Plenadren 20 mg
BIJLAGE I
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
Elke tablet met gereguleerde afgifte (MR-tablet) bevat 5 mg hydrocortison.
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
Elke tablet met gereguleerde afgifte (MR-tablet) bevat 20 mg hydrocortison.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Tablet met gereguleerde afgifte.
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
De tabletten zijn rond (diameter 8 mm), bolvormig en roze.
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
De tabletten zijn rond (diameter 8 mm), bolvormig en wit.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Behandeling van bijnierschorsinsufficiëntie (bijnierschorshypofunctie) bij volwassenen.
4.2
Dosering en wijze van toediening
Dosering
Plenadren wordt gegeven als onderhoudstherapie. Orale vervangingsdoses moeten naargelang de
klinische respons van de patiënt worden afgestemd. Een gebruikelijke onderhoudsdosering is 20-
30 mg per dag, eenmaal daags in de ochtend. Bij patiënten die nog enige eigen cortisolproductie
hebben kan een lagere dosis voldoende zijn. De hoogste onderzochte onderhoudsdosis is 40 mg. De
laagst mogelijke onderhoudsdosis moet worden gebruikt. In omstandigheden waarin het lichaam wordt
blootgesteld aan overmatige lichamelijke en/of geestelijke stress kunnen patiënten een aanvullende
vervanging met hydrocortisontabletten met directe afgifte nodig hebben, vooral in de middag/avond.
Zie ook de rubriek ‘Gebruik bij bijkomende ziekte’, waar andere manieren worden beschreven om de
dosis hydrocortison tijdelijk te verhogen.
Van een conventionele orale glucocorticoïdbehandeling overgaan op Plenadren
Wanneer patiënten overgaan van een driemaal daags gegeven conventionele orale
hydrocortisonvervangingstherapie op Plenadren, kan er een identieke totale dagdosis worden gegeven.
Als gevolg van een geringere biologische beschikbaarheid van de dagelijkse dosis Plenadren, vergeleken
met die van conventionele hydrocortisontabletten die drie keer per dag worden gegeven (zie rubriek 5.2),
moet de klinische respons worden gecontroleerd en kan een nadere afstemming van de dosis nodig zijn.
Het laten overgaan van patiënten van hydrocortisontabletten, tweemaal per dag gegeven, cortisonacetaat
of synthetische glucocorticoïden op Plenadren is niet onderzocht, maar in deze gevallen wordt
aanbevolen om over te gaan op een dagelijkse hydrocortisonequivalente dosis Plenadren; een specifieke
dosisaanpassing kan noodzakelijk zijn.
2
Gebruik bij bijkomende ziekte
Wanneer er sprake is van bijkomende ziekte moet men goed letten op symptomen van acute
bijnierschorsinsufficiëntie die zich kan ontwikkelen.
In ernstige omstandigheden moet de dosis onmiddellijk worden verhoogd en moet de orale toediening
van hydrocortison worden vervangen door parenterale, bij voorkeur intraveneuze behandeling.
Intraveneuze toediening van hydrocortison wordt gepast geacht tijdens voorbijgaande ziekteperioden.
Hieronder vallen ernstige infecties, in het bijzonder gastro-enteritis die gepaard gaat met braken en/of
diarree, hoge koorts ongeacht de oorzaak, of zware lichamelijke stress, zoals ernstige ongelukken of
operatieve ingrepen onder volledige narcose (zie rubriek 4.4).
In minder ernstige omstandigheden waarbij intraveneuze toediening van hydrocortison niet nodig is,
bijvoorbeeld milde infecties, koorts ongeacht de oorzaak en stressvolle omstandigheden zoals kleine
chirurgische procedures, moet de normale orale dagelijkse vervangingsdosis tijdelijk worden verhoogd;
de totale dagelijkse dosis dient te worden verhoogd door de onderhoudsdosis twee- of driemaal per dag
toe te dienen met tussenpozen van 8 ± 2 uur (een verhoging van het aantal toedieningen, niet een
verhoging van de ochtenddosis). Dit regime is gedocumenteerd bij meer dan 300 bijkomende
ziekteperioden binnen het klinische onderzoeksprogramma. De behandelende arts kan besluiten
hydrocortisontabletten met directe afgifte te geven in plaats van Plenadren, of dergelijke tabletten aan
de behandeling toe te voegen. Het verhogen van de dosis hydrocortison op één enkel
toedieningsmoment zorgt voor een minder dan evenredige verhoging van de totale plasmablootstelling
van cortisol (zie rubriek 5.2). Zodra de bijkomende ziekteperiode voorbij is, kunnen de patiënten
terugkeren naar de normale onderhoudsdosis.
Bijzondere populaties
Ouderen
In het geval van een leeftijd-gerelateerd laag lichaamsgewicht wordt aanbevolen de klinische respons
te monitoren en kan een bijstelling van de dosis naar een lagere dosis nodig zijn (zie rubriek 5.2).
Nierfunctiestoornis
Bij patiënten met een lichte tot matige nierfunctiestoornis hoeft de dosis niet te worden bijgesteld. Bij
patiënten met een ernstige nierfunctiestoornis wordt aanbevolen de klinische respons in beeld te
houden en kan een bijstelling van de dosis nodig zijn (zie rubriek 5.2).
Leverfunctiestoornis
Bij lichte tot matige leverfunctiestoornis hoeft de dosis niet te worden bijgesteld. In geval van een
ernstige leverfunctiestoornis neemt de functionele levermassa af en zo ook het vermogen om
hydrocortison te metaboliseren. Daarom wordt aanbevolen de klinische respons in beeld te houden en
kan er een bijstelling van de dosis nodig zijn (zie rubriek 5.2).
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van Plenadren bij kinderen/adolescenten onder de 18 jaar zijn nog niet
vastgesteld. Er zijn geen gegevens beschikbaar.
Wijze van toediening
Patiënten moeten de instructie krijgen om na het ontwaken Plenadren met een glas water in te nemen. Dit
dient ten minste 30 minuten voor de inname van voedsel te geschieden, bij voorkeur rechtop en tussen
6.00 en 8.00 uur ’s morgens. De tablet moet in zijn geheel worden doorgeslikt en mag niet in stukken
worden gedeeld, gekauwd of verpulverd. Indien meer dan één toediening per dag is voorgeschreven,
moet de ochtenddosis volgens de instructies worden gegeven, latere doses kunnen met of zonder voedsel
worden ingenomen.
4.3
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
3
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Acute bijnierschorsinsufficiëntie
Acute bijnierschorsinsufficiëntie kan ontstaan bij patiënten die bekend zijn met
bijnierschorsinsufficiëntie bij wie de dagelijkse dosering niet volstaat of die zich in omstandigheden
met een verhoogde behoefte aan cortisol bevinden. Er zijn voorvallen gemeld bij patiënten die met
Plenadren werden behandeld. Bij patiënten met acute bijnierschorsinsufficiëntie kan een bijniercrisis
ontstaan. Daarom dienen patiënten ingelicht te worden over de verschijnselen en symptomen van acute
bijnierschorsinsufficiëntie en bijniercrisis en moeten zij onmiddellijk medische hulp inroepen.
Bij een bijniercrisis moet parenterale, bij voorkeur intraveneuze toediening van hydrocortison in hoge
doses, samen met natriumchlorideoplossing voor infusie (9 mg/ml, 0,9%) worden toegepast volgens
de huidige behandelingsrichtlijnen.
Bijkomende infecties
Bij voorbijgaande ziekten zoals geringe infecties, koorts ongeacht de oorzaak, stressvolle
omstandigheden zoals kleine chirurgische procedures, moet de dagelijkse vervangingsdosis tijdelijk
worden verhoogd (zie rubriek 4.2, ‘Gebruik bij bijkomende ziekte’). De patiënt moet zorgvuldig
worden geïnformeerd hoe hij/zij in deze omstandigheden moet handelen, en moet ook worden
geadviseerd onmiddellijk medische hulp te zoeken als zich een acute verslechtering voordoet; vooral
in het geval van gastro-enteritis, braken en/of diarree die leiden tot zowel vocht- en zoutverlies als tot
ontoereikende absorptie van oraal hydrocortison.
Bij patiënten bij wie de bijnierschorsinsufficiëntie samenvalt met retrovirale infectie, zoals hiv, moet
de dosis zorgvuldig worden aangepast als gevolg van mogelijke interacties met antiretrovirale
geneesmiddelen en een verhoogde hydrocortisondosis als gevolg van de infectie.
Uit wetenschappelijke verslagen is niet gebleken dat hydrocortison immunosuppressieve effecten zou
hebben bij doses die zijn gebruikt voor vervangingstherapie bij patiënten met
bijnierschorsinsufficiëntie. Daarom is er geen reden om aan te nemen dat vervangingsdoses van
hydrocortison een systemische infectie of de gevolgen van zo’n infectie zullen verergeren. Evenmin is
er reden aan te nemen dat de hydrocortisondoses die worden gebruikt voor vervangingstherapie de
respons op vaccins verminderen en het risico op gegeneraliseerde infectie met levende vaccins
verhogen.
Maaglediging en motiliteitsstoornissen
Tabletten met gereguleerde afgifte (MR-tabletten) worden niet aanbevolen bij patiënten met een
verhoogde maag-darmmotiliteit, i.e. chronische diarree, vanwege het risico op een verminderde
cortisolblootstelling. Er zijn geen gegevens van patiënten met een bevestigde langzame maaglediging
of een verminderde-motiliteitziekte/stoornis. Bij patiënten met deze aandoeningen moet de klinische
respons worden gevolgd.
Het gebruiken van hogere doses hydrocortison dan normaal
Hoge (suprafysiologische) doses hydrocortison kunnen een verhoging van de bloeddruk, zout- en
waterretentie en een verhoogde uitscheiding van kalium veroorzaken. Behandeling voor lange tijd met
hogere dan fysiologische doses hydrocortison kan leiden tot klinische kenmerken die lijken op die van
het syndroom van Cushing: toegenomen adipositas, obesitas in de buik, hypertensie en diabetes. Zo’n
behandeling voor lange tijd kan leiden tot een verhoogd risico op cardiovasculaire morbiditeit en
mortaliteit.
Ouderdom en een lage BMI zijn bekende risicofactoren voor veel voorkomende bijwerkingen van
farmacologische doses glucocorticoïden, zoals osteoporose, dun worden van de huid, diabetes
mellitus, hypertensie en een verhoogde gevoeligheid voor infecties.
Alle glucocorticoïden verhogen de calciumuitscheiding en verlagen de snelheid van botremodellering.
Er is gevonden dat patiënten met bijnierschorsinsufficiëntie die voor lange tijd een
vervangingstherapie met glucocorticoïden kregen, een verminderde botmineraaldichtheid hadden.
4
Langdurig gebruik van hoge doses glucocorticoïden kan posterieure subcapsulaire cataracten en
glaucoom met mogelijke beschadiging van de oogzenuwen veroorzaken. Zulke effecten zijn niet
gerapporteerd bij patiënten die vervangingstherapie met glucocorticoïden kregen in doses die worden
voorgeschreven bij bijnierschorsinsufficiëntie.
