Diazetop 2 mg
Bijsluiter: informatie voor de patiënt
Diazetop 2 mg tabletten
Diazetop 5 mg tabletten
Diazetop 10 mg tabletten
Diazepam
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet in
deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1. Wat is
Diazetop en
waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3. Hoe gebruikt u dit middel?
4. Mogelijke bijwerkingen
5. Hoe bewaart u dit middel?
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Diazetop en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Diazetop bevat diazepam als werkzame stof en behoort tot een groep geneesmiddelen die benzodiazepinen
worden genoemd.
Diazetop is geïndiceerd voor de behandeling van de volgende symptomen:
bij volwassenen:
- angstsymptomen;
- symptomen die tijdens alcoholontwenningsverschijnselen voorkomen.
bij volwassenen en kinderen boven de 6 jaar:
- spierkrampen of pijn veroorzaakt door spier- en gewrichtsontstekingen, trauma, inclusief spasmen
veroorzaakt door ziekten zoals cerebrale parese (groep aandoeningen die het vermogen om te bewegen,
om een evenwicht en houding te behouden, beïnvloeden) en paraplegie (verlamming van onderste
lichaamshelft, aantasting beide benen) alsook athetose (continue, onwillekeurige, trage, ongewone
bewegingen van vingers en handen) en Stiff-Person syndroom.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
-
U bent allergisch voor diazepam of voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u
vinden in rubriek 6 van deze bijsluiter.
-
U hebt een aandoening, “myasthenia gravis” genoemd waarbij uw spieren zwak worden en
gemakkelijk vermoeid geraken.
-
U hebt ernstige ademhalingsproblemen (langzame en/of oppervlakkige ademhaling).
-
U hebt een aandoening, “slaap-apneusyndroom” genoemd (een slaapstoornis waarbij tijdens het
slapen momenten voorkomen dat de ademhaling tot stilstand komt).
-
U hebt ernstige leverproblemen.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
PIL – Diazepam – Var. BE-H-0250-001-003-IA-012-G
1
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u dit middel gebruikt,
- als u lever-, hart- of nierproblemen heeft;
- als u een voorgeschiedenis heeft van alcohol- en drugsmisbruik;
- als u zwakke spieren heeft;
- als u ademhalingsproblemen heeft;
- als u een probleem van geestelijke gezondheid heeft. Benzodiazepines worden niet aanbevolen als
eerstelijnsbehandeling voor psychosen (geestesziekten). Deze geneesmiddelen mogen niet worden
voorgeschreven om een depressie of angst gepaard met een depressie te behandelen, gezien het risico op
verergering van de symptomen,
- als u epilepsie heeft of een voorgeschiedenis van epileptische aanvallen.
Neem contact op met uw arts:
- als u, na een paar weken, merkt dat de tabletten niet zo goed werken als ze deden toen u voor het eerst
begon met de behandeling. Gewenning aan benzodiazepines kan optreden.
- als u bijwerkingen of gedragsveranderingen ervaart (zie rubriek 4).
Er is een risico van afhankelijkheid bij het nemen van dit geneesmiddel.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Geef dit geneesmiddel niet aan kinderen jonger dan 6 jaar, tenzij na beslissing en onder strikt medisch
toezicht van een specialist (pediater, psychiater, neuroloog, anesthesist, specialist intensieve zorgen) die
de dosis zal bepalen.
Kinderen vertonen een verhoogde gevoeligheid voor de effecten van benzodiazepines op het centraal
zenuwstelsel. Bij kinderen kan de onvolledige ontwikkeling van het transformatiemechanisme in het lichaam
de vorming van afbraakproducten die geen activiteit meer hebben, verhinderen of onvolledig maken.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Diazetop nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of
gaat u dit misschien
binnenkort doen?
Vertel dat dan uw arts of apotheker. Dat geldt ook voor geneesmiddelen die u zonder
voorschrift kunt verkrijgen. Ook kunnen sommige andere geneesmiddelen invloed hebben op de werking van
Diazetop. Dit geld vooral bij:
-
antidepressiva
(bv. fluvoxamine en fluoxetine);
-
antipsychotica
zoals clozapine (voor de behandeling van mentale problemen);
-
spierverslappers
(bv. suxamethonium en tubocurarine);
- barbituraten zoals
fenobarbital
(ter behandeling van epilepsie en mentale problemen);
- andere centraal zenuwstelsel onderdrukkende middelen (buprenorfine, narcotische analgetica, opioïden en
derivaten voor de behandeling van hoest, baclofen, thalidomide, pizotifeen, centraal werkende
antihypertensiva);
Het gebruik van deze geneesmiddelen in combinatie met diazepam kan uw geestelijke gesteldheid
beïnvloeden, u erg slaperig maken en uw ademhaling en bloeddruk onderdrukken.
