikt medisch toezicht worden gebruikt.
2. WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN OF MOET U ER EXTRA
VOORZICHTIG MEE ZIJN?
Uw fertiliteit en de fertiliteit van uw partner moeten worden geëvalueerd alvorens de
behandeling op te starten.
Vergrote eierstokken of cysten die niet toe te schrijven zijn aan een hormonale ziekte
(syndroom van polycystische ovaria).
·
Bloedingen met ongekende oorzaak.
- Eierstok-, baarmoeder- of borstkanker.
- Abnormale zwelling (tumor) van de hypofyse of hypothalamus (hersenen).
- U bent allergisch (overgevoelig) voor een van de stoffen die in dit geneesmiddel zitten.
Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
Dit geneesmiddel mag niet worden toegediend in gevallen waarin zwangerschap onmogelijk
is, zoals vroegtijdige menopauze, misvormingen van de geslachtsorganen of specifieke
baarmoedertumoren.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Hoewel er nog geen melding is gemaakt van allergische reacties op FOSTIMON, moet u het
uw arts vertellen als u allergisch bent voor gelijksoortige medicijnen.
Deze behandeling verhoogt het risico op een ovarieel hyperstimulatie syndroom (OHSS) (zie
rubriek: Mogelijke bijwerkingen). Als ovariële hyperstimulatie optreedt, dan wordt uw
behandeling gestaakt en wordt een zwangerschap vermeden. De eerste tekenen hiervan zijn
pijn in de onderbuik, misselijkheid (zich ziek voelen), braken en gewichtstoename. Als deze
symptomen optreden, moet u zo snel mogelijk door uw arts worden onderzocht. In ernstige,
maar zeldzame gevallen, kan ovarieel hyperstimulatie syndroom optreden; ook kunnen de
ovaria groter worden en kan vloeistof zich ophopen in de buik of borstholte.Het geneesmiddel
dat wordt toegepast om de finale follikelrijping te induceren (humaan choriongonadotrofine ­
hCG) kan wel de kans op OHSS verhogen.
In geval van een OHSS is het bijgevolg aangewezen om geen hCG toe te dienen en geen
geslachtsbetrekkingen te hebben of gedurende minstens 4 dagen een mechanisch
contraceptiemiddel te gebruiken.
Er dient opgemerkt te worden dat het aantal miskramen bij vrouwen met
vruchtbaarheidsproblemen hoger ligt dan het aantal dat wordt vastgesteld bij de algemene
bevolking.
Bij patiënten die een ovulatie-stimulerende behandeling krijgen, is de incidentie van
zwangerschappen en geboorten van meerlingen hoger dan bij natuurlijke bevruchting. Dit
risico kan echter worden verminderd door de aanbevolen doses en toedieningsschema's strikt
op te volgen.
Buitenbaarmoederlijke zwangerschap (het embryo nestelt zich in op een plaats buiten de
baarmoeder) kan optreden, vooral bij vrouwen met een voorgeschiedenis van afwijkingen van
de eileiders.
Meerlingzwangerschappen en de karakteristieken van de ouders die
vruchtbaarheidsbehandelingen ondergaan (bijv. leeftijd van de moeder, sperma-
eigenschappen) kunnen in verband worden gebracht met een verhoogd risico op aangeboren
afwijkingen.
Een behandeling met FOSTIMON kan, net als de zwangerschap zelf, de kans op trombose
vergroten. Trombose is de vorming van een bloedprop in een bloedvat, meestal in de aderen
van de benen of de longen.
als u al weet dat u een verhoogde kans hebt op trombose
als u, of iemand in uw naaste familie, ooit trombose heeft gehad
als u kampt met ernstig overgewicht.
Dit geneesmiddel werd bereid uit menselijke urine. Het risico op overdracht van organismen,
die een infectie of ziekte zouden kunnen veroorzaken, kan niet helemaal worden uitgesloten.
Dit risico wordt echter beperkt door een aantal stappen in het productieproces gericht op het
verwijderen van virussen, zoals HIV, het Herpesvirus en het Papillomavirus.
Er werd geen enkel geval van virale besmetting gerapporteerd.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Fostimon nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kort geleden gedaan of
bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken?
Vertel dat dan uw arts of apotheker.
Zwangerschap en borstvoeding:
FOSTIMON is niet aangewezen indien u zwanger bent of borstvoeding geeft.
Fostimon bevat natrium.
Dit medicijn bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in
wezen `natriumvrij' is.
3. HOE GEBRUIKT U DIT MIDDEL?
Dosering en duur van de behandeling:
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt
u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.

