Gonal-f 300 iu/0,5 ml (22 µg/0,5 ml)
BIJLAGE I
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 75 I.E. poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke injectieflacon bevat 5,5 microgram follitropine alfa*, overeenkomend met 75 I.E. Elke ml van de
gereconstitueerde oplossing bevat 75 I.E.
* recombinant humaan follikelstimulerend hormoon (r-hFSH) geproduceerd door middel van
recombinant-DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese hamster (CHO cellen)
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie.
Uiterlijk van het poeder: witte gevriesdroogde pellet.
Uiterlijk van het oplosmiddel: heldere kleurloze oplossing.
De pH-waarde van de gereconstitueerde oplossing is 6,5-7,5.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Bij volwassen vrouwen
•
•
•
Anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom) bij vrouwen die niet reageerden op
behandeling met clomifeencitraat.
Stimulering van multifolliculaire ontwikkeling bij vrouwen die superovulatie ondergaan ten
behoeve van conceptiehulptechnieken (ART) zoals
in vitro
fertilisatie (IVF), ´gamete
intra-fallopian transfer´ en ´zygote intra-fallopian transfer´.
GONAL-f in combinatie met een luteïniserend hormoonpreparaat (LH) wordt aanbevolen voor
de stimulatie van follikelgroei bij vrouwen met een ernstige LH- en FSH-deficiëntie. In
klinische onderzoeken werden deze omschreven met een endogene serum LH spiegel
< 1,2 I.E./l.
Bij volwassen mannen
•
GONAL-f is in combinatie met chorion gonadotropine (hCG) therapie geïndiceerd voor het
stimuleren van de spermatogenese bij mannen lijdende aan congenitaal of verworven
hypogonadotroop hypogonadisme.
Dosering en wijze van toediening
4.2
De behandeling met GONAL-f moet gestart worden onder toezicht van een arts die ervaren is in de
behandeling van fertiliteitsstoornissen.
Dosering
De aanbevolen doses voor GONAL-f zijn dezelfde als voor urinair FSH. De klinische onderzoeken
met GONAL-f geven aan dat de dagelijkse doseringen, toedieningsschema’s en de procedures om de
behandeling te volgen niet zouden moeten verschillen van die, welke momenteel gebruikt worden voor
2
de geneesmiddelen met urinair FSH. Geadviseerd wordt de aanbevolen startdoseringen zoals hieronder
aangegeven te volgen.
Vergelijkende klinische studies hebben aangetoond dat patiënten gemiddeld een lagere cumulatieve
dosis en een kortere behandelperiode nodig hebben met GONAL-f vergeleken met urinair FSH.
Daarom wordt het geschikt geacht een lagere totale dosis GONAL-f te geven dan normaal gebruikt
wordt voor urinair FSH, niet alleen om de follikelontwikkeling te optimaliseren, maar ook om het
risico op ongewenste ovariële hyperstimulatie te minimaliseren. Zie rubriek 5.1.
Vrouwen met anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom)
GONAL-f kan gegeven worden als een kuur van dagelijkse injecties. Bij menstruerende vrouwen dient
de behandeling te beginnen binnen de eerste 7 dagen van de menstruele cyclus.
Een behandelingsschema dat veelvuldig wordt gehanteerd begint met 75-150 I.E. FSH elke dag. Deze
dosis kan met tussenpozen van 7 of bij voorkeur 14 dagen met bij voorkeur 37,5 of 75 I.E. worden
verhoogd, indien nodig, om een voldoende, maar niet overmatige reactie te bewerkstelligen. De
behandeling dient nauwkeurig op de reactie van de individuele patiënt te worden afgestemd op basis
van meting van de follikelgrootte door middel van echografie en/of oestrogeensecretie. De maximale
dagdosis is meestal niet hoger dan 225 I.E. FSH. Indien na 4 weken behandeling onvoldoende reactie
waarneembaar is, dan dient deze cyclus te worden afgebroken; de patiënt dient dan een verdere
beoordeling te ondergaan, waarna zij de volgende cyclus kan beginnen met een hogere aanvangsdosis
dan die van de afgebroken cyclus.
Wanneer een optimale reactie is verkregen, dient een enkele injectie van 250 microgram recombinant
humaan chorion gonadotropine alfa (r-hCG) of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG te worden gegeven
24-48 uur na de laatste GONAL-f injectie. De patiënt wordt aangeraden om gemeenschap te hebben
zowel òp de dag van hCG toediening als de dag erna. Als alternatief kan intra-uteriene inseminatie
(IUI) worden uitgevoerd.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven (zie rubriek 4.4). De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een
lagere dosis dan die in de voorafgaande.
Vrouwen die ovariële stimulatie ondergaan voor meervoudige folliculaire ontwikkeling voorafgaande
aan in vitro-fertilisatie of andere conceptiehulptechnieken (ART)
Een vaak gebruikt behandelingsschema voor superovulatie bestaat uit de toediening van 150-225 I.E.
GONAL-f per dag, te beginnen op dag 2 of 3 van de cyclus. De behandeling wordt daarna voortgezet
totdat een adequate follikelgroei is verkregen (bepaald via de oestrogeenconcentraties in serum en/of
via echografie), waarbij de dosis wordt aangepast op geleide van de respons van de patiënt, over het
algemeen tot een maximum van 450 I.E. per dag. In het algemeen wordt een adequate follikelgroei
bereikt op gemiddeld de tiende behandelingsdag (spreiding van 5 tot 20 dagen).
24-48 uur na de laatste toediening van GONAL-f wordt een enkelvoudige injectie van 250 microgram
r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E. hCG toegediend, om volledige follikelrijping te
bewerkstelligen.
Onderdrukking door middel van een GnRH-agonist of -antagonist wordt thans gewoonlijk toegepast
om de endogene LH-piek te onderdrukken (´downreguleren´), en de verhoogde LH-spiegels onder
controle te houden. Het is gebruikelijk ongeveer 2 weken na het begin van de agonist-therapie met de
toediening van GONAL-f te beginnen, en met beide middelen voort te gaan tot een adequate
follikelgroei bereikt is. Bijvoorbeeld, na twee weken behandeling met een agonist wordt 150-225 I.E.
GONAL-f toegediend gedurende de eerste zeven dagen. Daarna wordt de dosis aangepast al
naargelang de ovariële respons.
Wijdverbreide ervaring met IVF laat zien dat in het algemeen het succes van de behandeling
gedurende de eerste vier pogingen stabiel blijft en daarna geleidelijk afneemt.
3
Vrouwen met anovulatie ten gevolge van ernstige LH- en FSH-deficiëntie
Het doel van de behandeling met GONAL-f, in combinatie met lutropine alfa, is het ontwikkelen van
een rijpe Graafse follikel waaruit de onbevruchte eicel wordt vrijgemaakt na toediening van humaan
chorion gonadotropine (hCG) bij vrouwen met een LH- en FSH-deficiëntie (hypogonadotroop
hypogonadisme). GONAL-f moet als een dagelijkse injectiekuur worden gegeven, samen met
lutropine alfa. Aangezien deze patiënten niet menstrueren en lage endogene oestrogeenspiegels hebben
kan de behandeling op elk gewenst ogenblik beginnen.
Een aanbevolen startdosering is 75 I.E. lutropine alfa samen met 75-150 I.E. FSH per dag. De
behandeling moet op basis van metingen van de follikelgrootte door middel van echografie en
oestrogeenrespons worden aangepast aan de reactie van de individuele patiënt.
Als een verhoging van de dosis FSH nodig wordt geacht, moet dit bij voorkeur worden gedaan met
tussenpozen van 7-14 dagen en bij voorkeur met een verhoging in stappen van 37,5-75 I.E. Het kan
aanvaardbaar zijn de duur van de stimulatie in enige cyclus tot vijf weken te verlengen.
Als een optimale respons is verkregen moet 24-48 uur na de laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa, een enkele injectie met 250 microgram r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E.
hCG toegediend worden. De patiënt wordt aangeraden op de dag van de hCG injectie en de volgende
dag gemeenschap te hebben. Als alternatief kan IUI worden uitgevoerd.
Ondersteuning in de luteale fase kan overwogen worden aangezien gebrek aan stoffen met luteotrope
werking (LH/hCG) na ovulatie kunnen resulteren in een vroegtijdig ten gronde gaan van het corpus
luteum.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven. De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een lagere dosis FSH
dan die in de voorafgaande cyclus.
Mannen met hypogonadotroop hypogonadisme
GONAL-f dient te worden gegeven in een dosis van 150 I.E. driemaal per week, gelijktijdig met hCG,
gedurende minimaal 4 maanden. Indien na afloop van deze periode de patiënt nog niet heeft
gereageerd, dan kan de combinatietherapie worden voortgezet. Klinische ervaring tot nu toe geeft aan
dat een behandelingsduur van minimaal 18 maanden nodig kan zijn om spermatogenese te
bewerkstelligen.
Bijzondere populaties
Ouderen
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij oudere patiënten. De veiligheid en werkzaamheid
van GONAL-f bij oudere patiënten zijn niet vastgesteld.
Nier- of leverfunctiestoornissen
De veiligheid, werkzaamheid en farmacokinetiek van GONAL-f bij patiënten met nier- of
leverfunctiestoornissen zijn niet vastgesteld.
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij pediatrische patiënten.
Wijze van toediening
GONAL-f is bedoeld voor subcutaan gebruik. De injectie moet elke dag op hetzelfde tijdstip worden
gegeven.
4
De eerste injectie met GONAL-f moet onder direct medisch toezicht worden toegediend.
Zelf-toediening van GONAL-f dient alleen te worden uitgevoerd door goed gemotiveerde en
voldoende geïnstrueerde patiënten die snel kunnen beschikken over deskundig advies.
De injectieplaats dient dagelijks te worden afgewisseld.
Voor instructies over reconstitutie en toediening van GONAL-f poeder en oplosmiddel voor oplossing
voor injectie, zie rubriek 6.6 en de bijsluiter.
4.3
•
•
•
•
•
Contra-indicaties
overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
tumoren van hypothalamus of hypofyse
vergroting van de ovaria of ovariumcysten niet als gevolg van polycysteus-ovariumsyndroom
gynaecologische bloedingen met onbekende oorzaak
ovarium-, uterus- of mammacarcinoom
GONAL-f mag niet worden toegediend in gevallen waarin geen effect kan worden verwacht, zoals:
•
primaire ovariuminsufficiëntie
•
misvormingen van de geslachtsorganen die zwangerschap onmogelijk maken
•
baarmoedermyomen die zwangerschap in de weg staan
•
primaire testesinsufficiëntie
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Algemene aanbevelingen
GONAL-f is een krachtig gonadotroop middel dat milde tot ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, en
enkel gebruikt mag worden door artsen die grondig vertrouwd zijn met problemen van
onvruchtbaarheid en hun behandeling.
Behandeling met gonadotropine vereist een zekere beschikbaarheid van artsen en andere
gezondheidswerkers, evenals de gepaste faciliteiten voor opvolging van patiënten. Veilig en
doeltreffend gebruik van GONAL-f bij vrouwen vereist het volgen van de ovariële respons door
middel van echografie, alleen of liefst in combinatie met regelmatige bepalingen van
oestradiolspiegels in serum. Er bestaat een zekere mate van inter-patiënt variabiliteit voor wat betreft
de respons op FSH toediening, met weinig respons op FSH in sommige patiënten en een overmatige
respons bij anderen. Zowel bij mannen als vrouwen dient de laagste effectieve dosis, in verhouding tot
het behandelingsdoel, te worden gebruikt.
Porfyrie
Patiënten met porfyrie of met een familiale geschiedenis met porfyrie dienen nauw gecontroleerd te
worden tijdens de behandeling met GONAL-f. Achteruitgang of een eerste verschijnsel van deze
aandoening kan beëindiging van de behandeling vereisen.
Bij behandeling van vrouwen
Vóór de therapie moet de infertiliteit van de partners eenduidig vastgesteld zijn, en moeten
contra-indicaties voor zwangerschap zijn uitgesloten. In het bijzonder dienen patiënten onderzocht te
worden op hypothyreoïdie, bijnierschorsinsufficientie en hyperprolactinemie en adequaat specifiek
behandeld te worden.
5
Patiënten bij wie stimulering van follikelgroei wordt toegepast, hetzij als behandeling van anovulatoire
onvruchtbaarheid of van ART procedures, kunnen ovariële vergroting ondervinden en ovariële
hyperstimulatie ontwikkelen. Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van
GONAL-f, tegelijkertijd met zorgvuldige controle van de behandeling zullen het risico hierop
beperken. Voor het op de juiste wijze interpreteren van indices van follikulaire ontwikkeling en rijping
dient de arts ervaren te zijn in het interpreteren van relevante tests.
In klinisch onderzoek is aangetoond dat de gevoeligheid van het ovarium voor GONAL-f toeneemt als
lutropine alfa wordt toegediend. Als een doseringsverhoging van FSH wenselijk wordt geacht moet dit
bij voorkeur met tussenpozen van 7-14 dagen gebeuren en met stapsgewijze dosisverhogingen van
37,5-75 I.E.
Een directe vergelijking tussen GONAL-f/LH en humaan menopauzaal gonadotropine (hMG) is niet
uitgevoerd. Een vergelijking met historische gegevens maakt aannemelijk dat de ovulatiesnelheid
welke wordt verkregen met GONAL-f/LH vergelijkbaar is met die verkregen met hMG.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Een bepaalde mate van ovariumvergroting is een te verwachten effect van gecontroleerde ovariële
stimulatie. Het wordt vaker gezien bij vrouwen met polycysteus-ovariumsyndroom en wordt
doorgaans minder zonder behandeling.
Anders dan bij ongecompliceerde ovariële vergroting, is OHSS een aandoening die zich kan
manifesteren in toenemende mate van ernst. Het omvat uitgesproken ovariële vergroting, hoge
geslachtssteroïdenspiegels, en een verhoogde vasculaire permeabiliteit die kan leiden tot een ophoping
van vocht in peritoneale, pleurale, en zelden, in pericardiale holten.
De volgende symptomatologie kan vóórkomen in ernstige gevallen van OHSS: buikpijn, opzetting van
de buik, ernstige ovariële vergroting, gewichtstoename, dyspneu, oligurie en gastrointestinale
symptomen zoals misselijkheid, braken en diarree. Klinisch onderzoek kan hypovolemie aantonen,
hemoconcentratie, elektrolytstoornissen, ascites, hemoperitoneum, pleurale vochtuitstortingen,
hydrothorax of acuut longlijden. Zeer zelden kan ernstige OHSS gecompliceerd worden door
gedraaide eileiders of trombo-embolische voorvallen zoals longembolie, ischemische beroerte of
myocardinfarct.
Onafhankelijke risicofactoren voor het ontwikkelen van OHSS zijn polycysteus-ovariumsyndroom,
hoge absolute of snel stijgende serumspiegels van oestradiol (bv. > 900 pg/ml of > 3.300 pmol/l bij
anovulatie; > 3.000 pg/ml of > 11.000 pmol/l bij ART) en een groot aantal ontwikkelende ovariële
follikels (bv. > 3
follikels met een diameter van ≥
14
mm bij anovulatie; ≥
20 follikels met een
diameter van ≥
12 mm bij ART).
Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van GONAL-f kan het risico van
ovariële hyperstimulatie tot een minimum beperken (zie rubrieken 4.2 en 4.8). Het monitoren van de
stimulatiecycli met zowel echografie als oestradiolbepalingen wordt aangeraden om risicofactoren in
een vroeg stadium te herkennen.
Er zijn tekenen die erop wijzen dat hCG een sleutelrol speelt bij het ontstaan van OHSS en dat het
syndroom ernstiger kan zijn of langer kan aanhouden in geval van zwangerschap. Het is daarom aan te
raden dat geen hCG wordt toegediend indien zich tekenen voordoen van ovariële hyperstimulatie,
zoals een serum-oestradiolspiegel van > 5.500 pg/ml of > 20.200
pmol/l en/of in totaal ≥
40 follikels,
en dat de patiënt wordt geadviseerd ten minste 4 dagen geen gemeenschap te hebben of
barrière-contraceptiemethoden te gebruiken. OHSS kan snel (binnen 24 uur) of in enkele dagen
ontwikkelen en een ernstige medische aandoening worden. Meestal treedt het op nadat een
hormonenbehandeling is stopgezet en bereikt het zijn hoogtepunt ongeveer zeven tot tien dagen na de
behandeling. Daarom dienen patiënten ten minste gedurende 2 weken na de hCG-toediening gevolgd
te worden.
6
Bij ART kan echter aspiratie van alle follikels vóór ovulatie het vóórkomen van hyperstimulatie
verminderen.
Lichte of matige OHSS verdwijnt doorgaans spontaan. In geval van ernstige OHSS, wordt aangeraden
om de gonadotropinebehandeling te onderbreken, als zij nog gaande was, en om de patiënt in een
ziekenhuis op te nemen en specifieke behandeling te starten.
Meerlingzwangerschap
Bij patiënten bij wie ovulatie-inductie wordt toegepast, treden meerlingzwangerschappen vaker op dan
bij vrouwen bij wie de zwangerschap op natuurlijke wijze tot stand is gebracht. De meerderheid van
de meerlingen zijn tweelingen. Bij meerlingzwangerschap, in het bijzonder die van grote orde, bestaat
een verhoogde kans op ongewenste maternale en perinatale uitkomsten.
Om de kans op meerlingzwangerschap zo klein mogelijk te houden is het aanbevolen de ovariële
respons zorgvuldig te volgen.
De kans op meerlingzwangerschappen na toepassing van conceptiehulptechnieken (ART) hangt samen
met het aantal teruggeplaatste embryo's, de kwaliteit hiervan en de leeftijd van de patiënt.
Patiënten dienen vóór de behandeling te worden ingelicht omtrent het risico op meerlinggeboortes.
Zwangerschapsafbreking
Het percentage zwangerschapsafbreking door miskraam of spontane abortus is hoger bij patiënten die
stimulering van follikelgroei ondergaan voor ovulatie-inductie of ART dan na natuurlijke bevruchting.
Extra-uteriene zwangerschap
Vrouwen met een voorgeschiedenis van aandoeningen ter hoogte van de eileiders, hebben een
verhoogd risico op extra-uteriene zwangerschap, ongeacht of de zwangerschap natuurlijk tot stand
kwam of na vruchtbaarheidsbehandeling. Het optreden van extra-uteriene zwangerschap na ART bleek
vaker voor te komen dan bij de algemene bevolking.
Tumoren van het voortplantingssysteem
Er zijn gevallen gerapporteerd van zowel goedaardige als kwaadaardige tumoren van de ovaria of
andere delen van het voortplantingsstelsel, bij vrouwen die veelvuldige behandelingen kregen voor
onvruchtbaarheid. Het is nog niet duidelijk of behandeling met gonadotropinen het risico voor dit
soort tumoren verhoogt bij onvruchtbare vrouwen.
Congenitale afwijkingen
Het vóórkomen van congenitale afwijkingen na ART kan iets hoger zijn dan na gewone conceptie.
Men veronderstelt dat dit komt door verschillen in de eigenschappen van de ouders (bijvoorbeeld de
leeftijd van de moeder, eigenschappen van het sperma) en meerlingzwangerschappen.
Trombo-embolische voorvallen
Bij vrouwen met recente of nog aanwezige trombo-embolische aandoeningen of bij vrouwen met
algemeen erkende risicofactoren voor het ontstaan van trombo-embolische voorvallen, zoals een eigen
of familiegeschiedenis, kan bij behandeling met gonadotropinen het risico van het verergeren of het
optreden van dergelijke voorvallen verder toenemen. Bij deze vrouwen dient een afweging te worden
gemaakt van de voordelen van gonadotropinebehandeling en de nadelen daarvan. Het dient echter te
worden opgemerkt dat zowel zwangerschap zelf als OHSS ook een toename van het risico van
trombo-embolische voorvallen met zich meebrengen.
Bij behandeling van mannen
Een verhoogde concentratie endogeen FSH wijst op primaire testesinsufficiëntie. Patiënten bij wie dit
wordt geconstateerd, reageren niet op de combinatie GONAL-f/hCG. GONAL-f mag niet worden
gebruikt wanneer geen effectieve respons kan worden verkregen.
7
Als onderdeel van de evaluatie van het effect van de behandeling wordt sperma-analyse 4 tot
6 maanden na het begin van de behandeling aanbevolen.
Natriumgehalte
Gonal-f bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Gelijktijdig gebruik van GONAL-f en andere ovulatiestimulerende geneesmiddelen (bv. hCG,
clomifeencitraat) kan de folliculaire respons potentiëren. Wanneer overigens tegelijkertijd een
GnRH-agonist of -antagonist wordt gebruikt om de hypofyse te desensitiseren, kan een hogere dosis
van GONAL-f nodig zijn om een adequate ovariële respons te bereiken. Geen klinisch belangrijke
interacties met andere geneesmiddelen zijn gemeld tijdens behandeling met GONAL-f.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er is geen indicatie voor het gebruik van GONAL-f tijdens de zwangerschap. Gegevens die afkomstig
zijn van een beperkt aantal blootgestelde zwangerschappen (minder dan
300 zwangerschapsuitkomsten) duiden erop dat follitropine alfa niet misvormend of foetaal/neonataal
toxisch is.
In dierstudies is geen teratogeen effect waargenomen (zie rubriek 5.3).
In geval van blootstelling tijdens de zwangerschap, zijn er onvoldoende klinische gegevens om een
teratogeen effect van GONAL-f uit te sluiten.
Borstvoeding
GONAL-f is niet geïndiceerd tijdens het geven van borstvoeding.
Vruchtbaarheid
GONAL-f is geïndiceerd voor gebruik bij onvruchtbaarheid (zie rubriek 4.1).
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
GONAL-f heeft naar verwachting geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het
vermogen om machines te bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn hoofdpijn, ovariumcysten en reacties op de injectieplaats (bv.
pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie op de injectieplaats).
Licht of matig ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS) is vaak gemeld en dient te worden
beschouwd als een intrinsiek risico van de stimulatieprocedure. Ernstig OHSS komt soms voor (zie
rubriek 4.4).
Trombo-embolie kan zeer zelden optreden (zie rubriek 4.4).
8
Lijst van bijwerkingen
De volgende definities zijn van toepassing op de hieronder gebruikte frequentieterminologie: zeer
vaak (≥
1/10), vaak
(≥
1/100, < 1/10), soms
(≥
1/1.000, < 1/100), zelden
(≥
1/10.000, < 1/1.000), zeer
zelden (< 1/10.000).
Behandeling bij vrouwen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak:
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Zeer zelden:
Trombo-embolie (zowel in verband met als afzonderlijk van OHSS)
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak:
Buikpijn, opgezette buik, buikklachten, misselijkheid, braken, diarree
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Zeer vaak:
Ovariumcysten
Vaak:
Mild tot matig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie)
Soms:
Ernstig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie) (zie rubriek 4.4)
Zelden:
Complicatie van ernstig OHSS
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Behandeling bij mannen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak:
Acne
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Vaak:
Gynaecomastie, varicocele
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Onderzoeken
Vaak:
Gewichtstoename
9
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
De effecten van een overdosering met GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin bestaat de mogelijkheid
dat OHSS optreedt (zie rubriek 4.4).
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: geslachtshormonen en modulatoren van het genitale stelsel,
gonadotropinen, ATC-code: G03GA05.
Het belangrijkste effect van parenterale toediening van FSH bij vrouwen is de ontwikkeling van rijpe
Graafse follikels. Bij vrouwen met anovulatie is het doel van behandeling met GONAL-f de
ontwikkeling van een enkele rijpe Graafse follikel, waaruit na toediening van hCG een eicel vrijkomt.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij vrouwen
In klinische onderzoeken werden patiënten met ernstige FSH- en LH-deficiëntie omschreven met een
endogene serum LH-spiegel van < 1,2 I.E./l, gemeten in een centraal laboratorium. Er moet echter
rekening gehouden worden met het feit dat LH-bepalingen tussen verschillende laboratoria kunnen
verschillen.
In klinische studies die r-hFSH (follitropine alfa) en urinair FSH vergelijken bij ART (zie
onderstaande tabel) en bij ovulatie-inductie, was GONAL-f effectiever dan urinair FSH, aangezien een
lagere dosis en kortere behandelperiode nodig zijn om follikelrijping te initiëren.
Bij ART resulteerde GONAL-f met een lagere totale dosis en kortere behandelperiode dan urinair FSH
in een hoger aantal gewonnen oöcyten, vergeleken met urinair FSH.
Tabel: Resultaten van studie GF 8407 (gerandomiseerde studie met parallelle groepen die
werkzaamheid en veiligheid vergelijkt van GONAL-f met die van urinair FSH bij ART)
GONAL-f
(n = 130)
11,0 ± 5,9
11,7 ± 1,9
27,6 ± 10,2
56,2
urinair FSH
(n = 116)
8,8 ± 4,8
14,5 ± 3,3
40,7 ± 13,6
85,3
Aantal gewonnen oöcyten
Benodigde dagen FSH-stimulatie
Totale benodigde dosis FSH (aantal FSH
75 I.E. ampullen)
Behoefte de dosis te verhogen (%)
Verschillen tussen de 2 groepen waren statistisch significant (p< 0,05) voor alle genoemde criteria.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij mannen
Bij mannen, met een tekort aan FSH, induceert GONAL-f de spermatogenese, indien toegediend in
combinatie met hCG gedurende ten minste 4 maanden.
10
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Na intraveneuze toediening wordt follitropine alfa verdeeld over de extracellulaire vloeistof met een
initiële halfwaardetijd van ongeveer 2 uur. Het wordt geëlimineerd met een eindhalfwaardetijd van
ongeveer 1 dag. Het
steady-state
verdelingsvolume en de totale lichaamsklaring zijn respectievelijk
10 l en 0,6 l/uur. Eén achtste deel van de dosis follitropine alfa wordt in de urine uitgescheiden.
Na subcutane toediening is de absolute biologische beschikbaarheid ongeveer 70%. Na herhaalde
toediening van follitropine alfa wordt binnen 3-4 dagen een drievoudige
steady-state
concentratie
bereikt. Bij vrouwen wier endogene gonadotropinensecretie onderdrukt is, blijkt follitropine alfa op
effectieve wijze de follikelrijping en de steroïdgenese te stimuleren, ondanks onmeetbaar lage
LH-spiegels.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij eenmalige en herhaalde dosering en
genotoxiciteit, aanvullend op wat al eerder is gemeld in andere rubrieken van deze SmPC.
Verminderde fertiliteit is gerapporteerd bij ratten blootgesteld aan farmacologische doses van
follitropine
alfa (≥
40 I.E./kg/dag) gedurende langere tijd, door een afgenomen fecunditeit.
Toegediend in hoge doses (≥
5 I.E./kg/dag) veroorzaakte follitropine alfa een afname van het aantal
levensvatbare foetussen zonder teratogeen te zijn, en dystokie overeenkomend met die gezien op
urinair menopauzaal gonadotropine (hMG). Gezien het feit dat GONAL-f bij zwangerschap niet mag
worden gebruikt zijn deze gegevens van beperkte klinische relevantie.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Poeder
Sucrose
Natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat
Dinatriumfosfaat-dihydraat
Methionine
Polysorbaat 20
Fosforzuur, geconcentreerd
Natriumhydroxide
Oplosmiddel
Water voor injecties
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Dit geneesmiddel mag niet gemengd worden met andere geneesmiddelen dan die vermeld zijn in
rubriek 6.6.
6.3
3 jaar.
Voor direct en eenmalig gebruik na opening en reconstitutie.
Houdbaarheid
11
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Bewaren beneden 25°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
GONAL-f wordt geleverd als poeder en oplosmiddel voor injectie. Het poeder is verpakt in 3 ml
injectieflacons (type I glas) met rubberen stop (bromobutylrubber) en afneembare aluminium dop. Het
1 ml oplosmiddel voor reconstitutie wordt geleverd in 1 ml voorgevulde spuiten (type I glas) met een
rubberen stop.
Het geneesmiddel wordt geleverd in verpakkingen van 1, 5 of 10 injectieflacon(s) met 1, 5 of
10 voorgevulde spuiten met oplosmiddel.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Uitsluitend voor eenmalig gebruik.
GONAL-f moet voor gebruik met het oplosmiddel worden gereconstitueerd (zie rubriek “Hoe bereidt
u het GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe gebruikt u het?” in de bijsluiter).
GONAL-f mag gereconstitueerd worden met lutropine-alfa oplossing en samen als een enkele injectie
worden toegediend. Hiertoe wordt eerst lutropine-alfa gereconstitueerd waarna deze oplossing wordt
gebruikt om het GONAL-f poeder op te lossen.
Onderzoeken hebben aangetoond dat gelijktijdige toediening met lutropine-alfa de eigenschappen met
betrekking tot de werking, houdbaarheid, farmacokinetiek en farmacodynamiek van de werkzame
bestanddelen niet significant wijzigt.
De gereconstitueerde oplossing mag niet toegediend worden indien die deeltjes bevat of niet helder is.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
8.
NUMMERS VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/025
EU/1/95/001/026
EU/1/95/001/027
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 oktober 1995
Datum van laatste verlenging: 20 oktober 2010
12
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
13
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke multidoseringsinjectieflacon bevat 87 microgram follitropine alfa* (overeenkomend met
1.200 I.E.), om 77 microgram te leveren (overeenkomend met 1.050 I.E.) in 0,75 ml. Elke ml van de
gereconstitueerde oplossing bevat 600 I.E.
* recombinant humaan follikelstimulerend hormoon (r-hFSH) geproduceerd door middel van
recombinant-DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese hamster (CHO cellen)
Hulpstof met bekend effect: De gereconstitueerde oplossing bevat 9,45 mg benzylalcohol per ml.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie.
Uiterlijk van het poeder: witte gevriesdroogde pellet.
Uiterlijk van het oplosmiddel: heldere kleurloze oplossing.
De pH-waarde van de gereconstitueerde oplossing is 6,5-7,5.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Bij volwassen vrouwen
•
•
•
Anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom) bij vrouwen die niet reageerden op
behandeling met clomifeencitraat.
Stimulering van multifolliculaire ontwikkeling bij vrouwen die superovulatie ondergaan ten
behoeve van conceptiehulptechnieken (ART) zoals
in vitro
fertilisatie (IVF), ´gamete
intra-fallopian transfer´ en ´zygote intra-fallopian transfer´.
GONAL-f in combinatie met een luteïniserend hormoonpreparaat (LH) wordt aanbevolen voor
de stimulatie van follikelgroei bij vrouwen met een ernstige LH- en FSH-deficiëntie. In
klinische onderzoeken werden deze omschreven met een endogene serum LH spiegel
< 1,2 I.E./l.
Bij volwassen mannen
•
GONAL-f is in combinatie met chorion gonadotropine (hCG) therapie geïndiceerd voor het
stimuleren van de spermatogenese bij mannen lijdende aan congenitaal of verworven
hypogonadotroop hypogonadisme.
Dosering en wijze van toediening
4.2
De behandeling met GONAL-f moet gestart worden onder toezicht van een arts die ervaren is in de
behandeling van fertiliteitsstoornissen.
14
Dosering
De aanbevolen doses voor GONAL-f zijn dezelfde als voor urinair FSH. De klinische onderzoeken
met GONAL-f geven aan dat de dagelijkse doseringen, toedieningsschema’s en de procedures om de
behandeling te volgen niet zouden moeten verschillen van die, welke momenteel gebruikt worden voor
de geneesmiddelen met urinair FSH. Geadviseerd wordt de aanbevolen startdoseringen zoals hieronder
aangegeven te volgen.
Vergelijkende klinische studies hebben aangetoond dat patiënten gemiddeld een lagere cumulatieve
dosis en een kortere behandelperiode nodig hebben met GONAL-f vergeleken met urinair FSH.
Daarom wordt het geschikt geacht een lagere totale dosis GONAL-f te geven dan normaal gebruikt
wordt voor urinair FSH, niet alleen om de follikelontwikkeling te optimaliseren, maar ook om het
risico op ongewenste ovariële hyperstimulatie te minimaliseren. Zie rubriek 5.1.
Bio-equivalentie is aangetoond tussen gelijke doses voor de eenmalige dosering en voor de
meervoudige dosering van GONAL-f.
De volgende tabel vermeldt het volume dat moet worden toegediend om de voorgeschreven dosis te
kunnen leveren:
Dosis (I.E.)
75
150
225
300
375
450
Volume dat moet worden
geïnjecteerd (ml)
0,13
0,25
0,38
0,50
0,63
0,75
Vrouwen met anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom)
GONAL-f kan gegeven worden als een kuur van dagelijkse injecties. Bij menstruerende vrouwen dient
de behandeling te beginnen binnen de eerste 7 dagen van de menstruele cyclus.
Een behandelingsschema dat veelvuldig wordt gehanteerd begint met 75-150 I.E. FSH elke dag. Deze
dosis kan met tussenpozen van 7 of bij voorkeur 14 dagen met bij voorkeur 37,5 of 75 I.E. worden
verhoogd, indien nodig, om een voldoende, maar niet overmatige reactie te bewerkstelligen. De
behandeling dient nauwkeurig op de reactie van de individuele patiënt te worden afgestemd op basis
van meting van de follikelgrootte door middel van echografie en/of oestrogeensecretie. De maximale
dagdosis is meestal niet hoger dan 225 I.E. FSH. Indien na 4 weken behandeling onvoldoende reactie
waarneembaar is, dan dient deze cyclus te worden afgebroken; de patiënt dient dan een verdere
beoordeling te ondergaan, waarna zij de volgende cyclus kan beginnen met een hogere aanvangsdosis
dan die van de afgebroken cyclus.
Wanneer een optimale reactie is verkregen, dient een enkele injectie van 250 microgram recombinant
humaan chorion gonadotropine alfa (r-hCG) of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG te worden gegeven
24-48 uur na de laatste GONAL-f injectie. De patiënt wordt aangeraden om gemeenschap te hebben
zowel òp de dag van hCG toediening als de dag erna. Als alternatief kan intra-uteriene inseminatie
(IUI) worden uitgevoerd.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven (zie rubriek 4.4). De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een
lagere dosis dan die in de voorafgaande.
Vrouwen die ovariële stimulatie ondergaan voor meervoudige folliculaire ontwikkeling voorafgaande
aan in vitro-fertilisatie of andere conceptiehulptechnieken (ART)
Een vaak gebruikt behandelingsschema voor superovulatie bestaat uit de toediening van 150-225 I.E.
GONAL-f per dag, te beginnen op dag 2 of 3 van de cyclus. De behandeling wordt daarna voortgezet
totdat een adequate follikelgroei is verkregen (bepaald via de oestrogeenconcentraties in serum en/of
15
via echografie), waarbij de dosis wordt aangepast op geleide van de respons van de patiënt, over het
algemeen tot een maximum van 450 I.E. per dag. In het algemeen wordt een adequate follikelgroei
bereikt op gemiddeld de tiende behandelingsdag (spreiding van 5 tot 20 dagen).
24-48 uur na de laatste toediening van GONAL-f wordt een enkelvoudige injectie van 250 microgram
r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E. hCG toegediend, om volledige follikelrijping te
bewerkstelligen.
Onderdrukking door middel van een GnRH-agonist of -antagonist wordt thans gewoonlijk toegepast
om de endogene LH-piek te onderdrukken (´downreguleren´), en de verhoogde LH-spiegels onder
controle te houden. Het is gebruikelijk ongeveer 2 weken na het begin van de agonist-therapie met de
toediening van GONAL-f te beginnen, en met beide middelen voort te gaan tot een adequate
follikelgroei bereikt is. Bijvoorbeeld, na twee weken behandeling met een agonist wordt 150-225 I.E.
GONAL-f toegediend gedurende de eerste zeven dagen. Daarna wordt de dosis aangepast al
naargelang de ovariële respons.
Wijdverbreide ervaring met IVF laat zien dat in het algemeen het succes van de behandeling
gedurende de eerste vier pogingen stabiel blijft en daarna geleidelijk afneemt.
Vrouwen met anovulatie ten gevolge van ernstige LH- en FSH-deficiëntie
Het doel van de behandeling met GONAL-f, in combinatie met lutropine alfa, is het ontwikkelen van
een rijpe Graafse follikel waaruit de onbevruchte eicel wordt vrijgemaakt na toediening van humaan
chorion gonadotropine (hCG) bij vrouwen met een LH- en FSH-deficiëntie (hypogonadotroop
hypogonadisme). GONAL-f moet als een dagelijkse injectiekuur worden gegeven, samen met
lutropine alfa. Aangezien deze patiënten niet menstrueren en lage endogene oestrogeenspiegels hebben
kan de behandeling op elk gewenst ogenblik beginnen.
Een aanbevolen startdosering is 75 I.E. lutropine alfa samen met 75-150 I.E. FSH per dag. De
behandeling moet op basis van metingen van de follikelgrootte door middel van echografie en
oestrogeenrespons worden aangepast aan de reactie van de individuele patiënt.
Als een verhoging van de dosis FSH nodig wordt geacht, moet dit bij voorkeur worden gedaan met
tussenpozen van 7-14 dagen en bij voorkeur met een verhoging in stappen van 37,5-75 I.E. Het kan
aanvaardbaar zijn de duur van de stimulatie in enige cyclus tot vijf weken te verlengen.
Als een optimale respons is verkregen moet 24-48 uur na de laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa, een enkele injectie met 250 microgram r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E.
hCG toegediend worden. De patiënt wordt aangeraden op de dag van de hCG injectie en de volgende
dag gemeenschap te hebben. Als alternatief kan IUI worden uitgevoerd.
Ondersteuning in de luteale fase kan overwogen worden aangezien gebrek aan stoffen met luteotrope
werking (LH/hCG) na ovulatie kunnen resulteren in een vroegtijdig ten gronde gaan van het corpus
luteum.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven. De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een lagere dosis FSH
dan die in de voorafgaande cyclus.
Mannen met hypogonadotroop hypogonadisme
GONAL-f dient te worden gegeven in een dosis van 150 I.E. driemaal per week, gelijktijdig met hCG,
gedurende minimaal 4 maanden. Indien na afloop van deze periode de patiënt nog niet heeft
gereageerd, dan kan de combinatietherapie worden voortgezet. Klinische ervaring tot nu toe geeft aan
dat een behandelingsduur van minimaal 18 maanden nodig kan zijn om spermatogenese te
bewerkstelligen.
16
Bijzondere populaties
Ouderen
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij oudere patiënten. De veiligheid en werkzaamheid
van GONAL-f bij oudere patiënten zijn niet vastgesteld.
Nier- of leverfunctiestoornissen
De veiligheid, werkzaamheid en farmacokinetiek van GONAL-f bij patiënten met nier- of
leverfunctiestoornissen zijn niet vastgesteld.
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij pediatrische patiënten.
Wijze van toediening
GONAL-f is bedoeld voor subcutaan gebruik. De injectie moet elke dag op hetzelfde tijdstip worden
gegeven.
De eerste injectie met GONAL-f moet onder direct medisch toezicht worden toegediend.
Zelf-toediening van GONAL-f dient alleen te worden uitgevoerd door goed gemotiveerde en
voldoende geïnstrueerde patiënten die snel kunnen beschikken over deskundig advies.
Aangezien GONAL-f multidosering bedoeld is voor meervoudige injecties, dienen er duidelijke
instructies aan de patiënten gegeven te worden om verkeerd gebruik van de multidoseringspresentatie
te voorkomen.
Omdat benzylalcohol een lokale reactie kan veroorzaken mag niet dezelfde injectieplaats op
achtereenvolgende dagen worden gebruikt.
Afzonderlijke gereconstitueerde injectieflacons zijn uitsluitend voor gebruik bij één patiënt bedoeld.
Voor instructies over reconstitutie en toediening van GONAL-f poeder en oplosmiddel voor oplossing
voor injectie, zie rubriek 6.6 en de bijsluiter.
4.3
•
•
•
•
•
Contra-indicaties
overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
tumoren van hypothalamus of hypofyse
vergroting van de ovaria of ovariumcysten niet als gevolg van polycysteus-ovariumsyndroom
gynaecologische bloedingen met onbekende oorzaak
ovarium-, uterus- of mammacarcinoom
GONAL-f mag niet worden toegediend in gevallen waarin geen effect kan worden verwacht, zoals:
•
primaire ovariuminsufficiëntie
•
misvormingen van de geslachtsorganen die zwangerschap onmogelijk maken
•
baarmoedermyomen die zwangerschap in de weg staan
•
primaire testesinsufficiëntie
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
17
Algemene aanbevelingen
GONAL-f is een krachtig gonadotroop middel dat milde tot ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, en
enkel gebruikt mag worden door artsen die grondig vertrouwd zijn met problemen van
onvruchtbaarheid en hun behandeling.
Behandeling met gonadotropine vereist een zekere beschikbaarheid van artsen en andere
gezondheidswerkers, evenals de gepaste faciliteiten voor opvolging van patiënten. Veilig en
doeltreffend gebruik van GONAL-f bij vrouwen vereist het volgen van de ovariële respons door
middel van echografie, alleen of liefst in combinatie met regelmatige bepalingen van
oestradiolspiegels in serum. Er bestaat een zekere mate van inter-patiënt variabiliteit voor wat betreft
de respons op FSH toediening, met weinig respons op FSH in sommige patiënten en een overmatige
respons bij anderen. Zowel bij mannen als vrouwen dient de laagste effectieve dosis, in verhouding tot
het behandelingsdoel, te worden gebruikt.
Porfyrie
Patiënten met porfyrie of met een familiale geschiedenis met porfyrie dienen nauw gecontroleerd te
worden tijdens de behandeling met GONAL-f. Achteruitgang of een eerste verschijnsel van deze
aandoening kan beëindiging van de behandeling vereisen.
Bij behandeling van vrouwen
Vóór de therapie moet de infertiliteit van de partners eenduidig vastgesteld zijn, en moeten
contra-indicaties voor zwangerschap zijn uitgesloten. In het bijzonder dienen patiënten onderzocht te
worden op hypothyreoïdie, bijnierschorsinsufficientie en hyperprolactinemie en adequaat specifiek
behandeld te worden.
Patiënten bij wie stimulering van follikelgroei wordt toegepast, hetzij als behandeling van anovulatoire
onvruchtbaarheid of van ART procedures, kunnen ovariële vergroting ondervinden en ovariële
hyperstimulatie ontwikkelen. Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van
GONAL-f, tegelijkertijd met zorgvuldige controle van de behandeling zullen het risico hierop
beperken. Voor het op de juiste wijze interpreteren van indices van follikulaire ontwikkeling en rijping
dient de arts ervaren te zijn in het interpreteren van relevante tests.
In klinisch onderzoek is aangetoond dat de gevoeligheid van het ovarium voor GONAL-f toeneemt als
lutropine alfa wordt toegediend. Als een doseringsverhoging van FSH wenselijk wordt geacht moet dit
bij voorkeur met tussenpozen van 7-14 dagen gebeuren en met stapsgewijze dosisverhogingen van
37,5-75 I.E.
Een directe vergelijking tussen GONAL-f/LH en humaan menopauzaal gonadotropine (hMG) is niet
uitgevoerd. Een vergelijking met historische gegevens maakt aannemelijk dat de ovulatiesnelheid
welke wordt verkregen met GONAL-f/LH vergelijkbaar is met die verkregen met hMG.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Een bepaalde mate van ovariumvergroting is een te verwachten effect van gecontroleerde ovariële
stimulatie. Het wordt vaker gezien bij vrouwen met polycysteus-ovariumsyndroom en wordt
doorgaans minder zonder behandeling.
Anders dan bij ongecompliceerde ovariële vergroting, is OHSS een aandoening die zich kan
manifesteren in toenemende mate van ernst. Het omvat uitgesproken ovariële vergroting, hoge
geslachtssteroïdenspiegels, en een verhoogde vasculaire permeabiliteit die kan leiden tot een ophoping
van vocht in peritoneale, pleurale, en zelden, in pericardiale holten.
De volgende symptomatologie kan vóórkomen in ernstige gevallen van OHSS: buikpijn, opzetting van
de buik, ernstige ovariële vergroting, gewichtstoename, dyspneu, oligurie en gastrointestinale
symptomen zoals misselijkheid, braken en diarree. Klinisch onderzoek kan hypovolemie aantonen,
18
hemoconcentratie, elektrolytstoornissen, ascites, hemoperitoneum, pleurale vochtuitstortingen,
hydrothorax of acuut longlijden. Zeer zelden kan ernstige OHSS gecompliceerd worden door
gedraaide eileiders of trombo-embolische voorvallen zoals longembolie, ischemische beroerte of
myocardinfarct.
Onafhankelijke risicofactoren voor het ontwikkelen van OHSS zijn polycysteus-ovariumsyndroom,
hoge absolute of snel stijgende serumspiegels van oestradiol (bv. > 900 pg/ml of > 3.300 pmol/l bij
anovulatie; > 3.000 pg/ml of > 11.000 pmol/l bij ART) en een groot aantal ontwikkelende ovariële
follikels (bv. > 3
follikels met een diameter van ≥
14
mm bij anovulatie; ≥
20 follikels met een
diameter van ≥
12 mm bij ART).
Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van GONAL-f kan het risico van
ovariële hyperstimulatie tot een minimum beperken (zie rubrieken 4.2 en 4.8). Het monitoren van de
stimulatiecycli met zowel echografie als oestradiolbepalingen wordt aangeraden om risicofactoren in
een vroeg stadium te herkennen.
Er zijn tekenen die erop wijzen dat hCG een sleutelrol speelt bij het ontstaan van OHSS en dat het
syndroom ernstiger kan zijn of langer kan aanhouden in geval van zwangerschap. Het is daarom aan te
raden dat geen hCG wordt toegediend indien zich tekenen voordoen van ovariële hyperstimulatie,
zoals een serum-oestradiolspiegel van > 5.500 pg/ml of > 20.200
pmol/l en/of in totaal ≥
40 follikels,
en dat de patiënt wordt geadviseerd ten minste 4 dagen geen gemeenschap te hebben of
barrière-contraceptiemethoden te gebruiken. OHSS kan snel (binnen 24 uur) of in enkele dagen
ontwikkelen en een ernstige medische aandoening worden. Meestal treedt het op nadat een
hormonenbehandeling is stopgezet en bereikt het zijn hoogtepunt ongeveer zeven tot tien dagen na de
behandeling. Daarom dienen patiënten ten minste gedurende 2 weken na de hCG-toediening gevolgd
te worden.
Bij ART kan echter aspiratie van alle follikels vóór ovulatie het vóórkomen van hyperstimulatie
verminderen.
Lichte of matige OHSS verdwijnt doorgaans spontaan. In geval van ernstige OHSS, wordt aangeraden
om de gonadotropinebehandeling te onderbreken, als zij nog gaande was, en om de patiënt in een
ziekenhuis op te nemen en specifieke behandeling te starten.
Meerlingzwangerschap
Bij patiënten bij wie ovulatie-inductie wordt toegepast, treden meerlingzwangerschappen vaker op dan
bij vrouwen bij wie de zwangerschap op natuurlijke wijze tot stand is gebracht. De meerderheid van
de meerlingen zijn tweelingen. Bij meerlingzwangerschap, in het bijzonder die van grote orde, bestaat
een verhoogde kans op ongewenste maternale en perinatale uitkomsten.
Om de kans op meerlingzwangerschap zo klein mogelijk te houden is het aanbevolen de ovariële
respons zorgvuldig te volgen.
De kans op meerlingzwangerschappen na toepassing van conceptiehulptechnieken (ART) hangt samen
met het aantal teruggeplaatste embryo's, de kwaliteit hiervan en de leeftijd van de patiënt.
Patiënten dienen vóór de behandeling te worden ingelicht omtrent het risico op meerlinggeboortes.
Zwangerschapsafbreking
Het percentage zwangerschapsafbreking door miskraam of spontane abortus is hoger bij patiënten die
stimulering van follikelgroei ondergaan voor ovulatie-inductie of ART dan na natuurlijke bevruchting.
Extra-uteriene zwangerschap
Vrouwen met een voorgeschiedenis van aandoeningen ter hoogte van de eileiders, hebben een
verhoogd risico op extra-uteriene zwangerschap, ongeacht of de zwangerschap natuurlijk tot stand
kwam of na vruchtbaarheidsbehandeling. Het optreden van extra-uteriene zwangerschap na ART bleek
vaker voor te komen dan bij de algemene bevolking.
19
Tumoren van het voortplantingssysteem
Er zijn gevallen gerapporteerd van zowel goedaardige als kwaadaardige tumoren van de ovaria of
andere delen van het voortplantingsstelsel, bij vrouwen die veelvuldige behandelingen kregen voor
onvruchtbaarheid. Het is nog niet duidelijk of behandeling met gonadotropinen het risico voor dit
soort tumoren verhoogt bij onvruchtbare vrouwen.
Congenitale afwijkingen
Het vóórkomen van congenitale afwijkingen na ART kan iets hoger zijn dan na gewone conceptie.
Men veronderstelt dat dit komt door verschillen in de eigenschappen van de ouders (bijvoorbeeld de
leeftijd van de moeder, eigenschappen van het sperma) en meerlingzwangerschappen.
Trombo-embolische voorvallen
Bij vrouwen met recente of nog aanwezige trombo-embolische aandoeningen of bij vrouwen met
algemeen erkende risicofactoren voor het ontstaan van trombo-embolische voorvallen, zoals een eigen
of familiegeschiedenis, kan bij behandeling met gonadotropinen het risico van het verergeren of het
optreden van dergelijke voorvallen verder toenemen. Bij deze vrouwen dient een afweging te worden
gemaakt van de voordelen van gonadotropinebehandeling en de nadelen daarvan. Het dient echter te
worden opgemerkt dat zowel zwangerschap zelf als OHSS ook een toename van het risico van
trombo-embolische voorvallen met zich meebrengen.
Bij behandeling van mannen
Een verhoogde concentratie endogeen FSH wijst op primaire testesinsufficiëntie. Patiënten bij wie dit
wordt geconstateerd, reageren niet op de combinatie GONAL-f/hCG. GONAL-f mag niet worden
gebruikt wanneer geen effectieve respons kan worden verkregen.
Als onderdeel van de evaluatie van het effect van de behandeling wordt sperma-analyse 4 tot
6 maanden na het begin van de behandeling aanbevolen.
Natriumgehalte
Gonal-f bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
Oplosmiddel dat benzylalcohol bevat.
Na reconstitutie met het meegeleverde oplosmiddel bevat dit middel 1,23 mg benzylalcohol in elke
dosis van 75 I.E., overeenkomend met 9,45 mg/ml. Benzylalcohol kan allergische reacties
veroorzaken.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Gelijktijdig gebruik van GONAL-f en andere ovulatiestimulerende geneesmiddelen (bv. hCG,
clomifeencitraat) kan de folliculaire respons potentiëren. Wanneer overigens tegelijkertijd een
GnRH-agonist of -antagonist wordt gebruikt om de hypofyse te desensitiseren, kan een hogere dosis
van GONAL-f nodig zijn om een adequate ovariële respons te bereiken. Geen klinisch belangrijke
interacties met andere geneesmiddelen zijn gemeld tijdens behandeling met GONAL-f.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er is geen indicatie voor het gebruik van GONAL-f tijdens de zwangerschap. Gegevens die afkomstig
zijn van een beperkt aantal blootgestelde zwangerschappen (minder dan
300 zwangerschapsuitkomsten) duiden erop dat follitropine alfa niet misvormend of foetaal/neonataal
toxisch is.
20
In dierstudies is geen teratogeen effect waargenomen (zie rubriek 5.3).
In geval van blootstelling tijdens de zwangerschap, zijn er onvoldoende klinische gegevens om een
teratogeen effect van GONAL-f uit te sluiten.
Borstvoeding
GONAL-f is niet geïndiceerd tijdens het geven van borstvoeding.
Vruchtbaarheid
GONAL-f is geïndiceerd voor gebruik bij onvruchtbaarheid (zie rubriek 4.1).
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
GONAL-f heeft naar verwachting geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het
vermogen om machines te bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn hoofdpijn, ovariumcysten en reacties op de injectieplaats (bv.
pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie op de injectieplaats).
Licht of matig ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS) is vaak gemeld en dient te worden
beschouwd als een intrinsiek risico van de stimulatieprocedure. Ernstig OHSS komt soms voor (zie
rubriek 4.4).
Trombo-embolie kan zeer zelden optreden (zie rubriek 4.4).
Lijst van bijwerkingen
De volgende definities zijn van toepassing op de hieronder gebruikte frequentieterminologie: zeer
vaak (≥
1/10),
vaak (≥
1/100, <
1/10), soms (≥
1/1.000, <
1/100), zelden (≥
1/10.000, < 1/1.000), zeer
zelden (< 1/10.000).
Behandeling bij vrouwen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak:
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Zeer zelden:
Trombo-embolie (zowel in verband met als afzonderlijk van OHSS)
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak:
Buikpijn, opgezette buik, buikklachten, misselijkheid, braken, diarree
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Zeer vaak:
Ovariumcysten
21
Vaak:
Soms:
Zelden:
Mild tot matig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie)
Ernstig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie) (zie rubriek 4.4)
Complicatie van ernstig OHSS
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Behandeling bij mannen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak:
Acne
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Vaak:
Gynaecomastie, varicocele
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Onderzoeken
Vaak:
Gewichtstoename
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
De effecten van een overdosering met GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin bestaat de mogelijkheid
dat OHSS optreedt (zie rubriek 4.4).
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: geslachtshormonen en modulatoren van het genitale stelsel,
gonadotropinen, ATC-code: G03GA05.
Het belangrijkste effect van parenterale toediening van FSH bij vrouwen is de ontwikkeling van rijpe
Graafse follikels. Bij vrouwen met anovulatie is het doel van behandeling met GONAL-f de
ontwikkeling van een enkele rijpe Graafse follikel, waaruit na toediening van hCG een eicel vrijkomt.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij vrouwen
In klinische onderzoeken werden patiënten met ernstige FSH- en LH-deficiëntie omschreven met een
endogene serum LH-spiegel van < 1,2 I.E./l, gemeten in een centraal laboratorium. Er moet echter
22
rekening gehouden worden met het feit dat LH-bepalingen tussen verschillende laboratoria kunnen
verschillen.
In klinische studies die r-hFSH (follitropine alfa) en urinair FSH vergelijken bij ART (zie
onderstaande tabel) en bij ovulatie-inductie, was GONAL-f effectiever dan urinair FSH, aangezien een
lagere dosis en kortere behandelperiode nodig zijn om follikelrijping te initiëren.
Bij ART resulteerde GONAL-f met een lagere totale dosis en kortere behandelperiode dan urinair FSH
in een hoger aantal gewonnen oöcyten, vergeleken met urinair FSH.
Tabel: Resultaten van studie GF 8407 (gerandomiseerde studie met parallelle groepen die
werkzaamheid en veiligheid vergelijkt van GONAL-f met die van urinair FSH bij ART)
GONAL-f
(n = 130)
11,0 ± 5,9
11,7 ± 1,9
27,6 ± 10,2
56,2
urinair FSH
(n = 116)
8,8 ± 4,8
14,5 ± 3,3
40,7 ± 13,6
85,3
Aantal gewonnen oöcyten
Benodigde dagen FSH-stimulatie
Totale benodigde dosis FSH (aantal FSH
75 I.E. ampullen)
Behoefte de dosis te verhogen (%)
Verschillen tussen de 2 groepen waren statistisch significant (p< 0,05) voor alle genoemde criteria.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij mannen
Bij mannen, met een tekort aan FSH, induceert GONAL-f de spermatogenese, indien toegediend in
combinatie met hCG gedurende ten minste 4 maanden.
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Na intraveneuze toediening wordt follitropine alfa verdeeld over de extracellulaire vloeistof met een
initiële halfwaardetijd van ongeveer 2 uur. Het wordt geëlimineerd met een eindhalfwaardetijd van
ongeveer 1 dag. Het
steady-state
verdelingsvolume en de totale lichaamsklaring zijn respectievelijk
10 l en 0,6 l/uur. Eén achtste deel van de dosis follitropine alfa wordt in de urine uitgescheiden.
Na subcutane toediening is de absolute biologische beschikbaarheid ongeveer 70%. Na herhaalde
toediening van follitropine alfa wordt binnen 3-4 dagen een drievoudige
steady-state
concentratie
bereikt. Bij vrouwen wier endogene gonadotropinensecretie onderdrukt is, blijkt follitropine alfa op
effectieve wijze de follikelrijping en de steroïdgenese te stimuleren, ondanks onmeetbaar lage
LH-spiegels.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij eenmalige en herhaalde dosering en
genotoxiciteit, aanvullend op wat al eerder is gemeld in andere rubrieken van deze SmPC.
De toedieningsvorm gereconstitueerd met 0,9% benzylalcohol en 0,9% benzylalcohol alleen
resulteerde bij konijnen, na eenmalige subcutane injectie, in een lichte hemorragie en subacute
ontsteking. Na een eenmalige intramusculaire injectie werden lichte ontsteking en degeneratieve
veranderingen gezien.
Verminderde fertiliteit is gerapporteerd bij ratten blootgesteld aan farmacologische doses van
follitropine alfa (≥
40 I.E./kg/dag) gedurende langere tijd, door een afgenomen fecunditeit.
Toegediend in hoge doses (≥
5 I.E./kg/dag) veroorzaakte follitropine alfa een afname van het aantal
levensvatbare foetussen zonder teratogeen te zijn, en dystokie overeenkomend met die gezien op
23
urinair menopauzaal gonadotropine (hMG). Gezien het feit dat GONAL-f bij zwangerschap niet mag
worden gebruikt zijn deze gegevens van beperkte klinische relevantie.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Poeder
Sucrose
Natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat
Dinatriumfosfaat-dihydraat
Fosforzuur, geconcentreerd
Natriumhydroxide
Oplosmiddel
Water voor injecties
Benzylalcohol
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere
geneesmiddelen gemengd worden.
6.3
2 jaar.
De gereconstitueerde oplossing is 28 dagen houdbaar bij of beneden 25°C.
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Houdbaarheid
Voorafgaand aan de reconstitutie: Bewaren beneden 25°C. Bewaren in de oorspronkelijke verpakking
ter bescherming tegen licht.
Na reconstitutie: Bewaren beneden 25°C. Niet in de vriezer bewaren. Bewaren in de oorspronkelijke
verpakking ter bescherming tegen licht.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
GONAL-f wordt geleverd als poeder en oplosmiddel voor injectie. Het poeder is verpakt in 3 ml
injectieflacons (type I glas) met rubberen stop (bromobutylrubber) en afneembare aluminium dop. Het
oplosmiddel voor reconstitutie is verpakt in 2 ml voorgevulde spuiten (type I glas) met een rubberen
stop. Spuiten voor toediening, gemaakt van polypropyleen en voorzien van een vaste naald van
roestvrij staal, worden eveneens meegeleverd.
Het geneesmiddel wordt geleverd in een verpakking van 1 injectieflacon met poeder, 1 voorgevulde
spuit met oplosmiddel voor reconstitutie en 15 wegwerpspuiten voor toediening met een schaal in
FSH-eenheden.
24
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder dient voor gebruik met de 2 ml bijgeleverde oplosmiddel worden
opgelost.
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder dient niet te worden gereconstitueerd met andere GONAL-f
verpakkingen.
De voorgevulde spuit met oplosmiddel dient alleen voor reconstitutie gebruikt te worden en dient
daarna te worden vernietigd overeenkomstig lokale voorschriften. Spuiten met een schaal in
FSH-eenheden worden in de GONAL-f multidoseringsverpakking meegeleverd. In plaats van deze
spuiten kan een 1 ml spuit, met een ml schaal en een vaste naald voor subcutane toediening gebruikt
worden (zie rubriek “Hoe bereidt u het GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe gebruikt u het?” in de
bijsluiter).
De gereconstitueerde oplossing mag niet toegediend worden indien die deeltjes bevat of niet helder is.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
8.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/021
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 oktober 1995
Datum van laatste verlenging: 20 oktober 2010
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
25
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke multidoseringsinjectieflacon bevat 44 microgram follitropine alfa* (overeenkomend met
600 I.E.), om 33 microgram te leveren (overeenkomend met 450 I.E.) in 0,75 ml. Elke ml van de
gereconstitueerde oplossing bevat 600 I.E.
* recombinant humaan follikelstimulerend hormoon (r-hFSH) geproduceerd door middel van
recombinant-DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese hamster (CHO cellen)
Hulpstof met bekend effect: De gereconstitueerde oplossing bevat 9,45 mg benzylalcohol per ml.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie.
Uiterlijk van het poeder: witte gevriesdroogde pellet.
Uiterlijk van het oplosmiddel: heldere kleurloze oplossing.
De pH-waarde van de gereconstitueerde oplossing is 6,5-7,5.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Bij volwassen vrouwen
•
•
•
Anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom) bij vrouwen die niet reageerden op
behandeling met clomifeencitraat.
Stimulering van multifolliculaire ontwikkeling bij vrouwen die superovulatie ondergaan ten
behoeve van conceptiehulptechnieken (ART) zoals
in vitro
fertilisatie (IVF), ´gamete
intra-fallopian transfer´ en ´zygote intra-fallopian transfer´.
GONAL-f in combinatie met een luteïniserend hormoonpreparaat (LH) wordt aanbevolen voor
de stimulatie van follikelgroei bij vrouwen met een ernstige LH- en FSH-deficiëntie. In
klinische onderzoeken werden deze omschreven met een endogene serum LH spiegel
< 1,2 I.E./l.
Bij volwassen mannen
•
GONAL-f is in combinatie met chorion gonadotropine (hCG) therapie geïndiceerd voor het
stimuleren van de spermatogenese bij mannen lijdende aan congenitaal of verworven
hypogonadotroop hypogonadisme.
Dosering en wijze van toediening
4.2
De behandeling met GONAL-f moet gestart worden onder toezicht van een arts die ervaren is in de
behandeling van fertiliteitsstoornissen.
26
Dosering
De aanbevolen doses voor GONAL-f zijn dezelfde als voor urinair FSH. De klinische onderzoeken
met GONAL-f geven aan dat de dagelijkse doseringen, toedieningsschema’s en de procedures om de
behandeling te volgen niet zouden moeten verschillen van die, welke momenteel gebruikt worden voor
de geneesmiddelen met urinair FSH. Geadviseerd wordt de aanbevolen startdoseringen zoals hieronder
aangegeven te volgen.
Vergelijkende klinische studies hebben aangetoond dat patiënten gemiddeld een lagere cumulatieve
dosis en een kortere behandelperiode nodig hebben met GONAL-f vergeleken met urinair FSH.
Daarom wordt het geschikt geacht een lagere totale dosis GONAL-f te geven dan normaal gebruikt
wordt voor urinair FSH, niet alleen om de follikelontwikkeling te optimaliseren, maar ook om het
risico op ongewenste ovariële hyperstimulatie te minimaliseren. Zie rubriek 5.1.
Bio-equivalentie is aangetoond tussen gelijke doses voor de eenmalige dosering en voor de
meervoudige dosering van GONAL-f.
De volgende tabel vermeldt het volume dat moet worden toegediend om de voorgeschreven dosis te
kunnen leveren:
Dosis (I.E.)
75
150
225
300
375
450
Volume dat moet worden
geïnjecteerd (ml)
0,13
0,25
0,38
0,50
0,63
0,75
Vrouwen met anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom)
GONAL-f kan gegeven worden als een kuur van dagelijkse injecties. Bij menstruerende vrouwen dient
de behandeling te beginnen binnen de eerste 7 dagen van de menstruele cyclus.
Een behandelingsschema dat veelvuldig wordt gehanteerd begint met 75-150 I.E. FSH elke dag. Deze
dosis kan met tussenpozen van 7 of bij voorkeur 14 dagen met bij voorkeur 37,5 of 75 I.E. worden
verhoogd, indien nodig, om een voldoende, maar niet overmatige reactie te bewerkstelligen. De
behandeling dient nauwkeurig op de reactie van de individuele patiënt te worden afgestemd op basis
van meting van de follikelgrootte door middel van echografie en/of oestrogeensecretie. De maximale
dagdosis is meestal niet hoger dan 225 I.E. FSH. Indien na 4 weken behandeling onvoldoende reactie
waarneembaar is, dan dient deze cyclus te worden afgebroken; de patiënt dient dan een verdere
beoordeling te ondergaan, waarna zij de volgende cyclus kan beginnen met een hogere aanvangsdosis
dan die van de afgebroken cyclus.
Wanneer een optimale reactie is verkregen, dient een enkele injectie van 250 microgram recombinant
humaan chorion gonadotropine alfa (r-hCG) of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG te worden gegeven
24-48 uur na de laatste GONAL-f injectie. De patiënt wordt aangeraden om gemeenschap te hebben
zowel òp de dag van hCG toediening als de dag erna. Als alternatief kan intra-uteriene inseminatie
(IUI) worden uitgevoerd.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven (zie rubriek 4.4). De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een
lagere dosis dan die in de voorafgaande.
Vrouwen die ovariële stimulatie ondergaan voor meervoudige folliculaire ontwikkeling voorafgaande
aan in vitro-fertilisatie of andere conceptiehulptechnieken (ART)
Een vaak gebruikt behandelingsschema voor superovulatie bestaat uit de toediening van 150-225 I.E.
GONAL-f per dag, te beginnen op dag 2 of 3 van de cyclus. De behandeling wordt daarna voortgezet
totdat een adequate follikelgroei is verkregen (bepaald via de oestrogeenconcentraties in serum en/of
27
via echografie), waarbij de dosis wordt aangepast op geleide van de respons van de patiënt, over het
algemeen tot een maximum van 450 I.E. per dag. In het algemeen wordt een adequate follikelgroei
bereikt op gemiddeld de tiende behandelingsdag (spreiding van 5 tot 20 dagen).
24-48 uur na de laatste toediening van GONAL-f wordt een enkelvoudige injectie van 250 microgram
r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E. hCG toegediend, om volledige follikelrijping te
bewerkstelligen.
Onderdrukking door middel van een GnRH-agonist of -antagonist wordt thans gewoonlijk toegepast
om de endogene LH-piek te onderdrukken (´downreguleren´), en de verhoogde LH-spiegels onder
controle te houden. Het is gebruikelijk ongeveer 2 weken na het begin van de agonist-therapie met de
toediening van GONAL-f te beginnen, en met beide middelen voort te gaan tot een adequate
follikelgroei bereikt is. Bijvoorbeeld, na twee weken behandeling met een agonist wordt 150-225 I.E.
GONAL-f toegediend gedurende de eerste zeven dagen. Daarna wordt de dosis aangepast al
naargelang de ovariële respons.
Wijdverbreide ervaring met IVF laat zien dat in het algemeen het succes van de behandeling
gedurende de eerste vier pogingen stabiel blijft en daarna geleidelijk afneemt.
Vrouwen met anovulatie ten gevolge van ernstige LH- en FSH-deficiëntie
Het doel van de behandeling met GONAL-f, in combinatie met lutropine alfa, is het ontwikkelen van
een rijpe Graafse follikel waaruit de onbevruchte eicel wordt vrijgemaakt na toediening van humaan
chorion gonadotropine (hCG) bij vrouwen met een LH- en FSH-deficiëntie (hypogonadotroop
hypogonadisme). GONAL-f moet als een dagelijkse injectiekuur worden gegeven, samen met
lutropine alfa. Aangezien deze patiënten niet menstrueren en lage endogene oestrogeenspiegels hebben
kan de behandeling op elk gewenst ogenblik beginnen.
Een aanbevolen startdosering is 75 I.E. lutropine alfa samen met 75-150 I.E. FSH per dag. De
behandeling moet op basis van metingen van de follikelgrootte door middel van echografie en
oestrogeenrespons worden aangepast aan de reactie van de individuele patiënt.
Als een verhoging van de dosis FSH nodig wordt geacht, moet dit bij voorkeur worden gedaan met
tussenpozen van 7-14 dagen en bij voorkeur met een verhoging in stappen van 37,5-75 I.E. Het kan
aanvaardbaar zijn de duur van de stimulatie in enige cyclus tot vijf weken te verlengen.
Als een optimale respons is verkregen moet 24-48 uur na de laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa, een enkele injectie met 250 microgram r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E.
hCG toegediend worden. De patiënt wordt aangeraden op de dag van de hCG injectie en de volgende
dag gemeenschap te hebben. Als alternatief kan IUI worden uitgevoerd.
Ondersteuning in de luteale fase kan overwogen worden aangezien gebrek aan stoffen met luteotrope
werking (LH/hCG) na ovulatie kunnen resulteren in een vroegtijdig ten gronde gaan van het corpus
luteum.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven. De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een lagere dosis FSH
dan die in de voorafgaande cyclus.
Mannen met hypogonadotroop hypogonadisme
GONAL-f dient te worden gegeven in een dosis van 150 I.E. driemaal per week, gelijktijdig met hCG,
gedurende minimaal 4 maanden. Indien na afloop van deze periode de patiënt nog niet heeft
gereageerd, dan kan de combinatietherapie worden voortgezet. Klinische ervaring tot nu toe geeft aan
dat een behandelingsduur van minimaal 18 maanden nodig kan zijn om spermatogenese te
bewerkstelligen.
28
Bijzondere populaties
Ouderen
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij oudere patiënten. De veiligheid en werkzaamheid
van GONAL-f bij oudere patiënten zijn niet vastgesteld.
Nier- of leverfunctiestoornissen
De veiligheid, werkzaamheid en farmacokinetiek van GONAL-f bij patiënten met nier- of
leverfunctiestoornissen zijn niet vastgesteld.
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij pediatrische patiënten.
Wijze van toediening
GONAL-f is bedoeld voor subcutaan gebruik. De injectie moet elke dag op hetzelfde tijdstip worden
gegeven.
De eerste injectie met GONAL-f moet onder direct medisch toezicht worden toegediend.
Zelf-toediening van GONAL-f dient alleen te worden uitgevoerd door goed gemotiveerde en
voldoende geïnstrueerde patiënten die snel kunnen beschikken over deskundig advies.
Aangezien GONAL-f multidosering bedoeld is voor meervoudige injecties, dienen er duidelijke
instructies aan de patiënten gegeven te worden om verkeerd gebruik van de multidoseringspresentatie
te voorkomen.
Omdat benzylalcohol een lokale reactie kan veroorzaken mag niet dezelfde injectieplaats op
achtereenvolgende dagen worden gebruikt.
Afzonderlijke gereconstitueerde injectieflacons zijn uitsluitend voor gebruik bij één patiënt bedoeld.
Voor instructies over reconstitutie en toediening van GONAL-f poeder en oplosmiddel voor oplossing
voor injectie, zie rubriek 6.6 en de bijsluiter.
4.3
•
•
•
•
•
Contra-indicaties
overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
tumoren van hypothalamus of hypofyse
vergroting van de ovaria of ovariumcysten niet als gevolg van polycysteus-ovariumsyndroom
gynaecologische bloedingen met onbekende oorzaak
ovarium-, uterus- of mammacarcinoom
GONAL-f mag niet worden toegediend in gevallen waarin geen effect kan worden verwacht, zoals:
•
primaire ovariuminsufficiëntie
•
misvormingen van de geslachtsorganen die zwangerschap onmogelijk maken
•
baarmoedermyomen die zwangerschap in de weg staan
•
primaire testesinsufficiëntie
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
29
Algemene aanbevelingen
GONAL-f is een krachtig gonadotroop middel dat milde tot ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, en
enkel gebruikt mag worden door artsen die grondig vertrouwd zijn met problemen van
onvruchtbaarheid en hun behandeling.
Behandeling met gonadotropine vereist een zekere beschikbaarheid van artsen en andere
gezondheidswerkers, evenals de gepaste faciliteiten voor opvolging van patiënten. Veilig en
doeltreffend gebruik van GONAL-f bij vrouwen vereist het volgen van de ovariële respons door
middel van echografie, alleen of liefst in combinatie met regelmatige bepalingen van
oestradiolspiegels in serum. Er bestaat een zekere mate van inter-patiënt variabiliteit voor wat betreft
de respons op FSH toediening, met weinig respons op FSH in sommige patiënten en een overmatige
respons bij anderen. Zowel bij mannen als vrouwen dient de laagste effectieve dosis, in verhouding tot
het behandelingsdoel, te worden gebruikt.
Porfyrie
Patiënten met porfyrie of met een familiale geschiedenis met porfyrie dienen nauw gecontroleerd te
worden tijdens de behandeling met GONAL-f. Achteruitgang of een eerste verschijnsel van deze
aandoening kan beëindiging van de behandeling vereisen.
Bij behandeling van vrouwen
Vóór de therapie moet de infertiliteit van de partners eenduidig vastgesteld zijn, en moeten
contra-indicaties voor zwangerschap zijn uitgesloten. In het bijzonder dienen patiënten onderzocht te
worden op hypothyreoïdie, bijnierschorsinsufficientie en hyperprolactinemie en adequaat specifiek
behandeld te worden.
Patiënten bij wie stimulering van follikelgroei wordt toegepast, hetzij als behandeling van anovulatoire
onvruchtbaarheid of van ART procedures, kunnen ovariële vergroting ondervinden en ovariële
hyperstimulatie ontwikkelen. Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van
GONAL-f, tegelijkertijd met zorgvuldige controle van de behandeling zullen het risico hierop
beperken. Voor het op de juiste wijze interpreteren van indices van follikulaire ontwikkeling en rijping
dient de arts ervaren te zijn in het interpreteren van relevante tests.
In klinisch onderzoek is aangetoond dat de gevoeligheid van het ovarium voor GONAL-f toeneemt als
lutropine alfa wordt toegediend. Als een doseringsverhoging van FSH wenselijk wordt geacht moet dit
bij voorkeur met tussenpozen van 7-14 dagen gebeuren en met stapsgewijze dosisverhogingen van
37,5-75 I.E.
Een directe vergelijking tussen GONAL-f/LH en humaan menopauzaal gonadotropine (hMG) is niet
uitgevoerd. Een vergelijking met historische gegevens maakt aannemelijk dat de ovulatiesnelheid
welke wordt verkregen met GONAL-f/LH vergelijkbaar is met die verkregen met hMG.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Een bepaalde mate van ovariumvergroting is een te verwachten effect van gecontroleerde ovariële
stimulatie. Het wordt vaker gezien bij vrouwen met polycysteus-ovariumsyndroom en wordt
doorgaans minder zonder behandeling.
Anders dan bij ongecompliceerde ovariële vergroting, is OHSS een aandoening die zich kan
manifesteren in toenemende mate van ernst. Het omvat uitgesproken ovariële vergroting, hoge
geslachtssteroïdenspiegels, en een verhoogde vasculaire permeabiliteit die kan leiden tot een ophoping
van vocht in peritoneale, pleurale, en zelden, in pericardiale holten.
De volgende symptomatologie kan vóórkomen in ernstige gevallen van OHSS: buikpijn, opzetting van
de buik, ernstige ovariële vergroting, gewichtstoename, dyspneu, oligurie en gastrointestinale
symptomen zoals misselijkheid, braken en diarree. Klinisch onderzoek kan hypovolemie aantonen,
30
hemoconcentratie, elektrolytstoornissen, ascites, hemoperitoneum, pleurale vochtuitstortingen,
hydrothorax of acuut longlijden. Zeer zelden kan ernstige OHSS gecompliceerd worden door
gedraaide eileiders of trombo-embolische voorvallen zoals longembolie, ischemische beroerte of
myocardinfarct.
Onafhankelijke risicofactoren voor het ontwikkelen van OHSS zijn polycysteus-ovariumsyndroom,
hoge absolute of snel stijgende serumspiegels van oestradiol (bv. > 900 pg/ml of > 3.300 pmol/l bij
anovulatie; > 3.000 pg/ml of > 11.000 pmol/l bij ART) en een groot aantal ontwikkelende ovariële
follikels (bv. > 3
follikels met een diameter van ≥
14
mm bij anovulatie; ≥
20 follikels met een
diameter van ≥
12 mm bij ART).
Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van GONAL-f kan het risico van
ovariële hyperstimulatie tot een minimum beperken (zie rubrieken 4.2 en 4.8). Het monitoren van de
stimulatiecycli met zowel echografie als oestradiolbepalingen wordt aangeraden om risicofactoren in
een vroeg stadium te herkennen.
Er zijn tekenen die erop wijzen dat hCG een sleutelrol speelt bij het ontstaan van OHSS en dat het
syndroom ernstiger kan zijn of langer kan aanhouden in geval van zwangerschap. Het is daarom aan te
raden dat geen hCG wordt toegediend indien zich tekenen voordoen van ovariële hyperstimulatie,
zoals een serum-oestradiolspiegel van > 5.500 pg/ml of > 20.200 pmol/l en/of
in totaal ≥
40 follikels,
en dat de patiënt wordt geadviseerd ten minste 4 dagen geen gemeenschap te hebben of
barrière-contraceptiemethoden te gebruiken. OHSS kan snel (binnen 24 uur) of in enkele dagen
ontwikkelen en een ernstige medische aandoening worden. Meestal treedt het op nadat een
hormonenbehandeling is stopgezet en bereikt het zijn hoogtepunt ongeveer zeven tot tien dagen na de
behandeling. Daarom dienen patiënten ten minste gedurende 2 weken na de hCG-toediening gevolgd
te worden.
Bij ART kan echter aspiratie van alle follikels vóór ovulatie het vóórkomen van hyperstimulatie
verminderen.
Lichte of matige OHSS verdwijnt doorgaans spontaan. In geval van ernstige OHSS, wordt aangeraden
om de gonadotropinebehandeling te onderbreken, als zij nog gaande was, en om de patiënt in een
ziekenhuis op te nemen en specifieke behandeling te starten.
Meerlingzwangerschap
Bij patiënten bij wie ovulatie-inductie wordt toegepast, treden meerlingzwangerschappen vaker op dan
bij vrouwen bij wie de zwangerschap op natuurlijke wijze tot stand is gebracht. De meerderheid van
de meerlingen zijn tweelingen. Bij meerlingzwangerschap, in het bijzonder die van grote orde, bestaat
een verhoogde kans op ongewenste maternale en perinatale uitkomsten.
Om de kans op meerlingzwangerschap zo klein mogelijk te houden is het aanbevolen de ovariële
respons zorgvuldig te volgen.
De kans op meerlingzwangerschappen na toepassing van conceptiehulptechnieken (ART) hangt samen
met het aantal teruggeplaatste embryo's, de kwaliteit hiervan en de leeftijd van de patiënt.
Patiënten dienen vóór de behandeling te worden ingelicht omtrent het risico op meerlinggeboortes.
Zwangerschapsafbreking
Het percentage zwangerschapsafbreking door miskraam of spontane abortus is hoger bij patiënten die
stimulering van follikelgroei ondergaan voor ovulatie-inductie of ART dan na natuurlijke bevruchting.
Extra-uteriene zwangerschap
Vrouwen met een voorgeschiedenis van aandoeningen ter hoogte van de eileiders, hebben een
verhoogd risico op extra-uteriene zwangerschap, ongeacht of de zwangerschap natuurlijk tot stand
kwam of na vruchtbaarheidsbehandeling. Het optreden van extra-uteriene zwangerschap na ART bleek
vaker voor te komen dan bij de algemene bevolking.
31
Tumoren van het voortplantingssysteem
Er zijn gevallen gerapporteerd van zowel goedaardige als kwaadaardige tumoren van de ovaria of
andere delen van het voortplantingsstelsel, bij vrouwen die veelvuldige behandelingen kregen voor
onvruchtbaarheid. Het is nog niet duidelijk of behandeling met gonadotropinen het risico voor dit
soort tumoren verhoogt bij onvruchtbare vrouwen.
Congenitale afwijkingen
Het vóórkomen van congenitale afwijkingen na ART kan iets hoger zijn dan na gewone conceptie.
Men veronderstelt dat dit komt door verschillen in de eigenschappen van de ouders (bijvoorbeeld de
leeftijd van de moeder, eigenschappen van het sperma) en meerlingzwangerschappen.
Trombo-embolische voorvallen
Bij vrouwen met recente of nog aanwezige trombo-embolische aandoeningen of bij vrouwen met
algemeen erkende risicofactoren voor het ontstaan van trombo-embolische voorvallen, zoals een eigen
of familiegeschiedenis, kan bij behandeling met gonadotropinen het risico van het verergeren of het
optreden van dergelijke voorvallen verder toenemen. Bij deze vrouwen dient een afweging te worden
gemaakt van de voordelen van gonadotropinebehandeling en de nadelen daarvan. Het dient echter te
worden opgemerkt dat zowel zwangerschap zelf als OHSS ook een toename van het risico van
trombo-embolische voorvallen met zich meebrengen.
Bij behandeling van mannen
Een verhoogde concentratie endogeen FSH wijst op primaire testesinsufficiëntie. Patiënten bij wie dit
wordt geconstateerd, reageren niet op de combinatie GONAL-f/hCG. GONAL-f mag niet worden
gebruikt wanneer geen effectieve respons kan worden verkregen.
Als onderdeel van de evaluatie van het effect van de behandeling wordt sperma-analyse 4 tot
6 maanden na het begin van de behandeling aanbevolen.
Natriumgehalte
Gonal-f bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
Oplosmiddel dat benzylalcohol bevat.
Na reconstitutie met het meegeleverde oplosmiddel bevat dit middel 1,23 mg benzylalcohol in elke
dosis van 75 I.E., overeenkomend met 9,45 mg/ml. Benzylalcohol kan allergische reacties
veroorzaken.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Gelijktijdig gebruik van GONAL-f en andere ovulatiestimulerende geneesmiddelen (bv. hCG,
clomifeencitraat) kan de folliculaire respons potentiëren. Wanneer overigens tegelijkertijd een
GnRH-agonist of -antagonist wordt gebruikt om de hypofyse te desensitiseren, kan een hogere dosis
van GONAL-f nodig zijn om een adequate ovariële respons te bereiken. Geen klinisch belangrijke
interacties met andere geneesmiddelen zijn gemeld tijdens behandeling met GONAL-f.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er is geen indicatie voor het gebruik van GONAL-f tijdens de zwangerschap. Gegevens die afkomstig
zijn van een beperkt aantal blootgestelde zwangerschappen (minder dan
300 zwangerschapsuitkomsten) duiden erop dat follitropine alfa niet misvormend of foetaal/neonataal
toxisch is.
32
In dierstudies is geen teratogeen effect waargenomen (zie rubriek 5.3).
In geval van blootstelling tijdens de zwangerschap, zijn er onvoldoende klinische gegevens om een
teratogeen effect van GONAL-f uit te sluiten.
Borstvoeding
GONAL-f is niet geïndiceerd tijdens het geven van borstvoeding.
Vruchtbaarheid
GONAL-f is geïndiceerd voor gebruik bij onvruchtbaarheid (zie rubriek 4.1).
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
GONAL-f heeft naar verwachting geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het
vermogen om machines te bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn hoofdpijn, ovariumcysten en reacties op de injectieplaats (bv.
pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie op de injectieplaats).
Licht of matig ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS) is vaak gemeld en dient te worden
beschouwd als een intrinsiek risico van de stimulatieprocedure. Ernstig OHSS komt soms voor (zie
rubriek 4.4).
Trombo-embolie kan zeer zelden optreden (zie rubriek 4.4).
Lijst van bijwerkingen
De volgende definities zijn van toepassing op de hieronder gebruikte frequentieterminologie: zeer
vaak (≥ 1/10), vaak (≥
1/100, <
1/10), soms (≥
1/1.000, <
1/100), zelden (≥
1/10.000, < 1/1.000), zeer
zelden (< 1/10.000).
Behandeling bij vrouwen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak:
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Zeer zelden:
Trombo-embolie (zowel in verband met als afzonderlijk van OHSS)
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak:
Buikpijn, opgezette buik, buikklachten, misselijkheid, braken, diarree
33
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Zeer vaak:
Ovariumcysten
Vaak:
Mild tot matig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie)
Soms:
Ernstig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie) (zie rubriek 4.4)
Zelden:
Complicatie van ernstig OHSS
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Behandeling bij mannen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak:
Acne
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Vaak:
Gynaecomastie, varicocele
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Onderzoeken
Vaak:
Gewichtstoename
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
De effecten van een overdosering met GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin bestaat de mogelijkheid
dat OHSS optreedt (zie rubriek 4.4).
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: geslachtshormonen en modulatoren van het genitale stelsel,
gonadotropinen, ATC-code: G03GA05.
Het belangrijkste effect van parenterale toediening van FSH bij vrouwen is de ontwikkeling van rijpe
Graafse follikels. Bij vrouwen met anovulatie is het doel van behandeling met GONAL-f de
ontwikkeling van een enkele rijpe Graafse follikel, waaruit na toediening van hCG een eicel vrijkomt.
34
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij vrouwen
In klinische onderzoeken werden patiënten met ernstige FSH- en LH-deficiëntie omschreven met een
endogene serum LH-spiegel van < 1,2 I.E./l, gemeten in een centraal laboratorium. Er moet echter
rekening gehouden worden met het feit dat LH-bepalingen tussen verschillende laboratoria kunnen
verschillen.
In klinische studies die r-hFSH (follitropine alfa) en urinair FSH vergelijken bij ART (zie
onderstaande tabel) en bij ovulatie-inductie, was GONAL-f effectiever dan urinair FSH, aangezien een
lagere dosis en kortere behandelperiode nodig zijn om follikelrijping te initiëren.
Bij ART resulteerde GONAL-f met een lagere totale dosis en kortere behandelperiode dan urinair FSH
in een hoger aantal gewonnen oöcyten, vergeleken met urinair FSH.
