Leqvio 284 mg

BIJLAGE I
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht
alle vermoedelijke bijwerkingen te melden. Zie rubriek 4.8 voor het rapporteren van bijwerkingen.
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke voorgevulde spuit bevat inclisiran-natrium overeenkomend met 284 mg inclisiran in een
oplossing van 1,5 ml.
Elke ml oplossing bevat inclisiran-natrium overeenkomend met 189 mg inclisiran.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie (injectievloeistof).
De oplossing is helder, kleurloos tot lichtgeel en geheel vrij van deeltjes.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Leqvio is geïndiceerd bij volwassenen met primaire hypercholesterolemie (heterozygote familiaire en
niet-familiaire) of gemengde dyslipidemie als toevoeging aan een dieet:
in combinatie met een statine of een statine met andere lipidenverlagende behandelingen bij
patiënten die hun LDL-C-behandeldoel niet bereiken met de maximaal verdraagbare dosis van
een statine, of
alleen of in combinatie met andere lipidenverlagende behandelingen bij patiënten die statines
niet verdragen of bij wie een statine is gecontra-indiceerd.
4.2
Dosering en wijze van toediening
Dosering
De aanbevolen dosis is 284 mg inclisiran, toegediend als één enkele subcutane injectie: een initiële
dosis, vervolgens na 3 maanden en daarna elke 6 maanden.
Gemiste doses
Als een geplande dosis wordt gemist met minder dan 3 maanden dient inclisiran te worden toegediend.
Daarna dient de toediening vervolgd te worden volgens het oorspronkelijke schema van de patiënt.
Als een geplande dosis wordt gemist met meer dan 3 maanden, dient een nieuw toedieningsschema te
worden gestart – na de initiële dosis dient inclisiran na 3 maanden te worden toegediend en vervolgens
elke 6 maanden.
2
Overstappen van een behandeling met PCSK9-remmers (monoklonale antilichamen)
Inclisiran kan direct na de laatste dosis van een PCSK9-remmer (een monoklonaal antilichaam)
worden toegediend. Om de verlaging van LDL-C in stand te houden, wordt aangeraden om inclisiran
binnen 2 weken na de laatste dosis PCSK9-remmer (een monoklonaal antilichaam) toe te dienen.
Speciale patiëntengroepen
Ouderen (leeftijd ≥65 jaar)
Voor ouderen is geen dosisaanpassing nodig.
Leverfunctiestoornis
Er zijn geen dosisaanpassingen nodig voor patiënten met een lichte (Child-Pugh-klasse A) of matige
(Child-Pugh-klasse B) leverfunctiestoornis. Er zijn geen gegevens beschikbaar over patiënten met een
ernstige (Child-Pugh-klasse C) leverfunctiestoornis (zie rubriek 5.2). Inclisiran dient met
voorzichtigheid te worden gebruikt bij patiënten met een ernstige leverfunctiestoornis.
Nierfunctiestoornis
Er zijn geen dosisaanpassingen nodig voor patiënten met een lichte, matige of ernstige
nierfunctiestoornis of patiënten met terminaal nierfalen (zie rubriek 5.2). Er is beperkte ervaring met
inclisiran bij patiënten met een ernstige nierfunctiestoornis. Inclisiran dient bij deze patiënten met
voorzichtigheid te worden gebruikt. Zie rubriek 4.4 voor de te nemen voorzorgsmaatregelen in het
geval van hemodialyse.
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van inclisiran bij kinderen jonger dan 18 jaar zijn nog niet vastgesteld.
Er zijn geen gegevens beschikbaar.
Wijze van toediening
Subcutaan gebruik.
Inclisiran is bedoeld voor subcutane injectie in de buik; alternatieve injectieplaatsen zijn onder meer
de bovenarm of de dij. Injecties mogen niet worden gegeven in gebieden met een actieve
huidaandoening of letsel zoals zonnebrand, huiduitslag, ontsteking of huidinfecties.
Elke dosis van 284 mg wordt toegediend met één voorgevulde spuit. Elke voorgevulde spuit is
uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik.
Het is de bedoeling dat inclisiran wordt toegediend door een beroepsbeoefenaar in de
gezondheidszorg.
4.3
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Hemodialyse
Het effect van hemodialyse op de farmacokinetiek van inclisiran is niet onderzocht. Aangezien
inclisiran renaal wordt geëlimineerd, mag de hemodialyse pas na een periode van minimaal 72 uur na
toediening van inclisiran worden uitgevoerd.
Natriumgehalte
Dit geneesmiddel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in
wezen ‘natriumvrij’ is.
3
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Inclisiran is geen substraat voor reguliere geneesmiddeltransporteiwitten en, hoewel er geen
in vitro-
onderzoeken zijn uitgevoerd, wordt niet verwacht dat het een substraat is voor cytochroom-P450.
Inclisiran is geen remmer of inductor van cytochroom-P450-enzymen of reguliere
geneesmiddeltransporteiwitten. Daarom wordt niet verwacht dat inclisiran klinisch significante
interacties heeft met andere geneesmiddelen. Op basis van de beperkte beschikbare gegevens worden
geen klinisch relevante interacties met atorvastatine, rosuvastatine of andere statines verwacht.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er zijn geen of een beperkte hoeveelheid gegevens over het gebruik van inclisiran bij zwangere
vrouwen. De resultaten van dieronderzoek duiden niet op directe of indirecte schadelijke effecten wat
betreft reproductietoxiciteit (zie rubriek 5.3). Uit voorzorg heeft het de voorkeur het gebruik van
inclisiran te vermijden tijdens de zwangerschap.
Borstvoeding
Het is niet bekend of inclisiran in de moedermelk wordt uitgescheiden. Uit beschikbare
farmacodynamische/toxicologische gegevens bij dieren blijkt dat inclisiran in melk wordt
uitgescheiden (zie rubriek 5.3). Risico voor pasgeborenen/zuigelingen kan niet worden uitgesloten.
Er moet worden besloten of borstvoeding moet worden gestaakt of dat behandeling met inclisiran
moet worden gestaakt dan wel niet moet worden ingesteld, waarbij het voordeel van borstvoeding
voor het kind en het voordeel van behandeling voor de vrouw in overweging moeten worden
genomen.
Vruchtbaarheid
Er zijn geen gegevens over de effecten van inclisiran op de menselijke vruchtbaarheid beschikbaar.
Uit dieronderzoek zijn geen effecten gebleken op de vruchtbaarheid (zie rubriek 5.3).
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Leqvio heeft geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het vermogen om
machines te bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De enige bijwerkingen die verband hielden met inclisiran, waren bijwerkingen op de injectieplaats
(8,2%).
Overzicht van bijwerkingen in tabelvorm
De bijwerkingen zijn gerangschikt volgens systeem/orgaanklasse (tabel 1). Frequentiecategorieën
worden gedefinieerd als: zeer vaak (≥1/10), vaak (≥1/100, <1/10), soms (≥1/1.000, <1/100), zelden
(≥1/10.000, <1/1.000), zeer zelden (<1/10.000) en niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet
worden bepaald).
4
Tabel 1
Bijwerkingen gemeld bij patiënten die behandeld zijn met inclisiran
Bijwerking
Bijwerkingen op de
injectieplaats
1
Frequentiecategorie
Vaak
Systeem/orgaanklasse
Algemene aandoeningen en
toedieningsplaatsstoornissen
1
Zie de rubriek ‘Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen’
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Bijwerkingen op de injectieplaats
Bijwerkingen op de injectieplaats traden in de hoofdonderzoeken op bij 8,2% en 1,8% van de
patiënten die respectievelijk inclisiran en placebo kregen. Het percentage patiënten in elke groep dat
stopte met de behandeling vanwege bijwerkingen op de injectieplaats was respectievelijk 0,2% en
0,0%. Al deze bijwerkingen waren licht tot matig ernstig, van voorbijgaande aard en verdwenen
zonder gevolgen. De vaakst voorkomende bijwerkingen op de injectieplaats bij patiënten die inclisiran
kregen waren injectieplaatsreactie (3,1%), injectieplaatspijn (2,2%), injectieplaatserytheem (1,6%) en
injectieplaatsrash (0,7%).
Speciale patiëntengroepen
Ouderen
Van de 1.833 patiënten die in de hoofdonderzoeken werden behandeld met inclisiran waren er 981
(54%) 65 jaar of ouder en 239 (13%) 75 jaar of ouder. Er werden over het algemeen geen verschillen
in de veiligheid waargenomen tussen deze patiënten en jongere patiënten.
Immunogeniciteit
In de hoofdstudies werden 1.830 patiënten getest op antistoffen tegen het geneesmiddel. Bevestigde
positiviteit werd vastgesteld bij 1,8% (33/1.830) van de patiënten voorafgaand aan toediening en bij
4,9% (90/1.830) van de patiënten tijdens de 18 maanden durende behandeling met inclisiran. Er
werden geen klinisch significante verschillen waargenomen in de klinische werkzaamheids-,
veiligheids- of farmacodynamische profielen van inclisiran bij patiënten die positief testten op
antilichamen tegen inclisiran.
Laboratoriumwaarden
In de klinische fase III-onderzoeken waren er vaker verhoogde serumwaarden van levertransaminasen
tussen >1x de bovengrens van de normaalwaarde (ULN:
upper limit of normal)
en ≤3x ULN bij
patiënten die inclisiran gebruikten (ALAT: 19,7% en ASAT: 17,2%) dan bij patiënten met placebo
(ALAT: 13,6% en ASAT: 11,1%). Deze verhogingen gingen niet verder dan de klinisch relevante
drempel van 3x ULN, waren asymptomatisch en gingen niet gepaard met bijwerkingen of ander
bewijs van leverdisfunctie.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
Er werden geen klinisch relevante bijwerkingen waargenomen bij gezonde vrijwilligers die inclisiran
kregen in doses die driemaal hoger waren dan de therapeutische dosis. Er bestaat geen specifieke
behandeling voor overdosering met inclisiran. In geval van overdosering moet de patiënt
symptomatisch worden behandeld en moeten, indien nodig, ondersteunende maatregelen worden
genomen.
5
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: lipidenmodificerende middelen, andere lipidenmodificerende
middelen, ATC-code: C10AX16
Werkingsmechanisme
Inclisiran is een cholesterolverlagend, dubbelstrengs, klein interfererend ribonucleïnezuur (siRNA),
geconjugeerd op de sensestreng met tri-antennair N-acetylgalactosamine (GalNAc) ter bevordering
van de opname door hepatocyten. Inclisiran maakt gebruik van het lichaamseigen
RNA-interferentiemechanisme in hepatocyten en stuurt de katalytische afbraak van mRNA tot
proproteïneconvertase-subtilisine/kexine type 9 aan. Dit verhoogt de recycling en expressie van
LDL-C-receptoren op het celoppervlak van hepatocyten waardoor de LCL-C-opname toeneemt en de
LDL-C-concentraties in de bloedsomloop afnemen.
Farmacodynamische effecten
Na een enkelvoudige subcutane toediening van 284 mg inclisiran was er binnen 14 dagen na
toediening duidelijk sprake van verlaging van LDL-C. Gemiddelde verlagingen van 49-51% van de
LDL-C werden 30 tot 60 dagen na toediening waargenomen. Na 180 dagen waren de
LDL-C-concentraties nog steeds met ongeveer 53% verlaagd.
Klinische werkzaamheid en veiligheid
In klinische studies en sommige publicaties wordt de dosis 284 mg inclisiran vermeld als 300 mg
inclisiran-natriumzout, deze dosis is overeenkomend.
De werkzaamheid van inclisiran werd beoordeeld in drie fase III-onderzoeken bij patiënten met
atherosclerotische cardiovasculaire ziekte (ASCVD) (coronaire hartziekte, cerebrovasculaire ziekte of
perifere arteriële ziekte), ASCVD-risico-equivalenten (diabetes mellitus type 2, familiaire
hypercholesterolemie of een 10-jarig risico van 20% of hoger op het krijgen van een cardiovasculair
voorval zoals vastgesteld aan de hand van de Framingham-risicoscore of een equivalent) en/of
familiaire hypercholesterolemie (FH). Patiënten gebruikten een maximaal verdraagbare dosis statine
met of zonder andere lipidenmodificerende behandeling en hadden daarnaast extra verlaging van
LDL-C nodig (patiënten waren niet in staat hun behandeldoelen te behalen). Ongeveer 17% van de
patiënten verdroeg geen statines. Patiënten kregen subcutane injecties van 284 mg inclisiran of
placebo op dag 1, dag 90, dag 270 en dag 450. Patiënten werden gevolgd tot dag 540.
Het effect van inclisiran op de cardiovasculaire morbiditeit en mortaliteit is nog niet vastgesteld.
In de gepoolde analyse van fase III verlaagde subcutaan toegediend inclisiran de LDL-C al op dag 90
met 50% tot 55% (figuur 1). Dit bleef gehandhaafd tijdens langdurige behandeling. De maximale
verlaging van LDL-C werd bereikt op dag 150 na een tweede toediening. Kleine, maar statistisch
significante toegenomen verlagingen van LDL-C tot 65% gingen gepaard met lagere
LDL-C-concentraties op baseline (ongeveer <2 mmol/l [77 mg/dl]), hogere PCSK9-concentraties op
baseline en hogere statinedoses en statine-intensiteit.
6
Figuur 1
Gemiddelde procentuele verandering ten opzichte van het LDL-C op baseline bij
patiënten met primaire hypercholesterolemie en gemengde dyslipidemie die
behandeld werden met inclisiran in vergelijking met placebo (gepoolde analyse)
Inclisiran
Placebo
Gemiddelde procentuele veranderingen ten
opzichte van baseline
Maanden
Aantal patiënten
Placebo
Inclisiran
ASCVD en ASCVD-risico-equivalenten
Er werden twee onderzoeken uitgevoerd bij patiënten met ASCVD en ASCVD-risico-equivalenten
(ORION-10 en ORION-11). Patiënten gebruikten een maximaal verdraagbare dosis statines met of
zonder andere lipidenmodificerende behandeling, zoals ezetimibe, en hadden daarnaast extra verlaging
van LDL-C nodig. Omdat verwacht wordt dat het verlagen van LDL-C de cardiovasculaire uitkomsten
verbetert, waren de co-primaire eindpunten in beide onderzoeken de procentuele verandering in
LDL-C ten opzichte van baseline tot dag 510 in vergelijking met placebo en de voor tijd gecorrigeerde
procentuele verandering in LDL-C ten opzichte van baseline na dag 90 en tot dag 540 voor het
schatten van het geïntegreerde effect op LDL-C in de loop van de tijd.
ORION-10 was een multicentrisch, dubbelblind, gerandomiseerd, placebogecontroleerd onderzoek
van 18 maanden dat werd uitgevoerd bij 1.561 patiënten met ASCVD.
De gemiddelde leeftijd op baseline was 66 jaar (spreiding van 35 tot 90 jaar), 60% was ≥65 jaar, 31%
was vrouw, 86% was blank, 13% was zwart, 1% was Aziatisch en 14% was van Spaans- of
Latijns-Amerikaanse afkomst. De gemiddelde LDL-C op baseline was 2,7 mmol/l (105 mg/dl).
Negenzestig procent (69%) gebruikte een zeer intensieve statinetherapie, 19% gebruikte een matig
intensieve statinetherapie, 1% gebruikte een laag intensieve statinetherapie en 11% gebruikte geen
statine. De meest toegediende statines waren atorvastatine en rosuvastatine.
In vergelijking met placebo verlaagde inclisiran de gemiddelde procentuele verandering in LDL-C ten
opzichte van baseline tot dag 510 aanzienlijk met 52% (95%-BI: -56%, -49%; p<0,0001) (tabel 2).
In vergelijking met placebo verlaagde inclisiran de voor tijd gecorrigeerde procentuele verandering in
LDL-C ten opzichte van baseline ook aanzienlijk na dag 90 en tot dag 540 met 54%
(95%-BI: -56%, -51%; p<0,0001). Zie tabel 2 voor aanvullende resultaten.
7
Tabel 2
Gemiddelde procentuele verandering ten opzichte van baseline en verschil ten
opzichte van placebo in lipidenparameters op dag 510 in ORION-10
LDL-C
Totaal
cholesterol
181
Niet-HDL-C
Apo-B
Lp(a)*
122
Behandelgroep
Gemiddelde
105
134
94
baselinewaarde
in mg/dl**
Dag 510 (gemiddelde procentuele verandering ten opzichte van baseline)
Placebo (n=780)
1
0
0
-2
Inclisiran
-51
-34
-47
-45
(n=781)
Verschil ten opzichte
-52
-33
-47
-43
van placebo
(-56, -49)
(-35, -31)
(-50, -44)
(-46, -41)
(kleinste-kwadraten-
gemiddelde)
(95%-BI)
*Op dag 540; mediane procentuele verandering in Lp(a)-waarden
**Gemiddelde baselinewaarde in nmol/l voor Lp(a)
4
-22
-26
(-29, -22)
Op dag 510 werd de streefwaarde van <1,8 mmol/l (70 mg/dl) voor het LDL-C bereikt door 84% van
de patiënten met ASCVD die inclisiran gebruikten in vergelijking met 18% van de placebopatiënten.
Consistente en statistisch significante (p<0,0001) verlagingen in de procentuele verandering in LDL-C
ten opzichte van baseline tot dag 510 en de voor tijd gecorrigeerde procentuele verandering in LDL-C
ten opzichte van baseline na dag 90 en tot dag 540 werden waargenomen in alle subgroepen
onafhankelijk van de demografische gegevens op baseline (waaronder geslacht, leeftijd, body mass
index, ras en statinegebruik op baseline), comorbiditeiten en geografische regio’s.
