Antisedan 5 mg/ml
Notice – Version NL
ANTISEDAN
B. BIJSLUITER
Notice – Version NL
ANTISEDAN
BIJSLUITER
ANTISEDAN 5 mg/ml inspuitbare oplossing
1.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE
Orion Corporation
Orionintie 1
02200 Espoo
Finland
2.
BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
ANTISEDAN 5 mg inspuitbare oplossing
Atipamezol hydrochlorid.
3.
GEHALTE AAN WERKZAAM EN OVERIGE BESTANDDELEN
Werkzaam bestanddeel:
Atipamezol. hydrochlorid 5.0 mg
Hulpstoffen:
Methyl. parahydroxybenz.
Natr. chlorid.
Aq. ad inject. ad 1 ml.
4.
INDICATIES
Antisedan is aangewezen als antagonist van de effecten van medetomidine en dexmedetomidine.
5.
CONTRA-INDICATIES
Niet gebruiken bij dieren met een hartziekte of een slechte algemene conditie.
Niet gebruiken bij overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of één van de hulpstoffen.
BIJWERKINGEN
6.
Bijwerkingen komen slechts in uiterst zeldzame gevallen voor.
Door zijn alfa2-antagonistische eigenschappen veroorzaakt atipamezole een kortstondige en lichte
vermindering van de bloeddruk in de eerste minuten na toediening bij de hond. De toediening van een
normale dosis atipamezole kan bij wijze van uitzondering en tijdelijk gepaard gaan met overgeven,
overdadig speekselen, hijgen, ontlasting en spiertrillingen.. De toediening van een overdosis
atipamezole kan gepaard gaan met overprikkelbaarheid en tachycardie.
De frequentie van bijwerkingen wordt als volgt gedefinieerd:
Notice – Version NL
ANTISEDAN
- Zeer vaak (meer dan 1 op de 10 behandelde dieren vertonen bijwerkingen)
- Vaak (meer dan 1, maar minder dan 10 van de 100 behandelde dieren)
- Niet vaak (meer dan 1, maar minder dan 10 van de 1000 behandelde dieren)
- Zeldzaam (meer dan 1, maar minder dan 10 van de 10.000 behandelde dieren)
- Uiterst zeldzaam (minder dan 1 van de 10.000 behandelde dieren, inclusief geïsoleerde rapporten)
Indien u bijwerkingen vaststelt, zelfs wanneer die niet in deze bijsluiter worden vermeld, of u
vermoedt dat het diergeneesmiddel niet werkzaam is, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis
te stellen.
7.
DOELDIERSOORT(EN)
Hond en kat.
8.
DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT, TOEDIENINGSWEG EN WIJZE VAN
GEBRUIK.
Toedieningsweg: intramusculaire (IM) of onderhuidse (SC) toediending wordt aangeraden. Het effect
treedt sneller op na IM toediening. Indien nodig mag de toediening van het medicijn worden herhaald.
Atipamezole wordt 15 tot 60 minuten na medetomidine of dexmedetomidine toegediend. Na 5 tot 10
minuten is de toestand van het dier weer normaal.
Honden:
De Antisedan dosis in milliliter is dezelfde als deze voor Domitor of Dexdomitor 0,5 mg/ml.
De Antisedan dosis in milliliter is één vijfde (1/5) van het dosisvolume van Dexdomitor 0,1 mg/ml. In
microgram is de dosis van atipamezole 5 keer die van medetomidineen 10 keer die van
dexmedetomidine
Katten:
De Antisedan dosis in milliliter is de helft van deze voor Domitor of Dexdomitor 0,5 mg/ml
en één tiende (1/10) van Dexdomitor 0,1 mg/ml. In microgram is de dosis van atipamezole 2,5 keer
die van medetomidine en 5 keer die van dexmedetomidine
Voorbeelden van dosering:
Honden:
Domitor
dosering
Dexdomitor
0,5 mg/ml
dosering
1 000 mcg/m
2
40 mcg/kg
= 0,4 ml/10 kg
500 mcg/m
2
20 mcg/kg
= 0,4 ml/10 kg
Dexdomitor
0,1 mg/ml
dosering
500 mcg/m
2
20 mcg/kg
= 2,0 ml/10 kg
5 000 mcg/m
2
200 mcg/kg
= 0,4 ml/10 kg
Antisedan
Katten:
Domitor
dosering
Dexdomitor
0,5 mg/ml
Dexdomitor
0,1 mg/ml
Antisedan
dosering
Notice – Version NL
ANTISEDAN
dosering
80 mcg/kg
= 0,4 ml/5 kg
40 mcg/kg
= 0,4 ml/5 kg
dosering
40 mcg/kg
= 1,0 ml/3 kg*
200 mcg/kg
= 0,2 ml/5 kg
0,1 ml/3 kg
*Voor katten die meer dan 3 kg wegen is Dexdomitor 0,5 mg/ml aanbevolen.