-
disulfiram
(ter behandeling van alcoholverslaving). Gebruik van dit geneesmiddel in combinatie met
diazepam kan u erg slaperig maken en er ook voor zorgen dat diazepam langzamer dan normaal uit uw
lichaam verdwijnt;
-
geneesmiddelen voor epilepsie,
bijvoorbeeld fenytoïne en carbamazepine, omdat deze middelen de
werking van diazepam kunnen verminderen. Diazepam kan ook de manier waarop fenytoïne werkt
veranderen;
-
theofylline
(ter behandeling van astma en andere ademhalingsproblemen), omdat dit middel de werking
van diazepam kan verminderen;
-
cimetidine, omeprazol of esomeprazol
(maagzuurremmers), omdat deze middelen ervoor kunnen
zorgen dat diazepam langzamer dan normaal uit uw lichaam verdwijnt;
-
rifampicine
(een antibioticum) omdat dit geneesmiddel ervoor kan zorgen dat diazepam sneller dan
normaal uit uw lichaam verdwijnt. De werking van diazepam kan hierdoor worden verminderd;
-
atazanavir, ritonavir, delavirdine, efavirenz, indinavir, nelfinavir of saquinavir
(antivirale
middelen),
fluconazol, itraconazol, ketoconazol of voriconazol
(antischimmelmiddelen), omdat deze
middelen ervoor kunnen zorgen dat diazepam langzamer dan normaal uit uw lichaam verdwijnt en zo het
risico op bijwerkingen vergroten;
2
-
isoniazide
(ter behandeling van tuberculose), omdat dit geneesmiddel ervoor kan zorgen dat diazepam
langzamer dan normaal uit uw lichaam verdwijnt;
-
orale anticonceptiva,
omdat ze ervoor kunnen zorgen dat diazepam langzamer dan normaal uit uw
lichaam verdwijnt en zo de werking ervan kan vergroten. Bij gelijktijdig gebruik van diazepam en orale
anticonceptiva kunnen doorbraakbloedingen voorkomen, maar de bescherming tegen zwangerschap
wordt niet verminderd;
-
cisapride
(ter behandeling van maagaandoeningen), omdat dit geneesmiddel ervoor kan zorgen dat
diazepam langzamer dan normaal uit uw lichaam verdwijnt;
-
corticosteroïden
(ter behandeling van ontstekingen in het lichaam), omdat deze middelen de werking van
diazepam kunnen verminderen;
-
levodopa
(ter behandeling van de ziekte van Parkinson). Diazepam kan de werking van levodopa
verminderen;
-
valproïnezuur
(ter behandeling van epilepsie en mentale problemen), omdat dit middel ervoor kan
zorgen dat diazepam langzamer dan normaal uit uw lichaam verdwijnt en zo de werking van diazepam
kan vergroten; Valproïnezuur samen met diazepam verhoogt het risico op psychosen (een mentale
aandoening).
-
ketamine
(een anestheticum), omdat diazepam het effect van ketamine versterkt.
Gelijktijdig gebruik van Diazetop en opioïden (sterke pijnstillers, geneesmiddelen voor substitutietherapie en
sommige geneesmiddelen tegen hoest) verhoogt het risico op slaperigheid, ademhalingsproblemen
(ademhalingsdepressie), coma en kan levensbedreigend zijn. Daarom moet gelijktijdig gebruik alleen worden
overwogen als andere behandelingsopties niet mogelijk zijn.
Als uw arts echter Diazetop samen opioïden voorschrijft, moet de dosis en de duur van de gelijktijdige
behandeling door uw arts worden beperkt.
Vertel uw arts over alle opioïde geneesmiddelen die u inneemt en volg de dosisaanbevelingen van uw arts op
de voet. Het kan handig zijn om vrienden of familieleden op de hoogte te stellen van de hierboven vermelde
signalen en symptomen. Neem contact op met uw art wanneer u dergelijke symptomen ervaart.
Waarop moet u letten met eten, drinken en alcohol?
Drink geen alcohol
terwijl u diazepam gebruikt, omdat alcohol het effect van Diazetop zou kunnen
verhogen.
Grapefruitsap kan het effect van diazepam verhogen.
Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact
op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Neem Diazetop niet in als u zwanger bent, zwanger zou kunnen worden of borstvoeding geeft tenzij uw arts
u dat zegt. Dit geneesmiddel zou een invloed kunnen hebben op uw baby.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Vraag uw arts of u mag rijden of machines gebruiken omdat Diazetop uw reacties kan vertragen. Dat effect
wordt verergerd door alcohol en slaaptekort.
Diazetop bevat lactosemonohydraat
Indien uw arts u heeft meegedeeld dat u bepaalde suikers niet verdraagt, neem dan contact op met uw arts
voordat u dit geneesmiddel inneemt.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het
juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
3
Het gebruik bij kinderen van minder dan 6 jaar zal enkel plaatsvinden volgens de beslissing en onder
toezicht van een specialist (pediater, neuroloog, psychiater, anesthesist en specialist intensieve zorgen),
die zelf de dosis zal bepalen.
- Uw arts zal starten met een lage dosering en zal die geleidelijk verhogen tot de juiste dosering wordt
gevonden.
- Uw dosering zal afhangen van uw ziekte en van hoe u op het geneesmiddel reageert.
- De duur van de behandeling moet zo kort mogelijk worden gehouden. Die zal gewoonlijk niet langer dan
8 tot 12 weken zijn.