Tabel: Resultaten van studie GF 8407 (gerandomiseerde studie met parallelle groepen die
werkzaamheid en veiligheid vergelijkt van GONAL-f met die van urinair FSH bij ART)
GONAL-f
(n = 130)
11,0 ± 5,9
11,7 ± 1,9
27,6 ± 10,2
56,2
urinair FSH
(n = 116)
8,8 ± 4,8
14,5 ± 3,3
40,7 ± 13,6
85,3
Aantal gewonnen oöcyten
Benodigde dagen FSH-stimulatie
Totale benodigde dosis FSH (aantal FSH
75 I.E. ampullen)
Behoefte de dosis te verhogen (%)
Verschillen tussen de 2 groepen waren statistisch significant (p< 0,05) voor alle genoemde criteria.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij mannen
Bij mannen, met een tekort aan FSH, induceert GONAL-f de spermatogenese, indien toegediend in
combinatie met hCG gedurende ten minste 4 maanden.
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Na intraveneuze toediening wordt follitropine alfa verdeeld over de extracellulaire vloeistof met een
initiële halfwaardetijd van ongeveer 2 uur. Het wordt geëlimineerd met een eindhalfwaardetijd van
ongeveer 1 dag. Het
steady-state
verdelingsvolume en de totale lichaamsklaring zijn respectievelijk
10 l en 0,6 l/uur. Eén achtste deel van de dosis follitropine alfa wordt in de urine uitgescheiden.
Na subcutane toediening is de absolute biologische beschikbaarheid ongeveer 70%. Na herhaalde
toediening van follitropine alfa wordt binnen 3-4 dagen een drievoudige
steady-state
concentratie
bereikt. Bij vrouwen wier endogene gonadotropinensecretie onderdrukt is, blijkt follitropine alfa op
effectieve wijze de follikelrijping en de steroïdgenese te stimuleren, ondanks onmeetbaar lage
LH-spiegels.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij eenmalige en herhaalde dosering en
genotoxiciteit, aanvullend op wat al eerder is gemeld in andere rubrieken van deze SmPC.
De toedieningsvorm gereconstitueerd met 0,9% benzylalcohol en 0,9% benzylalcohol alleen
resulteerde bij konijnen, na eenmalige subcutane injectie, in een lichte hemorragie en subacute
ontsteking. Na een eenmalige intramusculaire injectie werden lichte ontsteking en degeneratieve
veranderingen gezien.
Verminderde fertiliteit is gerapporteerd bij ratten blootgesteld aan farmacologische doses van
follitropine alfa (≥
40 I.E./kg/dag) gedurende langere tijd, door een afgenomen fecunditeit.
35
Toegediend in hoge
doses (≥
5 I.E./kg/dag) veroorzaakte follitropine alfa een afname van het aantal
levensvatbare foetussen zonder teratogeen te zijn, en dystokie overeenkomend met die gezien op
urinair menopauzaal gonadotropine (hMG). Gezien het feit dat GONAL-f bij zwangerschap niet mag
worden gebruikt zijn deze gegevens van beperkte klinische relevantie.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Poeder
Sucrose
Natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat
Dinatriumfosfaat-dihydraat
Fosforzuur, geconcentreerd
Natriumhydroxide
Oplosmiddel
Water voor injecties
Benzylalcohol
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere
geneesmiddelen gemengd worden.
6.3
2 jaar.
De gereconstitueerde oplossing is 28 dagen houdbaar bij of beneden 25°C.
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Houdbaarheid
Voorafgaand aan de reconstitutie: Bewaren beneden 25°C. Bewaren in de oorspronkelijke verpakking
ter bescherming tegen licht.
Na reconstitutie: Bewaren beneden 25°C. Niet in de vriezer bewaren. Bewaren in de oorspronkelijke
verpakking ter bescherming tegen licht.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
GONAL-f wordt geleverd als poeder en oplosmiddel voor injectie. Het poeder is verpakt in 3 ml
injectieflacons (type I glas) met rubberen stop (bromobutylrubber) en afneembare aluminium dop. Het
oplosmiddel voor reconstitutie is verpakt in 1 ml voorgevulde spuiten (type I glas) met een rubberen
stop. Spuiten voor toediening, gemaakt van polypropyleen en voorzien van een vaste naald van
roestvrij staal, worden eveneens meegeleverd.
Het geneesmiddel wordt geleverd in een verpakking van 1 injectieflacon met poeder, 1 voorgevulde
spuit met oplosmiddel voor reconstitutie en 6 wegwerpspuiten voor toediening met een schaal in
FSH-eenheden.
36
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder moet voor gebruik met de 1 ml bijgeleverde oplosmiddel worden
opgelost.
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder mag niet worden gereconstitueerd met andere GONAL-f
verpakkingen.
De voorgevulde spuit met oplosmiddel mag alleen voor reconstitutie gebruikt worden en dient daarna
te worden vernietigd overeenkomstig lokale voorschriften. Spuiten met een schaal in FSH-eenheden
worden in de GONAL-f multidoseringsverpakking meegeleverd. In plaats van deze spuiten kan een
1 ml spuit , met een ml schaal en een vaste naald voor subcutane toediening gebruikt worden (zie
rubriek “Hoe bereidt u het GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe gebruikt u het?” in de bijsluiter).
De gereconstitueerde oplossing mag niet toegediend worden indien die deeltjes bevat of niet helder is.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
8.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/031
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 oktober 1995
Datum van laatste verlenging: 20 oktober 2010
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
37
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 150 I.E./0,25 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke ml oplossing bevat 600 I.E. follitropine alfa* (overeenkomend met 44 microgram).
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 150 I.E. (overeenkomend met 11 microgram) in 0,25 ml.
* recombinant humaan follikelstimulerend hormoon (r-hFSH), geproduceerd door
recombinant-DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese Hamster (CHO cellen)
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
Heldere, kleurloze oplossing.
De pH-waarde van de oplossing is 6,7-7,3.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Bij volwassen vrouwen
•
•
•
Anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom) bij vrouwen die niet reageerden op
behandeling met clomifeencitraat.
Stimulering van multifolliculaire ontwikkeling bij vrouwen die superovulatie ondergaan ten
behoeve van conceptiehulptechnieken (ART) zoals
in vitro
fertilisatie (IVF), ´gamete
intra-fallopian transfer´ en ´zygote intra-fallopian transfer´.
GONAL-f in combinatie met een luteïniserend hormoonpreparaat (LH) wordt aanbevolen voor
de stimulatie van follikelgroei bij vrouwen met een ernstige LH- en FSH-deficiëntie. In
klinische onderzoeken werden deze omschreven met een endogene serum LH spiegel
< 1,2 I.E./l.
Bij volwassen mannen
•
GONAL-f is in combinatie met chorion gonadotropine (hCG) therapie geïndiceerd voor het
stimuleren van de spermatogenese bij mannen lijdende aan congenitaal of verworven
hypogonadotroop hypogonadisme.
Dosering en wijze van toediening
4.2
De behandeling met GONAL-f moet gestart worden onder toezicht van een arts die ervaren is in de
behandeling van fertiliteitsstoornissen.
Patiënten moeten het juiste aantal pennen krijgen voor hun behandeling en moeten instructies krijgen
over het gebruik van de juiste injectietechnieken.
38
Dosering
De aanbevolen doses voor GONAL-f zijn dezelfde als voor urinair FSH. De klinische onderzoeken
met GONAL-f geven aan dat de dagelijkse doseringen, toedieningsschema’s en de procedures om de
behandeling te volgen niet zouden moeten verschillen van die, welke momenteel gebruikt worden voor
de geneesmiddelen met urinair FSH. Geadviseerd wordt de aanbevolen startdoseringen zoals hieronder
aangegeven te volgen.
Vergelijkende klinische studies hebben aangetoond dat patiënten gemiddeld een lagere cumulatieve
dosis en een kortere behandelperiode nodig hebben met GONAL-f vergeleken met urinair FSH.
Daarom wordt het geschikt geacht een lagere totale dosis GONAL-f te geven dan normaal gebruikt
wordt voor urinair FSH, niet alleen om de follikelontwikkeling te optimaliseren, maar ook om het
risico op ongewenste ovariële hyperstimulatie te minimaliseren. Zie rubriek 5.1.
Bio-equivalentie is aangetoond tussen gelijke doses voor de eenmalige dosering en voor de
meervoudige dosering van GONAL-f.
Vrouwen met anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom)
GONAL-f kan gegeven worden als een kuur van dagelijkse injecties. Bij menstruerende vrouwen dient
de behandeling te beginnen binnen de eerste 7 dagen van de menstruele cyclus.
Een behandelingsschema dat veelvuldig wordt gehanteerd begint met 75-150 I.E. FSH elke dag. Deze
dosis kan met tussenpozen van 7 of bij voorkeur 14 dagen met bij voorkeur 37,5 of 75 I.E. worden
verhoogd, indien nodig, om een voldoende, maar niet overmatige reactie te bewerkstelligen. De
behandeling dient nauwkeurig op de reactie van de individuele patiënt te worden afgestemd op basis
van meting van de follikelgrootte door middel van echografie en/of oestrogeensecretie. De maximale
dagdosis is meestal niet hoger dan 225 I.E. FSH. Indien na 4 weken behandeling onvoldoende reactie
waarneembaar is, dan dient deze cyclus te worden afgebroken; de patiënt dient dan een verdere
beoordeling te ondergaan, waarna zij de volgende cyclus kan beginnen met een hogere aanvangsdosis
dan die van de afgebroken cyclus.
Wanneer een optimale reactie is verkregen, dient een enkele injectie van 250 microgram recombinant
humaan chorion gonadotropine alfa (r-hCG) of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG te worden gegeven
24-48 uur na de laatste GONAL-f injectie. De patiënt wordt aangeraden om gemeenschap te hebben
zowel òp de dag van hCG toediening als de dag erna. Als alternatief kan intra-uteriene inseminatie
(IUI) worden uitgevoerd.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven (zie rubriek 4.4). De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een
lagere dosis dan die in de voorafgaande.
Vrouwen die ovariële stimulatie ondergaan voor meervoudige folliculaire ontwikkeling voorafgaande
aan in vitro-fertilisatie of andere conceptiehulptechnieken (ART)
Een vaak gebruikt behandelingsschema voor superovulatie bestaat uit de toediening van 150-225 I.E.
GONAL-f per dag, te beginnen op dag 2 of 3 van de cyclus. De behandeling wordt daarna voortgezet
totdat een adequate follikelgroei is verkregen (bepaald via de oestrogeenconcentraties in serum en/of
via echografie), waarbij de dosis wordt aangepast op geleide van de respons van de patiënt, over het
algemeen tot een maximum van 450 I.E. per dag. In het algemeen wordt een adequate follikelgroei
bereikt op gemiddeld de tiende behandelingsdag (spreiding van 5 tot 20 dagen).
24-48 uur na de laatste toediening van GONAL-f wordt een enkelvoudige injectie van 250 microgram
r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E. hCG toegediend, om volledige follikelrijping te
bewerkstelligen.
Onderdrukking door middel van een GnRH-agonist of -antagonist wordt thans gewoonlijk toegepast
om de endogene LH-piek te onderdrukken (´downreguleren´), en de verhoogde LH-spiegels onder
controle te houden. Het is gebruikelijk ongeveer 2 weken na het begin van de agonist-therapie met de
toediening van GONAL-f te beginnen, en met beide middelen voort te gaan tot een adequate
39
follikelgroei bereikt is. Bijvoorbeeld, na twee weken behandeling met een agonist wordt 150-225 I.E.
GONAL-f toegediend gedurende de eerste zeven dagen. Daarna wordt de dosis aangepast al
naargelang de ovariële respons.
Wijdverbreide ervaring met IVF laat zien dat in het algemeen het succes van de behandeling
gedurende de eerste vier pogingen stabiel blijft en daarna geleidelijk afneemt.
Vrouwen met anovulatie ten gevolge van ernstige LH- en FSH-deficiëntie
Het doel van de behandeling met GONAL-f, in combinatie met lutropine alfa, is het ontwikkelen van
een rijpe Graafse follikel waaruit de onbevruchte eicel wordt vrijgemaakt na toediening van humaan
chorion gonadotropine (hCG) bij vrouwen met een LH- en FSH-deficiëntie (hypogonadotroop
hypogonadisme). GONAL-f moet als een dagelijkse injectiekuur worden gegeven, samen met
lutropine alfa. Aangezien deze patiënten niet menstrueren en lage endogene oestrogeenspiegels hebben
kan de behandeling op elk gewenst ogenblik beginnen.
Een aanbevolen startdosering is 75 I.E. lutropine alfa samen met 75-150 I.E. FSH per dag. De
behandeling moet op basis van metingen van de follikelgrootte door middel van echografie en
oestrogeenrespons worden aangepast aan de reactie van de individuele patiënt.
Als een verhoging van de dosis FSH nodig wordt geacht, moet dit bij voorkeur worden gedaan met
tussenpozen van 7-14 dagen en bij voorkeur met een verhoging in stappen van 37,5-75 I.E. Het kan
aanvaardbaar zijn de duur van de stimulatie in enige cyclus tot vijf weken te verlengen.
Als een optimale respons is verkregen moet 24-48 uur na de laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa, een enkele injectie met 250 microgram r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E.
hCG toegediend worden. De patiënt wordt aangeraden op de dag van de hCG injectie en de volgende
dag gemeenschap te hebben. Als alternatief kan IUI worden uitgevoerd.
Ondersteuning in de luteale fase kan overwogen worden aangezien gebrek aan stoffen met luteotrope
werking (LH/hCG) na ovulatie kunnen resulteren in een vroegtijdig ten gronde gaan van het corpus
luteum.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven. De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een lagere dosis FSH
dan die in de voorafgaande cyclus.
Mannen met hypogonadotroop hypogonadisme
GONAL-f dient te worden gegeven in een dosis van 150 I.E. driemaal per week, gelijktijdig met hCG,
gedurende minimaal 4 maanden. Indien na afloop van deze periode de patiënt nog niet heeft
gereageerd, dan kan de combinatietherapie worden voortgezet. Klinische ervaring tot nu toe geeft aan
dat een behandelingsduur van minimaal 18 maanden nodig kan zijn om spermatogenese te
bewerkstelligen.
Bijzondere populaties
Ouderen
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij oudere patiënten. De veiligheid en werkzaamheid
van GONAL-f bij oudere patiënten zijn niet vastgesteld.
Nier- of leverfunctiestoornissen
De veiligheid, werkzaamheid en farmacokinetiek van GONAL-f bij patiënten met nier- of
leverfunctiestoornissen zijn niet vastgesteld.
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij pediatrische patiënten.
40
Wijze van toediening
GONAL-f is bedoeld voor subcutaan gebruik. De injectie moet elke dag op hetzelfde tijdstip worden
gegeven.
De eerste injectie met GONAL-f moet onder direct medisch toezicht worden toegediend.
Zelf-toediening van GONAL-f dient alleen te worden uitgevoerd door goed gemotiveerde en
voldoende geïnstrueerde patiënten die snel kunnen beschikken over deskundig advies.
Aangezien de GONAL-f voorgevulde pen met multidoseringspatroon bedoeld is voor meerdere
injecties, dienen er duidelijke instructies aan de patiënt gegeven te worden om verkeerd gebruik van de
multidoseringspresentatie te voorkomen.
Voor instructies over de toediening met de voorgevulde pen, zie rubriek 6.6 en de
“Gebruiksaanwijzing”.
4.3
•
•
•
•
•
Contra-indicaties
overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
tumoren van hypothalamus of hypofyse
vergroting van de ovaria of ovariumcysten niet als gevolg van polycysteus-ovariumsyndroom
gynaecologische bloedingen met onbekende oorzaak
ovarium-, uterus- of mammacarcinoom
GONAL-f mag niet worden toegediend in gevallen waarin geen effect kan worden verwacht, zoals:
•
primaire ovariuminsufficiëntie
•
misvormingen van de geslachtsorganen die zwangerschap onmogelijk maken
•
baarmoedermyomen die zwangerschap in de weg staan
•
primaire testesinsufficiëntie
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Algemene aanbevelingen
GONAL-f is een krachtig gonadotroop middel dat milde tot ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, en
enkel gebruikt mag worden door artsen die grondig vertrouwd zijn met problemen van
onvruchtbaarheid en hun behandeling.
Behandeling met gonadotropine vereist een zekere beschikbaarheid van artsen en andere
gezondheidswerkers, evenals de gepaste faciliteiten voor opvolging van patiënten. Veilig en
doeltreffend gebruik van GONAL-f bij vrouwen vereist het volgen van de ovariële respons door
middel van echografie, alleen of liefst in combinatie met regelmatige bepalingen van
oestradiolspiegels in serum. Er bestaat een zekere mate van inter-patiënt variabiliteit voor wat betreft
de respons op FSH toediening, met weinig respons op FSH in sommige patiënten en een overmatige
respons bij anderen. Zowel bij mannen als vrouwen dient de laagste effectieve dosis, in verhouding tot
het behandelingsdoel, te worden gebruikt.
Porfyrie
Patiënten met porfyrie of met een familiale geschiedenis met porfyrie dienen nauw gecontroleerd te
worden tijdens de behandeling met GONAL-f. Achteruitgang of een eerste verschijnsel van deze
aandoening kan beëindiging van de behandeling vereisen.
41
Bij behandeling van vrouwen
Vóór de therapie moet de infertiliteit van de partners eenduidig vastgesteld zijn, en moeten
contra-indicaties voor zwangerschap zijn uitgesloten. In het bijzonder dienen patiënten onderzocht te
worden op hypothyreoïdie, bijnierschorsinsufficientie en hyperprolactinemie en adequaat specifiek
behandeld te worden.
Patiënten bij wie stimulering van follikelgroei wordt toegepast, hetzij als behandeling van anovulatoire
onvruchtbaarheid of van ART procedures, kunnen ovariële vergroting ondervinden en ovariële
hyperstimulatie ontwikkelen. Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van
GONAL-f, tegelijkertijd met zorgvuldige controle van de behandeling zullen het risico hierop
beperken. Voor het op de juiste wijze interpreteren van indices van follikulaire ontwikkeling en rijping
dient de arts ervaren te zijn in het interpreteren van relevante tests.
In klinisch onderzoek is aangetoond dat de gevoeligheid van het ovarium voor GONAL-f toeneemt als
lutropine alfa wordt toegediend. Als een doseringsverhoging van FSH wenselijk wordt geacht moet dit
bij voorkeur met tussenpozen van 7-14 dagen gebeuren en met stapsgewijze dosisverhogingen van
37,5-75 I.E.
Een directe vergelijking tussen GONAL-f/LH en humaan menopauzaal gonadotropine (hMG) is niet
uitgevoerd. Een vergelijking met historische gegevens maakt aannemelijk dat de ovulatiesnelheid
welke wordt verkregen met GONAL-f/LH vergelijkbaar is met die verkregen met hMG.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Een bepaalde mate van ovariumvergroting is een te verwachten effect van gecontroleerde ovariële
stimulatie. Het wordt vaker gezien bij vrouwen met polycysteus-ovariumsyndroom en wordt
doorgaans minder zonder behandeling.
Anders dan bij ongecompliceerde ovariële vergroting, is OHSS een aandoening die zich kan
manifesteren in toenemende mate van ernst. Het omvat uitgesproken ovariële vergroting, hoge
geslachtssteroïdenspiegels, en een verhoogde vasculaire permeabiliteit die kan leiden tot een ophoping
van vocht in peritoneale, pleurale, en zelden, in pericardiale holten.
De volgende symptomatologie kan vóórkomen in ernstige gevallen van OHSS: buikpijn, opzetting van
de buik, ernstige ovariële vergroting, gewichtstoename, dyspneu, oligurie en gastrointestinale
symptomen zoals misselijkheid, braken en diarree. Klinisch onderzoek kan hypovolemie aantonen,
hemoconcentratie, elektrolytstoornissen, ascites, hemoperitoneum, pleurale vochtuitstortingen,
hydrothorax of acuut longlijden. Zeer zelden kan ernstige OHSS gecompliceerd worden door
gedraaide eileiders of trombo-embolische voorvallen zoals longembolie, ischemische beroerte of
myocardinfarct.
Onafhankelijke risicofactoren voor het ontwikkelen van OHSS zijn polycysteus-ovariumsyndroom,
hoge absolute of snel stijgende serumspiegels van oestradiol (bv. > 900 pg/ml of > 3.300 pmol/l bij
anovulatie; > 3.000 pg/ml of > 11.000 pmol/l bij ART) en een groot aantal ontwikkelende ovariële
follikels (bv. > 3 follikels met een diameter van
≥
14
mm bij anovulatie; ≥
20 follikels met een
diameter van ≥
12 mm bij ART).
Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van GONAL-f kan het risico van
ovariële hyperstimulatie tot een minimum beperken (zie rubrieken 4.2 en 4.8). Het monitoren van de
stimulatiecycli met zowel echografie als oestradiolbepalingen wordt aangeraden om risicofactoren in
een vroeg stadium te herkennen.
Er zijn tekenen die erop wijzen dat hCG een sleutelrol speelt bij het ontstaan van OHSS en dat het
syndroom ernstiger kan zijn of langer kan aanhouden in geval van zwangerschap. Het is daarom aan te
raden dat geen hCG wordt toegediend indien zich tekenen voordoen van ovariële hyperstimulatie,
zoals een serum-oestradiolspiegel van > 5.500 pg/ml of > 20.200
pmol/l en/of in totaal ≥
40 follikels,
42
en dat de patiënt wordt geadviseerd ten minste 4 dagen geen gemeenschap te hebben of
barrière-contraceptiemethoden te gebruiken. OHSS kan snel (binnen 24 uur) of in enkele dagen
ontwikkelen en een ernstige medische aandoening worden. Meestal treedt het op nadat een
hormonenbehandeling is stopgezet en bereikt het zijn hoogtepunt ongeveer zeven tot tien dagen na de
behandeling. Daarom dienen patiënten ten minste gedurende 2 weken na de hCG-toediening gevolgd
te worden.
Bij ART kan echter aspiratie van alle follikels vóór ovulatie het vóórkomen van hyperstimulatie
verminderen.
Lichte of matige OHSS verdwijnt doorgaans spontaan. In geval van ernstige OHSS, wordt aangeraden
om de gonadotropinebehandeling te onderbreken, als zij nog gaande was, en om de patiënt in een
ziekenhuis op te nemen en specifieke behandeling te starten.
Meerlingzwangerschap
Bij patiënten bij wie ovulatie-inductie wordt toegepast, treden meerlingzwangerschappen vaker op dan
bij vrouwen bij wie de zwangerschap op natuurlijke wijze tot stand is gebracht. De meerderheid van
de meerlingen zijn tweelingen. Bij meerlingzwangerschap, in het bijzonder die van grote orde, bestaat
een verhoogde kans op ongewenste maternale en perinatale uitkomsten.
Om de kans op meerlingzwangerschap zo klein mogelijk te houden is het aanbevolen de ovariële
respons zorgvuldig te volgen.
De kans op meerlingzwangerschappen na toepassing van conceptiehulptechnieken (ART) hangt samen
met het aantal teruggeplaatste embryo's, de kwaliteit hiervan en de leeftijd van de patiënt.
Patiënten dienen vóór de behandeling te worden ingelicht omtrent het risico op meerlinggeboortes.
Zwangerschapsafbreking
Het percentage zwangerschapsafbreking door miskraam of spontane abortus is hoger bij patiënten die
stimulering van follikelgroei ondergaan voor ovulatie-inductie of ART dan na natuurlijke bevruchting.
Extra-uteriene zwangerschap
Vrouwen met een voorgeschiedenis van aandoeningen ter hoogte van de eileiders, hebben een
verhoogd risico op extra-uteriene zwangerschap, ongeacht of de zwangerschap natuurlijk tot stand
kwam of na vruchtbaarheidsbehandeling. Het optreden van extra-uteriene zwangerschap na ART bleek
vaker voor te komen dan bij de algemene bevolking.
Tumoren van het voortplantingssysteem
Er zijn gevallen gerapporteerd van zowel goedaardige als kwaadaardige tumoren van de ovaria of
andere delen van het voortplantingsstelsel, bij vrouwen die veelvuldige behandelingen kregen voor
onvruchtbaarheid. Het is nog niet duidelijk of behandeling met gonadotropinen het risico voor dit
soort tumoren verhoogt bij onvruchtbare vrouwen.
Congenitale afwijkingen
Het vóórkomen van congenitale afwijkingen na ART kan iets hoger zijn dan na gewone conceptie.
Men veronderstelt dat dit komt door verschillen in de eigenschappen van de ouders (bijvoorbeeld de
leeftijd van de moeder, eigenschappen van het sperma) en meerlingzwangerschappen.
Trombo-embolische voorvallen
Bij vrouwen met recente of nog aanwezige trombo-embolische aandoeningen of bij vrouwen met
algemeen erkende risicofactoren voor het ontstaan van trombo-embolische voorvallen, zoals een eigen
of familiegeschiedenis, kan bij behandeling met gonadotropinen het risico van het verergeren of het
optreden van dergelijke voorvallen verder toenemen. Bij deze vrouwen dient een afweging te worden
gemaakt van de voordelen van gonadotropinebehandeling en de nadelen daarvan. Het dient echter te
worden opgemerkt dat zowel zwangerschap zelf als OHSS ook een toename van het risico van
trombo-embolische voorvallen met zich meebrengen.
43
Bij behandeling van mannen
Een verhoogde concentratie endogeen FSH wijst op primaire testesinsufficiëntie. Patiënten bij wie dit
wordt geconstateerd, reageren niet op de combinatie GONAL-f/hCG. GONAL-f mag niet worden
gebruikt wanneer geen effectieve respons kan worden verkregen.
Als onderdeel van de evaluatie van het effect van de behandeling wordt sperma-analyse 4 tot
6 maanden na het begin van de behandeling aanbevolen.
Natriumgehalte
Gonal-f bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Gelijktijdig gebruik van GONAL-f en andere ovulatiestimulerende geneesmiddelen (bv. hCG,
clomifeencitraat) kan de folliculaire respons potentiëren. Wanneer overigens tegelijkertijd een
GnRH-agonist of -antagonist wordt gebruikt om de hypofyse te desensitiseren, kan een hogere dosis
van GONAL-f nodig zijn om een adequate ovariële respons te bereiken. Geen klinisch belangrijke
interacties met andere geneesmiddelen zijn gemeld tijdens behandeling met GONAL-f.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er is geen indicatie voor het gebruik van GONAL-f tijdens de zwangerschap. Gegevens die afkomstig
zijn van een beperkt aantal blootgestelde zwangerschappen (minder dan
300 zwangerschapsuitkomsten) duiden erop dat follitropine alfa niet misvormend of foetaal/neonataal
toxisch is.
In dierstudies is geen teratogeen effect waargenomen (zie rubriek 5.3).
In geval van blootstelling tijdens de zwangerschap, zijn er onvoldoende klinische gegevens om een
teratogeen effect van GONAL-f uit te sluiten.
Borstvoeding
GONAL-f is niet geïndiceerd tijdens het geven van borstvoeding.
Vruchtbaarheid
GONAL-f is geïndiceerd voor gebruik bij onvruchtbaarheid (zie rubriek 4.1).
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
GONAL-f heeft naar verwachting geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het
vermogen om machines te bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn hoofdpijn, ovariumcysten en reacties op de injectieplaats (bv.
pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie op de injectieplaats).
44
Licht of matig ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS) is vaak gemeld en dient te worden
beschouwd als een intrinsiek risico van de stimulatieprocedure. Ernstig OHSS komt soms voor (zie
rubriek 4.4).
Trombo-embolie kan zeer zelden optreden (zie rubriek 4.4).
Lijst van bijwerkingen
De volgende definities zijn van toepassing op de hieronder gebruikte frequentieterminologie: zeer
vaak (≥
1/10), vaak
(≥
1/100, < 1/10), soms
(≥
1/1.000, < 1/100), zelden
(≥
1/10.000, < 1/1.000), zeer
zelden (< 1/10.000).
Behandeling bij vrouwen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak:
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Zeer zelden:
Trombo-embolie (zowel in verband met als afzonderlijk van OHSS)
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak:
Buikpijn, opgezette buik, buikklachten, misselijkheid, braken, diarree
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Zeer vaak:
Ovariumcysten
Vaak:
Mild tot matig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie)
Soms:
Ernstig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie) (zie rubriek 4.4).
Zelden:
Complicatie van ernstig OHSS
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Behandeling bij mannen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak:
Acne
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Vaak:
Gynaecomastie, varicocele
45
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Onderzoeken
Vaak:
Gewichtstoename
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
De effecten van een overdosering met GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin bestaat de mogelijkheid
dat OHSS optreedt (zie rubriek 4.4).
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: geslachtshormonen en modulatoren van het genitale stelsel,
gonadotropinen, ATC-code: G03GA05.
Het belangrijkste effect van parenterale toediening van FSH bij vrouwen is de ontwikkeling van rijpe
Graafse follikels. Bij vrouwen met anovulatie is het doel van behandeling met GONAL-f de
ontwikkeling van een enkele rijpe Graafse follikel, waaruit na toediening van hCG een eicel vrijkomt.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij vrouwen
In klinische onderzoeken werden patiënten met ernstige FSH- en LH-deficiëntie omschreven met een
endogene serum LH-spiegel van < 1,2 I.E./l, gemeten in een centraal laboratorium. Er moet echter
rekening gehouden worden met het feit dat LH-bepalingen tussen verschillende laboratoria kunnen
verschillen.
In klinische studies die r-hFSH (follitropine alfa) en urinair FSH vergelijken bij ART (zie
onderstaande tabel) en bij ovulatie-inductie, was GONAL-f effectiever dan urinair FSH, aangezien een
lagere dosis en kortere behandelperiode nodig zijn om follikelrijping te initiëren.
Bij ART resulteerde GONAL-f met een lagere totale dosis en kortere behandelperiode dan urinair FSH
in een hoger aantal gewonnen oöcyten, vergeleken met urinair FSH.
Tabel: Resultaten van studie GF 8407 (gerandomiseerde studie met parallelle groepen die
werkzaamheid en veiligheid vergelijkt van GONAL-f met die van urinair FSH bij ART)
GONAL-f
(n = 130)
11,0 ± 5,9
11,7 ± 1,9
27,6 ± 10,2
56,2
urinair FSH
(n = 116)
8,8 ± 4,8
14,5 ± 3,3
40,7 ± 13,6
85,3
Aantal gewonnen oöcyten
Benodigde dagen FSH-stimulatie
Totale benodigde dosis FSH (aantal FSH
75 I.E. ampullen)
Behoefte de dosis te verhogen (%)
Verschillen tussen de 2 groepen waren statistisch significant (p< 0,05) voor alle genoemde criteria.
46
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij mannen
Bij mannen, met een tekort aan FSH, induceert GONAL-f de spermatogenese, indien toegediend in
combinatie met hCG gedurende ten minste 4 maanden.
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Na intraveneuze toediening wordt follitropine alfa verdeeld over de extracellulaire vloeistof met een
initiële halfwaardetijd van ongeveer 2 uur. Het wordt geëlimineerd met een eindhalfwaardetijd van
ongeveer 1 dag. Het steady-state verdelingsvolume en de totale lichaamsklaring zijn respectievelijk
10 l en 0,6 l/uur. Eén achtste deel van de dosis follitropine alfa wordt in de urine uitgescheiden.
Na subcutane toediening is de absolute biologische beschikbaarheid ongeveer 70%. Na herhaalde
toediening van follitropine alfa wordt binnen 3-4 dagen een drievoudige
steady-state
concentratie
bereikt. Bij vrouwen wier endogene gonadotropinensecretie onderdrukt is, blijkt follitropine alfa op
effectieve wijze de follikelrijping en de steroïdgenese te stimuleren, ondanks onmeetbaar lage
LH-spiegels.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij eenmalige en herhaalde dosering en
genotoxiciteit, aanvullend op wat al eerder is gemeld in andere rubrieken van deze SmPC.
Verminderde fertiliteit is gerapporteerd bij ratten blootgesteld aan farmacologische doses van
follitropine
alfa (≥
40 I.E./kg/dag) gedurende langere tijd, door een afgenomen fecunditeit.
Toegediend in hoge doses (≥
5 I.E./kg/dag) veroorzaakte follitropine alfa een afname van het aantal
levensvatbare foetussen zonder teratogeen te zijn, en dystokie overeenkomend met die gezien op
urinair menopauzaal gonadotropine (hMG). Gezien het feit dat GONAL-f bij zwangerschap niet mag
worden gebruikt zijn deze gegevens van beperkte klinische relevantie.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Poloxamer 188
Sucrose
Methionine
Natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat
Dinatriumfosfaat-dihydraat
m-Cresol
Fosforzuur, geconcentreerd
Natriumhydroxide
Water voor injecties
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3
2 jaar.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
De patiënt dient op de GONAL-f voorgevulde pen de dag van het eerste gebruik te noteren.
47
Houdbaarheid
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Vóór opening en binnen de houdbaarheidsduur kan het geneesmiddel uit de koelkast worden genomen
en maximaal 3 maanden bewaard worden bij of beneden 25°C, zonder opnieuw gekoeld te worden.
Het product dient te worden weggegooid indien het na 3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Voor de bewaarcondities tijdens gebruik, zie rubriek 6.3.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
0,25 ml oplossing voor injectie in een patroon van 3 ml (type I glas), met een plunjerstop
(halobutylrubber) en een aluminium krimpdop met zwarte rubberen inleg.
Een verpakking met 1 voorgevulde pen en 4 naalden die voor toediening met de pen gebruikt worden.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Zie de “Gebruiksaanwijzing”.
De oplossing mag niet gebruikt worden als deze deeltjes bevat of niet helder is.
Ongebruikte oplossing moet worden weggegooid, niet later dan 28 dagen na de eerste opening.
GONAL-f 150 I.E./0,25 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen is niet zodanig ontworpen
dat de patroon verwijderd kan worden.
Gooi de gebruikte naalden onmiddellijk weg na de injectie.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
8.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/036
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 oktober 1995
Datum van laatste verlenging: 20 oktober 2010
48
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
49
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 300 I.E./0,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke ml oplossing bevat 600 I.E. follitropine alfa* (overeenkomend met 44 microgram).
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 300 I.E. (overeenkomend met 22 microgram) in 0,5 ml.
* recombinant humaan follikelstimulerend hormoon (r-hFSH), geproduceerd door
recombinant-DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese Hamster (CHO cellen)
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
Heldere, kleurloze oplossing.
De pH-waarde van de oplossing is 6,7-7,3.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Bij volwassen vrouwen
•
•
•
Anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom) bij vrouwen die niet reageerden op
behandeling met clomifeencitraat.
Stimulering van multifolliculaire ontwikkeling bij vrouwen die superovulatie ondergaan ten
behoeve van conceptiehulptechnieken (ART) zoals
in vitro
fertilisatie (IVF), ´gamete
intra-fallopian transfer´ en ´zygote intra-fallopian transfer´.
GONAL-f in combinatie met een luteïniserend hormoonpreparaat (LH) wordt aanbevolen voor
de stimulatie van follikelgroei bij vrouwen met een ernstige LH- en FSH-deficiëntie. In
klinische onderzoeken werden deze omschreven met een endogene serum LH spiegel
< 1,2 I.E./l.
Bij volwassen mannen
•
GONAL-f is in combinatie met chorion gonadotropine (hCG) therapie geïndiceerd voor het
stimuleren van de spermatogenese bij mannen lijdende aan congenitaal of verworven
hypogonadotroop hypogonadisme.
Dosering en wijze van toediening
4.2
De behandeling met GONAL-f moet gestart worden onder toezicht van een arts die ervaren is in de
behandeling van fertiliteitsstoornissen.
Patiënten moeten het juiste aantal pennen krijgen voor hun behandeling en moeten instructies krijgen
over het gebruik van de juiste injectietechnieken.
50
Dosering
De aanbevolen doses voor GONAL-f zijn dezelfde als voor urinair FSH. De klinische onderzoeken
met GONAL-f geven aan dat de dagelijkse doseringen, toedieningsschema’s en de procedures om de
behandeling te volgen niet zouden moeten verschillen van die, welke momenteel gebruikt worden voor
de geneesmiddelen met urinair FSH. Geadviseerd wordt de aanbevolen startdoseringen zoals hieronder
aangegeven te volgen.
Vergelijkende klinische studies hebben aangetoond dat patiënten gemiddeld een lagere cumulatieve
dosis en een kortere behandelperiode nodig hebben met GONAL-f vergeleken met urinair FSH.
Daarom wordt het geschikt geacht een lagere totale dosis GONAL-f te geven dan normaal gebruikt
wordt voor urinair FSH, niet alleen om de follikelontwikkeling te optimaliseren, maar ook om het
risico op ongewenste ovariële hyperstimulatie te minimaliseren. Zie rubriek 5.1.
Bio-equivalentie is aangetoond tussen gelijke doses voor de eenmalige dosering en voor de
meervoudige dosering van GONAL-f.
Vrouwen met anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom)
GONAL-f kan gegeven worden als een kuur van dagelijkse injecties. Bij menstruerende vrouwen dient
de behandeling te beginnen binnen de eerste 7 dagen van de menstruele cyclus.
Een behandelingsschema dat veelvuldig wordt gehanteerd begint met 75-150 I.E. FSH elke dag. Deze
dosis kan met tussenpozen van 7 of bij voorkeur 14 dagen met bij voorkeur 37,5 of 75 I.E. worden
verhoogd, indien nodig, om een voldoende, maar niet overmatige reactie te bewerkstelligen. De
behandeling dient nauwkeurig op de reactie van de individuele patiënt te worden afgestemd op basis
van meting van de follikelgrootte door middel van echografie en/of oestrogeensecretie. De maximale
dagdosis is meestal niet hoger dan 225 I.E. FSH. Indien na 4 weken behandeling onvoldoende reactie
waarneembaar is, dan dient deze cyclus te worden afgebroken; de patiënt dient dan een verdere
beoordeling te ondergaan, waarna zij de volgende cyclus kan beginnen met een hogere aanvangsdosis
dan die van de afgebroken cyclus.
Wanneer een optimale reactie is verkregen, dient een enkele injectie van 250 microgram recombinant
humaan chorion gonadotropine alfa (r-hCG) of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG te worden gegeven
24-48 uur na de laatste GONAL-f injectie. De patiënt wordt aangeraden om gemeenschap te hebben
zowel òp de dag van hCG toediening als de dag erna. Als alternatief kan intra-uteriene inseminatie
(IUI) worden uitgevoerd.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven (zie rubriek 4.4). De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een
lagere dosis dan die in de voorafgaande.
Vrouwen die ovariële stimulatie ondergaan voor meervoudige folliculaire ontwikkeling voorafgaande
aan in vitro-fertilisatie of andere conceptiehulptechnieken (ART)
Een vaak gebruikt behandelingsschema voor superovulatie bestaat uit de toediening van 150-225 I.E.
GONAL-f per dag, te beginnen op dag 2 of 3 van de cyclus. De behandeling wordt daarna voortgezet
totdat een adequate follikelgroei is verkregen (bepaald via de oestrogeenconcentraties in serum en/of
via echografie), waarbij de dosis wordt aangepast op geleide van de respons van de patiënt, over het
algemeen tot een maximum van 450 I.E. per dag. In het algemeen wordt een adequate follikelgroei
bereikt op gemiddeld de tiende behandelingsdag (spreiding van 5 tot 20 dagen).
24-48 uur na de laatste toediening van GONAL-f wordt een enkelvoudige injectie van 250 microgram
r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E. hCG toegediend, om volledige follikelrijping te
bewerkstelligen.
Onderdrukking door middel van een GnRH-agonist of -antagonist wordt thans gewoonlijk toegepast
om de endogene LH-piek te onderdrukken (´downreguleren´), en de verhoogde LH-spiegels onder
controle te houden. Het is gebruikelijk ongeveer 2 weken na het begin van de agonist-therapie met de
toediening van GONAL-f te beginnen, en met beide middelen voort te gaan tot een adequate
51
follikelgroei bereikt is. Bijvoorbeeld, na twee weken behandeling met een agonist wordt 150-225 I.E.
GONAL-f toegediend gedurende de eerste zeven dagen. Daarna wordt de dosis aangepast al
naargelang de ovariële respons.
Wijdverbreide ervaring met IVF laat zien dat in het algemeen het succes van de behandeling
gedurende de eerste vier pogingen stabiel blijft en daarna geleidelijk afneemt.
Vrouwen met anovulatie ten gevolge van ernstige LH- en FSH-deficiëntie
Het doel van de behandeling met GONAL-f, in combinatie met lutropine alfa, is het ontwikkelen van
een rijpe Graafse follikel waaruit de onbevruchte eicel wordt vrijgemaakt na toediening van humaan
chorion gonadotropine (hCG) bij vrouwen met een LH- en FSH-deficiëntie (hypogonadotroop
hypogonadisme). GONAL-f moet als een dagelijkse injectiekuur worden gegeven, samen met
lutropine alfa. Aangezien deze patiënten niet menstrueren en lage endogene oestrogeenspiegels hebben
kan de behandeling op elk gewenst ogenblik beginnen.
Een aanbevolen startdosering is 75 I.E. lutropine alfa samen met 75-150 I.E. FSH per dag. De
behandeling moet op basis van metingen van de follikelgrootte door middel van echografie en
oestrogeenrespons worden aangepast aan de reactie van de individuele patiënt.
Als een verhoging van de dosis FSH nodig wordt geacht, moet dit bij voorkeur worden gedaan met
tussenpozen van 7-14 dagen en bij voorkeur met een verhoging in stappen van 37,5-75 I.E. Het kan
aanvaardbaar zijn de duur van de stimulatie in enige cyclus tot vijf weken te verlengen.
Als een optimale respons is verkregen moet 24-48 uur na de laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa, een enkele injectie met 250 microgram r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E.
hCG toegediend worden. De patiënt wordt aangeraden op de dag van de hCG injectie en de volgende
dag gemeenschap te hebben. Als alternatief kan IUI worden uitgevoerd.
Ondersteuning in de luteale fase kan overwogen worden aangezien gebrek aan stoffen met luteotrope
werking (LH/hCG) na ovulatie kunnen resulteren in een vroegtijdig ten gronde gaan van het corpus
luteum.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven. De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een lagere dosis FSH
dan die in de voorafgaande cyclus.
Mannen met hypogonadotroop hypogonadisme
GONAL-f dient te worden gegeven in een dosis van 150 I.E. driemaal per week, gelijktijdig met hCG,
gedurende minimaal 4 maanden. Indien na afloop van deze periode de patiënt nog niet heeft
gereageerd, dan kan de combinatietherapie worden voortgezet. Klinische ervaring tot nu toe geeft aan
dat een behandelingsduur van minimaal 18 maanden nodig kan zijn om spermatogenese te
bewerkstelligen.
Bijzondere populaties
Ouderen
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij oudere patiënten. De veiligheid en werkzaamheid
van GONAL-f bij oudere patiënten zijn niet vastgesteld.
Nier- of leverfunctiestoornissen
De veiligheid, werkzaamheid en farmacokinetiek van GONAL-f bij patiënten met nier- of
leverfunctiestoornissen zijn niet vastgesteld.
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij pediatrische patiënten.
52
Wijze van toediening
GONAL-f is bedoeld voor subcutaan gebruik. De injectie moet elke dag op hetzelfde tijdstip worden
gegeven.
De eerste injectie met GONAL-f moet onder direct medisch toezicht worden toegediend.
Zelf-toediening van GONAL-f dient alleen te worden uitgevoerd door goed gemotiveerde en
voldoende geïnstrueerde patiënten die snel kunnen beschikken over deskundig advies.
Aangezien de GONAL-f voorgevulde pen met multidoseringspatroon bedoeld is voor meerdere
injecties, dienen er duidelijke instructies aan de patiënt gegeven te worden om verkeerd gebruik van de
multidoseringspresentatie te voorkomen.
Voor instructies over de toediening met de voorgevulde pen, zie rubriek 6.6 en de
“Gebruiksaanwijzing”.
4.3
•
•
•
•
•
Contra-indicaties
overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
tumoren van hypothalamus of hypofyse
vergroting van de ovaria of ovariumcysten niet als gevolg van polycysteus-ovariumsyndroom
gynaecologische bloedingen met onbekende oorzaak
ovarium-, uterus- of mammacarcinoom
GONAL-f mag niet worden toegediend in gevallen waarin geen effect kan worden verwacht, zoals:
•
primaire ovariuminsufficiëntie
•
misvormingen van de geslachtsorganen die zwangerschap onmogelijk maken
•
baarmoedermyomen die zwangerschap in de weg staan
•
primaire testesinsufficiëntie
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Algemene aanbevelingen
GONAL-f is een krachtig gonadotroop middel dat milde tot ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, en
enkel gebruikt mag worden door artsen die grondig vertrouwd zijn met problemen van
onvruchtbaarheid en hun behandeling.
Behandeling met gonadotropine vereist een zekere beschikbaarheid van artsen en andere
gezondheidswerkers, evenals de gepaste faciliteiten voor opvolging van patiënten. Veilig en
doeltreffend gebruik van GONAL-f bij vrouwen vereist het volgen van de ovariële respons door
middel van echografie, alleen of liefst in combinatie met regelmatige bepalingen van
oestradiolspiegels in serum. Er bestaat een zekere mate van inter-patiënt variabiliteit voor wat betreft
de respons op FSH toediening, met weinig respons op FSH in sommige patiënten en een overmatige
respons bij anderen. Zowel bij mannen als vrouwen dient de laagste effectieve dosis, in verhouding tot
het behandelingsdoel, te worden gebruikt.
Porfyrie
Patiënten met porfyrie of met een familiale geschiedenis met porfyrie dienen nauw gecontroleerd te
worden tijdens de behandeling met GONAL-f. Achteruitgang of een eerste verschijnsel van deze
aandoening kan beëindiging van de behandeling vereisen.
53
Bij behandeling van vrouwen
Vóór de therapie moet de infertiliteit van de partners eenduidig vastgesteld zijn, en moeten
contra-indicaties voor zwangerschap zijn uitgesloten. In het bijzonder dienen patiënten onderzocht te
worden op hypothyreoïdie, bijnierschorsinsufficientie en hyperprolactinemie en adequaat specifiek
behandeld te worden.
Patiënten bij wie stimulering van follikelgroei wordt toegepast, hetzij als behandeling van anovulatoire
onvruchtbaarheid of van ART procedures, kunnen ovariële vergroting ondervinden en ovariële
hyperstimulatie ontwikkelen. Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van
GONAL-f, tegelijkertijd met zorgvuldige controle van de behandeling zullen het risico hierop
beperken. Voor het op de juiste wijze interpreteren van indices van follikulaire ontwikkeling en rijping
dient de arts ervaren te zijn in het interpreteren van relevante tests.
In klinisch onderzoek is aangetoond dat de gevoeligheid van het ovarium voor GONAL-f toeneemt als
lutropine alfa wordt toegediend. Als een doseringsverhoging van FSH wenselijk wordt geacht moet dit
bij voorkeur met tussenpozen van 7-14 dagen gebeuren en met stapsgewijze dosisverhogingen van
37,5-75 I.E.
Een directe vergelijking tussen GONAL-f/LH en humaan menopauzaal gonadotropine (hMG) is niet
uitgevoerd. Een vergelijking met historische gegevens maakt aannemelijk dat de ovulatiesnelheid
welke wordt verkregen met GONAL-f/LH vergelijkbaar is met die verkregen met hMG.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Een bepaalde mate van ovariumvergroting is een te verwachten effect van gecontroleerde ovariële
stimulatie. Het wordt vaker gezien bij vrouwen met polycysteus-ovariumsyndroom en wordt
doorgaans minder zonder behandeling.
Anders dan bij ongecompliceerde ovariële vergroting, is OHSS een aandoening die zich kan
manifesteren in toenemende mate van ernst. Het omvat uitgesproken ovariële vergroting, hoge
geslachtssteroïdenspiegels, en een verhoogde vasculaire permeabiliteit die kan leiden tot een ophoping
van vocht in peritoneale, pleurale, en zelden, in pericardiale holten.
De volgende symptomatologie kan vóórkomen in ernstige gevallen van OHSS: buikpijn, opzetting van
de buik, ernstige ovariële vergroting, gewichtstoename, dyspneu, oligurie en gastrointestinale
symptomen zoals misselijkheid, braken en diarree. Klinisch onderzoek kan hypovolemie aantonen,
hemoconcentratie, elektrolytstoornissen, ascites, hemoperitoneum, pleurale vochtuitstortingen,
hydrothorax of acuut longlijden. Zeer zelden kan ernstige OHSS gecompliceerd worden door
gedraaide eileiders of trombo-embolische voorvallen zoals longembolie, ischemische beroerte of
myocardinfarct.
Onafhankelijke risicofactoren voor het ontwikkelen van OHSS zijn polycysteus-ovariumsyndroom,
hoge absolute of snel stijgende serumspiegels van oestradiol (bv. > 900 pg/ml of > 3.300 pmol/l bij
anovulatie; > 3.000 pg/ml of > 11.000 pmol/l bij ART) en een groot aantal ontwikkelende ovariële
follikels (bv. > 3
follikels met een diameter van ≥
14
mm bij anovulatie; ≥
20 follikels met een
diameter van ≥
12 mm bij ART).
Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van GONAL-f kan het risico van
ovariële hyperstimulatie tot een minimum beperken (zie rubrieken 4.2 en 4.8). Het monitoren van de
stimulatiecycli met zowel echografie als oestradiolbepalingen wordt aangeraden om risicofactoren in
een vroeg stadium te herkennen.
Er zijn tekenen die erop wijzen dat hCG een sleutelrol speelt bij het ontstaan van OHSS en dat het
syndroom ernstiger kan zijn of langer kan aanhouden in geval van zwangerschap. Het is daarom aan te
raden dat geen hCG wordt toegediend indien zich tekenen voordoen van ovariële hyperstimulatie,
zoals een serum-oestradiolspiegel van > 5.500 pg/ml of > 20.200
pmol/l en/of in totaal ≥
40 follikels,
54
en dat de patiënt wordt geadviseerd ten minste 4 dagen geen gemeenschap te hebben of
barrière-contraceptiemethoden te gebruiken. OHSS kan snel (binnen 24 uur) of in enkele dagen
ontwikkelen en een ernstige medische aandoening worden. Meestal treedt het op nadat een
hormonenbehandeling is stopgezet en bereikt het zijn hoogtepunt ongeveer zeven tot tien dagen na de
behandeling. Daarom dienen patiënten ten minste gedurende 2 weken na de hCG-toediening gevolgd
te worden.
Bij ART kan echter aspiratie van alle follikels vóór ovulatie het vóórkomen van hyperstimulatie
verminderen.
Lichte of matige OHSS verdwijnt doorgaans spontaan. In geval van ernstige OHSS, wordt aangeraden
om de gonadotropinebehandeling te onderbreken, als zij nog gaande was, en om de patiënt in een
ziekenhuis op te nemen en specifieke behandeling te starten.
Meerlingzwangerschap
Bij patiënten bij wie ovulatie-inductie wordt toegepast, treden meerlingzwangerschappen vaker op dan
bij vrouwen bij wie de zwangerschap op natuurlijke wijze tot stand is gebracht. De meerderheid van
de meerlingen zijn tweelingen. Bij meerlingzwangerschap, in het bijzonder die van grote orde, bestaat
een verhoogde kans op ongewenste maternale en perinatale uitkomsten.
Om de kans op meerlingzwangerschap zo klein mogelijk te houden is het aanbevolen de ovariële
respons zorgvuldig te volgen.
De kans op meerlingzwangerschappen na toepassing van conceptiehulptechnieken (ART) hangt samen
met het aantal teruggeplaatste embryo's, de kwaliteit hiervan en de leeftijd van de patiënt.
Patiënten dienen vóór de behandeling te worden ingelicht omtrent het risico op meerlinggeboortes.
Zwangerschapsafbreking
Het percentage zwangerschapsafbreking door miskraam of spontane abortus is hoger bij patiënten die
stimulering van follikelgroei ondergaan voor ovulatie-inductie of ART dan na natuurlijke bevruchting.
Extra-uteriene zwangerschap
Vrouwen met een voorgeschiedenis van aandoeningen ter hoogte van de eileiders, hebben een
verhoogd risico op extra-uteriene zwangerschap, ongeacht of de zwangerschap natuurlijk tot stand
kwam of na vruchtbaarheidsbehandeling. Het optreden van extra-uteriene zwangerschap na ART bleek
vaker voor te komen dan bij de algemene bevolking.
Tumoren van het voortplantingssysteem
Er zijn gevallen gerapporteerd van zowel goedaardige als kwaadaardige tumoren van de ovaria of
andere delen van het voortplantingsstelsel, bij vrouwen die veelvuldige behandelingen kregen voor
onvruchtbaarheid. Het is nog niet duidelijk of behandeling met gonadotropinen het risico voor dit
soort tumoren verhoogt bij onvruchtbare vrouwen.
Congenitale afwijkingen
Het vóórkomen van congenitale afwijkingen na ART kan iets hoger zijn dan na gewone conceptie.
Men veronderstelt dat dit komt door verschillen in de eigenschappen van de ouders (bijvoorbeeld de
leeftijd van de moeder, eigenschappen van het sperma) en meerlingzwangerschappen.
Trombo-embolische voorvallen
Bij vrouwen met recente of nog aanwezige trombo-embolische aandoeningen of bij vrouwen met
algemeen erkende risicofactoren voor het ontstaan van trombo-embolische voorvallen, zoals een eigen
of familiegeschiedenis, kan bij behandeling met gonadotropinen het risico van het verergeren of het
optreden van dergelijke voorvallen verder toenemen. Bij deze vrouwen dient een afweging te worden
gemaakt van de voordelen van gonadotropinebehandeling en de nadelen daarvan. Het dient echter te
worden opgemerkt dat zowel zwangerschap zelf als OHSS ook een toename van het risico van
trombo-embolische voorvallen met zich meebrengen.
55
Bij behandeling van mannen
Een verhoogde concentratie endogeen FSH wijst op primaire testesinsufficiëntie. Patiënten bij wie dit
wordt geconstateerd, reageren niet op de combinatie GONAL-f/hCG. GONAL-f mag niet worden
gebruikt wanneer geen effectieve respons kan worden verkregen.
Als onderdeel van de evaluatie van het effect van de behandeling wordt sperma-analyse 4 tot
6 maanden na het begin van de behandeling aanbevolen.
Natriumgehalte
Gonal-f bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Gelijktijdig gebruik van GONAL-f en andere ovulatiestimulerende geneesmiddelen (bv. hCG,
clomifeencitraat) kan de folliculaire respons potentiëren. Wanneer overigens tegelijkertijd een
GnRH-agonist of -antagonist wordt gebruikt om de hypofyse te desensitiseren, kan een hogere dosis
van GONAL-f nodig zijn om een adequate ovariële respons te bereiken. Geen klinisch belangrijke
interacties met andere geneesmiddelen zijn gemeld tijdens behandeling met GONAL-f.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er is geen indicatie voor het gebruik van GONAL-f tijdens de zwangerschap. Gegevens die afkomstig
zijn van een beperkt aantal blootgestelde zwangerschappen (minder dan
300 zwangerschapsuitkomsten) duiden erop dat follitropine alfa niet misvormend of foetaal/neonataal
toxisch is.
In dierstudies is geen teratogeen effect waargenomen (zie rubriek 5.3).
In geval van blootstelling tijdens de zwangerschap, zijn er onvoldoende klinische gegevens om een
teratogeen effect van GONAL-f uit te sluiten.
Borstvoeding
GONAL-f is niet geïndiceerd tijdens het geven van borstvoeding.
Vruchtbaarheid
GONAL-f is geïndiceerd voor gebruik bij onvruchtbaarheid (zie rubriek 4.1).
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
GONAL-f heeft naar verwachting geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het
vermogen om machines te bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn hoofdpijn, ovariumcysten en reacties op de injectieplaats (bv.
pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie op de injectieplaats).
56
Licht of matig ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS) is vaak gemeld en dient te worden
beschouwd als een intrinsiek risico van de stimulatieprocedure. Ernstig OHSS komt soms voor (zie
rubriek 4.4).
Trombo-embolie kan zeer zelden optreden (zie rubriek 4.4).
Lijst van bijwerkingen
De volgende definities zijn van toepassing op de hieronder gebruikte frequentieterminologie: zeer
vaak (≥ 1/10), vaak (≥
1/100, < 1/10),
soms (≥
1/1.000, <
1/100), zelden (≥
1/10.000, < 1/1.000), zeer
zelden (< 1/10.000).
Behandeling bij vrouwen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak:
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Zeer zelden:
Trombo-embolie (zowel in verband met als afzonderlijk van OHSS)
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak:
Buikpijn, opgezette buik, buikklachten, misselijkheid, braken, diarree
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Zeer vaak:
Ovariumcysten
Vaak:
Mild tot matig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie)
Soms:
Ernstig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie) (zie rubriek 4.4).
Zelden:
Complicatie van ernstig OHSS
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Behandeling bij mannen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak:
Acne
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Vaak:
Gynaecomastie, varicocele
57
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Onderzoeken
Vaak:
Gewichtstoename
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
De effecten van een overdosering met GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin bestaat de mogelijkheid
dat OHSS optreedt (zie rubriek 4.4).
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: geslachtshormonen en modulatoren van het genitale stelsel,
gonadotropinen, ATC-code: G03GA05.
Het belangrijkste effect van parenterale toediening van FSH bij vrouwen is de ontwikkeling van rijpe
Graafse follikels. Bij vrouwen met anovulatie is het doel van behandeling met GONAL-f de
ontwikkeling van een enkele rijpe Graafse follikel, waaruit na toediening van hCG een eicel vrijkomt.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij vrouwen
In klinische onderzoeken werden patiënten met ernstige FSH- en LH-deficiëntie omschreven met een
endogene serum LH-spiegel van < 1,2 I.E./l, gemeten in een centraal laboratorium. Er moet echter
rekening gehouden worden met het feit dat LH-bepalingen tussen verschillende laboratoria kunnen
verschillen.
In klinische studies die r-hFSH (follitropine alfa) en urinair FSH vergelijken bij ART (zie
onderstaande tabel) en bij ovulatie-inductie, was GONAL-f effectiever dan urinair FSH, aangezien een
lagere dosis en kortere behandelperiode nodig zijn om follikelrijping te initiëren.
Bij ART resulteerde GONAL-f met een lagere totale dosis en kortere behandelperiode dan urinair FSH
in een hoger aantal gewonnen oöcyten, vergeleken met urinair FSH.
Tabel: Resultaten van studie GF 8407 (gerandomiseerde studie met parallelle groepen die
werkzaamheid en veiligheid vergelijkt van GONAL-f met die van urinair FSH bij ART)
GONAL-f
(n = 130)
11,0 ± 5,9
11,7 ± 1,9
27,6 ± 10,2
56,2
urinair FSH
(n = 116)
8,8 ± 4,8
14,5 ± 3,3
40,7 ± 13,6
85,3
Aantal gewonnen oöcyten
Benodigde dagen FSH-stimulatie
Totale benodigde dosis FSH (aantal FSH
75 I.E. ampullen)
Behoefte de dosis te verhogen (%)
Verschillen tussen de 2 groepen waren statistisch significant (p< 0,05) voor alle genoemde criteria.
58
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij mannen
Bij mannen, met een tekort aan FSH, induceert GONAL-f de spermatogenese, indien toegediend in
combinatie met hCG gedurende ten minste 4 maanden.
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Na intraveneuze toediening wordt follitropine alfa verdeeld over de extracellulaire vloeistof met een
initiële halfwaardetijd van ongeveer 2 uur. Het wordt geëlimineerd met een eindhalfwaardetijd van
ongeveer 1 dag. Het steady-state verdelingsvolume en de totale lichaamsklaring zijn respectievelijk
10 l en 0,6 l/uur. Eén achtste deel van de dosis follitropine alfa wordt in de urine uitgescheiden.
Na subcutane toediening is de absolute biologische beschikbaarheid ongeveer 70%. Na herhaalde
toediening van follitropine alfa wordt binnen 3-4 dagen een drievoudige
steady-state
concentratie
bereikt. Bij vrouwen wier endogene gonadotropinensecretie onderdrukt is, blijkt follitropine alfa op
effectieve wijze de follikelrijping en de steroïdgenese te stimuleren, ondanks onmeetbaar lage
LH-spiegels.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij eenmalige en herhaalde dosering en
genotoxiciteit, aanvullend op wat al eerder is gemeld in andere rubrieken van deze SmPC.
Verminderde fertiliteit is gerapporteerd bij ratten blootgesteld aan farmacologische doses van
follitropine alfa (≥
40 I.E./kg/dag) gedurende langere tijd, door een afgenomen fecunditeit.
Toegediend in hoge doses (≥
5 I.E./kg/dag) veroorzaakte follitropine alfa een afname van het aantal
levensvatbare foetussen zonder teratogeen te zijn, en dystokie overeenkomend met die gezien op
urinair menopauzaal gonadotropine (hMG). Gezien het feit dat GONAL-f bij zwangerschap niet mag
worden gebruikt zijn deze gegevens van beperkte klinische relevantie.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Poloxamer 188
Sucrose
Methionine
Natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat
Dinatriumfosfaat-dihydraat
m-Cresol
Fosforzuur, geconcentreerd
Natriumhydroxide
Water voor injecties
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3
2 jaar.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
De patiënt dient op de GONAL-f voorgevulde pen de dag van het eerste gebruik te noteren.
59
Houdbaarheid
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Vóór opening en binnen de houdbaarheidsduur kan het geneesmiddel uit de koelkast worden genomen
en maximaal 3 maanden bewaard worden bij of beneden 25°C, zonder opnieuw gekoeld te worden.
Het product dient te worden weggegooid indien het na 3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Voor de bewaarcondities tijdens gebruik, zie rubriek 6.3.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
0,5 ml oplossing voor injectie in een patroon van 3 ml (type I glas), met een plunjerstop
(halobutylrubber) en een aluminium krimpdop met zwarte rubberen inleg.
Een verpakking met 1 voorgevulde pen en 8 naalden die voor toediening met de pen gebruikt worden.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Zie de “Gebruiksaanwijzing”.
De oplossing mag niet gebruikt worden als deze deeltjes bevat of niet helder is.
Ongebruikte oplossing moet worden weggegooid, niet later dan 28 dagen na de eerste opening.
GONAL-f 300 I.E./0,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen is niet zodanig ontworpen
dat de patroon verwijderd kan worden.
Gooi de gebruikte naalden onmiddellijk weg na de injectie.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
8.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/033
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 oktober 1995
Datum van laatste verlenging: 20 oktober 2010
60
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
61
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke ml oplossing bevat 600 I.E. follitropine alfa* (overeenkomend met 44 microgram).
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 450 I.E. (overeenkomend met 33 microgram) in 0,75 ml.
* recombinant humaan follikelstimulerend hormoon (r-hFSH), geproduceerd door
recombinant-DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese Hamster (CHO cellen)
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
Heldere, kleurloze oplossing.
De pH-waarde van de oplossing is 6,7-7,3.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Bij volwassen vrouwen
•
•
•
Anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom) bij vrouwen die niet reageerden op
behandeling met clomifeencitraat.
Stimulering van multifolliculaire ontwikkeling bij vrouwen die superovulatie ondergaan ten
behoeve van conceptiehulptechnieken (ART) zoals
in vitro
fertilisatie (IVF), ´gamete
intra-fallopian transfer´ en ´zygote intra-fallopian transfer´.
GONAL-f in combinatie met een luteïniserend hormoonpreparaat (LH) wordt aanbevolen voor
de stimulatie van follikelgroei bij vrouwen met een ernstige LH- en FSH-deficiëntie. In
klinische onderzoeken werden deze omschreven met een endogene serum LH spiegel
< 1,2 I.E./l.
Bij volwassen mannen
•
GONAL-f is in combinatie met chorion gonadotropine (hCG) therapie geïndiceerd voor het
stimuleren van de spermatogenese bij mannen lijdende aan congenitaal of verworven
hypogonadotroop hypogonadisme.
Dosering en wijze van toediening
4.2
De behandeling met GONAL-f moet gestart worden onder toezicht van een arts die ervaren is in de
behandeling van fertiliteitsstoornissen.
Patiënten moeten het juiste aantal pennen krijgen voor hun behandeling en moeten instructies krijgen
over het gebruik van de juiste injectietechnieken.
62
Dosering
De aanbevolen doses voor GONAL-f zijn dezelfde als voor urinair FSH. De klinische onderzoeken
met GONAL-f geven aan dat de dagelijkse doseringen, toedieningsschema’s en de procedures om de
behandeling te volgen niet zouden moeten verschillen van die, welke momenteel gebruikt worden voor
de geneesmiddelen met urinair FSH. Geadviseerd wordt de aanbevolen startdoseringen zoals hieronder
aangegeven te volgen.
Vergelijkende klinische studies hebben aangetoond dat patiënten gemiddeld een lagere cumulatieve
dosis en een kortere behandelperiode nodig hebben met GONAL-f vergeleken met urinair FSH.
Daarom wordt het geschikt geacht een lagere totale dosis GONAL-f te geven dan normaal gebruikt
wordt voor urinair FSH, niet alleen om de follikelontwikkeling te optimaliseren, maar ook om het
risico op ongewenste ovariële hyperstimulatie te minimaliseren. Zie rubriek 5.1.
Bio-equivalentie is aangetoond tussen gelijke doses voor de eenmalige dosering en voor de
meervoudige dosering van GONAL-f.
Vrouwen met anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom)
GONAL-f kan gegeven worden als een kuur van dagelijkse injecties. Bij menstruerende vrouwen dient
de behandeling te beginnen binnen de eerste 7 dagen van de menstruele cyclus.
Een behandelingsschema dat veelvuldig wordt gehanteerd begint met 75-150 I.E. FSH elke dag. Deze
dosis kan met tussenpozen van 7 of bij voorkeur 14 dagen met bij voorkeur 37,5 of 75 I.E. worden
verhoogd, indien nodig, om een voldoende, maar niet overmatige reactie te bewerkstelligen. De
behandeling dient nauwkeurig op de reactie van de individuele patiënt te worden afgestemd op basis
van meting van de follikelgrootte door middel van echografie en/of oestrogeensecretie. De maximale
dagdosis is meestal niet hoger dan 225 I.E. FSH. Indien na 4 weken behandeling onvoldoende reactie
waarneembaar is, dan dient deze cyclus te worden afgebroken; de patiënt dient dan een verdere
beoordeling te ondergaan, waarna zij de volgende cyclus kan beginnen met een hogere aanvangsdosis
dan die van de afgebroken cyclus.
Wanneer een optimale reactie is verkregen, dient een enkele injectie van 250 microgram recombinant
humaan chorion gonadotropine alfa (r-hCG) of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG te worden gegeven
24-48 uur na de laatste GONAL-f injectie. De patiënt wordt aangeraden om gemeenschap te hebben
zowel òp de dag van hCG toediening als de dag erna. Als alternatief kan intra-uteriene inseminatie
(IUI) worden uitgevoerd.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven (zie rubriek 4.4). De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een
lagere dosis dan die in de voorafgaande.
Vrouwen die ovariële stimulatie ondergaan voor meervoudige folliculaire ontwikkeling voorafgaande
aan in vitro-fertilisatie of andere conceptiehulptechnieken (ART)
Een vaak gebruikt behandelingsschema voor superovulatie bestaat uit de toediening van 150-225 I.E.
GONAL-f per dag, te beginnen op dag 2 of 3 van de cyclus. De behandeling wordt daarna voortgezet
totdat een adequate follikelgroei is verkregen (bepaald via de oestrogeenconcentraties in serum en/of
via echografie), waarbij de dosis wordt aangepast op geleide van de respons van de patiënt, over het
algemeen tot een maximum van 450 I.E. per dag. In het algemeen wordt een adequate follikelgroei
bereikt op gemiddeld de tiende behandelingsdag (spreiding van 5 tot 20 dagen).
24-48 uur na de laatste toediening van GONAL-f wordt een enkelvoudige injectie van 250 microgram
r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E. hCG toegediend, om volledige follikelrijping te
bewerkstelligen.
Onderdrukking door middel van een GnRH-agonist of -antagonist wordt thans gewoonlijk toegepast
om de endogene LH-piek te onderdrukken (´downreguleren´), en de verhoogde LH-spiegels onder
controle te houden. Het is gebruikelijk ongeveer 2 weken na het begin van de agonist-therapie met de
toediening van GONAL-f te beginnen, en met beide middelen voort te gaan tot een adequate
63
follikelgroei bereikt is. Bijvoorbeeld, na twee weken behandeling met een agonist wordt 150-225 I.E.
GONAL-f toegediend gedurende de eerste zeven dagen. Daarna wordt de dosis aangepast al
naargelang de ovariële respons.
Wijdverbreide ervaring met IVF laat zien dat in het algemeen het succes van de behandeling
gedurende de eerste vier pogingen stabiel blijft en daarna geleidelijk afneemt.
Vrouwen met anovulatie ten gevolge van ernstige LH- en FSH-deficiëntie
Het doel van de behandeling met GONAL-f, in combinatie met lutropine alfa, is het ontwikkelen van
een rijpe Graafse follikel waaruit de onbevruchte eicel wordt vrijgemaakt na toediening van humaan
chorion gonadotropine (hCG) bij vrouwen met een LH- en FSH-deficiëntie (hypogonadotroop
hypogonadisme). GONAL-f moet als een dagelijkse injectiekuur worden gegeven, samen met
lutropine alfa. Aangezien deze patiënten niet menstrueren en lage endogene oestrogeenspiegels hebben
kan de behandeling op elk gewenst ogenblik beginnen.
Een aanbevolen startdosering is 75 I.E. lutropine alfa samen met 75-150 I.E. FSH per dag. De
behandeling moet op basis van metingen van de follikelgrootte door middel van echografie en
oestrogeenrespons worden aangepast aan de reactie van de individuele patiënt.
Als een verhoging van de dosis FSH nodig wordt geacht, moet dit bij voorkeur worden gedaan met
tussenpozen van 7-14 dagen en bij voorkeur met een verhoging in stappen van 37,5-75 I.E. Het kan
aanvaardbaar zijn de duur van de stimulatie in enige cyclus tot vijf weken te verlengen.
Als een optimale respons is verkregen moet 24-48 uur na de laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa, een enkele injectie met 250 microgram r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E.
hCG toegediend worden. De patiënt wordt aangeraden op de dag van de hCG injectie en de volgende
dag gemeenschap te hebben. Als alternatief kan IUI worden uitgevoerd.
Ondersteuning in de luteale fase kan overwogen worden aangezien gebrek aan stoffen met luteotrope
werking (LH/hCG) na ovulatie kunnen resulteren in een vroegtijdig ten gronde gaan van het corpus
luteum.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven. De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een lagere dosis FSH
dan die in de voorafgaande cyclus.
Mannen met hypogonadotroop hypogonadisme
GONAL-f dient te worden gegeven in een dosis van 150 I.E. driemaal per week, gelijktijdig met hCG,
gedurende minimaal 4 maanden. Indien na afloop van deze periode de patiënt nog niet heeft
gereageerd, dan kan de combinatietherapie worden voortgezet. Klinische ervaring tot nu toe geeft aan
dat een behandelingsduur van minimaal 18 maanden nodig kan zijn om spermatogenese te
bewerkstelligen.
Bijzondere populaties
Ouderen
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij oudere patiënten. De veiligheid en werkzaamheid
van GONAL-f bij oudere patiënten zijn niet vastgesteld.
Nier- of leverfunctiestoornissen
De veiligheid, werkzaamheid en farmacokinetiek van GONAL-f bij patiënten met nier- of
leverfunctiestoornissen zijn niet vastgesteld.
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij pediatrische patiënten.
64
Wijze van toediening
GONAL-f is bedoeld voor subcutaan gebruik. De injectie moet elke dag op hetzelfde tijdstip worden
gegeven.
De eerste injectie met GONAL-f moet onder direct medisch toezicht worden toegediend.
Zelf-toediening van GONAL-f dient alleen te worden uitgevoerd door goed gemotiveerde en
voldoende geïnstrueerde patiënten die snel kunnen beschikken over deskundig advies.
Aangezien de GONAL-f voorgevulde pen met multidoseringspatroon bedoeld is voor meerdere
injecties, dienen er duidelijke instructies aan de patiënt gegeven te worden om verkeerd gebruik van de
multidoseringspresentatie te voorkomen.
Voor instructies over de toediening met de voorgevulde pen, zie rubriek 6.6 en de
“Gebruiksaanwijzing”.
4.3
•
•
•
•
•
Contra-indicaties
overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
tumoren van hypothalamus of hypofyse
vergroting van de ovaria of ovariumcysten niet als gevolg van polycysteus-ovariumsyndroom
gynaecologische bloedingen met onbekende oorzaak
ovarium-, uterus- of mammacarcinoom
GONAL-f mag niet worden toegediend in gevallen waarin geen effect kan worden verwacht, zoals:
•
primaire ovariuminsufficiëntie
•
misvormingen van de geslachtsorganen die zwangerschap onmogelijk maken
•
baarmoedermyomen die zwangerschap in de weg staan
•
primaire testesinsufficiëntie
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Algemene aanbevelingen
GONAL-f is een krachtig gonadotroop middel dat milde tot ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, en
enkel gebruikt mag worden door artsen die grondig vertrouwd zijn met problemen van
onvruchtbaarheid en hun behandeling.
Behandeling met gonadotropine vereist een zekere beschikbaarheid van artsen en andere
gezondheidswerkers, evenals de gepaste faciliteiten voor opvolging van patiënten. Veilig en
doeltreffend gebruik van GONAL-f bij vrouwen vereist het volgen van de ovariële respons door
middel van echografie, alleen of liefst in combinatie met regelmatige bepalingen van
oestradiolspiegels in serum. Er bestaat een zekere mate van inter-patiënt variabiliteit voor wat betreft
de respons op FSH toediening, met weinig respons op FSH in sommige patiënten en een overmatige
respons bij anderen. Zowel bij mannen als vrouwen dient de laagste effectieve dosis, in verhouding tot
het behandelingsdoel, te worden gebruikt.
Porfyrie
Patiënten met porfyrie of met een familiale geschiedenis met porfyrie dienen nauw gecontroleerd te
worden tijdens de behandeling met GONAL-f. Achteruitgang of een eerste verschijnsel van deze
aandoening kan beëindiging van de behandeling vereisen.
65
Bij behandeling van vrouwen
Vóór de therapie moet de infertiliteit van de partners eenduidig vastgesteld zijn, en moeten
contra-indicaties voor zwangerschap zijn uitgesloten. In het bijzonder dienen patiënten onderzocht te
worden op hypothyreoïdie, bijnierschorsinsufficientie en hyperprolactinemie en adequaat specifiek
behandeld te worden.
Patiënten bij wie stimulering van follikelgroei wordt toegepast, hetzij als behandeling van anovulatoire
onvruchtbaarheid of van ART procedures, kunnen ovariële vergroting ondervinden en ovariële
hyperstimulatie ontwikkelen. Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van
GONAL-f, tegelijkertijd met zorgvuldige controle van de behandeling zullen het risico hierop
beperken. Voor het op de juiste wijze interpreteren van indices van follikulaire ontwikkeling en rijping
dient de arts ervaren te zijn in het interpreteren van relevante tests.
In klinisch onderzoek is aangetoond dat de gevoeligheid van het ovarium voor GONAL-f toeneemt als
lutropine alfa wordt toegediend. Als een doseringsverhoging van FSH wenselijk wordt geacht moet dit
bij voorkeur met tussenpozen van 7-14 dagen gebeuren en met stapsgewijze dosisverhogingen van
37,5-75 I.E.
Een directe vergelijking tussen GONAL-f/LH en humaan menopauzaal gonadotropine (hMG) is niet
uitgevoerd. Een vergelijking met historische gegevens maakt aannemelijk dat de ovulatiesnelheid
welke wordt verkregen met GONAL-f/LH vergelijkbaar is met die verkregen met hMG.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Een bepaalde mate van ovariumvergroting is een te verwachten effect van gecontroleerde ovariële
stimulatie. Het wordt vaker gezien bij vrouwen met polycysteus-ovariumsyndroom en wordt
doorgaans minder zonder behandeling.
Anders dan bij ongecompliceerde ovariële vergroting, is OHSS een aandoening die zich kan
manifesteren in toenemende mate van ernst. Het omvat uitgesproken ovariële vergroting, hoge
geslachtssteroïdenspiegels, en een verhoogde vasculaire permeabiliteit die kan leiden tot een ophoping
van vocht in peritoneale, pleurale, en zelden, in pericardiale holten.
De volgende symptomatologie kan vóórkomen in ernstige gevallen van OHSS: buikpijn, opzetting van
de buik, ernstige ovariële vergroting, gewichtstoename, dyspneu, oligurie en gastrointestinale
symptomen zoals misselijkheid, braken en diarree. Klinisch onderzoek kan hypovolemie aantonen,
hemoconcentratie, elektrolytstoornissen, ascites, hemoperitoneum, pleurale vochtuitstortingen,
hydrothorax of acuut longlijden. Zeer zelden kan ernstige OHSS gecompliceerd worden door
gedraaide eileiders of trombo-embolische voorvallen zoals longembolie, ischemische beroerte of
myocardinfarct.
Onafhankelijke risicofactoren voor het ontwikkelen van OHSS zijn polycysteus-ovariumsyndroom,
hoge absolute of snel stijgende serumspiegels van oestradiol (bv. > 900 pg/ml of > 3.300 pmol/l bij
anovulatie; > 3.000 pg/ml of > 11.000 pmol/l bij ART) en een groot aantal ontwikkelende ovariële
follikels (bv. > 3
follikels met een diameter van ≥
14
mm bij anovulatie; ≥
20 follikels met een
diameter van ≥
12 mm bij ART).
Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van GONAL-f kan het risico van
ovariële hyperstimulatie tot een minimum beperken (zie rubrieken 4.2 en 4.8). Het monitoren van de
stimulatiecycli met zowel echografie als oestradiolbepalingen wordt aangeraden om risicofactoren in
een vroeg stadium te herkennen.
Er zijn tekenen die erop wijzen dat hCG een sleutelrol speelt bij het ontstaan van OHSS en dat het
syndroom ernstiger kan zijn of langer kan aanhouden in geval van zwangerschap. Het is daarom aan te
raden dat geen hCG wordt toegediend indien zich tekenen voordoen van ovariële hyperstimulatie,
zoals een serum-oestradiolspiegel van > 5.500 pg/ml of > 20.200
pmol/l en/of in totaal ≥
40 follikels,
66
en dat de patiënt wordt geadviseerd ten minste 4 dagen geen gemeenschap te hebben of
barrière-contraceptiemethoden te gebruiken. OHSS kan snel (binnen 24 uur) of in enkele dagen
ontwikkelen en een ernstige medische aandoening worden. Meestal treedt het op nadat een
hormonenbehandeling is stopgezet en bereikt het zijn hoogtepunt ongeveer zeven tot tien dagen na de
behandeling. Daarom dienen patiënten ten minste gedurende 2 weken na de hCG-toediening gevolgd
te worden.
Bij ART kan echter aspiratie van alle follikels vóór ovulatie het vóórkomen van hyperstimulatie
verminderen.
Lichte of matige OHSS verdwijnt doorgaans spontaan. In geval van ernstige OHSS, wordt aangeraden
om de gonadotropinebehandeling te onderbreken, als zij nog gaande was, en om de patiënt in een
ziekenhuis op te nemen en specifieke behandeling te starten.
Meerlingzwangerschap
Bij patiënten bij wie ovulatie-inductie wordt toegepast, treden meerlingzwangerschappen vaker op dan
bij vrouwen bij wie de zwangerschap op natuurlijke wijze tot stand is gebracht. De meerderheid van
de meerlingen zijn tweelingen. Bij meerlingzwangerschap, in het bijzonder die van grote orde, bestaat
een verhoogde kans op ongewenste maternale en perinatale uitkomsten.
Om de kans op meerlingzwangerschap zo klein mogelijk te houden is het aanbevolen de ovariële
respons zorgvuldig te volgen.
De kans op meerlingzwangerschappen na toepassing van conceptiehulptechnieken (ART) hangt samen
met het aantal teruggeplaatste embryo's, de kwaliteit hiervan en de leeftijd van de patiënt.
Patiënten dienen vóór de behandeling te worden ingelicht omtrent het risico op meerlinggeboortes.
Zwangerschapsafbreking
Het percentage zwangerschapsafbreking door miskraam of spontane abortus is hoger bij patiënten die
stimulering van follikelgroei ondergaan voor ovulatie-inductie of ART dan na natuurlijke bevruchting.
Extra-uteriene zwangerschap
Vrouwen met een voorgeschiedenis van aandoeningen ter hoogte van de eileiders, hebben een
verhoogd risico op extra-uteriene zwangerschap, ongeacht of de zwangerschap natuurlijk tot stand
kwam of na vruchtbaarheidsbehandeling. Het optreden van extra-uteriene zwangerschap na ART bleek
vaker voor te komen dan bij de algemene bevolking.
Tumoren van het voortplantingssysteem
Er zijn gevallen gerapporteerd van zowel goedaardige als kwaadaardige tumoren van de ovaria of
andere delen van het voortplantingsstelsel, bij vrouwen die veelvuldige behandelingen kregen voor
onvruchtbaarheid. Het is nog niet duidelijk of behandeling met gonadotropinen het risico voor dit
soort tumoren verhoogt bij onvruchtbare vrouwen.
Congenitale afwijkingen
Het vóórkomen van congenitale afwijkingen na ART kan iets hoger zijn dan na gewone conceptie.
Men veronderstelt dat dit komt door verschillen in de eigenschappen van de ouders (bijvoorbeeld de
leeftijd van de moeder, eigenschappen van het sperma) en meerlingzwangerschappen.
Trombo-embolische voorvallen
Bij vrouwen met recente of nog aanwezige trombo-embolische aandoeningen of bij vrouwen met
algemeen erkende risicofactoren voor het ontstaan van trombo-embolische voorvallen, zoals een eigen
of familiegeschiedenis, kan bij behandeling met gonadotropinen het risico van het verergeren of het
optreden van dergelijke voorvallen verder toenemen. Bij deze vrouwen dient een afweging te worden
gemaakt van de voordelen van gonadotropinebehandeling en de nadelen daarvan. Het dient echter te
worden opgemerkt dat zowel zwangerschap zelf als OHSS ook een toename van het risico van
trombo-embolische voorvallen met zich meebrengen.
67
Bij behandeling van mannen
Een verhoogde concentratie endogeen FSH wijst op primaire testesinsufficiëntie. Patiënten bij wie dit
wordt geconstateerd, reageren niet op de combinatie GONAL-f/hCG. GONAL-f mag niet worden
gebruikt wanneer geen effectieve respons kan worden verkregen.
Als onderdeel van de evaluatie van het effect van de behandeling wordt sperma-analyse 4 tot
6 maanden na het begin van de behandeling aanbevolen.
Natriumgehalte
Gonal-f bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Gelijktijdig gebruik van GONAL-f en andere ovulatiestimulerende geneesmiddelen (bv. hCG,
clomifeencitraat) kan de folliculaire respons potentiëren. Wanneer overigens tegelijkertijd een
GnRH-agonist of -antagonist wordt gebruikt om de hypofyse te desensitiseren, kan een hogere dosis
van GONAL-f nodig zijn om een adequate ovariële respons te bereiken. Geen klinisch belangrijke
interacties met andere geneesmiddelen zijn gemeld tijdens behandeling met GONAL-f.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er is geen indicatie voor het gebruik van GONAL-f tijdens de zwangerschap. Gegevens die afkomstig
zijn van een beperkt aantal blootgestelde zwangerschappen (minder dan
300 zwangerschapsuitkomsten) duiden erop dat follitropine alfa niet misvormend of foetaal/neonataal
toxisch is.
In dierstudies is geen teratogeen effect waargenomen (zie rubriek 5.3).
In geval van blootstelling tijdens de zwangerschap, zijn er onvoldoende klinische gegevens om een
teratogeen effect van GONAL-f uit te sluiten.
Borstvoeding
GONAL-f is niet geïndiceerd tijdens het geven van borstvoeding.
Vruchtbaarheid
GONAL-f is geïndiceerd voor gebruik bij onvruchtbaarheid (zie rubriek 4.1).
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
GONAL-f heeft naar verwachting geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het
vermogen om machines te bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn hoofdpijn, ovariumcysten en reacties op de injectieplaats (bv.
pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie op de injectieplaats).
68
Licht of matig ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS) is vaak gemeld en dient te worden
beschouwd als een intrinsiek risico van de stimulatieprocedure. Ernstig OHSS komt soms voor (zie
rubriek 4.4).
Trombo-embolie kan zeer zelden optreden (zie rubriek 4.4).
Lijst van bijwerkingen
De volgende definities zijn van toepassing op de hieronder gebruikte frequentieterminologie: zeer
vaak (≥ 1/10), vaak (≥
1/100, < 1/10),
soms (≥
1/1.000, <
1/100), zelden (≥
1/10.000, < 1/1.000), zeer
zelden (< 1/10.000).
Behandeling bij vrouwen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak:
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Zeer zelden:
Trombo-embolie (zowel in verband met als afzonderlijk van OHSS)
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak:
Buikpijn, opgezette buik, buikklachten, misselijkheid, braken, diarree
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Zeer vaak:
Ovariumcysten
Vaak:
Mild tot matig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie)
Soms:
Ernstig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie) (zie rubriek 4.4).
Zelden:
Complicatie van ernstig OHSS
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Behandeling bij mannen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak:
Acne
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Vaak:
Gynaecomastie, varicocele
69
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Onderzoeken
Vaak:
Gewichtstoename
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
De effecten van een overdosering met GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin bestaat de mogelijkheid
dat OHSS optreedt (zie rubriek 4.4).
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: geslachtshormonen en modulatoren van het genitale stelsel,
gonadotropinen, ATC-code: G03GA05.