ORION-11 was een internationaal, multicentrisch, dubbelblind, gerandomiseerd, placebogecontroleerd
onderzoek van 18 maanden waarin 1.617 patiënten met ASCVD of ASCVD-risico-equivalenten
werden beoordeeld. Meer dan 75% van de patiënten kreeg een achtergrondbehandeling met een zeer
intensieve statinetherapie, 87% van de patiënten had ASCVD en 13% had een
ASCVD-risico-equivalent.
De gemiddelde leeftijd op baseline was 65 jaar (spreiding van 20 tot 88 jaar), 55% was ≥65 jaar, 28%
was vrouw, 98% was blank, 1% was zwart, 1% was Aziatisch en 1% was van Spaans- of
Latijns-Amerikaanse afkomst. De gemiddelde LDL-C op baseline was 2,7 mmol/l (105 mg/dl).
Achtenzeventig procent (78%) gebruikte een zeer intensieve statinetherapie, 16% gebruikte een matig
intensieve statinetherapie, 0,4% gebruikte een weinig intensieve statinetherapie en 5% gebruikte geen
statine. De meest toegediende statines waren atorvastatine en rosuvastatine.
In vergelijking met placebo verlaagde inclisiran de gemiddelde procentuele verandering in LDL-C ten
opzichte van baseline tot dag 510 aanzienlijk met 50% (95%-BI: -53%, -47%; p<0,0001) (tabel 3).
In vergelijking met placebo verlaagde inclisiran de voor tijd gecorrigeerde procentuele verandering in
LDL-C ten opzichte van baseline ook aanzienlijk na dag 90 en tot dag 540 met 49%
(95%-BI: -52%, -47%; p<0,0001). Zie tabel 3 voor aanvullende resultaten.
8
Tabel 3
Gemiddelde procentuele verandering ten opzichte van baseline en verschil ten
opzichte van placebo in lipidenparameters op dag 510 in ORION-11
LDL-C
Totaal
cholesterol
185
Niet-HDL-C
Apo-B
Lp(a)*
107
Behandelgroep
Gemiddelde
105
136
96
baselinewaarde
in mg/dl**
Dag 510 (gemiddelde procentuele verandering ten opzichte van baseline)
Placebo (n=807)
4
2
2
1
Inclisiran
-46
-28
-41
-38
(n=810)
Verschil ten opzichte
-50
-30
-43
-39
van placebo
(-53, -47)
(-32, -28)
(-46, -41)
(-41, -37)
(kleinste-kwadraten-
gemiddelde)
(95%-BI)
*Op dag 540; mediane procentuele verandering in Lp(a)-waarden
**Gemiddelde baselinewaarde in nmol/l voor Lp(a)
0
-19
-19
(-21, -16)
Op dag 510 werd de streefwaarde van <1,8 mmol/l (70 mg/dl) voor het LDL-C bereikt door 82% van
de patiënten met ASCVD die inclisiran gebruikten in vergelijking met 16% van de placebopatiënten.
Bij patiënten met een ASCVD-risico-equivalent werd de streefwaarde van <2,6 mmol/l (100 mg/dl)
voor het LDL-C bereikt door 78% van de patiënten die inclisiran gebruikten in vergelijking met 31%
van de placebopatiënten.
Consistente en statistisch significante (p<0,05) procentuele verandering in LDL-C ten opzichte van
baseline tot dag 510 en voor tijd gecorrigeerde procentuele verandering in LDL-C ten opzichte van
baseline na dag 90 en tot dag 540 werd waargenomen in alle subgroepen onafhankelijk van de
demografische gegevens op baseline (waaronder geslacht, leeftijd, body mass index, ras en
statinegebruik op baseline), comorbiditeiten en geografische regio’s.
Heterozygote familiaire hypercholesterolemie
ORION-9 was een internationaal, multicentrisch, dubbelblind, gerandomiseerd, placebogecontroleerd
onderzoek van 18 maanden met 482 patiënten met heterozygote familiaire hypercholesterolemie
(HeFH). Alle patiënten gebruikten maximaal verdraagbare doses statines met of zonder andere
lipidenmodificerende behandeling, zoals ezetimibe, en hadden daarnaast extra verlaging van LDL-C
nodig. De diagnose HeFH werd gesteld aan de hand van genotypering of klinische criteria (‘definitief
FH’ aan de hand van de Simon Broome- of WHO/Dutch Lipid Network-criteria).
De co-primaire eindpunten waren de procentuele verandering in LDL-C ten opzichte van baseline tot
dag 510 in verband met placebo en de voor tijd gecorrigeerde procentuele verandering in LDL-C ten
opzichte van baseline na dag 90 en tot dag 540 voor het inschatten van het geïntegreerde effect op
LDL-C in de loop van de tijd. Belangrijke secundaire eindpunten waren de absolute verandering in
LDL-C ten opzichte van baseline tot dag 510, de voor tijd gecorrigeerde absolute verandering in
LDL-C ten opzichte van baseline na dag 90 en tot dag 540 en de procentuele verandering ten opzichte
van baseline tot dag 510 in PCSK9, totaal cholesterol, Apo-B en niet-HDL-C. Aanvullende secundaire
eindpunten waren onder meer de individuele mate van respons op inclisiran en het aandeel patiënten
die globale lipidendoelen behalen voor hun risiconiveau voor ASCVD.
De gemiddelde leeftijd op baseline was 55 jaar (spreiding van 21 tot 80 jaar), 22% was ≥65 jaar, 53%
was vrouw, 94% was blank, 3% was zwart, 3% was Aziatisch en 3% was van Spaans- of
Latijns-Amerikaanse afkomst. De gemiddelde LDL-C op baseline was 4,0 mmol/l (153 mg/dl).
Vierenzeventig procent (74%) gebruikte een zeer intensieve statinetherapie, 15% gebruikte een matig
intensieve statinetherapie en 10% gebruikte geen statine. Tweeënvijftig procent (52%) van de
patiënten werd behandeld met ezetimibe. De meest toegediende statines waren atorvastatine en
rosuvastatine.
9
In vergelijking met placebo verlaagde inclisiran de gemiddelde procentuele verandering in LDL-C ten
opzichte van baseline tot dag 510 aanzienlijk met 48% (95%-BI: -54%, -42%; p<0,0001) (tabel 4).
In vergelijking met placebo verlaagde inclisiran de voor tijd gecorrigeerde procentuele verandering in
LDL-C ten opzichte van baseline ook aanzienlijk na dag 90 en tot dag 540 met 44%
(95%-BI: -48%, -40%; p<0,0001). Zie tabel 4 voor aanvullende resultaten.
Tabel 4
Gemiddelde procentuele verandering ten opzichte van baseline en verschil ten
opzichte van placebo in lipidenparameters op dag 510 in ORION-9
LDL-C
Totaal
cholesterol
231
Niet-HDL-C
Apo-B
Lp(a)*
121
Behandelgroep
Gemiddelde
153
180
124
baselinewaarde
in mg/dl**
Dag 510 (gemiddelde procentuele verandering ten opzichte van baseline)
Placebo (n=240)
8
7
7
3
Inclisiran
-40
-25
-35
-33
(n=242)
Verschil ten opzichte
-48
-32
-42
-36
van placebo
(-54, -42)
(-36, -28)
(-47, -37)
(-40, -32)
(kleinste-kwadraten-
gemiddelde)
(95%-BI)
*Op dag 540; mediane procentuele verandering in Lp(a)-waarden
**Gemiddelde baselinewaarde in nmol/l voor Lp(a)
4
-13
-17
(-22, -12)
Op dag 510 bereikte 52,5% van de inclisiran-patiënten met ASCVD hun streefwaarde van <1,8 mmol/l
(70 mg/dl) voor het LDL-C in vergelijking met 1,4% van de placebopatiënten met ASCVD, terwijl in
de groep met ASCVD-risico-equivalenten 66,9% van de inclisiran-patiënten hun streefwaarde van
<2,6 mmol/l (100 mg/dl) voor het LDL-C bereikte in vergelijking met 8,9% van de placebopatiënten.
Consistente en statistisch significante (p<0,05) procentuele verandering in LDL-C ten opzichte van
baseline tot dag 510 en voor tijd gecorrigeerde procentuele verandering in LDL-C ten opzichte van
baseline na dag 90 en tot dag 540 werd waargenomen in alle subgroepen onafhankelijk van de
demografische gegevens op baseline (waaronder geslacht, leeftijd, body mass index, ras en
statinegebruik op baseline), comorbiditeiten en geografische regio’s.
Pediatrische patiënten
Het Europees Geneesmiddelenbureau heeft besloten tot uitstel van de verplichting voor de fabrikant
om de resultaten in te dienen van onderzoek met inclisiran in een of meerdere subgroepen van
pediatrische patiënten bij de behandeling van een verhoogd cholesterol (zie rubriek 4.2 voor
informatie over pediatrisch gebruik).
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Absorptie
Na een enkelvoudige subcutane toediening nam de systemische blootstelling aan inclisiran nagenoeg
dosisproportioneel toe met een spreiding van 24 mg tot 756 mg. In het aanbevolen doseringsschema
van 284 mg bereikten de plasmaconcentraties ongeveer 4 uur na toediening hun piekwaarden, met een
gemiddelde C
max
van 509 ng/ml. De concentraties bereikten binnen 48 uur na toediening niet-
detecteerbare niveaus. De gemiddelde oppervlakte onder de plasmaconcentratie-tijd-curve vanaf
toediening geëxtrapoleerd tot oneindig was 7.980 ng*u/ml. De farmacokinetische bevindingen na
meerdere subcutane toedieningen van inclisiran waren vergelijkbaar met toediening van een
enkelvoudige dosis.
10
Distributie
Inclisiran is
in vitro
voor 87% eiwitgebonden in de relevante klinische plasmaconcentraties. Na een
enkelvoudige subcutane dosis van 284 mg inclisiran toegediend aan gezonde volwassenen was het
schijnbare verdelingsvolume ongeveer 500 liter. Gebaseerd op niet-klinische gegevens, is van
inclisiran aangetoond dat het een hoge opname in en selectiviteit voor de lever, het doelorgaan voor
cholesterolverlaging, vertoont.
Biotransformatie
Inclisiran wordt hoofdzakelijk door nucleasen gemetaboliseerd tot kortere niet actieve nucleotiden van
verschillende lengtes. Inclisiran is geen substraat voor reguliere geneesmiddeltransporteiwitten en
hoewel er geen
in-vitro-onderzoeken
zijn uitgevoerd, wordt niet verwacht dat het een substraat is voor
cytochroom-P450.
Eliminatie
De terminale eliminatiehalfwaardetijd van inclisiran is ongeveer 9 uur en er treedt geen accumulatie
op bij meervoudige toediening. Zestien procent (16%) van de inclisiran wordt uitgescheiden via de
nieren.
Lineariteit/non-lineariteit
In het klinische fase I-onderzoek werd een nagenoeg dosisproportionele toename waargenomen van de
blootstelling aan inclisiran na toediening van subcutane doses inclisiran variërend van 24 mg tot
756 mg. Er werden geen accumulatie en tijdsafhankelijke veranderingen waargenomen na meerdere
subcutane doses inclisiran.
Farmacokinetische/farmacodynamische relatie(s)
In het klinische fase I-onderzoek werd een dissociatie waargenomen tussen de farmacokinetische
parameters van inclisiran en de farmacodynamische LDL-C-effecten. Selectieve afgifte van inclisiran
aan hepatocyten, waar het wordt opgenomen in het RISC (RNA-induced
silencing complex),
leidt tot
een lange werkingsduur, langer dan wordt verwacht op basis van de eliminatiehalfwaardetijd in
plasma van 9 uur. De maximale effecten van het verlagen van LDL-C werden waargenomen bij een
dosis van 284 mg. Hogere doses leidden niet tot grotere effecten.
Speciale patiëntengroepen
Nierfunctiestoornis
De farmacokinetische analyse van gegevens uit een specifiek onderzoek naar nierfunctiestoornissen
meldde in vergelijking met patiënten met een normale nierfunctie een ongeveer 2,3-, 2,0- en
3,3-voudige toename van de C
max
van inclisiran en een ongeveer 1,6-, 1,8- en 2,3-voudige toename
van de AUC van inclisiran bij patiënten met respectievelijk een lichte (een creatineklaring van
60 ml/min tot 89 ml/min), matige (een creatineklaring van 30 ml/min tot 59 ml/min) en ernstige (een
creatineklaring van 15 ml/min tot 29 ml/min) nierfunctiestoornis. Ondanks de tijdelijk hogere
plasmaconcentraties gedurende 48 uur was de verlaging in LDL-C vergelijkbaar in alle groepen van
nierfuncties. Op basis van farmacodynamische populatiemodellering wordt geen dosisaanpassing
aanbevolen bij patiënten met terminaal nierfalen. Op basis van farmacokinetische, farmacodynamische
en veiligheidsbeoordeling is er geen dosisaanpassing nodig bij patiënten met een lichte, matige of
ernstige nierfunctiestoornis. Het effect van hemodialyse op de farmacokinetiek van inclisiran is niet
onderzocht. Aangezien inclisiran renaal wordt geëlimineerd mag de hemodialyse pas na een periode
van minimaal 72 uur na toediening van Leqvio worden uitgevoerd.
11
Leverfunctiestoornis
De farmacokinetische analyse van gegevens uit een specifiek onderzoek naar leverfunctiestoornissen
meldde in vergelijking met patiënten met een normale leverfunctie een ongeveer 1,1- en 2,1-voudige
toename van de C
max
van inclisiran en een ongeveer 1,3- en 2,0-voudige toename van de AUC van
inclisiran bij patiënten met respectievelijk een lichte (Child-Pugh-klasse A) en matige (Child-Pugh-
klasse B) leverfunctiestoornis. Ondanks de tijdelijk hogere inclisiran-plasmaconcentraties waren de
verlagingen van LDL-C vergelijkbaar in de groepen patiënten met een normale leverfunctie die
inclisiran kregen toegediend en die met een lichte leverfunctiestoornis. Bij patiënten met een matige
leverfunctiestoornis waren de PCSK9-niveaus op baseline duidelijk lager en was de verlaging van
LDL-C minder dan die waargenomen werd bij patiënten met een normale leverfunctie. Er is geen
dosisaanpassing nodig bij patiënten met een lichte tot matige leverfunctiestoornis
(Child-Pugh-klasse A en B). Leqvio is niet onderzocht bij patiënten met een ernstige
leverfunctiestoornis (Child-Pugh-klasse C).
Andere speciale patiëntengroepen
Er werd een farmacodynamische populatie-analyse uitgevoerd met gegevens van 4.328 patiënten.
Hieruit bleek dat leeftijd, lichaamsgewicht, geslacht, ras en creatinineklaring geen significante invloed
hadden op de farmacodynamiek van inclisiran. Er worden geen dosisaanpassingen aanbevolen voor
patiënten met deze demografische gegevens.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
In onderzoeken op het gebied van toxiciteit bij herhaalde dosering bij ratten en apen werden de
‘no-observed adverse effect levels’ (NOAEL) vastgesteld als de hoogste subcutaan toegediende doses
die blootstellingen veroorzaakten die vele malen hoger zijn dan de maximale blootstelling voor
mensen bij de klinische dosis. Microscopische waarnemingen uit toxicologische onderzoeken toonden
vacuolatie in hepatocyten van ratten en lympfekliermacrofagen van apen, en basofiele korrels in
hepatocyten van apen en nieren van ratten en apen. Deze waarnemingen zijn niet geassocieerd met
veranderingen in klinische laboratoriumparameters en worden niet als nadelig beschouwd.
Inclisiran was niet carcinogeen in Sprague-Dawley-ratten of TgRasH2-muizen die inclisiran kregen
toegediend in doses die ruim boven de klinische doses liggen.
Er werd geen mutageen of clastogeen potentieel van inclisiran aangetroffen in een reeks testen,
waaronder een bacteriële mutageniciteitstest, een
in-vitro-chromosoomafwijkingtest
in menselijke
lymfocyten uit perifeer bloed en een
in-vivo-micronucleustest
in beenmerg van ratten.
Reproductieonderzoeken uitgevoerd bij ratten en konijnen hebben geen bewijs geleverd voor schade
aan de foetus door inclisiran bij de hoogste toegediende doses, die tot een blootstelling leiden die ruim
boven de maximale menselijke blootstelling ligt.
Inclisiran had geen invloed op de vruchtbaarheid of het reproductievermogen van mannelijke ratten en
van vrouwelijke ratten die voorafgaand aan en tijdens de dracht werden blootgesteld aan inclisiran. De
doses gingen gepaard met een systemische blootstelling die vele malen hoger ligt dan de menselijke
blootstelling bij klinische doses.
Inclisiran is aangetroffen in de melk van zogende ratten; er is echter geen bewijs van systemische
absorptie in pasgeboren ratten die gezoogd worden.
12
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Water voor injecties
Natriumhydroxide (voor aanpassing pH)
Geconcentreerd fosforzuur (voor aanpassing pH)
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere
geneesmiddelen gemengd worden.
6.3
3 jaar.
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Houdbaarheid
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities. Niet in de vriezer bewaren.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
Voorgevulde spuit
1,5 ml oplossing in een voorgevulde spuit (type I-glas) met zuigerstop (bromobutylrubber met een
fluoroteclaag), met naald en stugge naaldbescherming.
Verpakkingsgrootte: één voorgevulde spuit.
Voorgevulde spuit met naaldbeschermer
1,5 ml oplossing in een voorgevulde spuit (type I-glas) met zuigerstop (bromobutylrubber met een
fluoroteclaag), met naald en stugge naaldbescherming, met een naaldbeschermer.
Verpakkingsgrootte: één voorgevulde spuit met naaldbeschermer.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen
Leqvio moet vóór toediening visueel worden geïnspecteerd. De oplossing moet helder, kleurloos tot
lichtgeel en geheel vrij van deeltjes zijn. Als de oplossing zichtbare deeltjes bevat, mag de oplossing
niet worden gebruikt.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
13
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/20/1494/001
EU/1/20/1494/002
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