Psychische bijwerkingen kunnen voorkomen bij gebruik van systemische glucocorticoïden. Dit kan
optreden aan het begin van de behandeling en tijdens periodes van dosisaanpassing. De risico’s
kunnen groter zijn wanneer hoge doses worden gegeven. De meeste bijwerkingen verdwijnen vanzelf
na verlaging van de dosis, hoewel specifieke behandeling nodig kan zijn.
Schildklierfunctie
Patiënten met bijnierschorsinsufficiëntie moeten in beeld worden gehouden ten aanzien van een
mogelijke verstoring van de schildklierfunctie, omdat zowel hypo- als hyperthyreoïdie de blootstelling
aan toegediend hydrocortison merkbaar kan beïnvloeden.
De behandeling van primaire bijnierschorsinsufficiëntie rechtvaardigt vaak de toevoeging van een
mineralocorticoïde.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
De hierna vermelde interacties van hydrocortison zijn gerapporteerd na therapeutische doses
glucocorticoïden.
Krachtige CYP 3A4-induceerders zoals fenytoïne, rifabutine, carbamazepine, barbituraten,
rifampicine, sint-janskruid, en minder krachtige induceerders zoals de antiretrovirale geneesmiddelen
efavirenz en nevirapine kunnen de metabolische klaring van cortisol versterken, de terminale
halfwaardetijd verlagen en zo de in de bloedcirculatie aanwezige cortisolniveaus verlagen en de
cortisolfluctuaties versterken (als gevolg van de kortere terminale halfwaardetijd). Hierdoor kan het
nodig zijn de hydrocortisondosis bij te stellen.
Krachtige CYP 3A4-remmers zoals ketoconazol, itraconazol, posaconazol, voriconazol, erytromycine,
telitromycine, claritromycine, ritonavir en grapefruitsap kunnen het metabolisme van hydrocortison
remmen, en op die manier de bloedspiegels verhogen. Bij een langdurige profylactische behandeling
met een van de antibiotica moet een bijstelling van de hydrocortisondosis worden overwogen.
Het effect van corticosteroïden kan gedurende 3-4 dagen verminderd zijn na behandeling met
mifepriston.
Bij patiënten die geneesmiddelen krijgen die de maaglediging en -motiliteit beïnvloeden, moet de
klinische respons in beeld worden gehouden, zie rubriek 4.4.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Plenadren kan tijdens de zwangerschap worden gebruikt. Er zijn geen aanwijzingen dat
vervangingstherapie met hydrocortison bij zwangere vrouwen met bijnierschorsinsufficiëntie
geassocieerd is met nadelige gevolgen voor de moeder en/of de foetus. Een onbehandelde
bijnierschorsinsufficiëntie tijdens de zwangerschap is geassocieerd met een slecht resultaat voor zowel
de moeder als de foetus. Het is daarom belangrijk om de behandeling tijdens de zwangerschap voort te
zetten.
Onderzoeken naar de voortplanting bij dieren hebben aangetoond dat glucocorticoïden foetale
afwijkingen en reproductietoxiciteit kunnen veroorzaken, zie rubriek 5.3.
5
De dosis hydrocortison moet tijdens de zwangerschap zorgvuldig worden gecontroleerd bij vrouwen
met bijnierschorsinsufficiëntie. Het is raadzaam de dosis in overeenstemming te brengen met de
individuele klinische respons.
Borstvoeding
Hydrocortison wordt uitgescheiden in de moedermelk. Plenadren kan tijdens borstvoeding worden
gebruikt. De doses hydrocortison die worden gebruikt voor vervangingstherapie hebben waarschijnlijk
geen klinisch significante invloed op het kind. Zuigelingen van moeders die hoge doses systemische
glucocorticoïden gedurende langere perioden innemen, lopen het risico op een onderdrukking van de
bijnierschorsfunctie.
Vruchtbaarheid
Er is aangetoond dat patiënten met bijnierschorsinsufficiëntie minder zwangerschappen hebben. Dit is
hoogstwaarschijnlijk het gevolg van de onderliggende ziekte, maar er zijn geen aanwijzingen dat
hydrocortison in vervangingstherapiedoses van invloed is op de vruchtbaarheid.
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Plenadren heeft geringe invloed op de rijvaardigheid en op het vermogen om machines te bedienen.
Vermoeidheid en perioden van kortdurende draaiduizeligheid zijn gerapporteerd.
Onbehandelde en slecht behandelde bijnierschorsinsufficiëntie kan de rijvaardigheid en het vermogen
om machines te bedienen beïnvloeden.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
Hydrocortison wordt gegeven als een vervangingstherapie met als doel de normale cortisolniveaus te
herstellen. Het profiel van bijwerkingen bij de behandeling van bijnierschorsinsufficiëntie is daarom
niet vergelijkbaar met dat bij andere aandoeningen waarbij veel hogere doses orale of parenterale
glucocorticoïden nodig zijn.
Uit een onderzoek van 12 weken bleek dat de frequentie en het type bijwerkingen van Plenadren dat
eenmaal per dag als MR-tablet werd gegeven, en van driemaal daags hydrocortisontabletten in het
algemeen vergelijkbaar waren. Bij ongeveer één op de vijf patiënten was er een aanvankelijke toename
in de frequentie van bijwerkingen; dit werd waargenomen tot acht weken na de overgang van
conventionele hydrocortisontabletten, drie keer per dag, op MR-tabletten die éénmaal per dag werden
gegeven. Deze bijwerkingen (buikpijn, diarree, misselijkheid en vermoeidheid) zijn echter licht of
matig, van voorbijgaande aard, van korte duur, maar het kan noodzakelijk zijn de dosis bij te stellen of
bijkomende geneesmiddelen te gebruiken, zie rubriek 4.2. Vermoeidheid is gerapporteerd als zeer
vaak voorkomend.
Tabel met bijwerkingen
Een totaal van 80 patiënten (173 patiëntjaren aan gegevens) is in klinische onderzoeken behandeld met
gereguleerde afgifte van hydrocortison. Bijwerkingen uit deze onderzoeken en postmarketingervaring
worden hieronder genoemd. De gegevens worden als volgt per systeem/orgaanklasse en frequentie
weergegeven:
Zeer vaak ( 1/10); vaak ( 1/100, < 1/10).
6
MedDRA systeem/orgaanklasse
Zenuwstelselaandoeningen
Maagdarmstelselaandoeningen
Huid- en
onderhuidaandoeningen
Skeletspierstelsel- en
bindweefselaandoeningen
Algemene aandoeningen en
toedieningsplaatsstoornissen
Frequentie van bijwerkingen
Zeer vaak
Vaak
Vertigo
Hoofdpijn
Diarree
Bovenbuikpijn
Nausea
Pruritus
Rash
Artralgie
Vermoeidheid
Bovendien zijn de volgende bijwerkingen gerapporteerd voor andere hydrocortisonmiddelen die in
hogere doses worden gegeven voor andere indicaties dan als vervangingstherapie voor
bijnierschorsinsufficiëntie (frequenties niet bekend).
Immuunsysteemaandoeningen
Activering van een infectie (tuberculose, schimmel- en virale infecties waaronder herpes).
Endocriene aandoeningen
Inductie van glucose-intolerantie of diabetes mellitus.
Voedings- en stofwisselingsstoornissen
Natrium- en waterretentie en neiging tot oedeem, hypertensie, hypokaliëmie.
Psychische stoornissen
Euforie en psychose, slapeloosheid.
Oogaandoeningen
Verhoogde intraoculaire druk en cataract.
Maagdarmstelselaandoeningen
Dyspepsie en verergering van een reeds bestaande maagzweer.
Huid- en onderhuidaandoeningen
Cushing-achtige symptomen, huidstriemen, echymosen, acne en hirsutisme, verstoorde wondgenezing.
Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen
Osteoporose met spontane botbreuken.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
Verslagen met betrekking tot acute toxiciteit en/of sterfgevallen na hydrocortisonoverdosering zijn
zeldzaam. Er is geen tegengif beschikbaar. De verschijnselen kunnen variëren van opwinding tot manie
of psychose. Symptomen zijn onder meer een hoge bloeddruk, verhoogde glucosespiegels in het
plasma en hypokaliëmie. Behandeling wordt waarschijnlijk niet geïndiceerd voor reacties als gevolg van
chronische vergiftiging, tenzij de patiënt een aandoening heeft die hem/haar ongewoon gevoelig maakt
voor nadelige effecten van hydrocortison. In dat geval moet symptomatische behandeling naar behoefte
worden begonnen.
7
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Corticosteroïden voor systemisch gebruik, glucocorticoïden.
ATC-code: H02AB09.
Farmacodynamische werking
Hydrocortison is een glucocorticoïde en de synthetische vorm van endogeen geproduceerd cortisol.
Glucocorticoïden zijn belangrijke steroïden voor het intermediaire metabolisme, de immuunfunctie,
het skeletspierstelsel en bindweefsel, en de hersenen. Cortisol is de belangrijkste glucocorticoïde die
door de bijnierschors wordt afgescheiden.
Van nature voorkomende glucocorticoïden (hydrocortison en cortisol), die ook zoutretentie-
eigenschappen hebben, worden gebruikt als vervangingstherapie bij bijnierschorsinsufficiëntie. Ze
worden ook gebruikt wegens hun krachtige ontstekingsremmende effecten bij aandoeningen van vele
orgaansystemen. Glucocorticoïden veroorzaken krachtige en gevarieerde metabolische effecten.
Bovendien veranderen ze de immuunreacties van het lichaam op uiteenlopende prikkels.
Klinische werkzaamheid
Het cruciale onderzoek was een gerandomiseerd, 12 weken durend crossover-multicenteronderzoek in
twee perioden bij 64 patiënten met primaire bijnierschorsinsufficiëntie. Elf van hen hadden
bijkomende diabetes mellitus en elf hadden hypertensie. In het onderzoek werden tabletten met
gereguleerde afgifte die eenmaal per dag werden gegeven, vergeleken met conventionele tabletten die
drie keer per dag werden gegeven in dezelfde dagelijkse dosis hydrocortison (20 tot 40 mg).
Vergeleken met conventionele tabletten driemaal daags, resulteerden de MR-tabletten eenmaal daags
in een verhoogde cortisolblootstelling tijdens de eerste vier uur na de inname in de ochtend, maar in
een verminderde blootstelling in de late middag/avond en over de hele periode van 24 uur (Figuur 1).
Figuur 1. Waargenomen gemiddelde serumcortisolconcentratie versus kloktijd na enkelvoudige en
meervoudige toediening bij patiënten met primaire bijnierschorsinsufficiëntie (n=62) na orale
toediening van eenmaal daags gegeven Plenadren en driemaal daags gegeven hydrocortison.
8
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Absorptie
Na orale toediening wordt hydrocortison snel en goed opgenomen uit het maagdarmkanaal.
Gerapporteerd is dat de absorptie meer dan 95% bedraagt voor een orale dosis van 20 mg (tabletten).
