Lactetrol
Bijsluiter – NL versie
Lactetrol
B. BIJSLUITER
Bijsluiter – NL versie
Lactetrol
BIJSLUITER
LACTETROL Oplossing voor injectie
1.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
Dechra Veterinary Products NV
Achterstenhoek 48
2275 Lille
België
Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte:
Eurovet Animal Health BV
Handelsweg 25
5531 AE Bladel
Nederland
2.
BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
LACTETROL Oplossing voor injectie
3.
GEHALTE AAN WERKZAME EN OVERIGE BESTANDDELEN
Per ml:
Werkzame bestanddelen:
Natrium chloride
Kalium chloride
Calcium chloride
Magnesium chloride
Natrium lactaat oplossing
4.
INDICATIES
5,76 mg
0,37 mg
0,37 mg
0,20 mg
10,08 mg
Dehydratie, gepaard gaande met een metabole acidose. Onderhoud of herstel van
electrolytenhuishouding en het zuur-base evenwicht.
5.
CONTRA-INDICATIES
Niet gebruiken bij alkalose, melkzure acidose of cellulaire anoxie (shock) en zware leverinsufficiëntie.
6.
BIJWERKINGEN
Geen bekend.
Indien u bijwerkingen vaststelt, zelfs wanneer die niet in deze bijsluiter worden vermeld, of u
vermoedt dat het diergeneesmiddel niet werkzaam is, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis
te stellen.
7.
DOELDIERSOORTEN
Paard, rund, varken, schaap, geit, hond en kat.
8.
DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT, TOEDIENINGSWEGEN EN WIJZE
VAN GEBRUIK
Bijsluiter – NL versie
Lactetrol
Voor parenterale toediening: intraveneus, intraperitoneaal of subcutaan. Langzaam intraveneus
toedienen.
30-50 ml per kg lichaamsgewicht per dag, indien noodzakelijk herhalen.
9.
AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
De oplossing moet op lichaamstemperatuur worden toegediend.
10.
WACHTTIJD
Nul dagen.
11.
BIJZONDERE BEWAARVOORSCHRIFTEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Bewaren beneden 25°C. Beschermen tegen licht. Niet in de vriezer bewaren.
Houdbaarheid na eerste opening van de primaire verpakking: direct gebruiken, niet bewaren.
Dit diergeneesmiddel niet gebruiken na de uiterste gebruiksdatum vermeld op het etiket na EXP.
12.
SPECIALE WAARSCHUWINGEN
Dracht en lactatie:
Kan tijdens de dracht en lactatie worden gebruikt.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota):
Voorkom overhydratie. Symptomen van overhydratie zijn vochtige ronchi te horen bij long
auscultatie, een productieve hoest of een sereuze nasale uitvloei. Een verhoogde centraal veneuze druk
of een te sterk overvulde Vena Jugularis zijn tevens tekenen dat het infuus gestopt of onderbroken
moet worden.
Urineproductie is ook een bruikbare parameter van de renale perfusie en moet toenemen zodra de
circulatie na dehydratie weer op gang komt. Indien bij herstel van het circulerend volume de
urineproductie niet op gang komt, moet het infuus onderbroken worden om gevaarlijk longoedeem te
voorkomen.
13.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET-
GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUEEL AFVALMATERIAAL
Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de lokale
vereisten te worden verwijderd.
14.
DE DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Juni 2019
15.
OVERIGE INFORMATIE
Verpakkingsgrootten: 100 ml, 500 ml en 1000 ml.
Het kan voorkomen dat niet alle verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.
Uitsluitend op diergeneeskundig voorschrift.
BE-V129184
Lactetrol
Lactetrol
BIJSLUITER
LACTETROL Oplossing voor injectie
1.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
Dechra Veterinary Products NV
Achterstenhoek 48
2275 Lille
België
Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte:
Eurovet Animal Health BV
Handelsweg 25
5531 AE Bladel
Nederland
2.
BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
LACTETROL Oplossing voor injectie
3.
GEHALTE AAN WERKZAME EN OVERIGE BESTANDDELEN
Per ml:
Werkzame bestanddelen:
Natrium chloride
5,76 mg
Kalium chloride
0,37 mg
Calcium chloride
0,37 mg
Magnesium chloride
0,20 mg
Natrium lactaat oplossing
10,08 mg
4.
INDICATIES
Dehydratie, gepaard gaande met een metabole acidose. Onderhoud of herstel van
electrolytenhuishouding en het zuur-base evenwicht.
5.
CONTRA-INDICATIES
Niet gebruiken bij alkalose, melkzure acidose of cellulaire anoxie (shock) en zware leverinsufficiëntie.
6.
BIJWERKINGEN
Geen bekend.
Indien u bijwerkingen vaststelt, zelfs wanneer die niet in deze bijsluiter worden vermeld, of u
vermoedt dat het diergeneesmiddel niet werkzaam is, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis
te stellen.
7.
DOELDIERSOORTEN
Paard, rund, varken, schaap, geit, hond en kat.
8.
Lactetrol
Voor parenterale toediening: intraveneus, intraperitoneaal of subcutaan. Langzaam intraveneus
toedienen.
