Luminity 150 µl/ml

BIJLAGE I
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Luminity 150 microliter/ml gas en oplosmiddel voor dispersie voor injectie / infusie
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Iedere ml bevat maximaal 6,4 x 10
9
perflutren-bevattende lipide microsferen met een gemiddelde
diameter van 1,1-2,5 micrometer (μm). Elke ml bevat ongeveer 150 microliter (μl) perflutrengas per
ml.
Hulpstof(fen) met bekend effect
Elke ml bevat 2,679 mg natrium
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Gas en oplosmiddel voor dispersie voor injectie / infusie
Kleurloze, geheel heldere tot transparante vloeistof.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Dit geneesmiddel is uitsluitend voor diagnostisch gebruik.
Luminity is een contrastversterkend middel voor echografie. Het wordt gebruikt bij volwassen
patiënten bij wie de niet-contrast echografie niet optimaal was (niet optimaal wordt beschouwd als dat
tenminste twee van de zes segmenten van het 4- of 2- kameraanzicht van de ventriculaire grens niet te
beoordelen waren) en bij wie een coronaire vaataandoening wordt vermoed of reeds is
gediagnosticeerd voor opacificatie van de hartkamers en verbetering van de aftekening van de
endocardiale grens van de linkerventrikel in rust en bij belasting.
4.2
Dosering en wijze van toediening
Luminity dient alleen te worden toegediend door daartoe opgeleide artsen met technische expertise op
het gebied van het uitvoeren en interpreteren van contrastechocardiogrammen en gepaste
reanimatieapparatuur dient aanwezig te zijn in geval van cardiopulmonaire of
overgevoeligheidsreacties (zie rubriek 4.4).
Dosering
Intraveneuze bolusinjectie bij niet-lineaire beeldvormende techniek met contrastmiddel in rust en bij
belasting:
De aanbevolen dosering bestaat uit herhaalde injecties van 0,1 tot 0,4 ml dispersie gevolgd door een
bolus van 3 tot 5 ml natriumchloride 9 mg/ml (0,9%) of glucose 50 mg/ml (5%) oplossing voor
injectie. De totale dosis perflutren mag niet groter zijn dan 1,6 ml.
Intraveneuze bolusinjectie bij fundamentele beeldvormende techniek in rust:
De aanbevolen dosis is 10 microliter dispersie/kg, toegediend door middel van een langzame
intraveneuze bolusinjectie gevolgd door een bolus van 10 ml natriumchloride 9 mg/ml (0,9%) of
glucose 50 mg/ml (5%) oplossing voor injectie. Zonodig kan 5 minuten na de eerste injectie een
2
tweede dosis van 10 microliter dispersie/kg worden toegediend, gevolgd door een tweede bolus van 10
ml natriumchloride 9 mg/ml (0,9%) of glucose 50 mg/ml (5%) oplossing voor injectie om de
contrastversterkende werking te verlengen.
Intraveneuze infusie bij niet-lineaire beeldvormende techniek met contrastvloeistof (in rust en bij
belasting) of fundamentele beeldvormende techniek in rust:
De aanbevolen dosis via een intraveneus infuus is 1,3 ml dispersie toegevoegd aan 50 ml
natriumchloride 9 mg/ml (0,9%) of glucose 50 mg/ml (5%) oplossing voor injectie. De infuussnelheid
begint met 4 ml/minuut, maar kan zonodig worden getitreerd om een optimale beeldversterking te
verkrijgen. De infuussnelheid mag niet hoger zijn dan 10 ml/minuut.
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van Luminity bij kinderen en jongeren onder de 18 jaar zijn niet
vastgesteld. Er zijn geen gegevens beschikbaar.
Patiënten met een leverfunctiestoornis
Luminity is niet speciaal onderzocht bij patiënten met een leverfunctiestoornis. Gebruik bij deze
patiëntengroep dient plaats te vinden op basis van een baten-risicobeoordeling door de arts.
Patiënten met een nierfunctiestoornis
Luminity is niet speciaal onderzocht bij patiënten met een nierfunctiestoornis. Gebruik bij deze
patiëntengroep dient plaats te vinden op basis van een baten-risicobeoordeling door de arts.
Oudere patiënten
Luminity is niet speciaal onderzocht bij oudere patiënten. Gebruik bij deze patiëntengroep dient plaats
te vinden op basis van een baten-risicobeoordeling door de arts.
Wijze van toediening
Intraveneus gebruik.
Voordat Luminity wordt toegediend, dient het geneesmiddel te worden geactiveerd met behulp van
een mechanisch schudapparaat, de Vialmix, zie rubriek 6.6.
4.3
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen.
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Dit product dient alleen intraveneus te worden toegediend.
Luminity dient niet te worden gebruikt bij fundamentele beeldvormende techniek voor
echocardiografie bij belasting aangezien de werkzaamheid en veiligheid niet zijn vastgesteld.
Patiënten met instabiele cardiopulmonale status
Gedurende contrastversterkende echocardiografie, zijn ernstige cardiopulmonaire reacties opgetreden,
waaronder sommige fataal, tijdens of binnen 30 minuten na toediening van Luminity aan patiënten
met inbegrip van degene met ernstige cardiale of pulmonale ziektes (zie rubriek 4.8). Men dient
uitermate voorzichtig te zijn wanneer wordt overwogen Luminity toe te dienen aan patiënten met een
instabiele cardiopulmonaire status, zoals: instabiele angina, acuut myocardiaal infarct, ernstige
ventriculaire aritmie, ernstig hartfalen (NYHA IV) of respiratoir falen. Luminity zou alleen toegediend
mogen worden aan deze patiënten na zorgvuldige overweging van het risico en therapeutische nut.
Contrastversterkende echocardiografie dient bij dergelijke patiënten alleen overwogen te worden als
de resultaten waarschijnlijk zullen leiden tot een verandering van het individuele patiënt behandelplan.
3
Patiënten met een instabiele cardiopulmonaire status dienen gemonitord te worden gedurende
minimaal 30 minuten na toediening van Luminity. Bij deze patiënten moet de controle bestaan uit
meten van vitale tekenen, elektrocardiografie en, indien klinisch gewenst, cutane zuurstof saturatie.
Reanimatie apparatuur en opgeleid personeel dienen altijd direct beschikbaar te zijn.
Patiënten met volwassen ademnoodsyndroom (adult respiratory distress syndrome), endocarditis,
prothetische hartkleppen, systemische inflammatie, sepsis, hyperactieve coagulatie en/of terugkerende
trombo-embolie
Luminity dient alleen te worden gebruikt na zorgvuldige afweging en tijdens dergelijk gebruik dient
de toediening zorgvuldig te worden gevolgd bij patiënten met volwassen respiratoir
benauwdheidssyndroom, endocarditis, hart met kunstkleppen, acute toestand van systemische
ontsteking of sepsis, bekende toestand van hyperactief coagulatiesysteem en/of terugkerende trombo-
embolie.
Overgevoeligheidsreacties
Ernstige acute overgevoeligheidsreacties (b.v. anafylaxie, anafylactische shock en anafylactoïde
reacties, hypotensie en angio-oedeem) zijn gemeld na toediening van Luminity, waaronder bij
patiënten met (een) eerdere allergische reactie(s) op polyethyleenglycol (zie paragraaf 6.1). Patiënten
moeten nauwlettend gecontroleerd worden en de toediening dient te geschieden onder toezicht van een
arts die ervaring heeft met de behandeling van overgevoeligheidsreacties, waaronder ernstige
allergische reacties waarbij reanimatie nodig is. Noodapparatuur en personeel opgeleid in het gebruik
hiervan dienen direct beschikbaar te zijn.
Longziekten
Voorzichtigheid moet in acht worden genomen bij patiënten met klinisch significante longziekten
zoals diffuse interstitiële longfibrose en ernstige chronische obstructieve longziekte, omdat bij deze
patiënten geen onderzoeken zijn uitgevoerd.
Sikkelcelanemie
Bij gebruik na het in de handel brengen werden door patiënten met sikkelcelanemie episoden met
ernstige acute pijn (vaso-occlusieve pijn) gemeld kort na het toedienen van perflutren-bevattende
microsferen. Luminity dient met voorzichtigheid te worden gebruikt bij patiënten met sikkelcelanemie
na een baten-risicobeoordeling door de arts.
Patiënten met cardiale shunts