Gebruik bij volwassenen
De aanbevolen dosering is 2 à 20 mg per dag. Neem nooit meer dan 10 mg in één keer.
Aanbevolen dosering voor:
- Angstsymptomen: 10 mg per dag (2,5 mg ’s morgens en 2,5 mg ’s middags en 5 mg ’s avonds).
- Alcoholontwenningsverschijnselen: 10 mg, 3 tot 4 keer tijdens de eerste 24 uren, en teruggebracht tot 5
mg 3 tot 4 keer per dag, indien nodig.
- Behandeling van spasticiteit: 2 mg tot 10 mg, 3 tot 4 keren per dag.
Gebruik bij kinderen en jongeren tot 18 jaar
- Behandeling van spasticiteit bij kinderen ouder dan 6 jaar en adolescenten
Aanbevolen dosering voor:
Kinderen tussen de 6 en 12 jaar oud: 5 mg, 2 keer per daag.
Kinderen tussen de 12 en 18 jaar oud: 10 mg, 2 keer per dag.
Langdurig chronisch gebruik wordt niet aanbevolen.
Diazetop wordt afgeraden voor kinderen jonger dan 6 jaar vanwege mogelijke slikproblemen. Voor jongere
kinderen zijn er andere meer geschikte farmaceutische vormen beschikbaar.
Gebruik bij oudere patiënten
Uw arts zal beslissen hoe veel en hoe vaak u Diazetop moet krijgen. De dosering zal lager liggen dan de
gebruikelijke dosering voorgeschreven voor een volwassenen.
De behandeling dient te worden gestart met de laagst mogelijke dosering (2 tot 2,5 mg, één of twee keer per
dag) en vervolgens zo nodig geleidelijk te worden verhoogd als het wordt verdragen.
Gebruik bij patiënten met verminderde nierfunctie
Er is doorgaans geen doseringsaanpassing nodig. Toch is voorzichtigheid geboden bij de behandeling van
patiënten met een verminderde nierfunctie met diazepam.
Benzodiazepinen met actieve metabolieten zoals diazepam dienen vermeden te worden bij patiënten met een
nierziekte in het eindstadium.
Gebruik bij patiënten met verminderde leverfunctie
Uw arts zal beslissen hoe veel en hoe vaak u Diazetop moet krijgen. De dosering zal lager liggen dan de
gebruikelijke dosering voorgeschreven voor andere volwassenen.
Gebruik bij patiënten met overgewicht
Als bij u sprake is van overgewicht, kan het langer duren voordat u de werking van het geneesmiddel ervaart.
Bovendien, kan de werking van Diazetop, met de mogelijke bijwerkingen, ook langer aanhouden.
U dient dit geneesmiddel bij voorkeur in de namiddag of ’s avonds te gebruiken.
De tablet kan worden verdeeld in gelijke doses.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
- Wanneer u te veel van Diazetop heeft gebruikt, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts, apotheker
of het Antigifcentrum (070/245.245).
4
- Wanneer u te veel tabletten heeft ingenomen (meer dan voorgeschreven) of wanneer u denkt dat een kind
een tablet kan hebben ingeslikt, neem dan onmiddellijk contact op met de dichtstbijzijnde EHBO-post,
uw arts of apotheker.
- Symptomen van overdosis zijn onder andere verlies van coördinatie van spierbewegingen, apneu (ernstige
ademhalingsmoeilijkheden), lage bloeddruk (hypotensie), hart en longproblemen (cardiorespiratoire
depressie) en coma (diepe bewusteloosheid).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Neem geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen. Wanneer u een dosis vergeet te gebruiken,
gebruik deze dan zodra u er aan denkt. Als het bijna tijd is voor de volgende dosis, sla de vergeten dosis dan
over.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
- Stop niet met dit geneesmiddel zonder eerst met uw arts te overleggen. Als u ineens stopt met het innemen
van Diazetop kunt u ontwenningsverschijnselen krijgen, waaronder: slaapstoornissen, hoofdpijn,
spierpijn, spanning, verwarring, prikkelbaarheid of agressiviteit, stemmingswisseling en overgevoeligheid
voor licht, lawaai en aanraking. Minder vaak voorkomende ontwenningsverschijnselen zijn: dingen zien
of horen die er niet zijn (hallucinaties) en het verlies van de waarneming van de werkelijkheid (verlies van
realiteitsbesef).
- U moet het aantal of de sterkte van de tabletten die u gebruikt geleidelijk verminderen voordat u helemaal
stopt met dit middel. Uw arts zal u zeggen hoe u dat moet doen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts of
apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben. Niet iedereen krijgt daarmee te
maken.
Sommige bijwerkingen kunnen ernstig zijn en behoeven onmiddellijk medische zorg:
Allergische reacties
Als u een allergische reactie krijgt,
moet u meteen naar een arts gaan.
De tekenen kunnen omvatten:
- Plotselinge zwelling van de keel, het gezicht en de lippen. Dat kan ademhalings- of slikmoeilijkheden
veroorzaken.
- Plotselinge zwelling van de handen, de voeten en de enkels; huiduitslag of jeuk.
