Glucose 30 % kela
Bijsluiter – NL versie
Glucose 30 % Kela
B. BIJSLUITER
1/4
Bijsluiter – NL versie
Glucose 30 % Kela
BIJSLUITER
GLUCOSE 30 % Kela
oplossing voor intraveneuze infusie
1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE,
INDIEN VERSCHILLEND
KELA Laboratoria N.V.
St.Lenaartseweg 48
B-2320 Hoogstraten
2. BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
GLUCOSE 30 % Kela
3. GEHALTE AAN WERKZAME STOF EN OVERIGE BESTANDDELEN
1 ml bevat:
Glucose monohydraat equivalent aan 300 mg glucose – excipiens q.s. ad 1 ml
4. INDICATIE
Voor de behandeling van ketonemie bij melkvee.
5. CONTRA-INDICATIES
Hyperglycemie en glucose stofwisselingsstoornissen zoals diabetes mellitus zijn absolute contra-
indicaties. De nodige voorzichtigheid dient te worden in acht genomen in geval van iso- en
hypotone hyperhydratatie en hypotone dehydratatie, hyponatriëmie, hypokaliëmie en ernstige
hartaandoeningen. Vooral bij oude en zwaar zieke dieren is toediening tijdens de posttraumatische
of postnarcotische fase tegenaangewezen.
6. BIJWERKINGEN
De tijdelijke hyperglycemie na infusie resulteert in een verhoogde uitscheiding van glucose met de
urine en een osmotische diurese. Deze effecten zijn echter dosisafhankelijk en voorbijgaand met
een normalisatie van de glucose- en wateruitscheiding binnen de 2 tot 3 uren.
Locale irritatie en zwelling, eventueel thrombophlebitis kan voorkomen in geval van niet strikt
intraveneuze toediening.
Indien u ernstige bijwerkingen of andersoortige reacties vaststelt die niet in deze bijsluiter worden
vermeld, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen.
7. DIERSOORT WAARVOOR HET DIERGENEESMIDDEL BESTEMD IS
Rund
2/4
Bijsluiter – NL versie
Glucose 30 % Kela
8. DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT, WIJZE VAN GEBRUIK EN
TOEDIENINGSWEG
1 tot 2 ml per kg lichaamsgewicht (150-300 mg glucose/kg LG). Indien nodig mag de behandeling
herhaald worden.
9. AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
Langzaam intraveneus toedienen (infusiesnelheid: < 100 ml/minuut).
De oplossing is niet geschikt voor subcutane of intraperitoneale toediening.
10. WACHTTERMIJN
Geen (0 dagen)
11. SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ BEWAREN
Geen speciale voorzorgen voor de bewaring van dit diergeneesmiddel.
De uiterste datum van gebruik is aangegeven op de verpakking onder EXP.
Eenmalig te gebruiken. Restanten van aangebroken flessen mogen niet meer gebruikt worden.
Buiten het bereik en zicht van kinderen bewaren.
12. SPECIALE WAARSCHUWINGEN
De oplossing bij voorkeur opwarmen tot lichaamstemperatuur alvorens intraveneus toe te dienen.
De nodige aseptische voorzorgen nemen.
De hypertone oplossing mag uitsluitend intraveneus toegediend worden.
Steeds controleren of de naald goed intraveneus zit.
Steeds voldoende drinkwater ter beschikking stellen.
In geval van secondaire ketonemie, steeds de primaire oorzaak behandelen.
De intraveneuze glucose behandeling kan eventueel ondersteund worden door orale behandeling
met glucose precursoren en/of glucocorticoïden.
Te snelle infusies en Infusies met te grote volumina veroorzaken een verhoging van het
vochtvolume in de bloedvaten met mogelijks een daling van de natrium- en kaliumionen in het
bloed (hyponatriëmie, hypokaliëmie) tot gevolg.
De oplossing heeft een zure pH. Vermengen met andere producten kan aanleiding geven tot
neerslag en dient vermeden te worden.
13. SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUELE RESTANTEN
HIERVAN
Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de nationale
vereisten te worden verwijderd.
14. DE DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Februari 2013
3/4
Bijsluiter – NL versie
Glucose 30 % Kela
15. OVERIGE INFORMATIE
Uitsluitend voor Diergeneeskundig gebruik.
Uitsluitend op diergeneeskundig voorschrift verkrijgbaar diergeneesmiddel.