Hydrocortison is een werkzame stof uit klasse II volgens het biofarmaceutische classificatiesysteem
(BCS). Het heeft een hoge doorlaatbaarheid voor de darm en een lage snelheid van oplossen, vooral
bij hogere doses. De tablet met gereguleerde afgifte heeft een coating aan de buitenkant die zorgt voor
een directe afgifte van het geneesmiddel en een kern voor verlengde afgifte. Het gedeelte voor directe
afgifte verschaft een snel begin van de absorptie en het gedeelte voor de verlengde afgifte verschaft
een uitgestrekter plasmaprofiel van cortisol. De biologische beschikbaarheid (AUC
0-24h
) is 20% lager
met de tablet met gereguleerde afgifte in vergelijking met dezelfde dagelijkse dosis hydrocortison die
drie keer per dag als conventionele tablet wordt ingenomen. Wanneer de orale dosis wordt verhoogd,
neemt de totale plasmablootstelling van cortisol minder dan evenredig toe. De blootstelling nam
drievoudig toe wanneer de dosis hydrocortison als tablet met gereguleerde afgifte toenam van 5 mg tot
20 mg.
De absorptiesnelheid van hydrocortison werd verminderd na voedselopname, wat leidde tot een
vertraging in het bereiken van de maximale concentratie in plasma, veranderend van gemiddeld
minder dan 1 uur tot meer dan 2,5 uur. Aan de andere kant was de mate van absorptie en de
biologische beschikbaarheid bij benadering 30% hoger voor de tablet van 20 mg na voedselopname,
vergeleken bij nuchtere maag, en er was geen gebrek in de absorptie of dumping van de dosis.
Distributie
In plasma is cortisol gebonden aan corticosteroïd-bindend globuline (CBG, ook transcortine genoemd)
en albumine. De binding bedraagt ongeveer 90%.
Eliminatie
Er is gerapporteerd dat de terminale halfwaardetijd ongeveer 1,5 uur is na intraveneuze en orale
toediening van hydrocortisontabletten. De terminale halfwaardetijd van cortisol na toediening van
Plenadren was ongeveer 3 uur en de afgifte van het preparaat was gereguleerd. Deze terminale
halfwaardetijd is vergelijkbaar met de farmacokinetiek van endogeen cortisol dat ook wordt
gereguleerd door afscheiding.
Hydrocortison (cortisol) is een lipofiel middel dat volledig wordt geëlimineerd via het metabolisme.
Daarbij is de klaring laag en zijn dienovereenkomstig de extractieverhoudingen voor de darm en de
lever laag.
Hydrocortison wordt volledig geëlimineerd via metabolisme met behulp van 11ßHSD type 1- en type
2-enzymen en CYP 3A4 in de lever en in perifeer weefsel. CYP 3A4 is betrokken bij de klaring van
cortisol door middel van de vorming van 6β-hydroxycortisol, dat wordt uitgescheiden in de urine.
Aangenomen wordt dat het transport van cortisol over membranen voornamelijk geschiedt door
passieve diffusie, en daarom zijn de klaring door de nieren en via de gal te verwaarlozen.
Bijzondere populaties
Nierfunctiestoornis
Een kleine hoeveelheid cortisol wordt onveranderd in de urine uitgescheiden (<0,5% van de dagelijkse
productie). Dat betekent dat cortisol volledig wordt geëlimineerd door metabolisme. Aangezien een
ernstige nierfunctiestoornis invloed kan hebben op geneesmiddelen die volledig via metabolisme
worden geëlimineerd, kan een bijstelling van de dosis noodzakelijk zijn.
Leverfunctiestoornis
Er is geen onderzoek uitgevoerd bij patiënten met een leverfunctiestoornis. Gegevens in de literatuur
voor hydrocortison wijzen er echter op dat geen bijstelling van de dosis nodig is bij lichte tot matige
leverfunctiestoornis. In het geval van een ernstige leverfunctiestoornis neemt de functionele
levermassa af en zo ook het vermogen om hydrocortison te metaboliseren. Hierdoor kan aanpassing
van de dosis noodzakelijk zijn.
9
Pediatrische patiënten
Er zijn geen farmacokinetische gegevens beschikbaar voor kinderen of adolescenten.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Dierexperimenten hebben aangetoond dat prenatale blootstelling aan zeer hoge doses glucocorticoïden
misvormingen (gespleten verhemelte, skeletmisvormingen) kan induceren. Dieronderzoeken hebben
ook aangetoond dat prenatale blootstelling aan hoge doses glucocorticoïden (maar lager dan teratogene
doses) geassocieerd kan zijn met een verhoogd risico op intra-uteriene groeivertraging,
cardiovasculaire ziekte op volwassen leeftijd en permanente veranderingen in de dichtheid van
glucocorticoïdreceptoren, de omzetsnelheid van neurotransmitters en het gedrag.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Tabletkern
Hypromellose
Microkristallijne cellulose
Voorgegelatineerd zetmeel (maïs)
Colloïdaal, watervrij siliciumdioxide
Magnesiumstearaat
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
Tabletcoating
Macrogol (3350)
Polyvinylalcohol
Talk
Titaandioxide (E171)
IJzeroxiderood (E172)
IJzeroxidegeel (E 172)
IJzeroxidezwart (E172)
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
Tabletcoating
Macrogol (3350)
Polyvinylalcohol
Talk
Titaandioxide (E171)
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing
6.3
3 jaar
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Houdbaarheid
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
HDPE-flessen met PP-schroefdeksel die 50 tabletten met gereguleerde afgifte bevatten.
10
Doos die 1 fles met 50 tabletten met gereguleerde afgifte bevat.
Doos die 2 flessen met 50 tabletten met gereguleerde afgifte bevat (100 tabletten).
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
Block 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
EU/1/11/715/001
EU/1/11/715/003
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
EU/1/11/715/002
EU/1/11/715/006
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 3 november 2011
Datum van laatste verlenging: 8 augustus 2016
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau
http://www.ema.europa.eu.
11
BIJLAGE II
A.
B.
C.
FABRIKANTEN VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN
LEVERING EN GEBRUIK
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE
HOUDER VAN DE HANDELSVERGUNNING MOETEN
WORDEN NAGEKOMEN
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING
TOT EEN VEILIG EN DOELTREFFEND GEBRUIK VAN
HET GENEESMIDDEL
D.
12
A.
FABRIKANTEN VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikanten verantwoordelijk voor vrijgifte
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
Block 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
Shire Pharmaceuticals Ireland Limited
Block 2 & 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
In de gedrukte bijsluiter van het geneesmiddel moeten de naam en het adres van de fabrikant die
verantwoordelijk is voor vrijgifte van de desbetreffende batch zijn opgenomen.
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK
Aan medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel.
C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hieropvolgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.
D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de verplichte onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in module
1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen RMP-
aanpassingen.
Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
-
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
-
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico's of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico's tot een minimum) is bereikt.
13
BIJLAGE III
ETIKETTERING EN BIJSLUITER
14
A. ETIKETTERING
15
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
hydrocortison
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet met gereguleerde afgifte bevat 5 mg hydrocortison.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Tablet met gereguleerde afgifte
50 tabletten met gereguleerde afgifte.
100 tabletten met gereguleerde afgifte (2 x 50).
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Slik de tabletten in hun geheel in. De tabletten niet in stukken delen, verpulveren of kauwen.
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
9.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
16
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
Block 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/11/715/001 50 tabletten met gereguleerde afgifte
EU/1/11/715/003 100 (2 x 50) tabletten met gereguleerde afgifte
13.
PARTIJNUMMER
Charge
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
Geneesmiddel op medisch voorschrift.
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Plenadren 5 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC:
SN:
NN:
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
17
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKING MOETEN
WORDEN VERMELD
FLES
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
hydrocortison
Oraal gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
3.
EXP
4.
PARTIJNUMMER
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
Charge
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
50 tabletten met gereguleerde afgifte
6.
OVERIGE
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
18
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
DOOS
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
hydrocortison
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet met gereguleerde afgifte bevat 20 mg hydrocortison.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Tablet met gereguleerde afgifte
50 tabletten met gereguleerde afgifte
100 tabletten met gereguleerde afgifte (2 x 50)
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Slik de tabletten in hun geheel in. De tabletten niet in stukken delen, verpulveren of kauwen.
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
EXP
9.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
19
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
Block 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/11/715/002 50 tabletten met gereguleerde afgifte
EU/1/11/715/006 100 (2 x 50) tabletten met gereguleerde afgifte
13.
PARTIJNUMMER
Charge
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
Geneesmiddel op medisch voorschrift.
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Plenadren 20 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC:
SN:
NN:
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
20
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKING MOETEN
WORDEN VERMELD
FLES
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
hydrocortison
Oraal gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
3.
EXP
4.
PARTIJNUMMER
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
Charge
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
50 tabletten met gereguleerde afgifte
6.
OVERIGE
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
21
B. BIJSLUITER
22
Bijsluiter: informatie voor de patiënt
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
Hydrocortison
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
-
-
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
1.
Wat is Plenadren en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe neemt u dit middel in?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Wat is Plenadren en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Plenadren bevat de stof hydrocortison (soms cortisol genoemd). Hydrocortison is een glucocorticoïd.
Het behoort tot een groep geneesmiddelen die corticosteroïden worden genoemd. Glucocorticoïden
komen van nature in het lichaam voor, en helpen om uw algemene gezondheid en welzijn in stand te
houden.
Plenadren wordt bij volwassenen gebruikt om een aandoening te behandelen die bekendstaat als
bijnierschorsinsufficiëntie, of cortisoldeficiëntie. Bijnierschorsinsufficiëntie doet zich voor wanneer
uw bijnieren (die net boven de nieren liggen) niet voldoende van het hormoon cortisol produceren.
Patiënten die gedurende lange tijd (chronisch) lijden aan bijnierschorsinsufficiëntie hebben een
vervangingstherapie nodig om te kunnen overleven.
Plenadren vervangt het natuurlijke cortisol dat ontbreekt bij bijnierschorsinsufficiëntie. Het
geneesmiddel levert gedurende de hele dag hydrocortison aan uw lichaam. Het cortisolniveau in uw
bloed neemt snel toe tot een maximumniveau, ongeveer 1 uur nadat u de tablet in de ochtend heeft
ingenomen, en neemt vervolgens in de loop van de dag geleidelijk aan af. Laat in de avond en ’s
nachts, wanneer de niveaus laag horen te zijn, is er geen of bijna geen cortisol meer in het bloed
aanwezig.
2.
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
-
U bent allergisch
voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
23
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel inneemt.