Het belangrijkste effect van parenterale toediening van FSH bij vrouwen is de ontwikkeling van rijpe
Graafse follikels. Bij vrouwen met anovulatie is het doel van behandeling met GONAL-f de
ontwikkeling van een enkele rijpe Graafse follikel, waaruit na toediening van hCG een eicel vrijkomt.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij vrouwen
In klinische onderzoeken werden patiënten met ernstige FSH- en LH-deficiëntie omschreven met een
endogene serum LH-spiegel van < 1,2 I.E./l, gemeten in een centraal laboratorium. Er moet echter
rekening gehouden worden met het feit dat LH-bepalingen tussen verschillende laboratoria kunnen
verschillen.
In klinische studies die r-hFSH (follitropine alfa) en urinair FSH vergelijken bij ART (zie
onderstaande tabel) en bij ovulatie-inductie, was GONAL-f effectiever dan urinair FSH, aangezien een
lagere dosis en kortere behandelperiode nodig zijn om follikelrijping te initiëren.
Bij ART resulteerde GONAL-f met een lagere totale dosis en kortere behandelperiode dan urinair FSH
in een hoger aantal gewonnen oöcyten, vergeleken met urinair FSH.
Tabel: Resultaten van studie GF 8407 (gerandomiseerde studie met parallelle groepen die
werkzaamheid en veiligheid vergelijkt van GONAL-f met die van urinair FSH bij ART)
GONAL-f
(n = 130)
11,0 ± 5,9
11,7 ± 1,9
27,6 ± 10,2
56,2
urinair FSH
(n = 116)
8,8 ± 4,8
14,5 ± 3,3
40,7 ± 13,6
85,3
Aantal gewonnen oöcyten
Benodigde dagen FSH-stimulatie
Totale benodigde dosis FSH (aantal FSH
75 I.E. ampullen)
Behoefte de dosis te verhogen (%)
Verschillen tussen de 2 groepen waren statistisch significant (p< 0,05) voor alle genoemde criteria.
70
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij mannen
Bij mannen, met een tekort aan FSH, induceert GONAL-f de spermatogenese, indien toegediend in
combinatie met hCG gedurende ten minste 4 maanden.
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Na intraveneuze toediening wordt follitropine alfa verdeeld over de extracellulaire vloeistof met een
initiële halfwaardetijd van ongeveer 2 uur. Het wordt geëlimineerd met een eindhalfwaardetijd van
ongeveer 1 dag. Het steady-state verdelingsvolume en de totale lichaamsklaring zijn respectievelijk
10 l en 0,6 l/uur. Eén achtste deel van de dosis follitropine alfa wordt in de urine uitgescheiden.
Na subcutane toediening is de absolute biologische beschikbaarheid ongeveer 70%. Na herhaalde
toediening van follitropine alfa wordt binnen 3-4 dagen een drievoudige
steady-state
concentratie
bereikt. Bij vrouwen wier endogene gonadotropinensecretie onderdrukt is, blijkt follitropine alfa op
effectieve wijze de follikelrijping en de steroïdgenese te stimuleren, ondanks onmeetbaar lage
LH-spiegels.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij eenmalige en herhaalde dosering en
genotoxiciteit, aanvullend op wat al eerder is gemeld in andere rubrieken van deze SmPC.
Verminderde fertiliteit is gerapporteerd bij ratten blootgesteld aan farmacologische doses van
follitropine alfa (≥
40 I.E./kg/dag) gedurende langere tijd, door een afgenomen fecunditeit.
Toegediend in hoge doses (≥
5 I.E./kg/dag) veroorzaakte follitropine alfa een afname van het aantal
levensvatbare foetussen zonder teratogeen te zijn, en dystokie overeenkomend met die gezien op
urinair menopauzaal gonadotropine (hMG). Gezien het feit dat GONAL-f bij zwangerschap niet mag
worden gebruikt zijn deze gegevens van beperkte klinische relevantie.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Poloxamer 188
Sucrose
Methionine
Natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat
Dinatriumfosfaat-dihydraat
m-Cresol
Fosforzuur, geconcentreerd
Natriumhydroxide
Water voor injecties
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3
2 jaar.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
De patiënt dient op de GONAL-f voorgevulde pen de dag van het eerste gebruik te noteren.
71
Houdbaarheid
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Vóór opening en binnen de houdbaarheidsduur kan het geneesmiddel uit de koelkast worden genomen
en maximaal 3 maanden bewaard worden bij of beneden 25°C, zonder opnieuw gekoeld te worden.
Het product dient te worden weggegooid indien het na 3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Voor de bewaarcondities tijdens gebruik, zie rubriek 6.3.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
0,75 ml oplossing voor injectie in een patroon van 3 ml (type I glas), met een plunjerstop
(halobutylrubber) en een aluminium krimpdop met zwarte rubberen inleg.
Een verpakking met 1 voorgevulde pen en 12 naalden die voor toediening met de pen gebruikt
worden.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Zie de “Gebruiksaanwijzing”.
De oplossing mag niet gebruikt worden als deze deeltjes bevat of niet helder is.
Ongebruikte oplossing moet worden weggegooid, niet later dan 28 dagen na de eerste opening.
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen is niet zodanig ontworpen
dat de patroon verwijderd kan worden.
Gooi de gebruikte naalden onmiddellijk weg na de injectie.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
8.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/034
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 oktober 1995
Datum van laatste verlenging: 20 oktober 2010
72
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
73
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 900 I.E./1,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke ml oplossing bevat 600 I.E. follitropine alfa* (overeenkomend met 44 microgram).
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 900 I.E. (overeenkomend met 66 microgram) in 1,5 ml.
* recombinant humaan follikelstimulerend hormoon (r-hFSH), geproduceerd door
recombinant-DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese Hamster (CHO cellen)
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
Heldere, kleurloze oplossing.
De pH-waarde van de oplossing is 6,7-7,3.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Bij volwassen vrouwen
•
•
•
Anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom) bij vrouwen die niet reageerden op
behandeling met clomifeencitraat.
Stimulering van multifolliculaire ontwikkeling bij vrouwen die superovulatie ondergaan ten
behoeve van conceptiehulptechnieken (ART) zoals
in vitro
fertilisatie (IVF), ´gamete
intra-fallopian transfer´ en ´zygote intra-fallopian transfer´.
GONAL-f in combinatie met een luteïniserend hormoonpreparaat (LH) wordt aanbevolen voor
de stimulatie van follikelgroei bij vrouwen met een ernstige LH- en FSH-deficiëntie. In
klinische onderzoeken werden deze omschreven met een endogene serum LH spiegel
< 1,2 I.E./l.
Bij volwassen mannen
•
GONAL-f is in combinatie met chorion gonadotropine (hCG) therapie geïndiceerd voor het
stimuleren van de spermatogenese bij mannen lijdende aan congenitaal of verworven
hypogonadotroop hypogonadisme.
Dosering en wijze van toediening
4.2
De behandeling met GONAL-f moet gestart worden onder toezicht van een arts die ervaren is in de
behandeling van fertiliteitsstoornissen.
Patiënten moeten het juiste aantal pennen krijgen voor hun behandeling en moeten instructies krijgen
over het gebruik van de juiste injectietechnieken.
74
Dosering
De aanbevolen doses voor GONAL-f zijn dezelfde als voor urinair FSH. De klinische onderzoeken
met GONAL-f geven aan dat de dagelijkse doseringen, toedieningsschema’s en de procedures om de
behandeling te volgen niet zouden moeten verschillen van die, welke momenteel gebruikt worden voor
de geneesmiddelen met urinair FSH. Geadviseerd wordt de aanbevolen startdoseringen zoals hieronder
aangegeven te volgen.
Vergelijkende klinische studies hebben aangetoond dat patiënten gemiddeld een lagere cumulatieve
dosis en een kortere behandelperiode nodig hebben met GONAL-f vergeleken met urinair FSH.
Daarom wordt het geschikt geacht een lagere totale dosis GONAL-f te geven dan normaal gebruikt
wordt voor urinair FSH, niet alleen om de follikelontwikkeling te optimaliseren, maar ook om het
risico op ongewenste ovariële hyperstimulatie te minimaliseren. Zie rubriek 5.1.
Bio-equivalentie is aangetoond tussen gelijke doses voor de eenmalige dosering en voor de
meervoudige dosering van GONAL-f.
Vrouwen met anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom)
GONAL-f kan gegeven worden als een kuur van dagelijkse injecties. Bij menstruerende vrouwen dient
de behandeling te beginnen binnen de eerste 7 dagen van de menstruele cyclus.
Een behandelingsschema dat veelvuldig wordt gehanteerd begint met 75-150 I.E. FSH elke dag. Deze
dosis kan met tussenpozen van 7 of bij voorkeur 14 dagen met bij voorkeur 37,5 of 75 I.E. worden
verhoogd, indien nodig, om een voldoende, maar niet overmatige reactie te bewerkstelligen. De
behandeling dient nauwkeurig op de reactie van de individuele patiënt te worden afgestemd op basis
van meting van de follikelgrootte door middel van echografie en/of oestrogeensecretie. De maximale
dagdosis is meestal niet hoger dan 225 I.E. FSH. Indien na 4 weken behandeling onvoldoende reactie
waarneembaar is, dan dient deze cyclus te worden afgebroken; de patiënt dient dan een verdere
beoordeling te ondergaan, waarna zij de volgende cyclus kan beginnen met een hogere aanvangsdosis
dan die van de afgebroken cyclus.
Wanneer een optimale reactie is verkregen, dient een enkele injectie van 250 microgram recombinant
humaan chorion gonadotropine alfa (r-hCG) of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG te worden gegeven
24-48 uur na de laatste GONAL-f injectie. De patiënt wordt aangeraden om gemeenschap te hebben
zowel òp de dag van hCG toediening als de dag erna. Als alternatief kan intra-uteriene inseminatie
(IUI) worden uitgevoerd.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven (zie rubriek 4.4). De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een
lagere dosis dan die in de voorafgaande.
Vrouwen die ovariële stimulatie ondergaan voor meervoudige folliculaire ontwikkeling voorafgaande
aan in vitro-fertilisatie of andere conceptiehulptechnieken (ART)
Een vaak gebruikt behandelingsschema voor superovulatie bestaat uit de toediening van 150-225 I.E.
GONAL-f per dag, te beginnen op dag 2 of 3 van de cyclus. De behandeling wordt daarna voortgezet
totdat een adequate follikelgroei is verkregen (bepaald via de oestrogeenconcentraties in serum en/of
via echografie), waarbij de dosis wordt aangepast op geleide van de respons van de patiënt, over het
algemeen tot een maximum van 450 I.E. per dag. In het algemeen wordt een adequate follikelgroei
bereikt op gemiddeld de tiende behandelingsdag (spreiding van 5 tot 20 dagen).
24-48 uur na de laatste toediening van GONAL-f wordt een enkelvoudige injectie van 250 microgram
r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E. hCG toegediend, om volledige follikelrijping te
bewerkstelligen.
Onderdrukking door middel van een GnRH-agonist of -antagonist wordt thans gewoonlijk toegepast
om de endogene LH-piek te onderdrukken (´downreguleren´), en de verhoogde LH-spiegels onder
controle te houden. Het is gebruikelijk ongeveer 2 weken na het begin van de agonist-therapie met de
toediening van GONAL-f te beginnen, en met beide middelen voort te gaan tot een adequate
75
follikelgroei bereikt is. Bijvoorbeeld, na twee weken behandeling met een agonist wordt 150-225 I.E.
GONAL-f toegediend gedurende de eerste zeven dagen. Daarna wordt de dosis aangepast al
naargelang de ovariële respons.
Wijdverbreide ervaring met IVF laat zien dat in het algemeen het succes van de behandeling
gedurende de eerste vier pogingen stabiel blijft en daarna geleidelijk afneemt.
Vrouwen met anovulatie ten gevolge van ernstige LH- en FSH-deficiëntie
Het doel van de behandeling met GONAL-f, in combinatie met lutropine alfa, is het ontwikkelen van
een rijpe Graafse follikel waaruit de onbevruchte eicel wordt vrijgemaakt na toediening van humaan
chorion gonadotropine (hCG) bij vrouwen met een LH- en FSH-deficiëntie (hypogonadotroop
hypogonadisme). GONAL-f moet als een dagelijkse injectiekuur worden gegeven, samen met
lutropine alfa. Aangezien deze patiënten niet menstrueren en lage endogene oestrogeenspiegels hebben
kan de behandeling op elk gewenst ogenblik beginnen.
Een aanbevolen startdosering is 75 I.E. lutropine alfa samen met 75-150 I.E. FSH per dag. De
behandeling moet op basis van metingen van de follikelgrootte door middel van echografie en
oestrogeenrespons worden aangepast aan de reactie van de individuele patiënt.
Als een verhoging van de dosis FSH nodig wordt geacht, moet dit bij voorkeur worden gedaan met
tussenpozen van 7-14 dagen en bij voorkeur met een verhoging in stappen van 37,5-75 I.E. Het kan
aanvaardbaar zijn de duur van de stimulatie in enige cyclus tot vijf weken te verlengen.
Als een optimale respons is verkregen moet 24-48 uur na de laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa, een enkele injectie met 250 microgram r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E.
hCG toegediend worden. De patiënt wordt aangeraden op de dag van de hCG injectie en de volgende
dag gemeenschap te hebben. Als alternatief kan IUI worden uitgevoerd.
Ondersteuning in de luteale fase kan overwogen worden aangezien gebrek aan stoffen met luteotrope
werking (LH/hCG) na ovulatie kunnen resulteren in een vroegtijdig ten gronde gaan van het corpus
luteum.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven. De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een lagere dosis FSH
dan die in de voorafgaande cyclus.
Mannen met hypogonadotroop hypogonadisme
GONAL-f dient te worden gegeven in een dosis van 150 I.E. driemaal per week, gelijktijdig met hCG,
gedurende minimaal 4 maanden. Indien na afloop van deze periode de patiënt nog niet heeft
gereageerd, dan kan de combinatietherapie worden voortgezet. Klinische ervaring tot nu toe geeft aan
dat een behandelingsduur van minimaal 18 maanden nodig kan zijn om spermatogenese te
bewerkstelligen.
Bijzondere populaties
Ouderen
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij oudere patiënten. De veiligheid en werkzaamheid
van GONAL-f bij oudere patiënten zijn niet vastgesteld.
Nier- of leverfunctiestoornissen
De veiligheid, werkzaamheid en farmacokinetiek van GONAL-f bij patiënten met nier- of
leverfunctiestoornissen zijn niet vastgesteld.
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij pediatrische patiënten.
76
Wijze van toediening
GONAL-f is bedoeld voor subcutaan gebruik. De injectie moet elke dag op hetzelfde tijdstip worden
gegeven.
De eerste injectie met GONAL-f moet onder direct medisch toezicht worden toegediend.
Zelf-toediening van GONAL-f dient alleen te worden uitgevoerd door goed gemotiveerde en
voldoende geïnstrueerde patiënten die snel kunnen beschikken over deskundig advies.
Aangezien de GONAL-f voorgevulde pen met multidoseringspatroon bedoeld is voor meerdere
injecties, dienen er duidelijke instructies aan de patiënt gegeven te worden om verkeerd gebruik van de
multidoseringspresentatie te voorkomen.
Voor instructies over de toediening met de voorgevulde pen, zie rubriek 6.6 en de
“Gebruiksaanwijzing”.
4.3
•
•
•
•
•
Contra-indicaties
overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
tumoren van hypothalamus of hypofyse
vergroting van de ovaria of ovariumcysten niet als gevolg van polycysteus-ovariumsyndroom
gynaecologische bloedingen met onbekende oorzaak
ovarium-, uterus- of mammacarcinoom
GONAL-f mag niet worden toegediend in gevallen waarin geen effect kan worden verwacht, zoals:
•
primaire ovariuminsufficiëntie
•
misvormingen van de geslachtsorganen die zwangerschap onmogelijk maken
•
baarmoedermyomen die zwangerschap in de weg staan
•
primaire testesinsufficiëntie
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Algemene aanbevelingen
GONAL-f is een krachtig gonadotroop middel dat milde tot ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, en
enkel gebruikt mag worden door artsen die grondig vertrouwd zijn met problemen van
onvruchtbaarheid en hun behandeling.
Behandeling met gonadotropine vereist een zekere beschikbaarheid van artsen en andere
gezondheidswerkers, evenals de gepaste faciliteiten voor opvolging van patiënten. Veilig en
doeltreffend gebruik van GONAL-f bij vrouwen vereist het volgen van de ovariële respons door
middel van echografie, alleen of liefst in combinatie met regelmatige bepalingen van
oestradiolspiegels in serum. Er bestaat een zekere mate van inter-patiënt variabiliteit voor wat betreft
de respons op FSH toediening, met weinig respons op FSH in sommige patiënten en een overmatige
respons bij anderen. Zowel bij mannen als vrouwen dient de laagste effectieve dosis, in verhouding tot
het behandelingsdoel, te worden gebruikt.
Porfyrie
Patiënten met porfyrie of met een familiale geschiedenis met porfyrie dienen nauw gecontroleerd te
worden tijdens de behandeling met GONAL-f. Achteruitgang of een eerste verschijnsel van deze
aandoening kan beëindiging van de behandeling vereisen.
77
Bij behandeling van vrouwen
Vóór de therapie moet de infertiliteit van de partners eenduidig vastgesteld zijn, en moeten
contra-indicaties voor zwangerschap zijn uitgesloten. In het bijzonder dienen patiënten onderzocht te
worden op hypothyreoïdie, bijnierschorsinsufficientie en hyperprolactinemie en adequaat specifiek
behandeld te worden.
Patiënten bij wie stimulering van follikelgroei wordt toegepast, hetzij als behandeling van anovulatoire
onvruchtbaarheid of van ART procedures, kunnen ovariële vergroting ondervinden en ovariële
hyperstimulatie ontwikkelen. Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van
GONAL-f, tegelijkertijd met zorgvuldige controle van de behandeling zullen het risico hierop
beperken. Voor het op de juiste wijze interpreteren van indices van follikulaire ontwikkeling en rijping
dient de arts ervaren te zijn in het interpreteren van relevante tests.
In klinisch onderzoek is aangetoond dat de gevoeligheid van het ovarium voor GONAL-f toeneemt als
lutropine alfa wordt toegediend. Als een doseringsverhoging van FSH wenselijk wordt geacht moet dit
bij voorkeur met tussenpozen van 7-14 dagen gebeuren en met stapsgewijze dosisverhogingen van
37,5-75 I.E.
Een directe vergelijking tussen GONAL-f/LH en humaan menopauzaal gonadotropine (hMG) is niet
uitgevoerd. Een vergelijking met historische gegevens maakt aannemelijk dat de ovulatiesnelheid
welke wordt verkregen met GONAL-f/LH vergelijkbaar is met die verkregen met hMG.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Een bepaalde mate van ovariumvergroting is een te verwachten effect van gecontroleerde ovariële
stimulatie. Het wordt vaker gezien bij vrouwen met polycysteus-ovariumsyndroom en wordt
doorgaans minder zonder behandeling.
Anders dan bij ongecompliceerde ovariële vergroting, is OHSS een aandoening die zich kan
manifesteren in toenemende mate van ernst. Het omvat uitgesproken ovariële vergroting, hoge
geslachtssteroïdenspiegels, en een verhoogde vasculaire permeabiliteit die kan leiden tot een ophoping
van vocht in peritoneale, pleurale, en zelden, in pericardiale holten.
De volgende symptomatologie kan vóórkomen in ernstige gevallen van OHSS: buikpijn, opzetting van
de buik, ernstige ovariële vergroting, gewichtstoename, dyspneu, oligurie en gastrointestinale
symptomen zoals misselijkheid, braken en diarree. Klinisch onderzoek kan hypovolemie aantonen,
hemoconcentratie, elektrolytstoornissen, ascites, hemoperitoneum, pleurale vochtuitstortingen,
hydrothorax of acuut longlijden. Zeer zelden kan ernstige OHSS gecompliceerd worden door
gedraaide eileiders of trombo-embolische voorvallen zoals longembolie, ischemische beroerte of
myocardinfarct.
Onafhankelijke risicofactoren voor het ontwikkelen van OHSS zijn polycysteus-ovariumsyndroom,
hoge absolute of snel stijgende serumspiegels van oestradiol (bv. > 900 pg/ml of > 3.300 pmol/l bij
anovulatie; > 3.000 pg/ml of > 11.000 pmol/l bij ART) en een groot aantal ontwikkelende ovariële
follikels (bv. > 3
follikels met een diameter van ≥
14
mm bij anovulatie; ≥
20 follikels met een
diameter van ≥
12 mm bij ART).
Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van GONAL-f kan het risico van
ovariële hyperstimulatie tot een minimum beperken (zie rubrieken 4.2 en 4.8). Het monitoren van de
stimulatiecycli met zowel echografie als oestradiolbepalingen wordt aangeraden om risicofactoren in
een vroeg stadium te herkennen.
Er zijn tekenen die erop wijzen dat hCG een sleutelrol speelt bij het ontstaan van OHSS en dat het
syndroom ernstiger kan zijn of langer kan aanhouden in geval van zwangerschap. Het is daarom aan te
raden dat geen hCG wordt toegediend indien zich tekenen voordoen van ovariële hyperstimulatie,
zoals een serum-oestradiolspiegel van > 5.500 pg/ml of > 20.200
pmol/l en/of in totaal ≥
40 follikels,
78
en dat de patiënt wordt geadviseerd ten minste 4 dagen geen gemeenschap te hebben of
barrière-contraceptiemethoden te gebruiken. OHSS kan snel (binnen 24 uur) of in enkele dagen
ontwikkelen en een ernstige medische aandoening worden. Meestal treedt het op nadat een
hormonenbehandeling is stopgezet en bereikt het zijn hoogtepunt ongeveer zeven tot tien dagen na de
behandeling. Daarom dienen patiënten ten minste gedurende 2 weken na de hCG-toediening gevolgd
te worden.
Bij ART kan echter aspiratie van alle follikels vóór ovulatie het vóórkomen van hyperstimulatie
verminderen.
Lichte of matige OHSS verdwijnt doorgaans spontaan. In geval van ernstige OHSS, wordt aangeraden
om de gonadotropinebehandeling te onderbreken, als zij nog gaande was, en om de patiënt in een
ziekenhuis op te nemen en specifieke behandeling te starten.
Meerlingzwangerschap
Bij patiënten bij wie ovulatie-inductie wordt toegepast, treden meerlingzwangerschappen vaker op dan
bij vrouwen bij wie de zwangerschap op natuurlijke wijze tot stand is gebracht. De meerderheid van
de meerlingen zijn tweelingen. Bij meerlingzwangerschap, in het bijzonder die van grote orde, bestaat
een verhoogde kans op ongewenste maternale en perinatale uitkomsten.
Om de kans op meerlingzwangerschap zo klein mogelijk te houden is het aanbevolen de ovariële
respons zorgvuldig te volgen.
De kans op meerlingzwangerschappen na toepassing van conceptiehulptechnieken (ART) hangt samen
met het aantal teruggeplaatste embryo's, de kwaliteit hiervan en de leeftijd van de patiënt.
Patiënten dienen vóór de behandeling te worden ingelicht omtrent het risico op meerlinggeboortes.
Zwangerschapsafbreking
Het percentage zwangerschapsafbreking door miskraam of spontane abortus is hoger bij patiënten die
stimulering van follikelgroei ondergaan voor ovulatie-inductie of ART dan na natuurlijke bevruchting.
Extra-uteriene zwangerschap
Vrouwen met een voorgeschiedenis van aandoeningen ter hoogte van de eileiders, hebben een
verhoogd risico op extra-uteriene zwangerschap, ongeacht of de zwangerschap natuurlijk tot stand
kwam of na vruchtbaarheidsbehandeling. Het optreden van extra-uteriene zwangerschap na ART bleek
vaker voor te komen dan bij de algemene bevolking.
Tumoren van het voortplantingssysteem
Er zijn gevallen gerapporteerd van zowel goedaardige als kwaadaardige tumoren van de ovaria of
andere delen van het voortplantingsstelsel, bij vrouwen die veelvuldige behandelingen kregen voor
onvruchtbaarheid. Het is nog niet duidelijk of behandeling met gonadotropinen het risico voor dit
soort tumoren verhoogt bij onvruchtbare vrouwen.
Congenitale afwijkingen
Het vóórkomen van congenitale afwijkingen na ART kan iets hoger zijn dan na gewone conceptie.
Men veronderstelt dat dit komt door verschillen in de eigenschappen van de ouders (bijvoorbeeld de
leeftijd van de moeder, eigenschappen van het sperma) en meerlingzwangerschappen.
Trombo-embolische voorvallen
Bij vrouwen met recente of nog aanwezige trombo-embolische aandoeningen of bij vrouwen met
algemeen erkende risicofactoren voor het ontstaan van trombo-embolische voorvallen, zoals een eigen
of familiegeschiedenis, kan bij behandeling met gonadotropinen het risico van het verergeren of het
optreden van dergelijke voorvallen verder toenemen. Bij deze vrouwen dient een afweging te worden
gemaakt van de voordelen van gonadotropinebehandeling en de nadelen daarvan. Het dient echter te
worden opgemerkt dat zowel zwangerschap zelf als OHSS ook een toename van het risico van
trombo-embolische voorvallen met zich meebrengen.
79
Bij behandeling van mannen
Een verhoogde concentratie endogeen FSH wijst op primaire testesinsufficiëntie. Patiënten bij wie dit
wordt geconstateerd, reageren niet op de combinatie GONAL-f/hCG. GONAL-f mag niet worden
gebruikt wanneer geen effectieve respons kan worden verkregen.
Als onderdeel van de evaluatie van het effect van de behandeling wordt sperma-analyse 4 tot
6 maanden na het begin van de behandeling aanbevolen.
Natriumgehalte
Gonal-f bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Gelijktijdig gebruik van GONAL-f en andere ovulatiestimulerende geneesmiddelen (bv. hCG,
clomifeencitraat) kan de folliculaire respons potentiëren. Wanneer overigens tegelijkertijd een
GnRH-agonist of -antagonist wordt gebruikt om de hypofyse te desensitiseren, kan een hogere dosis
van GONAL-f nodig zijn om een adequate ovariële respons te bereiken. Geen klinisch belangrijke
interacties met andere geneesmiddelen zijn gemeld tijdens behandeling met GONAL-f.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er is geen indicatie voor het gebruik van GONAL-f tijdens de zwangerschap. Gegevens die afkomstig
zijn van een beperkt aantal blootgestelde zwangerschappen (minder dan
300 zwangerschapsuitkomsten) duiden erop dat follitropine alfa niet misvormend of foetaal/neonataal
toxisch is.
In dierstudies is geen teratogeen effect waargenomen (zie rubriek 5.3).
In geval van blootstelling tijdens de zwangerschap, zijn er onvoldoende klinische gegevens om een
teratogeen effect van GONAL-f uit te sluiten.
Borstvoeding
GONAL-f is niet geïndiceerd tijdens het geven van borstvoeding.
Vruchtbaarheid
GONAL-f is geïndiceerd voor gebruik bij onvruchtbaarheid (zie rubriek 4.1).
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
GONAL-f heeft naar verwachting geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het
vermogen om machines te bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn hoofdpijn, ovariumcysten en reacties op de injectieplaats (bv.
pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie op de injectieplaats).
80
Licht of matig ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS) is vaak gemeld en dient te worden
beschouwd als een intrinsiek risico van de stimulatieprocedure. Ernstig OHSS komt soms voor (zie
rubriek 4.4).
Trombo-embolie kan zeer zelden optreden (zie rubriek 4.4).
Lijst van bijwerkingen
De volgende definities zijn van toepassing op de hieronder gebruikte frequentieterminologie: zeer
vaak (≥ 1/10), vaak (≥
1/100, < 1/10), soms
(≥
1/1.000, <
1/100), zelden (≥
1/10.000, < 1/1.000), zeer
zelden (< 1/10.000).
Behandeling bij vrouwen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak:
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Zeer zelden:
Trombo-embolie (zowel in verband met als afzonderlijk van OHSS)
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak:
Buikpijn, opgezette buik, buikklachten, misselijkheid, braken, diarree
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Zeer vaak:
Ovariumcysten
Vaak:
Mild tot matig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie)
Soms:
Ernstig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie) (zie rubriek 4.4).
Zelden:
Complicatie van ernstig OHSS
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Behandeling bij mannen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak:
Acne
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Vaak:
Gynaecomastie, varicocele
81
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Onderzoeken
Vaak:
Gewichtstoename
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
De effecten van een overdosering met GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin bestaat de mogelijkheid
dat OHSS optreedt (zie rubriek 4.4).
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: geslachtshormonen en modulatoren van het genitale stelsel,
gonadotropinen, ATC-code: G03GA05.
Het belangrijkste effect van parenterale toediening van FSH bij vrouwen is de ontwikkeling van rijpe
Graafse follikels. Bij vrouwen met anovulatie is het doel van behandeling met GONAL-f de
ontwikkeling van een enkele rijpe Graafse follikel, waaruit na toediening van hCG een eicel vrijkomt.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij vrouwen
In klinische onderzoeken werden patiënten met ernstige FSH- en LH-deficiëntie omschreven met een
endogene serum LH-spiegel van < 1,2 I.E./l, gemeten in een centraal laboratorium. Er moet echter
rekening gehouden worden met het feit dat LH-bepalingen tussen verschillende laboratoria kunnen
verschillen.
In klinische studies die r-hFSH (follitropine alfa) en urinair FSH vergelijken bij ART (zie
onderstaande tabel) en bij ovulatie-inductie, was GONAL-f effectiever dan urinair FSH, aangezien een
lagere dosis en kortere behandelperiode nodig zijn om follikelrijping te initiëren.
Bij ART resulteerde GONAL-f met een lagere totale dosis en kortere behandelperiode dan urinair FSH
in een hoger aantal gewonnen oöcyten, vergeleken met urinair FSH.
Tabel: Resultaten van studie GF 8407 (gerandomiseerde studie met parallelle groepen die
werkzaamheid en veiligheid vergelijkt van GONAL-f met die van urinair FSH bij ART)
GONAL-f
(n = 130)
11,0 ± 5,9
11,7 ± 1,9
27,6 ± 10,2
56,2
urinair FSH
(n = 116)
8,8 ± 4,8
14,5 ± 3,3
40,7 ± 13,6
85,3
Aantal gewonnen oöcyten
Benodigde dagen FSH-stimulatie
Totale benodigde dosis FSH (aantal FSH
75 I.E. ampullen)
Behoefte de dosis te verhogen (%)
Verschillen tussen de 2 groepen waren statistisch significant (p< 0,05) voor alle genoemde criteria.
82
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij mannen
Bij mannen, met een tekort aan FSH, induceert GONAL-f de spermatogenese, indien toegediend in
combinatie met hCG gedurende ten minste 4 maanden.
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Na intraveneuze toediening wordt follitropine alfa verdeeld over de extracellulaire vloeistof met een
initiële halfwaardetijd van ongeveer 2 uur. Het wordt geëlimineerd met een eindhalfwaardetijd van
ongeveer 1 dag. Het steady-state verdelingsvolume en de totale lichaamsklaring zijn respectievelijk
10 l en 0,6 l/uur. Eén achtste deel van de dosis follitropine alfa wordt in de urine uitgescheiden.
Na subcutane toediening is de absolute biologische beschikbaarheid ongeveer 70%. Na herhaalde
toediening van follitropine alfa wordt binnen 3-4 dagen een drievoudige
steady-state
concentratie
bereikt. Bij vrouwen wier endogene gonadotropinensecretie onderdrukt is, blijkt follitropine alfa op
effectieve wijze de follikelrijping en de steroïdgenese te stimuleren, ondanks onmeetbaar lage
LH-spiegels.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij eenmalige en herhaalde dosering en
genotoxiciteit, aanvullend op wat al eerder is gemeld in andere rubrieken van deze SmPC.
Verminderde fertiliteit is gerapporteerd bij ratten blootgesteld aan farmacologische doses van
follitropine alfa (≥
40 I.E./kg/dag) gedurende langere tijd, door een afgenomen fecunditeit.
Toegediend in hoge doses (≥
5 I.E./kg/dag) veroorzaakte follitropine alfa een afname van het aantal
levensvatbare foetussen zonder teratogeen te zijn, en dystokie overeenkomend met die gezien op
urinair menopauzaal gonadotropine (hMG). Gezien het feit dat GONAL-f bij zwangerschap niet mag
worden gebruikt zijn deze gegevens van beperkte klinische relevantie.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Poloxamer 188
Sucrose
Methionine
Natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat
Dinatriumfosfaat-dihydraat
m-Cresol
Fosforzuur, geconcentreerd
Natriumhydroxide
Water voor injecties
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3
2 jaar.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
De patiënt dient op de GONAL-f voorgevulde pen de dag van het eerste gebruik te noteren.
83
Houdbaarheid
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Vóór opening en binnen de houdbaarheidsduur kan het geneesmiddel uit de koelkast worden genomen
en maximaal 3 maanden bewaard worden bij of beneden 25°C, zonder opnieuw gekoeld te worden.
Het product dient te worden weggegooid indien het na 3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Voor de bewaarcondities tijdens gebruik, zie rubriek 6.3.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
1,5 ml oplossing voor injectie in een patroon van 3 ml (type I glas), met een plunjerstop
(halobutylrubber) en een aluminium krimpdop met zwarte rubberen inleg.
Een verpakking met 1 voorgevulde pen en 20 naalden die voor toediening met de pen gebruikt
worden.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Zie de “Gebruiksaanwijzing”.
De oplossing mag niet gebruikt worden als deze deeltjes bevat of niet helder is.
Ongebruikte oplossing moet worden weggegooid, niet later dan 28 dagen na de eerste opening.
GONAL-f 900 I.E./1,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen is niet zodanig ontworpen
dat de patroon verwijderd kan worden.
Gooi de gebruikte naalden onmiddellijk weg na de injectie.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
8.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/035
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 oktober 1995
Datum van laatste verlenging: 20 oktober 2010
84
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
85
BIJLAGE II
A.
FABRIKANTEN VAN DE BIOLOGISCH WERKZAME
STOF EN FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN
VAN LEVERING EN GEBRUIK
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE
HOUDER VAN DE HANDELSVERGUNNING MOETEN
WORDEN NAGEKOMEN
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET
BETREKKING TOT EEN VEILIG EN DOELTREFFEND
GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
B.
C.
D.
86
A.
FABRIKANTEN VAN DE BIOLOGISCH WERKZAME STOF EN FABRIKANT
VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikant van de biologisch werkzame stof
Merck Serono S.A.
Succursale d’Aubonne
Zone Industrielle de l’Ouriettaz
1170 Aubonne
Zwitserland
of
Merck S.L.
C/Batanes 1
28760 Tres Cantos (Madrid)
Spanje
Naam en adres van de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte
Merck Serono S.p.A.
Via delle Magnolie 15 (loc. frazione Zona Industriale)
70026 Modugno (BA)
Italië
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK
Aan beperkt medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel (zie bijlage I: Samenvatting van de
productkenmerken, rubriek 4.2).
C.
•
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.
D.
•
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de verplichte onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in
module 1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen
RMP-aanpassingen.
87
Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
•
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
•
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico’s of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico’s tot een minimum) is bereikt.
88
BIJLAGE III
ETIKETTERING EN BIJSLUITER
89
A. ETIKETTERING
90
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
GONAL-f 75 I.E., DOOS MET 1, 5, 10 INJECTIEFLACONS EN 1, 5, 10 VOORGEVULDE
SPUITEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 75 I.E. poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke injectieflacon bevat 5,5 microgram follitropine alfa, overeenkomend met 75 I.E. Elke ml
gereconstitueerde oplossing bevat 75 I.E.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: sucrose, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat, dinatriumfosfaat-dihydraat, methionine,
polysorbaat 20, geconcentreerd fosforzuur en natriumhydroxide.
Oplosmiddel voor oplossing voor injectie: water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie.
1 voorgevulde spuit met 1 ml oplosmiddel.
5 injectieflacons met poeder voor oplossing voor injectie.
5 voorgevulde spuiten met 1 ml oplosmiddel.
10 injectieflacons met poeder voor oplossing voor injectie.
10 voorgevulde spuiten met 1 ml oplosmiddel.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
91
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 25°C. Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
Ongebruikte oplossing weggooien.
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/025 1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit met oplosmiddel
EU/1/95/001/026 5 injectieflacons met poeder voor oplossing voor injectie
5 voorgevulde spuiten met oplosmiddel
EU/1/95/001/027 10 injectieflacons met poeder voor oplossing voor injectie
10 voorgevulde spuiten met oplosmiddel
13.
PARTIJNUMMER
Lot
Lot oplosmiddel
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
gonal-f 75 i.e.
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk
92
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
93
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
GONAL-f 75 I.E., ETIKET INJECTIEFLACON
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
GONAL-f 75 I.E. poeder voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
s.c.
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
75 I.E.
6.
OVERIGE
94
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
GONAL-F 75 I.E., ETIKET VOORGEVULDE SPUIT OPLOSMIDDEL
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Oplosmiddel voor poeder voor oplossing voor injectie voor GONAL-f
Water voor injecties
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
1 ml/voorgevulde spuit
6.
OVERIGE
95
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ML, DOOS MET 1 injectieflacon en 1 voorgevulde spuit
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke multidoseringsinjectieflacon bevat 87 microgram follitropine alfa, overeenkomend met 1.200 I.E.
Elke ml gereconstitueerde oplossing bevat 600 I.E.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: sucrose, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat, dinatriumfosfaat-dihydraat,
geconcentreerd fosforzuur en natriumhydroxide.
Oplosmiddel voor oplossing voor injectie: water voor injecties, benzylalcohol 0,9%.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie.
1 voorgevulde spuit met 2 ml oplosmiddel.
15 wegwerpspuiten voor toediening, met schaal in FSH-eenheden.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Uitsluitend voor meervoudige injecties.
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
De bijgevoegde voorgevulde spuit met oplosmiddel dient alleen voor reconstitutie gebruikt te worden.
De gereconstitueerde inhoud mag slechts voor een enkele patiënt worden gebruikt.
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
96
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Voorafgaand aan reconstitutie: bewaren beneden 25°C. Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter
bescherming tegen licht.
Na reconstitutie: bewaren beneden 25°C. Niet in de vriezer bewaren. Bewaren in de oorspronkelijke
verpakking.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
Gooi alle ongebruikte oplossing weg na 28 dagen.
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/021 1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit met oplosmiddel
15 wegwerpspuiten
13.
PARTIJNUMMER
Lot
Lot oplosmiddel
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
gonal-f 1050 i.e.
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk
97
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
98
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ML, ETIKET INJECTIEFLACON
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
s.c.
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
DATUM VAN RECONSTITUTIE
Datum:
5.
Lot
PARTIJNUMMER
6.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
1.200 I.E./injectieflacon
7.
OVERIGE
99
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ML, ETIKET VOORGEVULDE SPUIT OPLOSMIDDEL
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Oplosmiddel voor gebruik met GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml
Water voor injecties, benzylalcohol 0,9%
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
2 ml/voorgevulde spuit
6.
OVERIGE
100
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
GONAL-f 450 I.E./0,75 ML, DOOS MET 1 INJECTIEFLACON EN 1 VOORGEVULDE
SPUIT
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke multidoseringsinjectieflacon bevat 44 microgram follitropine alfa, overeenkomend met 600 I.E.
Elke ml gereconstitueerde oplossing bevat 600 I.E.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: sucrose, natriumdiwaterstoffosfaat–monohydraat, dinatriumfosfaat–dihydraat,
geconcentreerd fosforzuur en natriumhydroxide.
Oplosmiddel voor oplossing voor injectie: water voor injecties, benzylalcohol 0,9%.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie.
1 voorgevulde spuit met 1 ml oplosmiddel.
6 wegwerpspuiten voor toediening, met schaal in FSH-eenheden.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Uitsluitend voor meervoudige injecties.
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
De bijgevoegde voorgevulde spuit met oplosmiddel dient alleen voor reconstitutie gebruikt te worden.
De gereconstitueerde inhoud mag slechts voor een enkele patiënt worden gebruikt.
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
101
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Voorafgaand aan reconstitutie: bewaren beneden 25°C. Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter
bescherming tegen licht.
Na reconstitutie: bewaren beneden 25°C. Niet in de vriezer bewaren. Bewaren in de oorspronkelijke
verpakking.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
Gooi alle ongebruikte oplossing weg na 28 dagen.
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/031 1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit met oplosmiddel
6 wegwerpspuiten
13.
PARTIJNUMMER
Lot
Lot oplosmiddel
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
gonal-f 450 i.e.
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk
102
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
103
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
GONAL-f 450 I.E./0,75 ML, ETIKET INJECTIEFLACON
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
s.c.
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
DATUM VAN RECONSTITUTIE
Datum:
5.
Lot
PARTIJNUMMER
6.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
600 I.E./injectieflacon
7.
OVERIGE
104
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
GONAL-f 450 I.E./0,75 ML, ETIKET VOORGEVULDE SPUIT OPLOSMIDDEL
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Oplosmiddel voor gebruik met GONAL-f 450 I.E./0,75 ml
Water voor injecties, benzylalcohol 0,9%
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
1 ml/voorgevulde spuit
6.
OVERIGE
105
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
GONAL-f 150 I.E./0,25 ML PEN, DOOS MET 1 VOORGEVULDE PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 150 I.E./0,25 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 150 I.E. follitropine alfa, overeenkomend met
11 microgram, per 0,25 ml.
Follitropine alfa, 600 I.E./ml (overeenkomend met 44 microgram/ml).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: Poloxamer 188, sucrose, methionine, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat,
dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd fosforzuur, natriumhydroxide en water voor
injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
1 voorgevulde multidoseringspen
4 injectienaalden
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
106
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Binnen de houdbaarheidstermijn kan het geneesmiddel maximaal 3 maanden bewaard worden bij of
beneden 25°C zonder gekoeld te worden. Het dient daarna te worden weggegooid.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/036 oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
4 naalden
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
gonal-f 150 i.e./0,25 ml
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk
107
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
108
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP DE PEN MOETEN WORDEN VERMELD
GONAL-f 150 I.E./0,25 ml PEN, STICKER
Er zal een sticker worden meegeleverd waarop de patiënt de eerste dag van gebruik kan noteren.
109
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
GONAL-f 150 I.E./0,25 ML PEN, ETIKET PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
GONAL-f 150 I.E./0,25 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Subcutaan gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
Houdbaarheid na het eerste gebruik: 28 dagen
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
150 I.E./0,25 ml
6.
OVERIGE
110
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
GONAL-f 300 I.E./0,5 ML PEN, DOOS MET 1 VOORGEVULDE PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 300 I.E./0,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 300 I.E. follitropine alfa, overeenkomend met
22 microgram, per 0,5 ml.
Follitropine alfa, 600 I.E./ml (overeenkomend met 44 microgram/ml).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: Poloxamer 188, sucrose, methionine, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat,
dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd fosforzuur, natriumhydroxide en water voor
injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
1 voorgevulde multidoseringspen
8 injectienaalden
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
111
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Binnen de houdbaarheidstermijn kan het geneesmiddel maximaal 3 maanden bewaard worden bij of
beneden 25°C zonder gekoeld te worden. Het dient daarna te worden weggegooid.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/033 oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
8 naalden
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
gonal-f 300 i.e./0,5 ml
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk
112
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
113
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP DE PEN MOETEN WORDEN VERMELD
GONAL-f 300 I.E./0,5 ml PEN, STICKER
Er zal een sticker worden meegeleverd waarop de patiënt de eerste dag van gebruik kan noteren.
114
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
GONAL-f 300 I.E./0,5 ML PEN, ETIKET PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
GONAL-f 300 I.E./0,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Subcutaan gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
Houdbaarheid na het eerste gebruik: 28 dagen
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
300 I.E./0,5 ml
6.
OVERIGE
115
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
GONAL-f 450 I.E./0,75 ML, DOOS MET 1 VOORGEVULDE PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 450 I.E. follitropine alfa, overeenkomend met
33 microgram, per 0,75 ml.
Follitropine alfa, 600 I.E./ml (overeenkomend met 44 microgram/ml).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: Poloxamer 188, sucrose, methionine, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat,
dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd fosforzuur, natriumhydroxide en water voor
injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
1 voorgevulde multidoseringspen
12 injectienaalden
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
116
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Binnen de houdbaarheidstermijn kan het geneesmiddel maximaal 3 maanden bewaard worden bij of
beneden 25°C zonder gekoeld te worden. Het dient daarna te worden weggegooid.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/034 oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
12 naalden
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
gonal-f 450 i.e./0,75 ml
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk
117
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
118
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP DE PEN MOETEN WORDEN VERMELD
GONAL-f 450 I.E./0,75 ML PEN, STICKER
Er zal een sticker worden meegeleverd waarop de patiënt de eerste dag van gebruik kan noteren.
119
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
GONAL-f 450 I.E./0,75 ML PEN, ETIKET PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Subcutaan gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
Houdbaarheid na het eerste gebruik: 28 dagen
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
450 I.E./0,75 ml
6.
OVERIGE
120
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
GONAL-f 900 I.E./1,5 ML PEN, DOOS MET 1 VOORGEVULDE PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 900 I.E./1,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 900 I.E. follitropine alfa, overeenkomend met
66 microgram, per 1,5 ml.
Follitropine alfa, 600 I.E./ml (overeenkomend met 44 microgram/ml).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: Poloxamer 188, sucrose, methionine, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat,
dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd fosforzuur, natriumhydroxide en water voor
injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
1 voorgevulde multidoseringspen
20 injectienaalden
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
121
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Binnen de houdbaarheidstermijn kan het geneesmiddel maximaal 3 maanden bewaard worden bij of
beneden 25°C zonder gekoeld te worden. Het dient daarna te worden weggegooid.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/035 oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
20 naalden
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
gonal-f 900 i.e./1,5 ml
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk
122
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
123
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP DE PEN MOETEN WORDEN VERMELD
GONAL-f 900 I.E./1,5 ML PEN, STICKER
Er zal een sticker worden meegeleverd waarop de patiënt de eerste dag van gebruik kan noteren.
124
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
GONAL-f 900 I.E./1,5 ML PEN, ETIKET PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
GONAL-f 900 I.E./1,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Subcutaan gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
Houdbaarheid na het eerste gebruik: 28 dagen
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
900 I.E./1,5 ml
6.
OVERIGE
125
B. BIJSLUITER
126
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
GONAL-f 75 I.E. poeder en oplosmiddel
voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe gebruikt u dit middel?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Hoe bereidt u GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe bewaart u het?
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is GONAL-f?
GONAL-f bevat een geneesmiddel dat 'follitropine alfa' wordt genoemd. Follitropine alfa is een type
follikelstimulerend hormoon (FSH), dat hoort bij de groep hormonen die 'gonadotropinen' worden
genoemd. Gonadotropinen zijn betrokken bij de voortplanting en de vruchtbaarheid.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Bij volwassen vrouwen
wordt GONAL-f gebruikt:
•
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een middel dat
'clomifeencitraat' wordt genoemd.
•
samen met een ander middel, dat 'lutropine alfa' (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd,
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert.
•
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij
vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen
om zwanger te worden), bijvoorbeeld
in vitro
fertilisatie, ‘gamete intra-fallopian transfer’ of
‘zygote intrafallopian transfer’.
Bij volwassen mannen
wordt GONAL-f gebruikt:
•
samen met een ander middel, ‘humaan chorion gonadotropine’ (hCG) genoemd, om de
zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage
concentraties van bepaalde hormonen.
127
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
De vruchtbaarheid van u en uw echtgenoot/partner moet geëvalueerd worden voordat de behandeling
wordt gestart door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
•
•
•
U bent allergisch voor follikelstimulerend hormoon of voor een van de stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
U bent een
vrouw:
−
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de
eierstokken), van onbekende oorsprong.
−
met onverklaarbare vaginale bloeding.
−
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten.
−
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is,
zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
U bent een
man:
−
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
•
Gebruik GONAL-f niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Als u twijfelt, neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het
niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
•
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de
zon is geweest, en/of
•
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de
onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u
ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om
te stoppen met het gebruik van dit middel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden
genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met GONAL-f veroorzaakt
zelden ernstige OHSS, tenzij het geneesmiddel wordt toegediend dat wordt gebruikt om eitjes tot volle
rijping te brengen (dat humaan chorion gonadotropine – hCG bevat). Als u OHSS ontwikkelt, kan het
zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en men kan u meedelen dat u gedurende ten
minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière-voorbehoedsmiddelen (condooms)
moet gebruiken.
128
Meerlingzwangerschap
Wanneer u GONAL-f gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind
ineens (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby's. U kunt de kans op
meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis GONAL-f op de juiste tijdstippen te gebruiken.
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een
meerlingzwangerschap en uw leeftijd, de kwaliteit en het aantal bevruchte eicellen of embryo's dat bij
u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om
eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of
beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met GONAL-f.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde
testikels. GONAL-f werkt meestal niet als u dit probleem heeft.
Als uw arts beslist om behandeling met GONAL-f te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden
na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Kinderen
Gonal-f is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast GONAL-f nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
•
Als u GONAL-f gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals
hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
•
Als u GONAL-f op hetzelfde moment gebruikt als een 'gonadotropin-releasing
hormone'-agonist (GnRH-agonist) of -antagonist (deze geneesmiddelen verlagen de
concentraties van uw geslachtshormonen en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een
hogere dosis GONAL-f nodig om follikels te produceren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Dan mag u GONAL-f niet gebruiken.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid en het gebruik van machines
beïnvloedt.
GONAL-f bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
129
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Gebruik van dit middel
•
•
•
•
GONAL-f is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden
gegeven.
De eerste injectie met GONAL-f moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u GONAL-f moet injecteren voordat u zichzelf
een injectie kunt toedienen.
Als u GONAL-f bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de instructies 'Hoe bereidt u het
GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe gebruikt u het?' aan het eind van deze bijsluiter.
Hoeveel moet u gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses
zijn vermeld in internationale eenheden (I.E.).
Vrouwen
Als bij u geen eisprong optreedt en u onregelmatig of niet menstrueert.
•
•
•
•
•
•
GONAL-f wordt doorgaans elke dag gegeven.
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van GONAL-f in de eerste 7 dagen
van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met
het gebruik van dit middel.
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is per dag 75 tot 150 I.E.
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
De maximale dagelijkse dosis GONAL-f is doorgaans niet hoger dan 225 I.E.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f. De beste
tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
Als uw arts na 4 weken geen gewenste reactie kan zien, dient die behandelcyclus met GONAL-f
gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als bij u geen eisprong optreedt, u niet menstrueert en bij u de diagnose is gesteld dat u zeer lage
concentraties FSH en LH heeft
•
•
•
•
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is 75 tot 150 I.E., samen met 75 I.E. lutropine alfa.
U gebruikt deze twee middelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f en
130
lutropine alfa. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en
op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in
de baarmoederholte te plaatsen.
Als uw arts na 5 weken geen gewenste reactie kan waarnemen, dient deze behandelcyclus met
GONAL-f gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als u voorafgaand aan een begeleide vruchtbaarheidstechniek meerdere eicellen moet
ontwikkelen voor afname
•
•
•
•
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is elke dag 150 tot 225 I.E., vanaf dag 2 of 3 van uw
behandelcyclus.
De dosis GONAL-f kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse
dosis is 450 I.E.
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst
punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren tussen 5 dagen en 20 dagen. Uw
arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit bereikt is.
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale
recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5.000 I.E. tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na
uw laatste injectie met GONAL-f. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp
van een agonist of antagonist (bevorderend of remmend middel) van ‘gonadotropin-releasing
hormone’ (GnRH). Vervolgens wordt dan gestart met GONAL-f, ongeveer twee weken na het begin
van de behandeling met de agonist. Daarna worden GONAL-f en een GnRH-agonist beide gegeven,
totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een
GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 I.E. GONAL-f toegediend. De dosis wordt dan
aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken.
Mannen
•
•
•
De gebruikelijke dosis GONAL-f is 150 I.E., samen met hCG.
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten
minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van het gebruik van te veel GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo’n geval
bedacht te zijn op het optreden van een ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven
wordt in rubriek 4. Echter, OHSS zal alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2,
OHSS).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Bent u vergeten GONAL-f te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te
halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
131
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen bij vrouwen
•
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn
van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken
overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in
de eierstokken (zie ook in rubriek 2 bij “Ovarieel hyperstimulatiesyndroom”). Deze bijwerking
komt vaak voor (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen).
Het OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie,
gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag en
borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (kan maximaal 1 op de 100 personen treffen).
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen
zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 1.000 personen treffen).
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk
van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 10.000 personen
treffen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook in
rubriek 2 bij “Bloedstolselproblemen”).
•
•
•
Ernstige bijwerkingen bij mannen en vrouwen
•
Allergische reacties zoals uitslag, rode huid, netelroos, opgezwollen gezicht met
ademhalingsproblemen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor (kan
maximaal 1 op de 10.000 personen treffen).
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk
contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het
gebruik van GONAL-f.
Andere bijwerkingen bij vrouwen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
•
•
•
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
Hoofdpijn
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
•
•
Buikpijn
Zich misselijk voelen, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
•
•
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Andere bijwerkingen bij mannen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
•
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
132
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
•
•
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
•
•
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de
injectieflacon na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Bewaren beneden 25°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat er zichtbare tekenen van bederf zijn, als de vloeistof
deeltjes bevat of niet helder is.
Dit geneesmiddel moet direct na bereiding worden toegediend.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
GONAL-f mag niet worden toegediend als mengsel met andere geneesmiddelen in dezelfde injectie,
behalve lutropine alfa. Studies hebben aangetoond dat deze twee geneesmiddelen kunnen worden
gemengd en samen geïnjecteerd, zonder enig negatief effect op de twee producten.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
•
•
•
•
De werkzame stof in dit middel is follitropine alfa.
Elke injectieflacon bevat 5,5 microgram follitropine alfa.
Na bereiding van de uiteindelijke oplossing voor injectie zit er 75 I.E. (5,5 microgram)
follitropine alfa in elke milliliter oplossing.
De andere stoffen in dit middel zijn sucrose, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat,
dinatriumfosfaat-dihydraat, methionine, polysorbaat 20, geconcentreerd fosforzuur en
natriumhydroxide.
133
•
Het oplosmiddel is water voor injecties.
Hoe ziet GONAL-f eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
•
•
•
•
GONAL-f wordt gepresenteerd als poeder en oplosmiddel, die worden gebruikt voor de
bereiding van een oplossing voor injectie.
Het poeder is een witte pellet in een glazen injectieflacon
Het oplosmiddel is een heldere, kleurloze vloeistof in een voorgevulde spuit met elk 1 ml.
GONAL-f wordt geleverd in verpakkingen van 1, 5 of 10 injectieflacons met het bijbehorende
aantal voorgevulde spuiten met oplosmiddel. Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden
in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Merck Europe B.V., Gustav Mahlerplein 102, 1082 MA Amsterdam, Nederland
Fabrikant
Merck Serono S.p.A., Via delle Magnolie 15, 70026 Modugno (Bari), Italië
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}.
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
134
HOE BEREIDT U HET GONAL-f POEDER EN OPLOSMIDDEL EN HOE GEBRUIKT U
HET?
•
•
•
In dit gedeelte kunt u zien hoe u uw GONAL-f poeder en oplosmiddel moet bereiden en
gebruiken.
Lees voordat u begint met de bereiding deze instructies eerst helemaal tot het eind door.
Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip.
1.
•
•
Was uw handen en zoek een schoon oppervlak
Het is belangrijk dat uw handen en de benodigde materialen zo schoon mogelijk zijn.
Een goede plaats is een schone tafel of keukenblad.
2.
•
•
•
•
Verzamel alle spullen die u nodig heeft en leg ze klaar:
1 voorgevulde spuit met oplosmiddel (de heldere vloeistof)
1 injectieflacon met GONAL-f (het witte poeder)
1 injectienaald voor bereiding
1 dunne naald voor injectie onder de huid
Niet in de verpakking meegeleverd:
•
2 alcoholdoekjes
•
1 container voor scherp materiaal
3.
•
•
•
•
•
De oplossing bereiden
Verwijder de beschermdopjes van de injectieflacon met poeder en van de voorgevulde spuit.
Bevestig de naald voor de bereiding aan de voorgevulde spuit, steek hem in de injectieflacon
met poeder en spuit langzaam al het oplosmiddel in de injectieflacon. Zwenk zachtjes rond
zonder de spuit te verwijderen. Niet schudden.
Controleer of de ontstane oplossing helder is en geen deeltjes bevat.
Draai de injectieflacon ondersteboven en zuig daarna de vloeistof weer langzaam op in de spuit
door de zuiger uit te trekken.
Trek de spuit uit de injectieflacon en zet hem voorzichtig neer. Raak de naald niet aan en zorg
dat de naald geen enkel oppervlak raakt.
(Indien u volgens voorschrift meer dan één injectieflacon GONAL-f moet gebruiken, spuit dan de
oplossing van de eerste injectieflacon GONAL-f in een nieuwe injectieflacon met poeder, totdat u het
gewenste aantal injectieflacons met poeder heeft opgelost in de oplossing. Als u lutropine alfa
voorgeschreven heeft gekregen samen met GONAL-f kunt u de twee medicijnen ook mengen in plaats
van ze afzonderlijk in te spuiten. Nadat u het lutropine alfa poeder heeft opgelost zuigt u de oplossing
terug in de spuit en spuit dit dan in de injectieflacon met GONAL-f. Als het poeder is opgelost zuigt u
de oplossing weer op in de spuit. Controleer, zoals reeds eerder gedaan, of er zich geen deeltjes in
bevinden en gebruik de oplossing niet als deze niet helder is. Maximaal 3 injectieflacons met poeder
mogen worden opgelost in 1 ml oplosmiddel.)
135
4.
•
•
De injectiespuit klaarmaken voor de injectie
Vervang de naald door het dunne inspuitnaaldje.
Luchtbelletjes verwijderen: als u luchtbelletjes in de spuit ziet, houdt u de spuit rechtop met het
naaldje naar boven gericht en tikt u voorzichtig tegen de spuit totdat alle lucht bovenin is
verzameld. Druk de zuiger omhoog totdat alle luchtbelletjes zijn verwijderd.
5.
•
•
•
•
•
De dosis injecteren
Spuit de oplossing onmiddellijk in. Uw arts of verpleegkundige heeft u al geadviseerd over de
plek waar u moet spuiten (bijv. buik, voorzijde van dij). Kies, om irritatie van de huid tot een
minimum te beperken, elke dag een andere injectieplaats.
Reinig de huid van de uitgekozen plek met een alcoholdoekje met een cirkelvormige beweging.
Pak de huid stevig tussen de vingers beet en prik de naald onder een hoek van 45° tot 90° in de
opgetrokken huidplooi.
Spuit in onder de huid door de zuiger rustig in te duwen, zoals u is uitgelegd. Let erop dat u niet
in een ader spuit. Neem er zoveel tijd voor als nodig is om alle vloeistof in te spuiten.
Trek nu direct de naald terug en reinig de huid met een alcoholdoekje met een cirkelvormige
beweging.
6.
Na de injectie
Weggooien van alle gebruikte voorwerpen: Gooi na de injectie onmiddellijk alle naalden en lege
glazen injectieflacons veilig weg, bij voorkeur in de container voor scherp materiaal. Enige
ongebruikte oplossing moet worden weggegooid.
136
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder en oplosmiddel
voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe gebruikt u dit middel?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Hoe bereidt u GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe bewaart u het?
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is GONAL-f?
GONAL-f bevat een geneesmiddel dat 'follitropine alfa' wordt genoemd. Follitropine alfa is een type
follikelstimulerend hormoon (FSH), dat hoort bij de groep hormonen die 'gonadotropinen' worden
genoemd. Gonadotropinen zijn betrokken bij de voortplanting en de vruchtbaarheid.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Bij volwassen vrouwen
wordt GONAL-f gebruikt:
•
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een middel dat
'clomifeencitraat' wordt genoemd.
•
samen met een ander middel, dat 'lutropine alfa' (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd,
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert.
•
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij
vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen
om zwanger te worden), bijvoorbeeld
in vitro
fertilisatie, ‘gamete intra-fallopian transfer’ of
‘zygote intrafallopian transfer’.
Bij volwassen mannen
wordt GONAL-f gebruikt:
•
samen met een ander middel, ‘humaan chorion gonadotropine’ (hCG) genoemd, om de
zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage
concentraties van bepaalde hormonen.
137
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
De vruchtbaarheid van u en uw echtgenoot/partner moet geëvalueerd worden voordat de behandeling
wordt gestart door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
•
•
•
U bent allergisch voor follikelstimulerend hormoon of voor een van de stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
U bent een
vrouw:
−
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de
eierstokken), van onbekende oorsprong.
−
met onverklaarbare vaginale bloeding.
−
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten.
−
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is,
zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
U bent een
man:
−
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
•
Gebruik GONAL-f niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Als u twijfelt, neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het
niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
•
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de
zon is geweest, en/of
•
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de
onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u
ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om
te stoppen met het gebruik van dit middel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden
genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met GONAL-f veroorzaakt
zelden ernstige OHSS, tenzij het geneesmiddel wordt toegediend dat wordt gebruikt om eitjes tot volle
rijping te brengen (dat humaan chorion gonadotropine – hCG bevat). Als u OHSS ontwikkelt, kan het
zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en men kan u meedelen dat u gedurende ten
minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière-voorbehoedsmiddelen (condooms)
moet gebruiken.
138
Meerlingzwangerschap
Wanneer u GONAL-f gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind
ineens (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby's. U kunt de kans op
meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis GONAL-f op de juiste tijdstippen te gebruiken.
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een
meerlingzwangerschap en uw leeftijd, de kwaliteit en het aantal bevruchte eicellen of embryo's dat bij
u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om
eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of
beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met GONAL-f.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde
testikels. GONAL-f werkt meestal niet als u dit probleem heeft.
Als uw arts beslist om behandeling met GONAL-f te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden
na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Kinderen
Gonal-f is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast GONAL-f nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
•
Als u GONAL-f gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals
hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
•
Als u GONAL-f op hetzelfde moment gebruikt als een 'gonadotropin-releasing
hormone'-agonist (GnRH-agonist) of -antagonist (deze geneesmiddelen verlagen de
concentraties van uw geslachtshormonen en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een
hogere dosis GONAL-f nodig om follikels te produceren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Dan mag u GONAL-f niet gebruiken.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid en het gebruik van machines
beïnvloedt.
GONAL-f bevat natrium en benzylalcohol
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
139
Na bereiding met het meegeleverde oplosmiddel bevat dit middel 1,23 mg benzylalcohol in elke dosis
van 75 I.E., overeenkomend met 9,45 mg/ml. Benzylalcohol kan allergische reacties veroorzaken.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Gebruik van dit middel
•
•
•
•
GONAL-f is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden
gegeven. De bereide oplossing kan worden gebruikt voor meerdere injecties.
De eerste injectie met GONAL-f moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u GONAL-f moet injecteren voordat u zichzelf
een injectie kunt toedienen.
Als u GONAL-f bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de instructies 'Hoe bereidt u het
GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe gebruikt u het?' aan het eind van deze bijsluiter.
Hoeveel moet u gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses
zijn vermeld in internationale eenheden (I.E.), wat overeenkomt met de gradering op de in de
verpakking meegeleverde spuiten voor toediening.
Als u een andere spuit gebruikt, waarop milliliter (ml) wordt weergegeven in plaats van I.E., kunt u de
juiste hoeveelheid voor injectie in ml in de volgende tabel nemen:
Dosis die moet worden
geïnjecteerd (I.E.)
75
150
225
300
375
450
Vrouwen
Als bij u geen eisprong optreedt en u onregelmatig of niet menstrueert.
•
•
•
•
•
•
GONAL-f wordt doorgaans elke dag gegeven.
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van GONAL-f in de eerste 7 dagen
van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met
het gebruik van dit middel.
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is per dag 75 tot 150 I.E.
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
De maximale dagelijkse dosis GONAL-f is doorgaans niet hoger dan 225 I.E.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f. De beste
tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
140
Volume dat moet worden
geïnjecteerd (ml)
0,13
0,25
0,38
0,50
0,63
0,75
Als uw arts na 4 weken geen gewenste reactie kan zien, dient die behandelcyclus met GONAL-f
gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als bij u geen eisprong optreedt, u niet menstrueert en bij u de diagnose is gesteld dat u zeer lage
concentraties FSH en LH heeft
•
•
•
•
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is 75 tot 150 I.E., samen met 75 I.E. lutropine alfa.
U gebruikt deze twee middelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en
op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in
de baarmoederholte te plaatsen.
Als uw arts na 5 weken geen gewenste reactie kan waarnemen, dient deze behandelcyclus met
GONAL-f gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als u voorafgaand aan een begeleide vruchtbaarheidstechniek meerdere eicellen moet
ontwikkelen voor afname
•
•
•
•
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is elke dag 150 tot 225 I.E., vanaf dag 2 of 3 van uw
behandelcyclus.
De dosis GONAL-f kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse
dosis is 450 I.E.
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst
punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren tussen 5 dagen en 20 dagen. Uw
arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit bereikt is.
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale
recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5.000 I.E. tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na
uw laatste injectie met GONAL-f. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp
van een agonist of antagonist (bevorderend of remmend middel) van ‘gonadotropin-releasing
hormone’ (GnRH). Vervolgens wordt dan gestart met GONAL-f, ongeveer twee weken na het begin
van de behandeling met de agonist. Daarna worden GONAL-f en een GnRH-agonist beide gegeven,
totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een
GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 I.E. GONAL-f toegediend. De dosis wordt dan
aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken.
Mannen
•
•
De gebruikelijke dosis GONAL-f is 150 I.E., samen met hCG.
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
141
•
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten
minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van het gebruik van te veel GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo’n geval
bedacht te zijn op het optreden van een ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven
wordt in rubriek 4. Echter, OHSS zal alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2,
OHSS).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Bent u vergeten GONAL-f te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te
halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen bij vrouwen
•
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn
van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken
overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in
de eierstokken (zie ook in rubriek 2 bij “Ovarieel hyperstimulatiesyndroom”). Deze bijwerking
komt vaak voor (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen).
Het OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie,
gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag en
borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (kan maximaal 1 op de 100 personen treffen).
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen
zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 1.000 personen treffen).
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk
van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 10.000 personen
treffen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook in
rubriek 2 bij “Bloedstolselproblemen”).
•
•
•
Ernstige bijwerkingen bij mannen en vrouwen
•
Allergische reacties zoals uitslag, rode huid, netelroos, opgezwollen gezicht met
ademhalingsproblemen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor (kan
maximaal 1 op de 10.000 personen treffen).
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk
contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het
gebruik van GONAL-f.
142
Andere bijwerkingen bij vrouwen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
•
•
•
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
Hoofdpijn
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
•
•
Buikpijn
Zich misselijk voelen, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
•
•
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Andere bijwerkingen bij mannen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
•
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
•
•
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
•
•
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de
injectieflacon of doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Voorafgaand aan reconstitutie: bewaren beneden 25°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
143
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat er zichtbare tekenen van bederf zijn, als de vloeistof
deeltjes bevat of niet helder is.
Als de oplossing eenmaal is bereid, kan hij maximaal 28 dagen worden bewaard.
•
Schrijf de datum van de dag dat u de oplossing heeft bereid op de injectieflacon van GONAL-f.
•
Bewaren beneden 25°C. Niet in de vriezer bewaren.
•
Bewaren in de oorspronkelijke container ter bescherming tegen licht.
•
Gebruik geen oplossing GONAL-f die langer dan 28 dagen in de injectieflacon heeft gezeten.
Na afloop van de behandeling moet alle ongebruikte oplossing worden weggegooid.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder mag niet met andere geneesmiddelen worden gemengd in
dezelfde injectie.
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder mag niet worden gemengd met andere GONAL-f verpakkingen in
dezelfde injectieflacon of spuit.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
•
•
•
•
•
De werkzame stof in dit middel is follitropine alfa.
Elke injectieflacon bevat 1.200 I.E. follitropine alfa.
Na reconstitutie zit er 1.050 I.E. (77 microgram) follitropine alfa in 1,75 ml oplossing, dat wil
zeggen dat er 600 I.E. (44 microgram) in elke milliliter oplossing zit.
De andere stoffen in dit middel zijn sucrose, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat,
dinatriumfosfaat-dihydraat, geconcentreerd fosforzuur en natriumhydroxide.
Het oplosmiddel bevat water voor injecties en benzylalcohol.
Hoe ziet GONAL-f eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
•
•
•
•
GONAL-f wordt gepresenteerd als poeder en oplosmiddel, die worden gebruikt voor de
bereiding van een oplossing voor injectie.
Het poeder is een witte pellet in een glazen multidoseringsinjectieflacon.
Het oplosmiddel is een heldere, kleurloze vloeistof in een voorgevulde spuit met elk 2 ml.
GONAL-f wordt geleverd in verpakkingen van 1 injectieflacon poeder met 1 voorgevulde spuit
met oplosmiddel en 15 wegwerpspuiten voor toediening, met schaal in internationale eenheden
(I.E. FSH).
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Merck Europe B.V., Gustav Mahlerplein 102, 1082 MA Amsterdam, Nederland
Fabrikant
Merck Serono S.p.A., Via delle Magnolie 15, 70026 Modugno (Bari), Italië
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}.
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
144
HOE BEREIDT U HET GONAL-f POEDER EN OPLOSMIDDEL EN HOE GEBRUIKT U
HET?
•
•
•
In dit gedeelte kunt u zien hoe u uw GONAL-f poeder en oplosmiddel moet bereiden en
gebruiken.
Lees voordat u begint met de bereiding deze instructies eerst helemaal tot het eind door.
Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip.
1.
•
•
Was uw handen en zoek een schoon oppervlak
Het is belangrijk dat uw handen en de benodigde materialen zo schoon mogelijk zijn.
Een goede plaats is een schone tafel of keukenblad
2.
•
•
•
•
Verzamel alle spullen die u nodig heeft en leg ze klaar:
2 alcoholdoekjes
De voorgevulde spuit met het oplosmiddel (de heldere vloeistof)
De injectieflacon met GONAL-f (het witte poeder)
Een lege spuit voor de injectie (zie de afbeelding hieronder)
3.
•
•
•
•
De oplossing bereiden
Verwijder de beschermdopjes van de injectieflacon met poeder en van de voorgevulde spuit.
Neem de voorgevulde spuit, steek de naald in de injectieflacon met poeder en spuit langzaam al
het oplosmiddel in de injectieflacon met het poeder.
Verwijder de spuit uit de injectieflacon en gooi hem weg. (Bevestig het beschermdopje opnieuw
om letsel te voorkomen.)
Deze injectieflacon bevat meerdere doseringen GONAL-f. U dient deze injectieflacon een
aantal dagen te bewaren en elke dag alleen de voorgeschreven dosis op te zuigen.
4.
•
•
De spuit klaarmaken voor de injectie
Zwenk voorzichtig met de injectieflacon GONAL-f die u in stap 3 heeft bereid, zonder te
schudden. Controleer of de oplossing helder is en geen deeltjes bevat.
Neem de spuit voor injectie en vul hem met lucht door de zuiger tot de juiste dosis in
internationale eenheden (I.E. FSH) uit te trekken.
145
•
•
Steek de naald in de injectieflacon, keer de injectieflacon ondersteboven en spuit de lucht in de
injectieflacon.
Trek de voorgeschreven dosis GONAL-f in de spuit voor toediening door de zuiger uit te
trekken tot aan de juiste dosis in I.E. FSH.
5.
•
Luchtbelletjes verwijderen:
Als u luchtbelletjes in de spuit ziet, houdt u de spuit met de naald naar boven gericht en tikt u
zachtjes tegen de spuit, totdat alle lucht bovenin is verzameld. Druk de zuiger omhoog totdat
alle luchtbelletjes zijn verwijderd.
6.
•
•
•
•
•
De dosis injecteren
Spuit de oplossing onmiddellijk in: uw arts of verpleegkundige heeft u al geadviseerd over de
plek waar u moet spuiten (bijv. buik, voorzijde van dij). Kies, om irritatie van de huid tot een
minimum te beperken, elke dag een andere injectieplaats.
Reinig de huid van de uitgekozen plek met een alcoholdoekje met cirkelvormige bewegingen.
Pak de huid stevig tussen de vingers beet en prik de naald onder een hoek van 45° tot 90° in de
opgetrokken huidplooi.
Spuit in onder de huid door de zuiger rustig in te duwen, zoals u is uitgelegd. Let erop dat u niet
in een ader spuit. Neem er zoveel tijd voor als nodig is om alle vloeistof in te spuiten.
Trek nu direct de naald terug en reinig de huid met een alcoholdoekje met een cirkelvormige
beweging.
7.
•
•
Na de injectie
Verwijder direct nadat u klaar bent met de injectie, de gebruikte spuiten op een veilige manier,
bij voorkeur in een container voor scherp materiaal.
Bewaar de glazen injectieflacon met de bereide oplossing op een veilige plaats. Het kan zijn dat
u hem later nog eens nodig heeft. De bereide oplossing is alleen voor gebruik door uzelf. U mag
hem niet aan andere patiënten geven.
146
•
Voor volgende injecties met de bereide oplossing GONAL-f, moeten de stappen 4 tot 7 herhaald
worden.
147
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder en oplosmiddel
voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe gebruikt u dit middel?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Hoe bereidt u GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe bewaart u het?
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is GONAL-f?
GONAL-f bevat een geneesmiddel dat 'follitropine alfa' wordt genoemd. Follitropine alfa is een type
follikelstimulerend hormoon (FSH), dat hoort bij de groep hormonen die 'gonadotropinen' worden
genoemd. Gonadotropinen zijn betrokken bij de voortplanting en de vruchtbaarheid.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Bij volwassen vrouwen
wordt GONAL-f gebruikt:
•
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een middel dat
'clomifeencitraat' wordt genoemd.
•
samen met een ander middel, dat 'lutropine alfa' (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd,
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert.
•
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij
vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen
om zwanger te worden), bijvoorbeeld
in vitro
fertilisatie, ‘gamete intra-fallopian transfer’ of
‘zygote intrafallopian transfer’.
Bij volwassen mannen
wordt GONAL-f gebruikt:
•
samen met een ander middel, ‘humaan chorion gonadotropine’ (hCG) genoemd, om de
zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage
concentraties van bepaalde hormonen.
148
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
De vruchtbaarheid van u en uw echtgenoot/partner moet geëvalueerd worden voordat de behandeling
wordt gestart door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
•
•
•
U bent allergisch voor follikelstimulerend hormoon of voor een van de stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
U bent een
vrouw:
−
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de
eierstokken), van onbekende oorsprong.
−
met onverklaarbare vaginale bloeding.
−
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten.
−
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is,
zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
U bent een
man:
−
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
•
Gebruik GONAL-f niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Als u twijfelt, neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het
niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
•
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de
zon is geweest, en/of
•
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de
onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u
ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om
te stoppen met het gebruik van dit middel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden
genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met GONAL-f veroorzaakt
zelden ernstige OHSS, tenzij het geneesmiddel wordt toegediend dat wordt gebruikt om eitjes tot volle
rijping te brengen (dat humaan chorion gonadotropine – hCG bevat). Als u OHSS ontwikkelt, kan het
zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en men kan u meedelen dat u gedurende ten
minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière-voorbehoedsmiddelen (condooms)
moet gebruiken.
149
Meerlingzwangerschap
Wanneer u GONAL-f gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind
ineens (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby's. U kunt de kans op
meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis GONAL-f op de juiste tijdstippen te gebruiken.
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een
meerlingzwangerschap en uw leeftijd, de kwaliteit en het aantal bevruchte eicellen of embryo's dat bij
u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om
eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of
beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met GONAL-f.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde
testikels. GONAL-f werkt meestal niet als u dit probleem heeft.
Als uw arts beslist om behandeling met GONAL-f te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden
na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Kinderen
Gonal-f is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast GONAL-f nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
•
Als u GONAL-f gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals
hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
•
Als u GONAL-f op hetzelfde moment gebruikt als een 'gonadotropin-releasing
hormone'-agonist (GnRH-agonist) of -antagonist (deze geneesmiddelen verlagen de
concentraties van uw geslachtshormonen en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een
hogere dosis GONAL-f nodig om follikels te produceren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Dan mag u GONAL-f niet gebruiken.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid en het gebruik van machines
beïnvloedt.
GONAL-f bevat natrium en benzylalcohol
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
150
Na bereiding met het meegeleverde oplosmiddel bevat dit middel 1,23 mg benzylalcohol in elke dosis
van 75 I.E., overeenkomend met 9,45 mg/ml. Benzylalcohol kan allergische reacties veroorzaken.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Gebruik van dit middel
•
•
•
•
GONAL-f is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden
gegeven. De bereide oplossing kan worden gebruikt voor meerdere injecties.
De eerste injectie met GONAL-f moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u GONAL-f moet injecteren voordat u zichzelf
een injectie kunt toedienen.
Als u GONAL-f bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de instructies 'Hoe bereidt u het
GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe gebruikt u het?' aan het eind van deze bijsluiter.
Hoeveel moet u gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses
zijn vermeld in internationale eenheden (I.E.), wat overeenkomt met de gradering op de in de
verpakking meegeleverde spuiten voor toediening.
Als u een andere spuit gebruikt, waarop milliliter (ml) wordt weergegeven in plaats van I.E., kunt u de
juiste hoeveelheid voor injectie in ml in de volgende tabel nemen:
Dosis die moet worden
geïnjecteerd (I.E.)
75
150
225
300
375
450
Vrouwen
Als bij u geen eisprong optreedt en u onregelmatig of niet menstrueert.
•
•
•
•
•
•
GONAL-f wordt doorgaans elke dag gegeven.
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van GONAL-f in de eerste 7 dagen
van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met
het gebruik van dit middel.
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is per dag 75 tot 150 I.E.
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
De maximale dagelijkse dosis GONAL-f is doorgaans niet hoger dan 225 I.E.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f. De beste
tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
151
Volume dat moet worden
geïnjecteerd (ml)
0,13
0,25
0,38
0,50
0,63
0,75
Als uw arts na 4 weken geen gewenste reactie kan zien, dient die behandelcyclus met GONAL-f
gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als bij u geen eisprong optreedt, u niet menstrueert en bij u de diagnose is gesteld dat u zeer lage
concentraties FSH en LH heeft
•
•
•
•
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is 75 tot 150 I.E., samen met 75 I.E. lutropine alfa.
U gebruikt deze twee middelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en
op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in
de baarmoederholte te plaatsen.
Als uw arts na 5 weken geen gewenste reactie kan waarnemen, dient deze behandelcyclus met
GONAL-f gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als u voorafgaand aan een begeleide vruchtbaarheidstechniek meerdere eicellen moet
ontwikkelen voor afname
•
•
•
•
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is elke dag 150 tot 225 I.E., vanaf dag 2 of 3 van uw
behandelcyclus.
De dosis GONAL-f kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse
dosis is 450 I.E.
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst
punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren tussen 5 dagen en 20 dagen. Uw
arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit bereikt is.
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale
recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5.000 I.E. tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na
uw laatste injectie met GONAL-f. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp
van een agonist of antagonist (bevorderend of remmend middel) van ‘gonadotropin-releasing
hormone’ (GnRH). Vervolgens wordt dan gestart met GONAL-f, ongeveer twee weken na het begin
van de behandeling met de agonist. Daarna worden GONAL-f en een GnRH-agonist beide gegeven,
totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een
GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 I.E. GONAL-f toegediend. De dosis wordt dan
aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken.
Mannen
•
•
De gebruikelijke dosis GONAL-f is 150 I.E., samen met hCG.
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
152
•
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten
minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van het gebruik van te veel GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo’n geval
bedacht te zijn op het optreden van een ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven
wordt in rubriek 4. Echter, OHSS zal alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2,
OHSS).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Bent u vergeten GONAL-f te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te
halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen bij vrouwen
•
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn
van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken
overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in
de eierstokken (zie ook in rubriek 2 bij “Ovarieel hyperstimulatiesyndroom”). Deze bijwerking
komt vaak voor (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen).
Het OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie,
gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag en
borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (kan maximaal 1 op de 100 personen treffen).
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen
zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 1.000 personen treffen).
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk
van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 10.000 personen
treffen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook in
rubriek 2 bij “Bloedstolselproblemen”).
•
•
•
Ernstige bijwerkingen bij mannen en vrouwen
•
Allergische reacties zoals uitslag, rode huid, netelroos, opgezwollen gezicht met
ademhalingsproblemen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor (kan
maximaal 1 op de 10.000 personen treffen).
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk
contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het
gebruik van GONAL-f.
153
Andere bijwerkingen bij vrouwen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
•
•
•
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
Hoofdpijn
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
•
•
Buikpijn
Zich misselijk voelen, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
•
•
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Andere bijwerkingen bij mannen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
•
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
•
•
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
•
•
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de
injectieflacon of doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Voorafgaand aan reconstitutie: bewaren beneden 25°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
154
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat er zichtbare tekenen van bederf zijn, als de vloeistof
deeltjes bevat of niet helder is.
Als de oplossing eenmaal is bereid, kan hij maximaal 28 dagen worden bewaard.
•
Schrijf de datum van de dag dat u de oplossing heeft bereid op de injectieflacon van GONAL-f.
•
Bewaren beneden 25°C. Niet in de vriezer bewaren.
•
Bewaren in de oorspronkelijke container ter bescherming tegen licht.
•
Gebruik geen oplossing GONAL-f die langer dan 28 dagen in de injectieflacon heeft gezeten.
Na afloop van de behandeling moet alle ongebruikte oplossing worden weggegooid.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder mag niet met andere geneesmiddelen worden gemengd in dezelfde
injectie.
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder mag niet worden gemengd met andere GONAL-f verpakkingen in
dezelfde injectieflacon of spuit.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
•
•
•
•
•
De werkzame stof in dit middel is follitropine alfa.
Elke injectieflacon bevat 600 I.E. follitropine alfa.
Na reconstitutie zit er 450 I.E. (33 microgram) follitropine alfa in 0,75 ml oplossing, dat wil
zeggen dat er 600 I.E. (44 microgram) in elke milliliter oplossing zit.
De andere stoffen in dit middel zijn sucrose, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat,
dinatriumfosfaat-dihydraat, geconcentreerd fosforzuur en natriumhydroxide.
Het oplosmiddel bevat water voor injecties en benzylalcohol.
Hoe ziet GONAL-f eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
•
•
•
•
GONAL-f wordt gepresenteerd als poeder en oplosmiddel, die worden gebruikt voor de
bereiding van een oplossing voor injectie.
Het poeder is een witte pellet in een glazen multidoseringsinjectieflacon.
Het oplosmiddel is een heldere, kleurloze vloeistof in een voorgevulde spuit met elk 1 ml.
GONAL-f wordt geleverd in verpakkingen van 1 injectieflacon poeder met 1 voorgevulde spuit
met oplosmiddel en 6 wegwerpspuiten voor toediening, met schaal in internationale eenheden
(I.E. FSH).
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Merck Europe B.V., Gustav Mahlerplein 102, 1082 MA Amsterdam, Nederland
Fabrikant
Merck Serono S.p.A., Via delle Magnolie 15, 70026 Modugno (Bari), Italië
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}.
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
155
HOE BEREIDT U HET GONAL-f POEDER EN OPLOSMIDDEL EN HOE GEBRUIKT U
HET?
•
•
•
In dit gedeelte kunt u zien hoe u uw GONAL-f poeder en oplosmiddel moet bereiden en
gebruiken.
Lees voordat u begint met de bereiding deze instructies eerst helemaal tot het eind door.
Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip.
1.
•
•
Was uw handen en zoek een schoon oppervlak
Het is belangrijk dat uw handen en de benodigde materialen zo schoon mogelijk zijn.
Een goede plaats is een schone tafel of keukenblad
2.
•
•
•
•
Verzamel alle spullen die u nodig heeft en leg ze klaar:
2 alcoholdoekjes
De voorgevulde spuit met het oplosmiddel (de heldere vloeistof)
De injectieflacon met GONAL-f (het witte poeder)
Een lege spuit voor de injectie (zie de afbeelding hieronder)
3.
•
•
•
•
De oplossing bereiden
Verwijder de beschermdopjes van de injectieflacon met poeder en van de voorgevulde spuit.
Neem de voorgevulde spuit, steek de naald in de injectieflacon met poeder en spuit langzaam al
het oplosmiddel in de injectieflacon met het poeder.
Verwijder de spuit uit de injectieflacon en gooi hem weg. (Bevestig het beschermdopje opnieuw
om letsel te voorkomen.)
Deze injectieflacon bevat meerdere doseringen GONAL-f. U dient deze injectieflacon een
aantal dagen te bewaren en elke dag alleen de voorgeschreven dosis op te zuigen.
4.
•
•
De spuit klaarmaken voor de injectie
Zwenk voorzichtig met de injectieflacon GONAL-f die u in stap 3 heeft bereid, zonder te
schudden. Controleer of de oplossing helder is en geen deeltjes bevat.
Neem de spuit voor injectie en vul hem met lucht door de zuiger tot de juiste dosis in
internationale eenheden (I.E. FSH) uit te trekken.
156
•
•
Steek de naald in de injectieflacon, keer de injectieflacon ondersteboven en spuit de lucht in de
injectieflacon.
Trek de voorgeschreven dosis GONAL-f in de spuit voor toediening door de zuiger uit te
trekken tot aan de juiste dosis in I.E. FSH.
5.
•
Luchtbelletjes verwijderen:
Als u luchtbelletjes in de spuit ziet, houdt u de spuit met de naald naar boven gericht en tikt u
zachtjes tegen de spuit, totdat alle lucht bovenin is verzameld. Druk de zuiger omhoog totdat
alle luchtbelletjes zijn verwijderd.