Vrouwen die niet ovuleren, en niet of onregelmatig menstrueren:
Indien u uw regels hebt, moet u de behandeling starten binnen de 7 dagen na het begin van uw
regels (7 eerste dagen van de menstruatiecyclus).
U zal 1 injectie per dag krijgen, hetzij onder je huid (subcutaan) of in een spier
(intramusculair).
De gebruikelijke aanvangsdosis bedraagt 75 tot 150 IE FSH (FOSTIMON), dagelijks. Om de
juiste respons te krijgen, kan deze dosis zo nodig worden verhoogd met 37,5 tot 75 IE, na een
interval van 7 of bij voorkeur 14 dagen.
De maximale dagelijkse dosis FSH is meestal niet hoger dan 225 IE.
Indien uw arts na 4 weken behandeling geen respons ziet, dan zal die behandelingscyclus
worden beëindigd. Voor de volgende behandelingscyclus zal uw arts een hogere
aanvangsdosis voorschrijven.
Wanneer u hier goed op reageert (bevredigende follikelgroei), dan krijgt u eenmalig een
injectie met een ander geneesmiddel (hCG), dat zorgt voor de rijping van het follikel en het
vrijkomen van de eicellen. Deze injectie wordt 24 tot 48 uur na de laatste FOSTIMON-
injectie toegediend. U dient geslachtsgemeenschap te hebben op de dag dat hCG wordt
toegediend en op de dag daarna.

Vrouwen die ovariumstimulatie ondergaan ten behoeve van de ontwikkeling van meerdere
follikels voorafgaand aan in-vitro fertilisatie of andere ondersteunende
voortplantingstechnieken:

Situatie 1 - Als u menstrueert
De behandeling start 2 of 3 dagen na het begin van uw menstruatie (de eerste 2 of 3 dagen van
de menstruele cyclus).
U krijgt 1 injectie per dag die subcutaan of intramusculair wordt toegediend.
De gebruikelijke aanvangsdosis voor superovulatie bedraagt 150 tot 225 IE FOSTIMON,
dagelijks. De behandeling wordt voortgezet, waarbij de dosis aan uw respons wordt
aangepast, totdat er een bevredigende ontwikkeling van follikels plaatsvindt. Dit wordt
meestal bereikt na gemiddeld 10 dagen (tussen 5 en 20 dagen) behandeling en wordt
vastgesteld via afname van bloedmonsters en/of echografisch onderzoek.
De maximale dosering is in het algemeen van 450 IE/dag.
Zodra er sprake is van een bevredigende ontwikkeling van follikels krijgt u eenmalig een
injectie met een geneesmiddel dat zorgt voor de rijping van het follikel. Dit geneesmiddel
bevat maximaal 10.000 IE humaan choriongonadotrofine (hCG). Deze injectie wordt 24 tot 48
uur na de laatste FOSTIMON-injectie toegediend.
Oöcyten worden 35 uur later met een punctie geoogst.
Situatie 2 - Wanneer een gonadotrofine-releasend hormoon (GnRH) agonist wordt gebruikt
De behandeling met FOSTIMON start ongeveer 2 weken na de start van de behandeling met
een GnRH-agonist. Beide behandelingen worden voortgezet totdat er sprake is van een
bevredigende ontwikkeling van follikels. FOSTIMON wordt gegeven als een injectie die 1
keer per dag subcutaan of intramusculair wordt toegediend. Bijvoorbeeld: na een behandeling
van twee weken met een GnRH-agonist, wordt de eerste 7 dagen 150 tot 225 IE FOSTIMON
toegediend. Daarna wordt de dosis aangepast op basis van de ovariële respons.
Hoe FOSTIMON moet worden toegediend:
FOSTIMON wordt toegediend via een injectie onder de huid (subcutaan) of via een injectie in
een spier (intramusculair). Elke injectieflacon mag maar één keer worden gebruikt en de
injectie moet worden gebruikt zodra deze is klaargemaakt.
Het kan zijn dat uw arts u vraagt om FOSTIMON zelf te injecteren, na een juiste
toelichting en training.
Voor de eerste keer moet uw arts:
-
U laten oefenen met het uzelf toedienen van een subcutane injectie.
- U laten zien op welke plaatsen u uzelf kunt injecteren.
- U laten zien hoe u de oplossing voor injectie klaarmaakt.
- U uitleggen hoe u de juiste dosis voor injectie klaarmaakt.
Presentaties andere dan ampullen moet voor zelf toediening door de patiënten worden
beschouwd, bij bijvoorbeeld Fostimon in voorgevulde spuit.
Hoe 1 injectieflacon FOSTIMON klaarmaken en injecteren, met behulp van 1 flacon
poeder:
De oplossing moet vlak voor de injectie worden bereid. Een flacon dient voor eenmalig
gebruik. Het geneesmiddel moet worden gereconstitueerd onder steriele omstandigheden.
Fostimon mag enkel worden gereconstitueerd met het solvent dat is meegeleverd in de
verpakking.
Zorg voor een schoon werkoppervlak en was uw handen voordat de oplossing wordt
aangemaakt. Het is belangrijk dat uw handen en de voorwerpen die u gebruikt zo schoon
mogelijk zijn.
Plaats alle volgende accessoires op een proper oppervlak:
-
twee alcoholdoekjes (niet bijgeleverd);
- één injectieflacon met FOSTIMON-poeder;
- één ampul met oplosmiddel;
- één injectiespuit (niet bijgeleverd);
- één lange naald voor het klaarmaken van de injectie (niet bijgeleverd);
- een dunne naald voor subcutane injectie (niet bijgeleverd).
Reconstitutie van de oplossing voor injectie met behulp van 1 injectieflacon met poeder
Maak de oplossing voor de injectie:
1.
De hals van de ampul is zodanig ontworpen
dat deze onder de gekleurde stip gemakkelijk afbreekt. Tik
zachtjes tegen de bovenkant van de ampul om eventuele
vloeistof die zich daar bevindt, te verwijderen. Houd de
ampul met de gekleurde stip van u af gericht en breek de
bovenkant van de ampul af, zoals aangegeven in de
afbeelding. Door de ampul vast te houden met een doekje
of een ampullenbreker kunt u uw vingers beschermen.
Plaats de geopende ampul voorzichtig
rechtop op het schoongemaakte werkoppervlak.
Verwijder het dopje van de naald. Bevestig de
reconstitutienaald (lange naald) aan de injectiespuit.
Houd de injectiespuit in de ene hand en pak
met de andere hand de geopende ampul, steek de naald erin
en zuig al het oplosmiddel in de injectiespuit.
Plaats het beschermkapje op de naald. Leg de
injectiespuit voorzichtig op het werkoppervlak.
Haal het gekleurde kunststof dopje van de
injectieflacon met FOSTIMON-poeder door deze zachtjes
omhoog te drukken.
Veeg de rubberen bovenzijde schoon met een
alcoholdoekje en laat deze drogen.
3.
Pak uw spuit, verwijder de naaldbescherming
en injecteer het oplosmiddel langzaam in de injectieflacon
met poeder via het midden van de bovenzijde van de
rubberen dop.
Druk de zuiger stevig omlaag om alle
oplosmiddel op het poeder te spuiten.
SCHUD DE INJECTIEFLACON NIET, maar rol de flacon
langzaam tussen uw handen totdat het poeder volledig is
opgelost, waarbij u moet vermijden dat er schuim ontstaat.
4.