Nummer van de vergunning: BE-V305234.
4/4
jsluiter NL versie G
lucose 30 % Kela
B. BIJSLUITER
jsluiter NL versie G
lucose 30 % Kela
BIJSLUITER
GLUCOSE 30 % Kela
oplossing voor intraveneuze infusie
1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE,
INDIEN VERSCHILLEND
KELA Laboratoria N.V.
St.Lenaartseweg 48
B-2320 Hoogstraten
2. BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
GLUCOSE 30 % Kela
3. GEHALTE AAN WERKZAME STOF EN OVERIGE BESTANDDELEN
1 ml bevat:
Glucose monohydraat equivalent aan 300 mg glucose excipiens q.s. ad 1 ml
4. INDICATIE
Voor de behandeling van ketonemie bij melkvee.
5. CONTRA-INDICATIES
Hyperglycemie en glucose stofwisselingsstoornissen zoals diabetes mellitus zijn absolute contra-
indicaties. De nodige voorzichtigheid dient te worden in acht genomen in geval van iso- en
hypotone hyperhydratatie en hypotone dehydratatie, hyponatriëmie, hypokaliëmie en ernstige
hartaandoeningen. Vooral bij oude en zwaar zieke dieren is toediening tijdens de posttraumatische
of postnarcotische fase tegenaangewezen.
6. BIJWERKINGEN
De tijdelijke hyperglycemie na infusie resulteert in een verhoogde uitscheiding van glucose met de
urine en een osmotische diurese. Deze effecten zijn echter dosisafhankelijk en voorbijgaand met
een normalisatie van de glucose- en wateruitscheiding binnen de 2 tot 3 uren.
Locale irritatie en zwelling, eventueel thrombophlebitis kan voorkomen in geval van niet strikt
intraveneuze toediening.
Indien u ernstige bijwerkingen of andersoortige reacties vaststelt die niet in deze bijsluiter worden
vermeld, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen.
7. DIERSOORT WAARVOOR HET DIERGENEESMIDDEL BESTEMD IS
Rund
jsluiter NL versie G
lucose 30 % Kela
8. DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT, WIJZE VAN GEBRUIK EN
TOEDIENINGSWEG
1 tot 2 ml per kg lichaamsgewicht (150-300 mg glucose/kg LG). Indien nodig mag de behandeling
herhaald worden.
9. AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
Langzaam intraveneus toedienen (infusiesnelheid: < 100 ml/minuut).
De oplossing is niet geschikt voor subcutane of intraperitoneale toediening.
10. WACHTTERMIJN
Geen (0 dagen)
11. SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ BEWAREN
Geen speciale voorzorgen voor de bewaring van dit diergeneesmiddel.
De uiterste datum van gebruik is aangegeven op de verpakking onder EXP.
Eenmalig te gebruiken. Restanten van aangebroken flessen mogen niet meer gebruikt worden.
Buiten het bereik en zicht van kinderen bewaren.
12. SPECIALE WAARSCHUWINGEN
De oplossing bij voorkeur opwarmen tot lichaamstemperatuur alvorens intraveneus toe te dienen.
De nodige aseptische voorzorgen nemen.
De hypertone oplossing mag uitsluitend intraveneus toegediend worden.
Steeds controleren of de naald goed intraveneus zit.
Steeds voldoende drinkwater ter beschikking stellen.
In geval van secondaire ketonemie, steeds de primaire oorzaak behandelen.
De intraveneuze glucose behandeling kan eventueel ondersteund worden door orale behandeling
met glucose precursoren en/of glucocorticoïden.
Te snelle infusies en Infusies met te grote volumina veroorzaken een verhoging van het
vochtvolume in de bloedvaten met mogelijks een daling van de natrium- en kaliumionen in het
bloed (hyponatriëmie, hypokaliëmie) tot gevolg.
De oplossing heeft een zure pH. Vermengen met andere producten kan aanleiding geven tot
neerslag en dient vermeden te worden.
13. SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUELE RESTANTEN
HIERVAN
Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de nationale
vereisten te worden verwijderd.
14. DE DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Februari 2013
jsluiter NL versie G
lucose 30 % Kela
15. OVERIGE INFORMATIE
Uitsluitend voor Diergeneeskundig gebruik.
Uitsluitend op diergeneeskundig voorschrift verkrijgbaar diergeneesmiddel.