6.
•
•
•
•
•
De dosis injecteren
Spuit de oplossing onmiddellijk in: uw arts of verpleegkundige heeft u al geadviseerd over de
plek waar u moet spuiten (bijv. buik, voorzijde van dij). Kies, om irritatie van de huid tot een
minimum te beperken, elke dag een andere injectieplaats.
Reinig de huid van de uitgekozen plek met een alcoholdoekje met cirkelvormige bewegingen.
Pak de huid stevig tussen de vingers beet en prik de naald onder een hoek van 45° tot 90° in de
opgetrokken huidplooi.
Spuit in onder de huid door de zuiger rustig in te duwen, zoals u is uitgelegd. Let erop dat u niet
in een ader spuit. Neem er zoveel tijd voor als nodig is om alle vloeistof in te spuiten.
Trek nu direct de naald terug en reinig de huid met een alcoholdoekje met een cirkelvormige
beweging.
7.
•
•
Na de injectie
Verwijder direct nadat u klaar bent met de injectie, de gebruikte spuiten op een veilige manier,
bij voorkeur in een container voor scherp materiaal.
Bewaar de glazen injectieflacon met de bereide oplossing op een veilige plaats. Het kan zijn dat
u hem later nog eens nodig heeft. De bereide oplossing is alleen voor gebruik door uzelf. U mag
hem niet aan andere patiënten geven.
157
•
Voor volgende injecties met de bereide oplossing GONAL-f, moeten de stappen 4 tot 7 herhaald
worden.
158
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
GONAL-f 150 I.E./0,25 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe gebruikt u dit middel?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is GONAL-f?
GONAL-f bevat een geneesmiddel dat 'follitropine alfa' wordt genoemd. Follitropine alfa is een type
follikelstimulerend hormoon (FSH), dat hoort bij de groep hormonen die 'gonadotropinen' worden
genoemd. Gonadotropinen zijn betrokken bij de voortplanting en de vruchtbaarheid.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Bij volwassen vrouwen
wordt GONAL-f gebruikt:
•
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een middel dat
'clomifeencitraat' wordt genoemd.
•
samen met een ander middel, dat 'lutropine alfa' (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd,
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert.
•
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij
vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen
om zwanger te worden), bijvoorbeeld
in vitro
fertilisatie, ‘gamete intra-fallopian transfer’ of
‘zygote intrafallopian transfer’.
Bij volwassen mannen
wordt GONAL-f gebruikt:
•
samen met een ander middel, ‘humaan chorion gonadotropine’ (hCG) genoemd, om de
zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage
concentraties van bepaalde hormonen.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
De vruchtbaarheid van u en uw echtgenoot/partner moet geëvalueerd worden voordat de behandeling
wordt gestart door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
159
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
•
•
•
U bent allergisch voor follikelstimulerend hormoon of voor een van de stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
U bent een
vrouw:
−
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de
eierstokken), van onbekende oorsprong.
−
met onverklaarbare vaginale bloeding.
−
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten.
−
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is,
zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
U bent een
man:
−
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
•
Gebruik GONAL-f niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Als u twijfelt, neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het
niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
•
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de
zon is geweest, en/of
•
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de
onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u
ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om
te stoppen met het gebruik van dit middel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden
genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met GONAL-f veroorzaakt
zelden ernstige OHSS, tenzij het geneesmiddel wordt toegediend dat wordt gebruikt om eitjes tot volle
rijping te brengen (dat humaan chorion gonadotropine – hCG bevat). Als u OHSS ontwikkelt, kan het
zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en men kan u meedelen dat u gedurende ten
minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière-voorbehoedsmiddelen (condooms)
moet gebruiken.
Meerlingzwangerschap
Wanneer u GONAL-f gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind
ineens (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby's. U kunt de kans op
meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis GONAL-f op de juiste tijdstippen te gebruiken.
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een
160
meerlingzwangerschap en uw leeftijd, de kwaliteit en het aantal bevruchte eicellen of embryo's dat bij
u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om
eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of
beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met GONAL-f.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde
testikels. GONAL-f werkt meestal niet als u dit probleem heeft.
Als uw arts beslist om behandeling met GONAL-f te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden
na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Kinderen
Gonal-f is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast GONAL-f nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
•
Als u GONAL-f gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals
hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
•
Als u GONAL-f op hetzelfde moment gebruikt als een 'gonadotropin-releasing
hormone'-agonist (GnRH-agonist) of -antagonist (deze geneesmiddelen verlagen de
concentraties van uw geslachtshormonen en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een
hogere dosis GONAL-f nodig om follikels te produceren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Dan mag u GONAL-f niet gebruiken.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid en het gebruik van machines
beïnvloedt.
GONAL-f bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
161
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Gebruik van dit middel
•
•
•
•
GONAL-f is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden
gegeven. De voorgevulde pen kan worden gebruikt voor meerdere injecties.
De eerste injectie met GONAL-f moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u GONAL-f voorgevulde pen moet gebruiken
om het middel te injecteren.
Als u GONAL-f bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de “Gebruiksaanwijzing”.
Hoeveel moet u gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses
zijn vermeld in internationale eenheden (I.E.).
Vrouwen
Als bij u geen eisprong optreedt en u onregelmatig of niet menstrueert.
•
•
•
•
•
•
GONAL-f wordt doorgaans elke dag gegeven.
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van GONAL-f in de eerste 7 dagen
van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met
het gebruik van dit middel.
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is per dag 75 tot 150 I.E.
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
De maximale dagelijkse dosis GONAL-f is doorgaans niet hoger dan 225 I.E.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f. De beste
tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
Als uw arts na 4 weken geen gewenste reactie kan zien, dient die behandelcyclus met GONAL-f
gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als bij u geen eisprong optreedt, u niet menstrueert en bij u de diagnose is gesteld dat u zeer lage
concentraties FSH en LH heeft
•
•
•
•
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is 75 tot 150 I.E., samen met 75 I.E. lutropine alfa.
U gebruikt deze twee middelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en
op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in
de baarmoederholte te plaatsen.
162
Als uw arts na 5 weken geen gewenste reactie kan waarnemen, dient deze behandelcyclus met
GONAL-f gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als u voorafgaand aan een begeleide vruchtbaarheidstechniek meerdere eicellen moet
ontwikkelen voor afname
•
•
•
•
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is elke dag 150 tot 225 I.E., vanaf dag 2 of 3 van uw
behandelcyclus.
De dosis GONAL-f kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse
dosis is 450 I.E.
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst
punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren tussen 5 dagen en 20 dagen. Uw
arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit bereikt is.
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale
recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5.000 I.E. tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na
uw laatste injectie met GONAL-f. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp
van een agonist of antagonist (bevorderend of remmend middel) van ‘gonadotropin-releasing
hormone’ (GnRH). Vervolgens wordt dan gestart met GONAL-f, ongeveer twee weken na het begin
van de behandeling met de agonist. Daarna worden GONAL-f en een GnRH-agonist beide gegeven,
totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een
GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 I.E. GONAL-f toegediend. De dosis wordt dan
aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken.
Mannen
•
•
•
De gebruikelijke dosis GONAL-f is 150 I.E., samen met hCG.
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten
minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van het gebruik van te veel GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo’n geval
bedacht te zijn op het optreden van een ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven
wordt in rubriek 4. Echter, OHSS zal alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2,
OHSS).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Bent u vergeten GONAL-f te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te
halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
163
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen bij vrouwen
•
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn
van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken
overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in
de eierstokken (zie ook in rubriek 2 bij “Ovarieel hyperstimulatiesyndroom”). Deze bijwerking
komt vaak voor (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen).
Het OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie,
gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag en
borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (kan maximaal 1 op de 100 personen treffen).
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen
zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 1.000 personen treffen).
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk
van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 10.000 personen
treffen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook in
rubriek 2 bij “Bloedstolselproblemen”).
•
•
•
Ernstige bijwerkingen bij mannen en vrouwen
•
Allergische reacties zoals uitslag, rode huid, netelroos, opgezwollen gezicht met
ademhalingsproblemen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor (kan
maximaal 1 op de 10.000 personen treffen).
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk
contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het
gebruik van GONAL-f.
Andere bijwerkingen bij vrouwen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
•
•
•
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
Hoofdpijn
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
•
•
Buikpijn
Zich misselijk voelen, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
•
•
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Andere bijwerkingen bij mannen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
•
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
164
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
•
•
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
•
•
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket van
de patroon of doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Binnen de houdbaarheidstermijn mag het product maximaal 3 maanden worden bewaard bij of
beneden 25°C zonder opnieuw gekoeld te worden en dient het te worden weggegooid als het na
3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat er zichtbare tekenen van bederf zijn, als de vloeistof
deeltjes bevat of niet helder is.
Schrijf de datum van de dag dat u de voorgevulde pen GONAL-f voor het eerst gebruikt op de
voorgevulde pen. Hiervoor wordt een sticker meegeleverd met de “Gebruiksaanwijzing”.
•
Eenmaal geopend, mag de pen maximaal 28 dagen buiten de koelkast worden bewaard (bij of
beneden 25°C).
•
Gebruik het geneesmiddel niet als het langer dan 28 dagen in uw voorgevulde pen heeft gezeten.
Na afloop van de behandeling moet alle ongebruikte oplossing worden weggegooid.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
165
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
•
•
•
De werkzame stof in dit middel is follitropine alfa.
In elke milliliter vloeistof zit 600 I.E. (44 microgram) follitropine alfa. Elke voorgevulde pen
met multidoseringspatroon levert 150 I.E. (11 microgram) in 0,25 ml.
De andere stoffen in dit middel zijn poloxamer 188, sucrose, methionine,
natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat, dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd
fosforzuur, natriumhydroxide en water voor injecties.
Hoe ziet GONAL-f eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
•
•
GONAL-f wordt gepresenteerd als een heldere, kleurloze vloeistof voor injectie in een
voorgevulde pen.
Het wordt geleverd in verpakkingen met 1 voorgevulde pen en 4 wegwerpnaalden.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Merck Europe B.V., Gustav Mahlerplein 102, 1082 MA Amsterdam, Nederland
Fabrikant
Merck Serono S.p.A., Via delle Magnolie 15, 70026 Modugno (Bari), Italië
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}.
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
166
Gebruiksaanwijzing
GONAL-f VOORGEVULDE PEN 150 I.E./0,25 ml
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Inhoud
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
De dosis injecteren
Na de injectie
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen (zie tabel achterin)
Waarschuwing:
Lees deze gebruiksaanwijzing door voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen
gebruikt. Volg de procedure precies, want deze kan verschillen van wat u gewend
bent.
1.
•
•
•
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
Deel de pen niet met anderen. De pen is uitsluitend voor subcutane injectie.
De getallen in het
dosisterugkoppelingsvenster
zijn gemeten in internationale eenheden of I.E.
Uw arts heeft u verteld hoeveel I.E. u elke dag moet injecteren.
De in het
dosisterugkoppelingsvenster
weergegeven getallen helpen u om:
a.
b.
de aan u voorgeschreven dosis te
kiezen;
te controleren of u een volledige
injectie heeft gegeven;
de resterende dosis af te lezen die
met een tweede pen moet worden
geïnjecteerd.
c.
•
•
Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip. Voorbeeld:
Uw arts/apotheker zal u vertellen hoeveel pennen u nodig heeft om uw behandeling te
voltooien.
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
2.
Op de laatste pagina vindt u een behandelingsdagboek.
Gebruik het behandelingsdagboek om bij te houden hoeveel geïnjecteerde I.E. u elke keer gebruikt.
•
Noteer het behandelingsdagnummer (1), de datum (2) en de tijd (3) van uw injectie.
•
Op de eerste regel van de tabel is voor u al het volume van uw pen vermeld (4).
•
Noteer uw voorgeschreven dosis in de rubriek “Voorgeschreven dosis” (5).
•
Controleer of u de juiste dosis heeft gekozen voordat u injecteert (6).
•
Lees na de injectie het getal in het
dosisterugkoppelingsvenster
af.
167
•
•
•
Bevestig dat u een volledige injectie heeft gekregen (7) of noteer het getal dat in het
dosisterugkoppelingsvenster
wordt weergegeven als het niet “0” is (8).
Injecteer uzelf indien nodig met een tweede pen. Kies daarbij uw resterende dosis, die u
heeft opgeschreven in de rubriek “Weergegeven hoeveelheid na injectie” (8).
Noteer deze resterende dosis in de rubriek
“Ingestelde hoeveelheid om te injecteren”
op
de volgende regel (6).
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Wanneer u uw dagelijkse injectie(s) in uw behandelingsdagboek noteert, kunt u elke dag
controleren of u de volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
Een voorbeeld van een behandelingsdagboek:
1
Behandelings-
dag-
nummer
2
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
150
IE/0,25 ml
6
7
8
5
Voor-
Dosisterugkoppelingsvenster
geschreven
dosis
Ingestelde
Weergegeven hoeveelheid na injectie
hoeveelheid om te
injecteren
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
nr. 1
10/06
7:00
150 IE
100
100
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid .
50
..met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
nr. 2
11/06
7:00
150 IE
100
100
nr. 2
11/06
7:00
150 IE
N.v.t.
50
"0" betekent
injectie volledig
Opmerking:
Op de pen van 150 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 150 I.E. instellen;
op de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
3.
•
•
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
Was uw handen met water en zeep.
Zoek een schone plaats en een
vlak oppervlak
op.
Controleer de
uiterste houdbaarheidsdatum
op het etiket van de pen.
•
168
•
Verzamel alles wat u nodig heeft en leg het klaar:
1. Dosisinstellingsknop
2.
Dosisterugkoppelings-
venster
3. Plunjerzuiger
4. Reservoirhouder
5.
6.
7.
8.
Naaldaansluiting met
schroefdraad
Dop van de pen
Lostrekbare verzegeling
Verwijderbare naald
9. Binnenbescherming naald
10. Buitendop naald
11. Alcoholdoekjes
12. Container voor scherp afval
4.
4.1.
4.2.
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
Verwijder de dop van de pen.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster op “0” staat.
4.3.
Maak uw naald klaar voor injectie
•
Neem een nieuwe naald - gebruik
uitsluitend de meegeleverde
naalden “voor eenmalig gebruik”.
•
Houd de buitendop van de naald
stevig vast.
•
Controleer of de lostrekbare
verzegeling op de buitendop van
de naald niet beschadigd is of los
zit:
•
Verwijder de lostrekbare
verzegeling.
Voorbeeld van een goede
verzegeling
Voorbeeld van een slechte
verzegeling
169
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als de lostrekbare verzegeling beschadigd is of los zit, mag u de naald niet gebruiken. Gooi de
naald weg in een container voor scherp afval. Neem een nieuwe naald.
4.4.
Bevestig de naald
•
Schroef de tip met schroefdraad van de GONAL-f voorgevulde pen in de buitendop van
de naald totdat u een lichte weerstand voelt.
Waarschuwing:
Bevestig de naald niet te strak; daardoor kan de naald na de injectie moeilijk te
verwijderen zijn.
•
•
•
Verwijder de buitendop van de naald door er voorzichtig
aan te trekken.
Bewaar deze om later weer te
gebruiken.
Houd de GONAL-f voorgevulde pen vast met de naald
omhoog gericht.
Verwijder de groene binnenbescherming voorzichtig en
gooi deze weg.
4.5.
Kijk goed naar de punt van de naald of er kleine druppeltjes vloeistof zijn
•
Als u kleine druppeltjes vloeistof ziet, gaat u verder
bij
rubriek 5: De dosis instellen die uw arts heeft
voorgeschreven.
Waarschuwing:
Controleer
ALLEEN
de
EERSTE
KEER
dat u een nieuwe GONAL-f voorgevulde
pen gebruikt, op druppeltjes om lucht uit het
systeem te verwijderen.
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als u geen kleine druppeltjes op of vlak bij de punt van de naald ziet
de eerste keer
dat u een
nieuwe pen gebruikt, moet u de stappen op de volgende pagina uitvoeren.
170
Als u geen kleine druppeltjes vloeistof op of vlak bij de punt ziet de eerste keer dat u een nieuwe
pen gebruikt, gaat u als volgt te werk:
1.
Draai de dosisinstellingsknop voorzichtig rechtsom totdat u
25
in het
dosisterugkoppelingsvenster ziet staan. U kunt de dosisinstellingsknop terugdraaien als u deze
voorbij 25 heeft gedraaid.
2.
3.
4.
5.
6.
Houd de pen vast met de naald omhoog gericht.
Tik zacht tegen de reservoirhouder.
Duw de
dosisinstellingsknop
zo ver mogelijk
in. Er verschijnt een druppeltje vloeistof aan de
punt van de naald.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster “0” aangeeft.
Ga verder bij rubriek 5:
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven.
5.
5.1.
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
De pen bevat 150 I.E. follitropine alfa.
•
Op de pen van 150 I.E. kunt u een
maximale enkelvoudige dosis van 150 I.E. instellen.
De kleinste enkelvoudige dosis die u kunt instellen, is 12,5 I.E. en de dosis kan worden
verhoogd in stappen van 12,5 I.E.
Draai de dosisinstellingsknop totdat uw benodigde dosis in het
dosisterugkoppelingsvenster wordt weergegeven
5.2.
•
Draai de dosisinstellingsknop
verder
om een
hogere dosis te kiezen
•
Draai de dosisinstellingsknop
terug
om de dosis
te corrigeren
171
5.3.
Stel de dosis in die uw arts heeft voorgeschreven (in het voorbeeld dat getoond wordt in de
afbeelding is dat 50 I.E.).
Waarschuwing:
Controleer, voordat u verder gaat met de volgende stap, of uw
volledige
voorgeschreven dosis
in het dosisterugkoppelingsvenster wordt
weergegeven.
6.
6.1.
De dosis injecteren
Kies een injectieplaats in het gebied dat uw arts of
verpleegkundige u heeft aangegeven voor de injectie.
Kies, om irritatie van de huid tot een minimum te beperken,
elke dag een andere injectieplaats.
Reinig de huid door deze met een alcoholdoekje schoon te vegen.
Controleer nogmaals of de juiste dosis wordt weergegeven in het
dosisterugkoppelingsvenster.
Injecteer de dosis volgens de instructies van uw arts of verpleegkundige.
•
Duw de naald langzaam volledig in de huid (1).
Injectiegebied
6.2.
6.3.
6.4.
•
•
•
•
•
Duw de dosisinstellingsknop zo ver mogelijk in
en houd deze vast om de volledige injectie te
voltooien.
Houd de dosisinstellingsknop ten minste
5 seconden ingedrukt om er zeker van te zijn dat
u de volledige dosis injecteert (2). Hoe hoger de
dosis, hoe langer het duurt om deze te injecteren.
Het dosisgetal in het dosisterugkoppelingsvenster
springt terug op “0”.
Trek na ten minste 5 seconden de naald uit de
huid terwijl u de dosisinstellingsknop ingedrukt
houdt (3).
Laat de dosisinstellingsknop los.
Waarschuwing:
Zorg er altijd voor dat u voor elke
injectie een nieuwe naald gebruikt.
172
7.
7.1.
Na de injectie
Controleer of u een volledige injectie heeft gegeven
•
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster “0” aangeeft.
Waarschuwing:
Indien het
dosisterugkoppelingsvenster
een getal hoger dan “0” aangeeft,
betekent dit dat de GONAL-f voorgevulde pen leeg is en dat u niet uw
volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
7.2.
Voer een gedeeltelijke injectie uit (alleen indien nodig)
•
Het
dosisterugkoppelingsvenster
geeft de ontbrekende hoeveelheid aan die u moet
injecteren
met een nieuwe pen.
•
•
Herhaal rubriek 3
(“Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken”)
tot en
met rubriek 4
(“Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie”)
met
een tweede pen.
Stel
de dosis
in op
de ontbrekende hoeveelheid die u in het behandelingsdagboek heeft
genoteerd of het getal dat nog wordt weergegeven in het dosisterugkoppelingsvenster op
uw vorige pen en voer de injectie uit.
7.3.
Verwijder de naald na elke injectie
•
Plaats de buitendop van de naald op een vlak oppervlak.
•
Houd de GONAL-f voorgevulde pen stevig vast met één hand en
stop de naald in de buitendop van de naald.
•
Duw de naald met de dop erop vervolgens tegen een stevig
oppervlak totdat u een klik (“click”) hoort.
•
Pak de buitendop van de naald
vast en schroef de naald los
door hem
linksom te draaien.
Voer de gebruikte naald op een
veilige manier af.
Gebruik naalden die al gebruikt zijn nooit opnieuw. Deel naalden
nooit met anderen.
Zet de dop weer op de pen.
•
•
173
7.4.
De GONAL-f voorgevulde pen bewaren
LET OP:
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bewaar de pen nooit met de naald er nog op.
Verwijder de naald altijd van de GONAL-f voorgevulde pen voordat u de dop van de pen weer
op de pen doet.
•
•
Bewaar de pen op een veilige plaats in zijn oorspronkelijke verpakking.
Vraag uw apotheker hoe u de pen moet weggooien wanneer deze leeg is.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in
de vuilnisbak.
Waarschuwing:
8.
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen
2
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
150
IE/0,25 ml
1
Behandelings-
dag-
nummer
6
7
8
5
Voor-
Dosisterugkoppelingsvenster
geschreven
dosis
Ingestelde hoeveelheid
Weergegeven hoeveelheid na injectie
om te injecteren
/
:
150 IE
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
-
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
/
/
:
:
150 IE
150 IE
/
:
150 IE
/
:
150 IE
/
:
150 IE
/
:
150 IE
/
:
150 IE
/
:
150 IE
/
:
150 IE
/
:
150 IE
/
:
150 IE
174
Opmerking: Op de pen van 150 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 150 I.E. instellen; op
de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
Deze gebruiksaanwijzing is voor het laatst goedgekeurd in
{MM/JJJJ}.
175
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
GONAL-f 300 I.E./0,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe gebruikt u dit middel?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is GONAL-f?
GONAL-f bevat een geneesmiddel dat 'follitropine alfa' wordt genoemd. Follitropine alfa is een type
follikelstimulerend hormoon (FSH), dat hoort bij de groep hormonen die 'gonadotropinen' worden
genoemd. Gonadotropinen zijn betrokken bij de voortplanting en de vruchtbaarheid.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Bij volwassen vrouwen
wordt GONAL-f gebruikt:
•
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een middel dat
'clomifeencitraat' wordt genoemd.
•
samen met een ander middel, dat 'lutropine alfa' (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd,
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert.
•
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij
vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen
om zwanger te worden), bijvoorbeeld
in vitro
fertilisatie, ‘gamete intra-fallopian transfer’ of
‘zygote intrafallopian transfer’.
Bij volwassen mannen
wordt GONAL-f gebruikt:
•
samen met een ander middel, ‘humaan chorion gonadotropine’ (hCG) genoemd, om de
zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage
concentraties van bepaalde hormonen.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
De vruchtbaarheid van u en uw echtgenoot/partner moet geëvalueerd worden voordat de behandeling
wordt gestart door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
176
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
•
•
•
U bent allergisch voor follikelstimulerend hormoon of voor een van de stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
U bent een
vrouw:
−
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de
eierstokken), van onbekende oorsprong.
−
met onverklaarbare vaginale bloeding.
−
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten.
−
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is,
zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
U bent een
man:
−
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
•
Gebruik GONAL-f niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Als u twijfelt, neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het
niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
•
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de
zon is geweest, en/of
•
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de
onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u
ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om
te stoppen met het gebruik van dit middel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden
genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met GONAL-f veroorzaakt
zelden ernstige OHSS, tenzij het geneesmiddel wordt toegediend dat wordt gebruikt om eitjes tot volle
rijping te brengen (dat humaan chorion gonadotropine – hCG bevat). Als u OHSS ontwikkelt, kan het
zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en men kan u meedelen dat u gedurende ten
minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière-voorbehoedsmiddelen (condooms)
moet gebruiken.
Meerlingzwangerschap
Wanneer u GONAL-f gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind
ineens (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby's. U kunt de kans op
meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis GONAL-f op de juiste tijdstippen te gebruiken.
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een
177
meerlingzwangerschap en uw leeftijd, de kwaliteit en het aantal bevruchte eicellen of embryo's dat bij
u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om
eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of
beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met GONAL-f.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde
testikels. GONAL-f werkt meestal niet als u dit probleem heeft.
Als uw arts beslist om behandeling met GONAL-f te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden
na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Kinderen
Gonal-f is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast GONAL-f nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
•
Als u GONAL-f gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals
hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
•
Als u GONAL-f op hetzelfde moment gebruikt als een 'gonadotropin-releasing
hormone'-agonist (GnRH-agonist) of -antagonist (deze geneesmiddelen verlagen de
concentraties van uw geslachtshormonen en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een
hogere dosis GONAL-f nodig om follikels te produceren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Dan mag u GONAL-f niet gebruiken.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid en het gebruik van machines
beïnvloedt.
GONAL-f bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
178
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Gebruik van dit middel
•
•
•
•
GONAL-f is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden
gegeven. De voorgevulde pen kan worden gebruikt voor meerdere injecties.
De eerste injectie met GONAL-f moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u GONAL-f voorgevulde pen moet gebruiken
om het middel te injecteren.
Als u GONAL-f bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de “Gebruiksaanwijzing”.
Hoeveel moet u gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses
zijn vermeld in internationale eenheden (I.E.).
Vrouwen
Als bij u geen eisprong optreedt en u onregelmatig of niet menstrueert.
•
•
•
•
•
•
GONAL-f wordt doorgaans elke dag gegeven.
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van GONAL-f in de eerste 7 dagen
van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met
het gebruik van dit middel.
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is per dag 75 tot 150 I.E.
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
De maximale dagelijkse dosis GONAL-f is doorgaans niet hoger dan 225 I.E.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f. De beste
tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
Als uw arts na 4 weken geen gewenste reactie kan zien, dient die behandelcyclus met GONAL-f
gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als bij u geen eisprong optreedt, u niet menstrueert en bij u de diagnose is gesteld dat u zeer lage
concentraties FSH en LH heeft
•
•
•
•
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is 75 tot 150 I.E., samen met 75 I.E. lutropine alfa.
U gebruikt deze twee middelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en
op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in
de baarmoederholte te plaatsen.
179
Als uw arts na 5 weken geen gewenste reactie kan waarnemen, dient deze behandelcyclus met
GONAL-f gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als u voorafgaand aan een begeleide vruchtbaarheidstechniek meerdere eicellen moet
ontwikkelen voor afname
•
•
•
•
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is elke dag 150 tot 225 I.E., vanaf dag 2 of 3 van uw
behandelcyclus.
De dosis GONAL-f kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse
dosis is 450 I.E.
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst
punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren tussen 5 dagen en 20 dagen. Uw
arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit bereikt is.
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale
recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5.000 I.E. tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na
uw laatste injectie met GONAL-f. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp
van een agonist of antagonist (bevorderend of remmend middel) van ‘gonadotropin-releasing
hormone’ (GnRH). Vervolgens wordt dan gestart met GONAL-f, ongeveer twee weken na het begin
van de behandeling met de agonist. Daarna worden GONAL-f en een GnRH-agonist beide gegeven,
totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een
GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 I.E. GONAL-f toegediend. De dosis wordt dan
aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken.
Mannen
•
•
•
De gebruikelijke dosis GONAL-f is 150 I.E., samen met hCG.
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten
minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van het gebruik van te veel GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo’n geval
bedacht te zijn op het optreden van een ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven
wordt in rubriek 4. Echter, OHSS zal alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2,
OHSS).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Bent u vergeten GONAL-f te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te
halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
180
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen bij vrouwen
•
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn
van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken
overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in
de eierstokken (zie ook in rubriek 2 bij “Ovarieel hyperstimulatiesyndroom”). Deze bijwerking
komt vaak voor (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen).
Het OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie,
gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag en
borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (kan maximaal 1 op de 100 personen treffen).
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen
zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 1.000 personen treffen).
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk
van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 10.000 personen
treffen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook in
rubriek 2 bij “Bloedstolselproblemen”).
•
•
•
Ernstige bijwerkingen bij mannen en vrouwen
•
Allergische reacties zoals uitslag, rode huid, netelroos, opgezwollen gezicht met
ademhalingsproblemen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor (kan
maximaal 1 op de 10.000 personen treffen).
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk
contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het
gebruik van GONAL-f.
Andere bijwerkingen bij vrouwen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
•
•
•
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
Hoofdpijn
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
•
•
Buikpijn
Zich misselijk voelen, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
•
•
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Andere bijwerkingen bij mannen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
•
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
181
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
•
•
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
•
•
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket van
de patroon of doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Binnen de houdbaarheidstermijn mag het product maximaal 3 maanden worden bewaard bij of
beneden 25°C zonder opnieuw gekoeld te worden en dient het te worden weggegooid als het na
3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat er zichtbare tekenen van bederf zijn, als de vloeistof
deeltjes bevat of niet helder is.
Schrijf de datum van de dag dat u de voorgevulde pen GONAL-f voor het eerst gebruikt op de
voorgevulde pen. Hiervoor wordt een sticker meegeleverd met de “Gebruiksaanwijzing”.
•
Eenmaal geopend, mag de pen maximaal 28 dagen buiten de koelkast worden bewaard (bij of
beneden 25°C).
•
Gebruik het geneesmiddel niet als het langer dan 28 dagen in uw voorgevulde pen heeft gezeten.
Na afloop van de behandeling moet alle ongebruikte oplossing worden weggegooid.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
182
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
•
•
•
De werkzame stof in dit middel is follitropine alfa.
In elke milliliter vloeistof zit 600 I.E. (44 microgram) follitropine alfa. Elke voorgevulde pen
met multidoseringspatroon levert 300 I.E. (22 microgram) in 0,5 ml.
De andere stoffen in dit middel zijn poloxamer 188, sucrose, methionine,
natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat, dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd
fosforzuur, natriumhydroxide en water voor injecties.
Hoe ziet GONAL-f eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
•
•
GONAL-f wordt gepresenteerd als een heldere, kleurloze vloeistof voor injectie in een
voorgevulde pen.
Het wordt geleverd in verpakkingen met 1 voorgevulde pen en 8 wegwerpnaalden.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Merck Europe B.V., Gustav Mahlerplein 102, 1082 MA Amsterdam, Nederland
Fabrikant
Merck Serono S.p.A., Via delle Magnolie 15, 70026 Modugno (Bari), Italië
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}.
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
183
Gebruiksaanwijzing
GONAL-f VOORGEVULDE PEN 300 I.E./0,5 ml
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Inhoud
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
De dosis injecteren
Na de injectie
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen (zie tabel achterin)
Waarschuwing:
Lees deze gebruiksaanwijzing door voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen
gebruikt. Volg de procedure precies, want deze kan verschillen van wat u gewend
bent.
1.
•
•
•
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
Deel de pen niet met anderen. De pen is uitsluitend voor subcutane injectie.
De getallen in het
dosisterugkoppelingsvenster
zijn gemeten in internationale eenheden of I.E.
Uw arts heeft u verteld hoeveel I.E. u elke dag moet injecteren.
De in het
dosisterugkoppelingsvenster
weergegeven getallen helpen u om:
a.
b.
de aan u voorgeschreven dosis te
kiezen;
te controleren of u een volledige
injectie heeft gegeven;
de resterende dosis af te lezen die
met een tweede pen moet worden
geïnjecteerd.
c.
•
•
Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip. Voorbeeld:
Uw arts/apotheker zal u vertellen hoeveel pennen u nodig heeft om uw behandeling te
voltooien.
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
2.
Op de laatste pagina vindt u een behandelingsdagboek.
Gebruik het behandelingsdagboek om bij te houden hoeveel geïnjecteerde I.E. u elke keer gebruikt.
•
Noteer het behandelingsdagnummer (1), de datum (2) en de tijd (3) van uw injectie.
•
Op de eerste regel van de tabel is voor u al het volume van uw pen vermeld (4).
•
Noteer uw voorgeschreven dosis in de rubriek “Voorgeschreven dosis” (5).
•
Controleer of u de juiste dosis heeft gekozen voordat u injecteert (6).
•
Lees na de injectie het getal in het
dosisterugkoppelingsvenster
af.
184
•
•
•
Bevestig dat u een volledige injectie heeft gekregen (7) of noteer het getal dat in het
dosisterugkoppelingsvenster
wordt weergegeven als het niet “0” is (8).
Injecteer uzelf indien nodig met een tweede pen. Kies daarbij uw resterende dosis, die u
heeft opgeschreven in de rubriek “Weergegeven hoeveelheid na injectie” (8).
Noteer deze resterende dosis in de rubriek
“Ingestelde hoeveelheid om te injecteren”
op
de volgende regel (6).
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Wanneer u uw dagelijkse injectie(s) in uw behandelingsdagboek noteert, kunt u elke dag
controleren of u de volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
Een voorbeeld van een behandelingsdagboek:
1
Behandelings-
dag-
nummer
2
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
300
IE/0,5 ml
6
7
8
5
Voor-
Dosisterugkoppelingsvenster
geschreven
dosis
Ingestelde
Weergegeven hoeveelheid na injectie
hoeveelheid om te
injecteren
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
nr. 1
10/06
7:00
300 IE
125
125
"0" betekent
injectie volledig
nr. 2
11/06
7:00
300 IE
125
125
"0" betekent
injectie volledig
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
nr. 3
12/06
7:00
300 IE
125
125
"0" betekent
injectie volledig
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid .
75
..met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
nr. 3
12/06
7:00
300 IE
N.v.t.
75
"0" betekent
injectie volledig
Opmerking:
Op de pen van 150 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 150 I.E. instellen;
op de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
3.
•
•
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
Was uw handen met water en zeep.
Zoek een schone plaats en een
vlak oppervlak
op.
Controleer de
uiterste houdbaarheidsdatum
op het etiket van de pen.
•
185
•
Verzamel alles wat u nodig heeft en leg het klaar:
1. Dosisinstellingsknop
2.
Dosisterugkoppelings-
venster
3. Plunjerzuiger
4. Reservoirhouder
5.
6.
7.
8.
Naaldaansluiting met
schroefdraad
Dop van de pen
Lostrekbare verzegeling
Verwijderbare naald
9. Binnenbescherming naald
10. Buitendop naald
11. Alcoholdoekjes
12. Container voor scherp afval
4.
4.1.
4.2.
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
Verwijder de dop van de pen.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster op “0” staat.
4.3.
Maak uw naald klaar voor injectie
•
Neem een nieuwe naald - gebruik
uitsluitend de meegeleverde
naalden “voor eenmalig gebruik”.
•
Houd de buitendop van de naald
stevig vast.
•
Controleer of de lostrekbare
verzegeling op de buitendop van
de naald niet beschadigd is of los
zit:
•
Verwijder de lostrekbare
verzegeling.
Voorbeeld van een goede
verzegeling
Voorbeeld van een slechte
verzegeling
186
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als de lostrekbare verzegeling beschadigd is of los zit, mag u de naald niet gebruiken. Gooi de
naald weg in een container voor scherp afval. Neem een nieuwe naald.
4.4.
Bevestig de naald
•
Schroef de tip met schroefdraad van de GONAL-f voorgevulde pen in de buitendop van
de naald totdat u een lichte weerstand voelt.
Waarschuwing:
Bevestig de naald niet te strak; daardoor kan de naald na de injectie moeilijk te
verwijderen zijn.
•
•
•
Verwijder de buitendop van de naald door er voorzichtig
aan te trekken.
Bewaar deze om later weer te
gebruiken.
Houd de GONAL-f voorgevulde pen vast met de naald
omhoog gericht.
Verwijder de groene binnenbescherming voorzichtig en
gooi deze weg.
4.5.
Kijk goed naar de punt van de naald of er kleine druppeltjes vloeistof zijn
•
Als u kleine druppeltjes vloeistof ziet, gaat u verder
bij
rubriek 5: De dosis instellen die uw arts heeft
voorgeschreven.
Waarschuwing:
Controleer
ALLEEN
de
EERSTE
KEER
dat u een nieuwe GONAL-f voorgevulde
pen gebruikt, op druppeltjes om lucht uit het
systeem te verwijderen.
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als u geen kleine druppeltjes op of vlak bij de punt van de naald ziet
de eerste keer
dat u een
nieuwe pen gebruikt, moet u de stappen op de volgende pagina uitvoeren.
187
Als u geen kleine druppeltjes vloeistof op of vlak bij de punt ziet de eerste keer dat u een nieuwe
pen gebruikt, gaat u als volgt te werk:
1.
Draai de dosisinstellingsknop voorzichtig rechtsom totdat u
25
in het
dosisterugkoppelingsvenster ziet staan. U kunt de dosisinstellingsknop terugdraaien als u deze
voorbij 25 heeft gedraaid.
2.
3.
4.
5.
6.
Houd de pen vast met de naald omhoog gericht.
Tik zacht tegen de reservoirhouder.
Duw de
dosisinstellingsknop
zo ver mogelijk
in. Er verschijnt een druppeltje vloeistof aan de
punt van de naald.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster “0” aangeeft.
Ga verder bij rubriek 5:
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven.
5.
5.1.
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
De pen bevat 300 I.E. follitropine alfa.
•
Op de pen van 300 I.E. kunt u een
maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen.
De kleinste enkelvoudige dosis die u kunt instellen, is 12,5 I.E. en de dosis kan worden
verhoogd in stappen van 12,5 I.E.
Draai de dosisinstellingsknop totdat uw benodigde dosis in het
dosisterugkoppelingsvenster wordt weergegeven
5.2.
•
Draai de dosisinstellingsknop
verder
om een
hogere dosis te kiezen
•
Draai de dosisinstellingsknop
terug
om de dosis
te corrigeren
188
5.3.
Stel de dosis in die uw arts heeft voorgeschreven (in het voorbeeld dat getoond wordt in de
afbeelding is dat 50 I.E.).
Waarschuwing:
Controleer, voordat u verder gaat met de volgende stap, of uw
volledige
voorgeschreven dosis
in het dosisterugkoppelingsvenster wordt
weergegeven.
6.
6.1.
De dosis injecteren
Kies een injectieplaats in het gebied dat uw arts of
verpleegkundige u heeft aangegeven voor de injectie.
Kies, om irritatie van de huid tot een minimum te beperken,
elke dag een andere injectieplaats.
Reinig de huid door deze met een alcoholdoekje schoon te vegen.
Controleer nogmaals of de juiste dosis wordt weergegeven in het
dosisterugkoppelingsvenster.
Injecteer de dosis volgens de instructies van uw arts of verpleegkundige.
•
Duw de naald langzaam volledig in de huid (1).
Injectiegebied
6.2.
6.3.
6.4.
•
•
•
•
•
Duw de dosisinstellingsknop zo ver mogelijk in
en houd deze vast om de volledige injectie te
voltooien.
Houd de dosisinstellingsknop ten minste
5 seconden ingedrukt om er zeker van te zijn dat
u de volledige dosis injecteert (2). Hoe hoger de
dosis, hoe langer het duurt om deze te injecteren.
Het dosisgetal in het dosisterugkoppelingsvenster
springt terug op “0”.
Trek na ten minste 5 seconden de naald uit de
huid terwijl u de dosisinstellingsknop ingedrukt
houdt (3).
Laat de dosisinstellingsknop los.
Waarschuwing:
Zorg er altijd voor dat u voor elke
injectie een nieuwe naald gebruikt.
189
7.
7.1.
Na de injectie
Controleer of u een volledige injectie heeft gegeven
•
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster “0” aangeeft.
Waarschuwing:
Indien het
dosisterugkoppelingsvenster
een getal hoger dan “0” aangeeft,
betekent dit dat de GONAL-f voorgevulde pen leeg is en dat u niet uw
volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
7.2.
Voer een gedeeltelijke injectie uit (alleen indien nodig)
•
Het
dosisterugkoppelingsvenster
geeft de ontbrekende hoeveelheid aan die u moet
injecteren
met een nieuwe pen.
•
•
Herhaal rubriek 3
(“Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken”)
tot en
met rubriek 4
(“Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie”)
met
een tweede pen.
Stel
de dosis
in op
de ontbrekende hoeveelheid die u in het behandelingsdagboek heeft
genoteerd of het getal dat nog wordt weergegeven in het dosisterugkoppelingsvenster op
uw vorige pen en voer de injectie uit.
7.3.
Verwijder de naald na elke injectie
•
Plaats de buitendop van de naald op een vlak oppervlak.
•
Houd de GONAL-f voorgevulde pen stevig vast met één hand en
stop de naald in de buitendop van de naald.
•
Duw de naald met de dop erop vervolgens tegen een stevig
oppervlak totdat u een klik (“click”) hoort.
•
Pak de buitendop van de naald
vast en schroef de naald los
door hem
linksom te draaien.
Voer de gebruikte naald op een
veilige manier af.
Gebruik naalden die al gebruikt zijn nooit opnieuw. Deel naalden
nooit met anderen.
Zet de dop weer op de pen.
•
•
190
7.4.
De GONAL-f voorgevulde pen bewaren
LET OP:
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bewaar de pen nooit met de naald er nog op.
Verwijder de naald altijd van de GONAL-f voorgevulde pen voordat u de dop van de pen weer
op de pen doet.
•
•
Bewaar de pen op een veilige plaats in zijn oorspronkelijke verpakking.
Vraag uw apotheker hoe u de pen moet weggooien wanneer deze leeg is.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in
de vuilnisbak.
Waarschuwing:
8.
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen
2
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
300
IE/0,5 ml
1
Behandelings-
dag-
nummer
6
7
8
5
Voor-
Dosisterugkoppelingsvenster
geschreven
dosis
Ingestelde hoeveelheid
Weergegeven hoeveelheid na injectie
om te injecteren
/
:
300 IE
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
-
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
/
/
:
:
300 IE
300 IE
/
:
300 IE
/
:
300 IE
/
:
300 IE
/
:
300 IE
/
:
300 IE
/
:
300 IE
/
:
300 IE
/
:
300 IE
/
:
300 IE
191
Opmerking: Op de pen van 150 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 150 I.E. instellen; op
de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
Deze gebruiksaanwijzing is voor het laatst goedgekeurd in
{MM/JJJJ}.
192
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe gebruikt u dit middel?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is GONAL-f?
GONAL-f bevat een geneesmiddel dat 'follitropine alfa' wordt genoemd. Follitropine alfa is een type
follikelstimulerend hormoon (FSH), dat hoort bij de groep hormonen die 'gonadotropinen' worden
genoemd. Gonadotropinen zijn betrokken bij de voortplanting en de vruchtbaarheid.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Bij volwassen vrouwen
wordt GONAL-f gebruikt:
•
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een middel dat
'clomifeencitraat' wordt genoemd.
•
samen met een ander middel, dat 'lutropine alfa' (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd,
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert.
•
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij
vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen
om zwanger te worden), bijvoorbeeld
in vitro
fertilisatie, ‘gamete intra-fallopian transfer’ of
‘zygote intrafallopian transfer’.
Bij volwassen mannen
wordt GONAL-f gebruikt:
•
samen met een ander middel, ‘humaan chorion gonadotropine’ (hCG) genoemd, om de
zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage
concentraties van bepaalde hormonen.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
De vruchtbaarheid van u en uw echtgenoot/partner moet geëvalueerd worden voordat de behandeling
wordt gestart door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
193
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
•
•
•
U bent allergisch voor follikelstimulerend hormoon of voor een van de stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
U bent een
vrouw:
−
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de
eierstokken), van onbekende oorsprong.
−
met onverklaarbare vaginale bloeding.
−
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten.
−
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is,
zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
U bent een
man:
−
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
•
Gebruik GONAL-f niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Als u twijfelt, neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het
niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
•
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de
zon is geweest, en/of
•
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de
onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u
ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om
te stoppen met het gebruik van dit middel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden
genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met GONAL-f veroorzaakt
zelden ernstige OHSS, tenzij het geneesmiddel wordt toegediend dat wordt gebruikt om eitjes tot volle
rijping te brengen (dat humaan chorion gonadotropine – hCG bevat). Als u OHSS ontwikkelt, kan het
zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en men kan u meedelen dat u gedurende ten
minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière-voorbehoedsmiddelen (condooms)
moet gebruiken.
Meerlingzwangerschap
Wanneer u GONAL-f gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind
ineens (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby's. U kunt de kans op
meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis GONAL-f op de juiste tijdstippen te gebruiken.
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een
194
meerlingzwangerschap en uw leeftijd, de kwaliteit en het aantal bevruchte eicellen of embryo's dat bij
u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om
eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of
beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met GONAL-f.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde
testikels. GONAL-f werkt meestal niet als u dit probleem heeft.
Als uw arts beslist om behandeling met GONAL-f te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden
na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Kinderen
Gonal-f is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast GONAL-f nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
•
Als u GONAL-f gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals
hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
•
Als u GONAL-f op hetzelfde moment gebruikt als een 'gonadotropin-releasing
hormone'-agonist (GnRH-agonist) of -antagonist (deze geneesmiddelen verlagen de
concentraties van uw geslachtshormonen en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een
hogere dosis GONAL-f nodig om follikels te produceren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Dan mag u GONAL-f niet gebruiken.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid en het gebruik van machines
beïnvloedt.
GONAL-f bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
195
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Gebruik van dit middel
•
•
•
•
GONAL-f is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden
gegeven. De voorgevulde pen kan worden gebruikt voor meerdere injecties.
De eerste injectie met GONAL-f moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u GONAL-f voorgevulde pen moet gebruiken
om het middel te injecteren.
Als u GONAL-f bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de “Gebruiksaanwijzing”.
Hoeveel moet u gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses
zijn vermeld in internationale eenheden (I.E.).
Vrouwen
Als bij u geen eisprong optreedt en u onregelmatig of niet menstrueert.
•
•
•
•
•
•
GONAL-f wordt doorgaans elke dag gegeven.
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van GONAL-f in de eerste 7 dagen
van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met
het gebruik van dit middel.
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is per dag 75 tot 150 I.E.
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
De maximale dagelijkse dosis GONAL-f is doorgaans niet hoger dan 225 I.E.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f. De beste
tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
Als uw arts na 4 weken geen gewenste reactie kan zien, dient die behandelcyclus met GONAL-f
gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als bij u geen eisprong optreedt, u niet menstrueert en bij u de diagnose is gesteld dat u zeer lage
concentraties FSH en LH heeft
•
•
•
•
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is 75 tot 150 I.E., samen met 75 I.E. lutropine alfa.
U gebruikt deze twee middelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en
op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in
de baarmoederholte te plaatsen.
196
Als uw arts na 5 weken geen gewenste reactie kan waarnemen, dient deze behandelcyclus met
GONAL-f gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als u voorafgaand aan een begeleide vruchtbaarheidstechniek meerdere eicellen moet
ontwikkelen voor afname
•
•
•
•
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is elke dag 150 tot 225 I.E., vanaf dag 2 of 3 van uw
behandelcyclus.
De dosis GONAL-f kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse
dosis is 450 I.E.
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst
punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren tussen 5 dagen en 20 dagen. Uw
arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit bereikt is.
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale
recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5.000 I.E. tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na
uw laatste injectie met GONAL-f. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp
van een agonist of antagonist (bevorderend of remmend middel) van ‘gonadotropin-releasing
hormone’ (GnRH). Vervolgens wordt dan gestart met GONAL-f, ongeveer twee weken na het begin
van de behandeling met de agonist. Daarna worden GONAL-f en een GnRH-agonist beide gegeven,
totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een
GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 I.E. GONAL-f toegediend. De dosis wordt dan
aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken.
Mannen
•
•
•
De gebruikelijke dosis GONAL-f is 150 I.E., samen met hCG.
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten
minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van het gebruik van te veel GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo’n geval
bedacht te zijn op het optreden van een ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven
wordt in rubriek 4. Echter, OHSS zal alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2,
OHSS).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Bent u vergeten GONAL-f te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te
halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
197
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen bij vrouwen
•
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn
van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken
overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in
de eierstokken (zie ook in rubriek 2 bij “Ovarieel hyperstimulatiesyndroom”). Deze bijwerking
komt vaak voor (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen).
Het OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie,
gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag en
borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (kan maximaal 1 op de 100 personen treffen).
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen
zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 1.000 personen treffen).
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk
van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 10.000 personen
treffen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook in
rubriek 2 bij “Bloedstolselproblemen”).
•
•
•
Ernstige bijwerkingen bij mannen en vrouwen
•
Allergische reacties zoals uitslag, rode huid, netelroos, opgezwollen gezicht met
ademhalingsproblemen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor (kan
maximaal 1 op de 10.000 personen treffen).
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk
contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het
gebruik van GONAL-f.
Andere bijwerkingen bij vrouwen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
•
•
•
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
Hoofdpijn
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
•
•
Buikpijn
Zich misselijk voelen, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
•
•
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Andere bijwerkingen bij mannen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
•
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
198
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
•
•
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
•
•
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket van
de patroon of doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Binnen de houdbaarheidstermijn mag het product maximaal 3 maanden worden bewaard bij of
beneden 25°C zonder opnieuw gekoeld te worden en dient het te worden weggegooid als het na
3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat er zichtbare tekenen van bederf zijn, als de vloeistof
deeltjes bevat of niet helder is.
Schrijf de datum van de dag dat u de voorgevulde pen GONAL-f voor het eerst gebruikt op de
voorgevulde pen. Hiervoor wordt een sticker meegeleverd met de “Gebruiksaanwijzing”.
•
Eenmaal geopend, mag de pen maximaal 28 dagen buiten de koelkast worden bewaard (bij of
beneden 25°C).
•
Gebruik het geneesmiddel niet als het langer dan 28 dagen in uw voorgevulde pen heeft gezeten.
Na afloop van de behandeling moet alle ongebruikte oplossing worden weggegooid.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
199
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
•
•
•
De werkzame stof in dit middel is follitropine alfa.
In elke milliliter vloeistof zit 600 I.E. (44 microgram) follitropine alfa. Elke voorgevulde pen
met multidoseringspatroon levert 450 I.E. (33 microgram) in 0,75 ml.
De andere stoffen in dit middel zijn poloxamer 188, sucrose, methionine,
natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat, dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd
fosforzuur, natriumhydroxide en water voor injecties.
Hoe ziet GONAL-f eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
•
•
GONAL-f wordt gepresenteerd als een heldere, kleurloze vloeistof voor injectie in een
voorgevulde pen.
Het wordt geleverd in verpakkingen met 1 voorgevulde pen en 12 wegwerpnaalden.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Merck Europe B.V., Gustav Mahlerplein 102, 1082 MA Amsterdam, Nederland
Fabrikant
Merck Serono S.p.A., Via delle Magnolie 15, 70026 Modugno (Bari), Italië
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}.
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
200
Gebruiksaanwijzing
GONAL-f VOORGEVULDE PEN 450 I.E./0,75 ml
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Inhoud
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
De dosis injecteren
Na de injectie
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen (zie tabel achterin)
Waarschuwing:
Lees deze gebruiksaanwijzing door voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen
gebruikt. Volg de procedure precies, want deze kan verschillen van wat u gewend
bent.
1.
•
•
•
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
Deel de pen niet met anderen. De pen is uitsluitend voor subcutane injectie.
De getallen in het
dosisterugkoppelingsvenster
zijn gemeten in internationale eenheden of I.E.
Uw arts heeft u verteld hoeveel I.E. u elke dag moet injecteren.
De in het
dosisterugkoppelingsvenster
weergegeven getallen helpen u om:
a.
b.
de aan u voorgeschreven dosis te
kiezen;
te controleren of u een volledige
injectie heeft gegeven;
de resterende dosis af te lezen die
met een tweede pen moet worden
geïnjecteerd.
c.
•
•
Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip. Voorbeeld:
Uw arts/apotheker zal u vertellen hoeveel pennen u nodig heeft om uw behandeling te
voltooien.
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
2.
Op de laatste pagina vindt u een behandelingsdagboek.
Gebruik het behandelingsdagboek om bij te houden hoeveel geïnjecteerde I.E. u elke keer gebruikt.
•
Noteer het behandelingsdagnummer (1), de datum (2) en de tijd (3) van uw injectie.
•
Op de eerste regel van de tabel is voor u al het volume van uw pen vermeld (4).
•
Noteer uw voorgeschreven dosis in de rubriek “Voorgeschreven dosis” (5).
•
Controleer of u de juiste dosis heeft gekozen voordat u injecteert (6).
•
Lees na de injectie het getal in het
dosisterugkoppelingsvenster
af.
201
•
•
•
Bevestig dat u een volledige injectie heeft gekregen (7) of noteer het getal dat in het
dosisterugkoppelingsvenster
wordt weergegeven als het niet “0” is (8).
Injecteer uzelf indien nodig met een tweede pen. Kies daarbij uw resterende dosis, die u
heeft opgeschreven in de rubriek “Weergegeven hoeveelheid na injectie” (8).
Noteer deze resterende dosis in de rubriek
“Ingestelde hoeveelheid om te injecteren”
op
de volgende regel (6).
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Wanneer u uw dagelijkse injectie(s) in uw behandelingsdagboek noteert, kunt u elke dag
controleren of u de volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
Een voorbeeld van een behandelingsdagboek:
1
Behandelings-
dag-
nummer
2
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
450
IE/0,75 ml
6
7
8
5
Voor-
Dosisterugkoppelingsvenster
geschreven
dosis
Ingestelde
Weergegeven hoeveelheid na injectie
hoeveelheid om te
injecteren
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
nr. 1
10/06
7:00
450 IE
175
175
"0" betekent
injectie volledig
nr. 2
11/06
7:00
450 IE
175
175
"0" betekent
injectie volledig
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
nr. 3
12/06
7:00
450 IE
175
175
"0" betekent
injectie volledig
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid .
75
..met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
nr. 3
12/06
7:00
450 IE
N.v.t.
75
"0" betekent
injectie volledig
Opmerking:
Op de pen van 150 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 150 I.E. instellen;
op de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
3.
•
•
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
Was uw handen met water en zeep.
Zoek een schone plaats en een
vlak oppervlak
op.
Controleer de
uiterste houdbaarheidsdatum
op het etiket van de pen.
•
202
•
Verzamel alles wat u nodig heeft en leg het klaar:
1. Dosisinstellingsknop
2.
Dosisterugkoppelings-
venster
3. Plunjerzuiger
4. Reservoirhouder
5.
6.
7.
8.
Naaldaansluiting met
schroefdraad
Dop van de pen
Lostrekbare verzegeling
Verwijderbare naald
9. Binnenbescherming naald
10. Buitendop naald
11. Alcoholdoekjes
12. Container voor scherp afval
4.
4.1.
4.2.
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
Verwijder de dop van de pen.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster op “0” staat.
4.3.
Maak uw naald klaar voor injectie
•
Neem een nieuwe naald - gebruik
uitsluitend de meegeleverde
naalden “voor eenmalig gebruik”.
•
Houd de buitendop van de naald
stevig vast.
•
Controleer of de lostrekbare
verzegeling op de buitendop van
de naald niet beschadigd is of los
zit:
•
Verwijder de lostrekbare
verzegeling.
Voorbeeld van een goede
verzegeling
Voorbeeld van een slechte
verzegeling
203
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als de lostrekbare verzegeling beschadigd is of los zit, mag u de naald niet gebruiken. Gooi de
naald weg in een container voor scherp afval. Neem een nieuwe naald.
4.4.
Bevestig de naald
•
Schroef de tip met schroefdraad van de GONAL-f voorgevulde pen in de buitendop van
de naald totdat u een lichte weerstand voelt.
Waarschuwing:
Bevestig de naald niet te strak; daardoor kan de naald na de injectie moeilijk te
verwijderen zijn.
•
•
•
Verwijder de buitendop van de naald door er voorzichtig
aan te trekken.
Bewaar deze om later weer te
gebruiken.
Houd de GONAL-f voorgevulde pen vast met de naald
omhoog gericht.
Verwijder de groene binnenbescherming voorzichtig en
gooi deze weg.
4.5.
Kijk goed naar de punt van de naald of er kleine druppeltjes vloeistof zijn
•
Als u kleine druppeltjes vloeistof ziet, gaat u verder
bij
rubriek 5: De dosis instellen die uw arts heeft
voorgeschreven.
Waarschuwing:
Controleer
ALLEEN
de
EERSTE
KEER
dat u een nieuwe GONAL-f voorgevulde
pen gebruikt, op druppeltjes om lucht uit het
systeem te verwijderen.
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als u geen kleine druppeltjes op of vlak bij de punt van de naald ziet
de eerste keer
dat u een
nieuwe pen gebruikt, moet u de stappen op de volgende pagina uitvoeren.
204
Als u geen kleine druppeltjes vloeistof op of vlak bij de punt ziet de eerste keer dat u een nieuwe
pen gebruikt, gaat u als volgt te werk:
1.
Draai de dosisinstellingsknop voorzichtig rechtsom totdat u
25
in het
dosisterugkoppelingsvenster ziet staan. U kunt de dosisinstellingsknop terugdraaien als u deze
voorbij 25 heeft gedraaid.
2.
3.
4.
5.
6.
Houd de pen vast met de naald omhoog gericht.
Tik zacht tegen de reservoirhouder.
Duw de
dosisinstellingsknop
zo ver mogelijk
in. Er verschijnt een druppeltje vloeistof aan de
punt van de naald.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster “0” aangeeft.
Ga verder bij rubriek 5:
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven.
5.
5.1.
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
De pen bevat 450 I.E. follitropine alfa.
•
Op de pen van 450 I.E. kunt u een
maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
De kleinste enkelvoudige dosis die u kunt instellen, is 12,5 I.E. en de dosis kan worden
verhoogd in stappen van 12,5 I.E.
Draai de dosisinstellingsknop totdat uw benodigde dosis in het
dosisterugkoppelingsvenster wordt weergegeven
5.2.
•
Draai de dosisinstellingsknop
verder
om een
hogere dosis te kiezen
•
Draai de dosisinstellingsknop
terug
om de dosis
te corrigeren
205
5.3.
Stel de dosis in die uw arts heeft voorgeschreven (in het voorbeeld dat getoond wordt in de
afbeelding is dat 50 I.E.).
Waarschuwing:
Controleer, voordat u verder gaat met de volgende stap, of uw
volledige
voorgeschreven dosis
in het dosisterugkoppelingsvenster wordt
weergegeven.
6.
6.1.
De dosis injecteren
Kies een injectieplaats in het gebied dat uw arts of
verpleegkundige u heeft aangegeven voor de injectie.
Kies, om irritatie van de huid tot een minimum te beperken,
elke dag een andere injectieplaats.
Reinig de huid door deze met een alcoholdoekje schoon te vegen.
Controleer nogmaals of de juiste dosis wordt weergegeven in het
dosisterugkoppelingsvenster.
Injecteer de dosis volgens de instructies van uw arts of verpleegkundige.
•
Duw de naald langzaam volledig in de huid (1).
Injectiegebied
6.2.
6.3.
6.4.
•
•
•
•
•
Duw de dosisinstellingsknop zo ver mogelijk in
en houd deze vast om de volledige injectie te
voltooien.
Houd de dosisinstellingsknop ten minste
5 seconden ingedrukt om er zeker van te zijn dat
u de volledige dosis injecteert (2). Hoe hoger de
dosis, hoe langer het duurt om deze te injecteren.
Het dosisgetal in het dosisterugkoppelingsvenster
springt terug op “0”.
Trek na ten minste 5 seconden de naald uit de
huid terwijl u de dosisinstellingsknop ingedrukt
houdt (3).
Laat de dosisinstellingsknop los.
Waarschuwing:
Zorg er altijd voor dat u voor elke
injectie een nieuwe naald gebruikt.
206
7.
7.1.
Na de injectie
Controleer of u een volledige injectie heeft gegeven
•
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster “0” aangeeft.
Waarschuwing:
Indien het
dosisterugkoppelingsvenster
een getal hoger dan “0” aangeeft,
betekent dit dat de GONAL-f voorgevulde pen leeg is en dat u niet uw
volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
7.2.
Voer een gedeeltelijke injectie uit (alleen indien nodig)
•
Het
dosisterugkoppelingsvenster
geeft de ontbrekende hoeveelheid aan die u moet
injecteren
met een nieuwe pen.
•
•
Herhaal rubriek 3
(“Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken”)
tot en
met rubriek 4
(“Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie”)
met
een tweede pen.
Stel
de dosis
in op
de ontbrekende hoeveelheid die u in het behandelingsdagboek heeft
genoteerd of het getal dat nog wordt weergegeven in het dosisterugkoppelingsvenster op
uw vorige pen en voer de injectie uit.
7.3.
Verwijder de naald na elke injectie
•
Plaats de buitendop van de naald op een vlak oppervlak.
•
Houd de GONAL-f voorgevulde pen stevig vast met één hand en
stop de naald in de buitendop van de naald.
•
Duw de naald met de dop erop vervolgens tegen een stevig
oppervlak totdat u een klik (“click”) hoort.
•
Pak de buitendop van de naald
vast en schroef de naald los
door hem
linksom te draaien.
Voer de gebruikte naald op een
veilige manier af.
Gebruik naalden die al gebruikt zijn nooit opnieuw. Deel naalden
nooit met anderen.
Zet de dop weer op de pen.
•
•
207
7.4.
De GONAL-f voorgevulde pen bewaren
LET OP:
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bewaar de pen nooit met de naald er nog op.
Verwijder de naald altijd van de GONAL-f voorgevulde pen voordat u de dop van de pen weer
op de pen doet.
•
•
Bewaar de pen op een veilige plaats in zijn oorspronkelijke verpakking.
Vraag uw apotheker hoe u de pen moet weggooien wanneer deze leeg is.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in
de vuilnisbak.
Waarschuwing:
8.
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen
2
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
450
IE/0,75 ml
1
Behandelings-
dag-
nummer
6
7
8
5
Voor-
Dosisterugkoppelingsvenster
geschreven
dosis
Ingestelde hoeveelheid
Weergegeven hoeveelheid na injectie
om te injecteren
/
:
450 IE
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
-
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
/
/
:
:
450 IE
450 IE
/
:
450 IE
/
:
450 IE
/
:
450 IE
/
:
450 IE
/
:
450 IE
/
:
450 IE
/
:
450 IE
/
:
450 IE
/
:
450 IE
208
Opmerking: Op de pen van 150 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 150 I.E. instellen; op
de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
Deze gebruiksaanwijzing is voor het laatst goedgekeurd in
{MM/JJJJ}.
209
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
GONAL-f 900 I.E./1,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe gebruikt u dit middel?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is GONAL-f?
GONAL-f bevat een geneesmiddel dat 'follitropine alfa' wordt genoemd. Follitropine alfa is een type
follikelstimulerend hormoon (FSH), dat hoort bij de groep hormonen die 'gonadotropinen' worden
genoemd. Gonadotropinen zijn betrokken bij de voortplanting en de vruchtbaarheid.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Bij volwassen vrouwen
wordt GONAL-f gebruikt:
•
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een middel dat
'clomifeencitraat' wordt genoemd.
•
samen met een ander middel, dat 'lutropine alfa' (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd,
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert.
•
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij
vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen
om zwanger te worden), bijvoorbeeld
in vitro
fertilisatie, ‘gamete intra-fallopian transfer’ of
‘zygote intrafallopian transfer’.
Bij volwassen mannen
wordt GONAL-f gebruikt:
•
samen met een ander middel, ‘humaan chorion gonadotropine’ (hCG) genoemd, om de
zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage
concentraties van bepaalde hormonen.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
De vruchtbaarheid van u en uw echtgenoot/partner moet geëvalueerd worden voordat de behandeling
wordt gestart door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
210
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
•
•
•
U bent allergisch voor follikelstimulerend hormoon of voor een van de stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
U bent een
vrouw:
−
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de
eierstokken), van onbekende oorsprong.
−
met onverklaarbare vaginale bloeding.
−
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten.
−
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is,
zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
U bent een
man:
−
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
•
Gebruik GONAL-f niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Als u twijfelt, neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het
niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
•
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de
zon is geweest, en/of
•
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de
onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u
ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om
te stoppen met het gebruik van dit middel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden
genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met GONAL-f veroorzaakt
zelden ernstige OHSS, tenzij het geneesmiddel wordt toegediend dat wordt gebruikt om eitjes tot volle
rijping te brengen (dat humaan chorion gonadotropine – hCG bevat). Als u OHSS ontwikkelt, kan het
zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en men kan u meedelen dat u gedurende ten
minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière-voorbehoedsmiddelen (condooms)
moet gebruiken.
Meerlingzwangerschap
Wanneer u GONAL-f gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind
ineens (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby's. U kunt de kans op
meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis GONAL-f op de juiste tijdstippen te gebruiken.
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een
211
meerlingzwangerschap en uw leeftijd, de kwaliteit en het aantal bevruchte eicellen of embryo's dat bij
u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om
eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of
beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met GONAL-f.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde
testikels. GONAL-f werkt meestal niet als u dit probleem heeft.
Als uw arts beslist om behandeling met GONAL-f te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden
na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Kinderen
Gonal-f is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast GONAL-f nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
•
Als u GONAL-f gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals
hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
•
Als u GONAL-f op hetzelfde moment gebruikt als een 'gonadotropin-releasing
hormone'-agonist (GnRH-agonist) of -antagonist (deze geneesmiddelen verlagen de
concentraties van uw geslachtshormonen en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een
hogere dosis GONAL-f nodig om follikels te produceren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Dan mag u GONAL-f niet gebruiken.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid en het gebruik van machines
beïnvloedt.
GONAL-f bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
212
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Gebruik van dit middel
•
•
•
•
GONAL-f is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden
gegeven. De voorgevulde pen kan worden gebruikt voor meerdere injecties.
De eerste injectie met GONAL-f moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u GONAL-f voorgevulde pen moet gebruiken
om het middel te injecteren.
Als u GONAL-f bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de “Gebruiksaanwijzing”.
Hoeveel moet u gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses
zijn vermeld in internationale eenheden (I.E.).
Vrouwen
Als bij u geen eisprong optreedt en u onregelmatig of niet menstrueert.
•
•
•
•
•
•
GONAL-f wordt doorgaans elke dag gegeven.
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van GONAL-f in de eerste 7 dagen
van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met
het gebruik van dit middel.
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is per dag 75 tot 150 I.E.
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
De maximale dagelijkse dosis GONAL-f is doorgaans niet hoger dan 225 I.E.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f. De beste
tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
Als uw arts na 4 weken geen gewenste reactie kan zien, dient die behandelcyclus met GONAL-f
gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als bij u geen eisprong optreedt, u niet menstrueert en bij u de diagnose is gesteld dat u zeer lage
concentraties FSH en LH heeft
•
•
•
•
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is 75 tot 150 I.E., samen met 75 I.E. lutropine alfa.
U gebruikt deze twee middelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en
op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in
de baarmoederholte te plaatsen.
213
Als uw arts na 5 weken geen gewenste reactie kan waarnemen, dient deze behandelcyclus met
GONAL-f gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als u voorafgaand aan een begeleide vruchtbaarheidstechniek meerdere eicellen moet
ontwikkelen voor afname
•
•
•
•
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is elke dag 150 tot 225 I.E., vanaf dag 2 of 3 van uw
behandelcyclus.
De dosis GONAL-f kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse
dosis is 450 I.E.
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst
punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren tussen 5 dagen en 20 dagen. Uw
arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit bereikt is.
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale
recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5.000 I.E. tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na
uw laatste injectie met GONAL-f. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp
van een agonist of antagonist (bevorderend of remmend middel) van ‘gonadotropin-releasing
hormone’ (GnRH). Vervolgens wordt dan gestart met GONAL-f, ongeveer twee weken na het begin
van de behandeling met de agonist. Daarna worden GONAL-f en een GnRH-agonist beide gegeven,
totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een
GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 I.E. GONAL-f toegediend. De dosis wordt dan
aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken.
Mannen
•
•
•
De gebruikelijke dosis GONAL-f is 150 I.E., samen met hCG.
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten
minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van het gebruik van te veel GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo’n geval
bedacht te zijn op het optreden van een ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven
wordt in rubriek 4. Echter, OHSS zal alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2,
OHSS).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Bent u vergeten GONAL-f te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te
halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
214
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen bij vrouwen
•
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn
van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken
overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in
de eierstokken (zie ook in rubriek 2 bij “Ovarieel hyperstimulatiesyndroom”). Deze bijwerking
komt vaak voor (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen).
Het OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie,
gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag en
borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (kan maximaal 1 op de 100 personen treffen).
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen
zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 1.000 personen treffen).
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk
van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 10.000 personen
treffen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook in
rubriek 2 bij “Bloedstolselproblemen”).
•
•
•
Ernstige bijwerkingen bij mannen en vrouwen
•
Allergische reacties zoals uitslag, rode huid, netelroos, opgezwollen gezicht met
ademhalingsproblemen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor (kan
maximaal 1 op de 10.000 personen treffen).
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk
contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het
gebruik van GONAL-f.
Andere bijwerkingen bij vrouwen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
•
•
•
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
Hoofdpijn
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
•
•
Buikpijn
Zich misselijk voelen, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
•
•
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Andere bijwerkingen bij mannen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
•
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
215
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
•
•
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
•
•
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
Uw astma kan verergeren.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket van
de patroon of doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Binnen de houdbaarheidstermijn mag het product maximaal 3 maanden worden bewaard bij of
beneden 25°C zonder opnieuw gekoeld te worden en dient het te worden weggegooid als het na
3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat er zichtbare tekenen van bederf zijn, als de vloeistof
deeltjes bevat of niet helder is.
Schrijf de datum van de dag dat u de voorgevulde pen GONAL-f voor het eerst gebruikt op de
voorgevulde pen. Hiervoor wordt een sticker meegeleverd met de “Gebruiksaanwijzing”.
•
Eenmaal geopend, mag de pen maximaal 28 dagen buiten de koelkast worden bewaard (bij of
beneden 25°C).
•
Gebruik het geneesmiddel niet als het langer dan 28 dagen in uw voorgevulde pen heeft gezeten.
Na afloop van de behandeling moet alle ongebruikte oplossing worden weggegooid.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
216
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
•
•
•
De werkzame stof in dit middel is follitropine alfa.
In elke milliliter vloeistof zit 600 I.E. (44 microgram) follitropine alfa. Elke voorgevulde pen
met multidoseringspatroon levert 900 I.E. (66 microgram) in 1,5 ml.
De andere stoffen in dit middel zijn poloxamer 188, sucrose, methionine,
natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat, dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd
fosforzuur, natriumhydroxide en water voor injecties.
Hoe ziet GONAL-f eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
•
•
GONAL-f wordt gepresenteerd als een heldere, kleurloze vloeistof voor injectie in een
voorgevulde pen.
Het wordt geleverd in verpakkingen met 1 voorgevulde pen en 20 wegwerpnaalden.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Merck Europe B.V., Gustav Mahlerplein 102, 1082 MA Amsterdam, Nederland
Fabrikant
Merck Serono S.p.A., Via delle Magnolie 15, 70026 Modugno (Bari), Italië
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}.
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
217
Gebruiksaanwijzing
GONAL-f VOORGEVULDE PEN 900 I.E./1,5 ml
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Inhoud
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
De dosis injecteren
Na de injectie
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen (zie tabel achterin)
Waarschuwing:
Lees deze gebruiksaanwijzing door voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen
gebruikt. Volg de procedure precies, want deze kan verschillen van wat u gewend
bent.
1.
•
•
•
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
Deel de pen niet met anderen. De pen is uitsluitend voor subcutane injectie.
De getallen in het
dosisterugkoppelingsvenster
zijn gemeten in internationale eenheden of I.E.
Uw arts heeft u verteld hoeveel I.E. u elke dag moet injecteren.
De in het
dosisterugkoppelingsvenster
weergegeven getallen helpen u om:
a.
b.
de aan u voorgeschreven dosis te
kiezen;
te controleren of u een volledige
injectie heeft gegeven;
de resterende dosis af te lezen die
met een tweede pen moet worden
geïnjecteerd.
c.
•
•
Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip. Voorbeeld:
Uw arts/apotheker zal u vertellen hoeveel pennen u nodig heeft om uw behandeling te
voltooien.
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
2.
Op de laatste pagina vindt u een behandelingsdagboek.
Gebruik het behandelingsdagboek om bij te houden hoeveel geïnjecteerde I.E. u elke keer gebruikt.
•
Noteer het behandelingsdagnummer (1), de datum (2) en de tijd (3) van uw injectie.
•
Op de eerste regel van de tabel is voor u al het volume van uw pen vermeld (4).
•
Noteer uw voorgeschreven dosis in de rubriek “Voorgeschreven dosis” (5).
•
Controleer of u de juiste dosis heeft gekozen voordat u injecteert (6).
•
Lees na de injectie het getal in het
dosisterugkoppelingsvenster
af.
218
•
•
•
Bevestig dat u een volledige injectie heeft gekregen (7) of noteer het getal dat in het
dosisterugkoppelingsvenster
wordt weergegeven als het niet “0” is (8).
Injecteer uzelf indien nodig met een tweede pen. Kies daarbij uw resterende dosis, die u
heeft opgeschreven in de rubriek “Weergegeven hoeveelheid na injectie” (8).
Noteer deze resterende dosis in de rubriek
“Ingestelde hoeveelheid om te injecteren”
op
de volgende regel (6).
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Wanneer u uw dagelijkse injectie(s) in uw behandelingsdagboek noteert, kunt u elke dag
controleren of u de volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
Een voorbeeld van een behandelingsdagboek:
1
Behandelings-
dag-
nummer
2
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
900
IE/1,5 ml
6
7
8
5
Voor-
Dosisterugkoppelingsvenster
geschreven
dosis
Ingestelde
Weergegeven hoeveelheid na injectie
hoeveelheid om te
injecteren
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
nr. 1
10/06
7:00
900 IE
350
350
"0" betekent
injectie volledig
nr. 2
11/06
7:00
900 IE
350
350
"0" betekent
injectie volledig
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
nr. 3
12/06
7:00
900 IE
350
350
"0" betekent
injectie volledig
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid .
150
..met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
nr. 3
12/06
7:00
900 IE
N.v.t.
150
"0" betekent
injectie volledig
Opmerking:
Op de pen van 150 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 150 I.E. instellen;
op de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
3.
•
•
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
Was uw handen met water en zeep.
Zoek een schone plaats en een
vlak oppervlak
op.
Controleer de
uiterste houdbaarheidsdatum
op het etiket van de pen.
•
219
•
Verzamel alles wat u nodig heeft en leg het klaar:
1. Dosisinstellingsknop
2.
Dosisterugkoppelings-
venster
3. Plunjerzuiger
4. Reservoirhouder
5.
6.
7.
8.
Naaldaansluiting met
schroefdraad
Dop van de pen
Lostrekbare verzegeling
Verwijderbare naald
9. Binnenbescherming naald
10. Buitendop naald
11. Alcoholdoekjes
12. Container voor scherp afval
4.
4.1.
4.2.
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
Verwijder de dop van de pen.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster op “0” staat.
4.3.
Maak uw naald klaar voor injectie
•
Neem een nieuwe naald - gebruik
uitsluitend de meegeleverde
naalden “voor eenmalig gebruik”.
•
Houd de buitendop van de naald
stevig vast.
•
Controleer of de lostrekbare
verzegeling op de buitendop van
de naald niet beschadigd is of los
zit:
•
Verwijder de lostrekbare
verzegeling.
Voorbeeld van een goede
verzegeling
Voorbeeld van een slechte
verzegeling
220
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als de lostrekbare verzegeling beschadigd is of los zit, mag u de naald niet gebruiken. Gooi de
naald weg in een container voor scherp afval. Neem een nieuwe naald.
4.4.
Bevestig de naald
•
Schroef de tip met schroefdraad van de GONAL-f voorgevulde pen in de buitendop van
de naald totdat u een lichte weerstand voelt.
Waarschuwing:
Bevestig de naald niet te strak; daardoor kan de naald na de injectie moeilijk te
verwijderen zijn.
•
•
•
Verwijder de buitendop van de naald door er voorzichtig
aan te trekken.
Bewaar deze om later weer te
gebruiken.
Houd de GONAL-f voorgevulde pen vast met de naald
omhoog gericht.
Verwijder de groene binnenbescherming voorzichtig en
gooi deze weg.
4.5.
Kijk goed naar de punt van de naald of er kleine druppeltjes vloeistof zijn
•
Als u kleine druppeltjes vloeistof ziet, gaat u verder
bij
rubriek 5: De dosis instellen die uw arts heeft
voorgeschreven.
Waarschuwing:
Controleer
ALLEEN
de
EERSTE
KEER
dat u een nieuwe GONAL-f voorgevulde
pen gebruikt, op druppeltjes om lucht uit het
systeem te verwijderen.
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als u geen kleine druppeltjes op of vlak bij de punt van de naald ziet
de eerste keer
dat u een
nieuwe pen gebruikt, moet u de stappen op de volgende pagina uitvoeren.
221
Als u geen kleine druppeltjes vloeistof op of vlak bij de punt ziet de eerste keer dat u een nieuwe
pen gebruikt, gaat u als volgt te werk:
1.
Draai de dosisinstellingsknop voorzichtig rechtsom totdat u
25
in het
dosisterugkoppelingsvenster ziet staan. U kunt de dosisinstellingsknop terugdraaien als u deze
voorbij 25 heeft gedraaid.
2.
3.
4.
5.
6.
Houd de pen vast met de naald omhoog gericht.
Tik zacht tegen de reservoirhouder.
Duw de
dosisinstellingsknop
zo ver mogelijk
in. Er verschijnt een druppeltje vloeistof aan de
punt van de naald.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster “0” aangeeft.
Ga verder bij rubriek 5:
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven.
5.
5.1.
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
De pen bevat 900 I.E. follitropine alfa.
•
Op de pen van 900 I.E. kunt u een
maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
De kleinste enkelvoudige dosis die u kunt instellen, is 12,5 I.E. en de dosis kan worden
verhoogd in stappen van 12,5 I.E.
Draai de dosisinstellingsknop totdat uw benodigde dosis in het
dosisterugkoppelingsvenster wordt weergegeven
5.2.
•
Draai de dosisinstellingsknop
verder
om een
hogere dosis te kiezen
•
Draai de dosisinstellingsknop
terug
om de dosis
te corrigeren
222
5.3.
Stel de dosis in die uw arts heeft voorgeschreven (in het voorbeeld dat getoond wordt in de
afbeelding is dat 50 I.E.).
Waarschuwing:
Controleer, voordat u verder gaat met de volgende stap, of uw
volledige
voorgeschreven dosis
in het dosisterugkoppelingsvenster wordt
weergegeven.
6.
6.1.
De dosis injecteren
Kies een injectieplaats in het gebied dat uw arts of
verpleegkundige u heeft aangegeven voor de injectie.
Kies, om irritatie van de huid tot een minimum te beperken,
elke dag een andere injectieplaats.
Reinig de huid door deze met een alcoholdoekje schoon te vegen.
Controleer nogmaals of de juiste dosis wordt weergegeven in het
dosisterugkoppelingsvenster.
Injecteer de dosis volgens de instructies van uw arts of verpleegkundige.
•
Duw de naald langzaam volledig in de huid (1).
Injectiegebied
6.2.
6.3.
6.4.
•
•
•
•
•
Duw de dosisinstellingsknop zo ver mogelijk in
en houd deze vast om de volledige injectie te
voltooien.
Houd de dosisinstellingsknop ten minste
5 seconden ingedrukt om er zeker van te zijn dat
u de volledige dosis injecteert (2). Hoe hoger de
dosis, hoe langer het duurt om deze te injecteren.
Het dosisgetal in het dosisterugkoppelingsvenster
springt terug op “0”.
Trek na ten minste 5 seconden de naald uit de
huid terwijl u de dosisinstellingsknop ingedrukt
houdt (3).
Laat de dosisinstellingsknop los.
Waarschuwing:
Zorg er altijd voor dat u voor elke
injectie een nieuwe naald gebruikt.
223
7.
7.1.
Na de injectie
Controleer of u een volledige injectie heeft gegeven
•
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster “0” aangeeft.
Waarschuwing:
Indien het
dosisterugkoppelingsvenster
een getal hoger dan “0” aangeeft,
betekent dit dat de GONAL-f voorgevulde pen leeg is en dat u niet uw
volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
7.2.
Voer een gedeeltelijke injectie uit (alleen indien nodig)
•
Het
dosisterugkoppelingsvenster
geeft de ontbrekende hoeveelheid aan die u moet
injecteren
met een nieuwe pen.
•
•
Herhaal rubriek 3
(“Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken”)
tot en
met rubriek 4
(“Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie”)
met
een tweede pen.
Stel
de dosis
in op
de ontbrekende hoeveelheid die u in het behandelingsdagboek heeft
genoteerd of het getal dat nog wordt weergegeven in het dosisterugkoppelingsvenster op
uw vorige pen en voer de injectie uit.
7.3.
Verwijder de naald na elke injectie
•
Plaats de buitendop van de naald op een vlak oppervlak.
•
Houd de GONAL-f voorgevulde pen stevig vast met één hand en
stop de naald in de buitendop van de naald.
•
Duw de naald met de dop erop vervolgens tegen een stevig
oppervlak totdat u een klik (“click”) hoort.
•
Pak de buitendop van de naald
vast en schroef de naald los
door hem
linksom te draaien.
Voer de gebruikte naald op een
veilige manier af.
Gebruik naalden die al gebruikt zijn nooit opnieuw. Deel naalden
nooit met anderen.
Zet de dop weer op de pen.
•
•
224
7.4.
De GONAL-f voorgevulde pen bewaren
LET OP:
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bewaar de pen nooit met de naald er nog op.
Verwijder de naald altijd van de GONAL-f voorgevulde pen voordat u de dop van de pen weer
op de pen doet.
•
•
Bewaar de pen op een veilige plaats in zijn oorspronkelijke verpakking.
Vraag uw apotheker hoe u de pen moet weggooien wanneer deze leeg is.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in
de vuilnisbak.
Waarschuwing:
8.
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen
2
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
900
IE/1,5 ml
1
Behandelings-
dag-
nummer
6
7
8
5
Voor-
Dosisterugkoppelingsvenster
geschreven
dosis
Ingestelde hoeveelheid
Weergegeven hoeveelheid na injectie
om te injecteren
/
:
900 IE
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
"0" betekent
injectie volledig
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
-
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
indien niet “0”, tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid ..........met nieuwe pen
/
/
:
:
900 IE
900 IE
/
:
900 IE
/
:
900 IE
/
:
900 IE
/
:
900 IE
/
:
900 IE
/
:
900 IE
/
:
900 IE
/
:
900 IE
/
:
900 IE
225
Opmerking: Op de pen van 150 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 150 I.E. instellen; op
de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
Deze gebruiksaanwijzing is voor het laatst goedgekeurd in
{MM/JJJJ}.
226
BIJLAGE I
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 75 I.E. poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke injectieflacon bevat 5,5 microgram follitropine alfa*, overeenkomend met 75 I.E. Elke ml van de
gereconstitueerde oplossing bevat 75 I.E.
* recombinant humaan follikelstimulerend hormoon (r-hFSH) geproduceerd door middel van
recombinant-DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese hamster (CHO cellen)
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie.
Uiterlijk van het poeder: witte gevriesdroogde pel et.
Uiterlijk van het oplosmiddel: heldere kleurloze oplossing.
De pH-waarde van de gereconstitueerde oplossing is 6,5-7,5.
4.
KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Bij volwassen vrouwen
·
Anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom) bij vrouwen die niet reageerden op
behandeling met clomifeencitraat.
·
Stimulering van multifolliculaire ontwikkeling bij vrouwen die superovulatie ondergaan ten
behoeve van conceptiehulptechnieken (ART) zoals in vitro fertilisatie (IVF), ´gamete
intra-fallopian transfer´ en ´zygote intra-fallopian transfer´.
·
GONAL-f in combinatie met een luteïniserend hormoonpreparaat (LH) wordt aanbevolen voor
de stimulatie van follikelgroei bij vrouwen met een ernstige LH- en FSH-deficiëntie. In
klinische onderzoeken werden deze omschreven met een endogene serum LH spiegel
< 1,2 I.E./l.
Bij volwassen mannen
·
GONAL-f is in combinatie met chorion gonadotropine (hCG) therapie geïndiceerd voor het
stimuleren van de spermatogenese bij mannen lijdende aan congenitaal of verworven
hypogonadotroop hypogonadisme.
4.2 Dosering en wijze van toediening
De behandeling met GONAL-f moet gestart worden onder toezicht van een arts die ervaren is in de
behandeling van fertiliteitsstoornissen.
Dosering
De aanbevolen doses voor GONAL-f zijn dezelfde als voor urinair FSH. De klinische onderzoeken
met GONAL-f geven aan dat de dagelijkse doseringen, toedieningsschema's en de procedures om de
behandeling te volgen niet zouden moeten verschillen van die, welke momenteel gebruikt worden voor
aangegeven te volgen.
Vergelijkende klinische studies hebben aangetoond dat patiënten gemiddeld een lagere cumulatieve
dosis en een kortere behandelperiode nodig hebben met GONAL-f vergeleken met urinair FSH.
Daarom wordt het geschikt geacht een lagere totale dosis GONAL-f te geven dan normaal gebruikt
wordt voor urinair FSH, niet al een om de follikelontwikkeling te optimaliseren, maar ook om het
risico op ongewenste ovariële hyperstimulatie te minimaliseren. Zie rubriek 5.1.
Vrouwen met anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom)
GONAL-f kan gegeven worden als een kuur van dagelijkse injecties. Bij menstruerende vrouwen dient
de behandeling te beginnen binnen de eerste 7 dagen van de menstruele cyclus.