Effecten op het gedrag
Spreek met uw arts
als u één van de volgende bijwerkingen opmerkt. Uw arts zal u misschien zeggen om de
behandeling stop te zetten:
- Agressie, prikkelbaarheid, zenuwachtigheid, agitatie, angst, waanideeën, woede.
- Slaapproblemen, nachtmerries en hevige dromen.
Voor mogelijke ontwenningssymptomen, zie “Als u stopt met het gebruik van dit middel” onder rubriek 3.
Kinderen en bejaarden lopen een hoger risico op dergelijke reacties.
Oudere patiënten
Oudere patiënten die benzodiazepinen gebruiken, zullen gemakkelijker vallen en beenderen breken.
Andere bijwerkingen:
Als u start met het gebruik van Diazetop,
kunt u de volgende effecten opmerken:
- zich suf en moe voelen; zich duizelig en ijlhoofdig voelen;
- spierzwakte, verlies van coördinatie van de spierbewegingen (ataxie) en andere bewegingsstoornissen.
Uw arts zal u een lagere dosering van Diazetop voorstellen en de dosering nadien langzaam verhogen.
De volgende bijwerkingen kunnen op elke tijdstip tijdens uw behandeling optreden:
Psychische stoornissen en zenuwstelselaandoeningen
5
-
-
-
-
Concentratieproblemen, verminderde alertheid, verwarring en desoriëntatie, agitatie.
Geheugenverlies, hoofdpijn, depressie.
Onduidelijke spraak, verlies van coördinatie, met inbegrip van wankelend gevoel bij het stappen.
Verandering in de zin om te vrijen (libido).
Lever en bloed (zeer zelden)
- Veranderingen in bepaalde leverenzymen zoals te zien in bloedonderzoek.
- Gele huid of ogen (geelzucht).
- Bloedproblemen. De tekenen omvatten: zich moe voelen, gemakkelijk blauwe plekken krijgen,
kortademigheid en neusbloedingen. Uw arts zal misschien van tijd tot tijd bloedonderzoeken aanvragen.
Hart, bloedsomloop en bloedvaten
- Hartproblemen zoals trage hartslag (bradycardie), hartfalen en stopzetting van de hartslag (hartstilstand).
- Lage bloeddruk (hypotensie). Daardoor kunt u zich duizelig of ijlhoofdig voelen bij het opstaan.
- Problemen met de bloedsomloop (circulatoire depressie).
Maag en darmen (soms)
- Misselijkheid, verstopping, maaglast.
- Droge mond en te veel speeksel (verhoogde speekselsecretie).
Longen en nieren
- Ademhalingsdepressie.
- Niet in staat zijn om te plassen (urineretentie), verlies van controle over de blaas (urineverlies).
Ogen, huid en haar
- Dubbelzien, wazig zicht, duizeligheid – de tekenen omvatten een duizelig of draaierig gevoel.
- De meest voorkomende bijwerkingen zijn huiduitslag, netelroos, jeuk en erythemateuze huiduitslag.
Krijgt u veel last van één van de bijwerkingen? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat?
Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor mogelijke
bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan . U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden via het
Federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten, Afdeling Vigilantie, Galileelaan 5/03,
1210 BRUSSEL
Website: www.eenbijwerkingmelden.be
e-mail: adr@fagg.be
Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit
geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos na EXP.
Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw apotheker
wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt.
Als u geneesmiddelen op de juiste manier afvoert
worden ze op een juiste manier vernietigd en komen ze niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
6
Welke stoffen zitten er in dit middel?
- De werkzame stof in dit middel is diazepam. Elke tablet bevat 2 mg/5 mg/10 mg diazepam.
- De andere stoffen in dit middel zijn lactosemonohydraat, gepregelatiniseerd zetmeel, magnesiumstearaat.
Hoe ziet Diazetop eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Diazetop 2 mg: witte tot gebroken witte, ronde, platte tabletten met een diameter van 8,0 mm en met “2” aan
de ene kant en de breukstreep aan de andere kant.
Diazetop 5 mg: witte tot gebroken witte, ronde, platte tabletten met een diameter van 8,0 mm en met “5” aan
de ene kant en de breukstreep aan de andere kant.
Diazetop 10 mg: witte tot gebroken witte, ronde, platte tabletten met een diameter van 8,0 mm en met “10”
aan de ene kant en de breukstreep aan de andere kant.
Diazetop tabletten zijn verpakt in Al/PVC blisterverpakkingen. De blister en de bijsluiter zijn samen verpakt
in een in met tekst bedrukte kartonnen doos.
10, 20, 25, 28, 30, 40, 50, 56, 60 en 100 tabletten in blisterverpakkingen.
Het is mogelijk dat niet alle genoemde verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.