Zodra het poeder volledig is opgelost (wat
over het algemeen onmiddellijk gebeurt), zuigt u de
oplossing langzaam op in de spuit :
Keer de injectieflacon ondersteboven, terwijl
de naald nog in de injectieflacon steekt.
Zorg ervoor dat het uiteinde van de naald zich
onder het vloeistofoppervlak bevindt.
Trek zachtjes aan de zuiger om alle
FOSTIMON-oplossing in de injectiespuit te zuigen.
Verifieer dat de oplossing helder en kleurloos
is.
Bereiding van hogere dosissen met behulp van meer dan 1 flacon poeder
Als uw arts u een hoger dosis heeft voorgeschreven, kunt u deze klaarmaken met behulp van meer
dan één injectieflacon met poeder en met één voorgevulde spuit met oplosmiddel.
Bij het reconstitueren van meer dan 1 flacon FOSTIMON, aan het einde van stap 4, trek de
gereconstitueerde inhoud van de eerste flacon in de injectiespuit en spuit dit langzaam in een
tweede flacon. Herhaal de stappen 2 tot 4 voor de tweede en volgende flesje, en totdat de
inhoud van het benodigde aantal flacons, gelijk aan de voorgeschreven dosis, is opgelost
(binnen de limiet van de totale dosering van 450 IE, overeenkomende met maximaal 6 flacons
van FOSTIMON 75 IE of 3 flacons van FOSTIMON 150 IE).
Uw arts kan uw dosis verhogen met 37,5 IE die een halve flacon FOSTIMON 75 IE is.
Hiervoor reconstitueer de inhoud van de flacon met FOSTIMON 75 IE volgens de
hierboven beschreven stappen 2 tot 3 en trek de helft van de gereconstitueerde oplossing
(0,5 ml) in de spuit volgens stap 4. In deze situatie, je heb twee bereidingen te injecteren:

De oplossing moet helder en kleurloos zijn.
Het geneesmiddel subcutaan injecteren:
Wanneer de spuit de voorgeschreven dosis
bevat, zet dan de beschermingsdop op de naald. Haal de
lange naald van de injectiespuit en vervang deze door de
dunne naald voor subcutane injectie (inclusief het
bijbehorende beschermkapje).

