Meronem iv 1 g
Bijsluiter
BEL 19F21
BEL 19F21
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Meronem IV 1g, poeder voor oplossing voor injectie of infusie
meropenem
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1. Wat is Meronem en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3. Hoe gebruikt u dit middel?
4. Mogelijke bijwerkingen
5. Hoe bewaart u dit middel?
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Meronem en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Meronem bevat de werkzame stof meropenem en behoort tot een groep van geneesmiddelen die
“carbapenem-antibiotica” worden genoemd. De werking berust op het doden van bacteriën die
ernstige infecties kunnen veroorzaken.
Meronem wordt gebruikt om volgende aandoeningen te behandelen bij volwassenen en kinderen van 3
maanden en ouder:
Infecties van de longen (pneumonie).
Infecties van de longen en luchtwegen bij patiënten met cystische fibrose.
Gecompliceerde urineweginfecties.
Gecompliceerde infecties in de buik.
Infecties die u kunt oplopen tijdens of na de bevalling van uw kind.
Gecompliceerde infecties van de huid en van de weke delen.
Acute bacteriële infecties van de hersenen (meningitis).
Meronem kan worden gebruikt bij de behandeling van neutropenische patiënten met koorts die
vermoedelijk het gevolg is van een bacteriële infectie.
Meropenem kan worden gebruikt om bacteriële infecties van het bloed te behandelen, die in verband
kunnen staan met een soort infectie die hierboven is genoemd.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch (overgevoelig) voor meropenem of voor een van de andere stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
1/9
Bijsluiter
BEL 19F21
U bent allergisch (overgevoelig) voor andere antibiotica zoals penicillines, cefalosporines of
carbapenems, omdat u ook allergisch voor meropenem kunt zijn.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit middel gebruikt als:
U gezondheidsproblemen heeft, zoals problemen met de lever of de nieren.
U ooit ernstige diarree heeft gehad na het innemen van andere antibiotica.
Het is mogelijk dat u een positief resultaat krijgt bij de Coombs-test, wat duidt op de aanwezigheid
van antilichamen die uw rode bloedcellen kunnen vernietigen. Uw arts zal dit met u bespreken.
Het is mogelijk dat u tekenen en symptomen van ernstige huidreacties krijgt (zie rubriek 4). Als dit
gebeurt, raadpleeg dan onmiddellijk uw arts of verpleegkundige zodat ze de symptomen kunnen
behandelen.
Als u twijfelt of een van bovenstaande punten op u van toepassing is, raadpleeg dan uw arts, apotheker
of verpleegkundige voordat u Meronem gaat gebruiken.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Meronem nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw
arts, apotheker of verpleegkundige.
De reden hiervoor is dat Meronem de werking van bepaalde geneesmiddelen kan beïnvloeden en
sommige geneesmiddelen de werking van Meronem kunnen beïnvloeden.
In het bijzonder moet u uw arts, apotheker of verpleegkundige raadplegen als u een van de volgende
geneesmiddelen inneemt:
Probenecide (wordt gebruikt voor de behandeling van jicht).
Valproïnezuur/natriumvalproaat/valpromide (wordt gebruikt om epilepsie te behandelen).
Meronem mag niet worden gebruikt omdat het de werkzaamheid van natriumvalproaat kan
verminderen.
Orale anticoagulantia (worden gebruikt voor de behandeling van of ter voorkoming van
bloedproppen).
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan
contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt. Bij voorkeur moet het
gebruik van meropenem tijdens de zwangerschap worden vermeden.
Uw arts zal beslissen of u Meronem mag gebruiken.
Als u borstvoeding geeft of wil gaan geven is het belangrijk dat u dit aan uw arts vertelt voordat u
meropenem krijgt. Kleine hoeveelheden van dit geneesmiddel kunnen in de moedermelk
terechtkomen. Uw arts zal daarom beslissen of u Meronem mag gebruiken wanneer u borstvoeding
geeft.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Er is geen onderzoek verricht naar de effecten op de rijvaardigheid en op het gebruik van machines.
Meronem werd in verband gebracht met hoofdpijn en tintelende of prikkelende huid (paresthesie). Elk
van deze bijwerkingen kan uw vermogen om te rijden of machines te bedienen beïnvloeden.
Meronem kan onwillekeurige spierbewegingen veroorzaken, die kunnen leiden tot een snel en
ongecontroleerd schudden van het lichaam van de persoon (convulsies). Dit gaat doorgaans gepaard
met bewustzijnsverlies. Bestuur geen voertuigen of gebruik geen gereedschappen of machines indien u
deze bijwerking ondervindt.
2/9
Bijsluiter
BEL 19F21
Meronem bevat natrium
Meronem 1 g: dit geneesmiddel bevat 90 mg natrium (een belangrijk bestanddeel van
keukenzout/tafelzout) per dosis van 1 g. Dit komt overeen met 4,5% van de aanbevolen maximale
dagelijkse hoeveelheid natrium in de voeding voor een volwassene.
Vertel het uw arts, apotheker of verpleegkundige als u een aandoening heeft waarvoor u moet letten op
de hoeveelheid natrium die u inneemt.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts, apotheker of verpleegkundige u dat heeft
verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of
verpleegkundige.
Gebruik bij volwassenen
De dosis is afhankelijk van het soort infectie dat u heeft, de plaats van de infectie in het lichaam
en de ernst van de infectie. Uw arts zal bepalen welke dosis u nodig heeft.
De dosis voor volwassenen is gewoonlijk tussen 500 mg (milligram) en 2 g (gram). U krijgt
gewoonlijk elke 8 uur een dosis toegediend. Als uw nieren niet goed werken, kunt u echter
minder vaak een dosis krijgen.
Gebruik bij kinderen en jongeren
De dosis bij kinderen ouder dan 3 maanden tot 12 jaar wordt bepaald aan de hand van de leeftijd
en het gewicht van het kind. De gebruikelijke dosis ligt tussen 10 mg en 40 mg Meronem per
kilogram (kg) lichaamsgewicht. Een dosis wordt gewoonlijk elke 8 uur toegediend. Kinderen die
meer dan 50 kg wegen, krijgen de dosis voor volwassenen toegediend.
Hoe gebruikt u dit middel?
Meronem wordt bij u toegediend via een injectie of infusie in een grote ader.
Gewoonlijk wordt Meronem toegediend door uw arts of verpleegkundige.
Sommige patiënten, ouders en verzorgers wordt echter geleerd om Meronem thuis toe te dienen.
In deze bijsluiter wordt uitgelegd hoe dit gedaan moet worden (in de rubriek ‘Instructies voor het
thuis toedienen van Meronem aan uzelf of aan iemand anders’). Volg bij het gebruik van
Meronem nauwgezet het advies van uw arts. Raadpleeg bij twijfel uw arts.
Uw injectie mag niet gemengd worden met of toegevoegd worden aan oplossingen die andere
geneesmiddelen bevatten.
De injectie duurt ongeveer 5 minuten of tussen 15 en 30 minuten. Uw arts zal u vertellen hoe
Meronem moet worden toegediend.
Gewoonlijk krijgt u de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip toegediend.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Wanneer u te veel Meronem heeft gebruikt, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts, het
dichtstbijzijnde ziekenhuis of het Antigifcentrum (070/245 245).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u een injectie mist, dan moet u deze zo snel mogelijk alsnog toegediend krijgen. Als het echter
bijna tijd is voor de volgende injectie, sla dan de gemiste injectie over.
Neem geen dubbele dosis (twee injecties op hetzelfde tijdstip) om een vergeten dosis in te halen.
3/9
Bijsluiter
BEL 19F21
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Stop niet met het gebruik van Meronem totdat uw arts u heeft gezegd dit te doen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige allergische reacties
Als u een van deze tekenen en symptomen krijgt,
neem dan direct contact op met uw arts of
verpleegkundige.
U kunt zeer dringend medische behandeling nodig hebben. De tekenen en
symptomen kunnen bestaan uit het plotseling optreden van:
Ernstige huiduitslag, jeuk of galbulten op de huid.