-
Wanneer u een aandoening heeft waardoor u dit geneesmiddel niet kunt innemen of wanneer het
geneesmiddel niet goed uit uw maag wordt opgenomen. Dit kan gebeuren wanneer u
maagproblemen heeft met braken en/of diarree. In deze omstandigheden moet u onmiddellijk
medische hulp zoeken zodat u behandeld kunt worden met injecties van hydrocortison en extra
vocht;
-
als u korte tijd of tijdelijk ziek bent zoals een infectie, koorts, of wanneer u in omstandigheden
verkeert die zeer veel lichamelijke stress veroorzaken, zoals een chirurgische ingreep: uw dosis
hydrocortison moet tijdelijk worden verhoogd. Raadpleeg meteen uw arts over hoe u in deze
omstandigheden moet handelen. Als u een chirurgische ingreep moet ondergaan, laat dan voor
de ingreep uw arts/tandarts weten dat u dit geneesmiddel gebruikt;
als uw algemene gezondheid om een andere reden achteruitgaat, ondanks dat u uw
geneesmiddel volgens voorschrift gebruikt, zoek dan onmiddellijk medische hulp;
als uw schildklier niet normaal werkt. Neem contact op met uw arts omdat uw dosis Plenadren
misschien bijgesteld moet worden.
-
-
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Plenadren wordt niet aanbevolen voor gebruik bij kinderen en jongeren onder de 18 jaar aangezien het
bij deze patiënten niet is onderzocht.
Neemt u nog andere geneesmiddelen in?
Neemt u naast Plenadren nog andere geneesmiddelen in, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat innemen? Vertel dat dan uw arts
of apotheker. Wanneer u voor lange tijd wordt behandeld met geneesmiddelen tegen infecties
(antibiotica), moet de dosis Plenadren misschien worden bijgesteld door uw arts. Als u Plenadren
gebruikt met mifepriston, een behandeling die wordt gebruikt om een zwangerschap te beëindigen,
kan het effect van Plenadren worden verminderd.
U moet ook contact opnemen met uw arts of apotheker als u een van de volgende geneesmiddelen
gebruikt, omdat de dosis Plenadren misschien moet worden veranderd:
Fenytoïne, carbamazepine en barbituraten – gebruikt voor de behandeling van epilepsie.
Rifampicine of rifabutine – gebruikt voor de behandeling van tuberculose.
Ritonavir, efavirenz en nevirapine – gebruikt voor de behandeling van hiv-infectie.
Sint-janskruid – gebruikt voor de behandeling van depressie en andere aandoeningen.
Ketoconazol, itraconazol, posaconazol en voriconazol – gebruikt voor de behandeling van
schimmelinfecties.
Erytromycine, telitromycine en claritromycine – gebruikt voor de behandeling van bacteriële
infecties.
Waarop moet u letten met eten en drinken?
Neem dit geneesmiddel niet in met grapefruitsap omdat het sap onverenigbaar is met de werking van dit
geneesmiddel.
Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan
contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Het is belangrijk dat u de behandeling met Plenadren tijdens de zwangerschap voortzet. Het is niet
waarschijnlijk dat behandeling bij zwangere vrouwen met bijnierschorsinsufficiëntie nadelige
24
uitwerkingen op de moeder en/of de baby zal hebben. U moet contact opnemen met uw arts als u
zwanger wordt, omdat de dosis Plenadren misschien moet worden bijgesteld.
U kunt tijdens de Plenadren-behandeling borstvoeding blijven geven. Hydrocortison wordt
uitgescheiden in de moedermelk. Het is niet waarschijnlijk dat de doses hydrocortison die worden
gebruikt voor vervangingstherapie enig effect op het kind zullen hebben. Praat echter met uw arts als u
van plan bent om uw baby borstvoeding te geven.
Bij vrouwen met bijnierschorsinsufficiëntie of cortisoldeficiëntie kan de vruchtbaarheid verminderd
zijn. Er zijn geen aanwijzingen dat dit middel een effect op de vruchtbaarheid heeft bij doseringen die
voor vervangingstherapie worden gebruikt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Dit middel kan een kleine invloed hebben op uw rijvaardigheid en het vermogen om machines te
bedienen. Er is melding gemaakt van extreme moeheid en perioden van kortdurende draaiduizeligheid.
Slecht behandelde of onbehandelde bijnierschorsinsufficiëntie vermindert uw vermogen zich te
concentreren en zal invloed hebben op uw rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen.
Het is daarom belangrijk om dit geneesmiddel volgens de instructies van uw arts te gebruiken wanneer
u een auto bestuurt of machines gebruikt. Als u dergelijke klachten heeft, bestuur dan geen auto of
ander voertuig en gebruik geen machines totdat u de kwestie met uw arts heeft besproken.
3.
Hoe neemt u dit middel in?
Neem dit geneesmiddel altijd in precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over
het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. De dosis is op u afgestemd en
wordt beslist door uw arts.
Wanneer u in de ochtend wakker wordt, neem dan de Plenadren-tabletten in hun geheel met een
glas water in. Dit moet u minstens 30 minuten vóór het ontbijt doen, bij voorkeur tussen 6.00 en
8.00 uur ’s ochtends.
Blijf daarbij bij voorkeur rechtop.
De tabletten mogen niet in stukken worden gedeeld, verpulverd of gekauwd. Deze tabletten
leveren gedurende de hele dag hydrocortison aan uw lichaam. Als ze worden gedeeld,
verpulverd of gekauwd kan dit er voor zorgen dat de hydrocortisondosis in de tablet niet de hele
dag beslaat, wat wel de bedoeling is.
Wanneer zijn aanvullende doses Plenadren nodig?
Bij tijdelijke of kortdurende ziekten, zoals infectie, koorts, of bij lichamelijke stress zoals een
chirurgische ingreep zult u meer hydrocortison nodig hebben omdat het lichaam niet de extra
hoeveelheid cortisol kan produceren die in deze omstandigheden nodig is. De dosis moet daarom
tijdelijk worden verhoogd en uw arts kan u adviseren om andere hydrocortisontabletten te gebruiken in
plaats van, of naast Plenadren. Bespreek dit met uw arts en volg de instructies op over hoe u moet
handelen in deze omstandigheden.
De dagelijkse dosis Plenadren moet misschien worden verdubbeld of verdrievoudigd bij mildere
aandoeningen zoals een lichte infectie of stress. U moet de tweede dosis van dit middel dan 6 tot 10 uur
na de ochtenddosis innemen. Als het niet voldoende is om de dagelijkse dosis te verdubbelen, moet u 6
tot 10 uur na de tweede dosis een derde dosis innemen (tussenpozen van 6-10 uur tussen doses).
Wanneer u genezen bent, keer dan terug naar uw normale onderhoudsdosis van dit middel.
De volgende verschijnselen en symptomen kunnen erop wijzen dat u aanvullende doses Plenadren of
andere vormen van hydrocortison nodig heeft: vermoeidheid, gewichtsverlies, ongemak in de buik,
licht gevoel in het hoofd wanneer u opstaat uit zittende positie of duizeligheid wanneer u rechtop staat,
25
donkere verkleuring van uw huid, vooral huidplooien en blootgestelde huid. Raadpleeg meteen uw arts
voor advies als u een of meer van deze verschijnselen opmerkt.
Roep
echter
onmiddellijk medische hulp in
als u een of meer van de volgende verschijnselen
opmerkt: ernstige zwakte, flauwvallen, buikpijn, misselijkheid, braken, rugpijn, verwardheid,
verminderd bewustzijn, delirium (zeer verwarde toestand).
Heeft u te veel van dit middel ingenomen?
Wanneer u gedurende meer dan een paar dagen een te hoge dosis van dit middel heeft gebruikt, kan
dat schadelijk zijn voor uw gezondheid. Uw bloeddruk kan hoger worden, uw gewicht kan toenemen
en uw bloedsuikergehalte kan te hoog worden. Een verhoogde dosis is af en toe nodig om het lichaam
verhoogde stress zoals koorts te kunnen laten bestrijden. Als extra doses vaak en regelmatig nodig
zijn, dient u contact op te nemen met uw arts om uw onderhoudsdosis opnieuw te berekenen.
Bent u vergeten dit middel in te nemen?
Als u vergeten bent uw tablet in de ochtend in te nemen, neem deze dan zo snel mogelijk in. Neem
geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen. Als u verschijnselen of symptomen ondervindt
die in de rubriek “Wanneer zijn aanvullende doses Plenadren nodig?” worden vermeld, neem dan
onmiddellijk contact op met uw arts.
Als u stopt met het innemen van dit middel
Stoppen met het innemen van Plenadren kan levensbedreigend zijn. Het is daarom belangrijk om dit
middel te blijven innemen zoals uw arts dat heeft voorgeschreven. Stop niet met het innemen ervan
zonder uw arts te raadplegen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts of
apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee
te maken.
Als u uw behandeling wijzigt waarbij u overgaat van andere hydrocortisontabletten op Plenadren, dan
kunt u gedurende de eerste weken last krijgen van bijwerkingen: maagpijn, een misselijk gevoel en
moeheid. Ze zullen normaal gesproken in de loop van de tijd verdwijnen; als dat niet het geval is,
neem dan contact op met uw arts.
Bijwerkingen van dit middel:
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
duizeligheid
hoofdpijn
diarree
moeheid
Vaak (kan 1 tot 10 personen treffen):
maagpijn/maagzuur, misselijkheid
pijn in de gewrichten
huiduitslag
jeuk
26
Er zijn nog meer bijwerkingen gerapporteerd voor andere hydrocortisongeneesmiddelen. Deze
geneesmiddelen worden ook gegeven voor andere indicaties dan vervangingstherapie voor
bijnierschorsinsufficiëntie, vaak in hogere doses. De frequenties van deze mogelijke bijwerkingen zijn
niet bekend (aan de hand van de beschikbare gegevens kan de frequentie niet worden bepaald). Praat
met uw arts als u last heeft van een van deze bijwerkingen:
grotere gevoeligheid voor infectie;
diabetes of problemen met bloedsuikerniveaus (aangetoond bij bloedonderzoek);
zout- en waterretentie wat leidt tot zwelling en een verhoogde bloeddruk (aangetoond bij
medisch onderzoek) en een laag kaliumniveau in het bloed;
stemmingswisselingen zoals gevoelens van te grote opgewondenheid of het contact met de
werkelijkheid te verliezen;
moeite met slapen;
verhoogde druk in het oog (glaucoom), vertroebeling van de ooglens (cataract);
maagzuur, verergering van een bestaande maagzweer;
verzwakking van de botten – dit kan botbreuken veroorzaken;
huidstriemen, blauwe plekken, acne-achtige uitslag, overmatige groei van gezichtshaar,
langzame wondgenezing.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op het etiket
van de fles en op de doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is
de uiterste houdbaarheidsdatum.
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
De werkzame stof in dit middel is hydrocortison.
Plenadren 5 mg: elke tablet met gereguleerde afgifte bevat 5 mg hydrocortison.
Plenadren 20 mg: elke tablet met gereguleerde afgifte bevat 20 mg hydrocortison.
De andere stoffen in dit middel zijn: hypromellose (E464), microkristallijne cellulose (E460),
voorgegelatineerd zetmeel (maïs), colloïdaal watervrij siliciumdioxide (E551) en magnesiumstearaat.
Het coatingsysteem bestaat uit een mengsel van macrogol (3350), polyvinylalcohol, talk (E553b) en
titaanoxide (E171). De tabletten van 5 mg bevatten ook ijzeroxiderood (E172), ijzeroxidegeel (E172)
en ijzeroxidezwart (E172).