Nummer van de vergunning: BE-V305234.
lucose 30 % Kela
B. BIJSLUITER
jsluiter NL versie G
lucose 30 % Kela
BIJSLUITER
GLUCOSE 30 % Kela
oplossing voor intraveneuze infusie
1. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE,
INDIEN VERSCHILLEND
KELA Laboratoria N.V.
St.Lenaartseweg 48
B-2320 Hoogstraten
2. BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
GLUCOSE 30 % Kela
3. GEHALTE AAN WERKZAME STOF EN OVERIGE BESTANDDELEN
1 ml bevat:
Glucose monohydraat equivalent aan 300 mg glucose excipiens q.s. ad 1 ml
4. INDICATIE
Voor de behandeling van ketonemie bij melkvee.
5. CONTRA-INDICATIES
Hyperglycemie en glucose stofwisselingsstoornissen zoals diabetes mellitus zijn absolute contra-
indicaties. De nodige voorzichtigheid dient te worden in acht genomen in geval van iso- en
hypotone hyperhydratatie en hypotone dehydratatie, hyponatriëmie, hypokaliëmie en ernstige
hartaandoeningen. Vooral bij oude en zwaar zieke dieren is toediening tijdens de posttraumatische
of postnarcotische fase tegenaangewezen.
6. BIJWERKINGEN
De tijdelijke hyperglycemie na infusie resulteert in een verhoogde uitscheiding van glucose met de
urine en een osmotische diurese. Deze effecten zijn echter dosisafhankelijk en voorbijgaand met
een normalisatie van de glucose- en wateruitscheiding binnen de 2 tot 3 uren.
Locale irritatie en zwelling, eventueel thrombophlebitis kan voorkomen in geval van niet strikt
intraveneuze toediening.
Indien u ernstige bijwerkingen of andersoortige reacties vaststelt die niet in deze bijsluiter worden
vermeld, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis te stellen.
7. DIERSOORT WAARVOOR HET DIERGENEESMIDDEL BESTEMD IS
Rund
jsluiter NL versie G
lucose 30 % Kela
8. DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT, WIJZE VAN GEBRUIK EN
TOEDIENINGSWEG
1 tot 2 ml per kg lichaamsgewicht (150-300 mg glucose/kg LG). Indien nodig mag de behandeling
herhaald worden.
9. AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
Langzaam intraveneus toedienen (infusiesnelheid: < 100 ml/minuut).
De oplossing is niet geschikt voor subcutane of intraperitoneale toediening.
10. WACHTTERMIJN
Geen (0 dagen)
11. SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ BEWAREN
Geen speciale voorzorgen voor de bewaring van dit diergeneesmiddel.
De uiterste datum van gebruik is aangegeven op de verpakking onder EXP.
Eenmalig te gebruiken. Restanten van aangebroken flessen mogen niet meer gebruikt worden.
Buiten het bereik en zicht van kinderen bewaren.
12. SPECIALE WAARSCHUWINGEN
De oplossing bij voorkeur opwarmen tot lichaamstemperatuur alvorens intraveneus toe te dienen.
De nodige aseptische voorzorgen nemen.
De hypertone oplossing mag uitsluitend intraveneus toegediend worden.
Steeds controleren of de naald goed intraveneus zit.
Steeds voldoende drinkwater ter beschikking stellen.
In geval van secondaire ketonemie, steeds de primaire oorzaak behandelen.
De intraveneuze glucose behandeling kan eventueel ondersteund worden door orale behandeling
met glucose precursoren en/of glucocorticoïden.
Te snelle infusies en Infusies met te grote volumina veroorzaken een verhoging van het
vochtvolume in de bloedvaten met mogelijks een daling van de natrium- en kaliumionen in het
bloed (hyponatriëmie, hypokaliëmie) tot gevolg.
De oplossing heeft een zure pH. Vermengen met andere producten kan aanleiding geven tot
neerslag en dient vermeden te worden.
13. SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUELE RESTANTEN
HIERVAN
Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de nationale
vereisten te worden verwijderd.
14. DE DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Februari 2013
jsluiter NL versie G
lucose 30 % Kela
15. OVERIGE INFORMATIE
Uitsluitend voor Diergeneeskundig gebruik.
Uitsluitend op diergeneeskundig voorschrift verkrijgbaar diergeneesmiddel.
Nummer van de vergunning: BE-V305234.