De veiligheid van Luminity bij patiënten met cardiale rechts-links, bidirectionele of passagère rechts-
links shunts is niet onderzocht. Bij deze patiënten kunnen de microsferen, die omhuld zijn met
fosfolipiden, aan de long voorbijgaan en direct in de arteriële circulatie komen. Voorzichtigheid moet
in acht worden genomen als men overweegt deze patiënten Luminity toe te dienen.
Patiënten die mechanisch worden beademd
De veiligheid van microsferen is niet vastgesteld voor patiënten die mechanisch worden beademd.
Voorzichtigheid moet in acht worden genomen als men overweegt om Luminity aan deze patiënten toe
te dienen.
Toediening en mechanische activering
Luminity dient niet te worden toegediend op een andere wijze dan die genoemd wordt in rubriek 4.2
(bijvoorbeeld via intra-arteriële injectie).
Als Luminity direct wordt toegediend, zonder mechanische activering met de Vialmix (zie rubriek
6.6), zal het product niet het gewenste effect teweegbrengen.
Natriumgehalte
Dit geneesmiddel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, d.w.z. het is in wezen
‘natriumvrij’.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
4
Er is geen onderzoek naar interacties uitgevoerd en er zijn geen andere vormen van interacties
geïdentificeerd.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er zijn voor perflutren geen klinische gegevens voorhanden over gevallen van gebruik tijdens de
zwangerschap. Experimenteel onderzoek bij dieren wijst geen directe of indirecte schadelijke effecten
uit voor de zwangerschap, ontwikkeling van het embryo/de foetus, de bevalling of de postnatale
ontwikkeling (zie rubriek 5.3).
Voorzichtigheid is geboden bij het voorschrijven aan zwangere vrouwen.
Borstvoeding
Het is niet bekend of Luminity overgaat in de moedermelk. Voorzichtigheid is daarom geboden als
Luminity wordt toegediend aan vrouwen die borstvoeding geven.
Vruchtbaarheid
Dieronderzoek heeft geen directe of indirecte nadelige effecten op de vruchtbaarheid aangetoond.
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Omdat Luminity geen farmacologisch effect heeft en gelet op het farmacokinetisch en
farmacodynamisch profiel, is er bij het gebruik van dit product geen of slechts een verwaarloosbaar
kleine invloed te verwachten op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De gerapporteerde bijwerkingen na het gebruik van Luminity in hoofd- en ondersteunende
onderzoeken (totaal 2526 patiënten) treden binnen enkele minuten na toediening op en verdwijnen
doorgaans binnen 15 minuten zonder therapeutische interventie. De meest voorkomende bijwerkingen
zijn: hoofdpijn (2,0%), opvliegers (1,0%) en pijn in de rug (0,9%).
Lijst van bijwerkingen in tabelvorm
Bijwerkingen zijn als ongewenste reacties gemeld met de volgende frequenties (Zeer vaak
³
1/10;
Vaak
³
1/100, < 1/10; Soms
³
1/1000, < 1/100; Zelden
³
1/10000, < 1/1.000; Zeer zelden < 1/10000),
niet bekend (kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald). Binnen iedere frequentiegroep
worden bijwerkingen gerangschikt naar afnemende ernst.
Bloed- en
lymfestelselaandoeningen
Immuunsysteemaandoeningen
Niet bekend: sikkelcelanemie (vaso-occlusieve crisis)
Niet bekend: allergische reacties, anafylaxie, anafylactische
shock en anafylactoïde reacties, hypotensie, angio-oedeem,
zwelling van de lippen, bronchospasme, rinitis, zwelling van de
bovenste luchtwegen, dichte keel, zwelling van het gezicht en
zwelling van de ogen
Vaak: hoofdpijn
Soms: duizeligheid, dysgeusie
Zelden: paresthesieën
Niet bekend: convulsies, hypoesthesie van het gezicht,
bewusteloosheid
Niet bekend: Abnormaal zicht
Zelden: bradycardie, tachycardie, palpitaties
Niet bekend:
hartstilstand, Kounis-syndroom,
ventriculaire
aritmieën (ventriculaire fibrillatie, ventriculaire tachycardie,
premature ventriculaire contracties), asystolie, atriumfibrillatie,
5
Zenuwstelselaandoeningen
Oogaandoeningen
Hartaandoeningen
Bloedvataandoeningen
Ademhalingsstelsel-, borstkas-
en mediastinumaandoeningen
Maagdarmstelselaandoeningen
Huid- en
onderhuidaandoeningen
Skeletspierstelsel- en
bindweefselaandoeningen
Algemene aandoeningen en
toedieningsplaatsstoornissen
Onderzoeken
cardiale ischemie, supraventriculaire tachycardie,
supraventriculaire aritmie
Vaak: blozen
Soms: hypotensie
Zelden: bewustzijnsverlies, hypertensie, koud gevoel in de
extremiteiten
Soms: dyspnoe, irritatie van de keel
Zelden: kortademigheid, hoest, droge keel
Niet bekend: ademhalingsstilstand. verminderde oxygenatie,
hypoxie
Soms: buikpijn, diarree, misselijkheid, braken
Zelden: dyspepsie
Niet bekend: tongaandoening
Soms: pruritus, toegenomen transpiratie
Zelden: huiduitslag, urticaria, erytheem, erythemateuze
huiduitslag
Soms: rugpijn
Zelden: artralgie, pijn in de flanken, pijn in de nek, spierkramp
Niet bekend: spierspasmen, pijn aan en last van het
skeletspierstelsel, spierpijn, hypertonie
Soms: pijn op de borst, vermoeidheid, verhit gevoel, pijn op de
injectieplaats
Zelden: koorts, rigor
Zelden: afwijkend elektrocardiogram
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.
4.9
Overdosering
De klinische gevolgen van overdosering met Luminity zijn niet bekend. Enkele doses tot 100
microliter dispersie/kg en herhaalde doses tot 150 microliter dispersie/kg werden in fase 1 klinisch
onderzoek goed verdragen. De behandeling van overdosering moet worden gericht op het
ondersteunen van alle vitale functies en op directe instelling van symptomatische therapie.
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: contrastmiddelen voor echografisch onderzoek, fosfolipide
microsferen, ATC-code: V08D A04
Het product bestaat uit perflutren microsferen, omhuld met een lipide capsule. De microsferen, die in
grootte variëren van 1 tot < 10 µm, vergroten het contrasteffect door het genereren van krachtig
versterkte echo’s.
De ultrasone echo’s van bloed en biologische weke delen zoals vet en spieren, worden op interfaces
gegenereerd door kleine verschillen in de ultrasone eigenschappen van de weefsels. De ultrasone
eigenschappen van het product verschillen sterk van die van weke delen en genereren sterke echo’s.
Omdat Luminity bestaat uit microsferen die stabiel en klein genoeg zijn voor passage door de longen,
worden ook versterkte echosignalen verkregen in het linkerhart en de systemische circulatie.
6
Een nauwkeurige dosisresponsrelatie kan niet worden vastgesteld, hoewel is aangetoond dat met
hogere doses een langduriger contrasteffect wordt verkregen.
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
De farmacokinetische eigenschappen van Luminity werden onderzocht bij gezonde, normale
proefpersonen en patiënten met chronisch obstructieve longziekte (COPD), na intraveneuze toediening
van 50 µl/kg van het product.
De perflutrencomponent van Luminity werd via de longen snel uit de systemische circulatie
geëlimineerd. Het percentage perflutren dat werd uitgescheiden met de uitademingslucht was ongeveer
50% van de toegediende dosis omdat slechts een kleine hoeveelheid perflutren werd toegediend en
omdat het niet mogelijk is om lage concentraties perflutren te kwantificeren met gaschromatografie.
Bij de meeste proefpersonen was perflutren na 4 tot 5 minuten niet meer te detecteren in het bloed en
de uitademingslucht. De perflutrenconcentraties in het bloed bleken op mono-exponentiële wijze af te
nemen met een gemiddelde halfwaardetijd van 1,3 minuten bij gezonde proefpersonen en 1,9 minuten
bij COPD-patiënten. De systemische klaring van perflutren bij gezonde proefpersonen en COPD-
patiënten was vergelijkbaar. Er werden geen verschillen gevonden tussen de totale longklaring (CL
lung
)
van perflutren bij gezonde proefpersonen vergeleken met COPD-patiënten. De CL
lung
was significant