Een behandelingsschema dat veelvuldig wordt gehanteerd begint met 75-150 I.E. FSH elke dag. Deze
dosis kan met tussenpozen van 7 of bij voorkeur 14 dagen met bij voorkeur 37,5 of 75 I.E. worden
verhoogd, indien nodig, om een voldoende, maar niet overmatige reactie te bewerkstelligen. De
behandeling dient nauwkeurig op de reactie van de individuele patiënt te worden afgestemd op basis
van meting van de follikelgrootte door middel van echografie en/of oestrogeensecretie. De maximale
dagdosis is meestal niet hoger dan 225 I.E. FSH. Indien na 4 weken behandeling onvoldoende reactie
waarneembaar is, dan dient deze cyclus te worden afgebroken; de patiënt dient dan een verdere
beoordeling te ondergaan, waarna zij de volgende cyclus kan beginnen met een hogere aanvangsdosis
dan die van de afgebroken cyclus.
Wanneer een optimale reactie is verkregen, dient een enkele injectie van 250 microgram recombinant
humaan chorion gonadotropine alfa (r-hCG) of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG te worden gegeven
24-48 uur na de laatste GONAL-f injectie. De patiënt wordt aangeraden om gemeenschap te hebben
zowel òp de dag van hCG toediening als de dag erna. Als alternatief kan intra-uteriene inseminatie
(IUI) worden uitgevoerd.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven (zie rubriek 4.4). De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een
lagere dosis dan die in de voorafgaande.
Vrouwen die ovariële stimulatie ondergaan voor meervoudige folliculaire ontwikkeling voorafgaande
aan in vitro-fertilisatie of andere conceptiehulptechnieken (ART)
Een vaak gebruikt behandelingsschema voor superovulatie bestaat uit de toediening van 150-225 I.E.
GONAL-f per dag, te beginnen op dag 2 of 3 van de cyclus. De behandeling wordt daarna voortgezet
totdat een adequate follikelgroei is verkregen (bepaald via de oestrogeenconcentraties in serum en/of
via echografie), waarbij de dosis wordt aangepast op geleide van de respons van de patiënt, over het
algemeen tot een maximum van 450 I.E. per dag. In het algemeen wordt een adequate follikelgroei
bereikt op gemiddeld de tiende behandelingsdag (spreiding van 5 tot 20 dagen).
24-48 uur na de laatste toediening van GONAL-f wordt een enkelvoudige injectie van 250 microgram
r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E. hCG toegediend, om volledige follikelrijping te
bewerkstelligen.
Onderdrukking door middel van een GnRH-agonist of -antagonist wordt thans gewoonlijk toegepast
om de endogene LH-piek te onderdrukken (´downreguleren´), en de verhoogde LH-spiegels onder
controle te houden. Het is gebruikelijk ongeveer 2 weken na het begin van de agonist-therapie met de
toediening van GONAL-f te beginnen, en met beide middelen voort te gaan tot een adequate
follikelgroei bereikt is. Bijvoorbeeld, na twee weken behandeling met een agonist wordt 150-225 I.E.
GONAL-f toegediend gedurende de eerste zeven dagen. Daarna wordt de dosis aangepast al
naargelang de ovariële respons.
Wijdverbreide ervaring met IVF laat zien dat in het algemeen het succes van de behandeling
gedurende de eerste vier pogingen stabiel blijft en daarna geleidelijk afneemt.
Het doel van de behandeling met GONAL-f, in combinatie met lutropine alfa, is het ontwikkelen van
een rijpe Graafse follikel waaruit de onbevruchte eicel wordt vrijgemaakt na toediening van humaan
chorion gonadotropine (hCG) bij vrouwen met een LH- en FSH-deficiëntie (hypogonadotroop
hypogonadisme). GONAL-f moet als een dagelijkse injectiekuur worden gegeven, samen met
lutropine alfa. Aangezien deze patiënten niet menstrueren en lage endogene oestrogeenspiegels hebben
kan de behandeling op elk gewenst ogenblik beginnen.
Een aanbevolen startdosering is 75 I.E. lutropine alfa samen met 75-150 I.E. FSH per dag. De
behandeling moet op basis van metingen van de follikelgrootte door middel van echografie en
oestrogeenrespons worden aangepast aan de reactie van de individuele patiënt.
Als een verhoging van de dosis FSH nodig wordt geacht, moet dit bij voorkeur worden gedaan met
tussenpozen van 7-14 dagen en bij voorkeur met een verhoging in stappen van 37,5-75 I.E. Het kan
aanvaardbaar zijn de duur van de stimulatie in enige cyclus tot vijf weken te verlengen.
Als een optimale respons is verkregen moet 24-48 uur na de laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa, een enkele injectie met 250 microgram r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E.
hCG toegediend worden. De patiënt wordt aangeraden op de dag van de hCG injectie en de volgende
dag gemeenschap te hebben. Als alternatief kan IUI worden uitgevoerd.
Ondersteuning in de luteale fase kan overwogen worden aangezien gebrek aan stoffen met luteotrope
werking (LH/hCG) na ovulatie kunnen resulteren in een vroegtijdig ten gronde gaan van het corpus
luteum.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven. De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een lagere dosis FSH
dan die in de voorafgaande cyclus.
Mannen met hypogonadotroop hypogonadisme
GONAL-f dient te worden gegeven in een dosis van 150 I.E. driemaal per week, gelijktijdig met hCG,
gedurende minimaal 4 maanden. Indien na afloop van deze periode de patiënt nog niet heeft
gereageerd, dan kan de combinatietherapie worden voortgezet. Klinische ervaring tot nu toe geeft aan
dat een behandelingsduur van minimaal 18 maanden nodig kan zijn om spermatogenese te
bewerkstelligen.
Bijzondere populaties
Ouderen
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij oudere patiënten. De veiligheid en werkzaamheid
van GONAL-f bij oudere patiënten zijn niet vastgesteld.
Nier- of leverfunctiestoornissen
De veiligheid, werkzaamheid en farmacokinetiek van GONAL-f bij patiënten met nier- of
leverfunctiestoornissen zijn niet vastgesteld.
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij pediatrische patiënten.
Wijze van toediening
GONAL-f is bedoeld voor subcutaan gebruik. De injectie moet elke dag op hetzelfde tijdstip worden
gegeven.
Zelf-toediening van GONAL-f dient al een te worden uitgevoerd door goed gemotiveerde en
voldoende geïnstrueerde patiënten die snel kunnen beschikken over deskundig advies.
De injectieplaats dient dagelijks te worden afgewisseld.
Voor instructies over reconstitutie en toediening van GONAL-f poeder en oplosmiddel voor oplossing
voor injectie, zie rubriek 6.6 en de bijsluiter.
4.3 Contra-indicaties
·
overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
·
tumoren van hypothalamus of hypofyse
·
vergroting van de ovaria of ovariumcysten niet als gevolg van polycysteus-ovariumsyndroom
·
gynaecologische bloedingen met onbekende oorzaak
·
ovarium-, uterus- of mammacarcinoom
GONAL-f mag niet worden toegediend in gevallen waarin geen effect kan worden verwacht, zoals:
·
primaire ovariuminsufficiëntie
·
misvormingen van de geslachtsorganen die zwangerschap onmogelijk maken
·
baarmoedermyomen die zwangerschap in de weg staan
·
primaire testesinsufficiëntie
4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Algemene aanbevelingen
GONAL-f is een krachtig gonadotroop middel dat milde tot ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, en
enkel gebruikt mag worden door artsen die grondig vertrouwd zijn met problemen van
onvruchtbaarheid en hun behandeling.
Behandeling met gonadotropine vereist een zekere beschikbaarheid van artsen en andere
gezondheidswerkers, evenals de gepaste faciliteiten voor opvolging van patiënten. Veilig en
doeltreffend gebruik van GONAL-f bij vrouwen vereist het volgen van de ovariële respons door
middel van echografie, alleen of liefst in combinatie met regelmatige bepalingen van
oestradiolspiegels in serum. Er bestaat een zekere mate van inter-patiënt variabiliteit voor wat betreft
de respons op FSH toediening, met weinig respons op FSH in sommige patiënten en een overmatige
respons bij anderen. Zowel bij mannen als vrouwen dient de laagste effectieve dosis, in verhouding tot
het behandelingsdoel, te worden gebruikt.
Porfyrie
Patiënten met porfyrie of met een familiale geschiedenis met porfyrie dienen nauw gecontroleerd te
worden tijdens de behandeling met GONAL-f. Achteruitgang of een eerste verschijnsel van deze
aandoening kan beëindiging van de behandeling vereisen.
Bij behandeling van vrouwen
Vóór de therapie moet de infertiliteit van de partners eenduidig vastgesteld zijn, en moeten
contra-indicaties voor zwangerschap zijn uitgesloten. In het bijzonder dienen patiënten onderzocht te
worden op hypothyreoïdie, bijnierschorsinsufficientie en hyperprolactinemie en adequaat specifiek
behandeld te worden.
onvruchtbaarheid of van ART procedures, kunnen ovariële vergroting ondervinden en ovariële
hyperstimulatie ontwikkelen. Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van
GONAL-f, tegelijkertijd met zorgvuldige controle van de behandeling zullen het risico hierop
beperken. Voor het op de juiste wijze interpreteren van indices van follikulaire ontwikkeling en rijping
dient de arts ervaren te zijn in het interpreteren van relevante tests.
In klinisch onderzoek is aangetoond dat de gevoeligheid van het ovarium voor GONAL-f toeneemt als
lutropine alfa wordt toegediend. Als een doseringsverhoging van FSH wenselijk wordt geacht moet dit
bij voorkeur met tussenpozen van 7-14 dagen gebeuren en met stapsgewijze dosisverhogingen van
37,5-75 I.E.
Een directe vergelijking tussen GONAL-f/LH en humaan menopauzaal gonadotropine (hMG) is niet
uitgevoerd. Een vergelijking met historische gegevens maakt aannemelijk dat de ovulatiesnelheid
welke wordt verkregen met GONAL-f/LH vergelijkbaar is met die verkregen met hMG.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Een bepaalde mate van ovariumvergroting is een te verwachten effect van gecontroleerde ovariële
stimulatie. Het wordt vaker gezien bij vrouwen met polycysteus-ovariumsyndroom en wordt
doorgaans minder zonder behandeling.
Anders dan bij ongecompliceerde ovariële vergroting, is OHSS een aandoening die zich kan
manifesteren in toenemende mate van ernst. Het omvat uitgesproken ovariële vergroting, hoge
geslachtssteroïdenspiegels, en een verhoogde vasculaire permeabiliteit die kan leiden tot een ophoping
van vocht in peritoneale, pleurale, en zelden, in pericardiale holten.
De volgende symptomatologie kan vóórkomen in ernstige gevallen van OHSS: buikpijn, opzetting van
de buik, ernstige ovariële vergroting, gewichtstoename, dyspneu, oligurie en gastrointestinale
symptomen zoals misselijkheid, braken en diarree. Klinisch onderzoek kan hypovolemie aantonen,
hemoconcentratie, elektrolytstoornissen, ascites, hemoperitoneum, pleurale vochtuitstortingen,
hydrothorax of acuut longlijden. Zeer zelden kan ernstige OHSS gecompliceerd worden door
gedraaide eileiders of trombo-embolische voorvallen zoals longembolie, ischemische beroerte of
myocardinfarct.
Onafhankelijke risicofactoren voor het ontwikkelen van OHSS zijn polycysteus-ovariumsyndroom,
hoge absolute of snel stijgende serumspiegels van oestradiol (bv. > 900 pg/ml of > 3.300 pmol/l bij
anovulatie; > 3.000 pg/ml of > 11.000 pmol/l bij ART) en een groot aantal ontwikkelende ovariële
follikels (bv. > 3 follikels met een diameter van 14 mm bij anovulatie; 20 follikels met een
diameter van 12 mm bij ART).
Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van GONAL-f kan het risico van
ovariële hyperstimulatie tot een minimum beperken (zie rubrieken 4.2 en 4.8). Het monitoren van de
stimulatiecycli met zowel echografie als oestradiolbepalingen wordt aangeraden om risicofactoren in
een vroeg stadium te herkennen.
Er zijn tekenen die erop wijzen dat hCG een sleutelrol speelt bij het ontstaan van OHSS en dat het
syndroom ernstiger kan zijn of langer kan aanhouden in geval van zwangerschap. Het is daarom aan te
raden dat geen hCG wordt toegediend indien zich tekenen voordoen van ovariële hyperstimulatie,
zoals een serum-oestradiolspiegel van > 5.500 pg/ml of > 20.200 pmol/l en/of in totaal 40 follikels,
en dat de patiënt wordt geadviseerd ten minste 4 dagen geen gemeenschap te hebben of
barrière-contraceptiemethoden te gebruiken. OHSS kan snel (binnen 24 uur) of in enkele dagen
ontwikkelen en een ernstige medische aandoening worden. Meestal treedt het op nadat een
hormonenbehandeling is stopgezet en bereikt het zijn hoogtepunt ongeveer zeven tot tien dagen na de
behandeling. Daarom dienen patiënten ten minste gedurende 2 weken na de hCG-toediening gevolgd
te worden.
verminderen.
Lichte of matige OHSS verdwijnt doorgaans spontaan. In geval van ernstige OHSS, wordt aangeraden
om de gonadotropinebehandeling te onderbreken, als zij nog gaande was, en om de patiënt in een
ziekenhuis op te nemen en specifieke behandeling te starten.
Meerlingzwangerschap
Bij patiënten bij wie ovulatie-inductie wordt toegepast, treden meerlingzwangerschappen vaker op dan
bij vrouwen bij wie de zwangerschap op natuurlijke wijze tot stand is gebracht. De meerderheid van
de meerlingen zijn tweelingen. Bij meerlingzwangerschap, in het bijzonder die van grote orde, bestaat
een verhoogde kans op ongewenste maternale en perinatale uitkomsten.
Om de kans op meerlingzwangerschap zo klein mogelijk te houden is het aanbevolen de ovariële
respons zorgvuldig te volgen.
De kans op meerlingzwangerschappen na toepassing van conceptiehulptechnieken (ART) hangt samen
met het aantal teruggeplaatste embryo's, de kwaliteit hiervan en de leeftijd van de patiënt.
Patiënten dienen vóór de behandeling te worden ingelicht omtrent het risico op meerlinggeboortes.
Zwangerschapsafbreking
Het percentage zwangerschapsafbreking door miskraam of spontane abortus is hoger bij patiënten die
stimulering van follikelgroei ondergaan voor ovulatie-inductie of ART dan na natuurlijke bevruchting.
Extra-uteriene zwangerschap
Vrouwen met een voorgeschiedenis van aandoeningen ter hoogte van de eileiders, hebben een
verhoogd risico op extra-uteriene zwangerschap, ongeacht of de zwangerschap natuurlijk tot stand
kwam of na vruchtbaarheidsbehandeling. Het optreden van extra-uteriene zwangerschap na ART bleek
vaker voor te komen dan bij de algemene bevolking.
Tumoren van het voortplantingssysteem
Er zijn gevallen gerapporteerd van zowel goedaardige als kwaadaardige tumoren van de ovaria of
andere delen van het voortplantingsstelsel, bij vrouwen die veelvuldige behandelingen kregen voor
onvruchtbaarheid. Het is nog niet duidelijk of behandeling met gonadotropinen het risico voor dit
soort tumoren verhoogt bij onvruchtbare vrouwen.
Congenitale afwijkingen
Het vóórkomen van congenitale afwijkingen na ART kan iets hoger zijn dan na gewone conceptie.
Men veronderstelt dat dit komt door verschillen in de eigenschappen van de ouders (bijvoorbeeld de
leeftijd van de moeder, eigenschappen van het sperma) en meerlingzwangerschappen.
Trombo-embolische voorvallen
Bij vrouwen met recente of nog aanwezige trombo-embolische aandoeningen of bij vrouwen met
algemeen erkende risicofactoren voor het ontstaan van trombo-embolische voorvallen, zoals een eigen
of familiegeschiedenis, kan bij behandeling met gonadotropinen het risico van het verergeren of het
optreden van dergelijke voorvallen verder toenemen. Bij deze vrouwen dient een afweging te worden
gemaakt van de voordelen van gonadotropinebehandeling en de nadelen daarvan. Het dient echter te
worden opgemerkt dat zowel zwangerschap zelf als OHSS ook een toename van het risico van
trombo-embolische voorvallen met zich meebrengen.
Bij behandeling van mannen
Een verhoogde concentratie endogeen FSH wijst op primaire testesinsufficiëntie. Patiënten bij wie dit
wordt geconstateerd, reageren niet op de combinatie GONAL-f/hCG. GONAL-f mag niet worden
gebruikt wanneer geen effectieve respons kan worden verkregen.
6 maanden na het begin van de behandeling aanbevolen.
Natriumgehalte
Gonal-f bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Gelijktijdig gebruik van GONAL-f en andere ovulatiestimulerende geneesmiddelen (bv. hCG,
clomifeencitraat) kan de folliculaire respons potentiëren. Wanneer overigens tegelijkertijd een
GnRH-agonist of -antagonist wordt gebruikt om de hypofyse te desensitiseren, kan een hogere dosis
van GONAL-f nodig zijn om een adequate ovariële respons te bereiken. Geen klinisch belangrijke
interacties met andere geneesmiddelen zijn gemeld tijdens behandeling met GONAL-f.
4.6 Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er is geen indicatie voor het gebruik van GONAL-f tijdens de zwangerschap. Gegevens die afkomstig
zijn van een beperkt aantal blootgestelde zwangerschappen (minder dan
300 zwangerschapsuitkomsten) duiden erop dat follitropine alfa niet misvormend of foetaal/neonataal
toxisch is.
In dierstudies is geen teratogeen effect waargenomen (zie rubriek 5.3).
In geval van blootstelling tijdens de zwangerschap, zijn er onvoldoende klinische gegevens om een
teratogeen effect van GONAL-f uit te sluiten.
Borstvoeding
GONAL-f is niet geïndiceerd tijdens het geven van borstvoeding.
Vruchtbaarheid
GONAL-f is geïndiceerd voor gebruik bij onvruchtbaarheid (zie rubriek 4.1).
4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
GONAL-f heeft naar verwachting geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het
vermogen om machines te bedienen.
4.8 Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn hoofdpijn, ovariumcysten en reacties op de injectieplaats (bv.
pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie op de injectieplaats).
Licht of matig ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS) is vaak gemeld en dient te worden
beschouwd als een intrinsiek risico van de stimulatieprocedure. Ernstig OHSS komt soms voor (zie
rubriek 4.4).
Trombo-embolie kan zeer zelden optreden (zie rubriek 4.4).
De volgende definities zijn van toepassing op de hieronder gebruikte frequentieterminologie: zeer
vaak ( 1/10), vaak ( 1/100, < 1/10), soms ( 1/1.000, < 1/100), zelden ( 1/10.000, < 1/1.000), zeer
zelden (< 1/10.000).
Behandeling bij vrouwen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak:
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Zeer zelden:
Trombo-embolie (zowel in verband met als afzonderlijk van OHSS)
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak:
Buikpijn, opgezette buik, buikklachten, misselijkheid, braken, diarree
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Zeer vaak:
Ovariumcysten
Vaak:
Mild tot matig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie)
Soms:
Ernstig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie) (zie rubriek 4.4)
Zelden:
Complicatie van ernstig OHSS
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Behandeling bij mannen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak:
Acne
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Vaak:
Gynaecomastie, varicocele
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Onderzoeken
Vaak:
Gewichtstoename
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.
4.9 Overdosering
De effecten van een overdosering met GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin bestaat de mogelijkheid
dat OHSS optreedt (zie rubriek 4.4).
5.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: geslachtshormonen en modulatoren van het genitale stelsel,
gonadotropinen, ATC-code: G03GA05.
Het belangrijkste effect van parenterale toediening van FSH bij vrouwen is de ontwikkeling van rijpe
Graafse follikels. Bij vrouwen met anovulatie is het doel van behandeling met GONAL-f de
ontwikkeling van een enkele rijpe Graafse follikel, waaruit na toediening van hCG een eicel vrijkomt.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij vrouwen
In klinische onderzoeken werden patiënten met ernstige FSH- en LH-deficiëntie omschreven met een
endogene serum LH-spiegel van < 1,2 I.E./l, gemeten in een centraal laboratorium. Er moet echter
rekening gehouden worden met het feit dat LH-bepalingen tussen verschil ende laboratoria kunnen
verschillen.
In klinische studies die r-hFSH (follitropine alfa) en urinair FSH vergelijken bij ART (zie
onderstaande tabel) en bij ovulatie-inductie, was GONAL-f effectiever dan urinair FSH, aangezien een
lagere dosis en kortere behandelperiode nodig zijn om follikelrijping te initiëren.
Bij ART resulteerde GONAL-f met een lagere totale dosis en kortere behandelperiode dan urinair FSH
in een hoger aantal gewonnen oöcyten, vergeleken met urinair FSH.
Tabel: Resultaten van studie GF 8407 (gerandomiseerde studie met parallelle groepen die
werkzaamheid en veiligheid vergelijkt van GONAL-f met die van urinair FSH bij ART)
GONAL-f
urinair FSH
(n = 130)
(n = 116)
Aantal gewonnen oöcyten
11,0 ± 5,9
8,8 ± 4,8
Benodigde dagen FSH-stimulatie
11,7 ± 1,9
14,5 ± 3,3
Totale benodigde dosis FSH (aantal FSH
27,6 ± 10,2
40,7 ± 13,6
75 I.E. ampullen)
Behoefte de dosis te verhogen (%)
56,2
85,3
Verschillen tussen de 2 groepen waren statistisch significant (p< 0,05) voor alle genoemde criteria.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij mannen
Bij mannen, met een tekort aan FSH, induceert GONAL-f de spermatogenese, indien toegediend in
combinatie met hCG gedurende ten minste 4 maanden.
Na intraveneuze toediening wordt follitropine alfa verdeeld over de extracellulaire vloeistof met een
initiële halfwaardetijd van ongeveer 2 uur. Het wordt geëlimineerd met een eindhalfwaardetijd van
ongeveer 1 dag. Het steady-state verdelingsvolume en de totale lichaamsklaring zijn respectievelijk
10 l en 0,6 l/uur. Eén achtste deel van de dosis follitropine alfa wordt in de urine uitgescheiden.
Na subcutane toediening is de absolute biologische beschikbaarheid ongeveer 70%. Na herhaalde
toediening van follitropine alfa wordt binnen 3-4 dagen een drievoudige steady-state concentratie
bereikt. Bij vrouwen wier endogene gonadotropinensecretie onderdrukt is, blijkt follitropine alfa op
effectieve wijze de follikelrijping en de steroïdgenese te stimuleren, ondanks onmeetbaar lage
LH-spiegels.
5.3 Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij eenmalige en herhaalde dosering en
genotoxiciteit, aanvullend op wat al eerder is gemeld in andere rubrieken van deze SmPC.
Verminderde fertiliteit is gerapporteerd bij ratten blootgesteld aan farmacologische doses van
follitropine alfa ( 40 I.E./kg/dag) gedurende langere tijd, door een afgenomen fecunditeit.
Toegediend in hoge doses ( 5 I.E./kg/dag) veroorzaakte follitropine alfa een afname van het aantal
levensvatbare foetussen zonder teratogeen te zijn, en dystokie overeenkomend met die gezien op
urinair menopauzaal gonadotropine (hMG). Gezien het feit dat GONAL-f bij zwangerschap niet mag
worden gebruikt zijn deze gegevens van beperkte klinische relevantie.
6.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
6.1 Lijst van hulpstoffen
Poeder
Sucrose
Natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat
Dinatriumfosfaat-dihydraat
Methionine
Polysorbaat 20
Fosforzuur, geconcentreerd
Natriumhydroxide
Oplosmiddel
Water voor injecties
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Dit geneesmiddel mag niet gemengd worden met andere geneesmiddelen dan die vermeld zijn in
rubriek 6.6.
6.3 Houdbaarheid
3 jaar.
Voor direct en eenmalig gebruik na opening en reconstitutie.
Bewaren beneden 25°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
6.5 Aard en inhoud van de verpakking
GONAL-f wordt geleverd als poeder en oplosmiddel voor injectie. Het poeder is verpakt in 3 ml
injectieflacons (type I glas) met rubberen stop (bromobutylrubber) en afneembare aluminium dop. Het
1 ml oplosmiddel voor reconstitutie wordt geleverd in 1 ml voorgevulde spuiten (type I glas) met een
rubberen stop.
Het geneesmiddel wordt geleverd in verpakkingen van 1, 5 of 10 injectieflacon(s) met 1, 5 of
10 voorgevulde spuiten met oplosmiddel.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Uitsluitend voor eenmalig gebruik.
GONAL-f moet voor gebruik met het oplosmiddel worden gereconstitueerd (zie rubriek 'Hoe bereidt
u het GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe gebruikt u het?' in de bijsluiter).
GONAL-f mag gereconstitueerd worden met lutropine-alfa oplossing en samen als een enkele injectie
worden toegediend. Hiertoe wordt eerst lutropine-alfa gereconstitueerd waarna deze oplossing wordt
gebruikt om het GONAL-f poeder op te lossen.
Onderzoeken hebben aangetoond dat gelijktijdige toediening met lutropine-alfa de eigenschappen met
betrekking tot de werking, houdbaarheid, farmacokinetiek en farmacodynamiek van de werkzame
bestanddelen niet significant wijzigt.
De gereconstitueerde oplossing mag niet toegediend worden indien die deeltjes bevat of niet helder is.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
8.
NUMMERS VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/025
EU/1/95/001/026
EU/1/95/001/027
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 oktober 1995
Datum van laatste verlenging: 20 oktober 2010
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke multidoseringsinjectieflacon bevat 87 microgram follitropine alfa* (overeenkomend met
1.200 I.E.), om 77 microgram te leveren (overeenkomend met 1.050 I.E.) in 0,75 ml. Elke ml van de
gereconstitueerde oplossing bevat 600 I.E.
* recombinant humaan follikelstimulerend hormoon (r-hFSH) geproduceerd door middel van
recombinant-DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese hamster (CHO cellen)
Hulpstof met bekend effect: De gereconstitueerde oplossing bevat 9,45 mg benzylalcohol per ml.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie.
Uiterlijk van het poeder: witte gevriesdroogde pel et.
Uiterlijk van het oplosmiddel: heldere kleurloze oplossing.
De pH-waarde van de gereconstitueerde oplossing is 6,5-7,5.
4.
KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Bij volwassen vrouwen
·
Anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom) bij vrouwen die niet reageerden op
behandeling met clomifeencitraat.
·
Stimulering van multifolliculaire ontwikkeling bij vrouwen die superovulatie ondergaan ten
behoeve van conceptiehulptechnieken (ART) zoals in vitro fertilisatie (IVF), ´gamete
intra-fallopian transfer´ en ´zygote intra-fallopian transfer´.
·
GONAL-f in combinatie met een luteïniserend hormoonpreparaat (LH) wordt aanbevolen voor
de stimulatie van follikelgroei bij vrouwen met een ernstige LH- en FSH-deficiëntie. In
klinische onderzoeken werden deze omschreven met een endogene serum LH spiegel
< 1,2 I.E./l.
Bij volwassen mannen
·
GONAL-f is in combinatie met chorion gonadotropine (hCG) therapie geïndiceerd voor het
stimuleren van de spermatogenese bij mannen lijdende aan congenitaal of verworven
hypogonadotroop hypogonadisme.
4.2 Dosering en wijze van toediening
De behandeling met GONAL-f moet gestart worden onder toezicht van een arts die ervaren is in de
behandeling van fertiliteitsstoornissen.
De aanbevolen doses voor GONAL-f zijn dezelfde als voor urinair FSH. De klinische onderzoeken
met GONAL-f geven aan dat de dagelijkse doseringen, toedieningsschema's en de procedures om de
behandeling te volgen niet zouden moeten verschillen van die, welke momenteel gebruikt worden voor
de geneesmiddelen met urinair FSH. Geadviseerd wordt de aanbevolen startdoseringen zoals hieronder
aangegeven te volgen.
Vergelijkende klinische studies hebben aangetoond dat patiënten gemiddeld een lagere cumulatieve
dosis en een kortere behandelperiode nodig hebben met GONAL-f vergeleken met urinair FSH.
Daarom wordt het geschikt geacht een lagere totale dosis GONAL-f te geven dan normaal gebruikt
wordt voor urinair FSH, niet al een om de follikelontwikkeling te optimaliseren, maar ook om het
risico op ongewenste ovariële hyperstimulatie te minimaliseren. Zie rubriek 5.1.
Bio-equivalentie is aangetoond tussen gelijke doses voor de eenmalige dosering en voor de
meervoudige dosering van GONAL-f.
De volgende tabel vermeldt het volume dat moet worden toegediend om de voorgeschreven dosis te
kunnen leveren:
Dosis (I.E.)
Volume dat moet worden
geïnjecteerd (ml)
75
0,13
150
0,25
225
0,38
300
0,50
375
0,63
450
0,75
Vrouwen met anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom)
GONAL-f kan gegeven worden als een kuur van dagelijkse injecties. Bij menstruerende vrouwen dient
de behandeling te beginnen binnen de eerste 7 dagen van de menstruele cyclus.
Een behandelingsschema dat veelvuldig wordt gehanteerd begint met 75-150 I.E. FSH elke dag. Deze
dosis kan met tussenpozen van 7 of bij voorkeur 14 dagen met bij voorkeur 37,5 of 75 I.E. worden
verhoogd, indien nodig, om een voldoende, maar niet overmatige reactie te bewerkstelligen. De
behandeling dient nauwkeurig op de reactie van de individuele patiënt te worden afgestemd op basis
van meting van de follikelgrootte door middel van echografie en/of oestrogeensecretie. De maximale
dagdosis is meestal niet hoger dan 225 I.E. FSH. Indien na 4 weken behandeling onvoldoende reactie
waarneembaar is, dan dient deze cyclus te worden afgebroken; de patiënt dient dan een verdere
beoordeling te ondergaan, waarna zij de volgende cyclus kan beginnen met een hogere aanvangsdosis
dan die van de afgebroken cyclus.
Wanneer een optimale reactie is verkregen, dient een enkele injectie van 250 microgram recombinant
humaan chorion gonadotropine alfa (r-hCG) of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG te worden gegeven
24-48 uur na de laatste GONAL-f injectie. De patiënt wordt aangeraden om gemeenschap te hebben
zowel òp de dag van hCG toediening als de dag erna. Als alternatief kan intra-uteriene inseminatie
(IUI) worden uitgevoerd.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven (zie rubriek 4.4). De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een
lagere dosis dan die in de voorafgaande.
Vrouwen die ovariële stimulatie ondergaan voor meervoudige folliculaire ontwikkeling voorafgaande
aan in vitro-fertilisatie of andere conceptiehulptechnieken (ART)
Een vaak gebruikt behandelingsschema voor superovulatie bestaat uit de toediening van 150-225 I.E.
GONAL-f per dag, te beginnen op dag 2 of 3 van de cyclus. De behandeling wordt daarna voortgezet
totdat een adequate follikelgroei is verkregen (bepaald via de oestrogeenconcentraties in serum en/of
algemeen tot een maximum van 450 I.E. per dag. In het algemeen wordt een adequate follikelgroei
bereikt op gemiddeld de tiende behandelingsdag (spreiding van 5 tot 20 dagen).
24-48 uur na de laatste toediening van GONAL-f wordt een enkelvoudige injectie van 250 microgram
r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E. hCG toegediend, om volledige follikelrijping te
bewerkstelligen.
Onderdrukking door middel van een GnRH-agonist of -antagonist wordt thans gewoonlijk toegepast
om de endogene LH-piek te onderdrukken (´downreguleren´), en de verhoogde LH-spiegels onder
controle te houden. Het is gebruikelijk ongeveer 2 weken na het begin van de agonist-therapie met de
toediening van GONAL-f te beginnen, en met beide middelen voort te gaan tot een adequate
follikelgroei bereikt is. Bijvoorbeeld, na twee weken behandeling met een agonist wordt 150-225 I.E.
GONAL-f toegediend gedurende de eerste zeven dagen. Daarna wordt de dosis aangepast al
naargelang de ovariële respons.
Wijdverbreide ervaring met IVF laat zien dat in het algemeen het succes van de behandeling
gedurende de eerste vier pogingen stabiel blijft en daarna geleidelijk afneemt.
Vrouwen met anovulatie ten gevolge van ernstige LH- en FSH-deficiëntie
Het doel van de behandeling met GONAL-f, in combinatie met lutropine alfa, is het ontwikkelen van
een rijpe Graafse follikel waaruit de onbevruchte eicel wordt vrijgemaakt na toediening van humaan
chorion gonadotropine (hCG) bij vrouwen met een LH- en FSH-deficiëntie (hypogonadotroop
hypogonadisme). GONAL-f moet als een dagelijkse injectiekuur worden gegeven, samen met
lutropine alfa. Aangezien deze patiënten niet menstrueren en lage endogene oestrogeenspiegels hebben
kan de behandeling op elk gewenst ogenblik beginnen.
Een aanbevolen startdosering is 75 I.E. lutropine alfa samen met 75-150 I.E. FSH per dag. De
behandeling moet op basis van metingen van de follikelgrootte door middel van echografie en
oestrogeenrespons worden aangepast aan de reactie van de individuele patiënt.
Als een verhoging van de dosis FSH nodig wordt geacht, moet dit bij voorkeur worden gedaan met
tussenpozen van 7-14 dagen en bij voorkeur met een verhoging in stappen van 37,5-75 I.E. Het kan
aanvaardbaar zijn de duur van de stimulatie in enige cyclus tot vijf weken te verlengen.
Als een optimale respons is verkregen moet 24-48 uur na de laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa, een enkele injectie met 250 microgram r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E.
hCG toegediend worden. De patiënt wordt aangeraden op de dag van de hCG injectie en de volgende
dag gemeenschap te hebben. Als alternatief kan IUI worden uitgevoerd.
Ondersteuning in de luteale fase kan overwogen worden aangezien gebrek aan stoffen met luteotrope
werking (LH/hCG) na ovulatie kunnen resulteren in een vroegtijdig ten gronde gaan van het corpus
luteum.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven. De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een lagere dosis FSH
dan die in de voorafgaande cyclus.
Mannen met hypogonadotroop hypogonadisme
GONAL-f dient te worden gegeven in een dosis van 150 I.E. driemaal per week, gelijktijdig met hCG,
gedurende minimaal 4 maanden. Indien na afloop van deze periode de patiënt nog niet heeft
gereageerd, dan kan de combinatietherapie worden voortgezet. Klinische ervaring tot nu toe geeft aan
dat een behandelingsduur van minimaal 18 maanden nodig kan zijn om spermatogenese te
bewerkstelligen.
Ouderen
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij oudere patiënten. De veiligheid en werkzaamheid
van GONAL-f bij oudere patiënten zijn niet vastgesteld.
Nier- of leverfunctiestoornissen
De veiligheid, werkzaamheid en farmacokinetiek van GONAL-f bij patiënten met nier- of
leverfunctiestoornissen zijn niet vastgesteld.
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij pediatrische patiënten.
Wijze van toediening
GONAL-f is bedoeld voor subcutaan gebruik. De injectie moet elke dag op hetzelfde tijdstip worden
gegeven.
De eerste injectie met GONAL-f moet onder direct medisch toezicht worden toegediend.
Zelf-toediening van GONAL-f dient alleen te worden uitgevoerd door goed gemotiveerde en
voldoende geïnstrueerde patiënten die snel kunnen beschikken over deskundig advies.
Aangezien GONAL-f multidosering bedoeld is voor meervoudige injecties, dienen er duidelijke
instructies aan de patiënten gegeven te worden om verkeerd gebruik van de multidoseringspresentatie
te voorkomen.
Omdat benzylalcohol een lokale reactie kan veroorzaken mag niet dezelfde injectieplaats op
achtereenvolgende dagen worden gebruikt.
Afzonderlijke gereconstitueerde injectieflacons zijn uitsluitend voor gebruik bij één patiënt bedoeld.
Voor instructies over reconstitutie en toediening van GONAL-f poeder en oplosmiddel voor oplossing
voor injectie, zie rubriek 6.6 en de bijsluiter.
4.3 Contra-indicaties
·
overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
·
tumoren van hypothalamus of hypofyse
·
vergroting van de ovaria of ovariumcysten niet als gevolg van polycysteus-ovariumsyndroom
·
gynaecologische bloedingen met onbekende oorzaak
·
ovarium-, uterus- of mammacarcinoom
GONAL-f mag niet worden toegediend in gevallen waarin geen effect kan worden verwacht, zoals:
·
primaire ovariuminsufficiëntie
·
misvormingen van de geslachtsorganen die zwangerschap onmogelijk maken
·
baarmoedermyomen die zwangerschap in de weg staan
·
primaire testesinsufficiëntie
4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
GONAL-f is een krachtig gonadotroop middel dat milde tot ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, en
enkel gebruikt mag worden door artsen die grondig vertrouwd zijn met problemen van
onvruchtbaarheid en hun behandeling.
Behandeling met gonadotropine vereist een zekere beschikbaarheid van artsen en andere
gezondheidswerkers, evenals de gepaste faciliteiten voor opvolging van patiënten. Veilig en
doeltreffend gebruik van GONAL-f bij vrouwen vereist het volgen van de ovariële respons door
middel van echografie, alleen of liefst in combinatie met regelmatige bepalingen van
oestradiolspiegels in serum. Er bestaat een zekere mate van inter-patiënt variabiliteit voor wat betreft
de respons op FSH toediening, met weinig respons op FSH in sommige patiënten en een overmatige
respons bij anderen. Zowel bij mannen als vrouwen dient de laagste effectieve dosis, in verhouding tot
het behandelingsdoel, te worden gebruikt.
Porfyrie
Patiënten met porfyrie of met een familiale geschiedenis met porfyrie dienen nauw gecontroleerd te
worden tijdens de behandeling met GONAL-f. Achteruitgang of een eerste verschijnsel van deze
aandoening kan beëindiging van de behandeling vereisen.
Bij behandeling van vrouwen
Vóór de therapie moet de infertiliteit van de partners eenduidig vastgesteld zijn, en moeten
contra-indicaties voor zwangerschap zijn uitgesloten. In het bijzonder dienen patiënten onderzocht te
worden op hypothyreoïdie, bijnierschorsinsufficientie en hyperprolactinemie en adequaat specifiek
behandeld te worden.
Patiënten bij wie stimulering van follikelgroei wordt toegepast, hetzij als behandeling van anovulatoire
onvruchtbaarheid of van ART procedures, kunnen ovariële vergroting ondervinden en ovariële
hyperstimulatie ontwikkelen. Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van
GONAL-f, tegelijkertijd met zorgvuldige controle van de behandeling zullen het risico hierop
beperken. Voor het op de juiste wijze interpreteren van indices van follikulaire ontwikkeling en rijping
dient de arts ervaren te zijn in het interpreteren van relevante tests.
In klinisch onderzoek is aangetoond dat de gevoeligheid van het ovarium voor GONAL-f toeneemt als
lutropine alfa wordt toegediend. Als een doseringsverhoging van FSH wenselijk wordt geacht moet dit
bij voorkeur met tussenpozen van 7-14 dagen gebeuren en met stapsgewijze dosisverhogingen van
37,5-75 I.E.
Een directe vergelijking tussen GONAL-f/LH en humaan menopauzaal gonadotropine (hMG) is niet
uitgevoerd. Een vergelijking met historische gegevens maakt aannemelijk dat de ovulatiesnelheid
welke wordt verkregen met GONAL-f/LH vergelijkbaar is met die verkregen met hMG.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Een bepaalde mate van ovariumvergroting is een te verwachten effect van gecontroleerde ovariële
stimulatie. Het wordt vaker gezien bij vrouwen met polycysteus-ovariumsyndroom en wordt
doorgaans minder zonder behandeling.
Anders dan bij ongecompliceerde ovariële vergroting, is OHSS een aandoening die zich kan
manifesteren in toenemende mate van ernst. Het omvat uitgesproken ovariële vergroting, hoge
geslachtssteroïdenspiegels, en een verhoogde vasculaire permeabiliteit die kan leiden tot een ophoping
van vocht in peritoneale, pleurale, en zelden, in pericardiale holten.
De volgende symptomatologie kan vóórkomen in ernstige gevallen van OHSS: buikpijn, opzetting van
de buik, ernstige ovariële vergroting, gewichtstoename, dyspneu, oligurie en gastrointestinale
symptomen zoals misselijkheid, braken en diarree. Klinisch onderzoek kan hypovolemie aantonen,
hydrothorax of acuut longlijden. Zeer zelden kan ernstige OHSS gecompliceerd worden door
gedraaide eileiders of trombo-embolische voorvallen zoals longembolie, ischemische beroerte of
myocardinfarct.
Onafhankelijke risicofactoren voor het ontwikkelen van OHSS zijn polycysteus-ovariumsyndroom,
hoge absolute of snel stijgende serumspiegels van oestradiol (bv. > 900 pg/ml of > 3.300 pmol/l bij
anovulatie; > 3.000 pg/ml of > 11.000 pmol/l bij ART) en een groot aantal ontwikkelende ovariële
follikels (bv. > 3 follikels met een diameter van 14 mm bij anovulatie; 20 follikels met een
diameter van 12 mm bij ART).
Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van GONAL-f kan het risico van
ovariële hyperstimulatie tot een minimum beperken (zie rubrieken 4.2 en 4.8). Het monitoren van de
stimulatiecycli met zowel echografie als oestradiolbepalingen wordt aangeraden om risicofactoren in
een vroeg stadium te herkennen.
Er zijn tekenen die erop wijzen dat hCG een sleutelrol speelt bij het ontstaan van OHSS en dat het
syndroom ernstiger kan zijn of langer kan aanhouden in geval van zwangerschap. Het is daarom aan te
raden dat geen hCG wordt toegediend indien zich tekenen voordoen van ovariële hyperstimulatie,
zoals een serum-oestradiolspiegel van > 5.500 pg/ml of > 20.200 pmol/l en/of in totaal 40 follikels,
en dat de patiënt wordt geadviseerd ten minste 4 dagen geen gemeenschap te hebben of
barrière-contraceptiemethoden te gebruiken. OHSS kan snel (binnen 24 uur) of in enkele dagen
ontwikkelen en een ernstige medische aandoening worden. Meestal treedt het op nadat een
hormonenbehandeling is stopgezet en bereikt het zijn hoogtepunt ongeveer zeven tot tien dagen na de
behandeling. Daarom dienen patiënten ten minste gedurende 2 weken na de hCG-toediening gevolgd
te worden.
Bij ART kan echter aspiratie van alle follikels vóór ovulatie het vóórkomen van hyperstimulatie
verminderen.
Lichte of matige OHSS verdwijnt doorgaans spontaan. In geval van ernstige OHSS, wordt aangeraden
om de gonadotropinebehandeling te onderbreken, als zij nog gaande was, en om de patiënt in een
ziekenhuis op te nemen en specifieke behandeling te starten.
Meerlingzwangerschap
Bij patiënten bij wie ovulatie-inductie wordt toegepast, treden meerlingzwangerschappen vaker op dan
bij vrouwen bij wie de zwangerschap op natuurlijke wijze tot stand is gebracht. De meerderheid van
de meerlingen zijn tweelingen. Bij meerlingzwangerschap, in het bijzonder die van grote orde, bestaat
een verhoogde kans op ongewenste maternale en perinatale uitkomsten.
Om de kans op meerlingzwangerschap zo klein mogelijk te houden is het aanbevolen de ovariële
respons zorgvuldig te volgen.
De kans op meerlingzwangerschappen na toepassing van conceptiehulptechnieken (ART) hangt samen
met het aantal teruggeplaatste embryo's, de kwaliteit hiervan en de leeftijd van de patiënt.
Patiënten dienen vóór de behandeling te worden ingelicht omtrent het risico op meerlinggeboortes.
Zwangerschapsafbreking
Het percentage zwangerschapsafbreking door miskraam of spontane abortus is hoger bij patiënten die
stimulering van follikelgroei ondergaan voor ovulatie-inductie of ART dan na natuurlijke bevruchting.
Extra-uteriene zwangerschap
Vrouwen met een voorgeschiedenis van aandoeningen ter hoogte van de eileiders, hebben een
verhoogd risico op extra-uteriene zwangerschap, ongeacht of de zwangerschap natuurlijk tot stand
kwam of na vruchtbaarheidsbehandeling. Het optreden van extra-uteriene zwangerschap na ART bleek
vaker voor te komen dan bij de algemene bevolking.
Er zijn gevallen gerapporteerd van zowel goedaardige als kwaadaardige tumoren van de ovaria of
andere delen van het voortplantingsstelsel, bij vrouwen die veelvuldige behandelingen kregen voor
onvruchtbaarheid. Het is nog niet duidelijk of behandeling met gonadotropinen het risico voor dit
soort tumoren verhoogt bij onvruchtbare vrouwen.
Congenitale afwijkingen
Het vóórkomen van congenitale afwijkingen na ART kan iets hoger zijn dan na gewone conceptie.
Men veronderstelt dat dit komt door verschillen in de eigenschappen van de ouders (bijvoorbeeld de
leeftijd van de moeder, eigenschappen van het sperma) en meerlingzwangerschappen.
Trombo-embolische voorvallen
Bij vrouwen met recente of nog aanwezige trombo-embolische aandoeningen of bij vrouwen met
algemeen erkende risicofactoren voor het ontstaan van trombo-embolische voorvallen, zoals een eigen
of familiegeschiedenis, kan bij behandeling met gonadotropinen het risico van het verergeren of het
optreden van dergelijke voorvallen verder toenemen. Bij deze vrouwen dient een afweging te worden
gemaakt van de voordelen van gonadotropinebehandeling en de nadelen daarvan. Het dient echter te
worden opgemerkt dat zowel zwangerschap zelf als OHSS ook een toename van het risico van
trombo-embolische voorvallen met zich meebrengen.
Bij behandeling van mannen
Een verhoogde concentratie endogeen FSH wijst op primaire testesinsufficiëntie. Patiënten bij wie dit
wordt geconstateerd, reageren niet op de combinatie GONAL-f/hCG. GONAL-f mag niet worden
gebruikt wanneer geen effectieve respons kan worden verkregen.
Als onderdeel van de evaluatie van het effect van de behandeling wordt sperma-analyse 4 tot
6 maanden na het begin van de behandeling aanbevolen.
Natriumgehalte
Gonal-f bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
Oplosmiddel dat benzylalcohol bevat.
Na reconstitutie met het meegeleverde oplosmiddel bevat dit middel 1,23 mg benzylalcohol in elke
dosis van 75 I.E., overeenkomend met 9,45 mg/ml. Benzylalcohol kan allergische reacties
veroorzaken.
4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Gelijktijdig gebruik van GONAL-f en andere ovulatiestimulerende geneesmiddelen (bv. hCG,
clomifeencitraat) kan de folliculaire respons potentiëren. Wanneer overigens tegelijkertijd een
GnRH-agonist of -antagonist wordt gebruikt om de hypofyse te desensitiseren, kan een hogere dosis
van GONAL-f nodig zijn om een adequate ovariële respons te bereiken. Geen klinisch belangrijke
interacties met andere geneesmiddelen zijn gemeld tijdens behandeling met GONAL-f.
4.6 Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er is geen indicatie voor het gebruik van GONAL-f tijdens de zwangerschap. Gegevens die afkomstig
zijn van een beperkt aantal blootgestelde zwangerschappen (minder dan
300 zwangerschapsuitkomsten) duiden erop dat follitropine alfa niet misvormend of foetaal/neonataal
toxisch is.
In geval van blootstelling tijdens de zwangerschap, zijn er onvoldoende klinische gegevens om een
teratogeen effect van GONAL-f uit te sluiten.
Borstvoeding
GONAL-f is niet geïndiceerd tijdens het geven van borstvoeding.
Vruchtbaarheid
GONAL-f is geïndiceerd voor gebruik bij onvruchtbaarheid (zie rubriek 4.1).
4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
GONAL-f heeft naar verwachting geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het
vermogen om machines te bedienen.
4.8 Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn hoofdpijn, ovariumcysten en reacties op de injectieplaats (bv.
pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie op de injectieplaats).
Licht of matig ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS) is vaak gemeld en dient te worden
beschouwd als een intrinsiek risico van de stimulatieprocedure. Ernstig OHSS komt soms voor (zie
rubriek 4.4).
Trombo-embolie kan zeer zelden optreden (zie rubriek 4.4).
Lijst van bijwerkingen
De volgende definities zijn van toepassing op de hieronder gebruikte frequentieterminologie: zeer
vaak ( 1/10), vaak ( 1/100, < 1/10), soms ( 1/1.000, < 1/100), zelden ( 1/10.000, < 1/1.000), zeer
zelden (< 1/10.000).
Behandeling bij vrouwen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak:
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Zeer zelden:
Trombo-embolie (zowel in verband met als afzonderlijk van OHSS)
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak:
Buikpijn, opgezette buik, buikklachten, misselijkheid, braken, diarree
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Zeer vaak:
Ovariumcysten
Mild tot matig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie)
Soms:
Ernstig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie) (zie rubriek 4.4)
Zelden:
Complicatie van ernstig OHSS
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Behandeling bij mannen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak:
Acne
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Vaak:
Gynaecomastie, varicocele
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Onderzoeken
Vaak:
Gewichtstoename
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.
4.9 Overdosering
De effecten van een overdosering met GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin bestaat de mogelijkheid
dat OHSS optreedt (zie rubriek 4.4).
5.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: geslachtshormonen en modulatoren van het genitale stelsel,
gonadotropinen, ATC-code: G03GA05.
Het belangrijkste effect van parenterale toediening van FSH bij vrouwen is de ontwikkeling van rijpe
Graafse follikels. Bij vrouwen met anovulatie is het doel van behandeling met GONAL-f de
ontwikkeling van een enkele rijpe Graafse follikel, waaruit na toediening van hCG een eicel vrijkomt.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij vrouwen
In klinische onderzoeken werden patiënten met ernstige FSH- en LH-deficiëntie omschreven met een
endogene serum LH-spiegel van < 1,2 I.E./l, gemeten in een centraal laboratorium. Er moet echter
verschillen.
In klinische studies die r-hFSH (follitropine alfa) en urinair FSH vergelijken bij ART (zie
onderstaande tabel) en bij ovulatie-inductie, was GONAL-f effectiever dan urinair FSH, aangezien een
lagere dosis en kortere behandelperiode nodig zijn om follikelrijping te initiëren.
Bij ART resulteerde GONAL-f met een lagere totale dosis en kortere behandelperiode dan urinair FSH
in een hoger aantal gewonnen oöcyten, vergeleken met urinair FSH.
Tabel: Resultaten van studie GF 8407 (gerandomiseerde studie met parallelle groepen die
werkzaamheid en veiligheid vergelijkt van GONAL-f met die van urinair FSH bij ART)
GONAL-f
urinair FSH
(n = 130)
(n = 116)
Aantal gewonnen oöcyten
11,0 ± 5,9
8,8 ± 4,8
Benodigde dagen FSH-stimulatie
11,7 ± 1,9
14,5 ± 3,3
Totale benodigde dosis FSH (aantal FSH
27,6 ± 10,2
40,7 ± 13,6
75 I.E. ampullen)
Behoefte de dosis te verhogen (%)
56,2
85,3
Verschillen tussen de 2 groepen waren statistisch significant (p< 0,05) voor alle genoemde criteria.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij mannen
Bij mannen, met een tekort aan FSH, induceert GONAL-f de spermatogenese, indien toegediend in
combinatie met hCG gedurende ten minste 4 maanden.
5.2 Farmacokinetische eigenschappen
Na intraveneuze toediening wordt follitropine alfa verdeeld over de extracellulaire vloeistof met een
initiële halfwaardetijd van ongeveer 2 uur. Het wordt geëlimineerd met een eindhalfwaardetijd van
ongeveer 1 dag. Het steady-state verdelingsvolume en de totale lichaamsklaring zijn respectievelijk
10 l en 0,6 l/uur. Eén achtste deel van de dosis follitropine alfa wordt in de urine uitgescheiden.
Na subcutane toediening is de absolute biologische beschikbaarheid ongeveer 70%. Na herhaalde
toediening van follitropine alfa wordt binnen 3-4 dagen een drievoudige steady-state concentratie
bereikt. Bij vrouwen wier endogene gonadotropinensecretie onderdrukt is, blijkt follitropine alfa op
effectieve wijze de follikelrijping en de steroïdgenese te stimuleren, ondanks onmeetbaar lage
LH-spiegels.
5.3 Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij eenmalige en herhaalde dosering en
genotoxiciteit, aanvullend op wat al eerder is gemeld in andere rubrieken van deze SmPC.
De toedieningsvorm gereconstitueerd met 0,9% benzylalcohol en 0,9% benzylalcohol alleen
resulteerde bij konijnen, na eenmalige subcutane injectie, in een lichte hemorragie en subacute
ontsteking. Na een eenmalige intramusculaire injectie werden lichte ontsteking en degeneratieve
veranderingen gezien.
Verminderde fertiliteit is gerapporteerd bij ratten blootgesteld aan farmacologische doses van
follitropine alfa ( 40 I.E./kg/dag) gedurende langere tijd, door een afgenomen fecunditeit.
Toegediend in hoge doses ( 5 I.E./kg/dag) veroorzaakte follitropine alfa een afname van het aantal
levensvatbare foetussen zonder teratogeen te zijn, en dystokie overeenkomend met die gezien op
worden gebruikt zijn deze gegevens van beperkte klinische relevantie.
6.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
6.1 Lijst van hulpstoffen
Poeder
Sucrose
Natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat
Dinatriumfosfaat-dihydraat
Fosforzuur, geconcentreerd
Natriumhydroxide
Oplosmiddel
Water voor injecties
Benzylalcohol
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere
geneesmiddelen gemengd worden.
6.3 Houdbaarheid
2 jaar.
De gereconstitueerde oplossing is 28 dagen houdbaar bij of beneden 25°C.
6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Voorafgaand aan de reconstitutie: Bewaren beneden 25°C. Bewaren in de oorspronkelijke verpakking
ter bescherming tegen licht.
Na reconstitutie: Bewaren beneden 25°C. Niet in de vriezer bewaren. Bewaren in de oorspronkelijke
verpakking ter bescherming tegen licht.
6.5 Aard en inhoud van de verpakking
GONAL-f wordt geleverd als poeder en oplosmiddel voor injectie. Het poeder is verpakt in 3 ml
injectieflacons (type I glas) met rubberen stop (bromobutylrubber) en afneembare aluminium dop. Het
oplosmiddel voor reconstitutie is verpakt in 2 ml voorgevulde spuiten (type I glas) met een rubberen
stop. Spuiten voor toediening, gemaakt van polypropyleen en voorzien van een vaste naald van
roestvrij staal, worden eveneens meegeleverd.
Het geneesmiddel wordt geleverd in een verpakking van 1 injectieflacon met poeder, 1 voorgevulde
spuit met oplosmiddel voor reconstitutie en 15 wegwerpspuiten voor toediening met een schaal in
FSH-eenheden.
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder dient voor gebruik met de 2 ml bijgeleverde oplosmiddel worden
opgelost.
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder dient niet te worden gereconstitueerd met andere GONAL-f
verpakkingen.
De voorgevulde spuit met oplosmiddel dient alleen voor reconstitutie gebruikt te worden en dient
daarna te worden vernietigd overeenkomstig lokale voorschriften. Spuiten met een schaal in
FSH-eenheden worden in de GONAL-f multidoseringsverpakking meegeleverd. In plaats van deze
spuiten kan een 1 ml spuit, met een ml schaal en een vaste naald voor subcutane toediening gebruikt
worden (zie rubriek 'Hoe bereidt u het GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe gebruikt u het?' in de
bijsluiter).
De gereconstitueerde oplossing mag niet toegediend worden indien die deeltjes bevat of niet helder is.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
8.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/021
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 oktober 1995
Datum van laatste verlenging: 20 oktober 2010
10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke multidoseringsinjectieflacon bevat 44 microgram follitropine alfa* (overeenkomend met
600 I.E.), om 33 microgram te leveren (overeenkomend met 450 I.E.) in 0,75 ml. Elke ml van de
gereconstitueerde oplossing bevat 600 I.E.
* recombinant humaan follikelstimulerend hormoon (r-hFSH) geproduceerd door middel van
recombinant-DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese hamster (CHO cellen)
Hulpstof met bekend effect: De gereconstitueerde oplossing bevat 9,45 mg benzylalcohol per ml.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie.
Uiterlijk van het poeder: witte gevriesdroogde pel et.
Uiterlijk van het oplosmiddel: heldere kleurloze oplossing.
De pH-waarde van de gereconstitueerde oplossing is 6,5-7,5.
4.
KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Bij volwassen vrouwen
·
Anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom) bij vrouwen die niet reageerden op
behandeling met clomifeencitraat.
·
Stimulering van multifolliculaire ontwikkeling bij vrouwen die superovulatie ondergaan ten
behoeve van conceptiehulptechnieken (ART) zoals in vitro fertilisatie (IVF), ´gamete
intra-fallopian transfer´ en ´zygote intra-fallopian transfer´.
·
GONAL-f in combinatie met een luteïniserend hormoonpreparaat (LH) wordt aanbevolen voor
de stimulatie van follikelgroei bij vrouwen met een ernstige LH- en FSH-deficiëntie. In
klinische onderzoeken werden deze omschreven met een endogene serum LH spiegel
< 1,2 I.E./l.
Bij volwassen mannen
·
GONAL-f is in combinatie met chorion gonadotropine (hCG) therapie geïndiceerd voor het
stimuleren van de spermatogenese bij mannen lijdende aan congenitaal of verworven
hypogonadotroop hypogonadisme.
4.2 Dosering en wijze van toediening
De behandeling met GONAL-f moet gestart worden onder toezicht van een arts die ervaren is in de
behandeling van fertiliteitsstoornissen.
De aanbevolen doses voor GONAL-f zijn dezelfde als voor urinair FSH. De klinische onderzoeken
met GONAL-f geven aan dat de dagelijkse doseringen, toedieningsschema's en de procedures om de
behandeling te volgen niet zouden moeten verschillen van die, welke momenteel gebruikt worden voor
de geneesmiddelen met urinair FSH. Geadviseerd wordt de aanbevolen startdoseringen zoals hieronder
aangegeven te volgen.
Vergelijkende klinische studies hebben aangetoond dat patiënten gemiddeld een lagere cumulatieve
dosis en een kortere behandelperiode nodig hebben met GONAL-f vergeleken met urinair FSH.
Daarom wordt het geschikt geacht een lagere totale dosis GONAL-f te geven dan normaal gebruikt
wordt voor urinair FSH, niet alleen om de follikelontwikkeling te optimaliseren, maar ook om het
risico op ongewenste ovariële hyperstimulatie te minimaliseren. Zie rubriek 5.1.
Bio-equivalentie is aangetoond tussen gelijke doses voor de eenmalige dosering en voor de
meervoudige dosering van GONAL-f.
De volgende tabel vermeldt het volume dat moet worden toegediend om de voorgeschreven dosis te
kunnen leveren:
Dosis (I.E.)
Volume dat moet worden
geïnjecteerd (ml)
75
0,13
150
0,25
225
0,38
300
0,50
375
0,63
450
0,75
Vrouwen met anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom)
GONAL-f kan gegeven worden als een kuur van dagelijkse injecties. Bij menstruerende vrouwen dient
de behandeling te beginnen binnen de eerste 7 dagen van de menstruele cyclus.
Een behandelingsschema dat veelvuldig wordt gehanteerd begint met 75-150 I.E. FSH elke dag. Deze
dosis kan met tussenpozen van 7 of bij voorkeur 14 dagen met bij voorkeur 37,5 of 75 I.E. worden
verhoogd, indien nodig, om een voldoende, maar niet overmatige reactie te bewerkstelligen. De
behandeling dient nauwkeurig op de reactie van de individuele patiënt te worden afgestemd op basis
van meting van de follikelgrootte door middel van echografie en/of oestrogeensecretie. De maximale
dagdosis is meestal niet hoger dan 225 I.E. FSH. Indien na 4 weken behandeling onvoldoende reactie
waarneembaar is, dan dient deze cyclus te worden afgebroken; de patiënt dient dan een verdere
beoordeling te ondergaan, waarna zij de volgende cyclus kan beginnen met een hogere aanvangsdosis
dan die van de afgebroken cyclus.
Wanneer een optimale reactie is verkregen, dient een enkele injectie van 250 microgram recombinant
humaan chorion gonadotropine alfa (r-hCG) of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG te worden gegeven
24-48 uur na de laatste GONAL-f injectie. De patiënt wordt aangeraden om gemeenschap te hebben
zowel òp de dag van hCG toediening als de dag erna. Als alternatief kan intra-uteriene inseminatie
(IUI) worden uitgevoerd.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven (zie rubriek 4.4). De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een
lagere dosis dan die in de voorafgaande.
Vrouwen die ovariële stimulatie ondergaan voor meervoudige folliculaire ontwikkeling voorafgaande
aan in vitro-fertilisatie of andere conceptiehulptechnieken (ART)
Een vaak gebruikt behandelingsschema voor superovulatie bestaat uit de toediening van 150-225 I.E.
GONAL-f per dag, te beginnen op dag 2 of 3 van de cyclus. De behandeling wordt daarna voortgezet
totdat een adequate follikelgroei is verkregen (bepaald via de oestrogeenconcentraties in serum en/of
algemeen tot een maximum van 450 I.E. per dag. In het algemeen wordt een adequate follikelgroei
bereikt op gemiddeld de tiende behandelingsdag (spreiding van 5 tot 20 dagen).
24-48 uur na de laatste toediening van GONAL-f wordt een enkelvoudige injectie van 250 microgram
r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E. hCG toegediend, om volledige follikelrijping te
bewerkstelligen.
Onderdrukking door middel van een GnRH-agonist of -antagonist wordt thans gewoonlijk toegepast
om de endogene LH-piek te onderdrukken (´downreguleren´), en de verhoogde LH-spiegels onder
controle te houden. Het is gebruikelijk ongeveer 2 weken na het begin van de agonist-therapie met de
toediening van GONAL-f te beginnen, en met beide middelen voort te gaan tot een adequate
follikelgroei bereikt is. Bijvoorbeeld, na twee weken behandeling met een agonist wordt 150-225 I.E.
GONAL-f toegediend gedurende de eerste zeven dagen. Daarna wordt de dosis aangepast al
naargelang de ovariële respons.
Wijdverbreide ervaring met IVF laat zien dat in het algemeen het succes van de behandeling
gedurende de eerste vier pogingen stabiel blijft en daarna geleidelijk afneemt.
Vrouwen met anovulatie ten gevolge van ernstige LH- en FSH-deficiëntie
Het doel van de behandeling met GONAL-f, in combinatie met lutropine alfa, is het ontwikkelen van
een rijpe Graafse follikel waaruit de onbevruchte eicel wordt vrijgemaakt na toediening van humaan
chorion gonadotropine (hCG) bij vrouwen met een LH- en FSH-deficiëntie (hypogonadotroop
hypogonadisme). GONAL-f moet als een dagelijkse injectiekuur worden gegeven, samen met
lutropine alfa. Aangezien deze patiënten niet menstrueren en lage endogene oestrogeenspiegels hebben
kan de behandeling op elk gewenst ogenblik beginnen.
Een aanbevolen startdosering is 75 I.E. lutropine alfa samen met 75-150 I.E. FSH per dag. De
behandeling moet op basis van metingen van de follikelgrootte door middel van echografie en
oestrogeenrespons worden aangepast aan de reactie van de individuele patiënt.
Als een verhoging van de dosis FSH nodig wordt geacht, moet dit bij voorkeur worden gedaan met
tussenpozen van 7-14 dagen en bij voorkeur met een verhoging in stappen van 37,5-75 I.E. Het kan
aanvaardbaar zijn de duur van de stimulatie in enige cyclus tot vijf weken te verlengen.
Als een optimale respons is verkregen moet 24-48 uur na de laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa, een enkele injectie met 250 microgram r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E.
hCG toegediend worden. De patiënt wordt aangeraden op de dag van de hCG injectie en de volgende
dag gemeenschap te hebben. Als alternatief kan IUI worden uitgevoerd.
Ondersteuning in de luteale fase kan overwogen worden aangezien gebrek aan stoffen met luteotrope
werking (LH/hCG) na ovulatie kunnen resulteren in een vroegtijdig ten gronde gaan van het corpus
luteum.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven. De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een lagere dosis FSH
dan die in de voorafgaande cyclus.
Mannen met hypogonadotroop hypogonadisme
GONAL-f dient te worden gegeven in een dosis van 150 I.E. driemaal per week, gelijktijdig met hCG,
gedurende minimaal 4 maanden. Indien na afloop van deze periode de patiënt nog niet heeft
gereageerd, dan kan de combinatietherapie worden voortgezet. Klinische ervaring tot nu toe geeft aan
dat een behandelingsduur van minimaal 18 maanden nodig kan zijn om spermatogenese te
bewerkstelligen.
Ouderen
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij oudere patiënten. De veiligheid en werkzaamheid
van GONAL-f bij oudere patiënten zijn niet vastgesteld.
Nier- of leverfunctiestoornissen
De veiligheid, werkzaamheid en farmacokinetiek van GONAL-f bij patiënten met nier- of
leverfunctiestoornissen zijn niet vastgesteld.
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij pediatrische patiënten.
Wijze van toediening
GONAL-f is bedoeld voor subcutaan gebruik. De injectie moet elke dag op hetzelfde tijdstip worden
gegeven.
De eerste injectie met GONAL-f moet onder direct medisch toezicht worden toegediend.
Zelf-toediening van GONAL-f dient al een te worden uitgevoerd door goed gemotiveerde en
voldoende geïnstrueerde patiënten die snel kunnen beschikken over deskundig advies.
Aangezien GONAL-f multidosering bedoeld is voor meervoudige injecties, dienen er duidelijke
instructies aan de patiënten gegeven te worden om verkeerd gebruik van de multidoseringspresentatie
te voorkomen.
Omdat benzylalcohol een lokale reactie kan veroorzaken mag niet dezelfde injectieplaats op
achtereenvolgende dagen worden gebruikt.
Afzonderlijke gereconstitueerde injectieflacons zijn uitsluitend voor gebruik bij één patiënt bedoeld.
Voor instructies over reconstitutie en toediening van GONAL-f poeder en oplosmiddel voor oplossing
voor injectie, zie rubriek 6.6 en de bijsluiter.
4.3 Contra-indicaties
·
overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
·
tumoren van hypothalamus of hypofyse
·
vergroting van de ovaria of ovariumcysten niet als gevolg van polycysteus-ovariumsyndroom
·
gynaecologische bloedingen met onbekende oorzaak
·
ovarium-, uterus- of mammacarcinoom
GONAL-f mag niet worden toegediend in gevallen waarin geen effect kan worden verwacht, zoals:
·
primaire ovariuminsufficiëntie
·
misvormingen van de geslachtsorganen die zwangerschap onmogelijk maken
·
baarmoedermyomen die zwangerschap in de weg staan
·
primaire testesinsufficiëntie
4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
GONAL-f is een krachtig gonadotroop middel dat milde tot ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, en
enkel gebruikt mag worden door artsen die grondig vertrouwd zijn met problemen van
onvruchtbaarheid en hun behandeling.
Behandeling met gonadotropine vereist een zekere beschikbaarheid van artsen en andere
gezondheidswerkers, evenals de gepaste faciliteiten voor opvolging van patiënten. Veilig en
doeltreffend gebruik van GONAL-f bij vrouwen vereist het volgen van de ovariële respons door
middel van echografie, alleen of liefst in combinatie met regelmatige bepalingen van
oestradiolspiegels in serum. Er bestaat een zekere mate van inter-patiënt variabiliteit voor wat betreft
de respons op FSH toediening, met weinig respons op FSH in sommige patiënten en een overmatige
respons bij anderen. Zowel bij mannen als vrouwen dient de laagste effectieve dosis, in verhouding tot
het behandelingsdoel, te worden gebruikt.
Porfyrie
Patiënten met porfyrie of met een familiale geschiedenis met porfyrie dienen nauw gecontroleerd te
worden tijdens de behandeling met GONAL-f. Achteruitgang of een eerste verschijnsel van deze
aandoening kan beëindiging van de behandeling vereisen.
Bij behandeling van vrouwen
Vóór de therapie moet de infertiliteit van de partners eenduidig vastgesteld zijn, en moeten
contra-indicaties voor zwangerschap zijn uitgesloten. In het bijzonder dienen patiënten onderzocht te
worden op hypothyreoïdie, bijnierschorsinsufficientie en hyperprolactinemie en adequaat specifiek
behandeld te worden.
Patiënten bij wie stimulering van follikelgroei wordt toegepast, hetzij als behandeling van anovulatoire
onvruchtbaarheid of van ART procedures, kunnen ovariële vergroting ondervinden en ovariële
hyperstimulatie ontwikkelen. Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van
GONAL-f, tegelijkertijd met zorgvuldige controle van de behandeling zullen het risico hierop
beperken. Voor het op de juiste wijze interpreteren van indices van follikulaire ontwikkeling en rijping
dient de arts ervaren te zijn in het interpreteren van relevante tests.
In klinisch onderzoek is aangetoond dat de gevoeligheid van het ovarium voor GONAL-f toeneemt als
lutropine alfa wordt toegediend. Als een doseringsverhoging van FSH wenselijk wordt geacht moet dit
bij voorkeur met tussenpozen van 7-14 dagen gebeuren en met stapsgewijze dosisverhogingen van
37,5-75 I.E.
Een directe vergelijking tussen GONAL-f/LH en humaan menopauzaal gonadotropine (hMG) is niet
uitgevoerd. Een vergelijking met historische gegevens maakt aannemelijk dat de ovulatiesnelheid
welke wordt verkregen met GONAL-f/LH vergelijkbaar is met die verkregen met hMG.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Een bepaalde mate van ovariumvergroting is een te verwachten effect van gecontroleerde ovariële
stimulatie. Het wordt vaker gezien bij vrouwen met polycysteus-ovariumsyndroom en wordt
doorgaans minder zonder behandeling.
Anders dan bij ongecompliceerde ovariële vergroting, is OHSS een aandoening die zich kan
manifesteren in toenemende mate van ernst. Het omvat uitgesproken ovariële vergroting, hoge
geslachtssteroïdenspiegels, en een verhoogde vasculaire permeabiliteit die kan leiden tot een ophoping
van vocht in peritoneale, pleurale, en zelden, in pericardiale holten.
De volgende symptomatologie kan vóórkomen in ernstige gevallen van OHSS: buikpijn, opzetting van
de buik, ernstige ovariële vergroting, gewichtstoename, dyspneu, oligurie en gastrointestinale
symptomen zoals misselijkheid, braken en diarree. Klinisch onderzoek kan hypovolemie aantonen,
hydrothorax of acuut longlijden. Zeer zelden kan ernstige OHSS gecompliceerd worden door
gedraaide eileiders of trombo-embolische voorvallen zoals longembolie, ischemische beroerte of
myocardinfarct.
Onafhankelijke risicofactoren voor het ontwikkelen van OHSS zijn polycysteus-ovariumsyndroom,
hoge absolute of snel stijgende serumspiegels van oestradiol (bv. > 900 pg/ml of > 3.300 pmol/l bij
anovulatie; > 3.000 pg/ml of > 11.000 pmol/l bij ART) en een groot aantal ontwikkelende ovariële
follikels (bv. > 3 follikels met een diameter van 14 mm bij anovulatie; 20 follikels met een
diameter van 12 mm bij ART).
Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van GONAL-f kan het risico van
ovariële hyperstimulatie tot een minimum beperken (zie rubrieken 4.2 en 4.8). Het monitoren van de
stimulatiecycli met zowel echografie als oestradiolbepalingen wordt aangeraden om risicofactoren in
een vroeg stadium te herkennen.
Er zijn tekenen die erop wijzen dat hCG een sleutelrol speelt bij het ontstaan van OHSS en dat het
syndroom ernstiger kan zijn of langer kan aanhouden in geval van zwangerschap. Het is daarom aan te
raden dat geen hCG wordt toegediend indien zich tekenen voordoen van ovariële hyperstimulatie,
zoals een serum-oestradiolspiegel van > 5.500 pg/ml of > 20.200 pmol/l en/of in totaal 40 follikels,
en dat de patiënt wordt geadviseerd ten minste 4 dagen geen gemeenschap te hebben of
barrière-contraceptiemethoden te gebruiken. OHSS kan snel (binnen 24 uur) of in enkele dagen
ontwikkelen en een ernstige medische aandoening worden. Meestal treedt het op nadat een
hormonenbehandeling is stopgezet en bereikt het zijn hoogtepunt ongeveer zeven tot tien dagen na de
behandeling. Daarom dienen patiënten ten minste gedurende 2 weken na de hCG-toediening gevolgd
te worden.
Bij ART kan echter aspiratie van alle follikels vóór ovulatie het vóórkomen van hyperstimulatie
verminderen.
Lichte of matige OHSS verdwijnt doorgaans spontaan. In geval van ernstige OHSS, wordt aangeraden
om de gonadotropinebehandeling te onderbreken, als zij nog gaande was, en om de patiënt in een
ziekenhuis op te nemen en specifieke behandeling te starten.
Meerlingzwangerschap
Bij patiënten bij wie ovulatie-inductie wordt toegepast, treden meerlingzwangerschappen vaker op dan
bij vrouwen bij wie de zwangerschap op natuurlijke wijze tot stand is gebracht. De meerderheid van
de meerlingen zijn tweelingen. Bij meerlingzwangerschap, in het bijzonder die van grote orde, bestaat
een verhoogde kans op ongewenste maternale en perinatale uitkomsten.
Om de kans op meerlingzwangerschap zo klein mogelijk te houden is het aanbevolen de ovariële
respons zorgvuldig te volgen.
De kans op meerlingzwangerschappen na toepassing van conceptiehulptechnieken (ART) hangt samen
met het aantal teruggeplaatste embryo's, de kwaliteit hiervan en de leeftijd van de patiënt.
Patiënten dienen vóór de behandeling te worden ingelicht omtrent het risico op meerlinggeboortes.
Zwangerschapsafbreking
Het percentage zwangerschapsafbreking door miskraam of spontane abortus is hoger bij patiënten die
stimulering van follikelgroei ondergaan voor ovulatie-inductie of ART dan na natuurlijke bevruchting.
Extra-uteriene zwangerschap
Vrouwen met een voorgeschiedenis van aandoeningen ter hoogte van de eileiders, hebben een
verhoogd risico op extra-uteriene zwangerschap, ongeacht of de zwangerschap natuurlijk tot stand
kwam of na vruchtbaarheidsbehandeling. Het optreden van extra-uteriene zwangerschap na ART bleek
vaker voor te komen dan bij de algemene bevolking.
Er zijn gevallen gerapporteerd van zowel goedaardige als kwaadaardige tumoren van de ovaria of
andere delen van het voortplantingsstelsel, bij vrouwen die veelvuldige behandelingen kregen voor
onvruchtbaarheid. Het is nog niet duidelijk of behandeling met gonadotropinen het risico voor dit
soort tumoren verhoogt bij onvruchtbare vrouwen.
Congenitale afwijkingen
Het vóórkomen van congenitale afwijkingen na ART kan iets hoger zijn dan na gewone conceptie.
Men veronderstelt dat dit komt door verschillen in de eigenschappen van de ouders (bijvoorbeeld de
leeftijd van de moeder, eigenschappen van het sperma) en meerlingzwangerschappen.
Trombo-embolische voorvallen
Bij vrouwen met recente of nog aanwezige trombo-embolische aandoeningen of bij vrouwen met
algemeen erkende risicofactoren voor het ontstaan van trombo-embolische voorvallen, zoals een eigen
of familiegeschiedenis, kan bij behandeling met gonadotropinen het risico van het verergeren of het
optreden van dergelijke voorvallen verder toenemen. Bij deze vrouwen dient een afweging te worden
gemaakt van de voordelen van gonadotropinebehandeling en de nadelen daarvan. Het dient echter te
worden opgemerkt dat zowel zwangerschap zelf als OHSS ook een toename van het risico van
trombo-embolische voorvallen met zich meebrengen.
Bij behandeling van mannen
Een verhoogde concentratie endogeen FSH wijst op primaire testesinsufficiëntie. Patiënten bij wie dit
wordt geconstateerd, reageren niet op de combinatie GONAL-f/hCG. GONAL-f mag niet worden
gebruikt wanneer geen effectieve respons kan worden verkregen.
Als onderdeel van de evaluatie van het effect van de behandeling wordt sperma-analyse 4 tot
6 maanden na het begin van de behandeling aanbevolen.
Natriumgehalte
Gonal-f bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
Oplosmiddel dat benzylalcohol bevat.
Na reconstitutie met het meegeleverde oplosmiddel bevat dit middel 1,23 mg benzylalcohol in elke
dosis van 75 I.E., overeenkomend met 9,45 mg/ml. Benzylalcohol kan allergische reacties
veroorzaken.
4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Gelijktijdig gebruik van GONAL-f en andere ovulatiestimulerende geneesmiddelen (bv. hCG,
clomifeencitraat) kan de folliculaire respons potentiëren. Wanneer overigens tegelijkertijd een
GnRH-agonist of -antagonist wordt gebruikt om de hypofyse te desensitiseren, kan een hogere dosis
van GONAL-f nodig zijn om een adequate ovariële respons te bereiken. Geen klinisch belangrijke
interacties met andere geneesmiddelen zijn gemeld tijdens behandeling met GONAL-f.
4.6 Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er is geen indicatie voor het gebruik van GONAL-f tijdens de zwangerschap. Gegevens die afkomstig
zijn van een beperkt aantal blootgestelde zwangerschappen (minder dan
300 zwangerschapsuitkomsten) duiden erop dat follitropine alfa niet misvormend of foetaal/neonataal
toxisch is.
In geval van blootstelling tijdens de zwangerschap, zijn er onvoldoende klinische gegevens om een
teratogeen effect van GONAL-f uit te sluiten.
Borstvoeding
GONAL-f is niet geïndiceerd tijdens het geven van borstvoeding.
Vruchtbaarheid
GONAL-f is geïndiceerd voor gebruik bij onvruchtbaarheid (zie rubriek 4.1).
4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
GONAL-f heeft naar verwachting geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het
vermogen om machines te bedienen.
4.8 Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn hoofdpijn, ovariumcysten en reacties op de injectieplaats (bv.
pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie op de injectieplaats).
Licht of matig ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS) is vaak gemeld en dient te worden
beschouwd als een intrinsiek risico van de stimulatieprocedure. Ernstig OHSS komt soms voor (zie
rubriek 4.4).
Trombo-embolie kan zeer zelden optreden (zie rubriek 4.4).
Lijst van bijwerkingen
De volgende definities zijn van toepassing op de hieronder gebruikte frequentieterminologie: zeer
vaak ( 1/10), vaak ( 1/100, < 1/10), soms ( 1/1.000, < 1/100), zelden ( 1/10.000, < 1/1.000), zeer
zelden (< 1/10.000).
Behandeling bij vrouwen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak:
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Zeer zelden:
Trombo-embolie (zowel in verband met als afzonderlijk van OHSS)
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak:
Buikpijn, opgezette buik, buikklachten, misselijkheid, braken, diarree
Zeer vaak:
Ovariumcysten
Vaak:
Mild tot matig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie)
Soms:
Ernstig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie) (zie rubriek 4.4)
Zelden:
Complicatie van ernstig OHSS
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Behandeling bij mannen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak:
Acne
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Vaak:
Gynaecomastie, varicocele
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Onderzoeken
Vaak:
Gewichtstoename
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.
4.9 Overdosering
De effecten van een overdosering met GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin bestaat de mogelijkheid
dat OHSS optreedt (zie rubriek 4.4).
5.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: geslachtshormonen en modulatoren van het genitale stelsel,
gonadotropinen, ATC-code: G03GA05.
Het belangrijkste effect van parenterale toediening van FSH bij vrouwen is de ontwikkeling van rijpe
Graafse follikels. Bij vrouwen met anovulatie is het doel van behandeling met GONAL-f de
ontwikkeling van een enkele rijpe Graafse follikel, waaruit na toediening van hCG een eicel vrijkomt.
In klinische onderzoeken werden patiënten met ernstige FSH- en LH-deficiëntie omschreven met een
endogene serum LH-spiegel van < 1,2 I.E./l, gemeten in een centraal laboratorium. Er moet echter
rekening gehouden worden met het feit dat LH-bepalingen tussen verschil ende laboratoria kunnen
verschillen.
In klinische studies die r-hFSH (follitropine alfa) en urinair FSH vergelijken bij ART (zie
onderstaande tabel) en bij ovulatie-inductie, was GONAL-f effectiever dan urinair FSH, aangezien een
lagere dosis en kortere behandelperiode nodig zijn om follikelrijping te initiëren.
Bij ART resulteerde GONAL-f met een lagere totale dosis en kortere behandelperiode dan urinair FSH
in een hoger aantal gewonnen oöcyten, vergeleken met urinair FSH.
Tabel: Resultaten van studie GF 8407 (gerandomiseerde studie met parallelle groepen die
werkzaamheid en veiligheid vergelijkt van GONAL-f met die van urinair FSH bij ART)
GONAL-f
urinair FSH
(n = 130)
(n = 116)
Aantal gewonnen oöcyten
11,0 ± 5,9
8,8 ± 4,8
Benodigde dagen FSH-stimulatie
11,7 ± 1,9
14,5 ± 3,3
Totale benodigde dosis FSH (aantal FSH
27,6 ± 10,2
40,7 ± 13,6
75 I.E. ampullen)
Behoefte de dosis te verhogen (%)
56,2
85,3
Verschillen tussen de 2 groepen waren statistisch significant (p< 0,05) voor alle genoemde criteria.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij mannen
Bij mannen, met een tekort aan FSH, induceert GONAL-f de spermatogenese, indien toegediend in
combinatie met hCG gedurende ten minste 4 maanden.
5.2 Farmacokinetische eigenschappen
Na intraveneuze toediening wordt follitropine alfa verdeeld over de extracellulaire vloeistof met een
initiële halfwaardetijd van ongeveer 2 uur. Het wordt geëlimineerd met een eindhalfwaardetijd van
ongeveer 1 dag. Het steady-state verdelingsvolume en de totale lichaamsklaring zijn respectievelijk
10 l en 0,6 l/uur. Eén achtste deel van de dosis follitropine alfa wordt in de urine uitgescheiden.
Na subcutane toediening is de absolute biologische beschikbaarheid ongeveer 70%. Na herhaalde
toediening van follitropine alfa wordt binnen 3-4 dagen een drievoudige steady-state concentratie
bereikt. Bij vrouwen wier endogene gonadotropinensecretie onderdrukt is, blijkt follitropine alfa op
effectieve wijze de follikelrijping en de steroïdgenese te stimuleren, ondanks onmeetbaar lage
LH-spiegels.
5.3 Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij eenmalige en herhaalde dosering en
genotoxiciteit, aanvullend op wat al eerder is gemeld in andere rubrieken van deze SmPC.
De toedieningsvorm gereconstitueerd met 0,9% benzylalcohol en 0,9% benzylalcohol alleen
resulteerde bij konijnen, na eenmalige subcutane injectie, in een lichte hemorragie en subacute
ontsteking. Na een eenmalige intramusculaire injectie werden lichte ontsteking en degeneratieve
veranderingen gezien.
Verminderde fertiliteit is gerapporteerd bij ratten blootgesteld aan farmacologische doses van
follitropine alfa ( 40 I.E./kg/dag) gedurende langere tijd, door een afgenomen fecunditeit.
levensvatbare foetussen zonder teratogeen te zijn, en dystokie overeenkomend met die gezien op
urinair menopauzaal gonadotropine (hMG). Gezien het feit dat GONAL-f bij zwangerschap niet mag
worden gebruikt zijn deze gegevens van beperkte klinische relevantie.
6.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
6.1 Lijst van hulpstoffen
Poeder
Sucrose
Natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat
Dinatriumfosfaat-dihydraat
Fosforzuur, geconcentreerd
Natriumhydroxide
Oplosmiddel
Water voor injecties
Benzylalcohol
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere
geneesmiddelen gemengd worden.
6.3 Houdbaarheid
2 jaar.
De gereconstitueerde oplossing is 28 dagen houdbaar bij of beneden 25°C.
6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Voorafgaand aan de reconstitutie: Bewaren beneden 25°C. Bewaren in de oorspronkelijke verpakking
ter bescherming tegen licht.
Na reconstitutie: Bewaren beneden 25°C. Niet in de vriezer bewaren. Bewaren in de oorspronkelijke
verpakking ter bescherming tegen licht.
6.5 Aard en inhoud van de verpakking
GONAL-f wordt geleverd als poeder en oplosmiddel voor injectie. Het poeder is verpakt in 3 ml
injectieflacons (type I glas) met rubberen stop (bromobutylrubber) en afneembare aluminium dop. Het
oplosmiddel voor reconstitutie is verpakt in 1 ml voorgevulde spuiten (type I glas) met een rubberen
stop. Spuiten voor toediening, gemaakt van polypropyleen en voorzien van een vaste naald van
roestvrij staal, worden eveneens meegeleverd.
Het geneesmiddel wordt geleverd in een verpakking van 1 injectieflacon met poeder, 1 voorgevulde
spuit met oplosmiddel voor reconstitutie en 6 wegwerpspuiten voor toediening met een schaal in
FSH-eenheden.
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder moet voor gebruik met de 1 ml bijgeleverde oplosmiddel worden
opgelost.
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder mag niet worden gereconstitueerd met andere GONAL-f
verpakkingen.