30-50 ml per kg lichaamsgewicht per dag, indien noodzakelijk herhalen.
9.
AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
De oplossing moet op lichaamstemperatuur worden toegediend.
10.
WACHTTIJD
Nul dagen.
11.
BIJZONDERE BEWAARVOORSCHRIFTEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Bewaren beneden 25°C. Beschermen tegen licht. Niet in de vriezer bewaren.
Houdbaarheid na eerste opening van de primaire verpakking: direct gebruiken, niet bewaren.
Dit diergeneesmiddel niet gebruiken na de uiterste gebruiksdatum vermeld op het etiket na EXP.
12.
SPECIALE WAARSCHUWINGEN
Dracht en lactatie:
Kan tijdens de dracht en lactatie worden gebruikt.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota):
Voorkom overhydratie. Symptomen van overhydratie zijn vochtige ronchi te horen bij long
auscultatie, een productieve hoest of een sereuze nasale uitvloei. Een verhoogde centraal veneuze druk
of een te sterk overvulde Vena Jugularis zijn tevens tekenen dat het infuus gestopt of onderbroken
moet worden.
Urineproductie is ook een bruikbare parameter van de renale perfusie en moet toenemen zodra de
circulatie na dehydratie weer op gang komt. Indien bij herstel van het circulerend volume de
urineproductie niet op gang komt, moet het infuus onderbroken worden om gevaarlijk longoedeem te
voorkomen.
13.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET-
GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUEEL AFVALMATERIAAL
Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de lokale
vereisten te worden verwijderd.
14.
DE DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Juni 2019
15.
OVERIGE INFORMATIE
Verpakkingsgrootten: 100 ml, 500 ml en 1000 ml.
Het kan voorkomen dat niet alle verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.
Uitsluitend op diergeneeskundig voorschrift.
Lactetrol
BIJSLUITER
LACTETROL Oplossing voor injectie
1.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
Dechra Veterinary Products NV
Achterstenhoek 48
2275 Lille
België
Fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte:
Eurovet Animal Health BV
Handelsweg 25
5531 AE Bladel
Nederland
2.
BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
LACTETROL Oplossing voor injectie
3.
GEHALTE AAN WERKZAME EN OVERIGE BESTANDDELEN
Per ml:
Werkzame bestanddelen:
Natrium chloride
5,76 mg
Kalium chloride
0,37 mg
Calcium chloride
0,37 mg
Magnesium chloride
0,20 mg
Natrium lactaat oplossing
10,08 mg
4.
INDICATIES
Dehydratie, gepaard gaande met een metabole acidose. Onderhoud of herstel van
electrolytenhuishouding en het zuur-base evenwicht.
5.
CONTRA-INDICATIES
Niet gebruiken bij alkalose, melkzure acidose of cellulaire anoxie (shock) en zware leverinsufficiëntie.
6.
BIJWERKINGEN
Geen bekend.
Indien u bijwerkingen vaststelt, zelfs wanneer die niet in deze bijsluiter worden vermeld, of u
vermoedt dat het diergeneesmiddel niet werkzaam is, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis
te stellen.
7.
DOELDIERSOORTEN
Paard, rund, varken, schaap, geit, hond en kat.
8.
Lactetrol
Voor parenterale toediening: intraveneus, intraperitoneaal of subcutaan. Langzaam intraveneus
toedienen.
30-50 ml per kg lichaamsgewicht per dag, indien noodzakelijk herhalen.
9.
AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
De oplossing moet op lichaamstemperatuur worden toegediend.
10.
WACHTTIJD
Nul dagen.
11.
BIJZONDERE BEWAARVOORSCHRIFTEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Bewaren beneden 25°C. Beschermen tegen licht. Niet in de vriezer bewaren.
Houdbaarheid na eerste opening van de primaire verpakking: direct gebruiken, niet bewaren.
Dit diergeneesmiddel niet gebruiken na de uiterste gebruiksdatum vermeld op het etiket na EXP.
12.
SPECIALE WAARSCHUWINGEN
Dracht en lactatie:
Kan tijdens de dracht en lactatie worden gebruikt.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota):
Voorkom overhydratie. Symptomen van overhydratie zijn vochtige ronchi te horen bij long
auscultatie, een productieve hoest of een sereuze nasale uitvloei. Een verhoogde centraal veneuze druk
of een te sterk overvulde Vena Jugularis zijn tevens tekenen dat het infuus gestopt of onderbroken
moet worden.
Urineproductie is ook een bruikbare parameter van de renale perfusie en moet toenemen zodra de
circulatie na dehydratie weer op gang komt. Indien bij herstel van het circulerend volume de
urineproductie niet op gang komt, moet het infuus onderbroken worden om gevaarlijk longoedeem te
voorkomen.
13.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET-
GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUEEL AFVALMATERIAAL
Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de lokale
vereisten te worden verwijderd.
14.
DE DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Juni 2019
15.
OVERIGE INFORMATIE
Verpakkingsgrootten: 100 ml, 500 ml en 1000 ml.
Het kan voorkomen dat niet alle verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.
Uitsluitend op diergeneeskundig voorschrift.