Houden van de vergunning voor het in de handel brengen
Aurobindo N.V., E. Demunterlaan 5 box 8, 1090 Brussel
Fabrikant
Santa S.A., Str. Carpatilor nr. 60, Obiectiv nr. 47, 48, 58, 133, Brasov, Jud. Brasov, cod 500269,
Roemenië
Nummers van de vergunning voor het in de handel brengen
Diazetop 2 mg tabletten: BE502657
Diazetop 5 mg tabletten: BE502666
Diazetop 10 mg tabletten: BE502675
Afleveringswijze
Geneesmiddel op medisch voorschrift
Dit geneesmiddel is geregistreerd in lidstaten van de
Europese Economische Ruimte en in het Verenigd
Koninkrijk (Noord-Ierland)
onder de volgende namen:
BE:
Diazetop
LUX:
Diazetop
ES:
Diazepam Aurovitas
VK
(Noord-Ierland)
:
Diazepam GSP
PL:
Diazepam Genoptim
Deze bijsluiter is voor het laatst herzien / goedgekeurd in 08/2021 / 08/2021.
7
Diazetop 2 mg tabletten
Diazetop 5 mg tabletten
Diazetop 10 mg tabletten
Diazepam
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
- Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
- Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
- Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet in
deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Diazetop en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Diazetop en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Diazetop bevat diazepam als werkzame stof en behoort tot een groep geneesmiddelen die benzodiazepinen
worden genoemd.
Diazetop is geïndiceerd voor de behandeling van de volgende symptomen:
bij volwassenen:
-
angstsymptomen;
- symptomen die tijdens alcoholontwenningsverschijnselen voorkomen.
bij volwassenen en kinderen boven de 6 jaar:
-
spierkrampen of pijn veroorzaakt door spier- en gewrichtsontstekingen, trauma, inclusief spasmen
veroorzaakt door ziekten zoals cerebrale parese (groep aandoeningen die het vermogen om te bewegen,
om een evenwicht en houding te behouden, beïnvloeden) en paraplegie (verlamming van onderste
lichaamshelft, aantasting beide benen) alsook athetose (continue, onwillekeurige, trage, ongewone
bewegingen van vingers en handen) en Stiff-Person syndroom.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
-
U bent allergisch voor diazepam of voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u
vinden in rubriek 6 van deze bijsluiter.
- U hebt een aandoening, 'myasthenia gravis' genoemd waarbij uw spieren zwak worden en
gemakkelijk vermoeid geraken.
- U hebt ernstige ademhalingsproblemen (langzame en/of oppervlakkige ademhaling).
- U hebt een aandoening, 'slaap-apneusyndroom' genoemd (een slaapstoornis waarbij tijdens het
slapen momenten voorkomen dat de ademhaling tot stilstand komt).
- U hebt ernstige leverproblemen.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
PIL Diazepam Var. BE-H-0250-001-003-IA-012-G
als u lever-, hart- of nierproblemen heeft;
- als u een voorgeschiedenis heeft van alcohol- en drugsmisbruik;
- als u zwakke spieren heeft;
- als u ademhalingsproblemen heeft;
- als u een probleem van geestelijke gezondheid heeft. Benzodiazepines worden niet aanbevolen als
eerstelijnsbehandeling voor psychosen (geestesziekten). Deze geneesmiddelen mogen niet worden
voorgeschreven om een depressie of angst gepaard met een depressie te behandelen, gezien het risico op
verergering van de symptomen,
- als u epilepsie heeft of een voorgeschiedenis van epileptische aanvallen.
Neem contact op met uw arts:
-
als u, na een paar weken, merkt dat de tabletten niet zo goed werken als ze deden toen u voor het eerst
begon met de behandeling. Gewenning aan benzodiazepines kan optreden.
- als u bijwerkingen of gedragsveranderingen ervaart (zie rubriek 4).
Er is een risico van afhankelijkheid bij het nemen van dit geneesmiddel.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Geef dit geneesmiddel niet aan kinderen jonger dan 6 jaar, tenzij na beslissing en onder strikt medisch
toezicht van een specialist (pediater, psychiater, neuroloog, anesthesist, specialist intensieve zorgen) die
de dosis zal bepalen.
Kinderen vertonen een verhoogde gevoeligheid voor de effecten van benzodiazepines op het centraal
zenuwstelsel. Bij kinderen kan de onvolledige ontwikkeling van het transformatiemechanisme in het lichaam
de vorming van afbraakproducten die geen activiteit meer hebben, verhinderen of onvolledig maken.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Diazetop nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of gaat u dit misschien
binnenkort doen? Vertel dat dan uw arts of apotheker. Dat geldt ook voor geneesmiddelen die u zonder
voorschrift kunt verkrijgen. Ook kunnen sommige andere geneesmiddelen invloed hebben op de werking van
Diazetop. Dit geld vooral bij:
-
antidepressiva (bv. fluvoxamine en fluoxetine);
-
antipsychotica zoals clozapine (voor de behandeling van mentale problemen);
-
spierverslappers (bv. suxamethonium en tubocurarine);
- barbituraten zoals
fenobarbital (ter behandeling van epilepsie en mentale problemen);
- andere centraal zenuwstelsel onderdrukkende middelen (buprenorfine, narcotische analgetica, opioïden en
derivaten voor de behandeling van hoest, baclofen, thalidomide, pizotifeen, centraal werkende
antihypertensiva);
Het gebruik van deze geneesmiddelen in combinatie met diazepam kan uw geestelijke gesteldheid
beïnvloeden, u erg slaperig maken en uw ademhaling en bloeddruk onderdrukken.