Antisedan kan ook gebruikt worden voor het omkeren van de effecten wanneer het dier gesedateerd
werd met een combinatie van ketamine en Domitor of Dexdomitor. In dit geval is de dosis Antisedan
dezelfde als deze voor de reanimatie na een enkele dosis Domitor of Dexdomitor. Echter, Antisedan
mag niet toegediend worden binnen 30 à 40 minuten na een ketamine toediening.
9.
-
10.
WACHTTIJD
AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
Niet van toepassing.
11.
BIJZONDERE BEWAARVOORSCHRIFTEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Niet bewaren boven 25 °C.
Bewaar de primaire verpakking in de buitenverpakking om deze te beschermen tegen licht.
Niet te gebruiken na de vervaldatum vermeld op het etiket na EXP (maand/jaar).
Houdbaarheid na eerste opening van de container: 28 dagen
12.
SPECIALE WAARSCHUWINGEN
Speciale waarschuwingen voor elke doeldiersoort:
Na toediening van Antisedan, zouden de dieren moeten kunnen rusten in een zo rustig mogelijke
ruimte.
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:
Het diergeneesmiddel voor dieren mag niet eerder dan 30 tot 40 minuten na toediening van ketamine
met medetomidine of dexmedetomidine toegediend worden. Indien het effect van de alfa-2 agonisten
vroeger wordt geëlimineerd, dan kan het residuele effect van ketamine stuiptrekkingen veroorzaken.
Speciale voorzorgsmaatregelen te nemen door de persoon die het diergeneesmiddel aan dieren toedient:
Rekening houdend met de sterke farmacologische activiteit van het diergeneesmiddel, is het aan te
raden om contact met de huid en slijmvliezen te vermijden. Het gebruik van waterdichte
handschoenen wordt aangeraden.
Notice – Version NL
ANTISEDAN
Bij toevallige zelfinjectie moet men onmiddellijk het advies van een arts inroepen en hem de bijsluiter
laten zien maar ZELF NIET RIJDEN. De patiënt mag niet alleen gelaten worden.
Bij toevallig contact met het diergeneesmiddel moet men spoelen met overvloedig vers water. Als de
irritatie blijft aanhouden, moet men het advies van een arts inwinnen.
Bij toevallig inslikken van het diergeneesmiddel is het aan te raden om onmiddellijk een arts te
raadplegen.
Dracht en lactatie:
Bij gebrek aan voldoende studies wordt de toediening van atipamezole aan drachtige dieren niet
aanbevolen. Het gebruik tijdens lactatie wordt niet aangeraden.
Interactie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Aspecifieke centrale stimuli verhogen het herstellende effect van atipamezole.
Het wordt niet aanbevolen om atipamezole gelijktijdig te gebruiken met stoffen die op het centrale
zenuwstelsel werken of met stoffen die met het neurovegetatieve stelsel interageren, met uitzondering
van de alfa2-adrenergische agonisten waarvan de effecten op een specifieke manier geantagoneerd
worden (farmacologisch antagonisme).
Overdosering:
De toediening van een overdosis atipamezole kan gepaard gaan met overprikkelbaarheid en
tachycardie. Dit zijn vaak zeer milde tekenen die zelf-beperkend zijn binnen enkele uren en normaal
gezien niet vragen om een bepaalde behandeling.
Antidotum: niet van toepassing voor dit diergeneesmiddel. Overprikkelbaarheid bij de kat kan het
beste behandeld worden door externe stimuli tot een minimum te beperken.
13.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET-
GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUELE RESTANTEN HIERVAN
Geneesmiddelen mogen niet verwijderd worden via afvalwater of huishoudelijk afval.
Vraag aan uw dierenarts wat u met overtollige diergeneesmiddelen dient te doen. Deze maatregelen
dragen bij aan de bescherming van het milieu.