27
Hoe ziet Plenadren eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
De tabletten met gereguleerde afgifte zijn rond (diameter 8 mm) en bolvormig.
De tabletten van 5 mg zijn roze. De tabletten van 20 mg zijn wit.
Plenadren wordt geleverd in flessen met een schroefdeksel die 50 tabletten bevatten.
Verpakkingsgrootten:
Doos die één fles van 50 tabletten met gereguleerde afgifte bevat.
Doos die 2 flessen van 50 tabletten met gereguleerde afgifte (100 tabletten) bevat.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in uw land in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
Block 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
Tel: +800 66838470
E-mail: medinfoEMEA@takeda.com
Fabrikant
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
Block 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
Shire Pharmaceuticals Ireland Limited
Block 2 & 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in .
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau:
http://www.ema.europa.eu.
Hier vindt u ook verwijzingen naar andere
websites over zeldzame ziektes en hun behandelingen.
28
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
Elke tablet met gereguleerde afgifte (MR-tablet) bevat 5 mg hydrocortison.
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
Elke tablet met gereguleerde afgifte (MR-tablet) bevat 20 mg hydrocortison.
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Tablet met gereguleerde afgifte.
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
De tabletten zijn rond (diameter 8 mm), bolvormig en roze.
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
De tabletten zijn rond (diameter 8 mm), bolvormig en wit.
4.
KLINISCHE GEGEVENS
4.1
Therapeutische indicaties
Behandeling van bijnierschorsinsufficiëntie (bijnierschorshypofunctie) bij volwassenen.
4.2
Dosering en wijze van toediening
Dosering
Plenadren wordt gegeven als onderhoudstherapie. Orale vervangingsdoses moeten naargelang de
klinische respons van de patiënt worden afgestemd. Een gebruikelijke onderhoudsdosering is 20-
30 mg per dag, eenmaal daags in de ochtend. Bij patiënten die nog enige eigen cortisolproductie
hebben kan een lagere dosis voldoende zijn. De hoogste onderzochte onderhoudsdosis is 40 mg. De
laagst mogelijke onderhoudsdosis moet worden gebruikt. In omstandigheden waarin het lichaam wordt
blootgesteld aan overmatige lichamelijke en/of geestelijke stress kunnen patiënten een aanvullende
vervanging met hydrocortisontabletten met directe afgifte nodig hebben, vooral in de middag/avond.
Zie ook de rubriek `Gebruik bij bijkomende ziekte', waar andere manieren worden beschreven om de
dosis hydrocortison tijdelijk te verhogen.
Van een conventionele orale glucocorticoïdbehandeling overgaan op Plenadren
Wanneer patiënten overgaan van een driemaal daags gegeven conventionele orale
hydrocortisonvervangingstherapie op Plenadren, kan er een identieke totale dagdosis worden gegeven.
Als gevolg van een geringere biologische beschikbaarheid van de dagelijkse dosis Plenadren, vergeleken
met die van conventionele hydrocortisontabletten die drie keer per dag worden gegeven (zie rubriek 5.2),
moet de klinische respons worden gecontroleerd en kan een nadere afstemming van de dosis nodig zijn.
Het laten overgaan van patiënten van hydrocortisontabletten, tweemaal per dag gegeven, cortisonacetaat
of synthetische glucocorticoïden op Plenadren is niet onderzocht, maar in deze gevallen wordt
aanbevolen om over te gaan op een dagelijkse hydrocortisonequivalente dosis Plenadren; een specifieke
dosisaanpassing kan noodzakelijk zijn.
In ernstige omstandigheden moet de dosis onmiddellijk worden verhoogd en moet de orale toediening
van hydrocortison worden vervangen door parenterale, bij voorkeur intraveneuze behandeling.
Intraveneuze toediening van hydrocortison wordt gepast geacht tijdens voorbijgaande ziekteperioden.
Hieronder vallen ernstige infecties, in het bijzonder gastro-enteritis die gepaard gaat met braken en/of
diarree, hoge koorts ongeacht de oorzaak, of zware lichamelijke stress, zoals ernstige ongelukken of
operatieve ingrepen onder volledige narcose (zie rubriek 4.4).
In minder ernstige omstandigheden waarbij intraveneuze toediening van hydrocortison niet nodig is,
bijvoorbeeld milde infecties, koorts ongeacht de oorzaak en stressvolle omstandigheden zoals kleine
chirurgische procedures, moet de normale orale dagelijkse vervangingsdosis tijdelijk worden verhoogd;
de totale dagelijkse dosis dient te worden verhoogd door de onderhoudsdosis twee- of driemaal per dag
toe te dienen met tussenpozen van 8 ± 2 uur (een verhoging van het aantal toedieningen, niet een
verhoging van de ochtenddosis). Dit regime is gedocumenteerd bij meer dan 300 bijkomende
ziekteperioden binnen het klinische onderzoeksprogramma. De behandelende arts kan besluiten
hydrocortisontabletten met directe afgifte te geven in plaats van Plenadren, of dergelijke tabletten aan
de behandeling toe te voegen. Het verhogen van de dosis hydrocortison op één enkel
toedieningsmoment zorgt voor een minder dan evenredige verhoging van de totale plasmablootstelling
van cortisol (zie rubriek 5.2). Zodra de bijkomende ziekteperiode voorbij is, kunnen de patiënten
terugkeren naar de normale onderhoudsdosis.
Bijzondere populaties
Ouderen
In het geval van een leeftijd-gerelateerd laag lichaamsgewicht wordt aanbevolen de klinische respons
te monitoren en kan een bijstelling van de dosis naar een lagere dosis nodig zijn (zie rubriek 5.2).
Nierfunctiestoornis
Bij patiënten met een lichte tot matige nierfunctiestoornis hoeft de dosis niet te worden bijgesteld. Bij
patiënten met een ernstige nierfunctiestoornis wordt aanbevolen de klinische respons in beeld te
houden en kan een bijstelling van de dosis nodig zijn (zie rubriek 5.2).
Leverfunctiestoornis
Bij lichte tot matige leverfunctiestoornis hoeft de dosis niet te worden bijgesteld. In geval van een
ernstige leverfunctiestoornis neemt de functionele levermassa af en zo ook het vermogen om
hydrocortison te metaboliseren. Daarom wordt aanbevolen de klinische respons in beeld te houden en
kan er een bijstelling van de dosis nodig zijn (zie rubriek 5.2).
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van Plenadren bij kinderen/adolescenten onder de 18 jaar zijn nog niet
vastgesteld. Er zijn geen gegevens beschikbaar.
Wijze van toediening
Patiënten moeten de instructie krijgen om na het ontwaken Plenadren met een glas water in te nemen. Dit
dient ten minste 30 minuten voor de inname van voedsel te geschieden, bij voorkeur rechtop en tussen
6.00 en 8.00 uur 's morgens. De tablet moet in zijn geheel worden doorgeslikt en mag niet in stukken
worden gedeeld, gekauwd of verpulverd. Indien meer dan één toediening per dag is voorgeschreven,
moet de ochtenddosis volgens de instructies worden gegeven, latere doses kunnen met of zonder voedsel
worden ingenomen.
4.3
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Acute bijnierschorsinsufficiëntie
Acute bijnierschorsinsufficiëntie kan ontstaan bij patiënten die bekend zijn met
bijnierschorsinsufficiëntie bij wie de dagelijkse dosering niet volstaat of die zich in omstandigheden
met een verhoogde behoefte aan cortisol bevinden. Er zijn voorvallen gemeld bij patiënten die met
Plenadren werden behandeld. Bij patiënten met acute bijnierschorsinsufficiëntie kan een bijniercrisis
ontstaan. Daarom dienen patiënten ingelicht te worden over de verschijnselen en symptomen van acute
bijnierschorsinsufficiëntie en bijniercrisis en moeten zij onmiddellijk medische hulp inroepen.
Bij een bijniercrisis moet parenterale, bij voorkeur intraveneuze toediening van hydrocortison in hoge
doses, samen met natriumchlorideoplossing voor infusie (9 mg/ml, 0,9%) worden toegepast volgens
de huidige behandelingsrichtlijnen.
Bijkomende infecties
Bij voorbijgaande ziekten zoals geringe infecties, koorts ongeacht de oorzaak, stressvolle
omstandigheden zoals kleine chirurgische procedures, moet de dagelijkse vervangingsdosis tijdelijk
worden verhoogd (zie rubriek 4.2, `Gebruik bij bijkomende ziekte'). De patiënt moet zorgvuldig
worden geïnformeerd hoe hij/zij in deze omstandigheden moet handelen, en moet ook worden
geadviseerd onmiddellijk medische hulp te zoeken als zich een acute verslechtering voordoet; vooral
in het geval van gastro-enteritis, braken en/of diarree die leiden tot zowel vocht- en zoutverlies als tot
ontoereikende absorptie van oraal hydrocortison.
Bij patiënten bij wie de bijnierschorsinsufficiëntie samenvalt met retrovirale infectie, zoals hiv, moet
de dosis zorgvuldig worden aangepast als gevolg van mogelijke interacties met antiretrovirale
geneesmiddelen en een verhoogde hydrocortisondosis als gevolg van de infectie.
Uit wetenschappelijke verslagen is niet gebleken dat hydrocortison immunosuppressieve effecten zou
hebben bij doses die zijn gebruikt voor vervangingstherapie bij patiënten met
bijnierschorsinsufficiëntie. Daarom is er geen reden om aan te nemen dat vervangingsdoses van
hydrocortison een systemische infectie of de gevolgen van zo'n infectie zullen verergeren. Evenmin is
er reden aan te nemen dat de hydrocortisondoses die worden gebruikt voor vervangingstherapie de
respons op vaccins verminderen en het risico op gegeneraliseerde infectie met levende vaccins
verhogen.
Maaglediging en motiliteitsstoornissen
Tabletten met gereguleerde afgifte (MR-tabletten) worden niet aanbevolen bij patiënten met een
verhoogde maag-darmmotiliteit, i.e. chronische diarree, vanwege het risico op een verminderde
cortisolblootstelling. Er zijn geen gegevens van patiënten met een bevestigde langzame maaglediging
of een verminderde-motiliteitziekte/stoornis. Bij patiënten met deze aandoeningen moet de klinische
respons worden gevolgd.
Het gebruiken van hogere doses hydrocortison dan normaal
Hoge (suprafysiologische) doses hydrocortison kunnen een verhoging van de bloeddruk, zout- en
waterretentie en een verhoogde uitscheiding van kalium veroorzaken. Behandeling voor lange tijd met
hogere dan fysiologische doses hydrocortison kan leiden tot klinische kenmerken die lijken op die van
het syndroom van Cushing: toegenomen adipositas, obesitas in de buik, hypertensie en diabetes. Zo'n
behandeling voor lange tijd kan leiden tot een verhoogd risico op cardiovasculaire morbiditeit en
mortaliteit.