lager (51%) bij vrouwen dan bij mannen (alle proefpersonen). Deze resultaten wijzen op een snelle
totale systemische eliminatie van perflutren, die bij COPD-patiënten niet significant lager is dan bij
gezonde proefpersonen. In combinatie met de farmacokinetische evaluatie van perflutren werden
ultrasone Dopplermetingen met Luminity uitgevoerd. De intensiteit van de Dopplersignalen kwam
goed overeen met de gemeten en geëxtrapoleerde perflutrenconcentraties in het bloed. De tijd tot
maximale intensiteit van het Dopplersignaal t
max
bleek vergelijkbaar te zijn met de t
max
voor perflutren
in het bloed (1,13 versus 1,77 minuten). De waargenomen afname met 99% van de intensiteit van het
Dopplersignaal binnen 10 minuten (t
1/2
ongeveer 2 minuten) was in overeenstemming met de afname
van de meetbare perflutrenconcentraties in het bloed.
Fundamentele en niet-lineaire beeldvormende technieken (tweede harmonische, multipulsfase en/of
amplitudemodulatie) welke zowel continue als uitgelokte verwerving gebruiken, werden gebruikt in
klinisch onderzoek met Luminity.
De natuurlijk voorkomende fosfolipiden in Luminity (zie rubriek 6.1) worden verspreid naar de
endogene lipidendepots in het lichaam (bijvoorbeeld in de lever). Uit preklinische onderzoeken bleek
dat de synthetische component (MPEG5000) wordt uitgescheiden in de urine. Alle lipiden worden
gemetaboliseerd tot vrije vetzuren. De farmacokinetiek en het metabolisme van MPEG5000 DPPE
zijn niet onderzocht bij mensen.
Farmacokinetiek in speciale populatiegroepen
Ouderen
De farmacokinetiek bij ouderen is niet specifiek onderzocht.
Nierfunctiestoornis
De farmacokinetiek is niet specifiek onderzocht bij patiënten met nierziekte.
Leverfunctiestoornis
De farmacokinetiek is niet specifiek onderzocht bij patiënten met leverziekte.
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Preklinische gegevens gebaseerd op conventioneel onderzoek naar genotoxiciteit, fertiliteit,
embryonale/foetale ontwikkeling, bevalling of postnatale ontwikkeling, onthullen geen speciale
risico’s voor de mens.
7
In toxiciteitsonderzoek met enkele en herhaalde doses bij ratten en apen werden kort na intraveneuze
injectie van Luminity in doseringen van
³
0,3 ml/kg een abnormale ademhaling, verandering in
hartfrequentie en verminderde activiteit waargenomen Bij hogere doses van het product, zeker bij
³
1 ml/kg, werden ernstiger symptomen gevonden, zoals niet reageren op prikkels en in enkele
gevallen overlijden. Deze doseringen zijn ver boven de aanbevolen maximale klinische dosering. Bij
ratten die gedurende 1 maand werden behandeld met Luminity werden dosisafhankelijke, reversibele
perivasculaire en peribronchiale eosinofiele infiltraten, accumulatie van alveolaire macrofagen en
toename van het aantal en de grootte van de bekercellen in de longen gevonden. Deze effecten werden
waargenomen bij blootstellingsniveaus die hoger waren dan de maximum blootstelling bij de mens en
zijn weinig relevant voor de klinische praktijk.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
1,2-dipalmitoyl-sn-glycero-3-fosfatidylcholine (DPFC)
1,2-dipalmitoyl-sn-glycero-3-fosfatidezuur, mononatriumzout (DPFZ)
N-(methoxypolyethyleenglycol
5000
carbamoyl)-1,2-dipalmitoyl-sn-glycero-3-
fosfatidylethanolamine,
mononatriumzout (MPEG5000 DPFE)
Natriumdihydrogeenfosfaatmonohydraat
Dinatriumhydrogeenfosfaatheptahydraat
Natriumchloride
Propyleenglycol
Glycerol
Water voor injecties
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Dit geneesmiddel mag niet gemengd worden met andere geneesmiddelen dan die welke vermeld zijn
in rubriek 6.6.
6.3
2 jaar.
Het product dient binnen 12 uur na activering te worden gebruikt. Het product kan tot 48 uur na de
eerste activering opnieuw worden geactiveerd. Na de tweede activering moet het product binnen 12
uur worden gebruikt.
Na activering: Bewaren beneden 30°C.
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Houdbaarheid
Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C)
Voor de bewaarcondities van het geneesmiddel na activering, zie rubriek 6.3.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
1,5 ml vloeistof in heldere glazen borosilicaatflacon Type I, gesloten met een chloorbutylelastomeer
lyofilisatiestopper en verzegeld met een aluminium krimpzegel met een plastic flip-off sluiting.
Verpakkingsgrootten van 1 of 4 flacons.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
8
Het is bijzonder belangrijk dat de instructies voor het gebruik en hanteren van Luminity worden
gevolgd en dat tijdens de bereiding strikte aseptische procedures worden gehanteerd. Net als bij alle
parenterale producten moeten de flacons visueel worden geïnspecteerd op deeltjes. Ook moet worden
gecontroleerd of de flacon in ongeschonden staat verkeert. Het product moet voor toediening worden
geactiveerd met de Vialmix, een mechanisch schudapparaat. De Vialmix zit niet in de verpakking,
maar wordt geleverd aan beroepsbeoefenaars in de gezondheidszorg bij bestelling van Luminity.
Luminity wordt geactiveerd door schudden met de Vialmix, die geprogrammeerd is om 45 seconden te
schudden. De Vialmix waarschuwt als de schudfrequentie 5% of meer onder de doelfrequentie komt.
De Vialmix is geprogrammeerd om te stoppen en zichtbare en hoorbare waarschuwingssignalen te
geven als de schudfrequentie meer dan 5% boven of 10% onder de doelfrequentie komt.
Activeringsproces en toediening
- De flacon moet worden geactiveerd met de Vialmix. Direct na activering is Luminity een melkwitte
dispersie.
Opmerking: als het product meer dan 5 minuten na activering blijft staan, moet het opnieuw worden
gesuspendeerd door 10 seconden met de hand te schudden, voordat de dispersie uit de flacon wordt
opgetrokken. Luminity moet binnen 12 uur na activering worden gebruikt. Het product kan tot 48 uur
na de eerste activering opnieuw worden geactiveerd. Na de tweede activering moet het product binnen
12 uur gebruikt worden, ongeacht of het wordt bewaard in de koelkast of bij kamertemperatuur.
Bewaar de flacon niet boven 30°C na activering.
- De flacon moet worden belucht met een steriele injectienaald of een steriele niet-gesiliconiseerde
minispike, voordat de dispersie wordt opgetrokken.
- De dispersie wordt opgetrokken uit de flacon met een injectiespuit met een steriele naald, maat 18 tot
20 of gekoppeld aan een steriele niet-gesiliconiseerde minispike. Bij gebruik van een naald moet deze
zodanig in de flacon worden gebracht dat het materiaal wordt opgetrokken uit het midden van de
vloeistof in de omgekeerde flacon. Er mag geen lucht in de flacon worden geïnjecteerd. Na optrekken
uit de flacon moet het product direct worden gebruikt.
- Luminity kan worden verdund met een natriumchlorideoplossing voor injecties van 9 mg/ml (0,9%)
of een glucoseoplossing van 50 mg/ml (5%) voor injecties.
De inhoud van de ampul is alleen bedoeld voor eenmalig gebruik.
Alle ongebruikte producten of afvalmaterialen dienen te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Lantheus EU Limited
Rocktwist House
Block 1, Western Business Park
Shannon, Co. Clare V14 FW97
Ierland
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/06/361/001-002
9
9.
DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 september 2006
Datum van laatste verlenging: 15 juli 2016
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.
10
BIJLAGE II
A.
B.
C.
FABRIKANT(EN) VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN
LEVERING EN GEBRUIK
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER
VAN DE HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN
NAGEKOMEN
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT
EEN VEILIG EN DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET
GENEESMIDDEL
D.
11
A.