14.
DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Juni 2020
15. OVERIGE INFORMATIE
Type I glas flacon, 10 ml. Butyl rubber sluiting met gefluorideerde polymeer coating. Eén glazen
flacon in een kartonnen doos.
BE-V153352
Op diergeneeskundig voorschrift.
Verdeler:
VETOQUINOL SA/NV
Kontichsesteenweg 42
BE-2630 Aartselaar
België
ANTISEDAN
ANTISEDAN
BIJSLUITER
ANTISEDAN 5 mg/ml inspuitbare oplossing
1.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE
Orion Corporation
Orionintie 1
02200 Espoo
Finland
2.
BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
ANTISEDAN 5 mg inspuitbare oplossing
Atipamezol hydrochlorid.
3.
GEHALTE AAN WERKZAAM EN OVERIGE BESTANDDELEN
Werkzaam bestanddeel:
Atipamezol. hydrochlorid 5.0 mg
Hulpstoffen:
Methyl. parahydroxybenz.
Natr. chlorid.
Aq. ad inject. ad 1 ml.
4.
INDICATIES
Antisedan is aangewezen als antagonist van de effecten van medetomidine en dexmedetomidine.
5.
CONTRA-INDICATIES
Niet gebruiken bij dieren met een hartziekte of een slechte algemene conditie.
Niet gebruiken bij overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of één van de hulpstoffen.
6.
BIJWERKINGEN
Bijwerkingen komen slechts in uiterst zeldzame gevallen voor.
Door zijn alfa2-antagonistische eigenschappen veroorzaakt atipamezole een kortstondige en lichte
vermindering van de bloeddruk in de eerste minuten na toediening bij de hond. De toediening van een
normale dosis atipamezole kan bij wijze van uitzondering en tijdelijk gepaard gaan met overgeven,
overdadig speekselen, hijgen, ontlasting en spiertrillingen.. De toediening van een overdosis
atipamezole kan gepaard gaan met overprikkelbaarheid en tachycardie.
ANTISEDAN
- Zeer vaak (meer dan 1 op de 10 behandelde dieren vertonen bijwerkingen)
- Vaak (meer dan 1, maar minder dan 10 van de 100 behandelde dieren)
- Niet vaak (meer dan 1, maar minder dan 10 van de 1000 behandelde dieren)
- Zeldzaam (meer dan 1, maar minder dan 10 van de 10.000 behandelde dieren)
- Uiterst zeldzaam (minder dan 1 van de 10.000 behandelde dieren, inclusief geïsoleerde rapporten)
Indien u bijwerkingen vaststelt, zelfs wanneer die niet in deze bijsluiter worden vermeld, of u
vermoedt dat het diergeneesmiddel niet werkzaam is, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis
te stellen.
7.
DOELDIERSOORT(EN)
Hond en kat.
8.
DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT, TOEDIENINGSWEG EN WIJZE VAN
GEBRUIK.
Toedieningsweg: intramusculaire (IM) of onderhuidse (SC) toediending wordt aangeraden. Het effect
treedt sneller op na IM toediening. Indien nodig mag de toediening van het medicijn worden herhaald.
Atipamezole wordt 15 tot 60 minuten na medetomidine of dexmedetomidine toegediend. Na 5 tot 10
minuten is de toestand van het dier weer normaal.
Honden: De Antisedan dosis in milliliter is dezelfde als deze voor Domitor of Dexdomitor 0,5 mg/ml.
De Antisedan dosis in milliliter is één vijfde (1/5) van het dosisvolume van Dexdomitor 0,1 mg/ml. In
microgram is de dosis van atipamezole 5 keer die van medetomidineen 10 keer die van
dexmedetomidine
Katten: De Antisedan dosis in milliliter is de helft van deze voor Domitor of Dexdomitor 0,5 mg/ml
en één tiende (1/10) van Dexdomitor 0,1 mg/ml. In microgram is de dosis van atipamezole 2,5 keer
die van medetomidine en 5 keer die van dexmedetomidine
Voorbeelden van dosering:
Honden:
Domitor
Dexdomitor
Dexdomitor
Antisedan
0,5 mg/ml
0,1 mg/ml
dosering
dosering
dosering
1 000 mcg/m2
500 mcg/m2
500 mcg/m2
5 000 mcg/m2
40 mcg/kg
20 mcg/kg
20 mcg/kg
200 mcg/kg
= 0,4 ml/10 kg
= 0,4 ml/10 kg
= 2,0 ml/10 kg
= 0,4 ml/10 kg
Katten:
Domitor
Dexdomitor
Dexdomitor
Antisedan
0,5 mg/ml
0,1 mg/ml
dosering
ANTISEDAN
dosering
dosering
80 mcg/kg
40 mcg/kg
40 mcg/kg
200 mcg/kg
= 0,4 ml/5 kg
= 0,4 ml/5 kg
= 1,0 ml/3 kg*
= 0,2 ml/5 kg
0,1 ml/3 kg
*Voor katten die meer dan 3 kg wegen is Dexdomitor 0,5 mg/ml aanbevolen.