Zwelling van het gezicht, de lippen, tong of andere lichaamsdelen.
Kortademigheid, piepende ademhaling of ademhalingsproblemen.
Ernstige huidreacties, zoals:
-
Ernstige overgevoeligheidsreacties met koorts, huiduitslag en veranderingen in de
bloedtesten waarmee gecontroleerd wordt hoe de lever werkt (verhoogde niveaus van
leverenzymen) en een toename van een type witte bloedcellen (eosinofilie) en vergrote
lymfeklieren. Dit kunnen tekenen zijn van een overgevoeligheidsaandoening van meerdere
organen bekend als het DRESS-syndroom.
-
Ernstige rode schilferige huiduitslag, huidknobbels die etter bevatten, blaren of loslating van
de huid, hetgeen gepaard kan gaan met hoge koorts en gewrichtspijn.
-
Ernstige huiduitslag die kan verschijnen als roodachtige ronde vlekken vaak met centrale
blaren op de romp, loslating van de huid, zweren in de mond, keel, neus, geslachtsdelen en
ogen en die kunnen worden voorafgegaan door koorts en griepachtige symptomen (Stevens-
Johnson-syndroom) of een meer ernstige vorm (toxische epidermale necrolyse).
Schade aan de rode bloedcellen (niet bekend)
De verschijnselen bestaan uit:
Buiten adem zijn als daar geen aanleiding voor is.
Rode of bruine urine.
Als een van de bovenstaande verschijnselen op u van toepassing is,
neem dan direct contact op met
een arts.
Andere mogelijke bijwerkingen:
Vaak (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 10 mensen)
Maagpijn.
Misselijkheid (nausea).
Overgeven (braken).
Diarree.
Hoofdpijn.
Huiduitslag, jeukende huid.
Pijn en ontsteking.
Verhoogde hoeveelheid bloedplaatjes in uw bloed (dit wordt aangetoond met een bloedtest).
Veranderingen in de bloedtesten, waaronder testen die aantonen hoe goed de leverfunctie is.
4/9
Bijsluiter
BEL 19F21
Soms (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen)
Veranderingen in uw bloed. Deze bestaan uit verlaagd aantal plaatjes (waardoor u snel blauwe
plekken krijgt), verhoogde hoeveelheid van bepaalde witte bloedlichaampjes, lager aantal van
andere witte bloedlichaampjes en verhoogde hoeveelheid van een stof die ‘bilirubine’ wordt
genoemd. Uw arts zal af en toe bloedtesten uitvoeren.
Veranderingen in de bloedtesten, waaronder testen die aantonen hoe goed de nierfunctie is.
Een tintelend gevoel (alsof spelden en naalden in uw huid prikken).
Infecties in de mond of vagina die door een schimmel worden veroorzaakt (spruw).
Ontsteking van de darmen met diarree.
Pijnlijke aders waar Meronem is geïnjecteerd.
Andere veranderingen in uw bloed. De verschijnselen bestaan uit vaak voorkomende infecties,
verhoogde temperatuur en keelpijn. Uw arts zal af en toe bloedtesten uitvoeren.
Zelden (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 1000 mensen)
Toevallen (stuipen).
Acute desoriëntatie en in de war zijn (delirium).
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het Federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten -
Afdeling Vigilantie, Eurostation II, Victor Hortaplein, 40/ 40, B-1060 Brussel (website:
www.fagg.be;
e-mail:
patientinfo@fagg-afmps.be).
Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie
te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos na
“EXP”. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Bewaren beneden 30°C.
Injectie
Na het gereedmaken van de oplossing: de gereedgemaakte oplossingen voor intraveneuze injectie
dienen onmiddellijk te worden gebruikt. De tijdsduur tussen het beginnen met reconstitueren en het
einde van de intraveneuze injectie dient niet langer te zijn dan:
- 3 uur wanneer ze wordt bewaard tot 25°C.
- 12 uur wanneer ze wordt bewaard onder gekoelde condities (2-8°C).
Infusie
Na het gereedmaken van de oplossing: de gereedgemaakte oplossingen voor
intraveneuze infusie dienen onmiddellijk te worden gebruikt. De tijdsduur tussen het
beginnen met reconstitueren en het einde van intraveneuze infusie dient niet langer te
zijn dan:
- 3 uur bij bewaring tot 25°C wanneer Meronem wordt opgelost in natriumchloride.
- 24 uur wanneer bewaard onder gekoelde condities (2°C-8°C) wanneer Meronem wordt opgelost in
natriumchloride.
- wanneer Meronem wordt opgelost in dextrose, moet de oplossing onmiddellijk worden gebruikt.
5/9
Bijsluiter
BEL 19F21
Vanuit een microbiologisch oogpunt moet het product direct gebruikt worden, behalve wanneer de
procedure van opening/reconstitutie/verdunning het risico van microbiologische verontreiniging
uitsluit.
Wanneer het niet direct gebruikt wordt vallen de bewaartijden en bewaarcondities onder de
verantwoordelijkheid van de gebruiker.
De gereconstitueerde oplossing niet in de vriezer bewaren.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof is meropenemtrihydraat equivalent aan 1 g anhydrisch meropenem.
-
De andere stof in Meronem is anhydrisch natriumcarbonaat.
Hoe ziet Meronem eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Meronem is een wit tot lichtgeel poeder voor oplossing voor injectie of infusie in een injectieflacon.
De verpakkingsgrootten zijn 1 of 10 injectieflacons.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Pfizer NV, Pleinlaan 17, 1050 Brussel, België
Fabrikanten
AstraZeneca UK Ltd
Silk Road Business Park
Macclesfield
Cheshire
SK10 2NA
Verenigd Koninkrijk
Corden Pharma S.P.A.
Viale dell’Industria 3
20867 Caponago (MB)
Italië
Pfizer Service Company BVBA
10 Hoge Wei
1930 Zaventem
België
Nummers van de vergunning voor het in de handel brengen
Meronem IV 1 g: BE173101
Afleveringswijze
Geneesmiddel op medisch voorschrift.
Dit geneesmiddel is geregistreerd in lidstaten van de EEA onder de volgende namen:
Meronem IV: BE, ES, IE, LU, UK
Meronem: DE, EL, FI, IS, NO, PL, SE
MERONEM: CY, FR, CZ
6/9
Bijsluiter
BEL 19F21
MERREM: IT
Meronem i.v.: NL
Deze bijsluiter is voor het laatst herzien in 08/2019.
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in 08/2019.
Advies/medische scholing
Antibiotica worden gebruikt om infecties te behandelen die door bacteriën worden veroorzaakt. Ze
zijn niet werkzaam tegen infecties die worden veroorzaakt door virussen.
Soms reageert een infectie die door bacteriën wordt veroorzaakt niet op een kuur met een
antibioticum. Een van de meest voorkomende redenen hiervoor is dat de bacteriën die de infectie
veroorzaken resistent (ongevoelig) zijn voor het gebruikte antibioticum. Dit betekent dat zij kunnen
overleven en zich zelfs kunnen vermeerderen ondanks het antibioticum.
Er zijn veel redenen waarom bacteriën resistent tegen antibiotica kunnen worden. Zorgvuldig gebruik
kan helpen om de kans te verminderen dat bacteriën er resistent tegen worden.
Als uw arts u een kuur met een antibioticum voorschrijft is deze alleen bedoeld om de ziekte waaraan
u op dat moment lijdt te behandelen. Het in acht nemen van het volgende advies zal helpen om te
voorkomen dat resistente bacteriën ontstaan waardoor uw antibioticum niet meer werkt.
1. Het is zeer belangrijk dat u het antibioticum in de juiste dosering, op het juiste moment en
gedurende het juiste aantal dagen gebruikt. Lees de gebruiksaanwijzing op de verpakking en vraag
uw arts of apotheker om uitleg als u iets niet begrijpt.
2. Gebruik geen antibioticum tenzij het specifiek voor u is voorgeschreven en gebruik het alleen maar
om de infectie te behandelen waarvoor het is voorgeschreven.
3. Gebruik geen antibiotica die aan andere mensen zijn voorgeschreven, ook al hadden zij een
soortgelijke infectie als u.