FABRIKANT(EN) VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikant(en) verantwoordelijk voor vrijgifte
Millmount Healthcare Limited
Block 7, City North Business Campus
Stamullen, Co. Meath K32 YD60
Ierland
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK
Aan beperkt medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel (zie bijlage I: Samenvatting van de
productkenmerken, rubriek 4.2).
C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.
D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de verplichte onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in module
1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen RMP-
aanpassingen.
Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico's of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico's tot een minimum) is bereikt.
12
BIJLAGE III
ETIKETTERING EN BIJSLUITER
13
A. ETIKETTERING
14
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD:
DOOS
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Luminity 150 microliter/ml gas en oplosmiddel voor dispersie voor injectie / infusie
perflutren
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Bevat per ml maximaal 6,4 x 10
9
perflutren bevattende lipide microsferen met een gemiddelde
diameter van 1,1-2,5 µm (ongeveer 150 microliter perflutren gas per ml).
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: 1,2-dipalmitoyl-sn-glycero-3-fosfatidylcholine (DPFC),
1,2-dipalmitoyl-sn-glycero-3-fosfatidinezuur, mononatrium zout (DPFZ),
N-(methoxypolyethyleen
glycol 5000 carbamoyl)-1,2-dipalmitoyl-sn-glycero-3-fosfatidylethanolamine, mononatrium zout
(MPEG5000 DPFE), natrium diwaterstof fosfaat monohydraat, dinatrium waterstof fosfaat
heptahydraat, natriumchloride, propyleenglycol, glycerol, water voor injectie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Gas en oplosmiddel voor dispersie voor injectie / infusie
1 x 1,5 ml flacon voor éénmalig gebruik
4 x 1,5 ml flacons voor éénmalig gebruik
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Intraveneus gebruik
Lees voor het gebruik de bijsluiter.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
Na activatie: binnen 12 uur gebruiken
15
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast
Na activatie: Bewaren beneden 30°C
10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE AFVALSTOFFEN
(INDIEN VAN TOEPASSING)
11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Lantheus EU Limited
Rocktwist House,
Block 1, Western Business Park
Shannon, Co. Clare V14 FW97
Ierland
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/06/361/001 4 flacons voor éénmalig gebruik
EU/1/06/361/002 1 flacon voor éénmalig gebruik
13.
Lot
14.
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
PARTIJNUMMER
15.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
16.
INFORMATIE IN BRAILLE
Rechtvaardiging voor uitzondering van braille is aanvaardbaar.
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
Niet van toepassing
18.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
Niet van toepassing
16
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
ETIKET FLACON
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGWEG(EN)
Luminity 150 microliter/ml gas en oplosmiddel voor dispersie voor injectie / infusie
perflutren
Intraveneus gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
Voor gebruik de bijsluiter lezen
3.
EXP:
4.
LOT:
5.
1,5 ml
6.
OVERIGE
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
PARTIJNUMMER<, IDENTIFICATIE- EN PRODUCTCODES>
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
17
B. BIJSLUITER
18
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Luminity 150 microliter/ml gas en oplosmiddel voor dispersie voor injectie / infusie
perflutren
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
§
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
§
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
§
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Luminity en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Luminity en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Luminity is een contrastmiddel voor echografisch onderzoek; het bevat microsferen (kleine belletjes)
van perflutrengas als werkzame stof.
Luminity is uitsluitend bestemd voor diagnostisch gebruik. Het is een contrastmiddel (een middel dat
helpt interne lichaamsstructuren zichtbaar te maken bij beeldvormende onderzoeken).
Luminity wordt gebruikt bij volwassenen om een duidelijker beeld te krijgen van de hartkamers, in het
bijzonder van de linkerhartkamer, tijdens echocardiografie (een diagnostisch onderzoek waarbij een
beeld van het hart wordt verkregen door middel van ultrageluid). Luminity wordt gebruikt bij
patiënten bij wie een coronaire vaataandoening (belemmering van de bloedtoevoer naar de hartspier)
wordt vermoed of is vastgesteld, wanneer het beeld verkregen met echografie zonder contrastmiddel
niet optimaal is.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
- U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek
6.
Indien u in het verleden een allergische reactie op Luminity of enig ander contrastmiddel voor
echografisch onderzoek heeft gehad, raadpleeg dan uw arts.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts voordat u dit middel gebruikt:
- als u is verteld dat u een hartshunt heeft
- als u een ernstige hart- of longziekte heeft of als u een mechanisch hulpmiddel gebruikt om te
ademen
- als u een kunstklep in uw hart heeft
- als u een acute ernstige ontsteking/sepsis heeft
19
- als u een bekend hyperactief coagulatiesysteem (problemen met bloedstolling) of herhaald trombo-
embolie heeft (bloedklonters)
- als u een leverziekte heeft
- als u een nierziekte heeft
- als u sikkelcelanemie heeft
- als u in het verleden een allergische reactie heeft gehad op polyethyleenglycol
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Luminity mag niet gebruikt worden bij kinderen en jongeren (jonger dan 18 jaar), omdat het niet
onderzocht is bij deze groepen.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Luminity nog andere geneesmiddelen, heeft u dat kort geleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw
arts.
Zwangerschap en borstvoeding
Vertel uw arts als u zwanger bent of borstvoeding geeft en vraag uw arts of apotheker om advies
voordat u Luminity krijgt toegediend.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Luminity heeft geen invloed op de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen.
Luminity bevat natrium.
Dit geneesmiddel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosering, dat wil zeggen dat het in
wezen 'natriumvrij' is.
Luminity bevat propyleenglycol.
Dit geneesmiddel bevat 103,5 mg propyleenglycol per ml; dit komt overeen met 182,2 mg per flacon.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Luminity wordt voor of tijdens het echografisch onderzoek toegediend door beroepsbeoefenaars in de
gezondheidszorg die ervaring hebben met dit type onderzoek. Zij berekenen de juiste dosis voor u.
Luminity is bestemd voor intraveneus gebruik (direct injecteren in de ader). Voordat dit geneesmiddel
wordt gebruikt, moet het middel worden geactiveerd met behulp van een mechanisch schudapparaat,
de Vialmix, dat verstrekt wordt aan artsen die het middel moeten klaarmaken. Hierdoor wordt
gewaarborgd dat het middel op de juiste manier en lang genoeg geschud wordt om een spreiding van
zogenaamde perflutrengasmicrosferen te maken van de juiste grootte voor een kwalitatief
hoogwaardig beeld.
Luminity wordt vervolgens via een ader toegediend, ofwel als een ‘bolusinjectie’ (in één keer), ofwel
als een infusie (druppeloplossing) nadat het is verdund met een natriumchlorideoplossing voor injectie