Antisedan kan ook gebruikt worden voor het omkeren van de effecten wanneer het dier gesedateerd
werd met een combinatie van ketamine en Domitor of Dexdomitor. In dit geval is de dosis Antisedan
dezelfde als deze voor de reanimatie na een enkele dosis Domitor of Dexdomitor. Echter, Antisedan
mag niet toegediend worden binnen 30 à 40 minuten na een ketamine toediening.
9.
AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
-
10.
WACHTTIJD
Niet van toepassing.
11.
BIJZONDERE BEWAARVOORSCHRIFTEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Niet bewaren boven 25 °C.
Bewaar de primaire verpakking in de buitenverpakking om deze te beschermen tegen licht.
Niet te gebruiken na de vervaldatum vermeld op het etiket na EXP (maand/jaar).
Houdbaarheid na eerste opening van de container: 28 dagen
12.
SPECIALE WAARSCHUWINGEN
Speciale waarschuwingen voor elke doeldiersoort:
Na toediening van Antisedan, zouden de dieren moeten kunnen rusten in een zo rustig mogelijke
ruimte.
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:
Het diergeneesmiddel voor dieren mag niet eerder dan 30 tot 40 minuten na toediening van ketamine
met medetomidine of dexmedetomidine toegediend worden. Indien het effect van de alfa-2 agonisten
vroeger wordt geëlimineerd, dan kan het residuele effect van ketamine stuiptrekkingen veroorzaken.
ANTISEDAN
Bij toevallige zelfinjectie moet men onmiddellijk het advies van een arts inroepen en hem de bijsluiter
laten zien maar ZELF NIET RIJDEN. De patiënt mag niet alleen gelaten worden.
Bij toevallig contact met het diergeneesmiddel moet men spoelen met overvloedig vers water. Als de
irritatie blijft aanhouden, moet men het advies van een arts inwinnen.
Bij toevallig inslikken van het diergeneesmiddel is het aan te raden om onmiddellijk een arts te
raadplegen.
Dracht en lactatie:
Bij gebrek aan voldoende studies wordt de toediening van atipamezole aan drachtige dieren niet
aanbevolen. Het gebruik tijdens lactatie wordt niet aangeraden.
I
nteractie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Aspecifieke centrale stimuli verhogen het herstellende effect van atipamezole.
Het wordt niet aanbevolen om atipamezole gelijktijdig te gebruiken met stoffen die op het centrale
zenuwstelsel werken of met stoffen die met het neurovegetatieve stelsel interageren, met uitzondering
van de alfa2-adrenergische agonisten waarvan de effecten op een specifieke manier geantagoneerd
worden (farmacologisch antagonisme).
Overdosering:
De toediening van een overdosis atipamezole kan gepaard gaan met overprikkelbaarheid en
tachycardie. Dit zijn vaak zeer milde tekenen die zelf-beperkend zijn binnen enkele uren en normaal
gezien niet vragen om een bepaalde behandeling.
Antidotum: niet van toepassing voor dit diergeneesmiddel. Overprikkelbaarheid bij de kat kan het
beste behandeld worden door externe stimuli tot een minimum te beperken.
13.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET-
GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUELE RESTANTEN HIERVAN
Geneesmiddelen mogen niet verwijderd worden via afvalwater of huishoudelijk afval.
Vraag aan uw dierenarts wat u met overtollige diergeneesmiddelen dient te doen. Deze maatregelen
dragen bij aan de bescherming van het milieu.
14.
DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Juni 2020
15.