Ouderdom en een lage BMI zijn bekende risicofactoren voor veel voorkomende bijwerkingen van
farmacologische doses glucocorticoïden, zoals osteoporose, dun worden van de huid, diabetes
mellitus, hypertensie en een verhoogde gevoeligheid voor infecties.
Alle glucocorticoïden verhogen de calciumuitscheiding en verlagen de snelheid van botremodellering.
Er is gevonden dat patiënten met bijnierschorsinsufficiëntie die voor lange tijd een
vervangingstherapie met glucocorticoïden kregen, een verminderde botmineraaldichtheid hadden.
Psychische bijwerkingen kunnen voorkomen bij gebruik van systemische glucocorticoïden. Dit kan
optreden aan het begin van de behandeling en tijdens periodes van dosisaanpassing. De risico's
kunnen groter zijn wanneer hoge doses worden gegeven. De meeste bijwerkingen verdwijnen vanzelf
na verlaging van de dosis, hoewel specifieke behandeling nodig kan zijn.
Schildklierfunctie
Patiënten met bijnierschorsinsufficiëntie moeten in beeld worden gehouden ten aanzien van een
mogelijke verstoring van de schildklierfunctie, omdat zowel hypo- als hyperthyreoïdie de blootstelling
aan toegediend hydrocortison merkbaar kan beïnvloeden.
De behandeling van primaire bijnierschorsinsufficiëntie rechtvaardigt vaak de toevoeging van een
mineralocorticoïde.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
De hierna vermelde interacties van hydrocortison zijn gerapporteerd na therapeutische doses
glucocorticoïden.
Krachtige CYP 3A4-induceerders zoals fenytoïne, rifabutine, carbamazepine, barbituraten,
rifampicine, sint-janskruid, en minder krachtige induceerders zoals de antiretrovirale geneesmiddelen
efavirenz en nevirapine kunnen de metabolische klaring van cortisol versterken, de terminale
halfwaardetijd verlagen en zo de in de bloedcirculatie aanwezige cortisolniveaus verlagen en de
cortisolfluctuaties versterken (als gevolg van de kortere terminale halfwaardetijd). Hierdoor kan het
nodig zijn de hydrocortisondosis bij te stellen.
Krachtige CYP 3A4-remmers zoals ketoconazol, itraconazol, posaconazol, voriconazol, erytromycine,
telitromycine, claritromycine, ritonavir en grapefruitsap kunnen het metabolisme van hydrocortison
remmen, en op die manier de bloedspiegels verhogen. Bij een langdurige profylactische behandeling
met een van de antibiotica moet een bijstelling van de hydrocortisondosis worden overwogen.
Het effect van corticosteroïden kan gedurende 3-4 dagen verminderd zijn na behandeling met
mifepriston.
Bij patiënten die geneesmiddelen krijgen die de maaglediging en -motiliteit beïnvloeden, moet de
klinische respons in beeld worden gehouden, zie rubriek 4.4.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Plenadren kan tijdens de zwangerschap worden gebruikt. Er zijn geen aanwijzingen dat
vervangingstherapie met hydrocortison bij zwangere vrouwen met bijnierschorsinsufficiëntie
geassocieerd is met nadelige gevolgen voor de moeder en/of de foetus. Een onbehandelde
bijnierschorsinsufficiëntie tijdens de zwangerschap is geassocieerd met een slecht resultaat voor zowel
de moeder als de foetus. Het is daarom belangrijk om de behandeling tijdens de zwangerschap voort te
zetten.
Onderzoeken naar de voortplanting bij dieren hebben aangetoond dat glucocorticoïden foetale
afwijkingen en reproductietoxiciteit kunnen veroorzaken, zie rubriek 5.3.
Borstvoeding
Hydrocortison wordt uitgescheiden in de moedermelk. Plenadren kan tijdens borstvoeding worden
gebruikt. De doses hydrocortison die worden gebruikt voor vervangingstherapie hebben waarschijnlijk
geen klinisch significante invloed op het kind. Zuigelingen van moeders die hoge doses systemische
glucocorticoïden gedurende langere perioden innemen, lopen het risico op een onderdrukking van de
bijnierschorsfunctie.
Vruchtbaarheid
Er is aangetoond dat patiënten met bijnierschorsinsufficiëntie minder zwangerschappen hebben. Dit is
hoogstwaarschijnlijk het gevolg van de onderliggende ziekte, maar er zijn geen aanwijzingen dat
hydrocortison in vervangingstherapiedoses van invloed is op de vruchtbaarheid.
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Plenadren heeft geringe invloed op de rijvaardigheid en op het vermogen om machines te bedienen.
Vermoeidheid en perioden van kortdurende draaiduizeligheid zijn gerapporteerd.
Onbehandelde en slecht behandelde bijnierschorsinsufficiëntie kan de rijvaardigheid en het vermogen
om machines te bedienen beïnvloeden.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
Hydrocortison wordt gegeven als een vervangingstherapie met als doel de normale cortisolniveaus te
herstellen. Het profiel van bijwerkingen bij de behandeling van bijnierschorsinsufficiëntie is daarom
niet vergelijkbaar met dat bij andere aandoeningen waarbij veel hogere doses orale of parenterale
glucocorticoïden nodig zijn.
Uit een onderzoek van 12 weken bleek dat de frequentie en het type bijwerkingen van Plenadren dat
eenmaal per dag als MR-tablet werd gegeven, en van driemaal daags hydrocortisontabletten in het
algemeen vergelijkbaar waren. Bij ongeveer één op de vijf patiënten was er een aanvankelijke toename
in de frequentie van bijwerkingen; dit werd waargenomen tot acht weken na de overgang van
conventionele hydrocortisontabletten, drie keer per dag, op MR-tabletten die éénmaal per dag werden
gegeven. Deze bijwerkingen (buikpijn, diarree, misselijkheid en vermoeidheid) zijn echter licht of
matig, van voorbijgaande aard, van korte duur, maar het kan noodzakelijk zijn de dosis bij te stellen of
bijkomende geneesmiddelen te gebruiken, zie rubriek 4.2. Vermoeidheid is gerapporteerd als zeer
vaak voorkomend.
Tabel met bijwerkingen
Een totaal van 80 patiënten (173 patiëntjaren aan gegevens) is in klinische onderzoeken behandeld met
gereguleerde afgifte van hydrocortison. Bijwerkingen uit deze onderzoeken en postmarketingervaring
worden hieronder genoemd. De gegevens worden als volgt per systeem/orgaanklasse en frequentie
weergegeven:
Zeer vaak ( 1/10); vaak ( 1/100, < 1/10).
Zeer vaak
Vaak
Zenuwstelselaandoeningen
Vertigo
Hoofdpijn
Maagdarmstelselaandoeningen
Diarree
Bovenbuikpijn
Nausea
Huid- en
Pruritus
onderhuidaandoeningen
Rash
Skeletspierstelsel- en
Artralgie
bindweefselaandoeningen
Algemene aandoeningen en
Vermoeidheid
toedieningsplaatsstoornissen
Bovendien zijn de volgende bijwerkingen gerapporteerd voor andere hydrocortisonmiddelen die in
hogere doses worden gegeven voor andere indicaties dan als vervangingstherapie voor
bijnierschorsinsufficiëntie (frequenties niet bekend).
Immuunsysteemaandoeningen
Activering van een infectie (tuberculose, schimmel- en virale infecties waaronder herpes).
Endocriene aandoeningen
Inductie van glucose-intolerantie of diabetes mellitus.
Voedings- en stofwisselingsstoornissen
Natrium- en waterretentie en neiging tot oedeem, hypertensie, hypokaliëmie.
Psychische stoornissen
Euforie en psychose, slapeloosheid.
Oogaandoeningen
Verhoogde intraoculaire druk en cataract.
Maagdarmstelselaandoeningen
Dyspepsie en verergering van een reeds bestaande maagzweer.
Huid- en onderhuidaandoeningen
Cushing-achtige symptomen, huidstriemen, echymosen, acne en hirsutisme, verstoorde wondgenezing.
Skeletspierstelsel- en bindweefselaandoeningen
Osteoporose met spontane botbreuken.
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.
4.9
Overdosering
Verslagen met betrekking tot acute toxiciteit en/of sterfgevallen na hydrocortisonoverdosering zijn
zeldzaam. Er is geen tegengif beschikbaar. De verschijnselen kunnen variëren van opwinding tot manie
of psychose. Symptomen zijn onder meer een hoge bloeddruk, verhoogde glucosespiegels in het
plasma en hypokaliëmie. Behandeling wordt waarschijnlijk niet geïndiceerd voor reacties als gevolg van
chronische vergiftiging, tenzij de patiënt een aandoening heeft die hem/haar ongewoon gevoelig maakt
voor nadelige effecten van hydrocortison. In dat geval moet symptomatische behandeling naar behoefte
worden begonnen.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: Corticosteroïden voor systemisch gebruik, glucocorticoïden.
ATC-code: H02AB09.
Farmacodynamische werking
Hydrocortison is een glucocorticoïde en de synthetische vorm van endogeen geproduceerd cortisol.
Glucocorticoïden zijn belangrijke steroïden voor het intermediaire metabolisme, de immuunfunctie,
het skeletspierstelsel en bindweefsel, en de hersenen. Cortisol is de belangrijkste glucocorticoïde die
door de bijnierschors wordt afgescheiden.
Van nature voorkomende glucocorticoïden (hydrocortison en cortisol), die ook zoutretentie-
eigenschappen hebben, worden gebruikt als vervangingstherapie bij bijnierschorsinsufficiëntie. Ze
worden ook gebruikt wegens hun krachtige ontstekingsremmende effecten bij aandoeningen van vele
orgaansystemen. Glucocorticoïden veroorzaken krachtige en gevarieerde metabolische effecten.
Bovendien veranderen ze de immuunreacties van het lichaam op uiteenlopende prikkels.
Klinische werkzaamheid
Het cruciale onderzoek was een gerandomiseerd, 12 weken durend crossover-multicenteronderzoek in
twee perioden bij 64 patiënten met primaire bijnierschorsinsufficiëntie. Elf van hen hadden
bijkomende diabetes mellitus en elf hadden hypertensie. In het onderzoek werden tabletten met
gereguleerde afgifte die eenmaal per dag werden gegeven, vergeleken met conventionele tabletten die
drie keer per dag werden gegeven in dezelfde dagelijkse dosis hydrocortison (20 tot 40 mg).
Vergeleken met conventionele tabletten driemaal daags, resulteerden de MR-tabletten eenmaal daags
in een verhoogde cortisolblootstelling tijdens de eerste vier uur na de inname in de ochtend, maar in
een verminderde blootstelling in de late middag/avond en over de hele periode van 24 uur (Figuur 1).
Figuur 1. Waargenomen gemiddelde serumcortisolconcentratie versus kloktijd na enkelvoudige en
meervoudige toediening bij patiënten met primaire bijnierschorsinsufficiëntie (n=62) na orale
toediening van eenmaal daags gegeven Plenadren en driemaal daags gegeven hydrocortison.
Farmacokinetische eigenschappen
Absorptie
Na orale toediening wordt hydrocortison snel en goed opgenomen uit het maagdarmkanaal.