09 december 2020
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu
14
BIJLAGE II
A.
FABRIKANT(EN) VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN
VAN LEVERING EN GEBRUIK
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE
HOUDER VAN DE HANDELSVERGUNNING MOETEN
WORDEN NAGEKOMEN
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET
BETREKKING TOT EEN VEILIG EN DOELTREFFEND
GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
B.
C.
D.
15
A.
FABRIKANT(EN) VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikant(en) verantwoordelijk voor vrijgifte
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
Novartis Pharma GmbH
Roonstrasse 25
90429 Nürnberg
Duitsland
In de gedrukte bijsluiter van het geneesmiddel moeten de naam en het adres van de fabrikant die
verantwoordelijk is voor vrijgifte van de desbetreffende batch zijn opgenomen.
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK
Aan medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel.
C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst
met Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7
van Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het
Europese webportaal voor geneesmiddelen.
De vergunninghouder zal het eerste periodieke veiligheidsverslag voor dit geneesmiddel binnen
6 maanden na toekenning van de vergunning indienen.
D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de verplichte onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in
module 1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen
RMP-aanpassingen.
Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico’s of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico’s tot een minimum) is bereikt.
16
BIJLAGE III
ETIKETTERING EN BIJSLUITER
17
A. ETIKETTERING
18
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS VOORGEVULDE SPUIT ZONDER NAALDBESCHERMER
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
inclisiran
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde spuit bevat inclisiran-natrium overeenkomend met 284 mg inclisiran in een
oplossing van 1,5 ml.
Elke ml bevat inclisiran-natrium overeenkomend met 189 mg inclisiran.
3
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: water voor injecties, natriumhydroxide en geconcentreerd fosforzuur. Zie bijsluiter voor
meer informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
19
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Niet in de vriezer bewaren.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
1 voorgevulde spuit
EU/1/20/1494/001
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Rechtvaardiging voor uitzondering van braille is aanvaardbaar.
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
20
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP BLISTERVERPAKKINGEN OF STRIPS MOETEN
WORDEN VERMELD
BLISTERFOLIE VOORGEVULDE SPUIT ZONDER NAALDBESCHERMER
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
inclisiran
Subcutaan gebruik
2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN
Novartis Europharm Limited
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
OVERIGE
21
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS VOORGEVULDE SPUIT MET NAALDBESCHERMER
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
inclisiran
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde spuit bevat inclisiran-natrium overeenkomend met 284 mg inclisiran in een
oplossing van 1,5 ml.
Elke ml bevat inclisiran-natrium overeenkomend met 189 mg inclisiran.
3
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: water voor injecties, natriumhydroxide en geconcentreerd fosforzuur. Zie bijsluiter voor
meer informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit met naaldbeschermer
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
22
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Niet in de vriezer bewaren.
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
1 voorgevulde spuit met naaldbeschermer
EU/1/20/1494/002
13.
Lot
PARTIJNUMMER
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Rechtvaardiging voor uitzondering van braille is aanvaardbaar.
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC
SN
NN
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
23
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP BLISTERVERPAKKINGEN OF STRIPS MOETEN
WORDEN VERMELD
BLISTERFOLIE VOORGEVULDE SPUIT MET NAALDBESCHERMER
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
inclisiran
Subcutaan gebruik
2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN
Novartis Europharm Limited
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
OVERIGE
1 voorgevulde spuit met naaldbeschermer
24
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
ETIKET VOORGEVULDE SPUIT
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Leqvio 284 mg injectievloeistof
inclisiran
s.c.
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
EXP
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
4.
Lot
PARTIJNUMMER
5.
1,5 ml
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6.
OVERIGE
25
B. BIJSLUITER
26
Bijsluiter: informatie voor de patiënt
Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
inclisiran
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel toegediend krijgt want er staat
belangrijke informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Wat is Leqvio en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet toegediend krijgen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe wordt dit middel aan u toegediend?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Leqvio en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is Leqvio en hoe werkt het?
Leqvio bevat de werkzame stof inclisiran. Inclisiran verlaagt de hoeveelheid LDL-cholesterol
(‘slechte’ cholesterol), dat hartaandoeningen en bloedcirculatieproblemen kan veroorzaken als de
waarden verhoogd zijn.
Inclisiran werkt door het RNA (materiaal in lichaamscellen voor het maken van eiwitten) te hinderen
bij de aanmaak van een eiwit genaamd PCSK9. Dit eiwit kan de hoeveelheid LDL-cholesterol
verhogen en door de productie van dit eiwit te voorkomen kan inclisiran uw LDL-cholesterolwaarden
verlagen.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Leqvio wordt gebruikt als aanvulling op uw cholesterolverlagende dieet als u een volwassene bent met
een hoog cholesterolgehalte in uw bloed (primaire hypercholesterolemie, waaronder heterozygote
familiaire en niet-familiaire hypercholesterolemie, of gemengde dyslipidemie).
Leqvio wordt toegediend:
-
in combinatie met een statine (een type geneesmiddel om een hoog cholesterolgehalte te
behandelen), soms gecombineerd met een andere cholesterolverlagende behandeling, als de
maximale dosis van het statine onvoldoende werkt, of
-
alleen of in combinatie met andere cholesterolverlagende geneesmiddelen wanneer statines niet
goed werken of niet kunnen worden gebruikt.
2.
Wanneer mag u dit middel niet toegediend krijgen of moet u er extra voorzichtig mee
zijn?
Wanneer mag u dit middel niet toegediend krijgen?
-
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
27
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit middel toegediend krijgt:
-
als u dialyse ondergaat
-
als u een ernstige leverziekte heeft
-
als u een ernstige nierziekte heeft
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Geef dit geneesmiddel niet aan kinderen en jongeren tot 18 jaar, omdat er geen ervaring is met het
gebruik van het geneesmiddel in deze leeftijdsgroep.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Leqvio nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan aan uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan
contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit geneesmiddel toegediend krijgt.
Het gebruik van Leqvio moet tijdens de zwangerschap worden vermeden.
Het is nog niet bekend of Leqvio in de moedermelk terechtkomt. Uw arts zal u helpen beslissen of u
doorgaat met het geven van borstvoeding of dat u de behandeling met Leqvio gaat starten. Uw arts zal
de mogelijke voordelen van de behandeling voor u afwegen tegen de gezondheidsvoordelen en risico’s
van borstvoeding voor uw baby.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Leqvio heeft naar verwachting geen effect op uw rijvaardigheid of vermogen om machines te
bedienen.
Leqvio bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
3.
Hoe wordt dit middel aan u toegediend?
De aanbevolen dosis Leqvio is 284 mg, toegediend via een injectie onder de huid (subcutane injectie).
De volgende dosis wordt na 3 maanden gegeven, gevolgd door verdere doses om de 6 maanden.
Voordat u begint met Leqvio moet u een dieet volgen om uw cholesterol te verlagen en waarschijnlijk
gebruikt u ook een statine. U moet dit cholesterolverlagende dieet blijven volgen en het statine blijven
gebruiken gedurende de tijd dat u Leqvio krijgt.
Leqvio wordt toegediend als een injectie onder de huid van de buik; alternatieve injectieplaatsen zijn
onder meer de bovenarm of de dij. Leqvio wordt aan u toegediend door een arts, apotheker of
verpleegkundige (zorgverlener).
Heeft u te veel van dit middel toegediend gekregen?
Dit geneesmiddel wordt door een arts, apotheker of verpleegkundige aan u toegediend. In het zeer
onwaarschijnlijke geval dat u te veel (een overdosis) is toegediend, controleert de arts of andere
zorgverlener u op bijwerkingen.
28
Als u uw dosis Leqvio mist
Als u uw afspraak voor uw Leqvio injectie heeft gemist, neem dan meteen contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige zodat u uw volgende injectie kunt regelen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee
te maken.
Vaak
(komt voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
Reacties op de plaats van de injectie, zoals pijn, roodheid of huiduitslag.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket en de
doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities. Niet in de vriezer bewaren.
De arts, apotheker of verpleegkundige controleert dit geneesmiddel en gooit het weg als het deeltjes
bevat.
Geneesmiddelen dienen niet weggegooid te worden via het afvalwater of met huishoudelijk afval. Uw
arts, apotheker of verpleegkundige gooit geneesmiddelen weg die niet meer worden gebruikt. Als u
geneesmiddelen op de juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en
komen ze niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
De werkzame stof in dit middel is inclisiran. Elke voorgevulde spuit bevat inclisiran-natrium
overeenkomend met 284 mg inclisiran in een oplossing van 1,5 ml. Elke ml bevat
inclisiran-natrium overeenkomend met 189 mg inclisiran.
De andere stoffen in dit middel zijn water voor injecties, natriumhydroxide (zie rubriek 2
‘Leqvio bevat natrium’) en geconcentreerd fosforzuur.
Hoe ziet Leqvio eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Leqvio is een heldere, kleurloze tot lichtgele oplossing die geheel vrij is van deeltjes.
Elke verpakking bevat één voorgevulde spuit voor eenmalig gebruik.
29
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
Novartis Pharma GmbH
Roonstrasse 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
България
Novartis Bulgaria EOOD
Тел.: +359 2 489 98 28
Česká republika
Novartis s.r.o.
Tel: +420 225 775 111
Danmark
Novartis Healthcare A/S
Tlf: +45 39 16 84 00
Deutschland
Novartis Pharma GmbH
Tel: +49 911 273 0
Eesti
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Tel: +372 66 30 810
Ελλάδα
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Τηλ: +30 210 281 17 12
España
Novartis Farmacéutica, S.A.
Tel: +34 93 306 42 00
Lietuva
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tel: +370 5 269 16 50
Luxembourg/Luxemburg
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Magyarország
Novartis Hungária Kft.
Tel.: +36 1 457 65 00
Malta
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +356 2122 2872
Nederland
Novartis Pharma B.V.
Tel: +31 88 04 52 111
Norge
Novartis Norge AS
Tlf: +47 23 05 20 00
Österreich
Novartis Pharma GmbH
Tel: +43 1 86 6570
Polska
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel.: +48 22 375 4888
30
France
Novartis Pharma S.A.S.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Hrvatska
Novartis Hrvatska d.o.o.
Tel. +385 1 6274 220
Ireland
Novartis Ireland Limited
Tel: +353 1 260 12 55
Ísland
Vistor hf.
Sími: +354 535 7000
Italia
Novartis Farma S.p.A.
Tel: +39 02 96 54 1
Κύπρος
Novartis Pharma Services Inc.
Τηλ: +357 22 690 690
Latvija
SIA Novartis Baltics
Tel: +371 67 887 070
Portugal
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tel: +351 21 000 8600
România
Novartis Pharma Services
Romania SRL
Tel: +40 21 31299 01
Slovenija
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +386 1 300 75 50
Slovenská republika
Novartis Slovakia s.r.o.
Tel: +421 2 5542 5439
Suomi/Finland
Novartis Finland Oy
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200
Sverige
Novartis Sverige AB
Tel: +46 8 732 32 00
United Kingdom (Northern Ireland)
Novartis Ireland Limited
Tel: +44 1276 698370
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu
31
De volgende informatie is alleen bestemd voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg:
Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
inclisiran
Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg dienen de samenvatting van de productkenmerken te
raadplegen voor de volledige voorschrijfinformatie.
Indicatie
(zie rubriek 4.1 van de SPC)
Leqvio is geïndiceerd bij volwassenen met primaire hypercholesterolemie (heterozygote familiaire en
niet-familiaire) of gemengde dyslipidemie als toevoeging aan een dieet:
in combinatie met een statine of een statine met andere lipidenverlagende behandelingen bij
patiënten die hun LDL-C-behandeldoel niet bereiken met de maximaal verdraagbare dosis van
een statine, of
alleen of in combinatie met andere lipidenverlagende behandelingen bij patiënten die statines
niet verdragen of bij wie een statine is gecontra-indiceerd.
Dosering
(zie rubriek 4.2 van de SPC).
De aanbevolen dosis is 284 mg inclisiran toegediend als één enkele subcutane injectie: een initiële
dosis, vervolgens na 3 maanden en daarna elke 6 maanden.
Gemiste doses
Als een geplande dosis wordt gemist met minder dan 3 maanden dient inclisiran te worden toegediend.
Daarna dient de toediening vervolgd te worden volgens het oorspronkelijke schema van de patiënt.
Als een geplande dosis wordt gemist met meer dan 3 maanden, dient een nieuw toedieningsschema te
worden gestart – na de initiële dosis dient inclisiran na 3 maanden te worden toegediend en vervolgens
elke 6 maanden.
Overstappen van een behandeling met PCSK9-remmers (monoklonale antilichamen)
Inclisiran kan direct na de laatste dosis van een PCSK9-remmer (een monoklonaal antilichaam)
worden toegediend. Om de verlaging van LDL-C in stand te houden wordt aangeraden om inclisiran
binnen 2 weken na de laatste dosis PCSK9-remmer (een monoklonaal antilichaam) toe te dienen.
Speciale patiëntengroepen
Ouderen (leeftijd ≥65 jaar)
Voor ouderen is geen dosisaanpassing nodig.
Leverfunctiestoornis
Er zijn geen dosisaanpassingen nodig voor patiënten met een lichte (Child-Pugh-klasse A) of matige
(Child-Pugh-klasse B) leverfunctiestoornis. Er zijn geen gegevens beschikbaar over patiënten met een
ernstige leverfunctiestoornis (Child-Pugh-klasse C). Inclisiran dient met voorzichtigheid te worden
gebruikt bij patiënten met een ernstige leverfunctiestoornis.
Nierfunctiestoornis
Er zijn geen dosisaanpassingen nodig voor patiënten met een lichte, matige of ernstige
nierfunctiestoornis of patiënten met terminaal nierfalen. Er is beperkte ervaring met inclisiran bij
patiënten met een ernstige nierfunctiestoornis. Inclisiran dient bij deze patiënten met voorzichtigheid
te worden gebruikt. Zie rubriek 4.4 van de SPC voor de te nemen voorzorgsmaatregelen in het geval
van hemodialyse.
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van inclisiran bij kinderen jonger dan 18 jaar zijn nog niet vastgesteld.
Er zijn geen gegevens beschikbaar.
32
Wijze van toediening