OVERIGE INFORMATIE
Type I glas flacon, 10 ml. Butyl rubber sluiting met gefluorideerde polymeer coating. Eén glazen
flacon in een kartonnen doos.
BE-V153352
Op diergeneeskundig voorschrift.
ANTISEDAN
BIJSLUITER
ANTISEDAN 5 mg/ml inspuitbare oplossing
1.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE
Orion Corporation
Orionintie 1
02200 Espoo
Finland
2.
BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
ANTISEDAN 5 mg inspuitbare oplossing
Atipamezol hydrochlorid.
3.
GEHALTE AAN WERKZAAM EN OVERIGE BESTANDDELEN
Werkzaam bestanddeel:
Atipamezol. hydrochlorid 5.0 mg
Hulpstoffen:
Methyl. parahydroxybenz.
Natr. chlorid.
Aq. ad inject. ad 1 ml.
4.
INDICATIES
Antisedan is aangewezen als antagonist van de effecten van medetomidine en dexmedetomidine.
5.
CONTRA-INDICATIES
Niet gebruiken bij dieren met een hartziekte of een slechte algemene conditie.
Niet gebruiken bij overgevoeligheid voor het werkzame bestanddeel of één van de hulpstoffen.
6.
BIJWERKINGEN
Bijwerkingen komen slechts in uiterst zeldzame gevallen voor.
Door zijn alfa2-antagonistische eigenschappen veroorzaakt atipamezole een kortstondige en lichte
vermindering van de bloeddruk in de eerste minuten na toediening bij de hond. De toediening van een
normale dosis atipamezole kan bij wijze van uitzondering en tijdelijk gepaard gaan met overgeven,
overdadig speekselen, hijgen, ontlasting en spiertrillingen.. De toediening van een overdosis
atipamezole kan gepaard gaan met overprikkelbaarheid en tachycardie.
ANTISEDAN
- Zeer vaak (meer dan 1 op de 10 behandelde dieren vertonen bijwerkingen)
- Vaak (meer dan 1, maar minder dan 10 van de 100 behandelde dieren)
- Niet vaak (meer dan 1, maar minder dan 10 van de 1000 behandelde dieren)
- Zeldzaam (meer dan 1, maar minder dan 10 van de 10.000 behandelde dieren)
- Uiterst zeldzaam (minder dan 1 van de 10.000 behandelde dieren, inclusief geïsoleerde rapporten)
Indien u bijwerkingen vaststelt, zelfs wanneer die niet in deze bijsluiter worden vermeld, of u
vermoedt dat het diergeneesmiddel niet werkzaam is, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis
te stellen.
7.
DOELDIERSOORT(EN)
Hond en kat.
8.
DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT, TOEDIENINGSWEG EN WIJZE VAN
GEBRUIK.
Toedieningsweg: intramusculaire (IM) of onderhuidse (SC) toediending wordt aangeraden. Het effect
treedt sneller op na IM toediening. Indien nodig mag de toediening van het medicijn worden herhaald.
Atipamezole wordt 15 tot 60 minuten na medetomidine of dexmedetomidine toegediend. Na 5 tot 10
minuten is de toestand van het dier weer normaal.
Honden: De Antisedan dosis in milliliter is dezelfde als deze voor Domitor of Dexdomitor 0,5 mg/ml.
De Antisedan dosis in milliliter is één vijfde (1/5) van het dosisvolume van Dexdomitor 0,1 mg/ml. In
microgram is de dosis van atipamezole 5 keer die van medetomidineen 10 keer die van
dexmedetomidine
Katten: De Antisedan dosis in milliliter is de helft van deze voor Domitor of Dexdomitor 0,5 mg/ml
en één tiende (1/10) van Dexdomitor 0,1 mg/ml. In microgram is de dosis van atipamezole 2,5 keer
die van medetomidine en 5 keer die van dexmedetomidine
Voorbeelden van dosering:
Honden:
Domitor
Dexdomitor
Dexdomitor
Antisedan
0,5 mg/ml
0,1 mg/ml
dosering
dosering
dosering
1 000 mcg/m2
500 mcg/m2
500 mcg/m2
5 000 mcg/m2
40 mcg/kg
20 mcg/kg
20 mcg/kg
200 mcg/kg
= 0,4 ml/10 kg
= 0,4 ml/10 kg
= 2,0 ml/10 kg
= 0,4 ml/10 kg
Katten:
Domitor
Dexdomitor
Dexdomitor
Antisedan
0,5 mg/ml
0,1 mg/ml
dosering
ANTISEDAN
dosering
dosering
80 mcg/kg
40 mcg/kg
40 mcg/kg
200 mcg/kg
= 0,4 ml/5 kg
= 0,4 ml/5 kg
= 1,0 ml/3 kg*
= 0,2 ml/5 kg
0,1 ml/3 kg
*Voor katten die meer dan 3 kg wegen is Dexdomitor 0,5 mg/ml aanbevolen.