4. Geef antibiotica die aan u zijn voorgeschreven niet aan andere mensen.
5. Als u antibioticum over heeft na het volgen van de kuur volgens het voorschrift van de arts, breng
het restant dan naar de apotheek om het op de juiste wijze te laten vernietigen.
De volgende informatie is alleen bestemd voor artsen of andere beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg:
Instructies voor het thuis toedienen van Meronem aan uzelf of aan iemand anders
Sommige patiënten, ouders en verzorgers hebben geleerd om Meronem thuis toe te dienen.
Waarschuwing – U mag dit geneesmiddel alleen thuis toedienen bij uzelf of aan iemand anders
als een arts of verpleegkundige u heeft geleerd om dit te doen.
Hoe moet het geneesmiddel bereid worden
Het geneesmiddel moet met een andere vloeistof worden gemengd (het oplosmiddel). Uw arts
zal u vertellen hoeveel oplosmiddel u moet gebruiken.
Gebruik het geneesmiddel onmiddellijk nadat u het bereid heeft. Niet in de vriezer bewaren.
1.
2.
Was uw handen en droog ze heel goed af. Zorg voor een schoon werkoppervlak.
Haal de Meronem fles (injectieflacon) uit de verpakking. Controleer de injectieflacon en de
vervaldatum. Controleer of de injectieflacon intact is en onbeschadigd.
7/9
Bijsluiter
BEL 19F21
3.
4.
5.
Verwijder de gekleurde kap en reinig de grijze rubberen stop met een alcoholdoekje. Laat de
rubberen dop even drogen.
Plaats een nieuwe steriele naald op een nieuwe steriele spuit, zonder daarbij de uiteinden aan te
raken.
Zuig de benodigde hoeveelheid steriel ‘Water voor Injecties’ in de spuit op. De benodigde
hoeveelheid vloeistof staat in onderstaande tabel weergegeven:
Dosis Meronem
Benodigde hoeveelheid ‘Water voor Injecties’ voor
de verdunning
500 mg (milligram)
10 ml (milliliter)
1 g (gram)
20 ml
1,5 g
30 ml
2g
40 ml
Let op:
Als uw voorgeschreven dosis Meronem meer dan 1 g bedraagt, heeft u meer dan 1
injectieflacon Meronem nodig. U kunt dan de vloeistof in de injectieflacons optrekken in één
spuit.
6.
7.
Duw de naald van de spuit door het midden van de grijze rubberen dop en injecteer de
aanbevolen hoeveelheid ‘Water voor Injecties’ in de injectieflacon(s) Meronem.
Verwijder de naald uit de injectieflacon en schudt de injectieflacon goed gedurende 5 seconden,
of totdat alle poeder is opgelost. Reinig de grijze rubberen dop nogmaals met een nieuw
alcoholdoekje en laat de rubberen dop even drogen.
Met de zuiger van de spuit volledig in de spuit gedrukt, prikt u de naald terug door de grijze
rubberen dop. Houd dan zowel de spuit als de injectieflacon goed vast en keer de injectieflacon
ondersteboven.
Houd het uiteinde van de naald in de vloeistof, trek de zuiger terug en zuig alle vloeistof uit de
injectieflacon in de spuit.
Haal de naald en de spuit uit de injectieflacon en gooi de lege injectieflacon op een veilige
manier weg.
Houd de spuit rechtop, met de naald naar boven gericht. Tik zachtjes tegen de spuit zodat alle
luchtbellen in de vloeistof naar boven in de spuit gaan.
Verwijder alle lucht in de spuit door de zuiger zachtjes verder aan te duwen totdat alle lucht is
verdwenen.
Als u Meronem thuis gebruikt, gooi dan alle naalden en infusielijnen die u heeft gebruikt op een
geschikte manier weg. Als de arts besluit om uw behandeling te beëindigen, gooi dan alle
ongebruikte Meronem op een geschikte manier weg.
8.
9.
10.
11.
12.
13.
Het toedienen van de injectie
U kan dit geneesmiddel toedienen door een korte canule of venflon, of door een poort of centrale
infusielijn.
Het toedienen van Meronem door een korte canule of venflon
1.
Haal de naald van de spuit en gooi deze voorzichtig weg in een daarvoor bestemde container.
2.
Reinig het uiteinde van de korte canule of venflon met een alcoholdoekje en laat het even
drogen. Maak het klepje op uw canule open en sluit de spuit erop aan.
8/9
Bijsluiter
BEL 19F21
3.
4.
5.
Duw dan langzaam op de zuiger van de spuit om het antibioticum gelijkmatig over 5 minuten
toe te dienen.
Als u klaar bent met de toediening van het antibioticum en de spuit is leeg, verwijder dan de
spuit en gebruik een spoeling zoals door uw arts of verpleegkundige is aanbevolen.
Sluit het klepje van uw canule en gooi de spuit zorgvuldig weg in de daarvoor bestemde
container.
Het toedienen van Meronem door een poort of een centrale infusielijn
1.
Verwijder het klepje op de poort of infusielijn, reinig het uiteinde van de infusielijn met een
alcoholdoekje en laat het even drogen.
2.
3.
4.
Sluit de spuit aan en duw de zuiger langzaam in de spuit om het antibioticum gelijkmatig over 5
minuten toe te dienen.
Als u klaar bent met de toediening van het antibioticum, verwijder dan de spuit en gebruik een
spoeling zoals door uw arts of verpleegkundige is aanbevolen.
Plaats een nieuwe, schone klep op uw centrale infusielijn en gooi de spuit zorgvuldig weg in de
daarvoor bestemde container.
BEL 19F21
9/9
BEL 19F21
BEL 19F21
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Meronem IV 1g, poeder voor oplossing voor injectie of infusie
meropenem
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
- Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
- Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
- Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Meronem en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Meronem en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Meronem bevat de werkzame stof meropenem en behoort tot een groep van geneesmiddelen die
'carbapenem-antibiotica' worden genoemd. De werking berust op het doden van bacteriën die
ernstige infecties kunnen veroorzaken.
Meronem wordt gebruikt om volgende aandoeningen te behandelen bij volwassenen en kinderen van 3
maanden en ouder:
Infecties van de longen (pneumonie).
Infecties van de longen en luchtwegen bij patiënten met cystische fibrose.
Gecompliceerde urineweginfecties.
Gecompliceerde infecties in de buik.
Infecties die u kunt oplopen tijdens of na de bevalling van uw kind.
Gecompliceerde infecties van de huid en van de weke delen.
Acute bacteriële infecties van de hersenen (meningitis).
Meronem kan worden gebruikt bij de behandeling van neutropenische patiënten met koorts die
vermoedelijk het gevolg is van een bacteriële infectie.
Meropenem kan worden gebruikt om bacteriële infecties van het bloed te behandelen, die in verband
kunnen staan met een soort infectie die hierboven is genoemd.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch (overgevoelig) voor meropenem of voor een van de andere stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
BEL 19F21
U bent allergisch (overgevoelig) voor andere antibiotica zoals penicillines, cefalosporines of
carbapenems, omdat u ook allergisch voor meropenem kunt zijn.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit middel gebruikt als:
U gezondheidsproblemen heeft, zoals problemen met de lever of de nieren.
U ooit ernstige diarree heeft gehad na het innemen van andere antibiotica.
Het is mogelijk dat u een positief resultaat krijgt bij de Coombs-test, wat duidt op de aanwezigheid
van antilichamen die uw rode bloedcellen kunnen vernietigen. Uw arts zal dit met u bespreken.
Het is mogelijk dat u tekenen en symptomen van ernstige huidreacties krijgt (zie rubriek 4). Als dit
gebeurt, raadpleeg dan onmiddellijk uw arts of verpleegkundige zodat ze de symptomen kunnen
behandelen.
Als u twijfelt of een van bovenstaande punten op u van toepassing is, raadpleeg dan uw arts, apotheker
of verpleegkundige voordat u Meronem gaat gebruiken.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Meronem nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw
arts, apotheker of verpleegkundige.