(zie rubriek 4.2 van de SPC)
Subcutaan gebruik.
Inclisiran is bedoeld voor subcutane injectie in de buik; alternatieve injectieplaatsen zijn onder meer
de bovenarm of de dij. Injecties mogen niet worden gegeven in gebieden met een actieve
huidaandoening of letsel zoals zonnebrand, huiduitslag, ontsteking of huidinfecties.
Elke dosis van 284 mg wordt toegediend met één enkele voorgevulde spuit. Elke voorgevulde spuit is
uitsluitend voor eenmalig gebruik.
Het is de bedoeling dat inclisiran wordt toegediend door een beroepsbeoefenaar in de
gezondheidszorg.
Contra-indicaties
(zie rubriek 4.3 van de SPC)
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de hulpstoffen.
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen
(zie rubriek 4.4 van de SPC)
Hemodialyse
Het effect van hemodialyse op de farmacokinetiek van inclisiran is niet onderzocht. Aangezien
inclisiran renaal wordt geëlimineerd, mag de hemodialyse pas na een periode van minimaal 72 uur na
toediening van inclisiran worden uitgevoerd.
Bewaren
(zie rubriek 6.4 van de SPC)
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities. Niet in de vriezer bewaren.
33
Bijsluiter: informatie voor de patiënt
Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Voorgevulde spuit met naaldbeschermer
inclisiran
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel toegediend krijgt want er staat
belangrijke informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Wat is Leqvio en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet toegediend krijgen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe wordt dit middel aan u toegediend?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Leqvio en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wat is Leqvio en hoe werkt het?
Leqvio bevat de werkzame stof inclisiran. Inclisiran verlaagt de hoeveelheid LDL-cholesterol
(‘slechte’ cholesterol), dat hartaandoeningen en bloedcirculatieproblemen kan veroorzaken als de
waarden verhoogd zijn.
Inclisiran werkt door het RNA (materiaal in lichaamscellen voor het maken van eiwitten) te hinderen
bij de aanmaak van een eiwit genaamd PCSK9. Dit eiwit kan de hoeveelheid LDL-cholesterol
verhogen en door de productie van dit eiwit te voorkomen kan inclisiran uw LDL-cholesterolwaarden
verlagen.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Leqvio wordt gebruikt als aanvulling op uw cholesterolverlagende dieet als u een volwassene bent met
een hoog cholesterolgehalte in uw bloed (primaire hypercholesterolemie, waaronder heterozygote
familiaire en niet-familiaire hypercholesterolemie, of gemengde dyslipidemie).
Leqvio wordt toegediend:
-
in combinatie met een statine (een type geneesmiddel om een hoog cholesterolgehalte te
behandelen), soms gecombineerd met een andere cholesterolverlagende behandeling, als de
maximale dosis van het statine onvoldoende werkt, of
-
alleen of in combinatie met andere cholesterolverlagende geneesmiddelen wanneer statines niet
goed werken of niet kunnen worden gebruikt.
34
2.
Wanneer mag u dit middel niet toegediend krijgen of moet u er extra voorzichtig mee
zijn?
Wanneer mag u dit middel niet toegediend krijgen?
-
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit middel toegediend krijgt:
-
als u dialyse ondergaat
-
als u een ernstige leverziekte heeft
-
als u een ernstige nierziekte heeft
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Geef dit geneesmiddel niet aan kinderen en jongeren tot 18 jaar, omdat er geen ervaring is met het
gebruik van het geneesmiddel in deze leeftijdsgroep.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Leqvio nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan aan uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan
contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit geneesmiddel toegediend krijgt.
Het gebruik van Leqvio moet tijdens de zwangerschap worden vermeden.
Het is nog niet bekend of Leqvio in de moedermelk terechtkomt. Uw arts zal u helpen beslissen of u
doorgaat met het geven van borstvoeding of dat u de behandeling met Leqvio gaat starten. Uw arts zal
de mogelijke voordelen van de behandeling voor u afwegen tegen de gezondheidsvoordelen en risico’s
van borstvoeding voor uw baby.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Leqvio heeft naar verwachting geen effect op uw rijvaardigheid of vermogen om machines te
bedienen.
Leqvio bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
3.
Hoe wordt dit middel aan u toegediend?
De aanbevolen dosis Leqvio is 284 mg, toegediend via een injectie onder de huid (subcutane injectie).
De volgende dosis wordt na 3 maanden gegeven, gevolgd door verdere doses om de 6 maanden.
Voordat u begint met Leqvio moet u een dieet volgen om uw cholesterol te verlagen en waarschijnlijk
gebruikt u ook een statine. U moet dit cholesterolverlagende dieet blijven volgen en het statine blijven
gebruiken gedurende de tijd dat u Leqvio krijgt.
Leqvio wordt toegediend als een injectie onder de huid van de buik; alternatieve injectieplaatsen zijn
onder meer de bovenarm of de dij. Leqvio wordt aan u toegediend door een arts, apotheker of
verpleegkundige (zorgverlener).
35
Heeft u te veel van dit middel toegediend gekregen?
Dit geneesmiddel wordt door een arts, apotheker of verpleegkundige aan u toegediend. In het zeer
onwaarschijnlijke geval dat u te veel (een overdosis) is toegediend, controleert de arts of andere
zorgverlener u op bijwerkingen.
Als u uw dosis Leqvio mist
Als u uw afspraak voor uw Leqvio injectie heeft gemist, neem dan meteen contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige zodat u uw volgende injectie kunt regelen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee
te maken.
Vaak
(komt voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
Reacties op de plaats van de injectie, zoals pijn, roodheid of huiduitslag.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket en de
doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities. Niet in de vriezer bewaren.
De arts, apotheker of verpleegkundige controleert dit geneesmiddel en gooit het weg als het deeltjes
bevat.
Geneesmiddelen dienen niet weggegooid te worden via het afvalwater of met huishoudelijk afval. Uw
arts, apotheker of verpleegkundige gooit geneesmiddelen weg die niet meer worden gebruikt. Als u
geneesmiddelen op de juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en
komen ze niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
De werkzame stof in dit middel is inclisiran. Elke voorgevulde spuit bevat inclisiran-natrium
overeenkomend met 284 mg inclisiran in een oplossing van 1,5 ml. Elke ml bevat
inclisiran-natrium overeenkomend met 189 mg inclisiran.
De andere stoffen in dit middel zijn water voor injecties, natriumhydroxide (zie rubriek 2
‘Leqvio bevat natrium’) en geconcentreerd fosforzuur.
36
Hoe ziet Leqvio eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Leqvio is een heldere, kleurloze tot lichtgele oplossing die geheel vrij is van deeltjes.
Elke verpakking bevat één voorgevulde spuit voor eenmalig gebruik met naaldbeschermer.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland
Fabrikant
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
Novartis Pharma GmbH
Roonstrasse 25
90429 Nürnberg
Duitsland
Neem voor alle informatie over dit geneesmiddel contact op met de lokale vertegenwoordiger van de
houder van de vergunning voor het in de handel brengen:
België/Belgique/Belgien
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
България
Novartis Bulgaria EOOD
Тел.: +359 2 489 98 28
Česká republika
Novartis s.r.o.
Tel: +420 225 775 111
Danmark
Novartis Healthcare A/S
Tlf: +45 39 16 84 00
Deutschland
Novartis Pharma GmbH
Tel: +49 911 273 0
Eesti
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Tel: +372 66 30 810
Ελλάδα
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Τηλ: +30 210 281 17 12
Lietuva
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tel: +370 5 269 16 50
Luxembourg/Luxemburg
Novartis Pharma N.V.
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Magyarország
Novartis Hungária Kft.
Tel.: +36 1 457 65 00
Malta
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +356 2122 2872
Nederland
Novartis Pharma B.V.
Tel: +31 88 04 52 111
Norge
Novartis Norge AS
Tlf: +47 23 05 20 00
Österreich
Novartis Pharma GmbH
Tel: +43 1 86 6570
37
España
Novartis Farmacéutica, S.A.
Tel: +34 93 306 42 00
France
Novartis Pharma S.A.S.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Hrvatska
Novartis Hrvatska d.o.o.
Tel. +385 1 6274 220
Ireland
Novartis Ireland Limited
Tel: +353 1 260 12 55
Ísland
Vistor hf.
Sími: +354 535 7000
Italia
Novartis Farma S.p.A.
Tel: +39 02 96 54 1
Κύπρος
Novartis Pharma Services Inc.
Τηλ: +357 22 690 690
Latvija
SIA Novartis Baltics
Tel: +371 67 887 070
Polska
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel.: +48 22 375 4888
Portugal
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tel: +351 21 000 8600
România
Novartis Pharma Services
Romania SRL
Tel: +40 21 31299 01
Slovenija
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +386 1 300 75 50
Slovenská republika
Novartis Slovakia s.r.o.
Tel: +421 2 5542 5439
Suomi/Finland
Novartis Finland Oy
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200
Sverige
Novartis Sverige AB
Tel: +46 8 732 32 00
United Kingdom (Northern Ireland)
Novartis Ireland Limited
Tel: +44 1276 698370
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu
38
De volgende informatie is alleen bestemd voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg:
Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Voorgevulde spuit met naaldbeschermer
inclisiran
Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg dienen de samenvatting van de productkenmerken te
raadplegen voor de volledige voorschrijfinformatie.
Indicatie
(zie rubriek 4.1 van de SPC)
Leqvio is geïndiceerd bij volwassenen met primaire hypercholesterolemie (heterozygote familiaire en
niet-familiaire) of gemengde dyslipidemie als toevoeging aan een dieet:
in combinatie met een statine of een statine met andere lipidenverlagende behandelingen bij
patiënten die hun LDL-C-behandeldoel niet bereiken met de maximaal verdraagbare dosis van
een statine, of
alleen of in combinatie met andere lipidenverlagende behandelingen bij patiënten die statines
niet verdragen of bij wie een statine is gecontra-indiceerd.
Dosering
(zie rubriek 4.2 van de SPC).
De aanbevolen dosis is 284 mg inclisiran toegediend als één enkele subcutane injectie: een initiële
dosis, vervolgens na 3 maanden en daarna elke 6 maanden.
Gemiste doses
Als een geplande dosis wordt gemist met minder dan 3 maanden dient inclisiran te worden toegediend.
Daarna dient de toediening vervolgd te worden volgens het oorspronkelijke schema van de patiënt.
Als een geplande dosis wordt gemist met meer dan 3 maanden, dient een nieuw toedieningsschema te
worden gestart – na de initiële dosis dient inclisiran na 3 maanden te worden toegediend en vervolgens
elke 6 maanden.
Overstappen van een behandeling met PCSK9-remmers (monoklonale antilichamen)
Inclisiran kan direct na de laatste dosis van een PCSK9-remmer (een monoklonaal antilichaam)
worden toegediend. Om de verlaging van LDL-C in stand te houden wordt aangeraden om inclisiran
binnen 2 weken na de laatste dosis PCSK9-remmer (een monoklonaal antilichaam) toe te dienen.
Speciale patiëntengroepen
Ouderen (leeftijd ≥65 jaar)
Voor ouderen is geen dosisaanpassing nodig.
Leverfunctiestoornis
Er zijn geen dosisaanpassingen nodig voor patiënten met een lichte (Child-Pugh-klasse A) of matige
(Child-Pugh-klasse B) leverfunctiestoornis. Er zijn geen gegevens beschikbaar over patiënten met een
ernstige leverfunctiestoornis (Child-Pugh-klasse C). Inclisiran dient met voorzichtigheid te worden
gebruikt bij patiënten met een ernstige leverfunctiestoornis.
Nierfunctiestoornis
Er zijn geen dosisaanpassingen nodig voor patiënten met een lichte, matige of ernstige
nierfunctiestoornis of patiënten met terminaal nierfalen. Er is beperkte ervaring met inclisiran bij
patiënten met een ernstige nierfunctiestoornis. Inclisiran dient bij deze patiënten met voorzichtigheid
te worden gebruikt. Zie rubriek 4.4 van de SPC voor de te nemen voorzorgsmaatregelen in het geval
van hemodialyse.
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van inclisiran bij kinderen jonger dan 18 jaar zijn nog niet vastgesteld.
Er zijn geen gegevens beschikbaar.
39
Wijze van toediening
(zie rubriek 4.2 van de SPC)
Subcutaan gebruik.
Inclisiran is bedoeld voor subcutane injectie in de buik; alternatieve injectieplaatsen zijn onder meer
de bovenarm of de dij. Injecties mogen niet worden gegeven in gebieden met een actieve
huidaandoening of letsel zoals zonnebrand, huiduitslag, ontsteking of huidinfecties.
Elke dosis van 284 mg wordt toegediend met één enkele voorgevulde spuit. Elke voorgevulde spuit is
uitsluitend voor eenmalig gebruik.
Het is de bedoeling dat inclisiran wordt toegediend door een beroepsbeoefenaar in de
gezondheidszorg.
Contra-indicaties
(zie rubriek 4.3 van de SPC)
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de hulpstoffen.
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen
(zie rubriek 4.4 van de SPC)
Hemodialyse
Het effect van hemodialyse op de farmacokinetiek van inclisiran is niet onderzocht. Aangezien
inclisiran renaal wordt geëlimineerd, mag de hemodialyse pas na een periode van minimaal 72 uur na
toediening van inclisiran worden uitgevoerd.
Bewaren
(zie rubriek 6.4 van de SPC)
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities. Niet in de vriezer bewaren.
Gebruiksaanwijzing voor Leqvio voorgevulde spuit met naaldbeschermer
Deze rubriek bevat informatie over het injecteren van Leqvio.
Voor gebruik
Zuigerkop
Zuiger
Vleugels van de
naaldbeschermer
Uiterste
houdbaarheidsdatum
Naaldbeschermer
Kijkvenster
Naald
Naalddop
Na gebruik
40
Belangrijke informatie die u moet weten voordat u Leqvio injecteert
Gebruik
de voorgevulde spuit
niet
als één van de verzegelingen op de buitenverpakking of de
blisterverpakking is verbroken.
Verwijder
de naalddop
niet
totdat u klaar bent om te injecteren.
Gebruik
de voorgevulde spuit
niet
indien deze op een hard oppervlak is gevallen of is gevallen
na het verwijderen van de naalddop.
Probeer niet
om de voorgevulde spuit opnieuw te gebruiken of uit elkaar te halen.
De voorgevulde spuit heeft een naaldbeschermer die wordt geactiveerd om de naald te bedekken
nadat de injectie is voltooid. De naaldbeschermer helpt bij het voorkomen van prikaccidenten
bij iedereen die de voorgevulde spuit na injectie hanteert.
Stap 1. Inspecteer de voorgevulde spuit
U kunt luchtbellen in de vloeistof zien, wat normaal is.
Probeer niet
om de lucht te verwijderen.
Gebruik
de voorgevulde spuit
niet
als deze er beschadigd uitziet of als er oplossing voor
injectie uit de voorgevulde spuit is gelekt.
Stap 2. Verwijder de naalddop
Trek de naalddop stevig in een rechte lijn van de
voorgevulde spuit af. U kunt een druppel vloeistof aan
het einde van de naald zien. Dit is normaal.
Zet de naalddop
niet terug
op de naald. Gooi deze weg.
Stap 3. Naald inbrengen
Knijp voorzichtig in de huid op de injectieplaats en houd
dit vast gedurende de injectie. Steek met de andere hand
de naald in de huid onder een hoek van ongeveer
45 graden zoals afgebeeld.
Stap 4. Start injectie
Blijf zacht in de huid knijpen. Druk de zuiger
langzaam
zo ver mogelijk omlaag.
Dit zal ervoor zorgen dat een
volledige dosis wordt geïnjecteerd.
41
Stap 5. Voltooi injectie
Controleer of de zuigerkop zich tussen de vleugels van de
naaldbeschermer bevindt, zoals afgebeeld. Dit zorgt
ervoor dat de naaldbeschermer wordt geactiveerd en de
naald zal bedekken nadat de injectie is voltooid.
Stap 6. Laat de zuiger los
Houd de voorgevulde spuit op de injectieplaats en laat de
zuiger langzaam los totdat de naald door de
naaldbeschermer is bedekt. Verwijder de voorgevulde
spuit van de injectieplaats.
Stap 7. Gooi de voorgevulde spuit weg
Gooi de voorgevulde spuit weg in overeenstemming met de lokale vereisten.
42