De voorgevulde spuit met oplosmiddel mag al een voor reconstitutie gebruikt worden en dient daarna
te worden vernietigd overeenkomstig lokale voorschriften. Spuiten met een schaal in FSH-eenheden
worden in de GONAL-f multidoseringsverpakking meegeleverd. In plaats van deze spuiten kan een
1 ml spuit , met een ml schaal en een vaste naald voor subcutane toediening gebruikt worden (zie
rubriek 'Hoe bereidt u het GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe gebruikt u het?' in de bijsluiter).
De gereconstitueerde oplossing mag niet toegediend worden indien die deeltjes bevat of niet helder is.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
8.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/031
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 oktober 1995
Datum van laatste verlenging: 20 oktober 2010
10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 150 I.E./0,25 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke ml oplossing bevat 600 I.E. follitropine alfa* (overeenkomend met 44 microgram).
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 150 I.E. (overeenkomend met 11 microgram) in 0,25 ml.
* recombinant humaan follikelstimulerend hormoon (r-hFSH), geproduceerd door
recombinant-DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese Hamster (CHO cellen)
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
Heldere, kleurloze oplossing.
De pH-waarde van de oplossing is 6,7-7,3.
4.
KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Bij volwassen vrouwen
·
Anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom) bij vrouwen die niet reageerden op
behandeling met clomifeencitraat.
·
Stimulering van multifolliculaire ontwikkeling bij vrouwen die superovulatie ondergaan ten
behoeve van conceptiehulptechnieken (ART) zoals in vitro fertilisatie (IVF), ´gamete
intra-fallopian transfer´ en ´zygote intra-fallopian transfer´.
·
GONAL-f in combinatie met een luteïniserend hormoonpreparaat (LH) wordt aanbevolen voor
de stimulatie van follikelgroei bij vrouwen met een ernstige LH- en FSH-deficiëntie. In
klinische onderzoeken werden deze omschreven met een endogene serum LH spiegel
< 1,2 I.E./l.
Bij volwassen mannen
·
GONAL-f is in combinatie met chorion gonadotropine (hCG) therapie geïndiceerd voor het
stimuleren van de spermatogenese bij mannen lijdende aan congenitaal of verworven
hypogonadotroop hypogonadisme.
4.2 Dosering en wijze van toediening
De behandeling met GONAL-f moet gestart worden onder toezicht van een arts die ervaren is in de
behandeling van fertiliteitsstoornissen.
Patiënten moeten het juiste aantal pennen krijgen voor hun behandeling en moeten instructies krijgen
over het gebruik van de juiste injectietechnieken.
De aanbevolen doses voor GONAL-f zijn dezelfde als voor urinair FSH. De klinische onderzoeken
met GONAL-f geven aan dat de dagelijkse doseringen, toedieningsschema's en de procedures om de
behandeling te volgen niet zouden moeten verschillen van die, welke momenteel gebruikt worden voor
de geneesmiddelen met urinair FSH. Geadviseerd wordt de aanbevolen startdoseringen zoals hieronder
aangegeven te volgen.
Vergelijkende klinische studies hebben aangetoond dat patiënten gemiddeld een lagere cumulatieve
dosis en een kortere behandelperiode nodig hebben met GONAL-f vergeleken met urinair FSH.
Daarom wordt het geschikt geacht een lagere totale dosis GONAL-f te geven dan normaal gebruikt
wordt voor urinair FSH, niet al een om de follikelontwikkeling te optimaliseren, maar ook om het
risico op ongewenste ovariële hyperstimulatie te minimaliseren. Zie rubriek 5.1.
Bio-equivalentie is aangetoond tussen gelijke doses voor de eenmalige dosering en voor de
meervoudige dosering van GONAL-f.
Vrouwen met anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom)
GONAL-f kan gegeven worden als een kuur van dagelijkse injecties. Bij menstruerende vrouwen dient
de behandeling te beginnen binnen de eerste 7 dagen van de menstruele cyclus.
Een behandelingsschema dat veelvuldig wordt gehanteerd begint met 75-150 I.E. FSH elke dag. Deze
dosis kan met tussenpozen van 7 of bij voorkeur 14 dagen met bij voorkeur 37,5 of 75 I.E. worden
verhoogd, indien nodig, om een voldoende, maar niet overmatige reactie te bewerkstelligen. De
behandeling dient nauwkeurig op de reactie van de individuele patiënt te worden afgestemd op basis
van meting van de follikelgrootte door middel van echografie en/of oestrogeensecretie. De maximale
dagdosis is meestal niet hoger dan 225 I.E. FSH. Indien na 4 weken behandeling onvoldoende reactie
waarneembaar is, dan dient deze cyclus te worden afgebroken; de patiënt dient dan een verdere
beoordeling te ondergaan, waarna zij de volgende cyclus kan beginnen met een hogere aanvangsdosis
dan die van de afgebroken cyclus.
Wanneer een optimale reactie is verkregen, dient een enkele injectie van 250 microgram recombinant
humaan chorion gonadotropine alfa (r-hCG) of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG te worden gegeven
24-48 uur na de laatste GONAL-f injectie. De patiënt wordt aangeraden om gemeenschap te hebben
zowel òp de dag van hCG toediening als de dag erna. Als alternatief kan intra-uteriene inseminatie
(IUI) worden uitgevoerd.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven (zie rubriek 4.4). De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een
lagere dosis dan die in de voorafgaande.
Vrouwen die ovariële stimulatie ondergaan voor meervoudige folliculaire ontwikkeling voorafgaande
aan in vitro-fertilisatie of andere conceptiehulptechnieken (ART)
Een vaak gebruikt behandelingsschema voor superovulatie bestaat uit de toediening van 150-225 I.E.
GONAL-f per dag, te beginnen op dag 2 of 3 van de cyclus. De behandeling wordt daarna voortgezet
totdat een adequate follikelgroei is verkregen (bepaald via de oestrogeenconcentraties in serum en/of
via echografie), waarbij de dosis wordt aangepast op geleide van de respons van de patiënt, over het
algemeen tot een maximum van 450 I.E. per dag. In het algemeen wordt een adequate follikelgroei
bereikt op gemiddeld de tiende behandelingsdag (spreiding van 5 tot 20 dagen).
24-48 uur na de laatste toediening van GONAL-f wordt een enkelvoudige injectie van 250 microgram
r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E. hCG toegediend, om volledige follikelrijping te
bewerkstelligen.
Onderdrukking door middel van een GnRH-agonist of -antagonist wordt thans gewoonlijk toegepast
om de endogene LH-piek te onderdrukken (´downreguleren´), en de verhoogde LH-spiegels onder
controle te houden. Het is gebruikelijk ongeveer 2 weken na het begin van de agonist-therapie met de
toediening van GONAL-f te beginnen, en met beide middelen voort te gaan tot een adequate
GONAL-f toegediend gedurende de eerste zeven dagen. Daarna wordt de dosis aangepast al
naargelang de ovariële respons.
Wijdverbreide ervaring met IVF laat zien dat in het algemeen het succes van de behandeling
gedurende de eerste vier pogingen stabiel blijft en daarna geleidelijk afneemt.
Vrouwen met anovulatie ten gevolge van ernstige LH- en FSH-deficiëntie
Het doel van de behandeling met GONAL-f, in combinatie met lutropine alfa, is het ontwikkelen van
een rijpe Graafse follikel waaruit de onbevruchte eicel wordt vrijgemaakt na toediening van humaan
chorion gonadotropine (hCG) bij vrouwen met een LH- en FSH-deficiëntie (hypogonadotroop
hypogonadisme). GONAL-f moet als een dagelijkse injectiekuur worden gegeven, samen met
lutropine alfa. Aangezien deze patiënten niet menstrueren en lage endogene oestrogeenspiegels hebben
kan de behandeling op elk gewenst ogenblik beginnen.
Een aanbevolen startdosering is 75 I.E. lutropine alfa samen met 75-150 I.E. FSH per dag. De
behandeling moet op basis van metingen van de follikelgrootte door middel van echografie en
oestrogeenrespons worden aangepast aan de reactie van de individuele patiënt.
Als een verhoging van de dosis FSH nodig wordt geacht, moet dit bij voorkeur worden gedaan met
tussenpozen van 7-14 dagen en bij voorkeur met een verhoging in stappen van 37,5-75 I.E. Het kan
aanvaardbaar zijn de duur van de stimulatie in enige cyclus tot vijf weken te verlengen.
Als een optimale respons is verkregen moet 24-48 uur na de laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa, een enkele injectie met 250 microgram r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E.
hCG toegediend worden. De patiënt wordt aangeraden op de dag van de hCG injectie en de volgende
dag gemeenschap te hebben. Als alternatief kan IUI worden uitgevoerd.
Ondersteuning in de luteale fase kan overwogen worden aangezien gebrek aan stoffen met luteotrope
werking (LH/hCG) na ovulatie kunnen resulteren in een vroegtijdig ten gronde gaan van het corpus
luteum.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven. De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een lagere dosis FSH
dan die in de voorafgaande cyclus.
Mannen met hypogonadotroop hypogonadisme
GONAL-f dient te worden gegeven in een dosis van 150 I.E. driemaal per week, gelijktijdig met hCG,
gedurende minimaal 4 maanden. Indien na afloop van deze periode de patiënt nog niet heeft
gereageerd, dan kan de combinatietherapie worden voortgezet. Klinische ervaring tot nu toe geeft aan
dat een behandelingsduur van minimaal 18 maanden nodig kan zijn om spermatogenese te
bewerkstelligen.
Bijzondere populaties
Ouderen
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij oudere patiënten. De veiligheid en werkzaamheid
van GONAL-f bij oudere patiënten zijn niet vastgesteld.
Nier- of leverfunctiestoornissen
De veiligheid, werkzaamheid en farmacokinetiek van GONAL-f bij patiënten met nier- of
leverfunctiestoornissen zijn niet vastgesteld.
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij pediatrische patiënten.
GONAL-f is bedoeld voor subcutaan gebruik. De injectie moet elke dag op hetzelfde tijdstip worden
gegeven.
De eerste injectie met GONAL-f moet onder direct medisch toezicht worden toegediend.
Zelf-toediening van GONAL-f dient al een te worden uitgevoerd door goed gemotiveerde en
voldoende geïnstrueerde patiënten die snel kunnen beschikken over deskundig advies.
Aangezien de GONAL-f voorgevulde pen met multidoseringspatroon bedoeld is voor meerdere
injecties, dienen er duidelijke instructies aan de patiënt gegeven te worden om verkeerd gebruik van de
multidoseringspresentatie te voorkomen.
Voor instructies over de toediening met de voorgevulde pen, zie rubriek 6.6 en de
'Gebruiksaanwijzing'.
4.3 Contra-indicaties
·
overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
·
tumoren van hypothalamus of hypofyse
·
vergroting van de ovaria of ovariumcysten niet als gevolg van polycysteus-ovariumsyndroom
·
gynaecologische bloedingen met onbekende oorzaak
·
ovarium-, uterus- of mammacarcinoom
GONAL-f mag niet worden toegediend in gevallen waarin geen effect kan worden verwacht, zoals:
·
primaire ovariuminsufficiëntie
·
misvormingen van de geslachtsorganen die zwangerschap onmogelijk maken
·
baarmoedermyomen die zwangerschap in de weg staan
·
primaire testesinsufficiëntie
4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Algemene aanbevelingen
GONAL-f is een krachtig gonadotroop middel dat milde tot ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, en
enkel gebruikt mag worden door artsen die grondig vertrouwd zijn met problemen van
onvruchtbaarheid en hun behandeling.
Behandeling met gonadotropine vereist een zekere beschikbaarheid van artsen en andere
gezondheidswerkers, evenals de gepaste faciliteiten voor opvolging van patiënten. Veilig en
doeltreffend gebruik van GONAL-f bij vrouwen vereist het volgen van de ovariële respons door
middel van echografie, alleen of liefst in combinatie met regelmatige bepalingen van
oestradiolspiegels in serum. Er bestaat een zekere mate van inter-patiënt variabiliteit voor wat betreft
de respons op FSH toediening, met weinig respons op FSH in sommige patiënten en een overmatige
respons bij anderen. Zowel bij mannen als vrouwen dient de laagste effectieve dosis, in verhouding tot
het behandelingsdoel, te worden gebruikt.
Porfyrie
Patiënten met porfyrie of met een familiale geschiedenis met porfyrie dienen nauw gecontroleerd te
worden tijdens de behandeling met GONAL-f. Achteruitgang of een eerste verschijnsel van deze
aandoening kan beëindiging van de behandeling vereisen.
Vóór de therapie moet de infertiliteit van de partners eenduidig vastgesteld zijn, en moeten
contra-indicaties voor zwangerschap zijn uitgesloten. In het bijzonder dienen patiënten onderzocht te
worden op hypothyreoïdie, bijnierschorsinsufficientie en hyperprolactinemie en adequaat specifiek
behandeld te worden.
Patiënten bij wie stimulering van follikelgroei wordt toegepast, hetzij als behandeling van anovulatoire
onvruchtbaarheid of van ART procedures, kunnen ovariële vergroting ondervinden en ovariële
hyperstimulatie ontwikkelen. Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van
GONAL-f, tegelijkertijd met zorgvuldige controle van de behandeling zullen het risico hierop
beperken. Voor het op de juiste wijze interpreteren van indices van follikulaire ontwikkeling en rijping
dient de arts ervaren te zijn in het interpreteren van relevante tests.
In klinisch onderzoek is aangetoond dat de gevoeligheid van het ovarium voor GONAL-f toeneemt als
lutropine alfa wordt toegediend. Als een doseringsverhoging van FSH wenselijk wordt geacht moet dit
bij voorkeur met tussenpozen van 7-14 dagen gebeuren en met stapsgewijze dosisverhogingen van
37,5-75 I.E.
Een directe vergelijking tussen GONAL-f/LH en humaan menopauzaal gonadotropine (hMG) is niet
uitgevoerd. Een vergelijking met historische gegevens maakt aannemelijk dat de ovulatiesnelheid
welke wordt verkregen met GONAL-f/LH vergelijkbaar is met die verkregen met hMG.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Een bepaalde mate van ovariumvergroting is een te verwachten effect van gecontroleerde ovariële
stimulatie. Het wordt vaker gezien bij vrouwen met polycysteus-ovariumsyndroom en wordt
doorgaans minder zonder behandeling.
Anders dan bij ongecompliceerde ovariële vergroting, is OHSS een aandoening die zich kan
manifesteren in toenemende mate van ernst. Het omvat uitgesproken ovariële vergroting, hoge
geslachtssteroïdenspiegels, en een verhoogde vasculaire permeabiliteit die kan leiden tot een ophoping
van vocht in peritoneale, pleurale, en zelden, in pericardiale holten.
De volgende symptomatologie kan vóórkomen in ernstige gevallen van OHSS: buikpijn, opzetting van
de buik, ernstige ovariële vergroting, gewichtstoename, dyspneu, oligurie en gastrointestinale
symptomen zoals misselijkheid, braken en diarree. Klinisch onderzoek kan hypovolemie aantonen,
hemoconcentratie, elektrolytstoornissen, ascites, hemoperitoneum, pleurale vochtuitstortingen,
hydrothorax of acuut longlijden. Zeer zelden kan ernstige OHSS gecompliceerd worden door
gedraaide eileiders of trombo-embolische voorvallen zoals longembolie, ischemische beroerte of
myocardinfarct.
Onafhankelijke risicofactoren voor het ontwikkelen van OHSS zijn polycysteus-ovariumsyndroom,
hoge absolute of snel stijgende serumspiegels van oestradiol (bv. > 900 pg/ml of > 3.300 pmol/l bij
anovulatie; > 3.000 pg/ml of > 11.000 pmol/l bij ART) en een groot aantal ontwikkelende ovariële
follikels (bv. > 3 follikels met een diameter van 14 mm bij anovulatie; 20 follikels met een
diameter van 12 mm bij ART).
Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van GONAL-f kan het risico van
ovariële hyperstimulatie tot een minimum beperken (zie rubrieken 4.2 en 4.8). Het monitoren van de
stimulatiecycli met zowel echografie als oestradiolbepalingen wordt aangeraden om risicofactoren in
een vroeg stadium te herkennen.
Er zijn tekenen die erop wijzen dat hCG een sleutelrol speelt bij het ontstaan van OHSS en dat het
syndroom ernstiger kan zijn of langer kan aanhouden in geval van zwangerschap. Het is daarom aan te
raden dat geen hCG wordt toegediend indien zich tekenen voordoen van ovariële hyperstimulatie,
zoals een serum-oestradiolspiegel van > 5.500 pg/ml of > 20.200 pmol/l en/of in totaal 40 follikels,
barrière-contraceptiemethoden te gebruiken. OHSS kan snel (binnen 24 uur) of in enkele dagen
ontwikkelen en een ernstige medische aandoening worden. Meestal treedt het op nadat een
hormonenbehandeling is stopgezet en bereikt het zijn hoogtepunt ongeveer zeven tot tien dagen na de
behandeling. Daarom dienen patiënten ten minste gedurende 2 weken na de hCG-toediening gevolgd
te worden.
Bij ART kan echter aspiratie van alle follikels vóór ovulatie het vóórkomen van hyperstimulatie
verminderen.
Lichte of matige OHSS verdwijnt doorgaans spontaan. In geval van ernstige OHSS, wordt aangeraden
om de gonadotropinebehandeling te onderbreken, als zij nog gaande was, en om de patiënt in een
ziekenhuis op te nemen en specifieke behandeling te starten.
Meerlingzwangerschap
Bij patiënten bij wie ovulatie-inductie wordt toegepast, treden meerlingzwangerschappen vaker op dan
bij vrouwen bij wie de zwangerschap op natuurlijke wijze tot stand is gebracht. De meerderheid van
de meerlingen zijn tweelingen. Bij meerlingzwangerschap, in het bijzonder die van grote orde, bestaat
een verhoogde kans op ongewenste maternale en perinatale uitkomsten.
Om de kans op meerlingzwangerschap zo klein mogelijk te houden is het aanbevolen de ovariële
respons zorgvuldig te volgen.
De kans op meerlingzwangerschappen na toepassing van conceptiehulptechnieken (ART) hangt samen
met het aantal teruggeplaatste embryo's, de kwaliteit hiervan en de leeftijd van de patiënt.
Patiënten dienen vóór de behandeling te worden ingelicht omtrent het risico op meerlinggeboortes.
Zwangerschapsafbreking
Het percentage zwangerschapsafbreking door miskraam of spontane abortus is hoger bij patiënten die
stimulering van follikelgroei ondergaan voor ovulatie-inductie of ART dan na natuurlijke bevruchting.
Extra-uteriene zwangerschap
Vrouwen met een voorgeschiedenis van aandoeningen ter hoogte van de eileiders, hebben een
verhoogd risico op extra-uteriene zwangerschap, ongeacht of de zwangerschap natuurlijk tot stand
kwam of na vruchtbaarheidsbehandeling. Het optreden van extra-uteriene zwangerschap na ART bleek
vaker voor te komen dan bij de algemene bevolking.
Tumoren van het voortplantingssysteem
Er zijn gevallen gerapporteerd van zowel goedaardige als kwaadaardige tumoren van de ovaria of
andere delen van het voortplantingsstelsel, bij vrouwen die veelvuldige behandelingen kregen voor
onvruchtbaarheid. Het is nog niet duidelijk of behandeling met gonadotropinen het risico voor dit
soort tumoren verhoogt bij onvruchtbare vrouwen.
Congenitale afwijkingen
Het vóórkomen van congenitale afwijkingen na ART kan iets hoger zijn dan na gewone conceptie.
Men veronderstelt dat dit komt door verschillen in de eigenschappen van de ouders (bijvoorbeeld de
leeftijd van de moeder, eigenschappen van het sperma) en meerlingzwangerschappen.
Trombo-embolische voorvallen
Bij vrouwen met recente of nog aanwezige trombo-embolische aandoeningen of bij vrouwen met
algemeen erkende risicofactoren voor het ontstaan van trombo-embolische voorvallen, zoals een eigen
of familiegeschiedenis, kan bij behandeling met gonadotropinen het risico van het verergeren of het
optreden van dergelijke voorvallen verder toenemen. Bij deze vrouwen dient een afweging te worden
gemaakt van de voordelen van gonadotropinebehandeling en de nadelen daarvan. Het dient echter te
worden opgemerkt dat zowel zwangerschap zelf als OHSS ook een toename van het risico van
trombo-embolische voorvallen met zich meebrengen.
Een verhoogde concentratie endogeen FSH wijst op primaire testesinsufficiëntie. Patiënten bij wie dit
wordt geconstateerd, reageren niet op de combinatie GONAL-f/hCG. GONAL-f mag niet worden
gebruikt wanneer geen effectieve respons kan worden verkregen.
Als onderdeel van de evaluatie van het effect van de behandeling wordt sperma-analyse 4 tot
6 maanden na het begin van de behandeling aanbevolen.
Natriumgehalte
Gonal-f bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Gelijktijdig gebruik van GONAL-f en andere ovulatiestimulerende geneesmiddelen (bv. hCG,
clomifeencitraat) kan de folliculaire respons potentiëren. Wanneer overigens tegelijkertijd een
GnRH-agonist of -antagonist wordt gebruikt om de hypofyse te desensitiseren, kan een hogere dosis
van GONAL-f nodig zijn om een adequate ovariële respons te bereiken. Geen klinisch belangrijke
interacties met andere geneesmiddelen zijn gemeld tijdens behandeling met GONAL-f.
4.6 Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er is geen indicatie voor het gebruik van GONAL-f tijdens de zwangerschap. Gegevens die afkomstig
zijn van een beperkt aantal blootgestelde zwangerschappen (minder dan
300 zwangerschapsuitkomsten) duiden erop dat follitropine alfa niet misvormend of foetaal/neonataal
toxisch is.
In dierstudies is geen teratogeen effect waargenomen (zie rubriek 5.3).
In geval van blootstelling tijdens de zwangerschap, zijn er onvoldoende klinische gegevens om een
teratogeen effect van GONAL-f uit te sluiten.
Borstvoeding
GONAL-f is niet geïndiceerd tijdens het geven van borstvoeding.
Vruchtbaarheid
GONAL-f is geïndiceerd voor gebruik bij onvruchtbaarheid (zie rubriek 4.1).
4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
GONAL-f heeft naar verwachting geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het
vermogen om machines te bedienen.
4.8 Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn hoofdpijn, ovariumcysten en reacties op de injectieplaats (bv.
pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie op de injectieplaats).
beschouwd als een intrinsiek risico van de stimulatieprocedure. Ernstig OHSS komt soms voor (zie
rubriek 4.4).
Trombo-embolie kan zeer zelden optreden (zie rubriek 4.4).
Lijst van bijwerkingen
De volgende definities zijn van toepassing op de hieronder gebruikte frequentieterminologie: zeer
vaak ( 1/10), vaak ( 1/100, < 1/10), soms ( 1/1.000, < 1/100), zelden ( 1/10.000, < 1/1.000), zeer
zelden (< 1/10.000).
Behandeling bij vrouwen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak:
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Zeer zelden:
Trombo-embolie (zowel in verband met als afzonderlijk van OHSS)
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak:
Buikpijn, opgezette buik, buikklachten, misselijkheid, braken, diarree
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Zeer vaak:
Ovariumcysten
Vaak:
Mild tot matig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie)
Soms:
Ernstig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie) (zie rubriek 4.4).
Zelden:
Complicatie van ernstig OHSS
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Behandeling bij mannen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak:
Acne
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Vaak:
Gynaecomastie, varicocele
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Onderzoeken
Vaak:
Gewichtstoename
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.
4.9 Overdosering
De effecten van een overdosering met GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin bestaat de mogelijkheid
dat OHSS optreedt (zie rubriek 4.4).
5.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: geslachtshormonen en modulatoren van het genitale stelsel,
gonadotropinen, ATC-code: G03GA05.
Het belangrijkste effect van parenterale toediening van FSH bij vrouwen is de ontwikkeling van rijpe
Graafse follikels. Bij vrouwen met anovulatie is het doel van behandeling met GONAL-f de
ontwikkeling van een enkele rijpe Graafse follikel, waaruit na toediening van hCG een eicel vrijkomt.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij vrouwen
In klinische onderzoeken werden patiënten met ernstige FSH- en LH-deficiëntie omschreven met een
endogene serum LH-spiegel van < 1,2 I.E./l, gemeten in een centraal laboratorium. Er moet echter
rekening gehouden worden met het feit dat LH-bepalingen tussen verschil ende laboratoria kunnen
verschillen.
In klinische studies die r-hFSH (follitropine alfa) en urinair FSH vergelijken bij ART (zie
onderstaande tabel) en bij ovulatie-inductie, was GONAL-f effectiever dan urinair FSH, aangezien een
lagere dosis en kortere behandelperiode nodig zijn om follikelrijping te initiëren.
Bij ART resulteerde GONAL-f met een lagere totale dosis en kortere behandelperiode dan urinair FSH
in een hoger aantal gewonnen oöcyten, vergeleken met urinair FSH.
Tabel: Resultaten van studie GF 8407 (gerandomiseerde studie met parallelle groepen die
werkzaamheid en veiligheid vergelijkt van GONAL-f met die van urinair FSH bij ART)
GONAL-f
urinair FSH
(n = 130)
(n = 116)
Aantal gewonnen oöcyten
11,0 ± 5,9
8,8 ± 4,8
Benodigde dagen FSH-stimulatie
11,7 ± 1,9
14,5 ± 3,3
Totale benodigde dosis FSH (aantal FSH
27,6 ± 10,2
40,7 ± 13,6
75 I.E. ampullen)
Behoefte de dosis te verhogen (%)
56,2
85,3
Verschillen tussen de 2 groepen waren statistisch significant (p< 0,05) voor alle genoemde criteria.
Bij mannen, met een tekort aan FSH, induceert GONAL-f de spermatogenese, indien toegediend in
combinatie met hCG gedurende ten minste 4 maanden.
5.2 Farmacokinetische eigenschappen
Na intraveneuze toediening wordt follitropine alfa verdeeld over de extracellulaire vloeistof met een
initiële halfwaardetijd van ongeveer 2 uur. Het wordt geëlimineerd met een eindhalfwaardetijd van
ongeveer 1 dag. Het steady-state verdelingsvolume en de totale lichaamsklaring zijn respectievelijk
10 l en 0,6 l/uur. Eén achtste deel van de dosis follitropine alfa wordt in de urine uitgescheiden.
Na subcutane toediening is de absolute biologische beschikbaarheid ongeveer 70%. Na herhaalde
toediening van follitropine alfa wordt binnen 3-4 dagen een drievoudige steady-state concentratie
bereikt. Bij vrouwen wier endogene gonadotropinensecretie onderdrukt is, blijkt follitropine alfa op
effectieve wijze de follikelrijping en de steroïdgenese te stimuleren, ondanks onmeetbaar lage
LH-spiegels.
5.3 Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij eenmalige en herhaalde dosering en
genotoxiciteit, aanvullend op wat al eerder is gemeld in andere rubrieken van deze SmPC.
Verminderde fertiliteit is gerapporteerd bij ratten blootgesteld aan farmacologische doses van
follitropine alfa ( 40 I.E./kg/dag) gedurende langere tijd, door een afgenomen fecunditeit.
Toegediend in hoge doses ( 5 I.E./kg/dag) veroorzaakte follitropine alfa een afname van het aantal
levensvatbare foetussen zonder teratogeen te zijn, en dystokie overeenkomend met die gezien op
urinair menopauzaal gonadotropine (hMG). Gezien het feit dat GONAL-f bij zwangerschap niet mag
worden gebruikt zijn deze gegevens van beperkte klinische relevantie.
6.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
6.1 Lijst van hulpstoffen
Poloxamer 188
Sucrose
Methionine
Natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat
Dinatriumfosfaat-dihydraat
m-Cresol
Fosforzuur, geconcentreerd
Natriumhydroxide
Water voor injecties
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3 Houdbaarheid
2 jaar.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
De patiënt dient op de GONAL-f voorgevulde pen de dag van het eerste gebruik te noteren.
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Vóór opening en binnen de houdbaarheidsduur kan het geneesmiddel uit de koelkast worden genomen
en maximaal 3 maanden bewaard worden bij of beneden 25°C, zonder opnieuw gekoeld te worden.
Het product dient te worden weggegooid indien het na 3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Voor de bewaarcondities tijdens gebruik, zie rubriek 6.3.
6.5 Aard en inhoud van de verpakking
0,25 ml oplossing voor injectie in een patroon van 3 ml (type I glas), met een plunjerstop
(halobutylrubber) en een aluminium krimpdop met zwarte rubberen inleg.
Een verpakking met 1 voorgevulde pen en 4 naalden die voor toediening met de pen gebruikt worden.
6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Zie de 'Gebruiksaanwijzing'.
De oplossing mag niet gebruikt worden als deze deeltjes bevat of niet helder is.
Ongebruikte oplossing moet worden weggegooid, niet later dan 28 dagen na de eerste opening.
GONAL-f 150 I.E./0,25 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen is niet zodanig ontworpen
dat de patroon verwijderd kan worden.
Gooi de gebruikte naalden onmiddellijk weg na de injectie.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
8.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/036
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 oktober 1995
Datum van laatste verlenging: 20 oktober 2010
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 300 I.E./0,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke ml oplossing bevat 600 I.E. follitropine alfa* (overeenkomend met 44 microgram).
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 300 I.E. (overeenkomend met 22 microgram) in 0,5 ml.
* recombinant humaan follikelstimulerend hormoon (r-hFSH), geproduceerd door
recombinant-DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese Hamster (CHO cellen)
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
Heldere, kleurloze oplossing.
De pH-waarde van de oplossing is 6,7-7,3.
4.
KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Bij volwassen vrouwen
·
Anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom) bij vrouwen die niet reageerden op
behandeling met clomifeencitraat.
·
Stimulering van multifolliculaire ontwikkeling bij vrouwen die superovulatie ondergaan ten
behoeve van conceptiehulptechnieken (ART) zoals in vitro fertilisatie (IVF), ´gamete
intra-fallopian transfer´ en ´zygote intra-fallopian transfer´.
·
GONAL-f in combinatie met een luteïniserend hormoonpreparaat (LH) wordt aanbevolen voor
de stimulatie van follikelgroei bij vrouwen met een ernstige LH- en FSH-deficiëntie. In
klinische onderzoeken werden deze omschreven met een endogene serum LH spiegel
< 1,2 I.E./l.
Bij volwassen mannen
·
GONAL-f is in combinatie met chorion gonadotropine (hCG) therapie geïndiceerd voor het
stimuleren van de spermatogenese bij mannen lijdende aan congenitaal of verworven
hypogonadotroop hypogonadisme.
4.2 Dosering en wijze van toediening
De behandeling met GONAL-f moet gestart worden onder toezicht van een arts die ervaren is in de
behandeling van fertiliteitsstoornissen.
Patiënten moeten het juiste aantal pennen krijgen voor hun behandeling en moeten instructies krijgen
over het gebruik van de juiste injectietechnieken.
De aanbevolen doses voor GONAL-f zijn dezelfde als voor urinair FSH. De klinische onderzoeken
met GONAL-f geven aan dat de dagelijkse doseringen, toedieningsschema's en de procedures om de
behandeling te volgen niet zouden moeten verschillen van die, welke momenteel gebruikt worden voor
de geneesmiddelen met urinair FSH. Geadviseerd wordt de aanbevolen startdoseringen zoals hieronder
aangegeven te volgen.
Vergelijkende klinische studies hebben aangetoond dat patiënten gemiddeld een lagere cumulatieve
dosis en een kortere behandelperiode nodig hebben met GONAL-f vergeleken met urinair FSH.
Daarom wordt het geschikt geacht een lagere totale dosis GONAL-f te geven dan normaal gebruikt
wordt voor urinair FSH, niet al een om de follikelontwikkeling te optimaliseren, maar ook om het
risico op ongewenste ovariële hyperstimulatie te minimaliseren. Zie rubriek 5.1.
Bio-equivalentie is aangetoond tussen gelijke doses voor de eenmalige dosering en voor de
meervoudige dosering van GONAL-f.
Vrouwen met anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom)
GONAL-f kan gegeven worden als een kuur van dagelijkse injecties. Bij menstruerende vrouwen dient
de behandeling te beginnen binnen de eerste 7 dagen van de menstruele cyclus.
Een behandelingsschema dat veelvuldig wordt gehanteerd begint met 75-150 I.E. FSH elke dag. Deze
dosis kan met tussenpozen van 7 of bij voorkeur 14 dagen met bij voorkeur 37,5 of 75 I.E. worden
verhoogd, indien nodig, om een voldoende, maar niet overmatige reactie te bewerkstelligen. De
behandeling dient nauwkeurig op de reactie van de individuele patiënt te worden afgestemd op basis
van meting van de follikelgrootte door middel van echografie en/of oestrogeensecretie. De maximale
dagdosis is meestal niet hoger dan 225 I.E. FSH. Indien na 4 weken behandeling onvoldoende reactie
waarneembaar is, dan dient deze cyclus te worden afgebroken; de patiënt dient dan een verdere
beoordeling te ondergaan, waarna zij de volgende cyclus kan beginnen met een hogere aanvangsdosis
dan die van de afgebroken cyclus.
Wanneer een optimale reactie is verkregen, dient een enkele injectie van 250 microgram recombinant
humaan chorion gonadotropine alfa (r-hCG) of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG te worden gegeven
24-48 uur na de laatste GONAL-f injectie. De patiënt wordt aangeraden om gemeenschap te hebben
zowel òp de dag van hCG toediening als de dag erna. Als alternatief kan intra-uteriene inseminatie
(IUI) worden uitgevoerd.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven (zie rubriek 4.4). De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een
lagere dosis dan die in de voorafgaande.
Vrouwen die ovariële stimulatie ondergaan voor meervoudige folliculaire ontwikkeling voorafgaande
aan in vitro-fertilisatie of andere conceptiehulptechnieken (ART)
Een vaak gebruikt behandelingsschema voor superovulatie bestaat uit de toediening van 150-225 I.E.
GONAL-f per dag, te beginnen op dag 2 of 3 van de cyclus. De behandeling wordt daarna voortgezet
totdat een adequate follikelgroei is verkregen (bepaald via de oestrogeenconcentraties in serum en/of
via echografie), waarbij de dosis wordt aangepast op geleide van de respons van de patiënt, over het
algemeen tot een maximum van 450 I.E. per dag. In het algemeen wordt een adequate follikelgroei
bereikt op gemiddeld de tiende behandelingsdag (spreiding van 5 tot 20 dagen).
24-48 uur na de laatste toediening van GONAL-f wordt een enkelvoudige injectie van 250 microgram
r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E. hCG toegediend, om volledige follikelrijping te
bewerkstelligen.
Onderdrukking door middel van een GnRH-agonist of -antagonist wordt thans gewoonlijk toegepast
om de endogene LH-piek te onderdrukken (´downreguleren´), en de verhoogde LH-spiegels onder
controle te houden. Het is gebruikelijk ongeveer 2 weken na het begin van de agonist-therapie met de
toediening van GONAL-f te beginnen, en met beide middelen voort te gaan tot een adequate
GONAL-f toegediend gedurende de eerste zeven dagen. Daarna wordt de dosis aangepast al
naargelang de ovariële respons.
Wijdverbreide ervaring met IVF laat zien dat in het algemeen het succes van de behandeling
gedurende de eerste vier pogingen stabiel blijft en daarna geleidelijk afneemt.
Vrouwen met anovulatie ten gevolge van ernstige LH- en FSH-deficiëntie
Het doel van de behandeling met GONAL-f, in combinatie met lutropine alfa, is het ontwikkelen van
een rijpe Graafse follikel waaruit de onbevruchte eicel wordt vrijgemaakt na toediening van humaan
chorion gonadotropine (hCG) bij vrouwen met een LH- en FSH-deficiëntie (hypogonadotroop
hypogonadisme). GONAL-f moet als een dagelijkse injectiekuur worden gegeven, samen met
lutropine alfa. Aangezien deze patiënten niet menstrueren en lage endogene oestrogeenspiegels hebben
kan de behandeling op elk gewenst ogenblik beginnen.
Een aanbevolen startdosering is 75 I.E. lutropine alfa samen met 75-150 I.E. FSH per dag. De
behandeling moet op basis van metingen van de follikelgrootte door middel van echografie en
oestrogeenrespons worden aangepast aan de reactie van de individuele patiënt.
Als een verhoging van de dosis FSH nodig wordt geacht, moet dit bij voorkeur worden gedaan met
tussenpozen van 7-14 dagen en bij voorkeur met een verhoging in stappen van 37,5-75 I.E. Het kan
aanvaardbaar zijn de duur van de stimulatie in enige cyclus tot vijf weken te verlengen.
Als een optimale respons is verkregen moet 24-48 uur na de laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa, een enkele injectie met 250 microgram r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E.
hCG toegediend worden. De patiënt wordt aangeraden op de dag van de hCG injectie en de volgende
dag gemeenschap te hebben. Als alternatief kan IUI worden uitgevoerd.
Ondersteuning in de luteale fase kan overwogen worden aangezien gebrek aan stoffen met luteotrope
werking (LH/hCG) na ovulatie kunnen resulteren in een vroegtijdig ten gronde gaan van het corpus
luteum.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven. De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een lagere dosis FSH
dan die in de voorafgaande cyclus.
Mannen met hypogonadotroop hypogonadisme
GONAL-f dient te worden gegeven in een dosis van 150 I.E. driemaal per week, gelijktijdig met hCG,
gedurende minimaal 4 maanden. Indien na afloop van deze periode de patiënt nog niet heeft
gereageerd, dan kan de combinatietherapie worden voortgezet. Klinische ervaring tot nu toe geeft aan
dat een behandelingsduur van minimaal 18 maanden nodig kan zijn om spermatogenese te
bewerkstelligen.
Bijzondere populaties
Ouderen
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij oudere patiënten. De veiligheid en werkzaamheid
van GONAL-f bij oudere patiënten zijn niet vastgesteld.
Nier- of leverfunctiestoornissen
De veiligheid, werkzaamheid en farmacokinetiek van GONAL-f bij patiënten met nier- of
leverfunctiestoornissen zijn niet vastgesteld.
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij pediatrische patiënten.
GONAL-f is bedoeld voor subcutaan gebruik. De injectie moet elke dag op hetzelfde tijdstip worden
gegeven.
De eerste injectie met GONAL-f moet onder direct medisch toezicht worden toegediend.
Zelf-toediening van GONAL-f dient al een te worden uitgevoerd door goed gemotiveerde en
voldoende geïnstrueerde patiënten die snel kunnen beschikken over deskundig advies.
Aangezien de GONAL-f voorgevulde pen met multidoseringspatroon bedoeld is voor meerdere
injecties, dienen er duidelijke instructies aan de patiënt gegeven te worden om verkeerd gebruik van de
multidoseringspresentatie te voorkomen.
Voor instructies over de toediening met de voorgevulde pen, zie rubriek 6.6 en de
'Gebruiksaanwijzing'.
4.3 Contra-indicaties
·
overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
·
tumoren van hypothalamus of hypofyse
·
vergroting van de ovaria of ovariumcysten niet als gevolg van polycysteus-ovariumsyndroom
·
gynaecologische bloedingen met onbekende oorzaak
·
ovarium-, uterus- of mammacarcinoom
GONAL-f mag niet worden toegediend in gevallen waarin geen effect kan worden verwacht, zoals:
·
primaire ovariuminsufficiëntie
·
misvormingen van de geslachtsorganen die zwangerschap onmogelijk maken
·
baarmoedermyomen die zwangerschap in de weg staan
·
primaire testesinsufficiëntie
4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Algemene aanbevelingen
GONAL-f is een krachtig gonadotroop middel dat milde tot ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, en
enkel gebruikt mag worden door artsen die grondig vertrouwd zijn met problemen van
onvruchtbaarheid en hun behandeling.
Behandeling met gonadotropine vereist een zekere beschikbaarheid van artsen en andere
gezondheidswerkers, evenals de gepaste faciliteiten voor opvolging van patiënten. Veilig en
doeltreffend gebruik van GONAL-f bij vrouwen vereist het volgen van de ovariële respons door
middel van echografie, alleen of liefst in combinatie met regelmatige bepalingen van
oestradiolspiegels in serum. Er bestaat een zekere mate van inter-patiënt variabiliteit voor wat betreft
de respons op FSH toediening, met weinig respons op FSH in sommige patiënten en een overmatige
respons bij anderen. Zowel bij mannen als vrouwen dient de laagste effectieve dosis, in verhouding tot
het behandelingsdoel, te worden gebruikt.
Porfyrie
Patiënten met porfyrie of met een familiale geschiedenis met porfyrie dienen nauw gecontroleerd te
worden tijdens de behandeling met GONAL-f. Achteruitgang of een eerste verschijnsel van deze
aandoening kan beëindiging van de behandeling vereisen.
Vóór de therapie moet de infertiliteit van de partners eenduidig vastgesteld zijn, en moeten
contra-indicaties voor zwangerschap zijn uitgesloten. In het bijzonder dienen patiënten onderzocht te
worden op hypothyreoïdie, bijnierschorsinsufficientie en hyperprolactinemie en adequaat specifiek
behandeld te worden.
Patiënten bij wie stimulering van follikelgroei wordt toegepast, hetzij als behandeling van anovulatoire
onvruchtbaarheid of van ART procedures, kunnen ovariële vergroting ondervinden en ovariële
hyperstimulatie ontwikkelen. Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van
GONAL-f, tegelijkertijd met zorgvuldige controle van de behandeling zullen het risico hierop
beperken. Voor het op de juiste wijze interpreteren van indices van follikulaire ontwikkeling en rijping
dient de arts ervaren te zijn in het interpreteren van relevante tests.
In klinisch onderzoek is aangetoond dat de gevoeligheid van het ovarium voor GONAL-f toeneemt als
lutropine alfa wordt toegediend. Als een doseringsverhoging van FSH wenselijk wordt geacht moet dit
bij voorkeur met tussenpozen van 7-14 dagen gebeuren en met stapsgewijze dosisverhogingen van
37,5-75 I.E.
Een directe vergelijking tussen GONAL-f/LH en humaan menopauzaal gonadotropine (hMG) is niet
uitgevoerd. Een vergelijking met historische gegevens maakt aannemelijk dat de ovulatiesnelheid
welke wordt verkregen met GONAL-f/LH vergelijkbaar is met die verkregen met hMG.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Een bepaalde mate van ovariumvergroting is een te verwachten effect van gecontroleerde ovariële
stimulatie. Het wordt vaker gezien bij vrouwen met polycysteus-ovariumsyndroom en wordt
doorgaans minder zonder behandeling.
Anders dan bij ongecompliceerde ovariële vergroting, is OHSS een aandoening die zich kan
manifesteren in toenemende mate van ernst. Het omvat uitgesproken ovariële vergroting, hoge
geslachtssteroïdenspiegels, en een verhoogde vasculaire permeabiliteit die kan leiden tot een ophoping
van vocht in peritoneale, pleurale, en zelden, in pericardiale holten.
De volgende symptomatologie kan vóórkomen in ernstige gevallen van OHSS: buikpijn, opzetting van
de buik, ernstige ovariële vergroting, gewichtstoename, dyspneu, oligurie en gastrointestinale
symptomen zoals misselijkheid, braken en diarree. Klinisch onderzoek kan hypovolemie aantonen,
hemoconcentratie, elektrolytstoornissen, ascites, hemoperitoneum, pleurale vochtuitstortingen,
hydrothorax of acuut longlijden. Zeer zelden kan ernstige OHSS gecompliceerd worden door
gedraaide eileiders of trombo-embolische voorvallen zoals longembolie, ischemische beroerte of
myocardinfarct.
Onafhankelijke risicofactoren voor het ontwikkelen van OHSS zijn polycysteus-ovariumsyndroom,
hoge absolute of snel stijgende serumspiegels van oestradiol (bv. > 900 pg/ml of > 3.300 pmol/l bij
anovulatie; > 3.000 pg/ml of > 11.000 pmol/l bij ART) en een groot aantal ontwikkelende ovariële
follikels (bv. > 3 follikels met een diameter van 14 mm bij anovulatie; 20 follikels met een
diameter van 12 mm bij ART).
Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van GONAL-f kan het risico van
ovariële hyperstimulatie tot een minimum beperken (zie rubrieken 4.2 en 4.8). Het monitoren van de
stimulatiecycli met zowel echografie als oestradiolbepalingen wordt aangeraden om risicofactoren in
een vroeg stadium te herkennen.
Er zijn tekenen die erop wijzen dat hCG een sleutelrol speelt bij het ontstaan van OHSS en dat het
syndroom ernstiger kan zijn of langer kan aanhouden in geval van zwangerschap. Het is daarom aan te
raden dat geen hCG wordt toegediend indien zich tekenen voordoen van ovariële hyperstimulatie,
zoals een serum-oestradiolspiegel van > 5.500 pg/ml of > 20.200 pmol/l en/of in totaal 40 follikels,
barrière-contraceptiemethoden te gebruiken. OHSS kan snel (binnen 24 uur) of in enkele dagen
ontwikkelen en een ernstige medische aandoening worden. Meestal treedt het op nadat een
hormonenbehandeling is stopgezet en bereikt het zijn hoogtepunt ongeveer zeven tot tien dagen na de
behandeling. Daarom dienen patiënten ten minste gedurende 2 weken na de hCG-toediening gevolgd
te worden.
Bij ART kan echter aspiratie van alle follikels vóór ovulatie het vóórkomen van hyperstimulatie
verminderen.
Lichte of matige OHSS verdwijnt doorgaans spontaan. In geval van ernstige OHSS, wordt aangeraden
om de gonadotropinebehandeling te onderbreken, als zij nog gaande was, en om de patiënt in een
ziekenhuis op te nemen en specifieke behandeling te starten.
Meerlingzwangerschap
Bij patiënten bij wie ovulatie-inductie wordt toegepast, treden meerlingzwangerschappen vaker op dan
bij vrouwen bij wie de zwangerschap op natuurlijke wijze tot stand is gebracht. De meerderheid van
de meerlingen zijn tweelingen. Bij meerlingzwangerschap, in het bijzonder die van grote orde, bestaat
een verhoogde kans op ongewenste maternale en perinatale uitkomsten.
Om de kans op meerlingzwangerschap zo klein mogelijk te houden is het aanbevolen de ovariële
respons zorgvuldig te volgen.
De kans op meerlingzwangerschappen na toepassing van conceptiehulptechnieken (ART) hangt samen
met het aantal teruggeplaatste embryo's, de kwaliteit hiervan en de leeftijd van de patiënt.
Patiënten dienen vóór de behandeling te worden ingelicht omtrent het risico op meerlinggeboortes.
Zwangerschapsafbreking
Het percentage zwangerschapsafbreking door miskraam of spontane abortus is hoger bij patiënten die
stimulering van follikelgroei ondergaan voor ovulatie-inductie of ART dan na natuurlijke bevruchting.
Extra-uteriene zwangerschap
Vrouwen met een voorgeschiedenis van aandoeningen ter hoogte van de eileiders, hebben een
verhoogd risico op extra-uteriene zwangerschap, ongeacht of de zwangerschap natuurlijk tot stand
kwam of na vruchtbaarheidsbehandeling. Het optreden van extra-uteriene zwangerschap na ART bleek
vaker voor te komen dan bij de algemene bevolking.
Tumoren van het voortplantingssysteem
Er zijn gevallen gerapporteerd van zowel goedaardige als kwaadaardige tumoren van de ovaria of
andere delen van het voortplantingsstelsel, bij vrouwen die veelvuldige behandelingen kregen voor
onvruchtbaarheid. Het is nog niet duidelijk of behandeling met gonadotropinen het risico voor dit
soort tumoren verhoogt bij onvruchtbare vrouwen.
Congenitale afwijkingen
Het vóórkomen van congenitale afwijkingen na ART kan iets hoger zijn dan na gewone conceptie.
Men veronderstelt dat dit komt door verschillen in de eigenschappen van de ouders (bijvoorbeeld de
leeftijd van de moeder, eigenschappen van het sperma) en meerlingzwangerschappen.
Trombo-embolische voorvallen
Bij vrouwen met recente of nog aanwezige trombo-embolische aandoeningen of bij vrouwen met
algemeen erkende risicofactoren voor het ontstaan van trombo-embolische voorvallen, zoals een eigen
of familiegeschiedenis, kan bij behandeling met gonadotropinen het risico van het verergeren of het
optreden van dergelijke voorvallen verder toenemen. Bij deze vrouwen dient een afweging te worden
gemaakt van de voordelen van gonadotropinebehandeling en de nadelen daarvan. Het dient echter te
worden opgemerkt dat zowel zwangerschap zelf als OHSS ook een toename van het risico van
trombo-embolische voorvallen met zich meebrengen.
Een verhoogde concentratie endogeen FSH wijst op primaire testesinsufficiëntie. Patiënten bij wie dit
wordt geconstateerd, reageren niet op de combinatie GONAL-f/hCG. GONAL-f mag niet worden
gebruikt wanneer geen effectieve respons kan worden verkregen.
Als onderdeel van de evaluatie van het effect van de behandeling wordt sperma-analyse 4 tot
6 maanden na het begin van de behandeling aanbevolen.
Natriumgehalte
Gonal-f bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Gelijktijdig gebruik van GONAL-f en andere ovulatiestimulerende geneesmiddelen (bv. hCG,
clomifeencitraat) kan de folliculaire respons potentiëren. Wanneer overigens tegelijkertijd een
GnRH-agonist of -antagonist wordt gebruikt om de hypofyse te desensitiseren, kan een hogere dosis
van GONAL-f nodig zijn om een adequate ovariële respons te bereiken. Geen klinisch belangrijke
interacties met andere geneesmiddelen zijn gemeld tijdens behandeling met GONAL-f.
4.6 Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er is geen indicatie voor het gebruik van GONAL-f tijdens de zwangerschap. Gegevens die afkomstig
zijn van een beperkt aantal blootgestelde zwangerschappen (minder dan
300 zwangerschapsuitkomsten) duiden erop dat follitropine alfa niet misvormend of foetaal/neonataal
toxisch is.
In dierstudies is geen teratogeen effect waargenomen (zie rubriek 5.3).
In geval van blootstelling tijdens de zwangerschap, zijn er onvoldoende klinische gegevens om een
teratogeen effect van GONAL-f uit te sluiten.
Borstvoeding
GONAL-f is niet geïndiceerd tijdens het geven van borstvoeding.
Vruchtbaarheid
GONAL-f is geïndiceerd voor gebruik bij onvruchtbaarheid (zie rubriek 4.1).
4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
GONAL-f heeft naar verwachting geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het
vermogen om machines te bedienen.
4.8 Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn hoofdpijn, ovariumcysten en reacties op de injectieplaats (bv.
pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie op de injectieplaats).
beschouwd als een intrinsiek risico van de stimulatieprocedure. Ernstig OHSS komt soms voor (zie
rubriek 4.4).
Trombo-embolie kan zeer zelden optreden (zie rubriek 4.4).
Lijst van bijwerkingen
De volgende definities zijn van toepassing op de hieronder gebruikte frequentieterminologie: zeer
vaak ( 1/10), vaak ( 1/100, < 1/10), soms ( 1/1.000, < 1/100), zelden ( 1/10.000, < 1/1.000), zeer
zelden (< 1/10.000).
Behandeling bij vrouwen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak:
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Zeer zelden:
Trombo-embolie (zowel in verband met als afzonderlijk van OHSS)
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak:
Buikpijn, opgezette buik, buikklachten, misselijkheid, braken, diarree
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Zeer vaak:
Ovariumcysten
Vaak:
Mild tot matig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie)
Soms:
Ernstig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie) (zie rubriek 4.4).
Zelden:
Complicatie van ernstig OHSS
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Behandeling bij mannen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak:
Acne
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Vaak:
Gynaecomastie, varicocele
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Onderzoeken
Vaak:
Gewichtstoename
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.
4.9 Overdosering
De effecten van een overdosering met GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin bestaat de mogelijkheid
dat OHSS optreedt (zie rubriek 4.4).
5.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: geslachtshormonen en modulatoren van het genitale stelsel,
gonadotropinen, ATC-code: G03GA05.
Het belangrijkste effect van parenterale toediening van FSH bij vrouwen is de ontwikkeling van rijpe
Graafse follikels. Bij vrouwen met anovulatie is het doel van behandeling met GONAL-f de
ontwikkeling van een enkele rijpe Graafse follikel, waaruit na toediening van hCG een eicel vrijkomt.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij vrouwen
In klinische onderzoeken werden patiënten met ernstige FSH- en LH-deficiëntie omschreven met een
endogene serum LH-spiegel van < 1,2 I.E./l, gemeten in een centraal laboratorium. Er moet echter
rekening gehouden worden met het feit dat LH-bepalingen tussen verschil ende laboratoria kunnen
verschillen.
In klinische studies die r-hFSH (follitropine alfa) en urinair FSH vergelijken bij ART (zie
onderstaande tabel) en bij ovulatie-inductie, was GONAL-f effectiever dan urinair FSH, aangezien een
lagere dosis en kortere behandelperiode nodig zijn om follikelrijping te initiëren.
Bij ART resulteerde GONAL-f met een lagere totale dosis en kortere behandelperiode dan urinair FSH
in een hoger aantal gewonnen oöcyten, vergeleken met urinair FSH.
Tabel: Resultaten van studie GF 8407 (gerandomiseerde studie met parallelle groepen die
werkzaamheid en veiligheid vergelijkt van GONAL-f met die van urinair FSH bij ART)
GONAL-f
urinair FSH
(n = 130)
(n = 116)
Aantal gewonnen oöcyten
11,0 ± 5,9
8,8 ± 4,8
Benodigde dagen FSH-stimulatie
11,7 ± 1,9
14,5 ± 3,3
Totale benodigde dosis FSH (aantal FSH
27,6 ± 10,2
40,7 ± 13,6
75 I.E. ampullen)
Behoefte de dosis te verhogen (%)
56,2
85,3
Verschillen tussen de 2 groepen waren statistisch significant (p< 0,05) voor alle genoemde criteria.
Bij mannen, met een tekort aan FSH, induceert GONAL-f de spermatogenese, indien toegediend in
combinatie met hCG gedurende ten minste 4 maanden.
5.2 Farmacokinetische eigenschappen
Na intraveneuze toediening wordt follitropine alfa verdeeld over de extracellulaire vloeistof met een
initiële halfwaardetijd van ongeveer 2 uur. Het wordt geëlimineerd met een eindhalfwaardetijd van
ongeveer 1 dag. Het steady-state verdelingsvolume en de totale lichaamsklaring zijn respectievelijk
10 l en 0,6 l/uur. Eén achtste deel van de dosis follitropine alfa wordt in de urine uitgescheiden.
Na subcutane toediening is de absolute biologische beschikbaarheid ongeveer 70%. Na herhaalde
toediening van follitropine alfa wordt binnen 3-4 dagen een drievoudige steady-state concentratie
bereikt. Bij vrouwen wier endogene gonadotropinensecretie onderdrukt is, blijkt follitropine alfa op
effectieve wijze de follikelrijping en de steroïdgenese te stimuleren, ondanks onmeetbaar lage
LH-spiegels.
5.3 Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij eenmalige en herhaalde dosering en
genotoxiciteit, aanvullend op wat al eerder is gemeld in andere rubrieken van deze SmPC.
Verminderde fertiliteit is gerapporteerd bij ratten blootgesteld aan farmacologische doses van
follitropine alfa ( 40 I.E./kg/dag) gedurende langere tijd, door een afgenomen fecunditeit.
Toegediend in hoge doses ( 5 I.E./kg/dag) veroorzaakte follitropine alfa een afname van het aantal
levensvatbare foetussen zonder teratogeen te zijn, en dystokie overeenkomend met die gezien op
urinair menopauzaal gonadotropine (hMG). Gezien het feit dat GONAL-f bij zwangerschap niet mag
worden gebruikt zijn deze gegevens van beperkte klinische relevantie.
6.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
6.1 Lijst van hulpstoffen
Poloxamer 188
Sucrose
Methionine
Natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat
Dinatriumfosfaat-dihydraat
m-Cresol
Fosforzuur, geconcentreerd
Natriumhydroxide
Water voor injecties
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3 Houdbaarheid
2 jaar.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
De patiënt dient op de GONAL-f voorgevulde pen de dag van het eerste gebruik te noteren.
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Vóór opening en binnen de houdbaarheidsduur kan het geneesmiddel uit de koelkast worden genomen
en maximaal 3 maanden bewaard worden bij of beneden 25°C, zonder opnieuw gekoeld te worden.
Het product dient te worden weggegooid indien het na 3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Voor de bewaarcondities tijdens gebruik, zie rubriek 6.3.
6.5 Aard en inhoud van de verpakking
0,5 ml oplossing voor injectie in een patroon van 3 ml (type I glas), met een plunjerstop
(halobutylrubber) en een aluminium krimpdop met zwarte rubberen inleg.
Een verpakking met 1 voorgevulde pen en 8 naalden die voor toediening met de pen gebruikt worden.
6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Zie de 'Gebruiksaanwijzing'.
De oplossing mag niet gebruikt worden als deze deeltjes bevat of niet helder is.
Ongebruikte oplossing moet worden weggegooid, niet later dan 28 dagen na de eerste opening.
GONAL-f 300 I.E./0,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen is niet zodanig ontworpen
dat de patroon verwijderd kan worden.
Gooi de gebruikte naalden onmiddellijk weg na de injectie.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
8.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/033
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 oktober 1995
Datum van laatste verlenging: 20 oktober 2010
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke ml oplossing bevat 600 I.E. follitropine alfa* (overeenkomend met 44 microgram).
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 450 I.E. (overeenkomend met 33 microgram) in 0,75 ml.
* recombinant humaan follikelstimulerend hormoon (r-hFSH), geproduceerd door
recombinant-DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese Hamster (CHO cellen)
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
Heldere, kleurloze oplossing.
De pH-waarde van de oplossing is 6,7-7,3.
4.
KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Bij volwassen vrouwen
·
Anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom) bij vrouwen die niet reageerden op
behandeling met clomifeencitraat.
·
Stimulering van multifolliculaire ontwikkeling bij vrouwen die superovulatie ondergaan ten
behoeve van conceptiehulptechnieken (ART) zoals in vitro fertilisatie (IVF), ´gamete
intra-fallopian transfer´ en ´zygote intra-fallopian transfer´.
·
GONAL-f in combinatie met een luteïniserend hormoonpreparaat (LH) wordt aanbevolen voor
de stimulatie van follikelgroei bij vrouwen met een ernstige LH- en FSH-deficiëntie. In
klinische onderzoeken werden deze omschreven met een endogene serum LH spiegel
< 1,2 I.E./l.
Bij volwassen mannen
·
GONAL-f is in combinatie met chorion gonadotropine (hCG) therapie geïndiceerd voor het
stimuleren van de spermatogenese bij mannen lijdende aan congenitaal of verworven
hypogonadotroop hypogonadisme.
4.2 Dosering en wijze van toediening
De behandeling met GONAL-f moet gestart worden onder toezicht van een arts die ervaren is in de
behandeling van fertiliteitsstoornissen.
Patiënten moeten het juiste aantal pennen krijgen voor hun behandeling en moeten instructies krijgen
over het gebruik van de juiste injectietechnieken.
De aanbevolen doses voor GONAL-f zijn dezelfde als voor urinair FSH. De klinische onderzoeken
met GONAL-f geven aan dat de dagelijkse doseringen, toedieningsschema's en de procedures om de
behandeling te volgen niet zouden moeten verschillen van die, welke momenteel gebruikt worden voor
de geneesmiddelen met urinair FSH. Geadviseerd wordt de aanbevolen startdoseringen zoals hieronder
aangegeven te volgen.
Vergelijkende klinische studies hebben aangetoond dat patiënten gemiddeld een lagere cumulatieve
dosis en een kortere behandelperiode nodig hebben met GONAL-f vergeleken met urinair FSH.
Daarom wordt het geschikt geacht een lagere totale dosis GONAL-f te geven dan normaal gebruikt
wordt voor urinair FSH, niet al een om de follikelontwikkeling te optimaliseren, maar ook om het
risico op ongewenste ovariële hyperstimulatie te minimaliseren. Zie rubriek 5.1.
Bio-equivalentie is aangetoond tussen gelijke doses voor de eenmalige dosering en voor de
meervoudige dosering van GONAL-f.
Vrouwen met anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom)
GONAL-f kan gegeven worden als een kuur van dagelijkse injecties. Bij menstruerende vrouwen dient
de behandeling te beginnen binnen de eerste 7 dagen van de menstruele cyclus.
Een behandelingsschema dat veelvuldig wordt gehanteerd begint met 75-150 I.E. FSH elke dag. Deze
dosis kan met tussenpozen van 7 of bij voorkeur 14 dagen met bij voorkeur 37,5 of 75 I.E. worden
verhoogd, indien nodig, om een voldoende, maar niet overmatige reactie te bewerkstelligen. De
behandeling dient nauwkeurig op de reactie van de individuele patiënt te worden afgestemd op basis
van meting van de follikelgrootte door middel van echografie en/of oestrogeensecretie. De maximale
dagdosis is meestal niet hoger dan 225 I.E. FSH. Indien na 4 weken behandeling onvoldoende reactie
waarneembaar is, dan dient deze cyclus te worden afgebroken; de patiënt dient dan een verdere
beoordeling te ondergaan, waarna zij de volgende cyclus kan beginnen met een hogere aanvangsdosis
dan die van de afgebroken cyclus.
Wanneer een optimale reactie is verkregen, dient een enkele injectie van 250 microgram recombinant
humaan chorion gonadotropine alfa (r-hCG) of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG te worden gegeven
24-48 uur na de laatste GONAL-f injectie. De patiënt wordt aangeraden om gemeenschap te hebben
zowel òp de dag van hCG toediening als de dag erna. Als alternatief kan intra-uteriene inseminatie
(IUI) worden uitgevoerd.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven (zie rubriek 4.4). De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een
lagere dosis dan die in de voorafgaande.
Vrouwen die ovariële stimulatie ondergaan voor meervoudige folliculaire ontwikkeling voorafgaande
aan in vitro-fertilisatie of andere conceptiehulptechnieken (ART)
Een vaak gebruikt behandelingsschema voor superovulatie bestaat uit de toediening van 150-225 I.E.
GONAL-f per dag, te beginnen op dag 2 of 3 van de cyclus. De behandeling wordt daarna voortgezet
totdat een adequate follikelgroei is verkregen (bepaald via de oestrogeenconcentraties in serum en/of
via echografie), waarbij de dosis wordt aangepast op geleide van de respons van de patiënt, over het
algemeen tot een maximum van 450 I.E. per dag. In het algemeen wordt een adequate follikelgroei
bereikt op gemiddeld de tiende behandelingsdag (spreiding van 5 tot 20 dagen).
24-48 uur na de laatste toediening van GONAL-f wordt een enkelvoudige injectie van 250 microgram
r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E. hCG toegediend, om volledige follikelrijping te
bewerkstelligen.
Onderdrukking door middel van een GnRH-agonist of -antagonist wordt thans gewoonlijk toegepast
om de endogene LH-piek te onderdrukken (´downreguleren´), en de verhoogde LH-spiegels onder
controle te houden. Het is gebruikelijk ongeveer 2 weken na het begin van de agonist-therapie met de
toediening van GONAL-f te beginnen, en met beide middelen voort te gaan tot een adequate
GONAL-f toegediend gedurende de eerste zeven dagen. Daarna wordt de dosis aangepast al
naargelang de ovariële respons.
Wijdverbreide ervaring met IVF laat zien dat in het algemeen het succes van de behandeling
gedurende de eerste vier pogingen stabiel blijft en daarna geleidelijk afneemt.
Vrouwen met anovulatie ten gevolge van ernstige LH- en FSH-deficiëntie
Het doel van de behandeling met GONAL-f, in combinatie met lutropine alfa, is het ontwikkelen van
een rijpe Graafse follikel waaruit de onbevruchte eicel wordt vrijgemaakt na toediening van humaan
chorion gonadotropine (hCG) bij vrouwen met een LH- en FSH-deficiëntie (hypogonadotroop
hypogonadisme). GONAL-f moet als een dagelijkse injectiekuur worden gegeven, samen met
lutropine alfa. Aangezien deze patiënten niet menstrueren en lage endogene oestrogeenspiegels hebben
kan de behandeling op elk gewenst ogenblik beginnen.
Een aanbevolen startdosering is 75 I.E. lutropine alfa samen met 75-150 I.E. FSH per dag. De
behandeling moet op basis van metingen van de follikelgrootte door middel van echografie en
oestrogeenrespons worden aangepast aan de reactie van de individuele patiënt.
Als een verhoging van de dosis FSH nodig wordt geacht, moet dit bij voorkeur worden gedaan met
tussenpozen van 7-14 dagen en bij voorkeur met een verhoging in stappen van 37,5-75 I.E. Het kan
aanvaardbaar zijn de duur van de stimulatie in enige cyclus tot vijf weken te verlengen.
Als een optimale respons is verkregen moet 24-48 uur na de laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa, een enkele injectie met 250 microgram r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E.
hCG toegediend worden. De patiënt wordt aangeraden op de dag van de hCG injectie en de volgende
dag gemeenschap te hebben. Als alternatief kan IUI worden uitgevoerd.
Ondersteuning in de luteale fase kan overwogen worden aangezien gebrek aan stoffen met luteotrope
werking (LH/hCG) na ovulatie kunnen resulteren in een vroegtijdig ten gronde gaan van het corpus
luteum.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven. De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een lagere dosis FSH
dan die in de voorafgaande cyclus.
Mannen met hypogonadotroop hypogonadisme
GONAL-f dient te worden gegeven in een dosis van 150 I.E. driemaal per week, gelijktijdig met hCG,
gedurende minimaal 4 maanden. Indien na afloop van deze periode de patiënt nog niet heeft
gereageerd, dan kan de combinatietherapie worden voortgezet. Klinische ervaring tot nu toe geeft aan
dat een behandelingsduur van minimaal 18 maanden nodig kan zijn om spermatogenese te
bewerkstelligen.
Bijzondere populaties
Ouderen
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij oudere patiënten. De veiligheid en werkzaamheid
van GONAL-f bij oudere patiënten zijn niet vastgesteld.
Nier- of leverfunctiestoornissen
De veiligheid, werkzaamheid en farmacokinetiek van GONAL-f bij patiënten met nier- of
leverfunctiestoornissen zijn niet vastgesteld.
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij pediatrische patiënten.
GONAL-f is bedoeld voor subcutaan gebruik. De injectie moet elke dag op hetzelfde tijdstip worden
gegeven.
De eerste injectie met GONAL-f moet onder direct medisch toezicht worden toegediend.
Zelf-toediening van GONAL-f dient al een te worden uitgevoerd door goed gemotiveerde en
voldoende geïnstrueerde patiënten die snel kunnen beschikken over deskundig advies.
Aangezien de GONAL-f voorgevulde pen met multidoseringspatroon bedoeld is voor meerdere
injecties, dienen er duidelijke instructies aan de patiënt gegeven te worden om verkeerd gebruik van de
multidoseringspresentatie te voorkomen.
Voor instructies over de toediening met de voorgevulde pen, zie rubriek 6.6 en de
'Gebruiksaanwijzing'.
4.3 Contra-indicaties
·
overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
·
tumoren van hypothalamus of hypofyse
·
vergroting van de ovaria of ovariumcysten niet als gevolg van polycysteus-ovariumsyndroom
·
gynaecologische bloedingen met onbekende oorzaak
·
ovarium-, uterus- of mammacarcinoom
GONAL-f mag niet worden toegediend in gevallen waarin geen effect kan worden verwacht, zoals:
·
primaire ovariuminsufficiëntie
·
misvormingen van de geslachtsorganen die zwangerschap onmogelijk maken
·
baarmoedermyomen die zwangerschap in de weg staan
·
primaire testesinsufficiëntie
4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Algemene aanbevelingen
GONAL-f is een krachtig gonadotroop middel dat milde tot ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, en
enkel gebruikt mag worden door artsen die grondig vertrouwd zijn met problemen van
onvruchtbaarheid en hun behandeling.
Behandeling met gonadotropine vereist een zekere beschikbaarheid van artsen en andere
gezondheidswerkers, evenals de gepaste faciliteiten voor opvolging van patiënten. Veilig en
doeltreffend gebruik van GONAL-f bij vrouwen vereist het volgen van de ovariële respons door
middel van echografie, alleen of liefst in combinatie met regelmatige bepalingen van
oestradiolspiegels in serum. Er bestaat een zekere mate van inter-patiënt variabiliteit voor wat betreft
de respons op FSH toediening, met weinig respons op FSH in sommige patiënten en een overmatige
respons bij anderen. Zowel bij mannen als vrouwen dient de laagste effectieve dosis, in verhouding tot
het behandelingsdoel, te worden gebruikt.
Porfyrie
Patiënten met porfyrie of met een familiale geschiedenis met porfyrie dienen nauw gecontroleerd te
worden tijdens de behandeling met GONAL-f. Achteruitgang of een eerste verschijnsel van deze
aandoening kan beëindiging van de behandeling vereisen.
Vóór de therapie moet de infertiliteit van de partners eenduidig vastgesteld zijn, en moeten
contra-indicaties voor zwangerschap zijn uitgesloten. In het bijzonder dienen patiënten onderzocht te
worden op hypothyreoïdie, bijnierschorsinsufficientie en hyperprolactinemie en adequaat specifiek
behandeld te worden.
Patiënten bij wie stimulering van follikelgroei wordt toegepast, hetzij als behandeling van anovulatoire
onvruchtbaarheid of van ART procedures, kunnen ovariële vergroting ondervinden en ovariële
hyperstimulatie ontwikkelen. Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van
GONAL-f, tegelijkertijd met zorgvuldige controle van de behandeling zullen het risico hierop
beperken. Voor het op de juiste wijze interpreteren van indices van follikulaire ontwikkeling en rijping
dient de arts ervaren te zijn in het interpreteren van relevante tests.
In klinisch onderzoek is aangetoond dat de gevoeligheid van het ovarium voor GONAL-f toeneemt als
lutropine alfa wordt toegediend. Als een doseringsverhoging van FSH wenselijk wordt geacht moet dit
bij voorkeur met tussenpozen van 7-14 dagen gebeuren en met stapsgewijze dosisverhogingen van
37,5-75 I.E.
Een directe vergelijking tussen GONAL-f/LH en humaan menopauzaal gonadotropine (hMG) is niet
uitgevoerd. Een vergelijking met historische gegevens maakt aannemelijk dat de ovulatiesnelheid
welke wordt verkregen met GONAL-f/LH vergelijkbaar is met die verkregen met hMG.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Een bepaalde mate van ovariumvergroting is een te verwachten effect van gecontroleerde ovariële
stimulatie. Het wordt vaker gezien bij vrouwen met polycysteus-ovariumsyndroom en wordt
doorgaans minder zonder behandeling.
Anders dan bij ongecompliceerde ovariële vergroting, is OHSS een aandoening die zich kan
manifesteren in toenemende mate van ernst. Het omvat uitgesproken ovariële vergroting, hoge
geslachtssteroïdenspiegels, en een verhoogde vasculaire permeabiliteit die kan leiden tot een ophoping
van vocht in peritoneale, pleurale, en zelden, in pericardiale holten.
De volgende symptomatologie kan vóórkomen in ernstige gevallen van OHSS: buikpijn, opzetting van
de buik, ernstige ovariële vergroting, gewichtstoename, dyspneu, oligurie en gastrointestinale
symptomen zoals misselijkheid, braken en diarree. Klinisch onderzoek kan hypovolemie aantonen,
hemoconcentratie, elektrolytstoornissen, ascites, hemoperitoneum, pleurale vochtuitstortingen,
hydrothorax of acuut longlijden. Zeer zelden kan ernstige OHSS gecompliceerd worden door
gedraaide eileiders of trombo-embolische voorvallen zoals longembolie, ischemische beroerte of
myocardinfarct.
Onafhankelijke risicofactoren voor het ontwikkelen van OHSS zijn polycysteus-ovariumsyndroom,
hoge absolute of snel stijgende serumspiegels van oestradiol (bv. > 900 pg/ml of > 3.300 pmol/l bij
anovulatie; > 3.000 pg/ml of > 11.000 pmol/l bij ART) en een groot aantal ontwikkelende ovariële
follikels (bv. > 3 follikels met een diameter van 14 mm bij anovulatie; 20 follikels met een
diameter van 12 mm bij ART).
Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van GONAL-f kan het risico van
ovariële hyperstimulatie tot een minimum beperken (zie rubrieken 4.2 en 4.8). Het monitoren van de
stimulatiecycli met zowel echografie als oestradiolbepalingen wordt aangeraden om risicofactoren in
een vroeg stadium te herkennen.
Er zijn tekenen die erop wijzen dat hCG een sleutelrol speelt bij het ontstaan van OHSS en dat het
syndroom ernstiger kan zijn of langer kan aanhouden in geval van zwangerschap. Het is daarom aan te
raden dat geen hCG wordt toegediend indien zich tekenen voordoen van ovariële hyperstimulatie,
zoals een serum-oestradiolspiegel van > 5.500 pg/ml of > 20.200 pmol/l en/of in totaal 40 follikels,
barrière-contraceptiemethoden te gebruiken. OHSS kan snel (binnen 24 uur) of in enkele dagen
ontwikkelen en een ernstige medische aandoening worden. Meestal treedt het op nadat een
hormonenbehandeling is stopgezet en bereikt het zijn hoogtepunt ongeveer zeven tot tien dagen na de
behandeling. Daarom dienen patiënten ten minste gedurende 2 weken na de hCG-toediening gevolgd
te worden.
Bij ART kan echter aspiratie van alle follikels vóór ovulatie het vóórkomen van hyperstimulatie
verminderen.
Lichte of matige OHSS verdwijnt doorgaans spontaan. In geval van ernstige OHSS, wordt aangeraden
om de gonadotropinebehandeling te onderbreken, als zij nog gaande was, en om de patiënt in een
ziekenhuis op te nemen en specifieke behandeling te starten.
Meerlingzwangerschap
Bij patiënten bij wie ovulatie-inductie wordt toegepast, treden meerlingzwangerschappen vaker op dan
bij vrouwen bij wie de zwangerschap op natuurlijke wijze tot stand is gebracht. De meerderheid van
de meerlingen zijn tweelingen. Bij meerlingzwangerschap, in het bijzonder die van grote orde, bestaat
een verhoogde kans op ongewenste maternale en perinatale uitkomsten.
Om de kans op meerlingzwangerschap zo klein mogelijk te houden is het aanbevolen de ovariële
respons zorgvuldig te volgen.
De kans op meerlingzwangerschappen na toepassing van conceptiehulptechnieken (ART) hangt samen
met het aantal teruggeplaatste embryo's, de kwaliteit hiervan en de leeftijd van de patiënt.
Patiënten dienen vóór de behandeling te worden ingelicht omtrent het risico op meerlinggeboortes.
Zwangerschapsafbreking
Het percentage zwangerschapsafbreking door miskraam of spontane abortus is hoger bij patiënten die
stimulering van follikelgroei ondergaan voor ovulatie-inductie of ART dan na natuurlijke bevruchting.
Extra-uteriene zwangerschap
Vrouwen met een voorgeschiedenis van aandoeningen ter hoogte van de eileiders, hebben een
verhoogd risico op extra-uteriene zwangerschap, ongeacht of de zwangerschap natuurlijk tot stand
kwam of na vruchtbaarheidsbehandeling. Het optreden van extra-uteriene zwangerschap na ART bleek
vaker voor te komen dan bij de algemene bevolking.
Tumoren van het voortplantingssysteem
Er zijn gevallen gerapporteerd van zowel goedaardige als kwaadaardige tumoren van de ovaria of
andere delen van het voortplantingsstelsel, bij vrouwen die veelvuldige behandelingen kregen voor
onvruchtbaarheid. Het is nog niet duidelijk of behandeling met gonadotropinen het risico voor dit
soort tumoren verhoogt bij onvruchtbare vrouwen.
Congenitale afwijkingen
Het vóórkomen van congenitale afwijkingen na ART kan iets hoger zijn dan na gewone conceptie.
Men veronderstelt dat dit komt door verschillen in de eigenschappen van de ouders (bijvoorbeeld de
leeftijd van de moeder, eigenschappen van het sperma) en meerlingzwangerschappen.
Trombo-embolische voorvallen
Bij vrouwen met recente of nog aanwezige trombo-embolische aandoeningen of bij vrouwen met
algemeen erkende risicofactoren voor het ontstaan van trombo-embolische voorvallen, zoals een eigen
of familiegeschiedenis, kan bij behandeling met gonadotropinen het risico van het verergeren of het
optreden van dergelijke voorvallen verder toenemen. Bij deze vrouwen dient een afweging te worden
gemaakt van de voordelen van gonadotropinebehandeling en de nadelen daarvan. Het dient echter te
worden opgemerkt dat zowel zwangerschap zelf als OHSS ook een toename van het risico van
trombo-embolische voorvallen met zich meebrengen.
Een verhoogde concentratie endogeen FSH wijst op primaire testesinsufficiëntie. Patiënten bij wie dit
wordt geconstateerd, reageren niet op de combinatie GONAL-f/hCG. GONAL-f mag niet worden
gebruikt wanneer geen effectieve respons kan worden verkregen.
Als onderdeel van de evaluatie van het effect van de behandeling wordt sperma-analyse 4 tot
6 maanden na het begin van de behandeling aanbevolen.
Natriumgehalte
Gonal-f bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Gelijktijdig gebruik van GONAL-f en andere ovulatiestimulerende geneesmiddelen (bv. hCG,
clomifeencitraat) kan de folliculaire respons potentiëren. Wanneer overigens tegelijkertijd een
GnRH-agonist of -antagonist wordt gebruikt om de hypofyse te desensitiseren, kan een hogere dosis
van GONAL-f nodig zijn om een adequate ovariële respons te bereiken. Geen klinisch belangrijke
interacties met andere geneesmiddelen zijn gemeld tijdens behandeling met GONAL-f.
4.6 Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er is geen indicatie voor het gebruik van GONAL-f tijdens de zwangerschap. Gegevens die afkomstig
zijn van een beperkt aantal blootgestelde zwangerschappen (minder dan
300 zwangerschapsuitkomsten) duiden erop dat follitropine alfa niet misvormend of foetaal/neonataal
toxisch is.
In dierstudies is geen teratogeen effect waargenomen (zie rubriek 5.3).
In geval van blootstelling tijdens de zwangerschap, zijn er onvoldoende klinische gegevens om een
teratogeen effect van GONAL-f uit te sluiten.
Borstvoeding
GONAL-f is niet geïndiceerd tijdens het geven van borstvoeding.
Vruchtbaarheid
GONAL-f is geïndiceerd voor gebruik bij onvruchtbaarheid (zie rubriek 4.1).
4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
GONAL-f heeft naar verwachting geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het
vermogen om machines te bedienen.
4.8 Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn hoofdpijn, ovariumcysten en reacties op de injectieplaats (bv.
pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie op de injectieplaats).
beschouwd als een intrinsiek risico van de stimulatieprocedure. Ernstig OHSS komt soms voor (zie
rubriek 4.4).
Trombo-embolie kan zeer zelden optreden (zie rubriek 4.4).
Lijst van bijwerkingen
De volgende definities zijn van toepassing op de hieronder gebruikte frequentieterminologie: zeer
vaak ( 1/10), vaak ( 1/100, < 1/10), soms ( 1/1.000, < 1/100), zelden ( 1/10.000, < 1/1.000), zeer
zelden (< 1/10.000).
Behandeling bij vrouwen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak:
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Zeer zelden:
Trombo-embolie (zowel in verband met als afzonderlijk van OHSS)
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak:
Buikpijn, opgezette buik, buikklachten, misselijkheid, braken, diarree
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Zeer vaak:
Ovariumcysten
Vaak:
Mild tot matig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie)
Soms:
Ernstig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie) (zie rubriek 4.4).
Zelden:
Complicatie van ernstig OHSS
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Behandeling bij mannen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak:
Acne
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Vaak:
Gynaecomastie, varicocele
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Onderzoeken
Vaak:
Gewichtstoename
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.
4.9 Overdosering
De effecten van een overdosering met GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin bestaat de mogelijkheid
dat OHSS optreedt (zie rubriek 4.4).
5.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: geslachtshormonen en modulatoren van het genitale stelsel,
gonadotropinen, ATC-code: G03GA05.
Het belangrijkste effect van parenterale toediening van FSH bij vrouwen is de ontwikkeling van rijpe
Graafse follikels. Bij vrouwen met anovulatie is het doel van behandeling met GONAL-f de
ontwikkeling van een enkele rijpe Graafse follikel, waaruit na toediening van hCG een eicel vrijkomt.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij vrouwen
In klinische onderzoeken werden patiënten met ernstige FSH- en LH-deficiëntie omschreven met een
endogene serum LH-spiegel van < 1,2 I.E./l, gemeten in een centraal laboratorium. Er moet echter
rekening gehouden worden met het feit dat LH-bepalingen tussen verschil ende laboratoria kunnen
verschillen.
In klinische studies die r-hFSH (follitropine alfa) en urinair FSH vergelijken bij ART (zie
onderstaande tabel) en bij ovulatie-inductie, was GONAL-f effectiever dan urinair FSH, aangezien een
lagere dosis en kortere behandelperiode nodig zijn om follikelrijping te initiëren.
Bij ART resulteerde GONAL-f met een lagere totale dosis en kortere behandelperiode dan urinair FSH
in een hoger aantal gewonnen oöcyten, vergeleken met urinair FSH.
Tabel: Resultaten van studie GF 8407 (gerandomiseerde studie met parallelle groepen die
werkzaamheid en veiligheid vergelijkt van GONAL-f met die van urinair FSH bij ART)
GONAL-f
urinair FSH
(n = 130)
(n = 116)
Aantal gewonnen oöcyten
11,0 ± 5,9
8,8 ± 4,8
Benodigde dagen FSH-stimulatie
11,7 ± 1,9
14,5 ± 3,3
Totale benodigde dosis FSH (aantal FSH
27,6 ± 10,2
40,7 ± 13,6
75 I.E. ampullen)
Behoefte de dosis te verhogen (%)
56,2
85,3
Verschillen tussen de 2 groepen waren statistisch significant (p< 0,05) voor alle genoemde criteria.
Bij mannen, met een tekort aan FSH, induceert GONAL-f de spermatogenese, indien toegediend in
combinatie met hCG gedurende ten minste 4 maanden.
5.2 Farmacokinetische eigenschappen
Na intraveneuze toediening wordt follitropine alfa verdeeld over de extracellulaire vloeistof met een
initiële halfwaardetijd van ongeveer 2 uur. Het wordt geëlimineerd met een eindhalfwaardetijd van
ongeveer 1 dag. Het steady-state verdelingsvolume en de totale lichaamsklaring zijn respectievelijk
10 l en 0,6 l/uur. Eén achtste deel van de dosis follitropine alfa wordt in de urine uitgescheiden.
Na subcutane toediening is de absolute biologische beschikbaarheid ongeveer 70%. Na herhaalde
toediening van follitropine alfa wordt binnen 3-4 dagen een drievoudige steady-state concentratie
bereikt. Bij vrouwen wier endogene gonadotropinensecretie onderdrukt is, blijkt follitropine alfa op
effectieve wijze de follikelrijping en de steroïdgenese te stimuleren, ondanks onmeetbaar lage
LH-spiegels.
5.3 Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij eenmalige en herhaalde dosering en
genotoxiciteit, aanvullend op wat al eerder is gemeld in andere rubrieken van deze SmPC.
Verminderde fertiliteit is gerapporteerd bij ratten blootgesteld aan farmacologische doses van
follitropine alfa ( 40 I.E./kg/dag) gedurende langere tijd, door een afgenomen fecunditeit.
Toegediend in hoge doses ( 5 I.E./kg/dag) veroorzaakte follitropine alfa een afname van het aantal
levensvatbare foetussen zonder teratogeen te zijn, en dystokie overeenkomend met die gezien op
urinair menopauzaal gonadotropine (hMG). Gezien het feit dat GONAL-f bij zwangerschap niet mag
worden gebruikt zijn deze gegevens van beperkte klinische relevantie.
6.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
6.1 Lijst van hulpstoffen
Poloxamer 188
Sucrose
Methionine
Natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat
Dinatriumfosfaat-dihydraat
m-Cresol
Fosforzuur, geconcentreerd
Natriumhydroxide
Water voor injecties
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3 Houdbaarheid
2 jaar.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
De patiënt dient op de GONAL-f voorgevulde pen de dag van het eerste gebruik te noteren.
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Vóór opening en binnen de houdbaarheidsduur kan het geneesmiddel uit de koelkast worden genomen
en maximaal 3 maanden bewaard worden bij of beneden 25°C, zonder opnieuw gekoeld te worden.
Het product dient te worden weggegooid indien het na 3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Voor de bewaarcondities tijdens gebruik, zie rubriek 6.3.
6.5 Aard en inhoud van de verpakking
0,75 ml oplossing voor injectie in een patroon van 3 ml (type I glas), met een plunjerstop
(halobutylrubber) en een aluminium krimpdop met zwarte rubberen inleg.
Een verpakking met 1 voorgevulde pen en 12 naalden die voor toediening met de pen gebruikt
worden.
6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Zie de 'Gebruiksaanwijzing'.
De oplossing mag niet gebruikt worden als deze deeltjes bevat of niet helder is.
Ongebruikte oplossing moet worden weggegooid, niet later dan 28 dagen na de eerste opening.
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen is niet zodanig ontworpen
dat de patroon verwijderd kan worden.
Gooi de gebruikte naalden onmiddellijk weg na de injectie.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
8.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/034
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 oktober 1995
Datum van laatste verlenging: 20 oktober 2010
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 900 I.E./1,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke ml oplossing bevat 600 I.E. follitropine alfa* (overeenkomend met 44 microgram).
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 900 I.E. (overeenkomend met 66 microgram) in 1,5 ml.