Druk op de
dunne naald
stevig op
de spuit
en draai het
licht
om ervoor te zorgen
het is volledig
geschroefd,
en
om een goede afdichting
te maken.
Verwijder de beschermingsdop. Houd de
injectiespuit zo vast dat de naald omhoog wijst en tik
zachtjes tegen de zijkant van de injectiespuit om ervoor te
zorgen dat eventueel aanwezige luchtbelletjes naar boven
gaan.
Druk vervolgens op de zuiger totdat er een
druppel vloeistof uit het uiteinde van de naald komt.
Gebruik de vloeistof niet als deze deeltjes
bevat of troebel is.
De injectieplaats:
Uw arts of verpleegkundige heeft u al verteld waar u het geneesmiddel
moet injecteren. De plaatsen die hiervoor het meest gebruikt worden zijn: de dij of het
onderste deel van de buikwand (onder de navel).
Veeg de injectieplaats schoon met een alcoholdoekje.
De naald inbrengen:
Knijp de huid stevig samen. Steek met de
andere hand de naald met een snelle prikbeweging onder een
hoek van 45° of 90° in de huid.
De oplossing injecteren:

Injecteer de oplossing onder de huid zoals men U getoond heeft. Injecteer
de oplossing niet rechtstreeks in een ader. Druk de zuiger langzaam en gestaag in, zodat de
oplossing op de juiste wijze wordt geïnjecteerd en het huidweefsel niet beschadigd raakt.
Trek de injectiespuit snel uit de huid en oefen druk uit op de injectieplaats
met een doekje met een desinfecterend middel. Door het zachtjes masseren van de
injectieplaats ­ terwijl u tegelijkertijd druk blijft uitoefenen ­ wordt de FOSTIMON-
oplossing sneller verspreid en wordt eventueel ongemak verlicht.
Alle gebruikte voorwerpen weggooien:
Eelk ongebruikt product of afvalmateriaal moet worden weggegooid volgens de lokale
vereisten (zodra de injectie is toegediend, moeten alle naalden en spuiten in een geschikte
container voor scherpe voorwerpen worden gegooid)
.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van een overdosis met FOSTIMON zijn onbekend, maar men kan verwachten dat
dit resulteert in ovarieel hyperstimulatie syndroom (zie rubriek: Mogelijke bijwerkingen).
Wanneer u teveel van FOSTIMON heeft gebruikt, neem dan onmiddellijk contact op met uw
arts, apotheker of het Antigifcentrum (070/245.245).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Gebruik het dan zodra het weer tijd is voor een injectie. Gebruik geen dubbele dosis om een
vergeten dosis in te halen.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Stop niet op eigen initiatief: Raadpleeg altijd uw arts als u overweegt te stoppen met dit
geneesmiddel.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met
uw arts of apotheker.
4. MOGELIJKE BIJWERKINGEN
Zoals elk geneesmiddel kan dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
De volgende bijwerking is belangrijk en vereist onmiddellijke actie als u hier last van krijgt.
U moet stoppen met het gebruik van FOSTIMON en onmiddellijk naar uw arts gaan als de
volgende bijwerking optreedt :
Vaak, komt voor bij 1 tot 10 gebruikers per 100:
ovarieel hyperstimulatie syndroom (zie rubriek 2 voor meer informatie).
De volgende bijwerkingen zijn ook gemeld:
Vaak, komt voor bij 1 tot 10 gebruikers per 100:
hoofdpijn
opgeblazen gevoel
constipatie
pijn op de injectieplaats
overactieve schildklier
stemmingswisselingen
vermoeidheid
duizeligheid
kortademigheid
neusbloedingen
misselijkheid, indigestie, buikpijn
huiduitslag, jeuk
opvliegers
blaasontsteking
borstvergroting, pijn in de borst
Moeilijkheidsgraad het stoppen van bloeden
Roodheid, pijn en blauwe plekken kunnen optreden op de injectieplaats (onbepaalde
frequentie).
Zie paragraaf 2 voor aanvullende informatie over risico over bloedproppen, ectopische zwangerschap,
meerlingzwangerschap en miskraam.
Als één van de bijwerkingen ernstig wordt of als er bij u een bijwerking optreedt die niet in