-
disulfiram (ter behandeling van alcoholverslaving). Gebruik van dit geneesmiddel in combinatie met
diazepam kan u erg slaperig maken en er ook voor zorgen dat diazepam langzamer dan normaal uit uw
lichaam verdwijnt;
-
geneesmiddelen voor epilepsie, bijvoorbeeld fenytoïne en carbamazepine, omdat deze middelen de
werking van diazepam kunnen verminderen. Diazepam kan ook de manier waarop fenytoïne werkt
veranderen;
-
theofylline (ter behandeling van astma en andere ademhalingsproblemen), omdat dit middel de werking
van diazepam kan verminderen;
-
cimetidine, omeprazol of esomeprazol (maagzuurremmers), omdat deze middelen ervoor kunnen
zorgen dat diazepam langzamer dan normaal uit uw lichaam verdwijnt;
-
rifampicine (een antibioticum) omdat dit geneesmiddel ervoor kan zorgen dat diazepam sneller dan
normaal uit uw lichaam verdwijnt. De werking van diazepam kan hierdoor worden verminderd;
-
atazanavir, ritonavir, delavirdine, efavirenz, indinavir, nelfinavir of saquinavir (antivirale
middelen),
fluconazol, itraconazol, ketoconazol of voriconazol (antischimmelmiddelen), omdat deze
middelen ervoor kunnen zorgen dat diazepam langzamer dan normaal uit uw lichaam verdwijnt en zo het
risico op bijwerkingen vergroten;
langzamer dan normaal uit uw lichaam verdwijnt;
-
orale anticonceptiva, omdat ze ervoor kunnen zorgen dat diazepam langzamer dan normaal uit uw
lichaam verdwijnt en zo de werking ervan kan vergroten. Bij gelijktijdig gebruik van diazepam en orale
anticonceptiva kunnen doorbraakbloedingen voorkomen, maar de bescherming tegen zwangerschap
wordt niet verminderd;
-
cisapride (ter behandeling van maagaandoeningen), omdat dit geneesmiddel ervoor kan zorgen dat
diazepam langzamer dan normaal uit uw lichaam verdwijnt;
-
corticosteroïden (ter behandeling van ontstekingen in het lichaam), omdat deze middelen de werking van
diazepam kunnen verminderen;
-
levodopa (ter behandeling van de ziekte van Parkinson). Diazepam kan de werking van levodopa
verminderen;
-
valproïnezuur (ter behandeling van epilepsie en mentale problemen), omdat dit middel ervoor kan
zorgen dat diazepam langzamer dan normaal uit uw lichaam verdwijnt en zo de werking van diazepam
kan vergroten; Valproïnezuur samen met diazepam verhoogt het risico op psychosen (een mentale
aandoening).
-
ketamine (een anestheticum), omdat diazepam het effect van ketamine versterkt.
Gelijktijdig gebruik van Diazetop en opioïden (sterke pijnstillers, geneesmiddelen voor substitutietherapie en
sommige geneesmiddelen tegen hoest) verhoogt het risico op slaperigheid, ademhalingsproblemen
(ademhalingsdepressie), coma en kan levensbedreigend zijn. Daarom moet gelijktijdig gebruik alleen worden
overwogen als andere behandelingsopties niet mogelijk zijn.
Als uw arts echter Diazetop samen opioïden voorschrijft, moet de dosis en de duur van de gelijktijdige
behandeling door uw arts worden beperkt.
Vertel uw arts over alle opioïde geneesmiddelen die u inneemt en volg de dosisaanbevelingen van uw arts op
de voet. Het kan handig zijn om vrienden of familieleden op de hoogte te stellen van de hierboven vermelde
signalen en symptomen. Neem contact op met uw art wanneer u dergelijke symptomen ervaart.
Waarop moet u letten met eten, drinken en alcohol?
Drink geen alcohol terwijl u diazepam gebruikt, omdat alcohol het effect van Diazetop zou kunnen
verhogen.
Grapefruitsap kan het effect van diazepam verhogen.
Zwangerschap, borstvoeding en vruchtbaarheid
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan contact
op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Neem Diazetop niet in als u zwanger bent, zwanger zou kunnen worden of borstvoeding geeft tenzij uw arts
u dat zegt. Dit geneesmiddel zou een invloed kunnen hebben op uw baby.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Vraag uw arts of u mag rijden of machines gebruiken omdat Diazetop uw reacties kan vertragen. Dat effect
wordt verergerd door alcohol en slaaptekort.
Diazetop bevat lactosemonohydraat
Indien uw arts u heeft meegedeeld dat u bepaalde suikers niet verdraagt, neem dan contact op met uw arts
voordat u dit geneesmiddel inneemt.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het
juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
- Uw arts zal starten met een lage dosering en zal die geleidelijk verhogen tot de juiste dosering wordt
gevonden.
- Uw dosering zal afhangen van uw ziekte en van hoe u op het geneesmiddel reageert.
- De duur van de behandeling moet zo kort mogelijk worden gehouden. Die zal gewoonlijk niet langer dan
8 tot 12 weken zijn.