van 9 mg/ml (0,9%) of een glucoseoplossing voor injectie van 50 mg/ml (5%). In sommige gevallen
kan uw arts besluiten om twee injecties toe te dienen om het echografisch onderzoek te verrichten. De
wijze waarop Luminity wordt toegediend en de dosering hangen af van de gebruikte
echocardiografische techniek.
Heeft u teveel van dit middel gebruikt?
Overdosering is niet waarschijnlijk, omdat het geneesmiddel door een arts wordt toegediend. In het
geval van overdosering zal uw arts passende maatregelen nemen.
20
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Sommige patiënten kunnen allergische reacties krijgen zoals een opgezwollen gezicht. Het risico
bestaat echter dat deze allergische reacties ernstige vormen kunnen aannemen met mogelijk een
anafylactische shock (een ernstige, mogelijk levensbedreigende allergische reactie). Sommige
patiënten hebben hartproblemen ervaren, waaronder een hartaanval of hartstilstand na allergische
reacties. Daarnaast kunnen sommige patiënten convulsies krijgen, die verband kunnen houden met
deze allergische reacties.
Bij sommige patiënten hebben zich hart- of ademhalingsproblemen, waaronder hartstilstand,
voorgedaan. Deze reacties werden zelden gerapporteerd in klinische onderzoeken en de frequentie uit
postmarketingrapportages is niet bekend.
Patiënten met sikkelcelanemie hebben een sikkelcelcrisis gemeld, vaak gerapporteerd als ernstige
rugpijn, nadat zij Luminity kregen.
Vaak voorkomende bijwerkingen
(kan bij maximaal 1 op de 10 personen voorkomen)
Hoofdpijn, opvliegers.
Soms voorkomende bijwerkingen
(kan bij maximaal 1 op de 100 personen voorkomen)
Duizeligheid
veranderde smaak
verlaagde bloeddruk
moeilijkheden met de ademhaling, irritatie van de keel
buikpijn, diarree, misselijkheid (ziek voelen), braken
jeuk
toegenomen transpiratie
rugpijn, pijn in de borst
vermoeidheid
verhit gevoel en
pijn op de injectieplaats.
Zelden voorkomende bijwerkingen
(kan bij maximaal 1 op de 1000 personen voorkomen)
Stijfheid, een prikkend of branderig gevoel
verandering van de hartslag, hartkloppingen (u voelt het hart sterker of onregelmatig kloppen)
een gevoel van zwakte
verhoogde bloeddruk, koude handen en voeten, ademhalingsproblemen, hoest, droge keel,
moeilijk slikken
huiduitslag, roodheid van de huid
gewrichtspijn, pijn in de zij(den), pijn in de nek, spierkramp, koorts, stijve spieren
en abnormaal elektrocardiogram.
Niet bekend
(de frequentie kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
sikkelcelcrisis
verlies van bewustzijn,
gevoelloosheid van het gezicht
oogzwelling
en abnormaal gezichtsvermogen
Deze bijwerkingen verdwijnen meestal snel en zonder behandeling.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of verpleegkundige. Dit geldt ook
voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks
21
melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen te melden,
kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik Luminity niet meer na de vervaldatum die staat vermeld op het etiket en de doos na EXP.
Voor activering (schudden): Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C).
Na activering (schudden): Bewaren beneden 30°C.
De dispersie moet binnen 12 uur na activering (schudden) worden toegediend.
Het product kan tot 48 uur na de eerste activering opnieuw worden geactiveerd en na de tweede
activering moet het product binnen 12 uur gebruikt worden.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
De werkzame stof in dit middel is perflutren. Iedere ml bevat maximaal 6,4 x 10
9
perflutren-
bevattende lipide bolletjes met een gemiddelde diameter van 1,1-2,5 micrometer. Elke ml bevat
ongeveer 150 microliter perflutrengas per ml.
De andere stoffen in dit middel zijn: 1,2-dipalmitoyl-sn-glycero-3-fosfatidylcholine (DPFC), 1,2-
dipalmitoyl-sn-glycero-3-fosfatidezuur,
mononatriumzout (DPFZ),
N-(methoxypolyethyleenglycol
5000
carbamoyl)-1,2-dipalmitoyl-sn-glycero-3-fosfatidylethanolamine, mononatriumzout
(MPEG5000 DPFE), natriumdihydrogeenfosfaatmonohydraat,
dinatriumhydrogeenfosfaatheptahydraat, natriumchloride, propyleenglycol, glycerol en water voor
injecties.
Hoe ziet Luminity eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Luminity is een gas en oplosmiddel voor dispersie voor injectie of infusie. Voor activering (schudden)
van de inhoud van de flacon is Luminity een kleurloze, heldere tot doorzichtige vloeistof. Na
activering (schudden) is Luminity een melkwitte vloeistof.
Het is verkrijgbaar in een doosje met één of vier flacons van 1,5 ml voor eenmalig gebruik.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Lantheus EU Limited
Rocktwist House,
Block 1, Western Business Park
Shannon, Co. Clare V14 FW97
Ierland
Tel:+353 1 223 3542
Fabrikant
Millmount Healthcare Limited
Block 7, City North Business Campus
22
Stamullen, Co. Meath K32 YD60
Ierland
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau: http://www.ema.europa.eu.
Deze bijsluiter is beschikbaar in alle EU/EER-talen op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau.
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De volgende informatie is alleen bestemd voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg:
Het is bijzonder belangrijk dat de instructies voor het gebruik en hanteren van Luminity worden
gevolgd en dat tijdens de bereiding strikte aseptische procedures worden gehanteerd. Net als bij alle
parenterale producten moeten de flacons visueel worden geïnspecteerd op deeltjes en moet worden
gecontroleerd of de flacon in ongeschonden staat verkeert. Het product moet voor toediening worden
geactiveerd met de Vialmix, een mechanisch schudapparaat. De Vialmix zit niet in de verpakking,
maar wordt geleverd aan beroepsbeoefenaars in de gezondheidszorg bij bestelling van het pakket.
Luminity wordt geactiveerd door schudden met de Vialmix, die geprogrammeerd is om 45 seconden te
schudden. De Vialmix waarschuwt als de schudfrequentie 5% of meer onder de doelfrequentie komt.
De Vialmix is geprogrammeerd om te stoppen en zichtbare en hoorbare waarschuwingssignalen te
geven als de schudfrequentie meer dan 5% boven of 10% onder de doelfrequentie komt.
Activeringsproces en toediening
- De flacon moet worden geactiveerd met de Vialmix. Direct na activering is Luminity een melkwitte
dispersie.
Opmerking: Als het product meer dan 5 minuten na activering blijft staan, moet het opnieuw worden
gesuspendeerd door 10 seconden met de hand te schudden, voordat de dispersie uit de flacon wordt
opgetrokken. Luminity moet binnen 12 uur na activering worden gebruikt. Het product kan tot 48 uur
na de eerste activering opnieuw worden geactiveerd. Na de tweede activering moet het product binnen
12 uur worden gebruikt, ongeacht of het wordt bewaard in de koelkast of bij kamertemperatuur.
Bewaar de flacon na activering niet boven 30°C.
- De flacon moet worden belucht met een steriele injectienaald of een steriele niet-gesiliconiseerde
minispike voordat de dispersie wordt opgetrokken.
- De dispersie wordt opgetrokken uit de flacon met een injectiespuit met een steriele naald, maat 18 tot
20 of gekoppeld aan een steriele niet-gesiliconiseerde minispike. Bij gebruik van een naald moet deze
zodanig in de flacon worden gebracht dat het materiaal wordt opgetrokken uit het midden van de
vloeistof in de omgekeerde flacon. Er mag geen lucht in de flacon worden geïnjecteerd. Na optrekken
uit de flacon moet het product direct worden gebruikt.
- Luminity kan worden verdund met een natriumchlorideoplossing voor injecties van 9 mg/ml (0,9%)
of een glucoseoplossing van 50 mg/ml (5%) voor injecties.
De inhoud van de ampul is alleen bedoeld voor eenmalig gebruik.
23
Alle ongebruikte producten of afvalmaterialen moeten worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
24