De reden hiervoor is dat Meronem de werking van bepaalde geneesmiddelen kan beïnvloeden en
sommige geneesmiddelen de werking van Meronem kunnen beïnvloeden.
In het bijzonder moet u uw arts, apotheker of verpleegkundige raadplegen als u een van de volgende
geneesmiddelen inneemt:
Probenecide (wordt gebruikt voor de behandeling van jicht).
Valproïnezuur/natriumvalproaat/valpromide (wordt gebruikt om epilepsie te behandelen).
Meronem mag niet worden gebruikt omdat het de werkzaamheid van natriumvalproaat kan
verminderen.
Orale anticoagulantia (worden gebruikt voor de behandeling van of ter voorkoming van
bloedproppen).
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan
contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt. Bij voorkeur moet het
gebruik van meropenem tijdens de zwangerschap worden vermeden.
Uw arts zal beslissen of u Meronem mag gebruiken.
Als u borstvoeding geeft of wil gaan geven is het belangrijk dat u dit aan uw arts vertelt voordat u
meropenem krijgt. Kleine hoeveelheden van dit geneesmiddel kunnen in de moedermelk
terechtkomen. Uw arts zal daarom beslissen of u Meronem mag gebruiken wanneer u borstvoeding
geeft.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Er is geen onderzoek verricht naar de effecten op de rijvaardigheid en op het gebruik van machines.
Meronem werd in verband gebracht met hoofdpijn en tintelende of prikkelende huid (paresthesie). Elk
van deze bijwerkingen kan uw vermogen om te rijden of machines te bedienen beïnvloeden.
Meronem kan onwillekeurige spierbewegingen veroorzaken, die kunnen leiden tot een snel en
ongecontroleerd schudden van het lichaam van de persoon (convulsies). Dit gaat doorgaans gepaard
met bewustzijnsverlies. Bestuur geen voertuigen of gebruik geen gereedschappen of machines indien u
deze bijwerking ondervindt.
BEL 19F21
Meronem bevat natrium
Meronem 1 g: dit geneesmiddel bevat 90 mg natrium (een belangrijk bestanddeel van
keukenzout/tafelzout) per dosis van 1 g. Dit komt overeen met 4,5% van de aanbevolen maximale
dagelijkse hoeveelheid natrium in de voeding voor een volwassene.
Vertel het uw arts, apotheker of verpleegkundige als u een aandoening heeft waarvoor u moet letten op
de hoeveelheid natrium die u inneemt.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts, apotheker of verpleegkundige u dat heeft
verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of
verpleegkundige.
Gebruik bij volwassenen
De dosis is afhankelijk van het soort infectie dat u heeft, de plaats van de infectie in het lichaam
en de ernst van de infectie. Uw arts zal bepalen welke dosis u nodig heeft.
De dosis voor volwassenen is gewoonlijk tussen 500 mg (milligram) en 2 g (gram). U krijgt
gewoonlijk elke 8 uur een dosis toegediend. Als uw nieren niet goed werken, kunt u echter
minder vaak een dosis krijgen.
Gebruik bij kinderen en jongeren
De dosis bij kinderen ouder dan 3 maanden tot 12 jaar wordt bepaald aan de hand van de leeftijd
en het gewicht van het kind. De gebruikelijke dosis ligt tussen 10 mg en 40 mg Meronem per
kilogram (kg) lichaamsgewicht. Een dosis wordt gewoonlijk elke 8 uur toegediend. Kinderen die
meer dan 50 kg wegen, krijgen de dosis voor volwassenen toegediend.
Hoe gebruikt u dit middel?
Meronem wordt bij u toegediend via een injectie of infusie in een grote ader.
Gewoonlijk wordt Meronem toegediend door uw arts of verpleegkundige.
Sommige patiënten, ouders en verzorgers wordt echter geleerd om Meronem thuis toe te dienen.
In deze bijsluiter wordt uitgelegd hoe dit gedaan moet worden (in de rubriek `Instructies voor het
thuis toedienen van Meronem aan uzelf of aan iemand anders'). Volg bij het gebruik van
Meronem nauwgezet het advies van uw arts. Raadpleeg bij twijfel uw arts.
Uw injectie mag niet gemengd worden met of toegevoegd worden aan oplossingen die andere
geneesmiddelen bevatten.
De injectie duurt ongeveer 5 minuten of tussen 15 en 30 minuten. Uw arts zal u vertellen hoe
Meronem moet worden toegediend.
Gewoonlijk krijgt u de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip toegediend.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Wanneer u te veel Meronem heeft gebruikt, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts, het
dichtstbijzijnde ziekenhuis of het
Antigifcentrum (070/245 245).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u een injectie mist, dan moet u deze zo snel mogelijk alsnog toegediend krijgen. Als het echter
bijna tijd is voor de volgende injectie, sla dan de gemiste injectie over.
Neem geen dubbele dosis (twee injecties op hetzelfde tijdstip) om een vergeten dosis in te halen.
BEL 19F21
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Stop niet met het gebruik van Meronem totdat uw arts u heeft gezegd dit te doen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige allergische reacties
Als u een van deze tekenen en symptomen krijgt,
neem dan direct contact op met uw arts of
verpleegkundige. U kunt zeer dringend medische behandeling nodig hebben. De tekenen en
symptomen kunnen bestaan uit het plotseling optreden van:
Ernstige huiduitslag, jeuk of galbulten op de huid.
Zwelling van het gezicht, de lippen, tong of andere lichaamsdelen.
Kortademigheid, piepende ademhaling of ademhalingsproblemen.
Ernstige huidreacties, zoals:
-
Ernstige overgevoeligheidsreacties met koorts, huiduitslag en veranderingen in de
bloedtesten waarmee gecontroleerd wordt hoe de lever werkt (verhoogde niveaus van
leverenzymen) en een toename van een type witte bloedcellen (eosinofilie) en vergrote
lymfeklieren. Dit kunnen tekenen zijn van een overgevoeligheidsaandoening van meerdere
organen bekend als het DRESS-syndroom.
- Ernstige rode schilferige huiduitslag, huidknobbels die etter bevatten, blaren of loslating van
de huid, hetgeen gepaard kan gaan met hoge koorts en gewrichtspijn.
- Ernstige huiduitslag die kan verschijnen als roodachtige ronde vlekken vaak met centrale
blaren op de romp, loslating van de huid, zweren in de mond, keel, neus, geslachtsdelen en
ogen en die kunnen worden voorafgegaan door koorts en griepachtige symptomen (Stevens-
Johnson-syndroom) of een meer ernstige vorm (toxische epidermale necrolyse).
Schade aan de rode bloedcellen (niet bekend)
De verschijnselen bestaan uit:
Buiten adem zijn als daar geen aanleiding voor is.
Rode of bruine urine.
Als een van de bovenstaande verschijnselen op u van toepassing is,
neem dan direct contact op met
een arts.
Andere mogelijke bijwerkingen:
Vaak (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 10 mensen)
Maagpijn.
Misselijkheid (nausea).
Overgeven (braken).
Diarree.
Hoofdpijn.
Huiduitslag, jeukende huid.
Pijn en ontsteking.
Verhoogde hoeveelheid bloedplaatjes in uw bloed (dit wordt aangetoond met een bloedtest).
Veranderingen in de bloedtesten, waaronder testen die aantonen hoe goed de leverfunctie is.
BEL 19F21
Soms (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen)
Veranderingen in uw bloed. Deze bestaan uit verlaagd aantal plaatjes (waardoor u snel blauwe
plekken krijgt), verhoogde hoeveelheid van bepaalde witte bloedlichaampjes, lager aantal van
andere witte bloedlichaampjes en verhoogde hoeveelheid van een stof die `bilirubine' wordt
genoemd. Uw arts zal af en toe bloedtesten uitvoeren.
Veranderingen in de bloedtesten, waaronder testen die aantonen hoe goed de nierfunctie is.
Een tintelend gevoel (alsof spelden en naalden in uw huid prikken).
Infecties in de mond of vagina die door een schimmel worden veroorzaakt (spruw).
Ontsteking van de darmen met diarree.