Gebruik bij volwassenen
De aanbevolen dosering is 2 à 20 mg per dag. Neem nooit meer dan 10 mg in één keer.
Aanbevolen dosering voor:
- A
ngstsymptomen : 10 mg per dag (2,5 mg 's morgens en 2,5 mg 's middags en 5 mg 's avonds).
- A
lcoholontwenningsverschijnselen : 10 mg, 3 tot 4 keer tijdens de eerste 24 uren, en teruggebracht tot 5
mg 3 tot 4 keer per dag, indien nodig.
- B
ehandeling van spasticiteit : 2 mg tot 10 mg, 3 tot 4 keren per dag.
Gebruik bij kinderen en jongeren tot 18 jaar
- B
ehandeling van spasticiteit bij kinderen ouder dan 6 jaar en adolescenten
Aanbevolen dosering voor:
Kinderen tussen de 6 en 12 jaar oud: 5 mg, 2 keer per daag.
Kinderen tussen de 12 en 18 jaar oud: 10 mg, 2 keer per dag.
Langdurig chronisch gebruik wordt niet aanbevolen.
Diazetop wordt afgeraden voor kinderen jonger dan 6 jaar vanwege mogelijke slikproblemen. Voor jongere
kinderen zijn er andere meer geschikte farmaceutische vormen beschikbaar.
Gebruik bij oudere patiënten
Uw arts zal beslissen hoe veel en hoe vaak u Diazetop moet krijgen. De dosering zal lager liggen dan de
gebruikelijke dosering voorgeschreven voor een volwassenen.
De behandeling dient te worden gestart met de laagst mogelijke dosering (2 tot 2,5 mg, één of twee keer per
dag) en vervolgens zo nodig geleidelijk te worden verhoogd als het wordt verdragen.
Gebruik bij patiënten met verminderde nierfunctie
Er is doorgaans geen doseringsaanpassing nodig. Toch is voorzichtigheid geboden bij de behandeling van
patiënten met een verminderde nierfunctie met diazepam.
Benzodiazepinen met actieve metabolieten zoals diazepam dienen vermeden te worden bij patiënten met een
nierziekte in het eindstadium.
Gebruik bij patiënten met verminderde leverfunctie
Uw arts zal beslissen hoe veel en hoe vaak u Diazetop moet krijgen. De dosering zal lager liggen dan de
gebruikelijke dosering voorgeschreven voor andere volwassenen.
Gebruik bij patiënten met overgewicht
Als bij u sprake is van overgewicht, kan het langer duren voordat u de werking van het geneesmiddel ervaart.
Bovendien, kan de werking van Diazetop, met de mogelijke bijwerkingen, ook langer aanhouden.
U dient dit geneesmiddel bij voorkeur in de namiddag of 's avonds te gebruiken.
De tablet kan worden verdeeld in gelijke doses.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
- Wanneer u te veel van Diazetop heeft gebruikt, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts, apotheker
of het Antigifcentrum (070/245.245).
een tablet kan hebben ingeslikt, neem dan onmiddellijk contact op met de dichtstbijzijnde EHBO-post,
uw arts of apotheker.
- Symptomen van overdosis zijn onder andere verlies van coördinatie van spierbewegingen, apneu (ernstige
ademhalingsmoeilijkheden), lage bloeddruk (hypotensie), hart en longproblemen (cardiorespiratoire
depressie) en coma (diepe bewusteloosheid).
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Neem geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen. Wanneer u een dosis vergeet te gebruiken,
gebruik deze dan zodra u er aan denkt. Als het bijna tijd is voor de volgende dosis, sla de vergeten dosis dan
over.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
- Stop niet met dit geneesmiddel zonder eerst met uw arts te overleggen. Als u ineens stopt met het innemen
van Diazetop kunt u ontwenningsverschijnselen krijgen, waaronder: slaapstoornissen, hoofdpijn,
spierpijn, spanning, verwarring, prikkelbaarheid of agressiviteit, stemmingswisseling en overgevoeligheid
voor licht, lawaai en aanraking. Minder vaak voorkomende ontwenningsverschijnselen zijn: dingen zien
of horen die er niet zijn (hallucinaties) en het verlies van de waarneming van de werkelijkheid (verlies van
realiteitsbesef).
- U moet het aantal of de sterkte van de tabletten die u gebruikt geleidelijk verminderen voordat u helemaal
stopt met dit middel. Uw arts zal u zeggen hoe u dat moet doen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts of
apotheker.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben. Niet iedereen krijgt daarmee te
maken.
Sommige bijwerkingen kunnen ernstig zijn en behoeven onmiddellijk medische zorg:
Allergische reacties
Als u een allergische reactie krijgt,
moet u meteen naar een arts gaan. De tekenen kunnen omvatten:
- Plotselinge zwelling van de keel, het gezicht en de lippen. Dat kan ademhalings- of slikmoeilijkheden
veroorzaken.
- Plotselinge zwelling van de handen, de voeten en de enkels; huiduitslag of jeuk.