Antisedan kan ook gebruikt worden voor het omkeren van de effecten wanneer het dier gesedateerd
werd met een combinatie van ketamine en Domitor of Dexdomitor. In dit geval is de dosis Antisedan
dezelfde als deze voor de reanimatie na een enkele dosis Domitor of Dexdomitor. Echter, Antisedan
mag niet toegediend worden binnen 30 à 40 minuten na een ketamine toediening.
9.
AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
-
10.
WACHTTIJD
Niet van toepassing.
11.
BIJZONDERE BEWAARVOORSCHRIFTEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Niet bewaren boven 25 °C.
Bewaar de primaire verpakking in de buitenverpakking om deze te beschermen tegen licht.
Niet te gebruiken na de vervaldatum vermeld op het etiket na EXP (maand/jaar).
Houdbaarheid na eerste opening van de container: 28 dagen
12.
SPECIALE WAARSCHUWINGEN
Speciale waarschuwingen voor elke doeldiersoort:
Na toediening van Antisedan, zouden de dieren moeten kunnen rusten in een zo rustig mogelijke
ruimte.
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:
Het diergeneesmiddel voor dieren mag niet eerder dan 30 tot 40 minuten na toediening van ketamine
met medetomidine of dexmedetomidine toegediend worden. Indien het effect van de alfa-2 agonisten
vroeger wordt geëlimineerd, dan kan het residuele effect van ketamine stuiptrekkingen veroorzaken.
ANTISEDAN
Bij toevallige zelfinjectie moet men onmiddellijk het advies van een arts inroepen en hem de bijsluiter
laten zien maar ZELF NIET RIJDEN. De patiënt mag niet alleen gelaten worden.
Bij toevallig contact met het diergeneesmiddel moet men spoelen met overvloedig vers water. Als de
irritatie blijft aanhouden, moet men het advies van een arts inwinnen.
Bij toevallig inslikken van het diergeneesmiddel is het aan te raden om onmiddellijk een arts te
raadplegen.
Dracht en lactatie:
Bij gebrek aan voldoende studies wordt de toediening van atipamezole aan drachtige dieren niet
aanbevolen. Het gebruik tijdens lactatie wordt niet aangeraden.
I
nteractie met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Aspecifieke centrale stimuli verhogen het herstellende effect van atipamezole.
Het wordt niet aanbevolen om atipamezole gelijktijdig te gebruiken met stoffen die op het centrale
zenuwstelsel werken of met stoffen die met het neurovegetatieve stelsel interageren, met uitzondering
van de alfa2-adrenergische agonisten waarvan de effecten op een specifieke manier geantagoneerd
worden (farmacologisch antagonisme).
Overdosering:
De toediening van een overdosis atipamezole kan gepaard gaan met overprikkelbaarheid en
tachycardie. Dit zijn vaak zeer milde tekenen die zelf-beperkend zijn binnen enkele uren en normaal
gezien niet vragen om een bepaalde behandeling.
Antidotum: niet van toepassing voor dit diergeneesmiddel. Overprikkelbaarheid bij de kat kan het
beste behandeld worden door externe stimuli tot een minimum te beperken.
13.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET-
GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUELE RESTANTEN HIERVAN
Geneesmiddelen mogen niet verwijderd worden via afvalwater of huishoudelijk afval.
Vraag aan uw dierenarts wat u met overtollige diergeneesmiddelen dient te doen. Deze maatregelen
dragen bij aan de bescherming van het milieu.
14.
DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Juni 2020
15.
OVERIGE INFORMATIE
Type I glas flacon, 10 ml. Butyl rubber sluiting met gefluorideerde polymeer coating. Eén glazen
flacon in een kartonnen doos.
BE-V153352
Op diergeneeskundig voorschrift.