Pijnlijke aders waar Meronem is geïnjecteerd.
Andere veranderingen in uw bloed. De verschijnselen bestaan uit vaak voorkomende infecties,
verhoogde temperatuur en keelpijn. Uw arts zal af en toe bloedtesten uitvoeren.
Zelden (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 1000 mensen)
Toevallen (stuipen).
Acute desoriëntatie en in de war zijn (delirium).
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het Federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten -
Afdeling Vigilantie, Eurostation II, Victor Hortaplein, 40/ 40, B-1060 Brussel (website: www.fagg.be;
e-mail: patientinfo@fagg-afmps.be). Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie
te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos na
'EXP'. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Bewaren beneden 30°C.
Injectie
Na het gereedmaken van de oplossing: de gereedgemaakte oplossingen voor intraveneuze injectie
dienen onmiddellijk te worden gebruikt. De tijdsduur tussen het beginnen met reconstitueren en het
einde van de intraveneuze injectie dient niet langer te zijn dan:
-
3 uur wanneer ze wordt bewaard tot 25°C.
- 12 uur wanneer ze wordt bewaard onder gekoelde condities (2-8°C).
Infusie
Na het gereedmaken van de oplossing: de gereedgemaakte oplossingen voor
intraveneuze infusie dienen onmiddellijk te worden gebruikt. De tijdsduur tussen het
beginnen met reconstitueren en het einde van intraveneuze infusie dient niet langer te
zijn dan:
-
3 uur bij bewaring tot 25°C wanneer Meronem wordt opgelost in natriumchloride.
- 24 uur wanneer bewaard onder gekoelde condities (2°C-8°C) wanneer Meronem wordt opgelost in
natriumchloride.
- wanneer Meronem wordt opgelost in dextrose, moet de oplossing onmiddellijk worden gebruikt.
BEL 19F21
Vanuit een microbiologisch oogpunt moet het product direct gebruikt worden, behalve wanneer de
procedure van opening/reconstitutie/verdunning het risico van microbiologische verontreiniging
uitsluit.
Wanneer het niet direct gebruikt wordt vallen de bewaartijden en bewaarcondities onder de
verantwoordelijkheid van de gebruiker.
De gereconstitueerde oplossing niet in de vriezer bewaren.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof is meropenemtrihydraat equivalent aan 1 g anhydrisch meropenem.
-
De andere stof in Meronem is anhydrisch natriumcarbonaat.
Hoe ziet Meronem eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Meronem is een wit tot lichtgeel poeder voor oplossing voor injectie of infusie in een injectieflacon.
De verpakkingsgrootten zijn 1 of 10 injectieflacons.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Pfizer NV, Pleinlaan 17, 1050 Brussel, België
Fabrikanten
AstraZeneca UK Ltd
Silk Road Business Park
Macclesfield
Cheshire
SK10 2NA
Verenigd Koninkrijk
Corden Pharma S.P.A.
Viale dell'Industria 3
20867 Caponago (MB)
Italië
Pfizer Service Company BVBA
10 Hoge Wei
1930 Zaventem
België
Nummers van de vergunning voor het in de handel brengen
Meronem IV 1 g: BE173101
Afleveringswijze
Geneesmiddel op medisch voorschrift.
Dit geneesmiddel is geregistreerd in lidstaten van de EEA onder de volgende namen:
Meronem IV: BE, ES, IE, LU, UK
Meronem: DE, EL, FI, IS, NO, PL, SE
MERONEM: CY, FR, CZ
BEL 19F21
MERREM: IT
Meronem i.v.: NL
Deze bijsluiter is voor het laatst herzien in 08/2019.
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in 08/2019.
Advies/medische scholing
Antibiotica worden gebruikt om infecties te behandelen die door bacteriën worden veroorzaakt. Ze
zijn niet werkzaam tegen infecties die worden veroorzaakt door virussen.
Soms reageert een infectie die door bacteriën wordt veroorzaakt niet op een kuur met een
antibioticum. Een van de meest voorkomende redenen hiervoor is dat de bacteriën die de infectie
veroorzaken resistent (ongevoelig) zijn voor het gebruikte antibioticum. Dit betekent dat zij kunnen
overleven en zich zelfs kunnen vermeerderen ondanks het antibioticum.
Er zijn veel redenen waarom bacteriën resistent tegen antibiotica kunnen worden. Zorgvuldig gebruik
kan helpen om de kans te verminderen dat bacteriën er resistent tegen worden.
Als uw arts u een kuur met een antibioticum voorschrijft is deze alleen bedoeld om de ziekte waaraan
u op dat moment lijdt te behandelen. Het in acht nemen van het volgende advies zal helpen om te
voorkomen dat resistente bacteriën ontstaan waardoor uw antibioticum niet meer werkt.
1. Het is zeer belangrijk dat u het antibioticum in de juiste dosering, op het juiste moment en
gedurende het juiste aantal dagen gebruikt. Lees de gebruiksaanwijzing op de verpakking en vraag
uw arts of apotheker om uitleg als u iets niet begrijpt.
2. Gebruik geen antibioticum tenzij het specifiek voor u is voorgeschreven en gebruik het alleen maar
om de infectie te behandelen waarvoor het is voorgeschreven.
3. Gebruik geen antibiotica die aan andere mensen zijn voorgeschreven, ook al hadden zij een
soortgelijke infectie als u.
4. Geef antibiotica die aan u zijn voorgeschreven niet aan andere mensen.
5. Als u antibioticum over heeft na het volgen van de kuur volgens het voorschrift van de arts, breng
het restant dan naar de apotheek om het op de juiste wijze te laten vernietigen.
De volgende informatie is alleen bestemd voor artsen of andere beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg:
Instructies voor het thuis toedienen van Meronem aan uzelf of aan iemand anders
Sommige patiënten, ouders en verzorgers hebben geleerd om Meronem thuis toe te dienen.
Waarschuwing U mag dit geneesmiddel alleen thuis toedienen bij uzelf of aan iemand anders
als een arts of verpleegkundige u heeft geleerd om dit te doen.
Hoe moet het geneesmiddel bereid worden
Het geneesmiddel moet met een andere vloeistof worden gemengd (het oplosmiddel). Uw arts
zal u vertellen hoeveel oplosmiddel u moet gebruiken.
Gebruik het geneesmiddel onmiddellijk nadat u het bereid heeft. Niet in de vriezer bewaren.
1.
Was uw handen en droog ze heel goed af. Zorg voor een schoon werkoppervlak.
2.
Haal de Meronem fles (injectieflacon) uit de verpakking. Controleer de injectieflacon en de
vervaldatum. Controleer of de injectieflacon intact is en onbeschadigd.
BEL 19F21
3.
Verwijder de gekleurde kap en reinig de grijze rubberen stop met een alcoholdoekje. Laat de
rubberen dop even drogen.
4.
Plaats een nieuwe steriele naald op een nieuwe steriele spuit, zonder daarbij de uiteinden aan te
raken.
5.
Zuig de benodigde hoeveelheid steriel `Water voor Injecties' in de spuit op. De benodigde
hoeveelheid vloeistof staat in onderstaande tabel weergegeven:
Dosis Meronem
Benodigde hoeveelheid `Water voor Injecties' voor
de verdunning
500 mg (milligram)
10 ml (milliliter)
1 g (gram)
20 ml
1,5 g
30 ml
2 g
40 ml
Let op: Als uw voorgeschreven dosis Meronem meer dan 1 g bedraagt, heeft u meer dan 1
injectieflacon Meronem nodig. U kunt dan de vloeistof in de injectieflacons optrekken in één
spuit.
6.
Duw de naald van de spuit door het midden van de grijze rubberen dop en injecteer de
aanbevolen hoeveelheid `Water voor Injecties' in de injectieflacon(s) Meronem.
7.
Verwijder de naald uit de injectieflacon en schudt de injectieflacon goed gedurende 5 seconden,
of totdat alle poeder is opgelost. Reinig de grijze rubberen dop nogmaals met een nieuw
alcoholdoekje en laat de rubberen dop even drogen.
8.