Effecten op het gedrag
Spreek met uw arts als u één van de volgende bijwerkingen opmerkt. Uw arts zal u misschien zeggen om de
behandeling stop te zetten:
- Agressie, prikkelbaarheid, zenuwachtigheid, agitatie, angst, waanideeën, woede.
- Slaapproblemen, nachtmerries en hevige dromen.
Voor mogelijke ontwenningssymptomen, zie 'Als u stopt met het gebruik van dit middel' onder rubriek 3.
Kinderen en bejaarden lopen een hoger risico op dergelijke reacties.
Oudere patiënten
Oudere patiënten die benzodiazepinen gebruiken, zullen gemakkelijker vallen en beenderen breken.
Andere bijwerkingen:
Als u start met het gebruik van Diazetop, kunt u de volgende effecten opmerken:
- zich suf en moe voelen; zich duizelig en ijlhoofdig voelen;
- spierzwakte, verlies van coördinatie van de spierbewegingen (ataxie) en andere bewegingsstoornissen.
Uw arts zal u een lagere dosering van Diazetop voorstellen en de dosering nadien langzaam verhogen.
De volgende bijwerkingen kunnen op elke tijdstip tijdens uw behandeling optreden:
Psychische stoornissen en zenuwstelselaandoeningen
Lever en bloed (zeer zelden)
- Veranderingen in bepaalde leverenzymen zoals te zien in bloedonderzoek.
- Gele huid of ogen (geelzucht).
- Bloedproblemen. De tekenen omvatten: zich moe voelen, gemakkelijk blauwe plekken krijgen,
kortademigheid en neusbloedingen. Uw arts zal misschien van tijd tot tijd bloedonderzoeken aanvragen.
Hart, bloedsomloop en bloedvaten
- Hartproblemen zoals trage hartslag (bradycardie), hartfalen en stopzetting van de hartslag (hartstilstand).
- Lage bloeddruk (hypotensie). Daardoor kunt u zich duizelig of ijlhoofdig voelen bij het opstaan.
- Problemen met de bloedsomloop (circulatoire depressie).
Maag en darmen (soms)
- Misselijkheid, verstopping, maaglast.
- Droge mond en te veel speeksel (verhoogde speekselsecretie).
Longen en nieren
- Ademhalingsdepressie.
- Niet in staat zijn om te plassen (urineretentie), verlies van controle over de blaas (urineverlies).
Ogen, huid en haar
- Dubbelzien, wazig zicht, duizeligheid de tekenen omvatten een duizelig of draaierig gevoel.
- De meest voorkomende bijwerkingen zijn huiduitslag, netelroos, jeuk en erythemateuze huiduitslag.
Krijgt u veel last van één van de bijwerkingen? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat?
Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor mogelijke
bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan . U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden via het
Federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten, Afdeling Vigilantie, Galileelaan 5/03,
1210 BRUSSEL
Website: www.eenbijwerkingmelden.be
e-mail: adr@fagg.be
Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit
geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos na EXP.
Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
Voor dit geneesmiddel zijn er geen speciale bewaarcondities.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw apotheker
wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Als u geneesmiddelen op de juiste manier afvoert
worden ze op een juiste manier vernietigd en komen ze niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Hoe ziet Diazetop eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Diazetop 2 mg: witte tot gebroken witte, ronde, platte tabletten met een diameter van 8,0 mm en met '2' aan
de ene kant en de breukstreep aan de andere kant.
Diazetop 5 mg: witte tot gebroken witte, ronde, platte tabletten met een diameter van 8,0 mm en met '5' aan
de ene kant en de breukstreep aan de andere kant.
Diazetop 10 mg: witte tot gebroken witte, ronde, platte tabletten met een diameter van 8,0 mm en met '10'
aan de ene kant en de breukstreep aan de andere kant.
Diazetop tabletten zijn verpakt in Al/PVC blisterverpakkingen. De blister en de bijsluiter zijn samen verpakt
in een in met tekst bedrukte kartonnen doos.
10, 20, 25, 28, 30, 40, 50, 56, 60 en 100 tabletten in blisterverpakkingen.
Het is mogelijk dat niet alle genoemde verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.
Houden van de vergunning voor het in de handel brengen
Aurobindo N.V., E. Demunterlaan 5 box 8, 1090 Brussel
Fabrikant
Santa S.A., Str. Carpatilor nr. 60, Obiectiv nr. 47, 48, 58, 133, Brasov, Jud. Brasov, cod 500269,
Roemenië
Nummers van de vergunning voor het in de handel brengen
Diazetop 2 mg tabletten: BE502657
Diazetop 5 mg tabletten: BE502666
Diazetop 10 mg tabletten: BE502675
Afleveringswijze
Geneesmiddel op medisch voorschrift
Dit geneesmiddel is geregistreerd in lidstaten van de Europese Economische Ruimte en in het Verenigd
Koninkrijk (Noord-Ierland) onder de volgende namen:
BE:
Diazetop
LUX:
Diazetop
ES:
Diazepam Aurovitas
VK
(Noord-Ierland):
Diazepam GSP
PL:
Diazepam Genoptim
Deze bijsluiter is voor het laatst herzien / goedgekeurd in 08/2021 / 08/2021.