deze bijsluiter staat vermeld, raadpleeg dan uw arts of apotheker.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts , of apotheker. Dit geldt ook
voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan . U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via de Federaal agentschap voor geneesmiddelen en
gezondheidsproducten, Afdeling Vigilantie, Galileelaan 5/03, 1210 BRUSSEL
Website: www.eenbijwerkingmelden.be
e-mail: adr@fagg.be
Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de
veiligheid van dit geneesmiddel.
5. HOE BEWAART U DIT MIDDEL?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Bewaren beneden 25°C.
Bewaren de injectieflacon en de ampul met oplosmiddel in de oorspronkelijke verpakking ter
bescherming tegen licht.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die te vinden is op de
buitenverpakking, de injectieflacon en de ampul met oplosmiddel na 'EXP'. Daar staat een
maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
Onmiddellijk na bereiding gebruiken.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat de oplossing er niet helder uitziet. Na
reconstitutie moet de oplossing helder en kleurloos zijn.
6. INHOUD VAN DE VERPAKKING EN OVERIGE INFORMATIE
Welke stoffen zitten er in dit middel?
- De werkzame stoff in dit middel is
Urofollitropine
Een flacon bevat 75 IE urofollitropine (follikelstimulerend hormoon, FSH): 1 ml
gereconstitueerde oplossing bevat ofwel 75 IE, 150 IE, 225 IE, 300 IE, 375 IE of 450 IE
urofollitropine wanneer respectievelijk 1, 2, 3, 4, 5 of 6 flacons worden opgelost in 1 ml
oplosmiddel.
Een flacon bevat 150 IE urofollitropine (follikelstimulerend hormoon, FSH): 1 ml
gereconstitueerde oplossing bevat ofwel 150 IE, 300 IE of 450 IE urofollitropine wanneer
respectievelijk 1, 2 of 3 flacons worden opgelost in 1 ml oplosmiddel.
De specifieke in vivo activiteit is gelijk aan of hoger dan 5000 IE FSH per mg proteïne.
- De andere stoffen in dit middel zijn:
Voor het poeder: lactosemonohydraat
Voor het oplosmiddel: natriumchloride en water voor injectie
Hoe ziet FOSTIMON eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
FOSTIMON wordt geleverd als een poeder en een oplosmiddel voor oplossing voor injectie. 1
set bevat: poeder in een injectieflacon (75 IE of 150 IE) en oplosmiddel in een ampul (1 ml);
doos van 1, 5 of 10 sets.
Het poeder is wit tot witachtig en het oplosmiddel is helder en kleurloos.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
IBSA FARMACEUTICI ITALIA S.r.l
Via Martiri di Cefalonia 2,
26900 Lodi
Italië
Fabrikant
IBSA FARMACEUTICI ITALIA S.r.l
Via Martiri di Cefalonia 2,
26900 Lodi
Italië
of voor IE en UK alleen:
PHARMASURE LIMITED
Units 4-6
Colonial Business Park
Colonial Way
Dit geneesmiddel is geregistreerd in lidstaten van de EEA onder de volgende namen: (de
sterkte en farmaceutische vorm is identiek in alle landen, alleen de handelsnamen
verschillen)

Oostenrijk: Fostimon
België: Fostimon
Cyprus: Fostimon
Denemarken: Fostimon
Finland: Fostimon
Frankrijk: Fostimon
Luxemburg: Fostimon
Ierland: Fostimon
Nederland: Fostimon
Noorwegen: Fostimon
Spanje: Fostipur
Zweden: Fostimon
Verenigd Koninkrijk: Fostimon
Aflevering:
Op medisch voorschrift.
Nummer van de vergunning voor in het handel brengen:
FOSTIMON 75 IE: BE302687
FOSTIMON 150 IE: BE302696
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in 08/2021.

Heb je dit medicijn gebruikt? Fostimon 150 IU te vormen.

Je ervaring helpt anderen een beeld over het gebruik van Fostimon 150 IU te vormen.

Deel als eerste jouw ervaring over Fostimon 150 IU

Opgepast

  • Gebruik geen geneesmiddelen zonder het advies van je geneesheer
  • Vertrouw enkel de bijsluiter die meegeleverd werd met je geneesmiddel
  • Gebruik geen geneesmiddelen waarvan de houdbaarheidsdatum verstreken is
  • Bijsluiters zijn aangeleverd door het FAGG
  • FAGG