Met de zuiger van de spuit volledig in de spuit gedrukt, prikt u de naald terug door de grijze
rubberen dop. Houd dan zowel de spuit als de injectieflacon goed vast en keer de injectieflacon
ondersteboven.
9.
Houd het uiteinde van de naald in de vloeistof, trek de zuiger terug en zuig alle vloeistof uit de
injectieflacon in de spuit.
10.
Haal de naald en de spuit uit de injectieflacon en gooi de lege injectieflacon op een veilige
manier weg.
11.
Houd de spuit rechtop, met de naald naar boven gericht. Tik zachtjes tegen de spuit zodat alle
luchtbellen in de vloeistof naar boven in de spuit gaan.
12.
Verwijder alle lucht in de spuit door de zuiger zachtjes verder aan te duwen totdat alle lucht is
verdwenen.
13.
Als u Meronem thuis gebruikt, gooi dan alle naalden en infusielijnen die u heeft gebruikt op een
geschikte manier weg. Als de arts besluit om uw behandeling te beëindigen, gooi dan alle
ongebruikte Meronem op een geschikte manier weg.
Het toedienen van de injectie
U kan dit geneesmiddel toedienen door een korte canule of venflon, of door een poort of centrale
infusielijn.
Het toedienen van Meronem door een korte canule of venflon
1.
Haal de naald van de spuit en gooi deze voorzichtig weg in een daarvoor bestemde container.
2.
Reinig het uiteinde van de korte canule of venflon met een alcoholdoekje en laat het even
drogen. Maak het klepje op uw canule open en sluit de spuit erop aan.
BEL 19F21
3.
Duw dan langzaam op de zuiger van de spuit om het antibioticum gelijkmatig over 5 minuten
toe te dienen.
4.
Als u klaar bent met de toediening van het antibioticum en de spuit is leeg, verwijder dan de
spuit en gebruik een spoeling zoals door uw arts of verpleegkundige is aanbevolen.
5.
Sluit het klepje van uw canule en gooi de spuit zorgvuldig weg in de daarvoor bestemde
container.
Het toedienen van Meronem door een poort of een centrale infusielijn
1.
Verwijder het klepje op de poort of infusielijn, reinig het uiteinde van de infusielijn met een
alcoholdoekje en laat het even drogen.
2.
Sluit de spuit aan en duw de zuiger langzaam in de spuit om het antibioticum gelijkmatig over 5
minuten toe te dienen.
3.
Als u klaar bent met de toediening van het antibioticum, verwijder dan de spuit en gebruik een
spoeling zoals door uw arts of verpleegkundige is aanbevolen.
4.
Plaats een nieuwe, schone klep op uw centrale infusielijn en gooi de spuit zorgvuldig weg in de
daarvoor bestemde container.
BEL 19F21
BEL 19F21
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Meronem IV 1g, poeder voor oplossing voor injectie of infusie
meropenem
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
- Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
- Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
- Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Meronem en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Meronem en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Meronem bevat de werkzame stof meropenem en behoort tot een groep van geneesmiddelen die
'carbapenem-antibiotica' worden genoemd. De werking berust op het doden van bacteriën die
ernstige infecties kunnen veroorzaken.
Meronem wordt gebruikt om volgende aandoeningen te behandelen bij volwassenen en kinderen van 3
maanden en ouder:
Infecties van de longen (pneumonie).
Infecties van de longen en luchtwegen bij patiënten met cystische fibrose.
Gecompliceerde urineweginfecties.
Gecompliceerde infecties in de buik.
Infecties die u kunt oplopen tijdens of na de bevalling van uw kind.
Gecompliceerde infecties van de huid en van de weke delen.
Acute bacteriële infecties van de hersenen (meningitis).
Meronem kan worden gebruikt bij de behandeling van neutropenische patiënten met koorts die
vermoedelijk het gevolg is van een bacteriële infectie.
Meropenem kan worden gebruikt om bacteriële infecties van het bloed te behandelen, die in verband
kunnen staan met een soort infectie die hierboven is genoemd.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch (overgevoelig) voor meropenem of voor een van de andere stoffen in dit
geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
BEL 19F21
U bent allergisch (overgevoelig) voor andere antibiotica zoals penicillines, cefalosporines of
carbapenems, omdat u ook allergisch voor meropenem kunt zijn.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit middel gebruikt als:
U gezondheidsproblemen heeft, zoals problemen met de lever of de nieren.
U ooit ernstige diarree heeft gehad na het innemen van andere antibiotica.
Het is mogelijk dat u een positief resultaat krijgt bij de Coombs-test, wat duidt op de aanwezigheid
van antilichamen die uw rode bloedcellen kunnen vernietigen. Uw arts zal dit met u bespreken.
Het is mogelijk dat u tekenen en symptomen van ernstige huidreacties krijgt (zie rubriek 4). Als dit
gebeurt, raadpleeg dan onmiddellijk uw arts of verpleegkundige zodat ze de symptomen kunnen
behandelen.
Als u twijfelt of een van bovenstaande punten op u van toepassing is, raadpleeg dan uw arts, apotheker
of verpleegkundige voordat u Meronem gaat gebruiken.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Meronem nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw
arts, apotheker of verpleegkundige.
De reden hiervoor is dat Meronem de werking van bepaalde geneesmiddelen kan beïnvloeden en
sommige geneesmiddelen de werking van Meronem kunnen beïnvloeden.
In het bijzonder moet u uw arts, apotheker of verpleegkundige raadplegen als u een van de volgende
geneesmiddelen inneemt:
Probenecide (wordt gebruikt voor de behandeling van jicht).
Valproïnezuur/natriumvalproaat/valpromide (wordt gebruikt om epilepsie te behandelen).
Meronem mag niet worden gebruikt omdat het de werkzaamheid van natriumvalproaat kan
verminderen.
Orale anticoagulantia (worden gebruikt voor de behandeling van of ter voorkoming van
bloedproppen).
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan
contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt. Bij voorkeur moet het
gebruik van meropenem tijdens de zwangerschap worden vermeden.
Uw arts zal beslissen of u Meronem mag gebruiken.
Als u borstvoeding geeft of wil gaan geven is het belangrijk dat u dit aan uw arts vertelt voordat u
meropenem krijgt. Kleine hoeveelheden van dit geneesmiddel kunnen in de moedermelk
terechtkomen. Uw arts zal daarom beslissen of u Meronem mag gebruiken wanneer u borstvoeding
geeft.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Er is geen onderzoek verricht naar de effecten op de rijvaardigheid en op het gebruik van machines.
Meronem werd in verband gebracht met hoofdpijn en tintelende of prikkelende huid (paresthesie). Elk
van deze bijwerkingen kan uw vermogen om te rijden of machines te bedienen beïnvloeden.
Meronem kan onwillekeurige spierbewegingen veroorzaken, die kunnen leiden tot een snel en
ongecontroleerd schudden van het lichaam van de persoon (convulsies). Dit gaat doorgaans gepaard
met bewustzijnsverlies. Bestuur geen voertuigen of gebruik geen gereedschappen of machines indien u
deze bijwerking ondervindt.
BEL 19F21
Meronem bevat natrium
Meronem 1 g: dit geneesmiddel bevat 90 mg natrium (een belangrijk bestanddeel van
keukenzout/tafelzout) per dosis van 1 g. Dit komt overeen met 4,5% van de aanbevolen maximale
dagelijkse hoeveelheid natrium in de voeding voor een volwassene.
Vertel het uw arts, apotheker of verpleegkundige als u een aandoening heeft waarvoor u moet letten op
de hoeveelheid natrium die u inneemt.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts, apotheker of verpleegkundige u dat heeft
verteld. Twijfelt u over het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of
verpleegkundige.
Gebruik bij volwassenen
De dosis is afhankelijk van het soort infectie dat u heeft, de plaats van de infectie in het lichaam
en de ernst van de infectie. Uw arts zal bepalen welke dosis u nodig heeft.
De dosis voor volwassenen is gewoonlijk tussen 500 mg (milligram) en 2 g (gram). U krijgt
gewoonlijk elke 8 uur een dosis toegediend. Als uw nieren niet goed werken, kunt u echter
minder vaak een dosis krijgen.