BIJLAGE I

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht
alle vermoedelijke bijwerkingen te melden. Zie rubriek 4.8 voor het rapporteren van bijwerkingen.

1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit

2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Elke voorgevulde spuit bevat inclisiran-natrium overeenkomend met 284 mg inclisiran in een
oplossing van 1,5 ml.
Elke ml oplossing bevat inclisiran-natrium overeenkomend met 189 mg inclisiran.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie (injectievloeistof).
De oplossing is helder, kleurloos tot lichtgeel en geheel vrij van deeltjes.

4.
KLINISCHE GEGEVENS

4.1 Therapeutische indicaties
Leqvio is geïndiceerd bij volwassenen met primaire hypercholesterolemie (heterozygote familiaire en
niet-familiaire) of gemengde dyslipidemie als toevoeging aan een dieet:
·
in combinatie met een statine of een statine met andere lipidenverlagende behandelingen bij
patiënten die hun LDL-C-behandeldoel niet bereiken met de maximaal verdraagbare dosis van
een statine, of
·
alleen of in combinatie met andere lipidenverlagende behandelingen bij patiënten die statines
niet verdragen of bij wie een statine is gecontra-indiceerd.

4.2 Dosering en wijze van toediening
Dosering
De aanbevolen dosis is 284 mg inclisiran, toegediend als één enkele subcutane injectie: een initiële
dosis, vervolgens na 3 maanden en daarna elke 6 maanden.
Gemiste doses
Als een geplande dosis wordt gemist met minder dan 3 maanden dient inclisiran te worden toegediend.
Daarna dient de toediening vervolgd te worden volgens het oorspronkelijke schema van de patiënt.
Als een geplande dosis wordt gemist met meer dan 3 maanden, dient een nieuw toedieningsschema te
worden gestart ­ na de initiële dosis dient inclisiran na 3 maanden te worden toegediend en vervolgens
elke 6 maanden.
Bijwerkingen gemeld bij patiënten die behandeld zijn met inclisiran

Systeem/orgaanklasse
Bijwerking
Frequentiecategorie
Algemene aandoeningen en
Bijwerkingen op de
Vaak
toedieningsplaatsstoornissen
injectieplaats1
1 Zie de rubriek `Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen'
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Bijwerkingen op de injectieplaats
Bijwerkingen op de injectieplaats traden in de hoofdonderzoeken op bij 8,2% en 1,8% van de
patiënten die respectievelijk inclisiran en placebo kregen. Het percentage patiënten in elke groep dat
stopte met de behandeling vanwege bijwerkingen op de injectieplaats was respectievelijk 0,2% en
0,0%. Al deze bijwerkingen waren licht tot matig ernstig, van voorbijgaande aard en verdwenen
zonder gevolgen. De vaakst voorkomende bijwerkingen op de injectieplaats bij patiënten die inclisiran
kregen waren injectieplaatsreactie (3,1%), injectieplaatspijn (2,2%), injectieplaatserytheem (1,6%) en
injectieplaatsrash (0,7%).
Speciale patiëntengroepen
Ouderen
Van de 1.833 patiënten die in de hoofdonderzoeken werden behandeld met inclisiran waren er 981
(54%) 65 jaar of ouder en 239 (13%) 75 jaar of ouder. Er werden over het algemeen geen verschillen
in de veiligheid waargenomen tussen deze patiënten en jongere patiënten.
Immunogeniciteit
In de hoofdstudies werden 1.830 patiënten getest op antistoffen tegen het geneesmiddel. Bevestigde
positiviteit werd vastgesteld bij 1,8% (33/1.830) van de patiënten voorafgaand aan toediening en bij
4,9% (90/1.830) van de patiënten tijdens de 18 maanden durende behandeling met inclisiran. Er
werden geen klinisch significante verschillen waargenomen in de klinische werkzaamheids-,
veiligheids- of farmacodynamische profielen van inclisiran bij patiënten die positief testten op
antilichamen tegen inclisiran.
Laboratoriumwaarden
In de klinische fase III-onderzoeken waren er vaker verhoogde serumwaarden van levertransaminasen
tussen >1x de bovengrens van de normaalwaarde (ULN: upper limit of normal) en 3x ULN bij
patiënten die inclisiran gebruikten (ALAT: 19,7% en ASAT: 17,2%) dan bij patiënten met placebo
(ALAT: 13,6% en ASAT: 11,1%). Deze verhogingen gingen niet verder dan de klinisch relevante
drempel van 3x ULN, waren asymptomatisch en gingen niet gepaard met bijwerkingen of ander
bewijs van leverdisfunctie.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.
4.9 Overdosering
Er werden geen klinisch relevante bijwerkingen waargenomen bij gezonde vrijwilligers die inclisiran
kregen in doses die driemaal hoger waren dan de therapeutische dosis. Er bestaat geen specifieke
behandeling voor overdosering met inclisiran. In geval van overdosering moet de patiënt
symptomatisch worden behandeld en moeten, indien nodig, ondersteunende maatregelen worden
genomen.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN

5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: lipidenmodificerende middelen, andere lipidenmodificerende
middelen, ATC-code: C10AX16
Werkingsmechanisme
Inclisiran is een cholesterolverlagend, dubbelstrengs, klein interfererend ribonucleïnezuur (siRNA),
geconjugeerd op de sensestreng met tri-antennair N-acetylgalactosamine (GalNAc) ter bevordering
van de opname door hepatocyten. Inclisiran maakt gebruik van het lichaamseigen
RNA-interferentiemechanisme in hepatocyten en stuurt de katalytische afbraak van mRNA tot
proproteïneconvertase-subtilisine/kexine type 9 aan. Dit verhoogt de recycling en expressie van
LDL-C-receptoren op het celoppervlak van hepatocyten waardoor de LCL-C-opname toeneemt en de
LDL-C-concentraties in de bloedsomloop afnemen.
Farmacodynamische effecten
Na een enkelvoudige subcutane toediening van 284 mg inclisiran was er binnen 14 dagen na
toediening duidelijk sprake van verlaging van LDL-C. Gemiddelde verlagingen van 49-51% van de
LDL-C werden 30 tot 60 dagen na toediening waargenomen. Na 180 dagen waren de
LDL-C-concentraties nog steeds met ongeveer 53% verlaagd.
Klinische werkzaamheid en veiligheid
In klinische studies en sommige publicaties wordt de dosis 284 mg inclisiran vermeld als 300 mg
inclisiran-natriumzout, deze dosis is overeenkomend.
De werkzaamheid van inclisiran werd beoordeeld in drie fase III-onderzoeken bij patiënten met
atherosclerotische cardiovasculaire ziekte (ASCVD) (coronaire hartziekte, cerebrovasculaire ziekte of
perifere arteriële ziekte), ASCVD-risico-equivalenten (diabetes mellitus type 2, familiaire
hypercholesterolemie of een 10-jarig risico van 20% of hoger op het krijgen van een cardiovasculair
voorval zoals vastgesteld aan de hand van de Framingham-risicoscore of een equivalent) en/of
familiaire hypercholesterolemie (FH). Patiënten gebruikten een maximaal verdraagbare dosis statine
met of zonder andere lipidenmodificerende behandeling en hadden daarnaast extra verlaging van
LDL-C nodig (patiënten waren niet in staat hun behandeldoelen te behalen). Ongeveer 17% van de
patiënten verdroeg geen statines. Patiënten kregen subcutane injecties van 284 mg inclisiran of
placebo op dag 1, dag 90, dag 270 en dag 450. Patiënten werden gevolgd tot dag 540.
Het effect van inclisiran op de cardiovasculaire morbiditeit en mortaliteit is nog niet vastgesteld.
In de gepoolde analyse van fase III verlaagde subcutaan toegediend inclisiran de LDL-C al op dag 90
met 50% tot 55% (figuur 1). Dit bleef gehandhaafd tijdens langdurige behandeling. De maximale
verlaging van LDL-C werd bereikt op dag 150 na een tweede toediening. Kleine, maar statistisch
significante toegenomen verlagingen van LDL-C tot 65% gingen gepaard met lagere
LDL-C-concentraties op baseline (ongeveer <2 mmol/l [77 mg/dl]), hogere PCSK9-concentraties op
baseline en hogere statinedoses en statine-intensiteit.
Gemiddelde procentuele verandering ten opzichte van het LDL-C op baseline bij
patiënten met primaire hypercholesterolemie en gemengde dyslipidemie die
behandeld werden met inclisiran in vergelijking met placebo (gepoolde analyse)


n
e
t
n
e
Inclisiran
Placebo
ing
r
e
d
e
n
n
a
li
r
e
e
s
v
a
b
le
e
n
u
a
t
v
n
e
e
t
c
h
o
r
ic
z
p
p
o
lde
e
d
d
mi
Ge
Maanden
Aantal patiënten
Placebo
Inclisiran
ASCVD en ASCVD-risico-equivalenten
Er werden twee onderzoeken uitgevoerd bij patiënten met ASCVD en ASCVD-risico-equivalenten
(ORION-10 en ORION-11). Patiënten gebruikten een maximaal verdraagbare dosis statines met of
zonder andere lipidenmodificerende behandeling, zoals ezetimibe, en hadden daarnaast extra verlaging
van LDL-C nodig. Omdat verwacht wordt dat het verlagen van LDL-C de cardiovasculaire uitkomsten
verbetert, waren de co-primaire eindpunten in beide onderzoeken de procentuele verandering in
LDL-C ten opzichte van baseline tot dag 510 in vergelijking met placebo en de voor tijd gecorrigeerde
procentuele verandering in LDL-C ten opzichte van baseline na dag 90 en tot dag 540 voor het
schatten van het geïntegreerde effect op LDL-C in de loop van de tijd.
ORION-10 was een multicentrisch, dubbelblind, gerandomiseerd, placebogecontroleerd onderzoek
van 18 maanden dat werd uitgevoerd bij 1.561 patiënten met ASCVD.
De gemiddelde leeftijd op baseline was 66 jaar (spreiding van 35 tot 90 jaar), 60% was 65 jaar, 31%
was vrouw, 86% was blank, 13% was zwart, 1% was Aziatisch en 14% was van Spaans- of
Latijns-Amerikaanse afkomst. De gemiddelde LDL-C op baseline was 2,7 mmol/l (105 mg/dl).
Negenzestig procent (69%) gebruikte een zeer intensieve statinetherapie, 19% gebruikte een matig
intensieve statinetherapie, 1% gebruikte een laag intensieve statinetherapie en 11% gebruikte geen
statine. De meest toegediende statines waren atorvastatine en rosuvastatine.
In vergelijking met placebo verlaagde inclisiran de gemiddelde procentuele verandering in LDL-C ten
opzichte van baseline tot dag 510 aanzienlijk met 52% (95%-BI: -56%, -49%; p<0,0001) (tabel 2).
In vergelijking met placebo verlaagde inclisiran de voor tijd gecorrigeerde procentuele verandering in
LDL-C ten opzichte van baseline ook aanzienlijk na dag 90 en tot dag 540 met 54%
(95%-BI: -56%, -51%; p<0,0001). Zie tabel 2 voor aanvullende resultaten.
Gemiddelde procentuele verandering ten opzichte van baseline en verschil ten
opzichte van placebo in lipidenparameters op dag 510 in ORION-10


Behandelgroep
LDL-C
Totaal
Niet-HDL-C
Apo-B
Lp(a)*
cholesterol
Gemiddelde
105
181
134
94
122
baselinewaarde
in mg/dl**

Dag 510 (gemiddelde procentuele verandering ten opzichte van baseline)
Placebo (n=780)
1
0
0
-2
4
Inclisiran
-51
-34
-47
-45
-22
(n=781)
Verschil ten opzichte
-52
-33
-47
-43
-26
van placebo
(-56, -49)
(-35, -31)
(-50, -44)
(-46, -41)
(-29, -22)
(kleinste-kwadraten-
gemiddelde)
(95%-BI)
*Op dag 540; mediane procentuele verandering in Lp(a)-waarden
**Gemiddelde baselinewaarde in nmol/l voor Lp(a)
Op dag 510 werd de streefwaarde van <1,8 mmol/l (70 mg/dl) voor het LDL-C bereikt door 84% van
de patiënten met ASCVD die inclisiran gebruikten in vergelijking met 18% van de placebopatiënten.
Consistente en statistisch significante (p<0,0001) verlagingen in de procentuele verandering in LDL-C
ten opzichte van baseline tot dag 510 en de voor tijd gecorrigeerde procentuele verandering in LDL-C
ten opzichte van baseline na dag 90 en tot dag 540 werden waargenomen in alle subgroepen
onafhankelijk van de demografische gegevens op baseline (waaronder geslacht, leeftijd, body mass
index, ras en statinegebruik op baseline), comorbiditeiten en geografische regio's.
ORION-11 was een internationaal, multicentrisch, dubbelblind, gerandomiseerd, placebogecontroleerd
onderzoek van 18 maanden waarin 1.617 patiënten met ASCVD of ASCVD-risico-equivalenten
werden beoordeeld. Meer dan 75% van de patiënten kreeg een achtergrondbehandeling met een zeer
intensieve statinetherapie, 87% van de patiënten had ASCVD en 13% had een
ASCVD-risico-equivalent.
De gemiddelde leeftijd op baseline was 65 jaar (spreiding van 20 tot 88 jaar), 55% was 65 jaar, 28%
was vrouw, 98% was blank, 1% was zwart, 1% was Aziatisch en 1% was van Spaans- of
Latijns-Amerikaanse afkomst. De gemiddelde LDL-C op baseline was 2,7 mmol/l (105 mg/dl).
Achtenzeventig procent (78%) gebruikte een zeer intensieve statinetherapie, 16% gebruikte een matig
intensieve statinetherapie, 0,4% gebruikte een weinig intensieve statinetherapie en 5% gebruikte geen
statine. De meest toegediende statines waren atorvastatine en rosuvastatine.
In vergelijking met placebo verlaagde inclisiran de gemiddelde procentuele verandering in LDL-C ten
opzichte van baseline tot dag 510 aanzienlijk met 50% (95%-BI: -53%, -47%; p<0,0001) (tabel 3).
In vergelijking met placebo verlaagde inclisiran de voor tijd gecorrigeerde procentuele verandering in
LDL-C ten opzichte van baseline ook aanzienlijk na dag 90 en tot dag 540 met 49%
(95%-BI: -52%, -47%; p<0,0001). Zie tabel 3 voor aanvullende resultaten.
Gemiddelde procentuele verandering ten opzichte van baseline en verschil ten
opzichte van placebo in lipidenparameters op dag 510 in ORION-11


Behandelgroep
LDL-C
Totaal
Niet-HDL-C
Apo-B
Lp(a)*
cholesterol
Gemiddelde
105
185
136
96
107
baselinewaarde
in mg/dl**

Dag 510 (gemiddelde procentuele verandering ten opzichte van baseline)
Placebo (n=807)
4
2
2
1
0
Inclisiran
-46
-28
-41
-38
-19
(n=810)
Verschil ten opzichte
-50
-30
-43
-39
-19
van placebo
(-53, -47)
(-32, -28)
(-46, -41)
(-41, -37)
(-21, -16)
(kleinste-kwadraten-
gemiddelde)
(95%-BI)
*Op dag 540; mediane procentuele verandering in Lp(a)-waarden
**Gemiddelde baselinewaarde in nmol/l voor Lp(a)
Op dag 510 werd de streefwaarde van <1,8 mmol/l (70 mg/dl) voor het LDL-C bereikt door 82% van
de patiënten met ASCVD die inclisiran gebruikten in vergelijking met 16% van de placebopatiënten.
Bij patiënten met een ASCVD-risico-equivalent werd de streefwaarde van <2,6 mmol/l (100 mg/dl)
voor het LDL-C bereikt door 78% van de patiënten die inclisiran gebruikten in vergelijking met 31%
van de placebopatiënten.
Consistente en statistisch significante (p<0,05) procentuele verandering in LDL-C ten opzichte van
baseline tot dag 510 en voor tijd gecorrigeerde procentuele verandering in LDL-C ten opzichte van
baseline na dag 90 en tot dag 540 werd waargenomen in alle subgroepen onafhankelijk van de
demografische gegevens op baseline (waaronder geslacht, leeftijd, body mass index, ras en
statinegebruik op baseline), comorbiditeiten en geografische regio's.
Heterozygote familiaire hypercholesterolemie
ORION-9 was een internationaal, multicentrisch, dubbelblind, gerandomiseerd, placebogecontroleerd
onderzoek van 18 maanden met 482 patiënten met heterozygote familiaire hypercholesterolemie
(HeFH). Alle patiënten gebruikten maximaal verdraagbare doses statines met of zonder andere
lipidenmodificerende behandeling, zoals ezetimibe, en hadden daarnaast extra verlaging van LDL-C
nodig. De diagnose HeFH werd gesteld aan de hand van genotypering of klinische criteria (`definitief
FH' aan de hand van de Simon Broome- of WHO/Dutch Lipid Network-criteria).
De co-primaire eindpunten waren de procentuele verandering in LDL-C ten opzichte van baseline tot
dag 510 in verband met placebo en de voor tijd gecorrigeerde procentuele verandering in LDL-C ten
opzichte van baseline na dag 90 en tot dag 540 voor het inschatten van het geïntegreerde effect op
LDL-C in de loop van de tijd. Belangrijke secundaire eindpunten waren de absolute verandering in
LDL-C ten opzichte van baseline tot dag 510, de voor tijd gecorrigeerde absolute verandering in
LDL-C ten opzichte van baseline na dag 90 en tot dag 540 en de procentuele verandering ten opzichte
van baseline tot dag 510 in PCSK9, totaal cholesterol, Apo-B en niet-HDL-C. Aanvullende secundaire
eindpunten waren onder meer de individuele mate van respons op inclisiran en het aandeel patiënten
die globale lipidendoelen behalen voor hun risiconiveau voor ASCVD.
De gemiddelde leeftijd op baseline was 55 jaar (spreiding van 21 tot 80 jaar), 22% was 65 jaar, 53%
was vrouw, 94% was blank, 3% was zwart, 3% was Aziatisch en 3% was van Spaans- of
Latijns-Amerikaanse afkomst. De gemiddelde LDL-C op baseline was 4,0 mmol/l (153 mg/dl).
Vierenzeventig procent (74%) gebruikte een zeer intensieve statinetherapie, 15% gebruikte een matig
intensieve statinetherapie en 10% gebruikte geen statine. Tweeënvijftig procent (52%) van de
patiënten werd behandeld met ezetimibe. De meest toegediende statines waren atorvastatine en
rosuvastatine.
Gemiddelde procentuele verandering ten opzichte van baseline en verschil ten
opzichte van placebo in lipidenparameters op dag 510 in ORION-9


Behandelgroep
LDL-C
Totaal
Niet-HDL-C
Apo-B
Lp(a)*
cholesterol
Gemiddelde
153
231
180
124
121
baselinewaarde
in mg/dl**

Dag 510 (gemiddelde procentuele verandering ten opzichte van baseline)
Placebo (n=240)
8
7
7
3
4
Inclisiran
-40
-25
-35
-33
-13
(n=242)
Verschil ten opzichte
-48
-32
-42
-36
-17
van placebo
(-54, -42)
(-36, -28)
(-47, -37)
(-40, -32)
(-22, -12)
(kleinste-kwadraten-
gemiddelde)
(95%-BI)
*Op dag 540; mediane procentuele verandering in Lp(a)-waarden
**Gemiddelde baselinewaarde in nmol/l voor Lp(a)
Op dag 510 bereikte 52,5% van de inclisiran-patiënten met ASCVD hun streefwaarde van <1,8 mmol/l
(70 mg/dl) voor het LDL-C in vergelijking met 1,4% van de placebopatiënten met ASCVD, terwijl in
de groep met ASCVD-risico-equivalenten 66,9% van de inclisiran-patiënten hun streefwaarde van
<2,6 mmol/l (100 mg/dl) voor het LDL-C bereikte in vergelijking met 8,9% van de placebopatiënten.
Consistente en statistisch significante (p<0,05) procentuele verandering in LDL-C ten opzichte van
baseline tot dag 510 en voor tijd gecorrigeerde procentuele verandering in LDL-C ten opzichte van
baseline na dag 90 en tot dag 540 werd waargenomen in alle subgroepen onafhankelijk van de
demografische gegevens op baseline (waaronder geslacht, leeftijd, body mass index, ras en
statinegebruik op baseline), comorbiditeiten en geografische regio's.
Pediatrische patiënten
Het Europees Geneesmiddelenbureau heeft besloten tot uitstel van de verplichting voor de fabrikant
om de resultaten in te dienen van onderzoek met inclisiran in een of meerdere subgroepen van
pediatrische patiënten bij de behandeling van een verhoogd cholesterol (zie rubriek 4.2 voor
informatie over pediatrisch gebruik).
5.2 Farmacokinetische eigenschappen
Absorptie
Na een enkelvoudige subcutane toediening nam de systemische blootstelling aan inclisiran nagenoeg
dosisproportioneel toe met een spreiding van 24 mg tot 756 mg. In het aanbevolen doseringsschema
van 284 mg bereikten de plasmaconcentraties ongeveer 4 uur na toediening hun piekwaarden, met een
gemiddelde Cmax van 509 ng/ml. De concentraties bereikten binnen 48 uur na toediening niet-
detecteerbare niveaus. De gemiddelde oppervlakte onder de plasmaconcentratie-tijd-curve vanaf
toediening geëxtrapoleerd tot oneindig was 7.980 ng*u/ml. De farmacokinetische bevindingen na
meerdere subcutane toedieningen van inclisiran waren vergelijkbaar met toediening van een
enkelvoudige dosis.