Gerapporteerd is dat de absorptie meer dan 95% bedraagt voor een orale dosis van 20 mg (tabletten).
Hydrocortison is een werkzame stof uit klasse II volgens het biofarmaceutische classificatiesysteem
(BCS). Het heeft een hoge doorlaatbaarheid voor de darm en een lage snelheid van oplossen, vooral
bij hogere doses. De tablet met gereguleerde afgifte heeft een coating aan de buitenkant die zorgt voor
een directe afgifte van het geneesmiddel en een kern voor verlengde afgifte. Het gedeelte voor directe
afgifte verschaft een snel begin van de absorptie en het gedeelte voor de verlengde afgifte verschaft
een uitgestrekter plasmaprofiel van cortisol. De biologische beschikbaarheid (AUC0-24h) is 20% lager
met de tablet met gereguleerde afgifte in vergelijking met dezelfde dagelijkse dosis hydrocortison die
drie keer per dag als conventionele tablet wordt ingenomen. Wanneer de orale dosis wordt verhoogd,
neemt de totale plasmablootstelling van cortisol minder dan evenredig toe. De blootstelling nam
drievoudig toe wanneer de dosis hydrocortison als tablet met gereguleerde afgifte toenam van 5 mg tot
20 mg.
De absorptiesnelheid van hydrocortison werd verminderd na voedselopname, wat leidde tot een
vertraging in het bereiken van de maximale concentratie in plasma, veranderend van gemiddeld
minder dan 1 uur tot meer dan 2,5 uur. Aan de andere kant was de mate van absorptie en de
biologische beschikbaarheid bij benadering 30% hoger voor de tablet van 20 mg na voedselopname,
vergeleken bij nuchtere maag, en er was geen gebrek in de absorptie of dumping van de dosis.
Distributie
In plasma is cortisol gebonden aan corticosteroïd-bindend globuline (CBG, ook transcortine genoemd)
en albumine. De binding bedraagt ongeveer 90%.
Eliminatie
Er is gerapporteerd dat de terminale halfwaardetijd ongeveer 1,5 uur is na intraveneuze en orale
toediening van hydrocortisontabletten. De terminale halfwaardetijd van cortisol na toediening van
Plenadren was ongeveer 3 uur en de afgifte van het preparaat was gereguleerd. Deze terminale
halfwaardetijd is vergelijkbaar met de farmacokinetiek van endogeen cortisol dat ook wordt
gereguleerd door afscheiding.
Hydrocortison (cortisol) is een lipofiel middel dat volledig wordt geëlimineerd via het metabolisme.
Daarbij is de klaring laag en zijn dienovereenkomstig de extractieverhoudingen voor de darm en de
lever laag.
Hydrocortison wordt volledig geëlimineerd via metabolisme met behulp van 11ßHSD type 1- en type
2-enzymen en CYP 3A4 in de lever en in perifeer weefsel. CYP 3A4 is betrokken bij de klaring van
cortisol door middel van de vorming van 6-hydroxycortisol, dat wordt uitgescheiden in de urine.
Aangenomen wordt dat het transport van cortisol over membranen voornamelijk geschiedt door
passieve diffusie, en daarom zijn de klaring door de nieren en via de gal te verwaarlozen.
Bijzondere populaties
Nierfunctiestoornis
Een kleine hoeveelheid cortisol wordt onveranderd in de urine uitgescheiden (<0,5% van de dagelijkse
productie). Dat betekent dat cortisol volledig wordt geëlimineerd door metabolisme. Aangezien een
ernstige nierfunctiestoornis invloed kan hebben op geneesmiddelen die volledig via metabolisme
worden geëlimineerd, kan een bijstelling van de dosis noodzakelijk zijn.
Leverfunctiestoornis
Er is geen onderzoek uitgevoerd bij patiënten met een leverfunctiestoornis. Gegevens in de literatuur
voor hydrocortison wijzen er echter op dat geen bijstelling van de dosis nodig is bij lichte tot matige
leverfunctiestoornis. In het geval van een ernstige leverfunctiestoornis neemt de functionele
levermassa af en zo ook het vermogen om hydrocortison te metaboliseren. Hierdoor kan aanpassing
van de dosis noodzakelijk zijn.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Dierexperimenten hebben aangetoond dat prenatale blootstelling aan zeer hoge doses glucocorticoïden
misvormingen (gespleten verhemelte, skeletmisvormingen) kan induceren. Dieronderzoeken hebben
ook aangetoond dat prenatale blootstelling aan hoge doses glucocorticoïden (maar lager dan teratogene
doses) geassocieerd kan zijn met een verhoogd risico op intra-uteriene groeivertraging,
cardiovasculaire ziekte op volwassen leeftijd en permanente veranderingen in de dichtheid van
glucocorticoïdreceptoren, de omzetsnelheid van neurotransmitters en het gedrag.
6.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
6.1
Lijst van hulpstoffen
Tabletkern
Hypromellose
Microkristallijne cellulose
Voorgegelatineerd zetmeel (maïs)
Colloïdaal, watervrij siliciumdioxide
Magnesiumstearaat
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
Tabletcoating
Macrogol (3350)
Polyvinylalcohol
Talk
Titaandioxide (E171)
IJzeroxiderood (E172)
IJzeroxidegeel (E 172)
IJzeroxidezwart (E172)
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
Tabletcoating
Macrogol (3350)
Polyvinylalcohol
Talk
Titaandioxide (E171)
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Niet van toepassing
6.3
Houdbaarheid
3 jaar
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
HDPE-flessen met PP-schroefdeksel die 50 tabletten met gereguleerde afgifte bevatten.
Doos die 2 flessen met 50 tabletten met gereguleerde afgifte bevat (100 tabletten).
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
Block 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
EU/1/11/715/001
EU/1/11/715/003
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
EU/1/11/715/002
EU/1/11/715/006
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 3 november 2011
Datum van laatste verlenging: 8 augustus 2016
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
A.
FABRIKANTEN VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN
LEVERING EN GEBRUIK
C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE
HOUDER VAN DE HANDELSVERGUNNING MOETEN
WORDEN NAGEKOMEN
D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING
TOT EEN VEILIG EN DOELTREFFEND GEBRUIK VAN
HET GENEESMIDDEL
FABRIKANTEN VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikanten verantwoordelijk voor vrijgifte
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
Block 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
Shire Pharmaceuticals Ireland Limited
Block 2 & 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
In de gedrukte bijsluiter van het geneesmiddel moeten de naam en het adres van de fabrikant die
verantwoordelijk is voor vrijgifte van de desbetreffende batch zijn opgenomen.
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK
Aan medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel.
C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hieropvolgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.
D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de verplichte onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in module
1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen RMP-
aanpassingen.
Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
-
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
- steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico's of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico's tot een minimum) is bereikt.
ETIKETTERING EN BIJSLUITER
DOOS
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
hydrocortison
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet met gereguleerde afgifte bevat 5 mg hydrocortison.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Tablet met gereguleerde afgifte
50 tabletten met gereguleerde afgifte.
100 tabletten met gereguleerde afgifte (2 x 50).
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Slik de tabletten in hun geheel in. De tabletten niet in stukken delen, verpulveren of kauwen.
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
Block 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/11/715/001 50 tabletten met gereguleerde afgifte
EU/1/11/715/003 100 (2 x 50) tabletten met gereguleerde afgifte
13.
PARTIJNUMMER
Charge
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
Geneesmiddel op medisch voorschrift.
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Plenadren 5 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
PC:
SN:
NN:
FLES
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
hydrocortison
Oraal gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
4.
PARTIJNUMMER
Charge
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
50 tabletten met gereguleerde afgifte
6.
OVERIGE
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
DOOS
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
hydrocortison
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke tablet met gereguleerde afgifte bevat 20 mg hydrocortison.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Tablet met gereguleerde afgifte
50 tabletten met gereguleerde afgifte
100 tabletten met gereguleerde afgifte (2 x 50)
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Slik de tabletten in hun geheel in. De tabletten niet in stukken delen, verpulveren of kauwen.
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
Oraal gebruik
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
Block 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/11/715/002 50 tabletten met gereguleerde afgifte
EU/1/11/715/006 100 (2 x 50) tabletten met gereguleerde afgifte
13.
PARTIJNUMMER
Charge
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
Geneesmiddel op medisch voorschrift.
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Plenadren 20 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
PC:
SN:
NN:
FLES
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
hydrocortison
Oraal gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
4.
PARTIJNUMMER
Charge
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
50 tabletten met gereguleerde afgifte
6.
OVERIGE
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
Plenadren 5 mg tabletten met gereguleerde afgifte
Plenadren 20 mg tabletten met gereguleerde afgifte
Hydrocortison
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen want er staat belangrijke
informatie in voor u.
- Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
- Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
- Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
- Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Plenadren en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe neemt u dit middel in?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Plenadren en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Plenadren bevat de stof hydrocortison (soms cortisol genoemd). Hydrocortison is een glucocorticoïd.
Het behoort tot een groep geneesmiddelen die corticosteroïden worden genoemd. Glucocorticoïden
komen van nature in het lichaam voor, en helpen om uw algemene gezondheid en welzijn in stand te
houden.
Plenadren wordt bij volwassenen gebruikt om een aandoening te behandelen die bekendstaat als
bijnierschorsinsufficiëntie, of cortisoldeficiëntie. Bijnierschorsinsufficiëntie doet zich voor wanneer
uw bijnieren (die net boven de nieren liggen) niet voldoende van het hormoon cortisol produceren.
Patiënten die gedurende lange tijd (chronisch) lijden aan bijnierschorsinsufficiëntie hebben een
vervangingstherapie nodig om te kunnen overleven.
Plenadren vervangt het natuurlijke cortisol dat ontbreekt bij bijnierschorsinsufficiëntie. Het
geneesmiddel levert gedurende de hele dag hydrocortison aan uw lichaam. Het cortisolniveau in uw
bloed neemt snel toe tot een maximumniveau, ongeveer 1 uur nadat u de tablet in de ochtend heeft
ingenomen, en neemt vervolgens in de loop van de dag geleidelijk aan af. Laat in de avond en 's
nachts, wanneer de niveaus laag horen te zijn, is er geen of bijna geen cortisol meer in het bloed
aanwezig.
2.
Wanneer mag u dit middel niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
-
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6.
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel inneemt.
-
Wanneer u een aandoening heeft waardoor u dit geneesmiddel niet kunt innemen of wanneer het
geneesmiddel niet goed uit uw maag wordt opgenomen. Dit kan gebeuren wanneer u
maagproblemen heeft met braken en/of diarree. In deze omstandigheden moet u onmiddellijk
medische hulp zoeken zodat u behandeld kunt worden met injecties van hydrocortison en extra
vocht;
- als u korte tijd of tijdelijk ziek bent zoals een infectie, koorts, of wanneer u in omstandigheden
verkeert die zeer veel lichamelijke stress veroorzaken, zoals een chirurgische ingreep: uw dosis
hydrocortison moet tijdelijk worden verhoogd. Raadpleeg meteen uw arts over hoe u in deze
omstandigheden moet handelen. Als u een chirurgische ingreep moet ondergaan, laat dan voor
de ingreep uw arts/tandarts weten dat u dit geneesmiddel gebruikt;
- als uw algemene gezondheid om een andere reden achteruitgaat, ondanks dat u uw
geneesmiddel volgens voorschrift gebruikt, zoek dan onmiddellijk medische hulp;
- als uw schildklier niet normaal werkt. Neem contact op met uw arts omdat uw dosis Plenadren
misschien bijgesteld moet worden.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Plenadren wordt niet aanbevolen voor gebruik bij kinderen en jongeren onder de 18 jaar aangezien het
bij deze patiënten niet is onderzocht.