BIJLAGE I

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Luminity 150 microliter/ml gas en oplosmiddel voor dispersie voor injectie / infusie
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Iedere ml bevat maximaal 6,4 x 109 perflutren-bevattende lipide microsferen met een gemiddelde
diameter van 1,1-2,5 micrometer (m). Elke ml bevat ongeveer 150 microliter (l) perflutrengas per
ml.
Hulpstof(fen) met bekend effect
Elke ml bevat 2,679 mg natrium
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

3.
FARMACEUTISCHE VORM
Gas en oplosmiddel voor dispersie voor injectie / infusie
Kleurloze, geheel heldere tot transparante vloeistof.

4.
KLINISCHE GEGEVENS

4.1 Therapeutische indicaties

Dit geneesmiddel is uitsluitend voor diagnostisch gebruik.
Luminity is een contrastversterkend middel voor echografie. Het wordt gebruikt bij volwassen
patiënten bij wie de niet-contrast echografie niet optimaal was (niet optimaal wordt beschouwd als dat
tenminste twee van de zes segmenten van het 4- of 2- kameraanzicht van de ventriculaire grens niet te
beoordelen waren) en bij wie een coronaire vaataandoening wordt vermoed of reeds is
gediagnosticeerd voor opacificatie van de hartkamers en verbetering van de aftekening van de
endocardiale grens van de linkerventrikel in rust en bij belasting.
4.2 Dosering en wijze van toediening

Luminity dient alleen te worden toegediend door daartoe opgeleide artsen met technische expertise op
het gebied van het uitvoeren en interpreteren van contrastechocardiogrammen en gepaste
reanimatieapparatuur dient aanwezig te zijn in geval van cardiopulmonaire of
overgevoeligheidsreacties (zie rubriek 4.4).
Dosering
Intraveneuze bolusinjectie bij niet-lineaire beeldvormende techniek met contrastmiddel in rust en bij
belasting:
De aanbevolen dosering bestaat uit herhaalde injecties van 0,1 tot 0,4 ml dispersie gevolgd door een
bolus van 3 tot 5 ml natriumchloride 9 mg/ml (0,9%) of glucose 50 mg/ml (5%) oplossing voor
injectie. De totale dosis perflutren mag niet groter zijn dan 1,6 ml.
Intraveneuze bolusinjectie bij fundamentele beeldvormende techniek in rust:
De aanbevolen dosis is 10 microliter dispersie/kg, toegediend door middel van een langzame
intraveneuze bolusinjectie gevolgd door een bolus van 10 ml natriumchloride 9 mg/ml (0,9%) of
glucose 50 mg/ml (5%) oplossing voor injectie. Zonodig kan 5 minuten na de eerste injectie een

Patiënten met cardiale shunts
De veiligheid van Luminity bij patiënten met cardiale rechts-links, bidirectionele of passagère rechts-
links shunts is niet onderzocht. Bij deze patiënten kunnen de microsferen, die omhuld zijn met
fosfolipiden, aan de long voorbijgaan en direct in de arteriële circulatie komen. Voorzichtigheid moet
in acht worden genomen als men overweegt deze patiënten Luminity toe te dienen.
Patiënten die mechanisch worden beademd
De veiligheid van microsferen is niet vastgesteld voor patiënten die mechanisch worden beademd.
Voorzichtigheid moet in acht worden genomen als men overweegt om Luminity aan deze patiënten toe
te dienen.
Toediening en mechanische activering
Luminity dient niet te worden toegediend op een andere wijze dan die genoemd wordt in rubriek 4.2
(bijvoorbeeld via intra-arteriële injectie).
Als Luminity direct wordt toegediend, zonder mechanische activering met de Vialmix (zie rubriek
6.6), zal het product niet het gewenste effect teweegbrengen.
Natriumgehalte
Dit geneesmiddel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis, d.w.z. het is in wezen
`natriumvrij'.
4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Niet bekend: sikkelcelanemie (vaso-occlusieve crisis)
lymfestelselaandoeningen
Immuunsysteemaandoeningen
Niet bekend: allergische reacties, anafylaxie, anafylactische
shock en anafylactoïde reacties, hypotensie, angio-oedeem,
zwelling van de lippen, bronchospasme, rinitis, zwelling van de
bovenste luchtwegen, dichte keel, zwelling van het gezicht en
zwelling van de ogen
Zenuwstelselaandoeningen
Vaak: hoofdpijn
Soms: duizeligheid, dysgeusie
Zelden: paresthesieën
Niet bekend: convulsies, hypoesthesie van het gezicht,
bewusteloosheid
Oogaandoeningen
Niet bekend: Abnormaal zicht
Hartaandoeningen
Zelden: bradycardie, tachycardie, palpitaties
Niet bekend: hartstilstand, Kounis-syndroom, ventriculaire
aritmieën (ventriculaire fibrillatie, ventriculaire tachycardie,
premature ventriculaire contracties), asystolie, atriumfibrillatie,
Bloedvataandoeningen
Vaak: blozen
Soms: hypotensie
Zelden: bewustzijnsverlies, hypertensie, koud gevoel in de
extremiteiten
Ademhalingsstelsel-, borstkas- Soms: dyspnoe, irritatie van de keel
en mediastinumaandoeningen
Zelden: kortademigheid, hoest, droge keel
Niet bekend: ademhalingsstilstand. verminderde oxygenatie,
hypoxie
Maagdarmstelselaandoeningen Soms: buikpijn, diarree, misselijkheid, braken
Zelden: dyspepsie
Niet bekend: tongaandoening
Huid- en
Soms: pruritus, toegenomen transpiratie
onderhuidaandoeningen
Zelden: huiduitslag, urticaria, erytheem, erythemateuze
huiduitslag
Skeletspierstelsel- en
Soms: rugpijn
bindweefselaandoeningen
Zelden: artralgie, pijn in de flanken, pijn in de nek, spierkramp
Niet bekend: spierspasmen, pijn aan en last van het
skeletspierstelsel, spierpijn, hypertonie
Algemene aandoeningen en
Soms: pijn op de borst, vermoeidheid, verhit gevoel, pijn op de
toedieningsplaatsstoornissen
injectieplaats
Zelden: koorts, rigor
Onderzoeken
Zelden: afwijkend elektrocardiogram
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg wordt verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen
te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.
4.9 Overdosering

De klinische gevolgen van overdosering met Luminity zijn niet bekend. Enkele doses tot 100
microliter dispersie/kg en herhaalde doses tot 150 microliter dispersie/kg werden in fase 1 klinisch
onderzoek goed verdragen. De behandeling van overdosering moet worden gericht op het
ondersteunen van alle vitale functies en op directe instelling van symptomatische therapie.

5.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN

5.1 Farmacodynamische eigenschappen

Farmacotherapeutische categorie: contrastmiddelen voor echografisch onderzoek, fosfolipide
microsferen, ATC-code: V08D A04
Het product bestaat uit perflutren microsferen, omhuld met een lipide capsule. De microsferen, die in
grootte variëren van 1 tot < 10 µm, vergroten het contrasteffect door het genereren van krachtig
versterkte echo's.
De ultrasone echo's van bloed en biologische weke delen zoals vet en spieren, worden op interfaces
gegenereerd door kleine verschillen in de ultrasone eigenschappen van de weefsels. De ultrasone
eigenschappen van het product verschillen sterk van die van weke delen en genereren sterke echo's.
Omdat Luminity bestaat uit microsferen die stabiel en klein genoeg zijn voor passage door de longen,
worden ook versterkte echosignalen verkregen in het linkerhart en de systemische circulatie.

³ 1 ml/kg, werden ernstiger symptomen gevonden, zoals niet reageren op prikkels en in enkele
gevallen overlijden. Deze doseringen zijn ver boven de aanbevolen maximale klinische dosering. Bij
ratten die gedurende 1 maand werden behandeld met Luminity werden dosisafhankelijke, reversibele
perivasculaire en peribronchiale eosinofiele infiltraten, accumulatie van alveolaire macrofagen en
toename van het aantal en de grootte van de bekercellen in de longen gevonden. Deze effecten werden
waargenomen bij blootstellingsniveaus die hoger waren dan de maximum blootstelling bij de mens en
zijn weinig relevant voor de klinische praktijk.