FARMACEUTISCHE GEGEVENS

6.1 Lijst van hulpstoffen
Water voor injecties
Natriumhydroxide (voor aanpassing pH)
Geconcentreerd fosforzuur (voor aanpassing pH)
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Bij gebrek aan onderzoek naar onverenigbaarheden, mag dit geneesmiddel niet met andere
geneesmiddelen gemengd worden.
6.3 Houdbaarheid
3 jaar.
6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities. Niet in de vriezer bewaren.
6.5 Aard en inhoud van de verpakking
Voorgevulde spuit
1,5 ml oplossing in een voorgevulde spuit (type I-glas) met zuigerstop (bromobutylrubber met een
fluoroteclaag), met naald en stugge naaldbescherming.
Verpakkingsgrootte: één voorgevulde spuit.
Voorgevulde spuit met naaldbeschermer
1,5 ml oplossing in een voorgevulde spuit (type I-glas) met zuigerstop (bromobutylrubber met een
fluoroteclaag), met naald en stugge naaldbescherming, met een naaldbeschermer.
Verpakkingsgrootte: één voorgevulde spuit met naaldbeschermer.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen
Leqvio moet vóór toediening visueel worden geïnspecteerd. De oplossing moet helder, kleurloos tot
lichtgeel en geheel vrij van deeltjes zijn. Als de oplossing zichtbare deeltjes bevat, mag de oplossing
niet worden gebruikt.
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.



HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/20/1494/001
EU/1/20/1494/002

9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING

09 december 2020

10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST

Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu

BIJLAGE II

A.
FABRIKANT(EN) VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE


B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN
VAN LEVERING EN GEBRUIK


C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE
HOUDER VAN DE HANDELSVERGUNNING MOETEN
WORDEN NAGEKOMEN


D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET
BETREKKING TOT EEN VEILIG EN DOELTREFFEND
GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL

FABRIKANT(EN) VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikant(en) verantwoordelijk voor vrijgifte
Sandoz GmbH
Biochemiestrasse 10
6336 Langkampfen
Oostenrijk
Novartis Pharma GmbH
Roonstrasse 25
90429 Nürnberg
Duitsland
In de gedrukte bijsluiter van het geneesmiddel moeten de naam en het adres van de fabrikant die
verantwoordelijk is voor vrijgifte van de desbetreffende batch zijn opgenomen.

B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK

Aan medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel.

C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN

·
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst
met Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7
van Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het
Europese webportaal voor geneesmiddelen.
De vergunninghouder zal het eerste periodieke veiligheidsverslag voor dit geneesmiddel binnen
6 maanden na toekenning van de vergunning indienen.

D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL

·
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de verplichte onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in
module 1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen
RMP-aanpassingen.
Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
·
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
·
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico's of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico's tot een minimum) is bereikt.


BIJLAGE III

ETIKETTERING EN BIJSLUITER


A. ETIKETTERING

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
inclisiran

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde spuit bevat inclisiran-natrium overeenkomend met 284 mg inclisiran in een
oplossing van 1,5 ml.
Elke ml bevat inclisiran-natrium overeenkomend met 189 mg inclisiran.

3
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: water voor injecties, natriumhydroxide en geconcentreerd fosforzuur. Zie bijsluiter voor
meer informatie.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Niet in de vriezer bewaren.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/20/1494/001
1 voorgevulde spuit
13. PARTIJNUMMER
Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Rechtvaardiging voor uitzondering van braille is aanvaardbaar.

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
PC
SN
NN

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
inclisiran
Subcutaan gebruik

2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN

Novartis Europharm Limited

3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
PARTIJNUMMER
Lot

5.
OVERIGE


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
inclisiran

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde spuit bevat inclisiran-natrium overeenkomend met 284 mg inclisiran in een
oplossing van 1,5 ml.
Elke ml bevat inclisiran-natrium overeenkomend met 189 mg inclisiran.

3
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Bevat ook: water voor injecties, natriumhydroxide en geconcentreerd fosforzuur. Zie bijsluiter voor
meer informatie.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie
1 voorgevulde spuit met naaldbeschermer

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Subcutaan gebruik.

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Niet in de vriezer bewaren.

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)

11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Novartis Europharm Limited
Vista Building
Elm Park, Merrion Road
Dublin 4
Ierland

12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/20/1494/002
1 voorgevulde spuit met naaldbeschermer
13. PARTIJNUMMER
Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING

15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE
Rechtvaardiging voor uitzondering van braille is aanvaardbaar.

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
PC
SN
NN

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
inclisiran
Subcutaan gebruik

2.
NAAM VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL
BRENGEN

Novartis Europharm Limited

3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
PARTIJNUMMER
Lot

5.
OVERIGE
1 voorgevulde spuit met naaldbeschermer


NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Leqvio 284 mg injectievloeistof
inclisiran
s.c.

2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP

4.
PARTIJNUMMER
Lot

5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
1,5 ml

6.
OVERIGE


B. BIJSLUITER

Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
inclisiran
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel toegediend krijgt want er staat
belangrijke informatie in voor u.

-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.

Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Leqvio en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet toegediend krijgen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe wordt dit middel aan u toegediend?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Leqvio en waarvoor wordt dit middel gebruikt?

Wat is Leqvio en hoe werkt het?
Leqvio bevat de werkzame stof inclisiran. Inclisiran verlaagt de hoeveelheid LDL-cholesterol
(`slechte' cholesterol), dat hartaandoeningen en bloedcirculatieproblemen kan veroorzaken als de
waarden verhoogd zijn.
Inclisiran werkt door het RNA (materiaal in lichaamscellen voor het maken van eiwitten) te hinderen
bij de aanmaak van een eiwit genaamd PCSK9. Dit eiwit kan de hoeveelheid LDL-cholesterol
verhogen en door de productie van dit eiwit te voorkomen kan inclisiran uw LDL-cholesterolwaarden
verlagen.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Leqvio wordt gebruikt als aanvulling op uw cholesterolverlagende dieet als u een volwassene bent met
een hoog cholesterolgehalte in uw bloed (primaire hypercholesterolemie, waaronder heterozygote
familiaire en niet-familiaire hypercholesterolemie, of gemengde dyslipidemie).
Leqvio wordt toegediend:
-
in combinatie met een statine (een type geneesmiddel om een hoog cholesterolgehalte te
behandelen), soms gecombineerd met een andere cholesterolverlagende behandeling, als de
maximale dosis van het statine onvoldoende werkt, of
-
alleen of in combinatie met andere cholesterolverlagende geneesmiddelen wanneer statines niet
goed werken of niet kunnen worden gebruikt.
2.
Wanneer mag u dit middel niet toegediend krijgen of moet u er extra voorzichtig mee
zijn?


Wanneer mag u dit middel niet toegediend krijgen?
-
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
als u dialyse ondergaat
-
als u een ernstige leverziekte heeft
-
als u een ernstige nierziekte heeft

Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Geef dit geneesmiddel niet aan kinderen en jongeren tot 18 jaar, omdat er geen ervaring is met het
gebruik van het geneesmiddel in deze leeftijdsgroep.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Leqvio nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan aan uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan
contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit geneesmiddel toegediend krijgt.
Het gebruik van Leqvio moet tijdens de zwangerschap worden vermeden.
Het is nog niet bekend of Leqvio in de moedermelk terechtkomt. Uw arts zal u helpen beslissen of u
doorgaat met het geven van borstvoeding of dat u de behandeling met Leqvio gaat starten. Uw arts zal
de mogelijke voordelen van de behandeling voor u afwegen tegen de gezondheidsvoordelen en risico's
van borstvoeding voor uw baby.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Leqvio heeft naar verwachting geen effect op uw rijvaardigheid of vermogen om machines te
bedienen.
Leqvio bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.

3.
Hoe wordt dit middel aan u toegediend?
De aanbevolen dosis Leqvio is 284 mg, toegediend via een injectie onder de huid (subcutane injectie).
De volgende dosis wordt na 3 maanden gegeven, gevolgd door verdere doses om de 6 maanden.
Voordat u begint met Leqvio moet u een dieet volgen om uw cholesterol te verlagen en waarschijnlijk
gebruikt u ook een statine. U moet dit cholesterolverlagende dieet blijven volgen en het statine blijven
gebruiken gedurende de tijd dat u Leqvio krijgt.
Leqvio wordt toegediend als een injectie onder de huid van de buik; alternatieve injectieplaatsen zijn
onder meer de bovenarm of de dij. Leqvio wordt aan u toegediend door een arts, apotheker of
verpleegkundige (zorgverlener).
Heeft u te veel van dit middel toegediend gekregen?
Dit geneesmiddel wordt door een arts, apotheker of verpleegkundige aan u toegediend. In het zeer
onwaarschijnlijke geval dat u te veel (een overdosis) is toegediend, controleert de arts of andere
zorgverlener u op bijwerkingen.


Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee
te maken.
Vaak (komt voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
·
Reacties op de plaats van de injectie, zoals pijn, roodheid of huiduitslag.

Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket en de
doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities. Niet in de vriezer bewaren.
De arts, apotheker of verpleegkundige controleert dit geneesmiddel en gooit het weg als het deeltjes
bevat.
Geneesmiddelen dienen niet weggegooid te worden via het afvalwater of met huishoudelijk afval. Uw
arts, apotheker of verpleegkundige gooit geneesmiddelen weg die niet meer worden gebruikt. Als u
geneesmiddelen op de juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en
komen ze niet in het milieu terecht.

6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?
·
De werkzame stof in dit middel is inclisiran. Elke voorgevulde spuit bevat inclisiran-natrium
overeenkomend met 284 mg inclisiran in een oplossing van 1,5 ml. Elke ml bevat
inclisiran-natrium overeenkomend met 189 mg inclisiran.
·
De andere stoffen in dit middel zijn water voor injecties, natriumhydroxide (zie rubriek 2
`Leqvio bevat natrium') en geconcentreerd fosforzuur.

Hoe ziet Leqvio eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Leqvio is een heldere, kleurloze tot lichtgele oplossing die geheel vrij is van deeltjes.
Elke verpakking bevat één voorgevulde spuit voor eenmalig gebruik.
België/Belgique/Belgien
Lietuva
Novartis Pharma N.V.
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Tel: +370 5 269 16 50


Luxembourg/Luxemburg
Novartis Bulgaria EOOD
Novartis Pharma N.V.
.: +359 2 489 98 28
Tél/Tel: +32 2 246 16 11


Ceská republika
Magyarország
Novartis s.r.o.
Novartis Hungária Kft.
Tel: +420 225 775 111
Tel.: +36 1 457 65 00

Danmark
Malta
Novartis Healthcare A/S
Novartis Pharma Services Inc.
Tlf: +45 39 16 84 00
Tel: +356 2122 2872

Deutschland
Nederland
Novartis Pharma GmbH
Novartis Pharma B.V.
Tel: +49 911 273 0
Tel: +31 88 04 52 111

Eesti
Norge
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Novartis Norge AS
Tel: +372 66 30 810
Tlf: +47 23 05 20 00


Österreich
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Novartis Pharma GmbH
: +30 210 281 17 12
Tel: +43 1 86 6570

España
Polska
Novartis Farmacéutica, S.A.
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel: +34 93 306 42 00
Tel.: +48 22 375 4888

Portugal
Novartis Pharma S.A.S.
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Tel: +351 21 000 8600

Hrvatska

România
Novartis Hrvatska d.o.o.
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel. +385 1 6274 220
Tel: +40 21 31299 01

Ireland

Slovenija
Novartis Ireland Limited
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +353 1 260 12 55
Tel: +386 1 300 75 50

Ísland
Slovenská republika
Vistor hf.
Novartis Slovakia s.r.o.
Sími: +354 535 7000
Tel: +421 2 5542 5439


Italia
Suomi/Finland
Novartis Farma S.p.A.
Novartis Finland Oy
Tel: +39 02 96 54 1
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200


Sverige
Novartis Pharma Services Inc.
Novartis Sverige AB
: +357 22 690 690
Tel: +46 8 732 32 00


Latvija
United Kingdom (Northern Ireland)
SIA Novartis Baltics
Novartis Ireland Limited
Tel: +371 67 887 070
Tel: +44 1276 698370


Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in

Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu

Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
inclisiran
Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg dienen de samenvatting van de productkenmerken te
raadplegen voor de volledige voorschrijfinformatie.
Indicatie (zie rubriek 4.1 van de SPC)
Leqvio is geïndiceerd bij volwassenen met primaire hypercholesterolemie (heterozygote familiaire en
niet-familiaire) of gemengde dyslipidemie als toevoeging aan een dieet:
·
in combinatie met een statine of een statine met andere lipidenverlagende behandelingen bij
patiënten die hun LDL-C-behandeldoel niet bereiken met de maximaal verdraagbare dosis van
een statine, of
·
alleen of in combinatie met andere lipidenverlagende behandelingen bij patiënten die statines
niet verdragen of bij wie een statine is gecontra-indiceerd.

Dosering (zie rubriek 4.2 van de SPC).
De aanbevolen dosis is 284 mg inclisiran toegediend als één enkele subcutane injectie: een initiële
dosis, vervolgens na 3 maanden en daarna elke 6 maanden.
Gemiste doses
Als een geplande dosis wordt gemist met minder dan 3 maanden dient inclisiran te worden toegediend.
Daarna dient de toediening vervolgd te worden volgens het oorspronkelijke schema van de patiënt.
Als een geplande dosis wordt gemist met meer dan 3 maanden, dient een nieuw toedieningsschema te
worden gestart ­ na de initiële dosis dient inclisiran na 3 maanden te worden toegediend en vervolgens
elke 6 maanden.
Overstappen van een behandeling met PCSK9-remmers (monoklonale antilichamen)
Inclisiran kan direct na de laatste dosis van een PCSK9-remmer (een monoklonaal antilichaam)
worden toegediend. Om de verlaging van LDL-C in stand te houden wordt aangeraden om inclisiran
binnen 2 weken na de laatste dosis PCSK9-remmer (een monoklonaal antilichaam) toe te dienen.
Speciale patiëntengroepen
Ouderen (leeftijd 65 jaar)
Voor ouderen is geen dosisaanpassing nodig.
Leverfunctiestoornis
Er zijn geen dosisaanpassingen nodig voor patiënten met een lichte (Child-Pugh-klasse A) of matige
(Child-Pugh-klasse B) leverfunctiestoornis. Er zijn geen gegevens beschikbaar over patiënten met een
ernstige leverfunctiestoornis (Child-Pugh-klasse C). Inclisiran dient met voorzichtigheid te worden
gebruikt bij patiënten met een ernstige leverfunctiestoornis.
Nierfunctiestoornis
Er zijn geen dosisaanpassingen nodig voor patiënten met een lichte, matige of ernstige
nierfunctiestoornis of patiënten met terminaal nierfalen. Er is beperkte ervaring met inclisiran bij
patiënten met een ernstige nierfunctiestoornis. Inclisiran dient bij deze patiënten met voorzichtigheid
te worden gebruikt. Zie rubriek 4.4 van de SPC voor de te nemen voorzorgsmaatregelen in het geval
van hemodialyse.
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van inclisiran bij kinderen jonger dan 18 jaar zijn nog niet vastgesteld.
Er zijn geen gegevens beschikbaar.

Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Voorgevulde spuit met naaldbeschermer
inclisiran
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel toegediend krijgt want er staat
belangrijke informatie in voor u.

-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.

Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Leqvio en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet toegediend krijgen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe wordt dit middel aan u toegediend?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Leqvio en waarvoor wordt dit middel gebruikt?

Wat is Leqvio en hoe werkt het?
Leqvio bevat de werkzame stof inclisiran. Inclisiran verlaagt de hoeveelheid LDL-cholesterol
(`slechte' cholesterol), dat hartaandoeningen en bloedcirculatieproblemen kan veroorzaken als de
waarden verhoogd zijn.
Inclisiran werkt door het RNA (materiaal in lichaamscellen voor het maken van eiwitten) te hinderen
bij de aanmaak van een eiwit genaamd PCSK9. Dit eiwit kan de hoeveelheid LDL-cholesterol
verhogen en door de productie van dit eiwit te voorkomen kan inclisiran uw LDL-cholesterolwaarden
verlagen.
Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Leqvio wordt gebruikt als aanvulling op uw cholesterolverlagende dieet als u een volwassene bent met
een hoog cholesterolgehalte in uw bloed (primaire hypercholesterolemie, waaronder heterozygote
familiaire en niet-familiaire hypercholesterolemie, of gemengde dyslipidemie).
Leqvio wordt toegediend:
-
in combinatie met een statine (een type geneesmiddel om een hoog cholesterolgehalte te
behandelen), soms gecombineerd met een andere cholesterolverlagende behandeling, als de
maximale dosis van het statine onvoldoende werkt, of
-
alleen of in combinatie met andere cholesterolverlagende geneesmiddelen wanneer statines niet
goed werken of niet kunnen worden gebruikt.
Wanneer mag u dit middel niet toegediend krijgen of moet u er extra voorzichtig mee
zijn?


Wanneer mag u dit middel niet toegediend krijgen?
-
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.

Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit middel toegediend krijgt:
-
als u dialyse ondergaat
-
als u een ernstige leverziekte heeft
-
als u een ernstige nierziekte heeft

Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Geef dit geneesmiddel niet aan kinderen en jongeren tot 18 jaar, omdat er geen ervaring is met het
gebruik van het geneesmiddel in deze leeftijdsgroep.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Leqvio nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u binnenkort andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan aan uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan
contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit geneesmiddel toegediend krijgt.
Het gebruik van Leqvio moet tijdens de zwangerschap worden vermeden.
Het is nog niet bekend of Leqvio in de moedermelk terechtkomt. Uw arts zal u helpen beslissen of u
doorgaat met het geven van borstvoeding of dat u de behandeling met Leqvio gaat starten. Uw arts zal
de mogelijke voordelen van de behandeling voor u afwegen tegen de gezondheidsvoordelen en risico's
van borstvoeding voor uw baby.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Leqvio heeft naar verwachting geen effect op uw rijvaardigheid of vermogen om machines te
bedienen.
Leqvio bevat natrium
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, dat wil zeggen dat het in wezen
`natriumvrij' is.

3.
Hoe wordt dit middel aan u toegediend?
De aanbevolen dosis Leqvio is 284 mg, toegediend via een injectie onder de huid (subcutane injectie).
De volgende dosis wordt na 3 maanden gegeven, gevolgd door verdere doses om de 6 maanden.
Voordat u begint met Leqvio moet u een dieet volgen om uw cholesterol te verlagen en waarschijnlijk
gebruikt u ook een statine. U moet dit cholesterolverlagende dieet blijven volgen en het statine blijven
gebruiken gedurende de tijd dat u Leqvio krijgt.
Leqvio wordt toegediend als een injectie onder de huid van de buik; alternatieve injectieplaatsen zijn
onder meer de bovenarm of de dij. Leqvio wordt aan u toegediend door een arts, apotheker of
verpleegkundige (zorgverlener).
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee
te maken.
Vaak (komt voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers)
·
Reacties op de plaats van de injectie, zoals pijn, roodheid of huiduitslag.

Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die vindt u op het etiket en de
doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities. Niet in de vriezer bewaren.
De arts, apotheker of verpleegkundige controleert dit geneesmiddel en gooit het weg als het deeltjes
bevat.
Geneesmiddelen dienen niet weggegooid te worden via het afvalwater of met huishoudelijk afval. Uw
arts, apotheker of verpleegkundige gooit geneesmiddelen weg die niet meer worden gebruikt. Als u
geneesmiddelen op de juiste manier afvoert worden ze op een verantwoorde manier vernietigd en
komen ze niet in het milieu terecht.

6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?
·
De werkzame stof in dit middel is inclisiran. Elke voorgevulde spuit bevat inclisiran-natrium
overeenkomend met 284 mg inclisiran in een oplossing van 1,5 ml. Elke ml bevat
inclisiran-natrium overeenkomend met 189 mg inclisiran.
·
De andere stoffen in dit middel zijn water voor injecties, natriumhydroxide (zie rubriek 2
`Leqvio bevat natrium') en geconcentreerd fosforzuur.

België/Belgique/Belgien
Lietuva
Novartis Pharma N.V.
SIA Novartis Baltics Lietuvos filialas
Tél/Tel: +32 2 246 16 11
Tel: +370 5 269 16 50


Luxembourg/Luxemburg
Novartis Bulgaria EOOD
Novartis Pharma N.V.
.: +359 2 489 98 28
Tél/Tel: +32 2 246 16 11


Ceská republika
Magyarország
Novartis s.r.o.
Novartis Hungária Kft.
Tel: +420 225 775 111
Tel.: +36 1 457 65 00

Danmark
Malta
Novartis Healthcare A/S
Novartis Pharma Services Inc.
Tlf: +45 39 16 84 00
Tel: +356 2122 2872

Deutschland
Nederland
Novartis Pharma GmbH
Novartis Pharma B.V.
Tel: +49 911 273 0
Tel: +31 88 04 52 111

Eesti
Norge
SIA Novartis Baltics Eesti filiaal
Novartis Norge AS
Tel: +372 66 30 810
Tlf: +47 23 05 20 00


Österreich
Novartis (Hellas) A.E.B.E.
Novartis Pharma GmbH
: +30 210 281 17 12
Tel: +43 1 86 6570

Polska
Novartis Farmacéutica, S.A.
Novartis Poland Sp. z o.o.
Tel: +34 93 306 42 00
Tel.: +48 22 375 4888

France
Portugal
Novartis Pharma S.A.S.
Novartis Farma - Produtos Farmacêuticos, S.A.
Tél: +33 1 55 47 66 00
Tel: +351 21 000 8600

Hrvatska

România
Novartis Hrvatska d.o.o.
Novartis Pharma Services Romania SRL
Tel. +385 1 6274 220
Tel: +40 21 31299 01

Ireland

Slovenija
Novartis Ireland Limited
Novartis Pharma Services Inc.
Tel: +353 1 260 12 55
Tel: +386 1 300 75 50

Ísland
Slovenská republika
Vistor hf.
Novartis Slovakia s.r.o.
Sími: +354 535 7000
Tel: +421 2 5542 5439


Italia
Suomi/Finland
Novartis Farma S.p.A.
Novartis Finland Oy
Tel: +39 02 96 54 1
Puh/Tel: +358 (0)10 6133 200


Sverige
Novartis Pharma Services Inc.
Novartis Sverige AB
: +357 22 690 690
Tel: +46 8 732 32 00


Latvija
United Kingdom (Northern Ireland)
SIA Novartis Baltics
Novartis Ireland Limited
Tel: +371 67 887 070
Tel: +44 1276 698370


Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in

Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu

Leqvio 284 mg oplossing voor injectie in een voorgevulde spuit
Voorgevulde spuit met naaldbeschermer
inclisiran
Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg dienen de samenvatting van de productkenmerken te
raadplegen voor de volledige voorschrijfinformatie.
Indicatie (zie rubriek 4.1 van de SPC)
Leqvio is geïndiceerd bij volwassenen met primaire hypercholesterolemie (heterozygote familiaire en
niet-familiaire) of gemengde dyslipidemie als toevoeging aan een dieet:
·
in combinatie met een statine of een statine met andere lipidenverlagende behandelingen bij
patiënten die hun LDL-C-behandeldoel niet bereiken met de maximaal verdraagbare dosis van
een statine, of
·
alleen of in combinatie met andere lipidenverlagende behandelingen bij patiënten die statines
niet verdragen of bij wie een statine is gecontra-indiceerd.

Dosering (zie rubriek 4.2 van de SPC).
De aanbevolen dosis is 284 mg inclisiran toegediend als één enkele subcutane injectie: een initiële
dosis, vervolgens na 3 maanden en daarna elke 6 maanden.
Gemiste doses
Als een geplande dosis wordt gemist met minder dan 3 maanden dient inclisiran te worden toegediend.
Daarna dient de toediening vervolgd te worden volgens het oorspronkelijke schema van de patiënt.
Als een geplande dosis wordt gemist met meer dan 3 maanden, dient een nieuw toedieningsschema te
worden gestart ­ na de initiële dosis dient inclisiran na 3 maanden te worden toegediend en vervolgens
elke 6 maanden.
Overstappen van een behandeling met PCSK9-remmers (monoklonale antilichamen)
Inclisiran kan direct na de laatste dosis van een PCSK9-remmer (een monoklonaal antilichaam)
worden toegediend. Om de verlaging van LDL-C in stand te houden wordt aangeraden om inclisiran
binnen 2 weken na de laatste dosis PCSK9-remmer (een monoklonaal antilichaam) toe te dienen.
Speciale patiëntengroepen
Ouderen (leeftijd 65 jaar)
Voor ouderen is geen dosisaanpassing nodig.
Leverfunctiestoornis
Er zijn geen dosisaanpassingen nodig voor patiënten met een lichte (Child-Pugh-klasse A) of matige
(Child-Pugh-klasse B) leverfunctiestoornis. Er zijn geen gegevens beschikbaar over patiënten met een
ernstige leverfunctiestoornis (Child-Pugh-klasse C). Inclisiran dient met voorzichtigheid te worden
gebruikt bij patiënten met een ernstige leverfunctiestoornis.
Nierfunctiestoornis
Er zijn geen dosisaanpassingen nodig voor patiënten met een lichte, matige of ernstige
nierfunctiestoornis of patiënten met terminaal nierfalen. Er is beperkte ervaring met inclisiran bij
patiënten met een ernstige nierfunctiestoornis. Inclisiran dient bij deze patiënten met voorzichtigheid
te worden gebruikt. Zie rubriek 4.4 van de SPC voor de te nemen voorzorgsmaatregelen in het geval
van hemodialyse.
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van inclisiran bij kinderen jonger dan 18 jaar zijn nog niet vastgesteld.
Er zijn geen gegevens beschikbaar.
Gebruiksaanwijzing voor Leqvio voorgevulde spuit met naaldbeschermer
Deze rubriek bevat informatie over het injecteren van Leqvio.
Voor gebruik
Na gebruik
Zuigerkop
Zuiger
Vleugels van de
naaldbeschermer
Uiterste
houdbaarheidsdatum
Naaldbeschermer
Kijkvenster
Naald
Naalddop



Belangrijke informatie die u moet weten voordat u Leqvio injecteert

·
Gebruik de voorgevulde spuit
niet als één van de verzegelingen op de buitenverpakking of de
blisterverpakking is verbroken.
·
Verwijder de naalddop
niet totdat u klaar bent om te injecteren.
·
Gebruik de voorgevulde spuit
niet indien deze op een hard oppervlak is gevallen of is gevallen
na het verwijderen van de naalddop.
·
Probeer niet om de voorgevulde spuit opnieuw te gebruiken of uit elkaar te halen.
·
De voorgevulde spuit heeft een naaldbeschermer die wordt geactiveerd om de naald te bedekken
nadat de injectie is voltooid. De naaldbeschermer helpt bij het voorkomen van prikaccidenten
bij iedereen die de voorgevulde spuit na injectie hanteert.

Stap 1. Inspecteer de voorgevulde spuit
U kunt luchtbellen in de vloeistof zien, wat normaal is.
Probeer
niet om de lucht
te verwijderen.
·
Gebruik de voorgevulde spuit
niet als deze er beschadigd uitziet of als er oplossing voor
injectie uit de voorgevulde spuit is gelekt.

Stap 2. Verwijder de naalddop
Trek de naalddop stevig in een rechte lijn van de
voorgevulde spuit af. U kunt een druppel vloeistof aan
het einde van de naald zien. Dit is normaal.
Zet de naalddop
niet terug op de naald. Gooi deze weg.


Stap 3. Naald inbrengen
Knijp voorzichtig in de huid op de injectieplaats en houd
dit vast gedurende de injectie. Steek met de andere hand
de naald in de huid onder een hoek van ongeveer
45 graden zoals afgebeeld.

Stap 4. Start injectie
Blijf zacht in de huid knijpen. Druk de zuiger
langzaam
zo ver mogelijk omlaag
. Dit zal ervoor zorgen dat een
volledige dosis wordt geïnjecteerd.


Stap 5. Voltooi injectie
Controleer of de zuigerkop zich tussen de vleugels van de
naaldbeschermer bevindt, zoals afgebeeld. Dit zorgt
ervoor dat de naaldbeschermer wordt geactiveerd en de
naald zal bedekken nadat de injectie is voltooid.

Stap 6. Laat de zuiger los
Houd de voorgevulde spuit op de injectieplaats en laat de
zuiger langzaam los totdat de naald door de
naaldbeschermer is bedekt. Verwijder de voorgevulde
spuit van de injectieplaats.

Stap 7. Gooi de voorgevulde spuit weg
Gooi de voorgevulde spuit weg in overeenstemming met de lokale vereisten.

Heb je dit medicijn gebruikt? Leqvio 284 mg te vormen.

Je ervaring helpt anderen een beeld over het gebruik van Leqvio 284 mg te vormen.

Deel als eerste jouw ervaring over Leqvio 284 mg

Opgepast

  • Gebruik geen geneesmiddelen zonder het advies van je geneesheer
  • Vertrouw enkel de bijsluiter die meegeleverd werd met je geneesmiddel
  • Gebruik geen geneesmiddelen waarvan de houdbaarheidsdatum verstreken is
  • Bijsluiters zijn aangeleverd door het FAGG
  • FAGG