Neemt u nog andere geneesmiddelen in?
Neemt u naast Plenadren nog andere geneesmiddelen in, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat innemen? Vertel dat dan uw arts
of apotheker. Wanneer u voor lange tijd wordt behandeld met geneesmiddelen tegen infecties
(antibiotica), moet de dosis Plenadren misschien worden bijgesteld door uw arts. Als u Plenadren
gebruikt met mifepriston, een behandeling die wordt gebruikt om een zwangerschap te beëindigen,
kan het effect van Plenadren worden verminderd.
U moet ook contact opnemen met uw arts of apotheker als u een van de volgende geneesmiddelen
gebruikt, omdat de dosis Plenadren misschien moet worden veranderd:
Fenytoïne, carbamazepine en barbituraten gebruikt voor de behandeling van epilepsie.
Rifampicine of rifabutine gebruikt voor de behandeling van tuberculose.
Ritonavir, efavirenz en nevirapine gebruikt voor de behandeling van hiv-infectie.
Sint-janskruid gebruikt voor de behandeling van depressie en andere aandoeningen.
Ketoconazol, itraconazol, posaconazol en voriconazol gebruikt voor de behandeling van
schimmelinfecties.
Erytromycine, telitromycine en claritromycine gebruikt voor de behandeling van bacteriële
infecties.
Waarop moet u letten met eten en drinken?
Neem dit geneesmiddel niet in met grapefruitsap omdat het sap onverenigbaar is met de werking van dit
geneesmiddel.
Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan
contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Het is belangrijk dat u de behandeling met Plenadren tijdens de zwangerschap voortzet. Het is niet
waarschijnlijk dat behandeling bij zwangere vrouwen met bijnierschorsinsufficiëntie nadelige
U kunt tijdens de Plenadren-behandeling borstvoeding blijven geven. Hydrocortison wordt
uitgescheiden in de moedermelk. Het is niet waarschijnlijk dat de doses hydrocortison die worden
gebruikt voor vervangingstherapie enig effect op het kind zullen hebben. Praat echter met uw arts als u
van plan bent om uw baby borstvoeding te geven.
Bij vrouwen met bijnierschorsinsufficiëntie of cortisoldeficiëntie kan de vruchtbaarheid verminderd
zijn. Er zijn geen aanwijzingen dat dit middel een effect op de vruchtbaarheid heeft bij doseringen die
voor vervangingstherapie worden gebruikt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Dit middel kan een kleine invloed hebben op uw rijvaardigheid en het vermogen om machines te
bedienen. Er is melding gemaakt van extreme moeheid en perioden van kortdurende draaiduizeligheid.
Slecht behandelde of onbehandelde bijnierschorsinsufficiëntie vermindert uw vermogen zich te
concentreren en zal invloed hebben op uw rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen.
Het is daarom belangrijk om dit geneesmiddel volgens de instructies van uw arts te gebruiken wanneer
u een auto bestuurt of machines gebruikt. Als u dergelijke klachten heeft, bestuur dan geen auto of
ander voertuig en gebruik geen machines totdat u de kwestie met uw arts heeft besproken.
3.
Hoe neemt u dit middel in?
Neem dit geneesmiddel altijd in precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over
het juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. De dosis is op u afgestemd en
wordt beslist door uw arts.
Wanneer u in de ochtend wakker wordt, neem dan de Plenadren-tabletten in hun geheel met een
glas water in. Dit moet u minstens 30 minuten vóór het ontbijt doen, bij voorkeur tussen 6.00 en
8.00 uur 's ochtends.
Blijf daarbij bij voorkeur rechtop.
De tabletten mogen niet in stukken worden gedeeld, verpulverd of gekauwd. Deze tabletten
leveren gedurende de hele dag hydrocortison aan uw lichaam. Als ze worden gedeeld,
verpulverd of gekauwd kan dit er voor zorgen dat de hydrocortisondosis in de tablet niet de hele
dag beslaat, wat wel de bedoeling is.
Wanneer zijn aanvullende doses Plenadren nodig?
Bij tijdelijke of kortdurende ziekten, zoals infectie, koorts, of bij lichamelijke stress zoals een
chirurgische ingreep zult u meer hydrocortison nodig hebben omdat het lichaam niet de extra
hoeveelheid cortisol kan produceren die in deze omstandigheden nodig is. De dosis moet daarom
tijdelijk worden verhoogd en uw arts kan u adviseren om andere hydrocortisontabletten te gebruiken in
plaats van, of naast Plenadren. Bespreek dit met uw arts en volg de instructies op over hoe u moet
handelen in deze omstandigheden.
De dagelijkse dosis Plenadren moet misschien worden verdubbeld of verdrievoudigd bij mildere
aandoeningen zoals een lichte infectie of stress. U moet de tweede dosis van dit middel dan 6 tot 10 uur
na de ochtenddosis innemen. Als het niet voldoende is om de dagelijkse dosis te verdubbelen, moet u 6
tot 10 uur na de tweede dosis een derde dosis innemen (tussenpozen van 6-10 uur tussen doses).
Wanneer u genezen bent, keer dan terug naar uw normale onderhoudsdosis van dit middel.
De volgende verschijnselen en symptomen kunnen erop wijzen dat u aanvullende doses Plenadren of
andere vormen van hydrocortison nodig heeft: vermoeidheid, gewichtsverlies, ongemak in de buik,
licht gevoel in het hoofd wanneer u opstaat uit zittende positie of duizeligheid wanneer u rechtop staat,
Roep echter
onmiddellijk medische hulp in als u een of meer van de volgende verschijnselen
opmerkt: ernstige zwakte, flauwvallen, buikpijn, misselijkheid, braken, rugpijn, verwardheid,
verminderd bewustzijn, delirium (zeer verwarde toestand).
Heeft u te veel van dit middel ingenomen?
Wanneer u gedurende meer dan een paar dagen een te hoge dosis van dit middel heeft gebruikt, kan
dat schadelijk zijn voor uw gezondheid. Uw bloeddruk kan hoger worden, uw gewicht kan toenemen
en uw bloedsuikergehalte kan te hoog worden. Een verhoogde dosis is af en toe nodig om het lichaam
verhoogde stress zoals koorts te kunnen laten bestrijden. Als extra doses vaak en regelmatig nodig
zijn, dient u contact op te nemen met uw arts om uw onderhoudsdosis opnieuw te berekenen.
Bent u vergeten dit middel in te nemen?
Als u vergeten bent uw tablet in de ochtend in te nemen, neem deze dan zo snel mogelijk in. Neem
geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen. Als u verschijnselen of symptomen ondervindt
die in de rubriek 'Wanneer zijn aanvullende doses Plenadren nodig?' worden vermeld, neem dan
onmiddellijk contact op met uw arts.
Als u stopt met het innemen van dit middel
Stoppen met het innemen van Plenadren kan levensbedreigend zijn. Het is daarom belangrijk om dit
middel te blijven innemen zoals uw arts dat heeft voorgeschreven. Stop niet met het innemen ervan
zonder uw arts te raadplegen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts of
apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen daarmee
te maken.
Als u uw behandeling wijzigt waarbij u overgaat van andere hydrocortisontabletten op Plenadren, dan
kunt u gedurende de eerste weken last krijgen van bijwerkingen: maagpijn, een misselijk gevoel en
moeheid. Ze zullen normaal gesproken in de loop van de tijd verdwijnen; als dat niet het geval is,
neem dan contact op met uw arts.
Bijwerkingen van dit middel:
Zeer vaak (kan meer dan 1 op de 10 personen treffen):
duizeligheid
hoofdpijn
diarree
moeheid
Vaak (kan 1 tot 10 personen treffen):
maagpijn/maagzuur, misselijkheid
pijn in de gewrichten
huiduitslag
jeuk
grotere gevoeligheid voor infectie;
diabetes of problemen met bloedsuikerniveaus (aangetoond bij bloedonderzoek);
zout- en waterretentie wat leidt tot zwelling en een verhoogde bloeddruk (aangetoond bij
medisch onderzoek) en een laag kaliumniveau in het bloed;
stemmingswisselingen zoals gevoelens van te grote opgewondenheid of het contact met de
werkelijkheid te verliezen;
moeite met slapen;
verhoogde druk in het oog (glaucoom), vertroebeling van de ooglens (cataract);
maagzuur, verergering van een bestaande maagzweer;
verzwakking van de botten dit kan botbreuken veroorzaken;
huidstriemen, blauwe plekken, acne-achtige uitslag, overmatige groei van gezichtshaar,
langzame wondgenezing.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden, kunt u
ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op het etiket
van de fles en op de doos na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is
de uiterste houdbaarheidsdatum.
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
De werkzame stof in dit middel is hydrocortison.
Plenadren 5 mg: elke tablet met gereguleerde afgifte bevat 5 mg hydrocortison.
Plenadren 20 mg: elke tablet met gereguleerde afgifte bevat 20 mg hydrocortison.
De andere stoffen in dit middel zijn: hypromellose (E464), microkristallijne cellulose (E460),
voorgegelatineerd zetmeel (maïs), colloïdaal watervrij siliciumdioxide (E551) en magnesiumstearaat.
Het coatingsysteem bestaat uit een mengsel van macrogol (3350), polyvinylalcohol, talk (E553b) en
titaanoxide (E171). De tabletten van 5 mg bevatten ook ijzeroxiderood (E172), ijzeroxidegeel (E172)
en ijzeroxidezwart (E172).
De tabletten met gereguleerde afgifte zijn rond (diameter 8 mm) en bolvormig.
De tabletten van 5 mg zijn roze. De tabletten van 20 mg zijn wit.
Plenadren wordt geleverd in flessen met een schroefdeksel die 50 tabletten bevatten.
Verpakkingsgrootten:
Doos die één fles van 50 tabletten met gereguleerde afgifte bevat.
Doos die 2 flessen van 50 tabletten met gereguleerde afgifte (100 tabletten) bevat.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in uw land in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
Block 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
Tel: +800 66838470
E-mail: medinfoEMEA@takeda.com
Fabrikant
Takeda Pharmaceuticals International AG Ireland Branch
Block 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
Shire Pharmaceuticals Ireland Limited
Block 2 & 3 Miesian Plaza
50-58 Baggot Street Lower
Dublin 2
Ierland
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in .
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu. Hier vindt u ook verwijzingen naar andere
websites over zeldzame ziektes en hun behandelingen.