* recombinant humaan follikelstimulerend hormoon (r-hFSH), geproduceerd door
recombinant-DNA-technologie in ovariumcellen van de Chinese Hamster (CHO cellen)
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
Heldere, kleurloze oplossing.
De pH-waarde van de oplossing is 6,7-7,3.
4.
KLINISCHE GEGEVENS
4.1 Therapeutische indicaties
Bij volwassen vrouwen
·
Anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom) bij vrouwen die niet reageerden op
behandeling met clomifeencitraat.
·
Stimulering van multifolliculaire ontwikkeling bij vrouwen die superovulatie ondergaan ten
behoeve van conceptiehulptechnieken (ART) zoals in vitro fertilisatie (IVF), ´gamete
intra-fallopian transfer´ en ´zygote intra-fallopian transfer´.
·
GONAL-f in combinatie met een luteïniserend hormoonpreparaat (LH) wordt aanbevolen voor
de stimulatie van follikelgroei bij vrouwen met een ernstige LH- en FSH-deficiëntie. In
klinische onderzoeken werden deze omschreven met een endogene serum LH spiegel
< 1,2 I.E./l.
Bij volwassen mannen
·
GONAL-f is in combinatie met chorion gonadotropine (hCG) therapie geïndiceerd voor het
stimuleren van de spermatogenese bij mannen lijdende aan congenitaal of verworven
hypogonadotroop hypogonadisme.
4.2 Dosering en wijze van toediening
De behandeling met GONAL-f moet gestart worden onder toezicht van een arts die ervaren is in de
behandeling van fertiliteitsstoornissen.
Patiënten moeten het juiste aantal pennen krijgen voor hun behandeling en moeten instructies krijgen
over het gebruik van de juiste injectietechnieken.
De aanbevolen doses voor GONAL-f zijn dezelfde als voor urinair FSH. De klinische onderzoeken
met GONAL-f geven aan dat de dagelijkse doseringen, toedieningsschema's en de procedures om de
behandeling te volgen niet zouden moeten verschillen van die, welke momenteel gebruikt worden voor
de geneesmiddelen met urinair FSH. Geadviseerd wordt de aanbevolen startdoseringen zoals hieronder
aangegeven te volgen.
Vergelijkende klinische studies hebben aangetoond dat patiënten gemiddeld een lagere cumulatieve
dosis en een kortere behandelperiode nodig hebben met GONAL-f vergeleken met urinair FSH.
Daarom wordt het geschikt geacht een lagere totale dosis GONAL-f te geven dan normaal gebruikt
wordt voor urinair FSH, niet al een om de follikelontwikkeling te optimaliseren, maar ook om het
risico op ongewenste ovariële hyperstimulatie te minimaliseren. Zie rubriek 5.1.
Bio-equivalentie is aangetoond tussen gelijke doses voor de eenmalige dosering en voor de
meervoudige dosering van GONAL-f.
Vrouwen met anovulatie (inclusief polycysteus-ovariumsyndroom)
GONAL-f kan gegeven worden als een kuur van dagelijkse injecties. Bij menstruerende vrouwen dient
de behandeling te beginnen binnen de eerste 7 dagen van de menstruele cyclus.
Een behandelingsschema dat veelvuldig wordt gehanteerd begint met 75-150 I.E. FSH elke dag. Deze
dosis kan met tussenpozen van 7 of bij voorkeur 14 dagen met bij voorkeur 37,5 of 75 I.E. worden
verhoogd, indien nodig, om een voldoende, maar niet overmatige reactie te bewerkstelligen. De
behandeling dient nauwkeurig op de reactie van de individuele patiënt te worden afgestemd op basis
van meting van de follikelgrootte door middel van echografie en/of oestrogeensecretie. De maximale
dagdosis is meestal niet hoger dan 225 I.E. FSH. Indien na 4 weken behandeling onvoldoende reactie
waarneembaar is, dan dient deze cyclus te worden afgebroken; de patiënt dient dan een verdere
beoordeling te ondergaan, waarna zij de volgende cyclus kan beginnen met een hogere aanvangsdosis
dan die van de afgebroken cyclus.
Wanneer een optimale reactie is verkregen, dient een enkele injectie van 250 microgram recombinant
humaan chorion gonadotropine alfa (r-hCG) of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG te worden gegeven
24-48 uur na de laatste GONAL-f injectie. De patiënt wordt aangeraden om gemeenschap te hebben
zowel òp de dag van hCG toediening als de dag erna. Als alternatief kan intra-uteriene inseminatie
(IUI) worden uitgevoerd.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven (zie rubriek 4.4). De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een
lagere dosis dan die in de voorafgaande.
Vrouwen die ovariële stimulatie ondergaan voor meervoudige folliculaire ontwikkeling voorafgaande
aan in vitro-fertilisatie of andere conceptiehulptechnieken (ART)
Een vaak gebruikt behandelingsschema voor superovulatie bestaat uit de toediening van 150-225 I.E.
GONAL-f per dag, te beginnen op dag 2 of 3 van de cyclus. De behandeling wordt daarna voortgezet
totdat een adequate follikelgroei is verkregen (bepaald via de oestrogeenconcentraties in serum en/of
via echografie), waarbij de dosis wordt aangepast op geleide van de respons van de patiënt, over het
algemeen tot een maximum van 450 I.E. per dag. In het algemeen wordt een adequate follikelgroei
bereikt op gemiddeld de tiende behandelingsdag (spreiding van 5 tot 20 dagen).
24-48 uur na de laatste toediening van GONAL-f wordt een enkelvoudige injectie van 250 microgram
r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E. hCG toegediend, om volledige follikelrijping te
bewerkstelligen.
Onderdrukking door middel van een GnRH-agonist of -antagonist wordt thans gewoonlijk toegepast
om de endogene LH-piek te onderdrukken (´downreguleren´), en de verhoogde LH-spiegels onder
controle te houden. Het is gebruikelijk ongeveer 2 weken na het begin van de agonist-therapie met de
toediening van GONAL-f te beginnen, en met beide middelen voort te gaan tot een adequate
GONAL-f toegediend gedurende de eerste zeven dagen. Daarna wordt de dosis aangepast al
naargelang de ovariële respons.
Wijdverbreide ervaring met IVF laat zien dat in het algemeen het succes van de behandeling
gedurende de eerste vier pogingen stabiel blijft en daarna geleidelijk afneemt.
Vrouwen met anovulatie ten gevolge van ernstige LH- en FSH-deficiëntie
Het doel van de behandeling met GONAL-f, in combinatie met lutropine alfa, is het ontwikkelen van
een rijpe Graafse follikel waaruit de onbevruchte eicel wordt vrijgemaakt na toediening van humaan
chorion gonadotropine (hCG) bij vrouwen met een LH- en FSH-deficiëntie (hypogonadotroop
hypogonadisme). GONAL-f moet als een dagelijkse injectiekuur worden gegeven, samen met
lutropine alfa. Aangezien deze patiënten niet menstrueren en lage endogene oestrogeenspiegels hebben
kan de behandeling op elk gewenst ogenblik beginnen.
Een aanbevolen startdosering is 75 I.E. lutropine alfa samen met 75-150 I.E. FSH per dag. De
behandeling moet op basis van metingen van de follikelgrootte door middel van echografie en
oestrogeenrespons worden aangepast aan de reactie van de individuele patiënt.
Als een verhoging van de dosis FSH nodig wordt geacht, moet dit bij voorkeur worden gedaan met
tussenpozen van 7-14 dagen en bij voorkeur met een verhoging in stappen van 37,5-75 I.E. Het kan
aanvaardbaar zijn de duur van de stimulatie in enige cyclus tot vijf weken te verlengen.
Als een optimale respons is verkregen moet 24-48 uur na de laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa, een enkele injectie met 250 microgram r-hCG of 5.000 I.E. tot maximaal 10.000 I.E.
hCG toegediend worden. De patiënt wordt aangeraden op de dag van de hCG injectie en de volgende
dag gemeenschap te hebben. Als alternatief kan IUI worden uitgevoerd.
Ondersteuning in de luteale fase kan overwogen worden aangezien gebrek aan stoffen met luteotrope
werking (LH/hCG) na ovulatie kunnen resulteren in een vroegtijdig ten gronde gaan van het corpus
luteum.
Indien een excessieve reactie opgetreden is, dient de behandeling te worden gestaakt en mag hCG niet
worden gegeven. De behandeling dient in de volgende cyclus te beginnen met een lagere dosis FSH
dan die in de voorafgaande cyclus.
Mannen met hypogonadotroop hypogonadisme
GONAL-f dient te worden gegeven in een dosis van 150 I.E. driemaal per week, gelijktijdig met hCG,
gedurende minimaal 4 maanden. Indien na afloop van deze periode de patiënt nog niet heeft
gereageerd, dan kan de combinatietherapie worden voortgezet. Klinische ervaring tot nu toe geeft aan
dat een behandelingsduur van minimaal 18 maanden nodig kan zijn om spermatogenese te
bewerkstelligen.
Bijzondere populaties
Ouderen
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij oudere patiënten. De veiligheid en werkzaamheid
van GONAL-f bij oudere patiënten zijn niet vastgesteld.
Nier- of leverfunctiestoornissen
De veiligheid, werkzaamheid en farmacokinetiek van GONAL-f bij patiënten met nier- of
leverfunctiestoornissen zijn niet vastgesteld.
Pediatrische patiënten
Er is geen relevante toepassing van GONAL-f bij pediatrische patiënten.
GONAL-f is bedoeld voor subcutaan gebruik. De injectie moet elke dag op hetzelfde tijdstip worden
gegeven.
De eerste injectie met GONAL-f moet onder direct medisch toezicht worden toegediend.
Zelf-toediening van GONAL-f dient al een te worden uitgevoerd door goed gemotiveerde en
voldoende geïnstrueerde patiënten die snel kunnen beschikken over deskundig advies.
Aangezien de GONAL-f voorgevulde pen met multidoseringspatroon bedoeld is voor meerdere
injecties, dienen er duidelijke instructies aan de patiënt gegeven te worden om verkeerd gebruik van de
multidoseringspresentatie te voorkomen.
Voor instructies over de toediening met de voorgevulde pen, zie rubriek 6.6 en de
'Gebruiksaanwijzing'.
4.3 Contra-indicaties
·
overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen
·
tumoren van hypothalamus of hypofyse
·
vergroting van de ovaria of ovariumcysten niet als gevolg van polycysteus-ovariumsyndroom
·
gynaecologische bloedingen met onbekende oorzaak
·
ovarium-, uterus- of mammacarcinoom
GONAL-f mag niet worden toegediend in gevallen waarin geen effect kan worden verwacht, zoals:
·
primaire ovariuminsufficiëntie
·
misvormingen van de geslachtsorganen die zwangerschap onmogelijk maken
·
baarmoedermyomen die zwangerschap in de weg staan
·
primaire testesinsufficiëntie
4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Terugvinden herkomst
Om het terugvinden van de herkomst van biologicals te verbeteren moeten de naam en het
batchnummer van het toegediende product goed geregistreerd worden.
Algemene aanbevelingen
GONAL-f is een krachtig gonadotroop middel dat milde tot ernstige bijwerkingen kan veroorzaken, en
enkel gebruikt mag worden door artsen die grondig vertrouwd zijn met problemen van
onvruchtbaarheid en hun behandeling.
Behandeling met gonadotropine vereist een zekere beschikbaarheid van artsen en andere
gezondheidswerkers, evenals de gepaste faciliteiten voor opvolging van patiënten. Veilig en
doeltreffend gebruik van GONAL-f bij vrouwen vereist het volgen van de ovariële respons door
middel van echografie, alleen of liefst in combinatie met regelmatige bepalingen van
oestradiolspiegels in serum. Er bestaat een zekere mate van inter-patiënt variabiliteit voor wat betreft
de respons op FSH toediening, met weinig respons op FSH in sommige patiënten en een overmatige
respons bij anderen. Zowel bij mannen als vrouwen dient de laagste effectieve dosis, in verhouding tot
het behandelingsdoel, te worden gebruikt.
Porfyrie
Patiënten met porfyrie of met een familiale geschiedenis met porfyrie dienen nauw gecontroleerd te
worden tijdens de behandeling met GONAL-f. Achteruitgang of een eerste verschijnsel van deze
aandoening kan beëindiging van de behandeling vereisen.
Vóór de therapie moet de infertiliteit van de partners eenduidig vastgesteld zijn, en moeten
contra-indicaties voor zwangerschap zijn uitgesloten. In het bijzonder dienen patiënten onderzocht te
worden op hypothyreoïdie, bijnierschorsinsufficientie en hyperprolactinemie en adequaat specifiek
behandeld te worden.
Patiënten bij wie stimulering van follikelgroei wordt toegepast, hetzij als behandeling van anovulatoire
onvruchtbaarheid of van ART procedures, kunnen ovariële vergroting ondervinden en ovariële
hyperstimulatie ontwikkelen. Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van
GONAL-f, tegelijkertijd met zorgvuldige controle van de behandeling zullen het risico hierop
beperken. Voor het op de juiste wijze interpreteren van indices van follikulaire ontwikkeling en rijping
dient de arts ervaren te zijn in het interpreteren van relevante tests.
In klinisch onderzoek is aangetoond dat de gevoeligheid van het ovarium voor GONAL-f toeneemt als
lutropine alfa wordt toegediend. Als een doseringsverhoging van FSH wenselijk wordt geacht moet dit
bij voorkeur met tussenpozen van 7-14 dagen gebeuren en met stapsgewijze dosisverhogingen van
37,5-75 I.E.
Een directe vergelijking tussen GONAL-f/LH en humaan menopauzaal gonadotropine (hMG) is niet
uitgevoerd. Een vergelijking met historische gegevens maakt aannemelijk dat de ovulatiesnelheid
welke wordt verkregen met GONAL-f/LH vergelijkbaar is met die verkregen met hMG.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Een bepaalde mate van ovariumvergroting is een te verwachten effect van gecontroleerde ovariële
stimulatie. Het wordt vaker gezien bij vrouwen met polycysteus-ovariumsyndroom en wordt
doorgaans minder zonder behandeling.
Anders dan bij ongecompliceerde ovariële vergroting, is OHSS een aandoening die zich kan
manifesteren in toenemende mate van ernst. Het omvat uitgesproken ovariële vergroting, hoge
geslachtssteroïdenspiegels, en een verhoogde vasculaire permeabiliteit die kan leiden tot een ophoping
van vocht in peritoneale, pleurale, en zelden, in pericardiale holten.
De volgende symptomatologie kan vóórkomen in ernstige gevallen van OHSS: buikpijn, opzetting van
de buik, ernstige ovariële vergroting, gewichtstoename, dyspneu, oligurie en gastrointestinale
symptomen zoals misselijkheid, braken en diarree. Klinisch onderzoek kan hypovolemie aantonen,
hemoconcentratie, elektrolytstoornissen, ascites, hemoperitoneum, pleurale vochtuitstortingen,
hydrothorax of acuut longlijden. Zeer zelden kan ernstige OHSS gecompliceerd worden door
gedraaide eileiders of trombo-embolische voorvallen zoals longembolie, ischemische beroerte of
myocardinfarct.
Onafhankelijke risicofactoren voor het ontwikkelen van OHSS zijn polycysteus-ovariumsyndroom,
hoge absolute of snel stijgende serumspiegels van oestradiol (bv. > 900 pg/ml of > 3.300 pmol/l bij
anovulatie; > 3.000 pg/ml of > 11.000 pmol/l bij ART) en een groot aantal ontwikkelende ovariële
follikels (bv. > 3 follikels met een diameter van 14 mm bij anovulatie; 20 follikels met een
diameter van 12 mm bij ART).
Het in acht nemen van de aanbevolen dosis en het doseringsschema van GONAL-f kan het risico van
ovariële hyperstimulatie tot een minimum beperken (zie rubrieken 4.2 en 4.8). Het monitoren van de
stimulatiecycli met zowel echografie als oestradiolbepalingen wordt aangeraden om risicofactoren in
een vroeg stadium te herkennen.
Er zijn tekenen die erop wijzen dat hCG een sleutelrol speelt bij het ontstaan van OHSS en dat het
syndroom ernstiger kan zijn of langer kan aanhouden in geval van zwangerschap. Het is daarom aan te
raden dat geen hCG wordt toegediend indien zich tekenen voordoen van ovariële hyperstimulatie,
zoals een serum-oestradiolspiegel van > 5.500 pg/ml of > 20.200 pmol/l en/of in totaal 40 follikels,
barrière-contraceptiemethoden te gebruiken. OHSS kan snel (binnen 24 uur) of in enkele dagen
ontwikkelen en een ernstige medische aandoening worden. Meestal treedt het op nadat een
hormonenbehandeling is stopgezet en bereikt het zijn hoogtepunt ongeveer zeven tot tien dagen na de
behandeling. Daarom dienen patiënten ten minste gedurende 2 weken na de hCG-toediening gevolgd
te worden.
Bij ART kan echter aspiratie van alle follikels vóór ovulatie het vóórkomen van hyperstimulatie
verminderen.
Lichte of matige OHSS verdwijnt doorgaans spontaan. In geval van ernstige OHSS, wordt aangeraden
om de gonadotropinebehandeling te onderbreken, als zij nog gaande was, en om de patiënt in een
ziekenhuis op te nemen en specifieke behandeling te starten.
Meerlingzwangerschap
Bij patiënten bij wie ovulatie-inductie wordt toegepast, treden meerlingzwangerschappen vaker op dan
bij vrouwen bij wie de zwangerschap op natuurlijke wijze tot stand is gebracht. De meerderheid van
de meerlingen zijn tweelingen. Bij meerlingzwangerschap, in het bijzonder die van grote orde, bestaat
een verhoogde kans op ongewenste maternale en perinatale uitkomsten.
Om de kans op meerlingzwangerschap zo klein mogelijk te houden is het aanbevolen de ovariële
respons zorgvuldig te volgen.
De kans op meerlingzwangerschappen na toepassing van conceptiehulptechnieken (ART) hangt samen
met het aantal teruggeplaatste embryo's, de kwaliteit hiervan en de leeftijd van de patiënt.
Patiënten dienen vóór de behandeling te worden ingelicht omtrent het risico op meerlinggeboortes.
Zwangerschapsafbreking
Het percentage zwangerschapsafbreking door miskraam of spontane abortus is hoger bij patiënten die
stimulering van follikelgroei ondergaan voor ovulatie-inductie of ART dan na natuurlijke bevruchting.
Extra-uteriene zwangerschap
Vrouwen met een voorgeschiedenis van aandoeningen ter hoogte van de eileiders, hebben een
verhoogd risico op extra-uteriene zwangerschap, ongeacht of de zwangerschap natuurlijk tot stand
kwam of na vruchtbaarheidsbehandeling. Het optreden van extra-uteriene zwangerschap na ART bleek
vaker voor te komen dan bij de algemene bevolking.
Tumoren van het voortplantingssysteem
Er zijn gevallen gerapporteerd van zowel goedaardige als kwaadaardige tumoren van de ovaria of
andere delen van het voortplantingsstelsel, bij vrouwen die veelvuldige behandelingen kregen voor
onvruchtbaarheid. Het is nog niet duidelijk of behandeling met gonadotropinen het risico voor dit
soort tumoren verhoogt bij onvruchtbare vrouwen.
Congenitale afwijkingen
Het vóórkomen van congenitale afwijkingen na ART kan iets hoger zijn dan na gewone conceptie.
Men veronderstelt dat dit komt door verschillen in de eigenschappen van de ouders (bijvoorbeeld de
leeftijd van de moeder, eigenschappen van het sperma) en meerlingzwangerschappen.
Trombo-embolische voorvallen
Bij vrouwen met recente of nog aanwezige trombo-embolische aandoeningen of bij vrouwen met
algemeen erkende risicofactoren voor het ontstaan van trombo-embolische voorvallen, zoals een eigen
of familiegeschiedenis, kan bij behandeling met gonadotropinen het risico van het verergeren of het
optreden van dergelijke voorvallen verder toenemen. Bij deze vrouwen dient een afweging te worden
gemaakt van de voordelen van gonadotropinebehandeling en de nadelen daarvan. Het dient echter te
worden opgemerkt dat zowel zwangerschap zelf als OHSS ook een toename van het risico van
trombo-embolische voorvallen met zich meebrengen.
Een verhoogde concentratie endogeen FSH wijst op primaire testesinsufficiëntie. Patiënten bij wie dit
wordt geconstateerd, reageren niet op de combinatie GONAL-f/hCG. GONAL-f mag niet worden
gebruikt wanneer geen effectieve respons kan worden verkregen.
Als onderdeel van de evaluatie van het effect van de behandeling wordt sperma-analyse 4 tot
6 maanden na het begin van de behandeling aanbevolen.
Natriumgehalte
Gonal-f bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Gelijktijdig gebruik van GONAL-f en andere ovulatiestimulerende geneesmiddelen (bv. hCG,
clomifeencitraat) kan de folliculaire respons potentiëren. Wanneer overigens tegelijkertijd een
GnRH-agonist of -antagonist wordt gebruikt om de hypofyse te desensitiseren, kan een hogere dosis
van GONAL-f nodig zijn om een adequate ovariële respons te bereiken. Geen klinisch belangrijke
interacties met andere geneesmiddelen zijn gemeld tijdens behandeling met GONAL-f.
4.6 Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er is geen indicatie voor het gebruik van GONAL-f tijdens de zwangerschap. Gegevens die afkomstig
zijn van een beperkt aantal blootgestelde zwangerschappen (minder dan
300 zwangerschapsuitkomsten) duiden erop dat follitropine alfa niet misvormend of foetaal/neonataal
toxisch is.
In dierstudies is geen teratogeen effect waargenomen (zie rubriek 5.3).
In geval van blootstelling tijdens de zwangerschap, zijn er onvoldoende klinische gegevens om een
teratogeen effect van GONAL-f uit te sluiten.
Borstvoeding
GONAL-f is niet geïndiceerd tijdens het geven van borstvoeding.
Vruchtbaarheid
GONAL-f is geïndiceerd voor gebruik bij onvruchtbaarheid (zie rubriek 4.1).
4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
GONAL-f heeft naar verwachting geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het
vermogen om machines te bedienen.
4.8 Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest gemelde bijwerkingen zijn hoofdpijn, ovariumcysten en reacties op de injectieplaats (bv.
pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie op de injectieplaats).
beschouwd als een intrinsiek risico van de stimulatieprocedure. Ernstig OHSS komt soms voor (zie
rubriek 4.4).
Trombo-embolie kan zeer zelden optreden (zie rubriek 4.4).
Lijst van bijwerkingen
De volgende definities zijn van toepassing op de hieronder gebruikte frequentieterminologie: zeer
vaak ( 1/10), vaak ( 1/100, < 1/10), soms ( 1/1.000, < 1/100), zelden ( 1/10.000, < 1/1.000), zeer
zelden (< 1/10.000).
Behandeling bij vrouwen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Zenuwstelselaandoeningen
Zeer vaak:
Hoofdpijn
Bloedvataandoeningen
Zeer zelden:
Trombo-embolie (zowel in verband met als afzonderlijk van OHSS)
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Maagdarmstelselaandoeningen
Vaak:
Buikpijn, opgezette buik, buikklachten, misselijkheid, braken, diarree
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Zeer vaak:
Ovariumcysten
Vaak:
Mild tot matig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie)
Soms:
Ernstig OHSS (met inbegrip van bijbehorende symptomatologie) (zie rubriek 4.4).
Zelden:
Complicatie van ernstig OHSS
Algemene aandoeningen en toedieningsplaatsstoornissen
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Behandeling bij mannen
Immuunsysteemaandoeningen
Zeer zelden:
Milde tot ernstige overgevoeligheidsreacties, waaronder anafylactische reacties en
shock
Ademhalingsstelsel-, borstkas- en mediastinumaandoeningen
Zeer zelden:
Exacerbatie of verergering van astma
Huid- en onderhuidaandoeningen
Vaak:
Acne
Voortplantingsstelsel- en borstaandoeningen
Vaak:
Gynaecomastie, varicocele
Zeer vaak:
Reacties op de injectieplaats (bv. pijn, erytheem, hematoom, zwelling en/of irritatie
op de injectieplaats)
Onderzoeken
Vaak:
Gewichtstoename
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.
4.9 Overdosering
De effecten van een overdosering met GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin bestaat de mogelijkheid
dat OHSS optreedt (zie rubriek 4.4).
5.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: geslachtshormonen en modulatoren van het genitale stelsel,
gonadotropinen, ATC-code: G03GA05.
Het belangrijkste effect van parenterale toediening van FSH bij vrouwen is de ontwikkeling van rijpe
Graafse follikels. Bij vrouwen met anovulatie is het doel van behandeling met GONAL-f de
ontwikkeling van een enkele rijpe Graafse follikel, waaruit na toediening van hCG een eicel vrijkomt.
Klinische werkzaamheid en veiligheid bij vrouwen
In klinische onderzoeken werden patiënten met ernstige FSH- en LH-deficiëntie omschreven met een
endogene serum LH-spiegel van < 1,2 I.E./l, gemeten in een centraal laboratorium. Er moet echter
rekening gehouden worden met het feit dat LH-bepalingen tussen verschil ende laboratoria kunnen
verschillen.
In klinische studies die r-hFSH (follitropine alfa) en urinair FSH vergelijken bij ART (zie
onderstaande tabel) en bij ovulatie-inductie, was GONAL-f effectiever dan urinair FSH, aangezien een
lagere dosis en kortere behandelperiode nodig zijn om follikelrijping te initiëren.
Bij ART resulteerde GONAL-f met een lagere totale dosis en kortere behandelperiode dan urinair FSH
in een hoger aantal gewonnen oöcyten, vergeleken met urinair FSH.
Tabel: Resultaten van studie GF 8407 (gerandomiseerde studie met parallelle groepen die
werkzaamheid en veiligheid vergelijkt van GONAL-f met die van urinair FSH bij ART)
GONAL-f
urinair FSH
(n = 130)
(n = 116)
Aantal gewonnen oöcyten
11,0 ± 5,9
8,8 ± 4,8
Benodigde dagen FSH-stimulatie
11,7 ± 1,9
14,5 ± 3,3
Totale benodigde dosis FSH (aantal FSH
27,6 ± 10,2
40,7 ± 13,6
75 I.E. ampullen)
Behoefte de dosis te verhogen (%)
56,2
85,3
Verschillen tussen de 2 groepen waren statistisch significant (p< 0,05) voor alle genoemde criteria.
Bij mannen, met een tekort aan FSH, induceert GONAL-f de spermatogenese, indien toegediend in
combinatie met hCG gedurende ten minste 4 maanden.
5.2 Farmacokinetische eigenschappen
Na intraveneuze toediening wordt follitropine alfa verdeeld over de extracellulaire vloeistof met een
initiële halfwaardetijd van ongeveer 2 uur. Het wordt geëlimineerd met een eindhalfwaardetijd van
ongeveer 1 dag. Het steady-state verdelingsvolume en de totale lichaamsklaring zijn respectievelijk
10 l en 0,6 l/uur. Eén achtste deel van de dosis follitropine alfa wordt in de urine uitgescheiden.
Na subcutane toediening is de absolute biologische beschikbaarheid ongeveer 70%. Na herhaalde
toediening van follitropine alfa wordt binnen 3-4 dagen een drievoudige steady-state concentratie
bereikt. Bij vrouwen wier endogene gonadotropinensecretie onderdrukt is, blijkt follitropine alfa op
effectieve wijze de follikelrijping en de steroïdgenese te stimuleren, ondanks onmeetbaar lage
LH-spiegels.
5.3 Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Niet-klinische gegevens duiden niet op een speciaal risico voor mensen. Deze gegevens zijn afkomstig
van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij eenmalige en herhaalde dosering en
genotoxiciteit, aanvullend op wat al eerder is gemeld in andere rubrieken van deze SmPC.
Verminderde fertiliteit is gerapporteerd bij ratten blootgesteld aan farmacologische doses van
follitropine alfa ( 40 I.E./kg/dag) gedurende langere tijd, door een afgenomen fecunditeit.
Toegediend in hoge doses ( 5 I.E./kg/dag) veroorzaakte follitropine alfa een afname van het aantal
levensvatbare foetussen zonder teratogeen te zijn, en dystokie overeenkomend met die gezien op
urinair menopauzaal gonadotropine (hMG). Gezien het feit dat GONAL-f bij zwangerschap niet mag
worden gebruikt zijn deze gegevens van beperkte klinische relevantie.
6.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
6.1 Lijst van hulpstoffen
Poloxamer 188
Sucrose
Methionine
Natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat
Dinatriumfosfaat-dihydraat
m-Cresol
Fosforzuur, geconcentreerd
Natriumhydroxide
Water voor injecties
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing.
6.3 Houdbaarheid
2 jaar.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
De patiënt dient op de GONAL-f voorgevulde pen de dag van het eerste gebruik te noteren.
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Vóór opening en binnen de houdbaarheidsduur kan het geneesmiddel uit de koelkast worden genomen
en maximaal 3 maanden bewaard worden bij of beneden 25°C, zonder opnieuw gekoeld te worden.
Het product dient te worden weggegooid indien het na 3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Voor de bewaarcondities tijdens gebruik, zie rubriek 6.3.
6.5 Aard en inhoud van de verpakking
1,5 ml oplossing voor injectie in een patroon van 3 ml (type I glas), met een plunjerstop
(halobutylrubber) en een aluminium krimpdop met zwarte rubberen inleg.
Een verpakking met 1 voorgevulde pen en 20 naalden die voor toediening met de pen gebruikt
worden.
6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Zie de 'Gebruiksaanwijzing'.
De oplossing mag niet gebruikt worden als deze deeltjes bevat of niet helder is.
Ongebruikte oplossing moet worden weggegooid, niet later dan 28 dagen na de eerste opening.
GONAL-f 900 I.E./1,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen is niet zodanig ontworpen
dat de patroon verwijderd kan worden.
Gooi de gebruikte naalden onmiddellijk weg na de injectie.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
8.
NUMMER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/035
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 oktober 1995
Datum van laatste verlenging: 20 oktober 2010
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
BIJLAGE II
A. FABRIKANTEN VAN DE BIOLOGISCH WERKZAME
STOF EN FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN
VAN LEVERING EN GEBRUIK
C. ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE
HOUDER VAN DE HANDELSVERGUNNING MOETEN
WORDEN NAGEKOMEN
D. VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET
BETREKKING TOT EEN VEILIG EN DOELTREFFEND
GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikant van de biologisch werkzame stof
Merck Serono S.A.
Succursale d'Aubonne
Zone Industrielle de l'Ouriettaz
1170 Aubonne
Zwitserland
of
Merck S.L.
C/Batanes 1
28760 Tres Cantos (Madrid)
Spanje
Naam en adres van de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte
Merck Serono S.p.A.
Via delle Magnolie 15 (loc. frazione Zona Industriale)
70026 Modugno (BA)
Italië
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK
Aan beperkt medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel (zie bijlage I: Samenvatting van de
productkenmerken, rubriek 4.2).
C. ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
·
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.
D. VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
·
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de verplichte onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in
module 1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen
RMP-aanpassingen.
·
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
·
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico's of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico's tot een minimum) is bereikt.
BIJLAGE III
ETIKETTERING EN BIJSLUITER
A. ETIKETTERING
GONAL-f 75 I.E., DOOS MET 1, 5, 10 INJECTIEFLACONS EN 1, 5, 10 VOORGEVULDE
SPUITEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 75 I.E. poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke injectieflacon bevat 5,5 microgram follitropine alfa, overeenkomend met 75 I.E. Elke ml
gereconstitueerde oplossing bevat 75 I.E.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: sucrose, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat, dinatriumfosfaat-dihydraat, methionine,
polysorbaat 20, geconcentreerd fosforzuur en natriumhydroxide.
Oplosmiddel voor oplossing voor injectie: water voor injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie.
1 voorgevulde spuit met 1 ml oplosmiddel.
5 injectieflacons met poeder voor oplossing voor injectie.
5 voorgevulde spuiten met 1 ml oplosmiddel.
10 injectieflacons met poeder voor oplossing voor injectie.
10 voorgevulde spuiten met 1 ml oplosmiddel.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren beneden 25°C. Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
Ongebruikte oplossing weggooien.
11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/025 1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit met oplosmiddel
EU/1/95/001/026 5 injectieflacons met poeder voor oplossing voor injectie
5 voorgevulde spuiten met oplosmiddel
EU/1/95/001/027 10 injectieflacons met poeder voor oplossing voor injectie
10 voorgevulde spuiten met oplosmiddel
13. PARTIJNUMMER
Lot
Lot oplosmiddel
14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16. INFORMATIE IN BRAILLE
gonal-f 75 i.e.
17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk
PC
SN
NN
WORDEN VERMELD
GONAL-f 75 I.E., ETIKET INJECTIEFLACON
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
GONAL-f 75 I.E. poeder voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
s.c.
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
4.
PARTIJNUMMER
Lot
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
75 I.E.
6.
OVERIGE
WORDEN VERMELD
GONAL-F 75 I.E., ETIKET VOORGEVULDE SPUIT OPLOSMIDDEL
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Oplosmiddel voor poeder voor oplossing voor injectie voor GONAL-f
Water voor injecties
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
4.
PARTIJNUMMER
Lot
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
1 ml/voorgevulde spuit
6.
OVERIGE
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ML, DOOS MET 1 injectieflacon en 1 voorgevulde spuit
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke multidoseringsinjectieflacon bevat 87 microgram follitropine alfa, overeenkomend met 1.200 I.E.
Elke ml gereconstitueerde oplossing bevat 600 I.E.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: sucrose, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat, dinatriumfosfaat-dihydraat,
geconcentreerd fosforzuur en natriumhydroxide.
Oplosmiddel voor oplossing voor injectie: water voor injecties, benzylalcohol 0,9%.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie.
1 voorgevulde spuit met 2 ml oplosmiddel.
15 wegwerpspuiten voor toediening, met schaal in FSH-eenheden.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Uitsluitend voor meervoudige injecties.
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
De bijgevoegde voorgevulde spuit met oplosmiddel dient alleen voor reconstitutie gebruikt te worden.
De gereconstitueerde inhoud mag slechts voor een
enkele patiënt worden gebruikt.
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Voorafgaand aan reconstitutie: bewaren beneden 25°C. Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter
bescherming tegen licht.
Na reconstitutie: bewaren beneden 25°C. Niet in de vriezer bewaren. Bewaren in de oorspronkelijke
verpakking.
10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
Gooi alle ongebruikte oplossing weg na 28 dagen.
11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/021 1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit met oplosmiddel
15 wegwerpspuiten
13. PARTIJNUMMER
Lot
Lot oplosmiddel
14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16. INFORMATIE IN BRAILLE
gonal-f 1050 i.e.
17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk
PC
SN
NN
WORDEN VERMELD
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ML, ETIKET INJECTIEFLACON
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
s.c.
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
4.
DATUM VAN RECONSTITUTIE
Datum:
5.
PARTIJNUMMER
Lot
6.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
1.200 I.E./injectieflacon
7.
OVERIGE
WORDEN VERMELD
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ML, ETIKET VOORGEVULDE SPUIT OPLOSMIDDEL
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Oplosmiddel voor gebruik met GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml
Water voor injecties, benzylalcohol 0,9%
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
4.
PARTIJNUMMER
Lot
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
2 ml/voorgevulde spuit
6.
OVERIGE
GONAL-f 450 I.E./0,75 ML, DOOS MET 1 INJECTIEFLACON EN 1 VOORGEVULDE
SPUIT
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder en oplosmiddel voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke multidoseringsinjectieflacon bevat 44 microgram follitropine alfa, overeenkomend met 600 I.E.
Elke ml gereconstitueerde oplossing bevat 600 I.E.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: sucrose, natriumdiwaterstoffosfaatmonohydraat, dinatriumfosfaatdihydraat,
geconcentreerd fosforzuur en natriumhydroxide.
Oplosmiddel voor oplossing voor injectie: water voor injecties, benzylalcohol 0,9%.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie.
1 voorgevulde spuit met 1 ml oplosmiddel.
6 wegwerpspuiten voor toediening, met schaal in FSH-eenheden.
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Uitsluitend voor meervoudige injecties.
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
De bijgevoegde voorgevulde spuit met oplosmiddel dient alleen voor reconstitutie gebruikt te worden.
De gereconstitueerde inhoud mag slechts voor een
enkele patiënt worden gebruikt.
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Voorafgaand aan reconstitutie: bewaren beneden 25°C. Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter
bescherming tegen licht.
Na reconstitutie: bewaren beneden 25°C. Niet in de vriezer bewaren. Bewaren in de oorspronkelijke
verpakking.
10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
Gooi alle ongebruikte oplossing weg na 28 dagen.
11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/031 1 injectieflacon met poeder voor oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit met oplosmiddel
6 wegwerpspuiten
13. PARTIJNUMMER
Lot
Lot oplosmiddel
14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16. INFORMATIE IN BRAILLE
gonal-f 450 i.e.
17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk
PC
SN
NN
WORDEN VERMELD
GONAL-f 450 I.E./0,75 ML, ETIKET INJECTIEFLACON
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
s.c.
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
4.
DATUM VAN RECONSTITUTIE
Datum:
5.
PARTIJNUMMER
Lot
6.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
600 I.E./injectieflacon
7.
OVERIGE
WORDEN VERMELD
GONAL-f 450 I.E./0,75 ML, ETIKET VOORGEVULDE SPUIT OPLOSMIDDEL
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Oplosmiddel voor gebruik met GONAL-f 450 I.E./0,75 ml
Water voor injecties, benzylalcohol 0,9%
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
4.
PARTIJNUMMER
Lot
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
1 ml/voorgevulde spuit
6.
OVERIGE
GONAL-f 150 I.E./0,25 ML PEN, DOOS MET 1 VOORGEVULDE PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 150 I.E./0,25 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 150 I.E. follitropine alfa, overeenkomend met
11 microgram, per 0,25 ml.
Follitropine alfa, 600 I.E./ml (overeenkomend met 44 microgram/ml).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: Poloxamer 188, sucrose, methionine, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat,
dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd fosforzuur, natriumhydroxide en water voor
injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
1 voorgevulde multidoseringspen
4 injectienaalden
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Binnen de houdbaarheidstermijn kan het geneesmiddel maximaal 3 maanden bewaard worden bij of
beneden 25°C zonder gekoeld te worden. Het dient daarna te worden weggegooid.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/036 oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
4 naalden
13. PARTIJNUMMER
Lot
14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16. INFORMATIE IN BRAILLE
gonal-f 150 i.e./0,25 ml
17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk
PC
SN
NN
GONAL-f 150 I.E./0,25 ml PEN, STICKER
Er zal een sticker worden meegeleverd waarop de patiënt de eerste dag van gebruik kan noteren.
WORDEN VERMELD
GONAL-f 150 I.E./0,25 ML PEN, ETIKET PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
GONAL-f 150 I.E./0,25 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Subcutaan gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
Houdbaarheid na het eerste gebruik: 28 dagen
4.
PARTIJNUMMER
Lot
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
150 I.E./0,25 ml
6.
OVERIGE
GONAL-f 300 I.E./0,5 ML PEN, DOOS MET 1 VOORGEVULDE PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 300 I.E./0,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 300 I.E. follitropine alfa, overeenkomend met
22 microgram, per 0,5 ml.
Follitropine alfa, 600 I.E./ml (overeenkomend met 44 microgram/ml).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: Poloxamer 188, sucrose, methionine, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat,
dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd fosforzuur, natriumhydroxide en water voor
injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
1 voorgevulde multidoseringspen
8 injectienaalden
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Binnen de houdbaarheidstermijn kan het geneesmiddel maximaal 3 maanden bewaard worden bij of
beneden 25°C zonder gekoeld te worden. Het dient daarna te worden weggegooid.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/033 oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
8 naalden
13. PARTIJNUMMER
Lot
14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16. INFORMATIE IN BRAILLE
gonal-f 300 i.e./0,5 ml
17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk
PC
SN
NN
GONAL-f 300 I.E./0,5 ml PEN, STICKER
Er zal een sticker worden meegeleverd waarop de patiënt de eerste dag van gebruik kan noteren.
WORDEN VERMELD
GONAL-f 300 I.E./0,5 ML PEN, ETIKET PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
GONAL-f 300 I.E./0,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Subcutaan gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
Houdbaarheid na het eerste gebruik: 28 dagen
4.
PARTIJNUMMER
Lot
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
300 I.E./0,5 ml
6.
OVERIGE
GONAL-f 450 I.E./0,75 ML, DOOS MET 1 VOORGEVULDE PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 450 I.E. follitropine alfa, overeenkomend met
33 microgram, per 0,75 ml.
Follitropine alfa, 600 I.E./ml (overeenkomend met 44 microgram/ml).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: Poloxamer 188, sucrose, methionine, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat,
dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd fosforzuur, natriumhydroxide en water voor
injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
1 voorgevulde multidoseringspen
12 injectienaalden
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Binnen de houdbaarheidstermijn kan het geneesmiddel maximaal 3 maanden bewaard worden bij of
beneden 25°C zonder gekoeld te worden. Het dient daarna te worden weggegooid.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/034 oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
12 naalden
13. PARTIJNUMMER
Lot
14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16. INFORMATIE IN BRAILLE
gonal-f 450 i.e./0,75 ml
17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk
PC
SN
NN
GONAL-f 450 I.E./0,75 ML PEN, STICKER
Er zal een sticker worden meegeleverd waarop de patiënt de eerste dag van gebruik kan noteren.
WORDEN VERMELD
GONAL-f 450 I.E./0,75 ML PEN, ETIKET PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Subcutaan gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
Houdbaarheid na het eerste gebruik: 28 dagen
4.
PARTIJNUMMER
Lot
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
450 I.E./0,75 ml
6.
OVERIGE
GONAL-f 900 I.E./1,5 ML PEN, DOOS MET 1 VOORGEVULDE PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
GONAL-f 900 I.E./1,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde multidoseringspen levert 900 I.E. follitropine alfa, overeenkomend met
66 microgram, per 1,5 ml.
Follitropine alfa, 600 I.E./ml (overeenkomend met 44 microgram/ml).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: Poloxamer 188, sucrose, methionine, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat,
dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd fosforzuur, natriumhydroxide en water voor
injecties.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen.
1 voorgevulde multidoseringspen
20 injectienaalden
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast. Niet in de vriezer bewaren.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Binnen de houdbaarheidstermijn kan het geneesmiddel maximaal 3 maanden bewaard worden bij of
beneden 25°C zonder gekoeld te worden. Het dient daarna te worden weggegooid.
Eenmaal geopend mag het geneesmiddel maximaal 28 dagen bewaard worden bij of beneden 25°C.
10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Merck Europe B.V.
Gustav Mahlerplein 102
1082 MA Amsterdam
Nederland
12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/95/001/035 oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
20 naalden
13. PARTIJNUMMER
Lot
14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16. INFORMATIE IN BRAILLE
gonal-f 900 i.e./1,5 ml
17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk
PC
SN
NN
GONAL-f 900 I.E./1,5 ML PEN, STICKER
Er zal een sticker worden meegeleverd waarop de patiënt de eerste dag van gebruik kan noteren.
WORDEN VERMELD
GONAL-f 900 I.E./1,5 ML PEN, ETIKET PEN
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
GONAL-f 900 I.E./1,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Subcutaan gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
Houdbaarheid na het eerste gebruik: 28 dagen
4.
PARTIJNUMMER
Lot
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
900 I.E./1,5 ml
6.
OVERIGE
B. BIJSLUITER
GONAL-f 75 I.E. poeder en oplosmiddel
voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Hoe bereidt u GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe bewaart u het?
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is GONAL-f?
GONAL-f bevat een geneesmiddel dat 'follitropine alfa' wordt genoemd. Follitropine alfa is een type
follikelstimulerend hormoon (FSH), dat hoort bij de groep hormonen die 'gonadotropinen' worden
genoemd. Gonadotropinen zijn betrokken bij de voortplanting en de vruchtbaarheid.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Bij volwassen vrouwen wordt GONAL-f gebruikt:
·
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een middel dat
'clomifeencitraat' wordt genoemd.
·
samen met een ander middel, dat 'lutropine alfa' (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd,
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert.
·
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij
vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen
om zwanger te worden), bijvoorbeeld in vitro fertilisatie, `gamete intra-fallopian transfer' of
`zygote intrafallopian transfer'.
Bij volwassen mannen wordt GONAL-f gebruikt:
·
samen met een ander middel, `humaan chorion gonadotropine' (hCG) genoemd, om de
zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage
concentraties van bepaalde hormonen.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
De vruchtbaarheid van u en uw echtgenoot/partner moet geëvalueerd worden voordat de behandeling
wordt gestart door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
·
U bent allergisch voor follikelstimulerend hormoon of voor een van de stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
·
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
·
U bent een
vrouw:
-
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de
eierstokken), van onbekende oorsprong.
-
met onverklaarbare vaginale bloeding.
-
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten.
-
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is,
zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
·
U bent een
man:
-
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
Gebruik GONAL-f niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Als u twijfelt, neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het
niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
·
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de
zon is geweest, en/of
·
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de
onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u
ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om
te stoppen met het gebruik van dit middel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden
genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met GONAL-f veroorzaakt
zelden ernstige OHSS, tenzij het geneesmiddel wordt toegediend dat wordt gebruikt om eitjes tot volle
rijping te brengen (dat humaan chorion gonadotropine hCG bevat). Als u OHSS ontwikkelt, kan het
zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en men kan u meedelen dat u gedurende ten
minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière-voorbehoedsmiddelen (condooms)
moet gebruiken.
Wanneer u GONAL-f gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind
ineens (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby's. U kunt de kans op
meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis GONAL-f op de juiste tijdstippen te gebruiken.
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een
meerlingzwangerschap en uw leeftijd, de kwaliteit en het aantal bevruchte eicellen of embryo's dat bij
u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om
eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of
beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met GONAL-f.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde
testikels. GONAL-f werkt meestal niet als u dit probleem heeft.
Als uw arts beslist om behandeling met GONAL-f te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden
na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Kinderen
Gonal-f is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast GONAL-f nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
·
Als u GONAL-f gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals
hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
·
Als u GONAL-f op hetzelfde moment gebruikt als een 'gonadotropin-releasing
hormone'-agonist (GnRH-agonist) of -antagonist (deze geneesmiddelen verlagen de
concentraties van uw geslachtshormonen en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een
hogere dosis GONAL-f nodig om follikels te produceren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Dan mag u GONAL-f niet gebruiken.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid en het gebruik van machines
beïnvloedt.
GONAL-f bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Gebruik van dit middel
·
GONAL-f is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden
gegeven.
·
De eerste injectie met GONAL-f moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
·
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u GONAL-f moet injecteren voordat u zichzelf
een injectie kunt toedienen.
·
Als u GONAL-f bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de instructies 'Hoe bereidt u het
GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe gebruikt u het?' aan het eind van deze bijsluiter.
Hoeveel moet u gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses
zijn vermeld in internationale eenheden (I.E.).
Vrouwen
Als bij u geen eisprong optreedt en u onregelmatig of niet menstrueert.
·
GONAL-f wordt doorgaans elke dag gegeven.
·
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van GONAL-f in de eerste 7 dagen
van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met
het gebruik van dit middel.
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is per dag 75 tot 150 I.E.
·
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
·
De maximale dagelijkse dosis GONAL-f is doorgaans niet hoger dan 225 I.E.
·
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f. De beste
tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
Als uw arts na 4 weken geen gewenste reactie kan zien, dient die behandelcyclus met GONAL-f
gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als bij u geen eisprong optreedt, u niet menstrueert en bij u de diagnose is gesteld dat u zeer lage
concentraties FSH en LH heeft
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is 75 tot 150 I.E., samen met 75 I.E. lutropine alfa.
·
U gebruikt deze twee middelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
·
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
·
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f en
op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in
de baarmoederholte te plaatsen.
Als uw arts na 5 weken geen gewenste reactie kan waarnemen, dient deze behandelcyclus met
GONAL-f gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als u voorafgaand aan een begeleide vruchtbaarheidstechniek meerdere eicellen moet
ontwikkelen voor afname
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is elke dag 150 tot 225 I.E., vanaf dag 2 of 3 van uw
behandelcyclus.
·
De dosis GONAL-f kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse
dosis is 450 I.E.
·
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst
punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren tussen 5 dagen en 20 dagen. Uw
arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit bereikt is.
·
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale
recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5.000 I.E. tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na
uw laatste injectie met GONAL-f. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp
van een agonist of antagonist (bevorderend of remmend middel) van `gonadotropin-releasing
hormone' (GnRH). Vervolgens wordt dan gestart met GONAL-f, ongeveer twee weken na het begin
van de behandeling met de agonist. Daarna worden GONAL-f en een GnRH-agonist beide gegeven,
totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een
GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 I.E. GONAL-f toegediend. De dosis wordt dan
aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken.
Mannen
·
De gebruikelijke dosis GONAL-f is 150 I.E., samen met hCG.
·
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
·
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten
minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van het gebruik van te veel GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo'n geval
bedacht te zijn op het optreden van een ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven
wordt in rubriek 4. Echter, OHSS zal alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2,
OHSS).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Bent u vergeten GONAL-f te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te
halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen bij vrouwen
·
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn
van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken
overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in
de eierstokken (zie ook in rubriek 2 bij 'Ovarieel hyperstimulatiesyndroom'). Deze bijwerking
komt vaak voor (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen).
·
Het OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie,
gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag en
borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (kan maximaal 1 op de 100 personen treffen).
·
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen
zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 1.000 personen treffen).
·
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk
van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 10.000 personen
treffen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook in
rubriek 2 bij 'Bloedstolselproblemen').
Ernstige bijwerkingen bij mannen en vrouwen
·
Allergische reacties zoals uitslag, rode huid, netelroos, opgezwollen gezicht met
ademhalingsproblemen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor (kan
maximaal 1 op de 10.000 personen treffen).
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk
contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het
gebruik van GONAL-f.
Andere bijwerkingen bij vrouwen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
·
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
·
Hoofdpijn
·
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
·
Buikpijn
·
Zich misselijk voelen, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
·
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
·
Uw astma kan verergeren.
Andere bijwerkingen bij mannen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
·
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
·
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
·
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
·
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
·
Uw astma kan verergeren.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de
injectieflacon na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Bewaren beneden 25°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat er zichtbare tekenen van bederf zijn, als de vloeistof
deeltjes bevat of niet helder is.
Dit geneesmiddel moet direct na bereiding worden toegediend.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
GONAL-f mag niet worden toegediend als mengsel met andere geneesmiddelen in dezelfde injectie,
behalve lutropine alfa. Studies hebben aangetoond dat deze twee geneesmiddelen kunnen worden
gemengd en samen geïnjecteerd, zonder enig negatief effect op de twee producten.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
·
De werkzame stof in dit middel is follitropine alfa.
·
Elke injectieflacon bevat 5,5 microgram follitropine alfa.
·
Na bereiding van de uiteindelijke oplossing voor injectie zit er 75 I.E. (5,5 microgram)
follitropine alfa in elke milliliter oplossing.
·
De andere stoffen in dit middel zijn sucrose, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat,
dinatriumfosfaat-dihydraat, methionine, polysorbaat 20, geconcentreerd fosforzuur en
natriumhydroxide.
Het oplosmiddel is water voor injecties.
Hoe ziet GONAL-f eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
·
GONAL-f wordt gepresenteerd als poeder en oplosmiddel, die worden gebruikt voor de
bereiding van een oplossing voor injectie.
·
Het poeder is een witte pellet in een glazen injectieflacon
·
Het oplosmiddel is een heldere, kleurloze vloeistof in een voorgevulde spuit met elk 1 ml.
·
GONAL-f wordt geleverd in verpakkingen van 1, 5 of 10 injectieflacons met het bijbehorende
aantal voorgevulde spuiten met oplosmiddel. Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden
in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Merck Europe B.V., Gustav Mahlerplein 102, 1082 MA Amsterdam, Nederland
Fabrikant
Merck Serono S.p.A., Via del e Magnolie 15, 70026 Modugno (Bari), Italië
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}.
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.
HET?
·
In dit gedeelte kunt u zien hoe u uw GONAL-f poeder en oplosmiddel moet bereiden en
gebruiken.
·
Lees voordat u begint met de bereiding deze instructies eerst helemaal tot het eind door.
·
Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip.
1.
Was uw handen
en zoek een schoon oppervlak
·
Het is belangrijk dat uw handen en de benodigde materialen zo schoon mogelijk zijn.
·
Een goede plaats is een schone tafel of keukenblad.
2.
Verzamel alle spullen die u nodig heeft en leg ze klaar:
·
1 voorgevulde spuit met oplosmiddel (de heldere vloeistof)
·
1 injectieflacon met GONAL-f (het witte poeder)
·
1 injectienaald voor bereiding
·
1 dunne naald voor injectie onder de huid
Niet in de verpakking meegeleverd:
·
2 alcoholdoekjes
·
1 container voor scherp materiaal
3.
De oplossing bereiden
·
Verwijder de beschermdopjes van de injectieflacon met poeder en van de voorgevulde spuit.
·
Bevestig de naald voor de bereiding aan de voorgevulde spuit, steek hem in de injectieflacon
met poeder en spuit langzaam al het oplosmiddel in de injectieflacon. Zwenk zachtjes rond
zonder de spuit te verwijderen. Niet schudden.
·
Controleer of de ontstane oplossing helder is en geen deeltjes bevat.
·
Draai de injectieflacon ondersteboven en zuig daarna de vloeistof weer langzaam op in de spuit
door de zuiger uit te trekken.
·
Trek de spuit uit de injectieflacon en zet hem voorzichtig neer. Raak de naald niet aan en zorg
dat de naald geen enkel oppervlak raakt.
(Indien u volgens voorschrift meer dan één injectieflacon GONAL-f moet gebruiken, spuit dan de
oplossing van de eerste injectieflacon GONAL-f in een nieuwe injectieflacon met poeder, totdat u het
gewenste aantal injectieflacons met poeder heeft opgelost in de oplossing. Als u lutropine alfa
voorgeschreven heeft gekregen samen met GONAL-f kunt u de twee medicijnen ook mengen in plaats
van ze afzonderlijk in te spuiten. Nadat u het lutropine alfa poeder heeft opgelost zuigt u de oplossing
terug in de spuit en spuit dit dan in de injectieflacon met GONAL-f. Als het poeder is opgelost zuigt u
de oplossing weer op in de spuit. Controleer, zoals reeds eerder gedaan, of er zich geen deeltjes in
bevinden en gebruik de oplossing niet als deze niet helder is. Maximaal 3 injectieflacons met poeder
mogen worden opgelost in 1 ml oplosmiddel.)
De injectiespuit klaarmaken voor de injectie
·
Vervang de naald door het dunne inspuitnaaldje.
·
Luchtbelletjes verwijderen: als u luchtbelletjes in de spuit ziet, houdt u de spuit rechtop met het
naaldje naar boven gericht en tikt u voorzichtig tegen de spuit totdat alle lucht bovenin is
verzameld. Druk de zuiger omhoog totdat alle luchtbel etjes zijn verwijderd.
5.
De dosis injecteren
·
Spuit de oplossing onmiddellijk in. Uw arts of verpleegkundige heeft u al geadviseerd over de
plek waar u moet spuiten (bijv. buik, voorzijde van dij). Kies, om irritatie van de huid tot een
minimum te beperken, elke dag een andere injectieplaats.
·
Reinig de huid van de uitgekozen plek met een alcoholdoekje met een cirkelvormige beweging.
·
Pak de huid stevig tussen de vingers beet en prik de naald onder een hoek van 45° tot 90° in de
opgetrokken huidplooi.
·
Spuit in onder de huid door de zuiger rustig in te duwen, zoals u is uitgelegd. Let erop dat u niet
in een ader spuit. Neem er zoveel tijd voor als nodig is om alle vloeistof in te spuiten.
·
Trek nu direct de naald terug en reinig de huid met een alcoholdoekje met een cirkelvormige
beweging.
6.
Na de injectie
Weggooien van alle gebruikte voorwerpen: Gooi na de injectie onmiddellijk alle naalden en lege
glazen injectieflacons veilig weg, bij voorkeur in de container voor scherp materiaal. Enige
ongebruikte oplossing moet worden weggegooid.
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder en oplosmiddel
voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Hoe bereidt u GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe bewaart u het?
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is GONAL-f?
GONAL-f bevat een geneesmiddel dat 'follitropine alfa' wordt genoemd. Follitropine alfa is een type
follikelstimulerend hormoon (FSH), dat hoort bij de groep hormonen die 'gonadotropinen' worden
genoemd. Gonadotropinen zijn betrokken bij de voortplanting en de vruchtbaarheid.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Bij volwassen vrouwen wordt GONAL-f gebruikt:
·
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een middel dat
'clomifeencitraat' wordt genoemd.
·
samen met een ander middel, dat 'lutropine alfa' (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd,
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert.
·
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij
vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen
om zwanger te worden), bijvoorbeeld in vitro fertilisatie, `gamete intra-fallopian transfer' of
`zygote intrafallopian transfer'.
Bij volwassen mannen wordt GONAL-f gebruikt:
·
samen met een ander middel, `humaan chorion gonadotropine' (hCG) genoemd, om de
zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage
concentraties van bepaalde hormonen.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
De vruchtbaarheid van u en uw echtgenoot/partner moet geëvalueerd worden voordat de behandeling
wordt gestart door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
·
U bent allergisch voor follikelstimulerend hormoon of voor een van de stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
·
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
·
U bent een
vrouw:
-
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de
eierstokken), van onbekende oorsprong.
-
met onverklaarbare vaginale bloeding.
-
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten.
-
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is,
zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
·
U bent een
man:
-
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
Gebruik GONAL-f niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Als u twijfelt, neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het
niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
·
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de
zon is geweest, en/of
·
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de
onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u
ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om
te stoppen met het gebruik van dit middel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden
genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met GONAL-f veroorzaakt
zelden ernstige OHSS, tenzij het geneesmiddel wordt toegediend dat wordt gebruikt om eitjes tot volle
rijping te brengen (dat humaan chorion gonadotropine hCG bevat). Als u OHSS ontwikkelt, kan het
zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en men kan u meedelen dat u gedurende ten
minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière-voorbehoedsmiddelen (condooms)
moet gebruiken.
Wanneer u GONAL-f gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind
ineens (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby's. U kunt de kans op
meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis GONAL-f op de juiste tijdstippen te gebruiken.
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een
meerlingzwangerschap en uw leeftijd, de kwaliteit en het aantal bevruchte eicellen of embryo's dat bij
u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om
eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of
beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met GONAL-f.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde
testikels. GONAL-f werkt meestal niet als u dit probleem heeft.
Als uw arts beslist om behandeling met GONAL-f te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden
na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Kinderen
Gonal-f is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast GONAL-f nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
·
Als u GONAL-f gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals
hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
·
Als u GONAL-f op hetzelfde moment gebruikt als een 'gonadotropin-releasing
hormone'-agonist (GnRH-agonist) of -antagonist (deze geneesmiddelen verlagen de
concentraties van uw geslachtshormonen en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een
hogere dosis GONAL-f nodig om follikels te produceren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Dan mag u GONAL-f niet gebruiken.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid en het gebruik van machines
beïnvloedt.
GONAL-f bevat natrium en benzylalcohol
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
van 75 I.E., overeenkomend met 9,45 mg/ml. Benzylalcohol kan allergische reacties veroorzaken.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Gebruik van dit middel
·
GONAL-f is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden
gegeven. De bereide oplossing kan worden gebruikt voor meerdere injecties.
·
De eerste injectie met GONAL-f moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
·
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u GONAL-f moet injecteren voordat u zichzelf
een injectie kunt toedienen.
·
Als u GONAL-f bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de instructies 'Hoe bereidt u het
GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe gebruikt u het?' aan het eind van deze bijsluiter.
Hoeveel moet u gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses
zijn vermeld in internationale eenheden (I.E.), wat overeenkomt met de gradering op de in de
verpakking meegeleverde spuiten voor toediening.
Als u een andere spuit gebruikt, waarop mil iliter (ml) wordt weergegeven in plaats van I.E., kunt u de
juiste hoeveelheid voor injectie in ml in de volgende tabel nemen:
Dosis die moet worden
Volume dat moet worden
geïnjecteerd (I.E.)
geïnjecteerd (ml)
75
0,13
150
0,25
225
0,38
300
0,50
375
0,63
450
0,75
Vrouwen
Als bij u geen eisprong optreedt en u onregelmatig of niet menstrueert.
·
GONAL-f wordt doorgaans elke dag gegeven.
·
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van GONAL-f in de eerste 7 dagen
van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met
het gebruik van dit middel.
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is per dag 75 tot 150 I.E.
·
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
·
De maximale dagelijkse dosis GONAL-f is doorgaans niet hoger dan 225 I.E.
·
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f. De beste
tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als bij u geen eisprong optreedt, u niet menstrueert en bij u de diagnose is gesteld dat u zeer lage
concentraties FSH en LH heeft
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is 75 tot 150 I.E., samen met 75 I.E. lutropine alfa.
·
U gebruikt deze twee middelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
·
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
·
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en
op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in
de baarmoederholte te plaatsen.
Als uw arts na 5 weken geen gewenste reactie kan waarnemen, dient deze behandelcyclus met
GONAL-f gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als u voorafgaand aan een begeleide vruchtbaarheidstechniek meerdere eicellen moet
ontwikkelen voor afname
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is elke dag 150 tot 225 I.E., vanaf dag 2 of 3 van uw
behandelcyclus.
·
De dosis GONAL-f kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse
dosis is 450 I.E.
·
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst
punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren tussen 5 dagen en 20 dagen. Uw
arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit bereikt is.
·
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale
recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5.000 I.E. tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na
uw laatste injectie met GONAL-f. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp
van een agonist of antagonist (bevorderend of remmend middel) van `gonadotropin-releasing
hormone' (GnRH). Vervolgens wordt dan gestart met GONAL-f, ongeveer twee weken na het begin
van de behandeling met de agonist. Daarna worden GONAL-f en een GnRH-agonist beide gegeven,
totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een
GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 I.E. GONAL-f toegediend. De dosis wordt dan
aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken.
Mannen
·
De gebruikelijke dosis GONAL-f is 150 I.E., samen met hCG.
·
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten
minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van het gebruik van te veel GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo'n geval
bedacht te zijn op het optreden van een ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven
wordt in rubriek 4. Echter, OHSS zal alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2,
OHSS).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Bent u vergeten GONAL-f te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te
halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen bij vrouwen
·
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn
van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken
overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in
de eierstokken (zie ook in rubriek 2 bij 'Ovarieel hyperstimulatiesyndroom'). Deze bijwerking
komt vaak voor (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen).
·
Het OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie,
gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag en
borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (kan maximaal 1 op de 100 personen treffen).
·
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen
zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 1.000 personen treffen).
·
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk
van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 10.000 personen
treffen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook in
rubriek 2 bij 'Bloedstolselproblemen').
Ernstige bijwerkingen bij mannen en vrouwen
·
Allergische reacties zoals uitslag, rode huid, netelroos, opgezwollen gezicht met
ademhalingsproblemen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor (kan
maximaal 1 op de 10.000 personen treffen).
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk
contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het
gebruik van GONAL-f.
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
·
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
·
Hoofdpijn
·
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
·
Buikpijn
·
Zich misselijk voelen, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
·
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
·
Uw astma kan verergeren.
Andere bijwerkingen bij mannen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
·
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
·
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
·
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
·
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
·
Uw astma kan verergeren.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de
injectieflacon of doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Voorafgaand aan reconstitutie: bewaren beneden 25°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
deeltjes bevat of niet helder is.
Als de oplossing eenmaal is bereid, kan hij maximaal 28 dagen worden bewaard.
·
Schrijf de datum van de dag dat u de oplossing heeft bereid op de injectieflacon van GONAL-f.
·
Bewaren beneden 25°C. Niet in de vriezer bewaren.
·
Bewaren in de oorspronkelijke container ter bescherming tegen licht.
·
Gebruik geen oplossing GONAL-f die langer dan 28 dagen in de injectieflacon heeft gezeten.
Na afloop van de behandeling moet alle ongebruikte oplossing worden weggegooid.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder mag niet met andere geneesmiddelen worden gemengd in
dezelfde injectie.
GONAL-f 1050 I.E./1,75 ml poeder mag niet worden gemengd met andere GONAL-f verpakkingen in
dezelfde injectieflacon of spuit.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
·
De werkzame stof in dit middel is follitropine alfa.
·
Elke injectieflacon bevat 1.200 I.E. follitropine alfa.
·
Na reconstitutie zit er 1.050 I.E. (77 microgram) follitropine alfa in 1,75 ml oplossing, dat wil
zeggen dat er 600 I.E. (44 microgram) in elke milliliter oplossing zit.
·
De andere stoffen in dit middel zijn sucrose, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat,
dinatriumfosfaat-dihydraat, geconcentreerd fosforzuur en natriumhydroxide.
·
Het oplosmiddel bevat water voor injecties en benzylalcohol.
Hoe ziet GONAL-f eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
·
GONAL-f wordt gepresenteerd als poeder en oplosmiddel, die worden gebruikt voor de
bereiding van een oplossing voor injectie.
·
Het poeder is een witte pellet in een glazen multidoseringsinjectieflacon.
·
Het oplosmiddel is een heldere, kleurloze vloeistof in een voorgevulde spuit met elk 2 ml.
·
GONAL-f wordt geleverd in verpakkingen van 1 injectieflacon poeder met 1 voorgevulde spuit
met oplosmiddel en 15 wegwerpspuiten voor toediening, met schaal in internationale eenheden
(I.E. FSH).
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Merck Europe B.V., Gustav Mahlerplein 102, 1082 MA Amsterdam, Nederland
Fabrikant
Merck Serono S.p.A., Via del e Magnolie 15, 70026 Modugno (Bari), Italië
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}.
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.
HOE BEREIDT U HET GONAL-f POEDER EN OPLOSMIDDEL EN HOE GEBRUIKT U
HET?
·
In dit gedeelte kunt u zien hoe u uw GONAL-f poeder en oplosmiddel moet bereiden en
gebruiken.
·
Lees voordat u begint met de bereiding deze instructies eerst helemaal tot het eind door.
·
Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip.
1.
Was uw handen en zoek een schoon oppervlak
·
Het is belangrijk dat uw handen en de benodigde materialen zo schoon mogelijk zijn.
·
Een goede plaats is een schone tafel of keukenblad
2.
Verzamel alle spullen die u nodig heeft en leg ze klaar:
·
2 alcoholdoekjes
·
De voorgevulde spuit met het oplosmiddel (de heldere vloeistof)
·
De injectieflacon met GONAL-f (het witte poeder)
·
Een lege spuit voor de injectie (zie de afbeelding hieronder)
3.
De oplossing bereiden
·
Verwijder de beschermdopjes van de injectieflacon met poeder en van de voorgevulde spuit.
·
Neem de voorgevulde spuit, steek de naald in de injectieflacon met poeder en spuit langzaam al
het oplosmiddel in de injectieflacon met het poeder.
·
Verwijder de spuit uit de injectieflacon en gooi hem weg. (Bevestig het beschermdopje opnieuw
om letsel te voorkomen.)
·
Deze injectieflacon bevat meerdere doseringen GONAL-f. U dient deze injectieflacon een
aantal dagen te bewaren en elke dag alleen de voorgeschreven dosis op te zuigen.
4.
De spuit klaarmaken voor de injectie
·
Zwenk voorzichtig met de injectieflacon GONAL-f die u in stap 3 heeft bereid, zonder te
schudden. Controleer of de oplossing helder is en geen deeltjes bevat.
·
Neem de spuit voor injectie en vul hem met lucht door de zuiger tot de juiste dosis in
internationale eenheden (I.E. FSH) uit te trekken.
Steek de naald in de injectieflacon, keer de injectieflacon ondersteboven en spuit de lucht in de
injectieflacon.
·
Trek de voorgeschreven dosis GONAL-f in de spuit voor toediening door de zuiger uit te
trekken tot aan de juiste dosis in I.E. FSH.
5.
Luchtbelletjes verwijderen:
·
Als u luchtbelletjes in de spuit ziet, houdt u de spuit met de naald naar boven gericht en tikt u
zachtjes tegen de spuit, totdat alle lucht bovenin is verzameld. Druk de zuiger omhoog totdat
alle luchtbelletjes zijn verwijderd.
6.
De dosis injecteren
·
Spuit de oplossing onmiddellijk in: uw arts of verpleegkundige heeft u al geadviseerd over de
plek waar u moet spuiten (bijv. buik, voorzijde van dij). Kies, om irritatie van de huid tot een
minimum te beperken, elke dag een andere injectieplaats.
·
Reinig de huid van de uitgekozen plek met een alcoholdoekje met cirkelvormige bewegingen.
·
Pak de huid stevig tussen de vingers beet en prik de naald onder een hoek van 45° tot 90° in de
opgetrokken huidplooi.
·
Spuit in onder de huid door de zuiger rustig in te duwen, zoals u is uitgelegd. Let erop dat u niet
in een ader spuit. Neem er zoveel tijd voor als nodig is om alle vloeistof in te spuiten.
·
Trek nu direct de naald terug en reinig de huid met een alcoholdoekje met een cirkelvormige
beweging.
7.
Na de injectie
·
Verwijder direct nadat u klaar bent met de injectie, de gebruikte spuiten op een veilige manier,
bij voorkeur in een container voor scherp materiaal.
·
Bewaar de glazen injectieflacon met de bereide oplossing op een veilige plaats. Het kan zijn dat
u hem later nog eens nodig heeft. De bereide oplossing is alleen voor gebruik door uzelf. U mag
hem niet aan andere patiënten geven.
Voor volgende injecties met de bereide oplossing GONAL-f, moeten de stappen 4 tot 7 herhaald
worden.
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder en oplosmiddel
voor oplossing voor injectie
Follitropine alfa
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Hoe bereidt u GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe bewaart u het?
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is GONAL-f?
GONAL-f bevat een geneesmiddel dat 'follitropine alfa' wordt genoemd. Follitropine alfa is een type
follikelstimulerend hormoon (FSH), dat hoort bij de groep hormonen die 'gonadotropinen' worden
genoemd. Gonadotropinen zijn betrokken bij de voortplanting en de vruchtbaarheid.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Bij volwassen vrouwen wordt GONAL-f gebruikt:
·
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een middel dat
'clomifeencitraat' wordt genoemd.
·
samen met een ander middel, dat 'lutropine alfa' (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd,
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert.
·
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij
vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen
om zwanger te worden), bijvoorbeeld in vitro fertilisatie, `gamete intra-fallopian transfer' of
`zygote intrafallopian transfer'.
Bij volwassen mannen wordt GONAL-f gebruikt:
·
samen met een ander middel, `humaan chorion gonadotropine' (hCG) genoemd, om de
zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage
concentraties van bepaalde hormonen.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
De vruchtbaarheid van u en uw echtgenoot/partner moet geëvalueerd worden voordat de behandeling
wordt gestart door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
·
U bent allergisch voor follikelstimulerend hormoon of voor een van de stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
·
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
·
U bent een
vrouw:
-
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de
eierstokken), van onbekende oorsprong.
-
met onverklaarbare vaginale bloeding.
-
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten.
-
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is,
zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
·
U bent een
man:
-
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
Gebruik GONAL-f niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Als u twijfelt, neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het
niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
·
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de
zon is geweest, en/of
·
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de
onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u
ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om
te stoppen met het gebruik van dit middel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden
genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met GONAL-f veroorzaakt
zelden ernstige OHSS, tenzij het geneesmiddel wordt toegediend dat wordt gebruikt om eitjes tot volle
rijping te brengen (dat humaan chorion gonadotropine hCG bevat). Als u OHSS ontwikkelt, kan het
zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en men kan u meedelen dat u gedurende ten
minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière-voorbehoedsmiddelen (condooms)
moet gebruiken.
Wanneer u GONAL-f gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind
ineens (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby's. U kunt de kans op
meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis GONAL-f op de juiste tijdstippen te gebruiken.
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een
meerlingzwangerschap en uw leeftijd, de kwaliteit en het aantal bevruchte eicellen of embryo's dat bij
u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om
eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of
beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met GONAL-f.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde
testikels. GONAL-f werkt meestal niet als u dit probleem heeft.
Als uw arts beslist om behandeling met GONAL-f te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden
na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Kinderen
Gonal-f is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast GONAL-f nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
·
Als u GONAL-f gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals
hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
·
Als u GONAL-f op hetzelfde moment gebruikt als een 'gonadotropin-releasing
hormone'-agonist (GnRH-agonist) of -antagonist (deze geneesmiddelen verlagen de
concentraties van uw geslachtshormonen en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een
hogere dosis GONAL-f nodig om follikels te produceren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Dan mag u GONAL-f niet gebruiken.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid en het gebruik van machines
beïnvloedt.
GONAL-f bevat natrium en benzylalcohol
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
van 75 I.E., overeenkomend met 9,45 mg/ml. Benzylalcohol kan allergische reacties veroorzaken.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Gebruik van dit middel
·
GONAL-f is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden
gegeven. De bereide oplossing kan worden gebruikt voor meerdere injecties.
·
De eerste injectie met GONAL-f moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
·
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u GONAL-f moet injecteren voordat u zichzelf
een injectie kunt toedienen.
·
Als u GONAL-f bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de instructies 'Hoe bereidt u het
GONAL-f poeder en oplosmiddel en hoe gebruikt u het?' aan het eind van deze bijsluiter.
Hoeveel moet u gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses
zijn vermeld in internationale eenheden (I.E.), wat overeenkomt met de gradering op de in de
verpakking meegeleverde spuiten voor toediening.
Als u een andere spuit gebruikt, waarop mil iliter (ml) wordt weergegeven in plaats van I.E., kunt u de
juiste hoeveelheid voor injectie in ml in de volgende tabel nemen:
Dosis die moet worden
Volume dat moet worden
geïnjecteerd (I.E.)
geïnjecteerd (ml)
75
0,13
150
0,25
225
0,38
300
0,50
375
0,63
450
0,75
Vrouwen
Als bij u geen eisprong optreedt en u onregelmatig of niet menstrueert.
·
GONAL-f wordt doorgaans elke dag gegeven.
·
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van GONAL-f in de eerste 7 dagen
van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met
het gebruik van dit middel.
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is per dag 75 tot 150 I.E.
·
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
·
De maximale dagelijkse dosis GONAL-f is doorgaans niet hoger dan 225 I.E.
·
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f. De beste
tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als bij u geen eisprong optreedt, u niet menstrueert en bij u de diagnose is gesteld dat u zeer lage
concentraties FSH en LH heeft
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is 75 tot 150 I.E., samen met 75 I.E. lutropine alfa.
·
U gebruikt deze twee middelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
·
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
·
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en
op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in
de baarmoederholte te plaatsen.
Als uw arts na 5 weken geen gewenste reactie kan waarnemen, dient deze behandelcyclus met
GONAL-f gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als u voorafgaand aan een begeleide vruchtbaarheidstechniek meerdere eicellen moet
ontwikkelen voor afname
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is elke dag 150 tot 225 I.E., vanaf dag 2 of 3 van uw
behandelcyclus.
·
De dosis GONAL-f kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse
dosis is 450 I.E.
·
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst
punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren tussen 5 dagen en 20 dagen. Uw
arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit bereikt is.
·
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale
recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5.000 I.E. tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na
uw laatste injectie met GONAL-f. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp
van een agonist of antagonist (bevorderend of remmend middel) van `gonadotropin-releasing
hormone' (GnRH). Vervolgens wordt dan gestart met GONAL-f, ongeveer twee weken na het begin
van de behandeling met de agonist. Daarna worden GONAL-f en een GnRH-agonist beide gegeven,
totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een
GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 I.E. GONAL-f toegediend. De dosis wordt dan
aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken.
Mannen
·
De gebruikelijke dosis GONAL-f is 150 I.E., samen met hCG.
·
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten
minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van het gebruik van te veel GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo'n geval
bedacht te zijn op het optreden van een ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven
wordt in rubriek 4. Echter, OHSS zal alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2,
OHSS).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Bent u vergeten GONAL-f te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te
halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen bij vrouwen
·
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn
van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken
overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in
de eierstokken (zie ook in rubriek 2 bij 'Ovarieel hyperstimulatiesyndroom'). Deze bijwerking
komt vaak voor (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen).
·
Het OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie,
gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag en
borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (kan maximaal 1 op de 100 personen treffen).
·
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen
zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 1.000 personen treffen).
·
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk
van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 10.000 personen
treffen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook in
rubriek 2 bij 'Bloedstolselproblemen').
Ernstige bijwerkingen bij mannen en vrouwen
·
Allergische reacties zoals uitslag, rode huid, netelroos, opgezwollen gezicht met
ademhalingsproblemen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor (kan
maximaal 1 op de 10.000 personen treffen).
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk
contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het
gebruik van GONAL-f.
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
·
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
·
Hoofdpijn
·
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
·
Buikpijn
·
Zich misselijk voelen, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
·
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
·
Uw astma kan verergeren.
Andere bijwerkingen bij mannen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
·
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
·
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
·
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
·
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
·
Uw astma kan verergeren.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op de
injectieflacon of doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Voorafgaand aan reconstitutie: bewaren beneden 25°C.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
deeltjes bevat of niet helder is.
Als de oplossing eenmaal is bereid, kan hij maximaal 28 dagen worden bewaard.
·
Schrijf de datum van de dag dat u de oplossing heeft bereid op de injectieflacon van GONAL-f.
·
Bewaren beneden 25°C. Niet in de vriezer bewaren.
·
Bewaren in de oorspronkelijke container ter bescherming tegen licht.
·
Gebruik geen oplossing GONAL-f die langer dan 28 dagen in de injectieflacon heeft gezeten.
Na afloop van de behandeling moet alle ongebruikte oplossing worden weggegooid.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder mag niet met andere geneesmiddelen worden gemengd in dezelfde
injectie.
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml poeder mag niet worden gemengd met andere GONAL-f verpakkingen in
dezelfde injectieflacon of spuit.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
·
De werkzame stof in dit middel is follitropine alfa.
·
Elke injectieflacon bevat 600 I.E. follitropine alfa.
·
Na reconstitutie zit er 450 I.E. (33 microgram) follitropine alfa in 0,75 ml oplossing, dat wil
zeggen dat er 600 I.E. (44 microgram) in elke milliliter oplossing zit.
·
De andere stoffen in dit middel zijn sucrose, natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat,
dinatriumfosfaat-dihydraat, geconcentreerd fosforzuur en natriumhydroxide.
·
Het oplosmiddel bevat water voor injecties en benzylalcohol.
Hoe ziet GONAL-f eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
·
GONAL-f wordt gepresenteerd als poeder en oplosmiddel, die worden gebruikt voor de
bereiding van een oplossing voor injectie.
·
Het poeder is een witte pellet in een glazen multidoseringsinjectieflacon.
·
Het oplosmiddel is een heldere, kleurloze vloeistof in een voorgevulde spuit met elk 1 ml.
·
GONAL-f wordt geleverd in verpakkingen van 1 injectieflacon poeder met 1 voorgevulde spuit
met oplosmiddel en 6 wegwerpspuiten voor toediening, met schaal in internationale eenheden
(I.E. FSH).
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Merck Europe B.V., Gustav Mahlerplein 102, 1082 MA Amsterdam, Nederland
Fabrikant
Merck Serono S.p.A., Via delle Magnolie 15, 70026 Modugno (Bari), Italië
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}.
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.
HOE BEREIDT U HET GONAL-f POEDER EN OPLOSMIDDEL EN HOE GEBRUIKT U
HET?
·
In dit gedeelte kunt u zien hoe u uw GONAL-f poeder en oplosmiddel moet bereiden en
gebruiken.
·
Lees voordat u begint met de bereiding deze instructies eerst helemaal tot het eind door.
·
Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip.
1.
Was uw handen en zoek een schoon oppervlak
·
Het is belangrijk dat uw handen en de benodigde materialen zo schoon mogelijk zijn.
·
Een goede plaats is een schone tafel of keukenblad
2.
Verzamel alle spullen die u nodig heeft en leg ze klaar:
·
2 alcoholdoekjes
·
De voorgevulde spuit met het oplosmiddel (de heldere vloeistof)
·
De injectieflacon met GONAL-f (het witte poeder)
·
Een lege spuit voor de injectie (zie de afbeelding hieronder)
3.
De oplossing bereiden
·
Verwijder de beschermdopjes van de injectieflacon met poeder en van de voorgevulde spuit.
·
Neem de voorgevulde spuit, steek de naald in de injectieflacon met poeder en spuit langzaam al
het oplosmiddel in de injectieflacon met het poeder.
·
Verwijder de spuit uit de injectieflacon en gooi hem weg. (Bevestig het beschermdopje opnieuw
om letsel te voorkomen.)
·
Deze injectieflacon bevat meerdere doseringen GONAL-f. U dient deze injectieflacon een
aantal dagen te bewaren en elke dag alleen de voorgeschreven dosis op te zuigen.
4.
De spuit klaarmaken voor de injectie
·
Zwenk voorzichtig met de injectieflacon GONAL-f die u in stap 3 heeft bereid, zonder te
schudden. Controleer of de oplossing helder is en geen deeltjes bevat.
·
Neem de spuit voor injectie en vul hem met lucht door de zuiger tot de juiste dosis in
internationale eenheden (I.E. FSH) uit te trekken.
Steek de naald in de injectieflacon, keer de injectieflacon ondersteboven en spuit de lucht in de
injectieflacon.
·
Trek de voorgeschreven dosis GONAL-f in de spuit voor toediening door de zuiger uit te
trekken tot aan de juiste dosis in I.E. FSH.
5.
Luchtbelletjes verwijderen:
·
Als u luchtbelletjes in de spuit ziet, houdt u de spuit met de naald naar boven gericht en tikt u
zachtjes tegen de spuit, totdat alle lucht bovenin is verzameld. Druk de zuiger omhoog totdat
alle luchtbelletjes zijn verwijderd.
6.
De dosis injecteren
·
Spuit de oplossing onmiddellijk in: uw arts of verpleegkundige heeft u al geadviseerd over de
plek waar u moet spuiten (bijv. buik, voorzijde van dij). Kies, om irritatie van de huid tot een
minimum te beperken, elke dag een andere injectieplaats.
·
Reinig de huid van de uitgekozen plek met een alcoholdoekje met cirkelvormige bewegingen.
·
Pak de huid stevig tussen de vingers beet en prik de naald onder een hoek van 45° tot 90° in de
opgetrokken huidplooi.
·
Spuit in onder de huid door de zuiger rustig in te duwen, zoals u is uitgelegd. Let erop dat u niet
in een ader spuit. Neem er zoveel tijd voor als nodig is om alle vloeistof in te spuiten.
·
Trek nu direct de naald terug en reinig de huid met een alcoholdoekje met een cirkelvormige
beweging.
7.
Na de injectie
·
Verwijder direct nadat u klaar bent met de injectie, de gebruikte spuiten op een veilige manier,
bij voorkeur in een container voor scherp materiaal.
·
Bewaar de glazen injectieflacon met de bereide oplossing op een veilige plaats. Het kan zijn dat
u hem later nog eens nodig heeft. De bereide oplossing is alleen voor gebruik door uzelf. U mag
hem niet aan andere patiënten geven.
Voor volgende injecties met de bereide oplossing GONAL-f, moeten de stappen 4 tot 7 herhaald
worden.
GONAL-f 150 I.E./0,25 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is GONAL-f?
GONAL-f bevat een geneesmiddel dat 'follitropine alfa' wordt genoemd. Follitropine alfa is een type
follikelstimulerend hormoon (FSH), dat hoort bij de groep hormonen die 'gonadotropinen' worden
genoemd. Gonadotropinen zijn betrokken bij de voortplanting en de vruchtbaarheid.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Bij volwassen vrouwen wordt GONAL-f gebruikt:
·
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een middel dat
'clomifeencitraat' wordt genoemd.
·
samen met een ander middel, dat 'lutropine alfa' (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd,
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert.
·
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij
vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen
om zwanger te worden), bijvoorbeeld in vitro fertilisatie, `gamete intra-fallopian transfer' of
`zygote intrafallopian transfer'.
Bij volwassen mannen wordt GONAL-f gebruikt:
·
samen met een ander middel, `humaan chorion gonadotropine' (hCG) genoemd, om de
zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage
concentraties van bepaalde hormonen.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
De vruchtbaarheid van u en uw echtgenoot/partner moet geëvalueerd worden voordat de behandeling
wordt gestart door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
·
U bent allergisch voor follikelstimulerend hormoon of voor een van de stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
·
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
·
U bent een
vrouw:
-
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de
eierstokken), van onbekende oorsprong.
-
met onverklaarbare vaginale bloeding.
-
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten.
-
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is,
zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
·
U bent een
man:
-
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
Gebruik GONAL-f niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Als u twijfelt, neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het
niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
·
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de
zon is geweest, en/of
·
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de
onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u
ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om
te stoppen met het gebruik van dit middel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden
genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met GONAL-f veroorzaakt
zelden ernstige OHSS, tenzij het geneesmiddel wordt toegediend dat wordt gebruikt om eitjes tot volle
rijping te brengen (dat humaan chorion gonadotropine hCG bevat). Als u OHSS ontwikkelt, kan het
zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en men kan u meedelen dat u gedurende ten
minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière-voorbehoedsmiddelen (condooms)
moet gebruiken.
Meerlingzwangerschap
Wanneer u GONAL-f gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind
ineens (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby's. U kunt de kans op
meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis GONAL-f op de juiste tijdstippen te gebruiken.
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een
u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om
eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of
beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met GONAL-f.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde
testikels. GONAL-f werkt meestal niet als u dit probleem heeft.