Gebruik bij kinderen en jongeren
De dosis bij kinderen ouder dan 3 maanden tot 12 jaar wordt bepaald aan de hand van de leeftijd
en het gewicht van het kind. De gebruikelijke dosis ligt tussen 10 mg en 40 mg Meronem per
kilogram (kg) lichaamsgewicht. Een dosis wordt gewoonlijk elke 8 uur toegediend. Kinderen die
meer dan 50 kg wegen, krijgen de dosis voor volwassenen toegediend.
Hoe gebruikt u dit middel?
Meronem wordt bij u toegediend via een injectie of infusie in een grote ader.
Gewoonlijk wordt Meronem toegediend door uw arts of verpleegkundige.
Sommige patiënten, ouders en verzorgers wordt echter geleerd om Meronem thuis toe te dienen.
In deze bijsluiter wordt uitgelegd hoe dit gedaan moet worden (in de rubriek `Instructies voor het
thuis toedienen van Meronem aan uzelf of aan iemand anders'). Volg bij het gebruik van
Meronem nauwgezet het advies van uw arts. Raadpleeg bij twijfel uw arts.
Uw injectie mag niet gemengd worden met of toegevoegd worden aan oplossingen die andere
geneesmiddelen bevatten.
De injectie duurt ongeveer 5 minuten of tussen 15 en 30 minuten. Uw arts zal u vertellen hoe
Meronem moet worden toegediend.
Gewoonlijk krijgt u de injectie elke dag op hetzelfde tijdstip toegediend.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Wanneer u te veel Meronem heeft gebruikt, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts, het
dichtstbijzijnde ziekenhuis of het
Antigifcentrum (070/245 245).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u een injectie mist, dan moet u deze zo snel mogelijk alsnog toegediend krijgen. Als het echter
bijna tijd is voor de volgende injectie, sla dan de gemiste injectie over.
Neem geen dubbele dosis (twee injecties op hetzelfde tijdstip) om een vergeten dosis in te halen.
BEL 19F21
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Stop niet met het gebruik van Meronem totdat uw arts u heeft gezegd dit te doen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Ernstige allergische reacties
Als u een van deze tekenen en symptomen krijgt,
neem dan direct contact op met uw arts of
verpleegkundige. U kunt zeer dringend medische behandeling nodig hebben. De tekenen en
symptomen kunnen bestaan uit het plotseling optreden van:
Ernstige huiduitslag, jeuk of galbulten op de huid.
Zwelling van het gezicht, de lippen, tong of andere lichaamsdelen.
Kortademigheid, piepende ademhaling of ademhalingsproblemen.
Ernstige huidreacties, zoals:
-
Ernstige overgevoeligheidsreacties met koorts, huiduitslag en veranderingen in de
bloedtesten waarmee gecontroleerd wordt hoe de lever werkt (verhoogde niveaus van
leverenzymen) en een toename van een type witte bloedcellen (eosinofilie) en vergrote
lymfeklieren. Dit kunnen tekenen zijn van een overgevoeligheidsaandoening van meerdere
organen bekend als het DRESS-syndroom.
- Ernstige rode schilferige huiduitslag, huidknobbels die etter bevatten, blaren of loslating van
de huid, hetgeen gepaard kan gaan met hoge koorts en gewrichtspijn.
- Ernstige huiduitslag die kan verschijnen als roodachtige ronde vlekken vaak met centrale
blaren op de romp, loslating van de huid, zweren in de mond, keel, neus, geslachtsdelen en
ogen en die kunnen worden voorafgegaan door koorts en griepachtige symptomen (Stevens-
Johnson-syndroom) of een meer ernstige vorm (toxische epidermale necrolyse).
Schade aan de rode bloedcellen (niet bekend)
De verschijnselen bestaan uit:
Buiten adem zijn als daar geen aanleiding voor is.
Rode of bruine urine.
Als een van de bovenstaande verschijnselen op u van toepassing is,
neem dan direct contact op met
een arts.
Andere mogelijke bijwerkingen:
Vaak (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 10 mensen)
Maagpijn.
Misselijkheid (nausea).
Overgeven (braken).
Diarree.
Hoofdpijn.
Huiduitslag, jeukende huid.
Pijn en ontsteking.
Verhoogde hoeveelheid bloedplaatjes in uw bloed (dit wordt aangetoond met een bloedtest).
Veranderingen in de bloedtesten, waaronder testen die aantonen hoe goed de leverfunctie is.
BEL 19F21
Soms (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 100 mensen)
Veranderingen in uw bloed. Deze bestaan uit verlaagd aantal plaatjes (waardoor u snel blauwe
plekken krijgt), verhoogde hoeveelheid van bepaalde witte bloedlichaampjes, lager aantal van
andere witte bloedlichaampjes en verhoogde hoeveelheid van een stof die `bilirubine' wordt
genoemd. Uw arts zal af en toe bloedtesten uitvoeren.
Veranderingen in de bloedtesten, waaronder testen die aantonen hoe goed de nierfunctie is.
Een tintelend gevoel (alsof spelden en naalden in uw huid prikken).
Infecties in de mond of vagina die door een schimmel worden veroorzaakt (spruw).
Ontsteking van de darmen met diarree.
Pijnlijke aders waar Meronem is geïnjecteerd.
Andere veranderingen in uw bloed. De verschijnselen bestaan uit vaak voorkomende infecties,
verhoogde temperatuur en keelpijn. Uw arts zal af en toe bloedtesten uitvoeren.
Zelden (kunnen voorkomen bij maximaal 1 op de 1000 mensen)
Toevallen (stuipen).
Acute desoriëntatie en in de war zijn (delirium).
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het Federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten -
Afdeling Vigilantie, Eurostation II, Victor Hortaplein, 40/ 40, B-1060 Brussel (website: www.fagg.be;
e-mail: patientinfo@fagg-afmps.be). Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie
te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos na
'EXP'. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste
houdbaarheidsdatum.
Bewaren beneden 30°C.
Injectie
Na het gereedmaken van de oplossing: de gereedgemaakte oplossingen voor intraveneuze injectie
dienen onmiddellijk te worden gebruikt. De tijdsduur tussen het beginnen met reconstitueren en het
einde van de intraveneuze injectie dient niet langer te zijn dan:
-
3 uur wanneer ze wordt bewaard tot 25°C.
- 12 uur wanneer ze wordt bewaard onder gekoelde condities (2-8°C).
Infusie
Na het gereedmaken van de oplossing: de gereedgemaakte oplossingen voor
intraveneuze infusie dienen onmiddellijk te worden gebruikt. De tijdsduur tussen het
beginnen met reconstitueren en het einde van intraveneuze infusie dient niet langer te
zijn dan:
-
3 uur bij bewaring tot 25°C wanneer Meronem wordt opgelost in natriumchloride.
- 24 uur wanneer bewaard onder gekoelde condities (2°C-8°C) wanneer Meronem wordt opgelost in
natriumchloride.
- wanneer Meronem wordt opgelost in dextrose, moet de oplossing onmiddellijk worden gebruikt.
BEL 19F21
Vanuit een microbiologisch oogpunt moet het product direct gebruikt worden, behalve wanneer de
procedure van opening/reconstitutie/verdunning het risico van microbiologische verontreiniging
uitsluit.
Wanneer het niet direct gebruikt wordt vallen de bewaartijden en bewaarcondities onder de
verantwoordelijkheid van de gebruiker.
De gereconstitueerde oplossing niet in de vriezer bewaren.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
De werkzame stof is meropenemtrihydraat equivalent aan 1 g anhydrisch meropenem.
-
De andere stof in Meronem is anhydrisch natriumcarbonaat.
Hoe ziet Meronem eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Meronem is een wit tot lichtgeel poeder voor oplossing voor injectie of infusie in een injectieflacon.
De verpakkingsgrootten zijn 1 of 10 injectieflacons.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Pfizer NV, Pleinlaan 17, 1050 Brussel, België
Fabrikanten
AstraZeneca UK Ltd
Silk Road Business Park
Macclesfield
Cheshire
SK10 2NA
Verenigd Koninkrijk
Corden Pharma S.P.A.