6.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS

6.1 Lijst van hulpstoffen

1,2-
di
palmitoyl-sn-glycero-3-
fosfatidyl
choline (DPFC)
1,2-
di
palmitoyl-sn-glycero-3-
fosfatide
zuur, mononatriumzout (DPFZ)
N-(
methoxy
poly
ethyleen
glycol
5000 carbamoyl)-1,2-
di
palmitoyl-sn-glycero-3-
fosfatidyl
ethanolamine, mononatriumzout (MPEG5000 DPFE)
Natriumdihydrogeenfosfaatmonohydraat
Dinatriumhydrogeenfosfaatheptahydraat
Natriumchloride
Propyleenglycol
Glycerol
Water voor injecties
6.2 Gevallen van onverenigbaarheid

Dit geneesmiddel mag niet gemengd worden met andere geneesmiddelen dan die welke vermeld zijn
in rubriek 6.6.

6.3 Houdbaarheid

2 jaar.
Het product dient binnen 12 uur na activering te worden gebruikt. Het product kan tot 48 uur na de
eerste activering opnieuw worden geactiveerd. Na de tweede activering moet het product binnen 12
uur worden gebruikt.
Na activering: Bewaren beneden 30°C.
6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren

Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C)
Voor de bewaarcondities van het geneesmiddel na activering, zie rubriek 6.3.

6.5 Aard en inhoud van de verpakking

1,5 ml vloeistof in heldere glazen borosilicaatflacon Type I, gesloten met een chloorbutylelastomeer
lyofilisatiestopper en verzegeld met een aluminium krimpzegel met een plastic flip-off sluiting.
Verpakkingsgrootten van 1 of 4 flacons.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies


- De dispersie wordt opgetrokken uit de flacon met een injectiespuit met een steriele naald, maat 18 tot
20 of gekoppeld aan een steriele niet-gesiliconiseerde minispike. Bij gebruik van een naald moet deze
zodanig in de flacon worden gebracht dat het materiaal wordt opgetrokken uit het midden van de
vloeistof in de omgekeerde flacon. Er mag geen lucht in de flacon worden geïnjecteerd. Na optrekken
uit de flacon moet het product direct worden gebruikt.
- Luminity kan worden verdund met een natriumchlorideoplossing voor injecties van 9 mg/ml (0,9%)
of een glucoseoplossing van 50 mg/ml (5%) voor injecties.
De inhoud van de ampul is alleen bedoeld voor eenmalig gebruik.
Alle ongebruikte producten of afvalmaterialen dienen te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.

7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Lantheus EU Limited
Rocktwist House
Block 1, Western Business Park
Shannon, Co. Clare V14 FW97
Ierland
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/06/361/001-002


DATUM VAN EERSTE VERLENING VAN DE VERGUNNING/VERLENGING VAN
DE VERGUNNING

Datum van eerste verlening van de vergunning: 20 september 2006
Datum van laatste verlenging: 15 juli 2016

10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST

Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau http://www.ema.europa.eu.


BIJLAGE II

A.
FABRIKANT(EN) VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE

B.

VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN
LEVERING EN GEBRUIK


C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER
VAN DE HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN
NAGEKOMEN


D.

VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT
EEN VEILIG EN DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET
GENEESMIDDEL


FABRIKANT(EN) VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE

Naam en adres van de fabrikant(en) verantwoordelijk voor vrijgifte
Millmount Healthcare Limited
Block 7, City North Business Campus
Stamullen, Co. Meath K32 YD60
Ierland
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK


Aan beperkt medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel (zie bijlage I: Samenvatting van de
productkenmerken, rubriek 4.2).
C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE

HANDELSVERGUNNING MOETEN WORDEN NAGEKOMEN

· Periodieke veiligheidsverslagen

De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.
D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL

·
Risk Management Plan (RMP)
De vergunninghouder voert de verplichte onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in module
1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen RMP-
aanpassingen.
Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
· op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
· steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico's of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico's tot een minimum) is bereikt.

BIJLAGE III

ETIKETTERING EN BIJSLUITER


A. ETIKETTERING



NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Luminity 150 microliter/ml gas en oplosmiddel voor dispersie voor injectie / infusie
perflutren

2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Bevat per ml maximaal 6,4 x 109 perflutren bevattende lipide microsferen met een gemiddelde
diameter van 1,1-2,5 µm (ongeveer 150 microliter perflutren gas per ml).

3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: 1,2-dipalmitoyl-sn-glycero-3-fosfatidylcholine (DPFC),
1,2-dipalmitoyl-sn-glycero-3-fosfatidinezuur, mononatrium zout (DPFZ), N-(methoxypolyethyleen
glycol 5000 carbamoyl)-1,2-dipalmitoyl-sn-glycero-3-fosfatidylethanolamine, mononatrium zout
(MPEG5000 DPFE), natrium diwaterstof fosfaat monohydraat, dinatrium waterstof fosfaat
heptahydraat, natriumchloride, propyleenglycol, glycerol, water voor injectie.

4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Gas en oplosmiddel voor dispersie voor injectie / infusie
1 x 1,5 ml flacon voor éénmalig gebruik
4 x 1,5 ml flacons voor éénmalig gebruik

5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Intraveneus gebruik
Lees voor het gebruik de bijsluiter.

6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG

8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
Na activatie: binnen 12 uur gebruiken


BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast
Na activatie: Bewaren beneden 30°C

10. BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE AFVALSTOFFEN
(INDIEN VAN TOEPASSING)


11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN

Lantheus EU Limited
Rocktwist House,
Block 1, Western Business Park
Shannon, Co. Clare V14 FW97
Ierland
12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN

EU/1/06/361/001 4 flacons voor éénmalig gebruik
EU/1/06/361/002 1 flacon voor éénmalig gebruik

13. PARTIJNUMMER

Lot

14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING


15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16. INFORMATIE IN BRAILLE

Rechtvaardiging voor uitzondering van braille is aanvaardbaar.

17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE

Niet van toepassing

18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS

Niet van toepassing

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGWEG(EN)
Luminity 150 microliter/ml gas en oplosmiddel voor dispersie voor injectie / infusie
perflutren
Intraveneus gebruik

2.
WIJZE VAN TOEDIENING
Voor gebruik de bijsluiter lezen

3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP:

4.
PARTIJNUMMER<, IDENTIFICATIE- EN PRODUCTCODES>
LOT:

5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
1,5 ml

6.
OVERIGE

B. BIJSLUITER


Luminity 150 microliter/ml gas en oplosmiddel voor dispersie voor injectie / infusie

perflutren
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
§
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
§
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
§
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.

Inhoud van deze bijsluiter
1.
Wat is Luminity en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Luminity en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Luminity is een contrastmiddel voor echografisch onderzoek; het bevat microsferen (kleine belletjes)
van perflutrengas als werkzame stof.

Luminity is uitsluitend bestemd voor diagnostisch gebruik. Het is een contrastmiddel (een middel dat
helpt interne lichaamsstructuren zichtbaar te maken bij beeldvormende onderzoeken).
Luminity wordt gebruikt bij volwassenen om een duidelijker beeld te krijgen van de hartkamers, in het
bijzonder van de linkerhartkamer, tijdens echocardiografie (een diagnostisch onderzoek waarbij een
beeld van het hart wordt verkregen door middel van ultrageluid). Luminity wordt gebruikt bij
patiënten bij wie een coronaire vaataandoening (belemmering van de bloedtoevoer naar de hartspier)
wordt vermoed of is vastgesteld, wanneer het beeld verkregen met echografie zonder contrastmiddel
niet optimaal is.

2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?

Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
- U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek
6.
Indien u in het verleden een allergische reactie op Luminity of enig ander contrastmiddel voor
echografisch onderzoek heeft gehad, raadpleeg dan uw arts.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts voordat u dit middel gebruikt:
- als u is verteld dat u een hartshunt heeft
- als u een ernstige hart- of longziekte heeft of als u een mechanisch hulpmiddel gebruikt om te
ademen
- als u een kunstklep in uw hart heeft
- als u een acute ernstige ontsteking/sepsis heeft

Hoe gebruikt u dit middel?

Luminity wordt voor of tijdens het echografisch onderzoek toegediend door beroepsbeoefenaars in de
gezondheidszorg die ervaring hebben met dit type onderzoek. Zij berekenen de juiste dosis voor u.
Luminity is bestemd voor intraveneus gebruik (direct injecteren in de ader). Voordat dit geneesmiddel
wordt gebruikt, moet het middel worden geactiveerd met behulp van een mechanisch schudapparaat,
de Vialmix, dat verstrekt wordt aan artsen die het middel moeten klaarmaken. Hierdoor wordt
gewaarborgd dat het middel op de juiste manier en lang genoeg geschud wordt om een spreiding van
zogenaamde perflutrengasmicrosferen te maken van de juiste grootte voor een kwalitatief
hoogwaardig beeld.
Luminity wordt vervolgens via een ader toegediend, ofwel als een `bolusinjectie' (in één keer), ofwel
als een infusie (druppeloplossing) nadat het is verdund met een natriumchlorideoplossing voor injectie
van 9 mg/ml (0,9%) of een glucoseoplossing voor injectie van 50 mg/ml (5%). In sommige gevallen
kan uw arts besluiten om twee injecties toe te dienen om het echografisch onderzoek te verrichten. De
wijze waarop Luminity wordt toegediend en de dosering hangen af van de gebruikte
echocardiografische techniek.
Heeft u teveel van dit middel gebruikt?
Overdosering is niet waarschijnlijk, omdat het geneesmiddel door een arts wordt toegediend. In het
geval van overdosering zal uw arts passende maatregelen nemen.


Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Sommige patiënten kunnen allergische reacties krijgen zoals een opgezwollen gezicht. Het risico
bestaat echter dat deze allergische reacties ernstige vormen kunnen aannemen met mogelijk een
anafylactische shock (een ernstige, mogelijk levensbedreigende allergische reactie). Sommige
patiënten hebben hartproblemen ervaren, waaronder een hartaanval of hartstilstand na allergische
reacties. Daarnaast kunnen sommige patiënten convulsies krijgen, die verband kunnen houden met
deze allergische reacties.
Bij sommige patiënten hebben zich hart- of ademhalingsproblemen, waaronder hartstilstand,
voorgedaan. Deze reacties werden zelden gerapporteerd in klinische onderzoeken en de frequentie uit
postmarketingrapportages is niet bekend.
Patiënten met sikkelcelanemie hebben een sikkelcelcrisis gemeld, vaak gerapporteerd als ernstige
rugpijn, nadat zij Luminity kregen.

Vaak voorkomende bijwerkingen (kan bij maximaal 1 op de 10 personen voorkomen)
Hoofdpijn, opvliegers.
Soms voorkomende bijwerkingen (kan bij maximaal 1 op de 100 personen voorkomen)
· Duizeligheid
· veranderde smaak
· verlaagde bloeddruk
· moeilijkheden met de ademhaling, irritatie van de keel
· buikpijn, diarree, misselijkheid (ziek voelen), braken
· jeuk
· toegenomen transpiratie
· rugpijn, pijn in de borst
· vermoeidheid
· verhit gevoel en
· pijn op de injectieplaats.

Zelden voorkomende bijwerkingen
(kan bij maximaal 1 op de 1000 personen voorkomen)
· Stijfheid, een prikkend of branderig gevoel
· verandering van de hartslag, hartkloppingen (u voelt het hart sterker of onregelmatig kloppen)
· een gevoel van zwakte
· verhoogde bloeddruk, koude handen en voeten, ademhalingsproblemen, hoest, droge keel,
moeilijk slikken
· huiduitslag, roodheid van de huid
· gewrichtspijn, pijn in de zij(den), pijn in de nek, spierkramp, koorts, stijve spieren
· en abnormaal elektrocardiogram.

Niet bekend (de frequentie kan met de beschikbare gegevens niet worden bepaald)
· sikkelcelcrisis
· verlies van bewustzijn,
· gevoelloosheid van het gezicht
· oogzwelling
· en abnormaal gezichtsvermogen
Deze bijwerkingen verdwijnen meestal snel en zonder behandeling.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of verpleegkundige. Dit geldt ook
voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks

Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik Luminity niet meer na de vervaldatum die staat vermeld op het etiket en de doos na EXP.
Voor activering (schudden): Bewaren in de koelkast (2°C - 8°C).
Na activering (schudden): Bewaren beneden 30°C.
De dispersie moet binnen 12 uur na activering (schudden) worden toegediend.
Het product kan tot 48 uur na de eerste activering opnieuw worden geactiveerd en na de tweede
activering moet het product binnen 12 uur gebruikt worden.

6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?

De werkzame stof in dit middel is perflutren. Iedere ml bevat maximaal 6,4 x 109 perflutren-
bevattende lipide bolletjes met een gemiddelde diameter van 1,1-2,5 micrometer. Elke ml bevat
ongeveer 150 microliter perflutrengas per ml.
De andere stoffen in dit middel zijn: 1,2-
di
palmitoyl-sn-glycero-3-
fosfatidyl
choline (DPFC), 1,2-
di
palmitoyl-sn-glycero-3-
fosfatide
zuur, mononatriumzout (DPFZ), N-(
methoxy
poly
ethyleen
glycol
5000 carbamoyl)-1,2-
di
palmitoyl-sn-glycero-3-
fosfatidyl
ethanolamine, mononatriumzout
(MPEG5000 DPFE), natriumdihydrogeenfosfaatmonohydraat,
dinatriumhydrogeenfosfaatheptahydraat, natriumchloride, propyleenglycol, glycerol en water voor
injecties.
Hoe ziet Luminity eruit en hoeveel zit er in een verpakking?

Luminity is een gas en oplosmiddel voor dispersie voor injectie of infusie. Voor activering (schudden)
van de inhoud van de flacon is Luminity een kleurloze, heldere tot doorzichtige vloeistof. Na
activering (schudden) is Luminity een melkwitte vloeistof.
Het is verkrijgbaar in een doosje met één of vier flacons van 1,5 ml voor eenmalig gebruik.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Lantheus EU Limited
Rocktwist House,
Block 1, Western Business Park
Shannon, Co. Clare V14 FW97
Ierland
Tel:+353 1 223 3542
Fabrikant
Millmount Healthcare Limited
Block 7, City North Business Campus

- De dispersie wordt opgetrokken uit de flacon met een injectiespuit met een steriele naald, maat 18 tot
20 of gekoppeld aan een steriele niet-gesiliconiseerde minispike. Bij gebruik van een naald moet deze
zodanig in de flacon worden gebracht dat het materiaal wordt opgetrokken uit het midden van de
vloeistof in de omgekeerde flacon. Er mag geen lucht in de flacon worden geïnjecteerd. Na optrekken
uit de flacon moet het product direct worden gebruikt.
- Luminity kan worden verdund met een natriumchlorideoplossing voor injecties van 9 mg/ml (0,9%)
of een glucoseoplossing van 50 mg/ml (5%) voor injecties.
De inhoud van de ampul is alleen bedoeld voor eenmalig gebruik.

Heb je dit medicijn gebruikt? Luminity 150 µl/ml te vormen.

Je ervaring helpt anderen een beeld over het gebruik van Luminity 150 µl/ml te vormen.

Deel als eerste jouw ervaring over Luminity 150 µl/ml

Opgepast

  • Gebruik geen geneesmiddelen zonder het advies van je geneesheer
  • Vertrouw enkel de bijsluiter die meegeleverd werd met je geneesmiddel
  • Gebruik geen geneesmiddelen waarvan de houdbaarheidsdatum verstreken is
  • Bijsluiters zijn aangeleverd door het FAGG
  • FAGG