Als uw arts beslist om behandeling met GONAL-f te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden
na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Kinderen
Gonal-f is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast GONAL-f nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
·
Als u GONAL-f gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals
hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
·
Als u GONAL-f op hetzelfde moment gebruikt als een 'gonadotropin-releasing
hormone'-agonist (GnRH-agonist) of -antagonist (deze geneesmiddelen verlagen de
concentraties van uw geslachtshormonen en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een
hogere dosis GONAL-f nodig om follikels te produceren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Dan mag u GONAL-f niet gebruiken.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid en het gebruik van machines
beïnvloedt.
GONAL-f bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Gebruik van dit middel
·
GONAL-f is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden
gegeven. De voorgevulde pen kan worden gebruikt voor meerdere injecties.
·
De eerste injectie met GONAL-f moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
·
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u GONAL-f voorgevulde pen moet gebruiken
om het middel te injecteren.
·
Als u GONAL-f bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de 'Gebruiksaanwijzing'.
Hoeveel moet u gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses
zijn vermeld in internationale eenheden (I.E.).
Vrouwen
Als bij u geen eisprong optreedt en u onregelmatig of niet menstrueert.
·
GONAL-f wordt doorgaans elke dag gegeven.
·
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van GONAL-f in de eerste 7 dagen
van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met
het gebruik van dit middel.
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is per dag 75 tot 150 I.E.
·
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
·
De maximale dagelijkse dosis GONAL-f is doorgaans niet hoger dan 225 I.E.
·
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f. De beste
tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
Als uw arts na 4 weken geen gewenste reactie kan zien, dient die behandelcyclus met GONAL-f
gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als bij u geen eisprong optreedt, u niet menstrueert en bij u de diagnose is gesteld dat u zeer lage
concentraties FSH en LH heeft
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is 75 tot 150 I.E., samen met 75 I.E. lutropine alfa.
·
U gebruikt deze twee middelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
·
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
·
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en
op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in
de baarmoederholte te plaatsen.
GONAL-f gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als u voorafgaand aan een begeleide vruchtbaarheidstechniek meerdere eicellen moet
ontwikkelen voor afname
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is elke dag 150 tot 225 I.E., vanaf dag 2 of 3 van uw
behandelcyclus.
·
De dosis GONAL-f kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse
dosis is 450 I.E.
·
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst
punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren tussen 5 dagen en 20 dagen. Uw
arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit bereikt is.
·
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale
recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5.000 I.E. tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na
uw laatste injectie met GONAL-f. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp
van een agonist of antagonist (bevorderend of remmend middel) van `gonadotropin-releasing
hormone' (GnRH). Vervolgens wordt dan gestart met GONAL-f, ongeveer twee weken na het begin
van de behandeling met de agonist. Daarna worden GONAL-f en een GnRH-agonist beide gegeven,
totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een
GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 I.E. GONAL-f toegediend. De dosis wordt dan
aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken.
Mannen
·
De gebruikelijke dosis GONAL-f is 150 I.E., samen met hCG.
·
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
·
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten
minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van het gebruik van te veel GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo'n geval
bedacht te zijn op het optreden van een ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven
wordt in rubriek 4. Echter, OHSS zal alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2,
OHSS).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Bent u vergeten GONAL-f te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te
halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen bij vrouwen
·
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn
van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken
overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in
de eierstokken (zie ook in rubriek 2 bij 'Ovarieel hyperstimulatiesyndroom'). Deze bijwerking
komt vaak voor (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen).
·
Het OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie,
gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag en
borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (kan maximaal 1 op de 100 personen treffen).
·
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen
zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 1.000 personen treffen).
·
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk
van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 10.000 personen
treffen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook in
rubriek 2 bij 'Bloedstolselproblemen').
Ernstige bijwerkingen bij mannen en vrouwen
·
Allergische reacties zoals uitslag, rode huid, netelroos, opgezwollen gezicht met
ademhalingsproblemen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor (kan
maximaal 1 op de 10.000 personen treffen).
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk
contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het
gebruik van GONAL-f.
Andere bijwerkingen bij vrouwen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
·
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
·
Hoofdpijn
·
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
·
Buikpijn
·
Zich misselijk voelen, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
·
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
·
Uw astma kan verergeren.
Andere bijwerkingen bij mannen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
·
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
·
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
·
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
·
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
·
Uw astma kan verergeren.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket van
de patroon of doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Binnen de houdbaarheidstermijn mag het product maximaal 3 maanden worden bewaard bij of
beneden 25°C zonder opnieuw gekoeld te worden en dient het te worden weggegooid als het na
3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat er zichtbare tekenen van bederf zijn, als de vloeistof
deeltjes bevat of niet helder is.
Schrijf de datum van de dag dat u de voorgevulde pen GONAL-f voor het eerst gebruikt op de
voorgevulde pen. Hiervoor wordt een sticker meegeleverd met de 'Gebruiksaanwijzing'.
·
Eenmaal geopend, mag de pen maximaal 28 dagen buiten de koelkast worden bewaard (bij of
beneden 25°C).
·
Gebruik het geneesmiddel niet als het langer dan 28 dagen in uw voorgevulde pen heeft gezeten.
Na afloop van de behandeling moet alle ongebruikte oplossing worden weggegooid.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
·
De werkzame stof in dit middel is follitropine alfa.
·
In elke milliliter vloeistof zit 600 I.E. (44 microgram) follitropine alfa. Elke voorgevulde pen
met multidoseringspatroon levert 150 I.E. (11 microgram) in 0,25 ml.
·
De andere stoffen in dit middel zijn poloxamer 188, sucrose, methionine,
natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat, dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd
fosforzuur, natriumhydroxide en water voor injecties.
Hoe ziet GONAL-f eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
·
GONAL-f wordt gepresenteerd als een heldere, kleurloze vloeistof voor injectie in een
voorgevulde pen.
·
Het wordt geleverd in verpakkingen met 1 voorgevulde pen en 4 wegwerpnaalden.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Merck Europe B.V., Gustav Mahlerplein 102, 1082 MA Amsterdam, Nederland
Fabrikant
Merck Serono S.p.A., Via delle Magnolie 15, 70026 Modugno (Bari), Italië
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}.
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.
Gebruiksaanwijzing
GONAL-f VOORGEVULDE PEN 150 I.E./0,25 ml
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Inhoud
1.
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
2.
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
3.
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
4.
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
5.
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
6.
De dosis injecteren
7.
Na de injectie
8.
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen (zie tabel achterin)
Waarschuwing: Lees deze gebruiksaanwijzing door voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen
gebruikt. Volg de procedure precies, want deze kan verschillen van wat u gewend
bent.
1.
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
·
Deel de pen niet met anderen. De pen is uitsluitend voor subcutane injectie.
·
De getallen in het
dosisterugkoppelingsvenster zijn gemeten in internationale eenheden of I.E.
Uw arts heeft u verteld hoeveel I.E. u elke dag moet injecteren.
·
De in het
dosisterugkoppelingsvenster weergegeven getallen helpen u om:
a.
de aan u voorgeschreven dosis te
kiezen;
b.
te controleren of u een volledige
injectie heeft gegeven;
c.
de resterende dosis af te lezen die
met een tweede pen moet worden
geïnjecteerd.
·
Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip. Voorbeeld:
·
Uw arts/apotheker zal u vertellen hoeveel pennen u nodig heeft om uw behandeling te
voltooien.
2.
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
Op de laatste pagina vindt u een behandelingsdagboek.
Gebruik het behandelingsdagboek om bij te houden hoeveel geïnjecteerde I.E. u elke keer gebruikt.
·
Noteer het behandelingsdagnummer (1), de datum (2) en de tijd (3) van uw injectie.
·
Op de eerste regel van de tabel is voor u al het volume van uw pen vermeld (4).
·
Noteer uw voorgeschreven dosis in de rubriek 'Voorgeschreven dosis' (5).
·
Controleer of u de juiste dosis heeft gekozen voordat u injecteert (6).
·
Lees na de injectie het getal in het
dosisterugkoppelingsvenster af.
·
Bevestig dat u een volledige injectie heeft gekregen (7) of noteer het getal dat in het
dosisterugkoppelingsvenster wordt weergegeven als het niet '0' is (8).
·
Injecteer uzelf indien nodig met een tweede pen. Kies daarbij uw resterende dosis, die u
heeft opgeschreven in de rubriek 'Weergegeven hoeveelheid na injectie' (8).
·
Noteer deze resterende dosis in de rubriek
'Ingestelde hoeveelheid om te injecteren' op
de volgende regel (6).
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Wanneer u uw dagelijkse injectie(s) in uw behandelingsdagboek noteert, kunt u elke dag
controleren of u de volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
Een voorbeeld van een behandelingsdagboek:
1
2
5
6
7
8
Behandelings-
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
Voor-
dag-
geschreven
Dosisterugkoppelingsvenster
nummer
150
IE/0,25
ml
dosis
Ingestelde
Weergegeven hoeveelheid na injectie
hoeveelheid om te
injecteren
indien niet '0', tweede injectie nodig
nr. 1
10/06
7:00
150 IE
100
100
"0" betekent
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid . . . . . met nieuwe pen
"0" betekent
nr. 2
11/06
7:00
150 IE
100
100
injectie vol edig
indien niet '0', tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid .
50. met nieuwe pen
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
nr. 2
11/06
7:00
150 IE
N.v.t.
50
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
Opmerking: Op de pen van 150 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 150 I.E. instellen;
op de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
3.
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
·
Was uw handen met water en zeep.
·
Zoek een schone plaats en een
vlak oppervlak op.
·
Controleer de
uiterste houdbaarheidsdatum
op het etiket van de pen.
Verzamel alles wat u nodig heeft en leg het klaar:
1. Dosisinstel ingsknop
5. Naaldaansluiting met
9. Binnenbescherming naald
schroefdraad
2.
Dosisterugkoppelings-
6. Dop van de pen
10. Buitendop naald
venster
3. Plunjerzuiger
7. Lostrekbare verzegeling 11. Alcoholdoekjes
4. Reservoirhouder
8. Verwijderbare naald
12. Container voor scherp afval
4.
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
4.1.
Verwijder de dop van de pen.
4.2.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster op '0' staat.
4.3.
Maak uw naald klaar voor injectie
·
Neem een nieuwe naald - gebruik Voorbeeld van een goede
Voorbeeld van een slechte
uitsluitend de meegeleverde
verzegeling
verzegeling
naalden 'voor eenmalig gebruik'.
·
Houd de buitendop van de naald
stevig vast.
·
Controleer of de lostrekbare
verzegeling op de buitendop van
de naald niet beschadigd is of los
zit:
·
Verwijder de lostrekbare
verzegeling.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als de lostrekbare verzegeling beschadigd is of los zit, mag u de naald niet gebruiken. Gooi de
naald weg in een container voor scherp afval. Neem een nieuwe naald.
4.4.
Bevestig de naald
·
Schroef de tip met schroefdraad van de GONAL-f voorgevulde pen in de buitendop van
de naald totdat u een lichte weerstand voelt.
Waarschuwing: Bevestig de naald niet te strak; daardoor kan de naald na de injectie moeilijk te
verwijderen zijn.
·
Verwijder de buitendop van de naald door er voorzichtig
aan te trekken.
Bewaar deze om later weer te
gebruiken.
·
Houd de GONAL-f voorgevulde pen vast met de naald
omhoog gericht.
·
Verwijder de groene binnenbescherming voorzichtig en
gooi deze weg.
4.5. Kijk goed naar de punt van de naald of er kleine druppeltjes vloeistof zijn
·
Als u kleine druppeltjes vloeistof ziet, gaat u verder
bij
rubriek 5: De dosis instellen die uw arts heeft
voorgeschreven.
Waarschuwing: Controleer
ALLEEN de
EERSTE
KEER dat u een nieuwe GONAL-f voorgevulde
pen gebruikt, op druppeltjes om lucht uit het
systeem te verwijderen.
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als u geen kleine druppeltjes op of vlak bij de punt van de naald ziet
de eerste keer dat u een
nieuwe pen gebruikt, moet u de stappen op de volgende pagina uitvoeren.
pen gebruikt, gaat u als volgt te werk:
1.
Draai de dosisinstellingsknop voorzichtig rechtsom totdat u
25 in het
dosisterugkoppelingsvenster ziet staan. U kunt de dosisinstellingsknop terugdraaien als u deze
voorbij 25 heeft gedraaid.
2.
Houd de pen vast met de naald omhoog gericht.
3.
Tik zacht tegen de reservoirhouder.
4.
Duw de dosisinstellingsknop
zo ver mogelijk in. Er verschijnt een druppeltje vloeistof aan de
punt van de naald.
5.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster '0' aangeeft.
6.
Ga verder bij rubriek 5:
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven.
5.
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
5.1. De pen bevat 150 I.E. follitropine alfa.
·
Op de pen van 150 I.E. kunt u een
maximale enkelvoudige dosis van 150 I.E. instellen.
De kleinste enkelvoudige dosis die u kunt instellen, is 12,5 I.E. en de dosis kan worden
verhoogd in stappen van 12,5 I.E.
5.2.
Draai de dosisinstellingsknop totdat uw benodigde dosis in het
dosisterugkoppelingsvenster wordt weergegeven
·
Draai de dosisinstel ingsknop
verder om een
· Draai de dosisinstel ingsknop
terug om de dosis
hogere dosis te kiezen
te corrigeren
afbeelding is dat 50 I.E.).
Waarschuwing: Controleer, voordat u verder gaat met de volgende stap, of uw
volledige
voorgeschreven dosis in het dosisterugkoppelingsvenster wordt
weergegeven.
6.
De dosis injecteren
6.1. Kies een injectieplaats in het gebied dat uw arts of
verpleegkundige u heeft aangegeven voor de injectie.
Kies, om irritatie van de huid tot een minimum te beperken,
Injectiegebied
elke dag een andere injectieplaats.
6.2. Reinig de huid door deze met een alcoholdoekje schoon te vegen.
6.3. Controleer nogmaals of de juiste dosis wordt weergegeven in het
dosisterugkoppelingsvenster.
6.4. Injecteer de dosis volgens de instructies van uw arts of verpleegkundige.
·
Duw de naald langzaam volledig in de huid (1).
·
Duw de dosisinstellingsknop zo ver mogelijk in
en houd deze vast om de volledige injectie te
voltooien.
·
Houd de dosisinstellingsknop ten minste
5 seconden ingedrukt om er zeker van te zijn dat
u de volledige dosis injecteert (2). Hoe hoger de
dosis, hoe langer het duurt om deze te injecteren.
·
Het dosisgetal in het dosisterugkoppelingsvenster
springt terug op '0'.
·
Trek na ten minste 5 seconden de naald uit de
huid terwijl u de dosisinstel ingsknop ingedrukt
houdt (3).
·
Laat de dosisinstellingsknop los.
Waarschuwing: Zorg er altijd voor dat u voor elke
injectie een nieuwe naald gebruikt.
Na de injectie
7.1. Controleer of u een volledige injectie heeft gegeven
·
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster '0' aangeeft.
Waarschuwing: Indien het
dosisterugkoppelingsvenster een getal hoger dan '0' aangeeft,
betekent dit dat de GONAL-f voorgevulde pen leeg is en dat u niet uw
volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
7.2.
Voer een gedeeltelijke injectie uit (alleen indien nodig)
·
Het
dosisterugkoppelingsvenster geeft de ontbrekende hoeveelheid aan die u moet
injecteren
met een nieuwe pen.
·
Herhaal rubriek 3
('Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken') tot en
met rubriek 4
('Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie') met
een tweede pen.
·
Stel de dosis in op de ontbrekende hoeveelheid die u in het behandelingsdagboek heeft
genoteerd of het getal dat nog wordt weergegeven in het dosisterugkoppelingsvenster op
uw vorige pen en voer de injectie uit.
7.3.
Verwijder de naald na elke injectie
·
Plaats de buitendop van de naald op een vlak oppervlak.
·
Houd de GONAL-f voorgevulde pen stevig vast met één hand en
stop de naald in de buitendop van de naald.
·
Duw de naald met de dop erop vervolgens tegen een stevig
oppervlak totdat u een klik ('click') hoort.
·
Pak de buitendop van de naald
vast en schroef de naald los
door hem
linksom te draaien.
Voer de gebruikte naald op een
veilige manier af.
·
Gebruik naalden die al gebruikt zijn nooit opnieuw. Deel naalden
nooit met anderen.
·
Zet de dop weer op de pen.
LET OP:
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bewaar de pen nooit met de naald er nog op.
Verwijder de naald altijd van de GONAL-f voorgevulde pen voordat u de dop van de pen weer
op de pen doet.
·
Bewaar de pen op een veilige plaats in zijn oorspronkelijke verpakking.
·
Vraag uw apotheker hoe u de pen moet weggooien wanneer deze leeg is.
Waarschuwing: Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in
de vuilnisbak.
8.
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen
1
2
5
6
7
8
Behandelings-
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
Voor-
dag-
geschreven
Dosisterugkoppelingsvenster
nummer
150
IE/0,25
ml
dosis
Ingestelde hoeveelheid
Weergegeven hoeveelheid na injectie
om te injecteren
/
: 150 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
:
indien niet '0', tweede injectie nodig
150 IE
"0" betekent
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 150 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 150 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 150 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen -
/
: 150 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 150 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 150 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 150 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 150 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 150 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 150 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
Deze gebruiksaanwijzing is voor het laatst goedgekeurd in {
MM/JJJJ}.
GONAL-f 300 I.E./0,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is GONAL-f?
GONAL-f bevat een geneesmiddel dat 'follitropine alfa' wordt genoemd. Follitropine alfa is een type
follikelstimulerend hormoon (FSH), dat hoort bij de groep hormonen die 'gonadotropinen' worden
genoemd. Gonadotropinen zijn betrokken bij de voortplanting en de vruchtbaarheid.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Bij volwassen vrouwen wordt GONAL-f gebruikt:
·
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een middel dat
'clomifeencitraat' wordt genoemd.
·
samen met een ander middel, dat 'lutropine alfa' (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd,
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert.
·
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij
vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen
om zwanger te worden), bijvoorbeeld in vitro fertilisatie, `gamete intra-fallopian transfer' of
`zygote intrafallopian transfer'.
Bij volwassen mannen wordt GONAL-f gebruikt:
·
samen met een ander middel, `humaan chorion gonadotropine' (hCG) genoemd, om de
zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage
concentraties van bepaalde hormonen.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
De vruchtbaarheid van u en uw echtgenoot/partner moet geëvalueerd worden voordat de behandeling
wordt gestart door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
·
U bent allergisch voor follikelstimulerend hormoon of voor een van de stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
·
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
·
U bent een
vrouw:
-
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de
eierstokken), van onbekende oorsprong.
-
met onverklaarbare vaginale bloeding.
-
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten.
-
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is,
zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
·
U bent een
man:
-
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
Gebruik GONAL-f niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Als u twijfelt, neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het
niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
·
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de
zon is geweest, en/of
·
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de
onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u
ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om
te stoppen met het gebruik van dit middel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden
genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met GONAL-f veroorzaakt
zelden ernstige OHSS, tenzij het geneesmiddel wordt toegediend dat wordt gebruikt om eitjes tot volle
rijping te brengen (dat humaan chorion gonadotropine hCG bevat). Als u OHSS ontwikkelt, kan het
zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en men kan u meedelen dat u gedurende ten
minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière-voorbehoedsmiddelen (condooms)
moet gebruiken.
Meerlingzwangerschap
Wanneer u GONAL-f gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind
ineens (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby's. U kunt de kans op
meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis GONAL-f op de juiste tijdstippen te gebruiken.
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een
u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om
eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of
beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met GONAL-f.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde
testikels. GONAL-f werkt meestal niet als u dit probleem heeft.
Als uw arts beslist om behandeling met GONAL-f te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden
na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Kinderen
Gonal-f is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast GONAL-f nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
·
Als u GONAL-f gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals
hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
·
Als u GONAL-f op hetzelfde moment gebruikt als een 'gonadotropin-releasing
hormone'-agonist (GnRH-agonist) of -antagonist (deze geneesmiddelen verlagen de
concentraties van uw geslachtshormonen en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een
hogere dosis GONAL-f nodig om follikels te produceren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Dan mag u GONAL-f niet gebruiken.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid en het gebruik van machines
beïnvloedt.
GONAL-f bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Gebruik van dit middel
·
GONAL-f is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden
gegeven. De voorgevulde pen kan worden gebruikt voor meerdere injecties.
·
De eerste injectie met GONAL-f moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
·
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u GONAL-f voorgevulde pen moet gebruiken
om het middel te injecteren.
·
Als u GONAL-f bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de 'Gebruiksaanwijzing'.
Hoeveel moet u gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses
zijn vermeld in internationale eenheden (I.E.).
Vrouwen
Als bij u geen eisprong optreedt en u onregelmatig of niet menstrueert.
·
GONAL-f wordt doorgaans elke dag gegeven.
·
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van GONAL-f in de eerste 7 dagen
van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met
het gebruik van dit middel.
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is per dag 75 tot 150 I.E.
·
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
·
De maximale dagelijkse dosis GONAL-f is doorgaans niet hoger dan 225 I.E.
·
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f. De beste
tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
Als uw arts na 4 weken geen gewenste reactie kan zien, dient die behandelcyclus met GONAL-f
gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als bij u geen eisprong optreedt, u niet menstrueert en bij u de diagnose is gesteld dat u zeer lage
concentraties FSH en LH heeft
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is 75 tot 150 I.E., samen met 75 I.E. lutropine alfa.
·
U gebruikt deze twee middelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
·
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
·
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en
op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in
de baarmoederholte te plaatsen.
GONAL-f gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als u voorafgaand aan een begeleide vruchtbaarheidstechniek meerdere eicellen moet
ontwikkelen voor afname
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is elke dag 150 tot 225 I.E., vanaf dag 2 of 3 van uw
behandelcyclus.
·
De dosis GONAL-f kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse
dosis is 450 I.E.
·
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst
punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren tussen 5 dagen en 20 dagen. Uw
arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit bereikt is.
·
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale
recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5.000 I.E. tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na
uw laatste injectie met GONAL-f. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp
van een agonist of antagonist (bevorderend of remmend middel) van `gonadotropin-releasing
hormone' (GnRH). Vervolgens wordt dan gestart met GONAL-f, ongeveer twee weken na het begin
van de behandeling met de agonist. Daarna worden GONAL-f en een GnRH-agonist beide gegeven,
totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een
GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 I.E. GONAL-f toegediend. De dosis wordt dan
aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken.
Mannen
·
De gebruikelijke dosis GONAL-f is 150 I.E., samen met hCG.
·
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
·
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten
minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van het gebruik van te veel GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo'n geval
bedacht te zijn op het optreden van een ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven
wordt in rubriek 4. Echter, OHSS zal alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2,
OHSS).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Bent u vergeten GONAL-f te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te
halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen bij vrouwen
·
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn
van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken
overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in
de eierstokken (zie ook in rubriek 2 bij 'Ovarieel hyperstimulatiesyndroom'). Deze bijwerking
komt vaak voor (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen).
·
Het OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie,
gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag en
borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (kan maximaal 1 op de 100 personen treffen).
·
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen
zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 1.000 personen treffen).
·
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk
van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 10.000 personen
treffen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook in
rubriek 2 bij 'Bloedstolselproblemen').
Ernstige bijwerkingen bij mannen en vrouwen
·
Allergische reacties zoals uitslag, rode huid, netelroos, opgezwollen gezicht met
ademhalingsproblemen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor (kan
maximaal 1 op de 10.000 personen treffen).
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk
contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het
gebruik van GONAL-f.
Andere bijwerkingen bij vrouwen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
·
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
·
Hoofdpijn
·
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
·
Buikpijn
·
Zich misselijk voelen, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
·
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
·
Uw astma kan verergeren.
Andere bijwerkingen bij mannen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
·
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
·
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
·
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
·
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
·
Uw astma kan verergeren.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket van
de patroon of doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Binnen de houdbaarheidstermijn mag het product maximaal 3 maanden worden bewaard bij of
beneden 25°C zonder opnieuw gekoeld te worden en dient het te worden weggegooid als het na
3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat er zichtbare tekenen van bederf zijn, als de vloeistof
deeltjes bevat of niet helder is.
Schrijf de datum van de dag dat u de voorgevulde pen GONAL-f voor het eerst gebruikt op de
voorgevulde pen. Hiervoor wordt een sticker meegeleverd met de 'Gebruiksaanwijzing'.
·
Eenmaal geopend, mag de pen maximaal 28 dagen buiten de koelkast worden bewaard (bij of
beneden 25°C).
·
Gebruik het geneesmiddel niet als het langer dan 28 dagen in uw voorgevulde pen heeft gezeten.
Na afloop van de behandeling moet alle ongebruikte oplossing worden weggegooid.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
·
De werkzame stof in dit middel is follitropine alfa.
·
In elke milliliter vloeistof zit 600 I.E. (44 microgram) follitropine alfa. Elke voorgevulde pen
met multidoseringspatroon levert 300 I.E. (22 microgram) in 0,5 ml.
·
De andere stoffen in dit middel zijn poloxamer 188, sucrose, methionine,
natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat, dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd
fosforzuur, natriumhydroxide en water voor injecties.
Hoe ziet GONAL-f eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
·
GONAL-f wordt gepresenteerd als een heldere, kleurloze vloeistof voor injectie in een
voorgevulde pen.
·
Het wordt geleverd in verpakkingen met 1 voorgevulde pen en 8 wegwerpnaalden.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Merck Europe B.V., Gustav Mahlerplein 102, 1082 MA Amsterdam, Nederland
Fabrikant
Merck Serono S.p.A., Via del e Magnolie 15, 70026 Modugno (Bari), Italië
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}.
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.
Gebruiksaanwijzing
GONAL-f VOORGEVULDE PEN 300 I.E./0,5 ml
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Inhoud
1.
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
2.
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
3.
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
4.
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
5.
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
6.
De dosis injecteren
7.
Na de injectie
8.
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen (zie tabel achterin)
Waarschuwing: Lees deze gebruiksaanwijzing door voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen
gebruikt. Volg de procedure precies, want deze kan verschillen van wat u gewend
bent.
1.
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
·
Deel de pen niet met anderen. De pen is uitsluitend voor subcutane injectie.
·
De getallen in het
dosisterugkoppelingsvenster zijn gemeten in internationale eenheden of I.E.
Uw arts heeft u verteld hoeveel I.E. u elke dag moet injecteren.
·
De in het
dosisterugkoppelingsvenster weergegeven getallen helpen u om:
a.
de aan u voorgeschreven dosis te
kiezen;
b.
te controleren of u een volledige
injectie heeft gegeven;
c.
de resterende dosis af te lezen die
met een tweede pen moet worden
geïnjecteerd.
·
Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip. Voorbeeld:
·
Uw arts/apotheker zal u vertellen hoeveel pennen u nodig heeft om uw behandeling te
voltooien.
2.
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
Op de laatste pagina vindt u een behandelingsdagboek.
Gebruik het behandelingsdagboek om bij te houden hoeveel geïnjecteerde I.E. u elke keer gebruikt.
·
Noteer het behandelingsdagnummer (1), de datum (2) en de tijd (3) van uw injectie.
·
Op de eerste regel van de tabel is voor u al het volume van uw pen vermeld (4).
·
Noteer uw voorgeschreven dosis in de rubriek 'Voorgeschreven dosis' (5).
·
Controleer of u de juiste dosis heeft gekozen voordat u injecteert (6).
·
Lees na de injectie het getal in het
dosisterugkoppelingsvenster af.
·
Bevestig dat u een volledige injectie heeft gekregen (7) of noteer het getal dat in het
dosisterugkoppelingsvenster wordt weergegeven als het niet '0' is (8).
·
Injecteer uzelf indien nodig met een tweede pen. Kies daarbij uw resterende dosis, die u
heeft opgeschreven in de rubriek 'Weergegeven hoeveelheid na injectie' (8).
·
Noteer deze resterende dosis in de rubriek
'Ingestelde hoeveelheid om te injecteren' op
de volgende regel (6).
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Wanneer u uw dagelijkse injectie(s) in uw behandelingsdagboek noteert, kunt u elke dag
controleren of u de volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
Een voorbeeld van een behandelingsdagboek:
1
2
5
6
7
8
Behandelings-
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
Voor-
dag-
geschreven
Dosisterugkoppelingsvenster
nummer
300
IE/0,5
ml
dosis
Ingestelde
Weergegeven hoeveelheid na injectie
hoeveelheid om te
injecteren
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
nr. 1
10/06
7:00
300 IE
125
125
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
nr. 2
11/06
7:00
300 IE
125
125
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
"0" betekent
nr. 3
12/06
7:00
300 IE
125
125
injectie vol edig
indien niet '0', tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid .
75. met nieuwe pen
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
nr. 3
12/06
7:00
300 IE
N.v.t.
75
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
Opmerking: Op de pen van 150 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 150 I.E. instellen;
op de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
3.
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
·
Was uw handen met water en zeep.
·
Zoek een schone plaats en een
vlak oppervlak op.
·
Controleer de
uiterste houdbaarheidsdatum
op het etiket van de pen.
Verzamel alles wat u nodig heeft en leg het klaar:
1. Dosisinstel ingsknop
5. Naaldaansluiting met
9. Binnenbescherming naald
schroefdraad
2.
Dosisterugkoppelings-
6. Dop van de pen
10. Buitendop naald
venster
3. Plunjerzuiger
7. Lostrekbare verzegeling 11. Alcoholdoekjes
4. Reservoirhouder
8. Verwijderbare naald
12. Container voor scherp afval
4.
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
4.1.
Verwijder de dop van de pen.
4.2.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster op '0' staat.
4.3.
Maak uw naald klaar voor injectie
·
Neem een nieuwe naald - gebruik Voorbeeld van een goede
Voorbeeld van een slechte
uitsluitend de meegeleverde
verzegeling
verzegeling
naalden 'voor eenmalig gebruik'.
·
Houd de buitendop van de naald
stevig vast.
·
Controleer of de lostrekbare
verzegeling op de buitendop van
de naald niet beschadigd is of los
zit:
·
Verwijder de lostrekbare
verzegeling.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als de lostrekbare verzegeling beschadigd is of los zit, mag u de naald niet gebruiken. Gooi de
naald weg in een container voor scherp afval. Neem een nieuwe naald.
4.4.
Bevestig de naald
·
Schroef de tip met schroefdraad van de GONAL-f voorgevulde pen in de buitendop van
de naald totdat u een lichte weerstand voelt.
Waarschuwing: Bevestig de naald niet te strak; daardoor kan de naald na de injectie moeilijk te
verwijderen zijn.
·
Verwijder de buitendop van de naald door er voorzichtig
aan te trekken.
Bewaar deze om later weer te
gebruiken.
·
Houd de GONAL-f voorgevulde pen vast met de naald
omhoog gericht.
·
Verwijder de groene binnenbescherming voorzichtig en
gooi deze weg.
4.5. Kijk goed naar de punt van de naald of er kleine druppeltjes vloeistof zijn
·
Als u kleine druppeltjes vloeistof ziet, gaat u verder
bij
rubriek 5: De dosis instellen die uw arts heeft
voorgeschreven.
Waarschuwing: Controleer
ALLEEN de
EERSTE
KEER dat u een nieuwe GONAL-f voorgevulde
pen gebruikt, op druppeltjes om lucht uit het
systeem te verwijderen.
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als u geen kleine druppeltjes op of vlak bij de punt van de naald ziet
de eerste keer dat u een
nieuwe pen gebruikt, moet u de stappen op de volgende pagina uitvoeren.
pen gebruikt, gaat u als volgt te werk:
1.
Draai de dosisinstellingsknop voorzichtig rechtsom totdat u
25 in het
dosisterugkoppelingsvenster ziet staan. U kunt de dosisinstellingsknop terugdraaien als u deze
voorbij 25 heeft gedraaid.
2.
Houd de pen vast met de naald omhoog gericht.
3.
Tik zacht tegen de reservoirhouder.
4.
Duw de dosisinstellingsknop
zo ver mogelijk in. Er verschijnt een druppeltje vloeistof aan de
punt van de naald.
5.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster '0' aangeeft.
6.
Ga verder bij rubriek 5:
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven.
5.
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
5.1. De pen bevat 300 I.E. follitropine alfa.
·
Op de pen van 300 I.E. kunt u een
maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen.
De kleinste enkelvoudige dosis die u kunt instellen, is 12,5 I.E. en de dosis kan worden
verhoogd in stappen van 12,5 I.E.
5.2.
Draai de dosisinstellingsknop totdat uw benodigde dosis in het
dosisterugkoppelingsvenster wordt weergegeven
·
Draai de dosisinstel ingsknop
verder om een
· Draai de dosisinstel ingsknop
terug om de dosis
hogere dosis te kiezen
te corrigeren
afbeelding is dat 50 I.E.).
Waarschuwing: Controleer, voordat u verder gaat met de volgende stap, of uw
volledige
voorgeschreven dosis in het dosisterugkoppelingsvenster wordt
weergegeven.
6.
De dosis injecteren
6.1. Kies een injectieplaats in het gebied dat uw arts of
verpleegkundige u heeft aangegeven voor de injectie.
Kies, om irritatie van de huid tot een minimum te beperken,
Injectiegebied
elke dag een andere injectieplaats.
6.2. Reinig de huid door deze met een alcoholdoekje schoon te vegen.
6.3. Controleer nogmaals of de juiste dosis wordt weergegeven in het
dosisterugkoppelingsvenster.
6.4. Injecteer de dosis volgens de instructies van uw arts of verpleegkundige.
·
Duw de naald langzaam volledig in de huid (1).
·
Duw de dosisinstellingsknop zo ver mogelijk in
en houd deze vast om de volledige injectie te
voltooien.
·
Houd de dosisinstellingsknop ten minste
5 seconden ingedrukt om er zeker van te zijn dat
u de volledige dosis injecteert (2). Hoe hoger de
dosis, hoe langer het duurt om deze te injecteren.
·
Het dosisgetal in het dosisterugkoppelingsvenster
springt terug op '0'.
·
Trek na ten minste 5 seconden de naald uit de
huid terwijl u de dosisinstel ingsknop ingedrukt
houdt (3).
·
Laat de dosisinstellingsknop los.
Waarschuwing: Zorg er altijd voor dat u voor elke
injectie een nieuwe naald gebruikt.
Na de injectie
7.1. Controleer of u een volledige injectie heeft gegeven
·
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster '0' aangeeft.
Waarschuwing: Indien het
dosisterugkoppelingsvenster een getal hoger dan '0' aangeeft,
betekent dit dat de GONAL-f voorgevulde pen leeg is en dat u niet uw
volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
7.2.
Voer een gedeeltelijke injectie uit (alleen indien nodig)
·
Het
dosisterugkoppelingsvenster geeft de ontbrekende hoeveelheid aan die u moet
injecteren
met een nieuwe pen.
·
Herhaal rubriek 3
('Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken') tot en
met rubriek 4
('Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie') met
een tweede pen.
·
Stel de dosis in op de ontbrekende hoeveelheid die u in het behandelingsdagboek heeft
genoteerd of het getal dat nog wordt weergegeven in het dosisterugkoppelingsvenster op
uw vorige pen en voer de injectie uit.
7.3.
Verwijder de naald na elke injectie
·
Plaats de buitendop van de naald op een vlak oppervlak.
·
Houd de GONAL-f voorgevulde pen stevig vast met één hand en
stop de naald in de buitendop van de naald.
·
Duw de naald met de dop erop vervolgens tegen een stevig
oppervlak totdat u een klik ('click') hoort.
·
Pak de buitendop van de naald
vast en schroef de naald los
door hem
linksom te draaien.
Voer de gebruikte naald op een
veilige manier af.
·
Gebruik naalden die al gebruikt zijn nooit opnieuw. Deel naalden
nooit met anderen.
·
Zet de dop weer op de pen.
LET OP:
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bewaar de pen nooit met de naald er nog op.
Verwijder de naald altijd van de GONAL-f voorgevulde pen voordat u de dop van de pen weer
op de pen doet.
·
Bewaar de pen op een veilige plaats in zijn oorspronkelijke verpakking.
·
Vraag uw apotheker hoe u de pen moet weggooien wanneer deze leeg is.
Waarschuwing: Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in
de vuilnisbak.
8.
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen
1
2
5
6
7
8
Behandelings-
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
Voor-
dag-
geschreven
Dosisterugkoppelingsvenster
nummer
300
IE/0,5
ml
dosis
Ingestelde hoeveelheid
Weergegeven hoeveelheid na injectie
om te injecteren
/
: 300 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
:
indien niet '0', tweede injectie nodig
300 IE
"0" betekent
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 300 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 300 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 300 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen -
/
: 300 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 300 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 300 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 300 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 300 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 300 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 300 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
Deze gebruiksaanwijzing is voor het laatst goedgekeurd in {
MM/JJJJ}.
GONAL-f 450 I.E./0,75 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is GONAL-f?
GONAL-f bevat een geneesmiddel dat 'follitropine alfa' wordt genoemd. Follitropine alfa is een type
follikelstimulerend hormoon (FSH), dat hoort bij de groep hormonen die 'gonadotropinen' worden
genoemd. Gonadotropinen zijn betrokken bij de voortplanting en de vruchtbaarheid.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Bij volwassen vrouwen wordt GONAL-f gebruikt:
·
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een middel dat
'clomifeencitraat' wordt genoemd.
·
samen met een ander middel, dat 'lutropine alfa' (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd,
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert.
·
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij
vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen
om zwanger te worden), bijvoorbeeld in vitro fertilisatie, `gamete intra-fallopian transfer' of
`zygote intrafallopian transfer'.
Bij volwassen mannen wordt GONAL-f gebruikt:
·
samen met een ander middel, `humaan chorion gonadotropine' (hCG) genoemd, om de
zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage
concentraties van bepaalde hormonen.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
De vruchtbaarheid van u en uw echtgenoot/partner moet geëvalueerd worden voordat de behandeling
wordt gestart door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
·
U bent allergisch voor follikelstimulerend hormoon of voor een van de stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
·
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
·
U bent een
vrouw:
-
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de
eierstokken), van onbekende oorsprong.
-
met onverklaarbare vaginale bloeding.
-
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten.
-
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is,
zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
·
U bent een
man:
-
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
Gebruik GONAL-f niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Als u twijfelt, neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het
niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
·
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de
zon is geweest, en/of
·
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de
onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u
ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om
te stoppen met het gebruik van dit middel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden
genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met GONAL-f veroorzaakt
zelden ernstige OHSS, tenzij het geneesmiddel wordt toegediend dat wordt gebruikt om eitjes tot volle
rijping te brengen (dat humaan chorion gonadotropine hCG bevat). Als u OHSS ontwikkelt, kan het
zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en men kan u meedelen dat u gedurende ten
minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière-voorbehoedsmiddelen (condooms)
moet gebruiken.
Meerlingzwangerschap
Wanneer u GONAL-f gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind
ineens (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby's. U kunt de kans op
meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis GONAL-f op de juiste tijdstippen te gebruiken.
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een
u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om
eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of
beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met GONAL-f.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde
testikels. GONAL-f werkt meestal niet als u dit probleem heeft.
Als uw arts beslist om behandeling met GONAL-f te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden
na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Kinderen
Gonal-f is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast GONAL-f nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
·
Als u GONAL-f gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals
hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
·
Als u GONAL-f op hetzelfde moment gebruikt als een 'gonadotropin-releasing
hormone'-agonist (GnRH-agonist) of -antagonist (deze geneesmiddelen verlagen de
concentraties van uw geslachtshormonen en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een
hogere dosis GONAL-f nodig om follikels te produceren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Dan mag u GONAL-f niet gebruiken.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid en het gebruik van machines
beïnvloedt.
GONAL-f bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Gebruik van dit middel
·
GONAL-f is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden
gegeven. De voorgevulde pen kan worden gebruikt voor meerdere injecties.
·
De eerste injectie met GONAL-f moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
·
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u GONAL-f voorgevulde pen moet gebruiken
om het middel te injecteren.
·
Als u GONAL-f bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de 'Gebruiksaanwijzing'.
Hoeveel moet u gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses
zijn vermeld in internationale eenheden (I.E.).
Vrouwen
Als bij u geen eisprong optreedt en u onregelmatig of niet menstrueert.
·
GONAL-f wordt doorgaans elke dag gegeven.
·
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van GONAL-f in de eerste 7 dagen
van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met
het gebruik van dit middel.
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is per dag 75 tot 150 I.E.
·
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
·
De maximale dagelijkse dosis GONAL-f is doorgaans niet hoger dan 225 I.E.
·
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f. De beste
tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
Als uw arts na 4 weken geen gewenste reactie kan zien, dient die behandelcyclus met GONAL-f
gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als bij u geen eisprong optreedt, u niet menstrueert en bij u de diagnose is gesteld dat u zeer lage
concentraties FSH en LH heeft
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is 75 tot 150 I.E., samen met 75 I.E. lutropine alfa.
·
U gebruikt deze twee middelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
·
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
·
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en
op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in
de baarmoederholte te plaatsen.
GONAL-f gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als u voorafgaand aan een begeleide vruchtbaarheidstechniek meerdere eicellen moet
ontwikkelen voor afname
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is elke dag 150 tot 225 I.E., vanaf dag 2 of 3 van uw
behandelcyclus.
·
De dosis GONAL-f kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse
dosis is 450 I.E.
·
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst
punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren tussen 5 dagen en 20 dagen. Uw
arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit bereikt is.
·
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale
recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5.000 I.E. tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na
uw laatste injectie met GONAL-f. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp
van een agonist of antagonist (bevorderend of remmend middel) van `gonadotropin-releasing
hormone' (GnRH). Vervolgens wordt dan gestart met GONAL-f, ongeveer twee weken na het begin
van de behandeling met de agonist. Daarna worden GONAL-f en een GnRH-agonist beide gegeven,
totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een
GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 I.E. GONAL-f toegediend. De dosis wordt dan
aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken.
Mannen
·
De gebruikelijke dosis GONAL-f is 150 I.E., samen met hCG.
·
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
·
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten
minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van het gebruik van te veel GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo'n geval
bedacht te zijn op het optreden van een ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven
wordt in rubriek 4. Echter, OHSS zal alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2,
OHSS).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Bent u vergeten GONAL-f te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te
halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen bij vrouwen
·
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn
van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken
overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in
de eierstokken (zie ook in rubriek 2 bij 'Ovarieel hyperstimulatiesyndroom'). Deze bijwerking
komt vaak voor (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen).
·
Het OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie,
gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag en
borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (kan maximaal 1 op de 100 personen treffen).
·
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen
zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 1.000 personen treffen).
·
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk
van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 10.000 personen
treffen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook in
rubriek 2 bij 'Bloedstolselproblemen').
Ernstige bijwerkingen bij mannen en vrouwen
·
Allergische reacties zoals uitslag, rode huid, netelroos, opgezwollen gezicht met
ademhalingsproblemen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor (kan
maximaal 1 op de 10.000 personen treffen).
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk
contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het
gebruik van GONAL-f.
Andere bijwerkingen bij vrouwen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
·
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
·
Hoofdpijn
·
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
·
Buikpijn
·
Zich misselijk voelen, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
·
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
·
Uw astma kan verergeren.
Andere bijwerkingen bij mannen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
·
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
·
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
·
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
·
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
·
Uw astma kan verergeren.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket van
de patroon of doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Binnen de houdbaarheidstermijn mag het product maximaal 3 maanden worden bewaard bij of
beneden 25°C zonder opnieuw gekoeld te worden en dient het te worden weggegooid als het na
3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat er zichtbare tekenen van bederf zijn, als de vloeistof
deeltjes bevat of niet helder is.
Schrijf de datum van de dag dat u de voorgevulde pen GONAL-f voor het eerst gebruikt op de
voorgevulde pen. Hiervoor wordt een sticker meegeleverd met de 'Gebruiksaanwijzing'.
·
Eenmaal geopend, mag de pen maximaal 28 dagen buiten de koelkast worden bewaard (bij of
beneden 25°C).
·
Gebruik het geneesmiddel niet als het langer dan 28 dagen in uw voorgevulde pen heeft gezeten.
Na afloop van de behandeling moet alle ongebruikte oplossing worden weggegooid.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
·
De werkzame stof in dit middel is follitropine alfa.
·
In elke milliliter vloeistof zit 600 I.E. (44 microgram) follitropine alfa. Elke voorgevulde pen
met multidoseringspatroon levert 450 I.E. (33 microgram) in 0,75 ml.
·
De andere stoffen in dit middel zijn poloxamer 188, sucrose, methionine,
natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat, dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd
fosforzuur, natriumhydroxide en water voor injecties.
Hoe ziet GONAL-f eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
·
GONAL-f wordt gepresenteerd als een heldere, kleurloze vloeistof voor injectie in een
voorgevulde pen.
·
Het wordt geleverd in verpakkingen met 1 voorgevulde pen en 12 wegwerpnaalden.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Merck Europe B.V., Gustav Mahlerplein 102, 1082 MA Amsterdam, Nederland
Fabrikant
Merck Serono S.p.A., Via del e Magnolie 15, 70026 Modugno (Bari), Italië
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}.
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.
Gebruiksaanwijzing
GONAL-f VOORGEVULDE PEN 450 I.E./0,75 ml
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Inhoud
1.
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
2.
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
3.
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
4.
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
5.
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
6.
De dosis injecteren
7.
Na de injectie
8.
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen (zie tabel achterin)
Waarschuwing: Lees deze gebruiksaanwijzing door voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen
gebruikt. Volg de procedure precies, want deze kan verschillen van wat u gewend
bent.
1.
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
·
Deel de pen niet met anderen. De pen is uitsluitend voor subcutane injectie.
·
De getallen in het
dosisterugkoppelingsvenster zijn gemeten in internationale eenheden of I.E.
Uw arts heeft u verteld hoeveel I.E. u elke dag moet injecteren.
·
De in het
dosisterugkoppelingsvenster weergegeven getallen helpen u om:
a.
de aan u voorgeschreven dosis te
kiezen;
b.
te controleren of u een volledige
injectie heeft gegeven;
c.
de resterende dosis af te lezen die
met een tweede pen moet worden
geïnjecteerd.
·
Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip. Voorbeeld:
·
Uw arts/apotheker zal u vertellen hoeveel pennen u nodig heeft om uw behandeling te
voltooien.
2.
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
Op de laatste pagina vindt u een behandelingsdagboek.
Gebruik het behandelingsdagboek om bij te houden hoeveel geïnjecteerde I.E. u elke keer gebruikt.
·
Noteer het behandelingsdagnummer (1), de datum (2) en de tijd (3) van uw injectie.
·
Op de eerste regel van de tabel is voor u al het volume van uw pen vermeld (4).
·
Noteer uw voorgeschreven dosis in de rubriek 'Voorgeschreven dosis' (5).
·
Controleer of u de juiste dosis heeft gekozen voordat u injecteert (6).
·
Lees na de injectie het getal in het
dosisterugkoppelingsvenster af.
·
Bevestig dat u een volledige injectie heeft gekregen (7) of noteer het getal dat in het
dosisterugkoppelingsvenster wordt weergegeven als het niet '0' is (8).
·
Injecteer uzelf indien nodig met een tweede pen. Kies daarbij uw resterende dosis, die u
heeft opgeschreven in de rubriek 'Weergegeven hoeveelheid na injectie' (8).
·
Noteer deze resterende dosis in de rubriek
'Ingestelde hoeveelheid om te injecteren' op
de volgende regel (6).
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Wanneer u uw dagelijkse injectie(s) in uw behandelingsdagboek noteert, kunt u elke dag
controleren of u de volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
Een voorbeeld van een behandelingsdagboek:
1
2
5
6
7
8
Behandelings-
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
Voor-
dag-
geschreven
Dosisterugkoppelingsvenster
nummer
450
IE/0,75
ml
dosis
Ingestelde
Weergegeven hoeveelheid na injectie
hoeveelheid om te
injecteren
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
nr. 1
10/06
7:00
450 IE
175
175
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
nr. 2
11/06
7:00
450 IE
175
175
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
"0" betekent
nr. 3
12/06
7:00
450 IE
175
175
injectie vol edig
indien niet '0', tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid .
75. met nieuwe pen
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
nr. 3
12/06
7:00
450 IE
N.v.t.
75
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
Opmerking: Op de pen van 150 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 150 I.E. instellen;
op de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
3.
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
·
Was uw handen met water en zeep.
·
Zoek een schone plaats en een
vlak oppervlak op.
·
Controleer de
uiterste houdbaarheidsdatum
op het etiket van de pen.
Verzamel alles wat u nodig heeft en leg het klaar:
1. Dosisinstel ingsknop
5. Naaldaansluiting met
9. Binnenbescherming naald
schroefdraad
2.
Dosisterugkoppelings-
6. Dop van de pen
10. Buitendop naald
venster
3. Plunjerzuiger
7. Lostrekbare verzegeling 11. Alcoholdoekjes
4. Reservoirhouder
8. Verwijderbare naald
12. Container voor scherp afval
4.
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
4.1.
Verwijder de dop van de pen.
4.2.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster op '0' staat.
4.3.
Maak uw naald klaar voor injectie
·
Neem een nieuwe naald - gebruik Voorbeeld van een goede
Voorbeeld van een slechte
uitsluitend de meegeleverde
verzegeling
verzegeling
naalden 'voor eenmalig gebruik'.
·
Houd de buitendop van de naald
stevig vast.
·
Controleer of de lostrekbare
verzegeling op de buitendop van
de naald niet beschadigd is of los
zit:
·
Verwijder de lostrekbare
verzegeling.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als de lostrekbare verzegeling beschadigd is of los zit, mag u de naald niet gebruiken. Gooi de
naald weg in een container voor scherp afval. Neem een nieuwe naald.
4.4.
Bevestig de naald
·
Schroef de tip met schroefdraad van de GONAL-f voorgevulde pen in de buitendop van
de naald totdat u een lichte weerstand voelt.
Waarschuwing: Bevestig de naald niet te strak; daardoor kan de naald na de injectie moeilijk te
verwijderen zijn.
·
Verwijder de buitendop van de naald door er voorzichtig
aan te trekken.
Bewaar deze om later weer te
gebruiken.
·
Houd de GONAL-f voorgevulde pen vast met de naald
omhoog gericht.
·
Verwijder de groene binnenbescherming voorzichtig en
gooi deze weg.
4.5. Kijk goed naar de punt van de naald of er kleine druppeltjes vloeistof zijn
·
Als u kleine druppeltjes vloeistof ziet, gaat u verder
bij
rubriek 5: De dosis instellen die uw arts heeft
voorgeschreven.
Waarschuwing: Controleer
ALLEEN de
EERSTE
KEER dat u een nieuwe GONAL-f voorgevulde
pen gebruikt, op druppeltjes om lucht uit het
systeem te verwijderen.
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als u geen kleine druppeltjes op of vlak bij de punt van de naald ziet
de eerste keer dat u een
nieuwe pen gebruikt, moet u de stappen op de volgende pagina uitvoeren.
pen gebruikt, gaat u als volgt te werk:
1.
Draai de dosisinstellingsknop voorzichtig rechtsom totdat u
25 in het
dosisterugkoppelingsvenster ziet staan. U kunt de dosisinstellingsknop terugdraaien als u deze
voorbij 25 heeft gedraaid.
2.
Houd de pen vast met de naald omhoog gericht.
3.
Tik zacht tegen de reservoirhouder.
4.
Duw de dosisinstellingsknop
zo ver mogelijk in. Er verschijnt een druppeltje vloeistof aan de
punt van de naald.
5.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster '0' aangeeft.
6.
Ga verder bij rubriek 5:
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven.
5.
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
5.1. De pen bevat 450 I.E. follitropine alfa.
·
Op de pen van 450 I.E. kunt u een
maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
De kleinste enkelvoudige dosis die u kunt instellen, is 12,5 I.E. en de dosis kan worden
verhoogd in stappen van 12,5 I.E.
5.2.
Draai de dosisinstellingsknop totdat uw benodigde dosis in het
dosisterugkoppelingsvenster wordt weergegeven
·
Draai de dosisinstel ingsknop
verder om een
· Draai de dosisinstel ingsknop
terug om de dosis
hogere dosis te kiezen
te corrigeren
afbeelding is dat 50 I.E.).
Waarschuwing: Controleer, voordat u verder gaat met de volgende stap, of uw
volledige
voorgeschreven dosis in het dosisterugkoppelingsvenster wordt
weergegeven.
6.
De dosis injecteren
6.1. Kies een injectieplaats in het gebied dat uw arts of
verpleegkundige u heeft aangegeven voor de injectie.
Kies, om irritatie van de huid tot een minimum te beperken,
Injectiegebied
elke dag een andere injectieplaats.
6.2. Reinig de huid door deze met een alcoholdoekje schoon te vegen.
6.3. Controleer nogmaals of de juiste dosis wordt weergegeven in het
dosisterugkoppelingsvenster.
6.4. Injecteer de dosis volgens de instructies van uw arts of verpleegkundige.
·
Duw de naald langzaam volledig in de huid (1).
·
Duw de dosisinstellingsknop zo ver mogelijk in
en houd deze vast om de volledige injectie te
voltooien.
·
Houd de dosisinstellingsknop ten minste
5 seconden ingedrukt om er zeker van te zijn dat
u de volledige dosis injecteert (2). Hoe hoger de
dosis, hoe langer het duurt om deze te injecteren.
·
Het dosisgetal in het dosisterugkoppelingsvenster
springt terug op '0'.
·
Trek na ten minste 5 seconden de naald uit de
huid terwijl u de dosisinstel ingsknop ingedrukt
houdt (3).
·
Laat de dosisinstellingsknop los.
Waarschuwing: Zorg er altijd voor dat u voor elke
injectie een nieuwe naald gebruikt.
Na de injectie
7.1. Controleer of u een volledige injectie heeft gegeven
·
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster '0' aangeeft.
Waarschuwing: Indien het
dosisterugkoppelingsvenster een getal hoger dan '0' aangeeft,
betekent dit dat de GONAL-f voorgevulde pen leeg is en dat u niet uw
volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
7.2.
Voer een gedeeltelijke injectie uit (alleen indien nodig)
·
Het
dosisterugkoppelingsvenster geeft de ontbrekende hoeveelheid aan die u moet
injecteren
met een nieuwe pen.
·
Herhaal rubriek 3
('Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken') tot en
met rubriek 4
('Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie') met
een tweede pen.
·
Stel de dosis in op de ontbrekende hoeveelheid die u in het behandelingsdagboek heeft
genoteerd of het getal dat nog wordt weergegeven in het dosisterugkoppelingsvenster op
uw vorige pen en voer de injectie uit.
7.3.
Verwijder de naald na elke injectie
·
Plaats de buitendop van de naald op een vlak oppervlak.
·
Houd de GONAL-f voorgevulde pen stevig vast met één hand en
stop de naald in de buitendop van de naald.
·
Duw de naald met de dop erop vervolgens tegen een stevig
oppervlak totdat u een klik ('click') hoort.
·
Pak de buitendop van de naald
vast en schroef de naald los
door hem
linksom te draaien.
Voer de gebruikte naald op een
veilige manier af.
·
Gebruik naalden die al gebruikt zijn nooit opnieuw. Deel naalden
nooit met anderen.
·
Zet de dop weer op de pen.
LET OP:
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bewaar de pen nooit met de naald er nog op.
Verwijder de naald altijd van de GONAL-f voorgevulde pen voordat u de dop van de pen weer
op de pen doet.
·
Bewaar de pen op een veilige plaats in zijn oorspronkelijke verpakking.
·
Vraag uw apotheker hoe u de pen moet weggooien wanneer deze leeg is.
Waarschuwing: Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in
de vuilnisbak.
8.
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen
1
2
5
6
7
8
Behandelings-
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
Voor-
dag-
geschreven
Dosisterugkoppelingsvenster
nummer
450
IE/0,75
ml
dosis
Ingestelde hoeveelheid
Weergegeven hoeveelheid na injectie
om te injecteren
/
: 450 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
:
indien niet '0', tweede injectie nodig
450 IE
"0" betekent
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 450 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 450 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 450 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen -
/
: 450 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 450 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 450 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 450 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 450 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 450 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 450 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
Deze gebruiksaanwijzing is voor het laatst goedgekeurd in {
MM/JJJJ}.
GONAL-f 900 I.E./1,5 ml oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Gebruiksaanwijzing
1.
Wat is GONAL-f en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is GONAL-f?
GONAL-f bevat een geneesmiddel dat 'follitropine alfa' wordt genoemd. Follitropine alfa is een type
follikelstimulerend hormoon (FSH), dat hoort bij de groep hormonen die 'gonadotropinen' worden
genoemd. Gonadotropinen zijn betrokken bij de voortplanting en de vruchtbaarheid.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Bij volwassen vrouwen wordt GONAL-f gebruikt:
·
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt en die niet hebben gereageerd op behandeling met een middel dat
'clomifeencitraat' wordt genoemd.
·
samen met een ander middel, dat 'lutropine alfa' (luteïniserend hormoon of LH) wordt genoemd,
om het vrijkomen van een eicel uit de eierstok (eisprong) te stimuleren bij vrouwen bij wie geen
eisprong optreedt omdat hun lichaam heel weinig gonadotropinen (FSH en LH) produceert.
·
om de ontwikkeling van meerdere follikels (met in elke follikel een eicel) te stimuleren bij
vrouwen die begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaan (procedures die u kunnen helpen
om zwanger te worden), bijvoorbeeld in vitro fertilisatie, `gamete intra-fallopian transfer' of
`zygote intrafallopian transfer'.
Bij volwassen mannen wordt GONAL-f gebruikt:
·
samen met een ander middel, `humaan chorion gonadotropine' (hCG) genoemd, om de
zaadcelproductie te stimuleren bij mannen die onvruchtbaar zijn ten gevolge van lage
concentraties van bepaalde hormonen.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
De vruchtbaarheid van u en uw echtgenoot/partner moet geëvalueerd worden voordat de behandeling
wordt gestart door een arts die ervaren is in het behandelen van vruchtbaarheidsstoornissen.
·
U bent allergisch voor follikelstimulerend hormoon of voor een van de stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
·
U heeft een tumor in uw hypothalamus of hypofyse (beide zijn deel van de hersenen).
·
U bent een
vrouw:
-
met vergrote eierstokken, of zakjes met vocht in de eierstokken (cysten in de
eierstokken), van onbekende oorsprong.
-
met onverklaarbare vaginale bloeding.
-
met een tumor in uw eierstokken, baarmoeder of borsten.
-
met een aandoening waarbij een normale zwangerschap gewoonlijk niet mogelijk is,
zoals wanneer de eierstokken niet goed functioneren (vroegtijdige menopauze) of
misvorming van de geslachtsorganen.
·
U bent een
man:
-
met beschadigde testikels die niet kunnen genezen.
Gebruik GONAL-f niet als een van bovenstaande situaties op u van toepassing is. Als u twijfelt, neem
dan contact op met uw arts voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Porfyrie
Vertel het uw arts voordat u de behandeling start, als u of iemand van uw familie porfyrie heeft (het
niet kunnen afbreken van porfyrines, dat van ouders op kinderen kan worden overgedragen).
Vertel het uw arts direct als:
·
u een tere huid krijgt waar gemakkelijk blaren op komen, vooral wanneer uw huid vaak in de
zon is geweest, en/of
·
u pijn in uw maag, arm of been heeft.
In de bovenstaande gevallen kan het zijn dat uw arts u adviseert om te stoppen met de behandeling.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Indien u een vrouw bent, verhoogt dit geneesmiddel uw risico op het ontwikkelen van OHSS. Dit
treedt op wanneer uw follikels zich te veel ontwikkelen en grote cysten worden. Als u pijn in de
onderbuik krijgt, als uw gewicht snel toeneemt, als u zich misselijk voelt of moet braken of als u
ademhalingsproblemen heeft, overleg dan direct met uw arts. Het kan zijn dat uw arts u dan vraagt om
te stoppen met het gebruik van dit middel (zie rubriek 4).
Indien u niet ovuleert en indien de aanbevolen dosis en het toedieningsschema in acht worden
genomen, is het optreden van OHSS minder waarschijnlijk. Behandeling met GONAL-f veroorzaakt
zelden ernstige OHSS, tenzij het geneesmiddel wordt toegediend dat wordt gebruikt om eitjes tot volle
rijping te brengen (dat humaan chorion gonadotropine hCG bevat). Als u OHSS ontwikkelt, kan het
zijn dat uw arts u in deze behandelcyclus geen hCG geeft, en men kan u meedelen dat u gedurende ten
minste 4 dagen geen gemeenschap mag hebben of anders barrière-voorbehoedsmiddelen (condooms)
moet gebruiken.
Meerlingzwangerschap
Wanneer u GONAL-f gebruikt, heeft u een grotere kans om zwanger te worden van meer dan één kind
ineens (meerlingzwangerschap, meestal tweelingen) dan bij een natuurlijke bevruchting.
Meerlingzwangerschap kan leiden tot medische complicaties voor u en uw baby's. U kunt de kans op
meerlingzwangerschap verkleinen door de juiste dosis GONAL-f op de juiste tijdstippen te gebruiken.
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken ondergaat, bestaat er een verband tussen een
u wordt geplaatst.
Miskramen
Wanneer u begeleide vruchtbaarheidstechnieken of stimulatie van uw eierstokken ondergaat om
eicellen te produceren, heeft u een grotere kans op een miskraam dan de gemiddelde vrouw.
Bloedstolselproblemen (trombo-embolische voorvallen)
Als u in het verleden of onlangs bloedpropjes heeft gehad in uw been of long, of een hartaanval of
beroerte, of wanneer dit in uw familie is gebeurd, dan kunt u een verhoogde kans hebben dat deze
problemen optreden of erger worden met de behandeling met GONAL-f.
Mannen met te veel FSH in het bloed
Als u een man bent, kan het hebben van te veel FSH in uw bloed een teken zijn van beschadigde
testikels. GONAL-f werkt meestal niet als u dit probleem heeft.
Als uw arts beslist om behandeling met GONAL-f te proberen, kan men u vragen om 4 tot 6 maanden
na het begin van de behandeling zaad te leveren voor analyse, om de behandeling te controleren.
Kinderen
Gonal-f is niet aangewezen voor gebruik bij kinderen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast GONAL-f nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw arts.
·
Als u GONAL-f gebruikt samen met andere geneesmiddelen die de eisprong bevorderen (zoals
hCG of clomifeencitraat), kan dit leiden tot een verhoogde reactie van uw follikels.
·
Als u GONAL-f op hetzelfde moment gebruikt als een 'gonadotropin-releasing
hormone'-agonist (GnRH-agonist) of -antagonist (deze geneesmiddelen verlagen de
concentraties van uw geslachtshormonen en laten uw eisprong stoppen), heeft u mogelijk een
hogere dosis GONAL-f nodig om follikels te produceren.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger of geeft u borstvoeding? Dan mag u GONAL-f niet gebruiken.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Het is niet te verwachten dat dit geneesmiddel uw rijvaardigheid en het gebruik van machines
beïnvloedt.
GONAL-f bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Gebruik van dit middel
·
GONAL-f is bedoeld om door middel van injectie vlak onder de huid (subcutaan) te worden
gegeven. De voorgevulde pen kan worden gebruikt voor meerdere injecties.
·
De eerste injectie met GONAL-f moet worden gegeven onder toezicht van uw arts.
·
Uw arts of verpleegkundige zal u laten zien hoe u GONAL-f voorgevulde pen moet gebruiken
om het middel te injecteren.
·
Als u GONAL-f bij uzelf injecteert, lees en volg dan zorgvuldig de 'Gebruiksaanwijzing'.
Hoeveel moet u gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoeveel geneesmiddel u moet nemen en hoe vaak. De hieronder beschreven doses
zijn vermeld in internationale eenheden (I.E.).
Vrouwen
Als bij u geen eisprong optreedt en u onregelmatig of niet menstrueert.
·
GONAL-f wordt doorgaans elke dag gegeven.
·
Als u onregelmatig menstrueert, begin dan met het gebruik van GONAL-f in de eerste 7 dagen
van uw menstruatiecyclus. Als u niet menstrueert, kunt u op elke gewenste dag beginnen met
het gebruik van dit middel.
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is per dag 75 tot 150 I.E.
·
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
·
De maximale dagelijkse dosis GONAL-f is doorgaans niet hoger dan 225 I.E.
·
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f. De beste
tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en op de dag daarna.
Als uw arts na 4 weken geen gewenste reactie kan zien, dient die behandelcyclus met GONAL-f
gestopt te worden. Bij de volgende behandelcyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als bij u geen eisprong optreedt, u niet menstrueert en bij u de diagnose is gesteld dat u zeer lage
concentraties FSH en LH heeft
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is 75 tot 150 I.E., samen met 75 I.E. lutropine alfa.
·
U gebruikt deze twee middelen gedurende maximaal vijf weken elke dag.
·
Uw dosis GONAL-f kan om de 7 of 14 dagen worden verhoogd met 37,5 tot 75 I.E., totdat u de
gewenste reactie krijgt.
·
Wanneer u de gewenste reactie heeft, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale DNA-techniek gemaakt
hCG), of 5.000 tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na uw laatste injectie met GONAL-f en
lutropine alfa. De beste tijd om gemeenschap te hebben is op de dag van de injectie met hCG en
op de dag daarna. Er kan ook intra-uteriene inseminatie worden uitgevoerd door het sperma in
de baarmoederholte te plaatsen.
GONAL-f gestopt te worden. Bij de volgende cyclus zal uw arts u een hogere startdosis GONAL-f
geven dan de vorige keer.
Als uw lichaam te sterk reageert, wordt uw behandeling gestopt en krijgt u geen hCG (zie rubriek 2,
OHSS). Bij de volgende cyclus zal uw arts u een lagere dosis GONAL-f geven dan de vorige keer.
Als u voorafgaand aan een begeleide vruchtbaarheidstechniek meerdere eicellen moet
ontwikkelen voor afname
·
De gebruikelijke startdosis GONAL-f is elke dag 150 tot 225 I.E., vanaf dag 2 of 3 van uw
behandelcyclus.
·
De dosis GONAL-f kan worden verhoogd, afhankelijk van uw reactie. De maximale dagelijkse
dosis is 450 I.E.
·
De behandeling wordt voortgezet totdat uw eicellen zich hebben ontwikkeld tot een gewenst
punt. Dit duurt meestal ongeveer 10 dagen, maar kan variëren tussen 5 dagen en 20 dagen. Uw
arts zal met bloedonderzoeken en/of echoapparatuur controleren wanneer dit bereikt is.
·
Wanneer uw eicellen klaar zijn, krijgt u een enkele injectie van 250 microgram
'recombinant-hCG' (r-hCG, een in een laboratorium, met een speciale
recombinant-DNA-techniek gemaakt hCG), of 5.000 I.E. tot 10.000 I.E. hCG, 24 tot 48 uur na
uw laatste injectie met GONAL-f. Dit maakt uw eicellen klaar voor afname.
In andere gevallen kan uw arts er eerst voor zorgen dat er geen eisprong meer optreedt, met behulp
van een agonist of antagonist (bevorderend of remmend middel) van `gonadotropin-releasing
hormone' (GnRH). Vervolgens wordt dan gestart met GONAL-f, ongeveer twee weken na het begin
van de behandeling met de agonist. Daarna worden GONAL-f en een GnRH-agonist beide gegeven,
totdat uw follikels zich zoals gewenst ontwikkelen. Bijvoorbeeld na twee weken behandeling met een
GnRH-agonist wordt gedurende 7 dagen 150 tot 225 I.E. GONAL-f toegediend. De dosis wordt dan
aangepast op basis van de reactie van uw eierstokken.
Mannen
·
De gebruikelijke dosis GONAL-f is 150 I.E., samen met hCG.
·
U gebruikt deze twee geneesmiddelen driemaal per week, gedurende ten minste 4 maanden.
·
Als u na 4 maanden niet heeft gereageerd op de behandeling, kan uw arts u voorstellen om ten
minste 18 maanden door te gaan met het gebruik van deze twee middelen.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
De effecten van het gebruik van te veel GONAL-f zijn niet bekend. Niettemin dient men in zo'n geval
bedacht te zijn op het optreden van een ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS), dat beschreven
wordt in rubriek 4. Echter, OHSS zal alleen optreden als ook hCG wordt toegediend (zie rubriek 2,
OHSS).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Bent u vergeten GONAL-f te gebruiken? Neem dan geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te
halen. Overleg met uw arts zodra u merkt dat u een dosis bent vergeten.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige bijwerkingen bij vrouwen
·
Ernstige pijn in de onderbuik, samen met misselijkheid of braken, kunnen de symptomen zijn
van ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS). Dit kan erop wijzen dat de eierstokken
overmatig hebben gereageerd op de behandeling en dat grote cysten zich hebben ontwikkeld in
de eierstokken (zie ook in rubriek 2 bij 'Ovarieel hyperstimulatiesyndroom'). Deze bijwerking
komt vaak voor (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen).
·
Het OHSS kan ernstig worden, met duidelijk vergrote eierstokken, afgenomen urineproductie,
gewichtstoename, moeite met ademhalen en/of mogelijke vochtophoping in uw maag en
borstkas. Deze bijwerking komt soms voor (kan maximaal 1 op de 100 personen treffen).
·
Complicaties van OHSS, zoals gedraaide eierstokken of vorming van bloedpropjes, kunnen
zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 1.000 personen treffen).
·
Ernstige bloedstollingscomplicaties (trombo-embolische voorvallen) die soms onafhankelijk
van OHSS optreden, kunnen zeer zelden voorkomen (kan maximaal 1 op de 10.000 personen
treffen). Dit kan leiden tot pijn in de borst, ademnood, beroerte of hartaanval (zie ook in
rubriek 2 bij 'Bloedstolselproblemen').
Ernstige bijwerkingen bij mannen en vrouwen
·
Allergische reacties zoals uitslag, rode huid, netelroos, opgezwollen gezicht met
ademhalingsproblemen kunnen soms ernstig zijn. Deze bijwerking komt zeer zelden voor (kan
maximaal 1 op de 10.000 personen treffen).
Als u een van de hierboven genoemde bijwerkingen bij uzelf bemerkt, moet u onmiddellijk
contact opnemen met uw arts. Het is mogelijk dat hij/zij u zal vragen om te stoppen met het
gebruik van GONAL-f.
Andere bijwerkingen bij vrouwen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
·
Zakjes met vocht in de eierstokken (ovariumcysten)
·
Hoofdpijn
·
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
Vaak (kan maximaal 1 op de 10 personen treffen):
·
Buikpijn
·
Zich misselijk voelen, braken, diarree, buikkrampen en opgezwollen buik
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
·
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
·
Uw astma kan verergeren.
Andere bijwerkingen bij mannen
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
·
Reacties op de injectieplaats, zoals pijn, roodheid, bloeduitstorting, zwelling en/of irritatie
·
Zwelling van de aderen boven en achter de testikels (spataderbreuk)
·
Borstontwikkeling, acne of gewichtstoename
Zeer zelden (kan maximaal 1 op de 10.000 personen treffen):
·
Allergische reacties, bijvoorbeeld huiduitslag, rode huid, netelroos, zwelling van uw gezicht en
daarbij moeite met ademhalen, kunnen optreden. Deze reacties kunnen soms ernstig zijn.
·
Uw astma kan verergeren.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket van
de patroon of doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C). Niet in de vriezer bewaren.
Binnen de houdbaarheidstermijn mag het product maximaal 3 maanden worden bewaard bij of
beneden 25°C zonder opnieuw gekoeld te worden en dient het te worden weggegooid als het na
3 maanden niet is gebruikt.
Bewaren in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen licht.
Gebruik dit geneesmiddel niet als u merkt dat er zichtbare tekenen van bederf zijn, als de vloeistof
deeltjes bevat of niet helder is.
Schrijf de datum van de dag dat u de voorgevulde pen GONAL-f voor het eerst gebruikt op de
voorgevulde pen. Hiervoor wordt een sticker meegeleverd met de 'Gebruiksaanwijzing'.
·
Eenmaal geopend, mag de pen maximaal 28 dagen buiten de koelkast worden bewaard (bij of
beneden 25°C).
·
Gebruik het geneesmiddel niet als het langer dan 28 dagen in uw voorgevulde pen heeft gezeten.
Na afloop van de behandeling moet alle ongebruikte oplossing worden weggegooid.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de
juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en komen ze niet in het milieu
terecht.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
·
De werkzame stof in dit middel is follitropine alfa.
·
In elke milliliter vloeistof zit 600 I.E. (44 microgram) follitropine alfa. Elke voorgevulde pen
met multidoseringspatroon levert 900 I.E. (66 microgram) in 1,5 ml.
·
De andere stoffen in dit middel zijn poloxamer 188, sucrose, methionine,
natriumdiwaterstoffosfaat-monohydraat, dinatriumfosfaat-dihydraat, m-cresol, geconcentreerd
fosforzuur, natriumhydroxide en water voor injecties.
Hoe ziet GONAL-f eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
·
GONAL-f wordt gepresenteerd als een heldere, kleurloze vloeistof voor injectie in een
voorgevulde pen.
·
Het wordt geleverd in verpakkingen met 1 voorgevulde pen en 20 wegwerpnaalden.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Merck Europe B.V., Gustav Mahlerplein 102, 1082 MA Amsterdam, Nederland
Fabrikant
Merck Serono S.p.A., Via del e Magnolie 15, 70026 Modugno (Bari), Italië
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}.
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.
Gebruiksaanwijzing
GONAL-f VOORGEVULDE PEN 900 I.E./1,5 ml
Oplossing voor injectie in een voorgevulde pen
Follitropine alfa
Inhoud
1.
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
2.
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
3.
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
4.
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
5.
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
6.
De dosis injecteren
7.
Na de injectie
8.
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen (zie tabel achterin)
Waarschuwing: Lees deze gebruiksaanwijzing door voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen
gebruikt. Volg de procedure precies, want deze kan verschillen van wat u gewend
bent.
1.
Hoe gebruikt u de GONAL-f voorgevulde pen?
·
Deel de pen niet met anderen. De pen is uitsluitend voor subcutane injectie.
·
De getallen in het
dosisterugkoppelingsvenster zijn gemeten in internationale eenheden of I.E.
Uw arts heeft u verteld hoeveel I.E. u elke dag moet injecteren.
·
De in het
dosisterugkoppelingsvenster weergegeven getallen helpen u om:
a.
de aan u voorgeschreven dosis te
kiezen;
b.
te controleren of u een volledige
injectie heeft gegeven;
c.
de resterende dosis af te lezen die
met een tweede pen moet worden
geïnjecteerd.
·
Geef uzelf de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip. Voorbeeld:
·
Uw arts/apotheker zal u vertellen hoeveel pennen u nodig heeft om uw behandeling te
voltooien.
2.
Hoe gebruikt u het behandelingsdagboek van uw GONAL-f voorgevulde pen?
Op de laatste pagina vindt u een behandelingsdagboek.
Gebruik het behandelingsdagboek om bij te houden hoeveel geïnjecteerde I.E. u elke keer gebruikt.
·
Noteer het behandelingsdagnummer (1), de datum (2) en de tijd (3) van uw injectie.
·
Op de eerste regel van de tabel is voor u al het volume van uw pen vermeld (4).
·
Noteer uw voorgeschreven dosis in de rubriek 'Voorgeschreven dosis' (5).
·
Controleer of u de juiste dosis heeft gekozen voordat u injecteert (6).
·
Lees na de injectie het getal in het
dosisterugkoppelingsvenster af.
·
Bevestig dat u een volledige injectie heeft gekregen (7) of noteer het getal dat in het
dosisterugkoppelingsvenster wordt weergegeven als het niet '0' is (8).
·
Injecteer uzelf indien nodig met een tweede pen. Kies daarbij uw resterende dosis, die u
heeft opgeschreven in de rubriek 'Weergegeven hoeveelheid na injectie' (8).
·
Noteer deze resterende dosis in de rubriek
'Ingestelde hoeveelheid om te injecteren' op
de volgende regel (6).
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Wanneer u uw dagelijkse injectie(s) in uw behandelingsdagboek noteert, kunt u elke dag
controleren of u de volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
Een voorbeeld van een behandelingsdagboek:
1
2
5
6
7
8
Behandelings-
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
Voor-
dag-
geschreven
Dosisterugkoppelingsvenster
nummer
900
IE/1,5
ml
dosis
Ingestelde
Weergegeven hoeveelheid na injectie
hoeveelheid om te
injecteren
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
nr. 1
10/06
7:00
900 IE
350
350
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
nr. 2
11/06
7:00
900 IE
350
350
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
"0" betekent
nr. 3
12/06
7:00
900 IE
350
350
injectie vol edig
indien niet '0', tweede injectie nodig
Injecteer deze hoeveelheid .
150. met nieuwe pen
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
nr. 3
12/06
7:00
900 IE
N.v.t.
150
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid . . . . . met nieuwe pen
Opmerking: Op de pen van 150 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 150 I.E. instellen;
op de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
3.
Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken
·
Was uw handen met water en zeep.
·
Zoek een schone plaats en een
vlak oppervlak op.
·
Controleer de
uiterste houdbaarheidsdatum
op het etiket van de pen.
Verzamel alles wat u nodig heeft en leg het klaar:
1. Dosisinstel ingsknop
5. Naaldaansluiting met
9. Binnenbescherming naald
schroefdraad
2.
Dosisterugkoppelings-
6. Dop van de pen
10. Buitendop naald
venster
3. Plunjerzuiger
7. Lostrekbare verzegeling 11. Alcoholdoekjes
4. Reservoirhouder
8. Verwijderbare naald
12. Container voor scherp afval
4.
Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie
4.1.
Verwijder de dop van de pen.
4.2.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster op '0' staat.
4.3.
Maak uw naald klaar voor injectie
·
Neem een nieuwe naald - gebruik Voorbeeld van een goede
Voorbeeld van een slechte
uitsluitend de meegeleverde
verzegeling
verzegeling
naalden 'voor eenmalig gebruik'.
·
Houd de buitendop van de naald
stevig vast.
·
Controleer of de lostrekbare
verzegeling op de buitendop van
de naald niet beschadigd is of los
zit:
·
Verwijder de lostrekbare
verzegeling.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als de lostrekbare verzegeling beschadigd is of los zit, mag u de naald niet gebruiken. Gooi de
naald weg in een container voor scherp afval. Neem een nieuwe naald.
4.4.
Bevestig de naald
·
Schroef de tip met schroefdraad van de GONAL-f voorgevulde pen in de buitendop van
de naald totdat u een lichte weerstand voelt.
Waarschuwing: Bevestig de naald niet te strak; daardoor kan de naald na de injectie moeilijk te
verwijderen zijn.
·
Verwijder de buitendop van de naald door er voorzichtig
aan te trekken.
Bewaar deze om later weer te
gebruiken.
·
Houd de GONAL-f voorgevulde pen vast met de naald
omhoog gericht.
·
Verwijder de groene binnenbescherming voorzichtig en
gooi deze weg.
4.5. Kijk goed naar de punt van de naald of er kleine druppeltjes vloeistof zijn
·
Als u kleine druppeltjes vloeistof ziet, gaat u verder
bij
rubriek 5: De dosis instellen die uw arts heeft
voorgeschreven.
Waarschuwing: Controleer
ALLEEN de
EERSTE
KEER dat u een nieuwe GONAL-f voorgevulde
pen gebruikt, op druppeltjes om lucht uit het
systeem te verwijderen.
LET OP:
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Als u geen kleine druppeltjes op of vlak bij de punt van de naald ziet
de eerste keer dat u een
nieuwe pen gebruikt, moet u de stappen op de volgende pagina uitvoeren.
pen gebruikt, gaat u als volgt te werk:
1.
Draai de dosisinstellingsknop voorzichtig rechtsom totdat u
25 in het
dosisterugkoppelingsvenster ziet staan. U kunt de dosisinstellingsknop terugdraaien als u deze
voorbij 25 heeft gedraaid.
2.
Houd de pen vast met de naald omhoog gericht.
3.
Tik zacht tegen de reservoirhouder.
4.
Duw de dosisinstellingsknop
zo ver mogelijk in. Er verschijnt een druppeltje vloeistof aan de
punt van de naald.
5.
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster '0' aangeeft.
6.
Ga verder bij rubriek 5:
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven.
5.
De dosis instellen die uw arts heeft voorgeschreven
5.1. De pen bevat 900 I.E. follitropine alfa.
·
Op de pen van 900 I.E. kunt u een
maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
De kleinste enkelvoudige dosis die u kunt instellen, is 12,5 I.E. en de dosis kan worden
verhoogd in stappen van 12,5 I.E.
5.2.
Draai de dosisinstellingsknop totdat uw benodigde dosis in het
dosisterugkoppelingsvenster wordt weergegeven
·
Draai de dosisinstel ingsknop
verder om een
· Draai de dosisinstel ingsknop
terug om de dosis
hogere dosis te kiezen
te corrigeren
afbeelding is dat 50 I.E.).
Waarschuwing: Controleer, voordat u verder gaat met de volgende stap, of uw
volledige
voorgeschreven dosis in het dosisterugkoppelingsvenster wordt
weergegeven.
6.
De dosis injecteren
6.1. Kies een injectieplaats in het gebied dat uw arts of
verpleegkundige u heeft aangegeven voor de injectie.
Kies, om irritatie van de huid tot een minimum te beperken,
Injectiegebied
elke dag een andere injectieplaats.
6.2. Reinig de huid door deze met een alcoholdoekje schoon te vegen.
6.3. Controleer nogmaals of de juiste dosis wordt weergegeven in het
dosisterugkoppelingsvenster.
6.4. Injecteer de dosis volgens de instructies van uw arts of verpleegkundige.
·
Duw de naald langzaam volledig in de huid (1).
·
Duw de dosisinstellingsknop zo ver mogelijk in
en houd deze vast om de volledige injectie te
voltooien.
·
Houd de dosisinstellingsknop ten minste
5 seconden ingedrukt om er zeker van te zijn dat
u de volledige dosis injecteert (2). Hoe hoger de
dosis, hoe langer het duurt om deze te injecteren.
·
Het dosisgetal in het dosisterugkoppelingsvenster
springt terug op '0'.
·
Trek na ten minste 5 seconden de naald uit de
huid terwijl u de dosisinstel ingsknop ingedrukt
houdt (3).
·
Laat de dosisinstellingsknop los.
Waarschuwing: Zorg er altijd voor dat u voor elke
injectie een nieuwe naald gebruikt.
Na de injectie
7.1. Controleer of u een volledige injectie heeft gegeven
·
Controleer of het dosisterugkoppelingsvenster '0' aangeeft.
Waarschuwing: Indien het
dosisterugkoppelingsvenster een getal hoger dan '0' aangeeft,
betekent dit dat de GONAL-f voorgevulde pen leeg is en dat u niet uw
volledige voorgeschreven dosis heeft gekregen.
7.2.
Voer een gedeeltelijke injectie uit (alleen indien nodig)
·
Het
dosisterugkoppelingsvenster geeft de ontbrekende hoeveelheid aan die u moet
injecteren
met een nieuwe pen.
·
Herhaal rubriek 3
('Voordat u uw GONAL-f voorgevulde pen gaat gebruiken') tot en
met rubriek 4
('Uw GONAL-f voorgevulde pen klaarmaken voor een injectie') met
een tweede pen.
·
Stel de dosis in op de ontbrekende hoeveelheid die u in het behandelingsdagboek heeft
genoteerd of het getal dat nog wordt weergegeven in het dosisterugkoppelingsvenster op
uw vorige pen en voer de injectie uit.
7.3.
Verwijder de naald na elke injectie
·
Plaats de buitendop van de naald op een vlak oppervlak.
·
Houd de GONAL-f voorgevulde pen stevig vast met één hand en
stop de naald in de buitendop van de naald.
·
Duw de naald met de dop erop vervolgens tegen een stevig
oppervlak totdat u een klik ('click') hoort.
·
Pak de buitendop van de naald
vast en schroef de naald los
door hem
linksom te draaien.
Voer de gebruikte naald op een
veilige manier af.
·
Gebruik naalden die al gebruikt zijn nooit opnieuw. Deel naalden
nooit met anderen.
·
Zet de dop weer op de pen.
LET OP:
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bewaar de pen nooit met de naald er nog op.
Verwijder de naald altijd van de GONAL-f voorgevulde pen voordat u de dop van de pen weer
op de pen doet.
·
Bewaar de pen op een veilige plaats in zijn oorspronkelijke verpakking.
·
Vraag uw apotheker hoe u de pen moet weggooien wanneer deze leeg is.
Waarschuwing: Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in
de vuilnisbak.
8.
Behandelingsdagboek van de GONAL-f voorgevulde pen
1
2
5
6
7
8
Behandelings-
Datum
3
Tijd
4
Volume pen
Voor-
dag-
geschreven
Dosisterugkoppelingsvenster
nummer
900
IE/1,5
ml
dosis
Ingestelde hoeveelheid
Weergegeven hoeveelheid na injectie
om te injecteren
/
: 900 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
:
indien niet '0', tweede injectie nodig
900 IE
"0" betekent
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 900 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 900 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 900 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen -
/
: 900 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 900 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 900 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 900 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 900 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 900 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
/
: 900 IE
"0" betekent
indien niet '0', tweede injectie nodig
injectie vol edig
Injecteer deze hoeveelheid .. . . . .met nieuwe pen
de pen van 300 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 300 I.E. instellen; op de pen van
450 I.E. kunt u een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen; op de pen van 900 I.E. kunt u
een maximale enkelvoudige dosis van 450 I.E. instellen.
Deze gebruiksaanwijzing is voor het laatst goedgekeurd in {
MM/JJJJ}.