Viale dell'Industria 3
20867 Caponago (MB)
Italië
Pfizer Service Company BVBA
10 Hoge Wei
1930 Zaventem
België
Nummers van de vergunning voor het in de handel brengen
Meronem IV 1 g: BE173101
Afleveringswijze
Geneesmiddel op medisch voorschrift.
Dit geneesmiddel is geregistreerd in lidstaten van de EEA onder de volgende namen:
Meronem IV: BE, ES, IE, LU, UK
Meronem: DE, EL, FI, IS, NO, PL, SE
MERONEM: CY, FR, CZ
BEL 19F21
MERREM: IT
Meronem i.v.: NL
Deze bijsluiter is voor het laatst herzien in 08/2019.
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in 08/2019.
Advies/medische scholing
Antibiotica worden gebruikt om infecties te behandelen die door bacteriën worden veroorzaakt. Ze
zijn niet werkzaam tegen infecties die worden veroorzaakt door virussen.
Soms reageert een infectie die door bacteriën wordt veroorzaakt niet op een kuur met een
antibioticum. Een van de meest voorkomende redenen hiervoor is dat de bacteriën die de infectie
veroorzaken resistent (ongevoelig) zijn voor het gebruikte antibioticum. Dit betekent dat zij kunnen
overleven en zich zelfs kunnen vermeerderen ondanks het antibioticum.
Er zijn veel redenen waarom bacteriën resistent tegen antibiotica kunnen worden. Zorgvuldig gebruik
kan helpen om de kans te verminderen dat bacteriën er resistent tegen worden.
Als uw arts u een kuur met een antibioticum voorschrijft is deze alleen bedoeld om de ziekte waaraan
u op dat moment lijdt te behandelen. Het in acht nemen van het volgende advies zal helpen om te
voorkomen dat resistente bacteriën ontstaan waardoor uw antibioticum niet meer werkt.
1. Het is zeer belangrijk dat u het antibioticum in de juiste dosering, op het juiste moment en
gedurende het juiste aantal dagen gebruikt. Lees de gebruiksaanwijzing op de verpakking en vraag
uw arts of apotheker om uitleg als u iets niet begrijpt.
2. Gebruik geen antibioticum tenzij het specifiek voor u is voorgeschreven en gebruik het alleen maar
om de infectie te behandelen waarvoor het is voorgeschreven.
3. Gebruik geen antibiotica die aan andere mensen zijn voorgeschreven, ook al hadden zij een
soortgelijke infectie als u.
4. Geef antibiotica die aan u zijn voorgeschreven niet aan andere mensen.
5. Als u antibioticum over heeft na het volgen van de kuur volgens het voorschrift van de arts, breng
het restant dan naar de apotheek om het op de juiste wijze te laten vernietigen.
De volgende informatie is alleen bestemd voor artsen of andere beroepsbeoefenaren in de
gezondheidszorg:
Instructies voor het thuis toedienen van Meronem aan uzelf of aan iemand anders
Sommige patiënten, ouders en verzorgers hebben geleerd om Meronem thuis toe te dienen.
Waarschuwing U mag dit geneesmiddel alleen thuis toedienen bij uzelf of aan iemand anders
als een arts of verpleegkundige u heeft geleerd om dit te doen.
Hoe moet het geneesmiddel bereid worden
Het geneesmiddel moet met een andere vloeistof worden gemengd (het oplosmiddel). Uw arts
zal u vertellen hoeveel oplosmiddel u moet gebruiken.
Gebruik het geneesmiddel onmiddellijk nadat u het bereid heeft. Niet in de vriezer bewaren.
1.
Was uw handen en droog ze heel goed af. Zorg voor een schoon werkoppervlak.
2.
Haal de Meronem fles (injectieflacon) uit de verpakking. Controleer de injectieflacon en de
vervaldatum. Controleer of de injectieflacon intact is en onbeschadigd.
BEL 19F21
3.
Verwijder de gekleurde kap en reinig de grijze rubberen stop met een alcoholdoekje. Laat de
rubberen dop even drogen.
4.
Plaats een nieuwe steriele naald op een nieuwe steriele spuit, zonder daarbij de uiteinden aan te
raken.
5.
Zuig de benodigde hoeveelheid steriel `Water voor Injecties' in de spuit op. De benodigde
hoeveelheid vloeistof staat in onderstaande tabel weergegeven:
Dosis Meronem
Benodigde hoeveelheid `Water voor Injecties' voor
de verdunning
500 mg (milligram)
10 ml (milliliter)
1 g (gram)
20 ml
1,5 g
30 ml
2 g
40 ml
Let op: Als uw voorgeschreven dosis Meronem meer dan 1 g bedraagt, heeft u meer dan 1
injectieflacon Meronem nodig. U kunt dan de vloeistof in de injectieflacons optrekken in één
spuit.
6.
Duw de naald van de spuit door het midden van de grijze rubberen dop en injecteer de
aanbevolen hoeveelheid `Water voor Injecties' in de injectieflacon(s) Meronem.
7.
Verwijder de naald uit de injectieflacon en schudt de injectieflacon goed gedurende 5 seconden,
of totdat alle poeder is opgelost. Reinig de grijze rubberen dop nogmaals met een nieuw
alcoholdoekje en laat de rubberen dop even drogen.
8.
Met de zuiger van de spuit volledig in de spuit gedrukt, prikt u de naald terug door de grijze
rubberen dop. Houd dan zowel de spuit als de injectieflacon goed vast en keer de injectieflacon
ondersteboven.
9.
Houd het uiteinde van de naald in de vloeistof, trek de zuiger terug en zuig alle vloeistof uit de
injectieflacon in de spuit.
10.
Haal de naald en de spuit uit de injectieflacon en gooi de lege injectieflacon op een veilige
manier weg.
11.
Houd de spuit rechtop, met de naald naar boven gericht. Tik zachtjes tegen de spuit zodat alle
luchtbellen in de vloeistof naar boven in de spuit gaan.
12.
Verwijder alle lucht in de spuit door de zuiger zachtjes verder aan te duwen totdat alle lucht is
verdwenen.
13.
Als u Meronem thuis gebruikt, gooi dan alle naalden en infusielijnen die u heeft gebruikt op een
geschikte manier weg. Als de arts besluit om uw behandeling te beëindigen, gooi dan alle
ongebruikte Meronem op een geschikte manier weg.
Het toedienen van de injectie
U kan dit geneesmiddel toedienen door een korte canule of venflon, of door een poort of centrale
infusielijn.
Het toedienen van Meronem door een korte canule of venflon
1.
Haal de naald van de spuit en gooi deze voorzichtig weg in een daarvoor bestemde container.
2.
Reinig het uiteinde van de korte canule of venflon met een alcoholdoekje en laat het even
drogen. Maak het klepje op uw canule open en sluit de spuit erop aan.
BEL 19F21
3.
Duw dan langzaam op de zuiger van de spuit om het antibioticum gelijkmatig over 5 minuten
toe te dienen.
4.
Als u klaar bent met de toediening van het antibioticum en de spuit is leeg, verwijder dan de
spuit en gebruik een spoeling zoals door uw arts of verpleegkundige is aanbevolen.
5.
Sluit het klepje van uw canule en gooi de spuit zorgvuldig weg in de daarvoor bestemde
container.
Het toedienen van Meronem door een poort of een centrale infusielijn
1.
Verwijder het klepje op de poort of infusielijn, reinig het uiteinde van de infusielijn met een
alcoholdoekje en laat het even drogen.
2.
Sluit de spuit aan en duw de zuiger langzaam in de spuit om het antibioticum gelijkmatig over 5
minuten toe te dienen.
3.
Als u klaar bent met de toediening van het antibioticum, verwijder dan de spuit en gebruik een
spoeling zoals door uw arts of verpleegkundige is aanbevolen.
4.
Plaats een nieuwe, schone klep op uw centrale infusielijn en gooi de spuit zorgvuldig weg in de
daarvoor bestemde container.
BEL 19F21