Metoprolol eg 95 mg
Bijsluiter
BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER
Metoprolol EG 95 mg tabletten met verlengde afgifte
Metoprolol EG 190 mg tabletten met verlengde afgifte
Metoprololsuccinaat
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen want er staat belangrijke
informatie in voor u.
- Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
- Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
- Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
- Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet
in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1. Wat is Metoprolol EG en waarvoor wordt het ingenomen?
2. Wanneer mag u Metoprolol EG niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3. Hoe neemt u Metoprolol EG in?
4. Mogelijke bijwerkingen
5. Hoe bewaart u Metoprolol EG?
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie
1. Wat is Metoprolol EG en waarvoor wordt het ingenomen?
Metoprololsuccinaat, de werkzame stof van Metoprolol EG, behoort tot de groep van geneesmiddelen
die selectieve bètablokkers genoemd worden. Ze werken vooral in op het hart. Dit geneesmiddel
beïnvloedt de respons van het lichaam op sommige zenuwsignalen, vooral in het hart. Daardoor doet
het de bloeddruk dalen en verhoogt het de pompkracht van het hart.
Metoprolol EG wordt gebruikt bij volwassenen voor
de behandeling van
lichte tot matige stabiele chronische hartspierzwakte (hartfalen)
(met
verminderde functie van de linker hartkamer)
naast de standaardbehandeling.
de behandeling van hoge bloeddruk (hypertensie).
de behandeling van een slechte bloedtoevoer naar de kransslagaders (coronaire hartziekte, angina
pectoris).
de behandeling van snelle vormen van hartritmestoornissen (tachycardie), vooral als deze
voortkomen uit de hartboezems (supraventriculaire tachycardie).
de preventie van een volgende hartaanval na een eerdere hartaanval (onderhoudstherapie).
de behandeling van functionele cardiovasculaire stoornissen.
de preventie van migraine.
Metoprolol EG wordt gebruikt bij kinderen en jongeren van 6 tot 18 jaar voor
de behandeling van hoge bloeddruk (hypertensie).
2. Wanneer mag u Metoprolol EG niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u Metoprolol EG NIET innemen?
U bent
allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel of voor andere bètablokkers.
Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
U heeft
bepaalde vormen van hartritmestoornissen
(tweede- en derdegraads AV-blok, hoge
graad sinoatriaal blok).
U heeft een
vertraagde hartslag
(pols < 50 slagen/minuut).
1/9
Bijsluiter
U lijdt aan een
sinusknoopstoornis
in het hart (sicksinussyndroom).
U heeft een
circulatoire collaps
gehad, voornamelijk door het falen van de hartwerking.
U lijdt aan
ernstige circulatiestoornissen
in de armen en/of benen.
U lijdt aan een
pathologisch lage bloeddruk,
i.e. wanneer de systolische waarde (de bovenste
bloeddrukwaarde) lager is dan 90 mmHg.
U lijdt aan een onbehandelde hormoonproducerende
tumor van de bijnierschors
(feochromocytoom).
U heeft
hoge zuurconcentraties in uw bloed
veroorzaakt door een metabolische disfunctie.
U lijdt aan een
ernstige vorm van bronchiaal astma
of een chronische longziekte die de bronchi
verstopt.
U wordt ook behandeld met
MAO-remmers
(geneesmiddelen gebruikt voor de behandeling van
depressie, behalve MAO-B-remmers).
Als een
hartaanval wordt vermoed
en de pols minder dan 45 slagen/minuut bedraagt, de bovenste
bloeddrukwaarde < 100 mmHg is en bepaalde vormen van hartritmestoornissen aanwezig zijn.
U gebruikt
andere bloeddrukverlagende geneesmiddelen
zoals verapamil en diltiazem.
U gebruikt
antiaritmica
zoals disopyramide.
Patiënten met chronisch hartfalen mogen metoprolol niet innemen:
als ze lijden aan onstabiel, gedecompenseerd hartfalen (dat tot uiting kan komen als vochtophoping
in de longen, slechte circulatie of lage bloeddruk), tenzij deze toestand gestabiliseerd werd door
een medische behandeling.
als ze continu of tijdelijk behandeld worden met geneesmiddelen die het pompvermogen van het
hart verhogen (bijv. dobutamine).
als hun systolische bloeddruk (bovenste waarde) constant lager is dan 100 mmHg.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met Metoprolol EG?
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u Metoprolol EG inneemt, als u één of meer van de
volgende tekens vertoont of een van deze tekenen ontwikkelt tijdens de behandeling:
als u lijdt aan
bronchiaal astma:
Metoprolol kan de symptomen van bronchiaal astma verergeren.
Het effect van bepaalde geneesmiddelen voor de behandeling van bronchiaal astma kan verstoord
zijn. Metoprolol EG mag niet gebruikt worden bij ernstige vormen van bronchiaal astma.
als u lijdt aan
suikerziekte (diabetes mellitus):
Metoprolol kan de symptomen van lage
bloedsuikerspiegels maskeren. De bloedsuikerspiegel moet regelmatig gecontroleerd worden.
als u een lichte vorm heeft van een bepaalde
hartritmestoornis
(eerstegraads AV-blok).
als u een soort pijn op de borst heeft (angina pectoris) die
prinzmetalangina
genoemd wordt.
als u lijdt aan
lichte of matige circulatiestoornissen
in de armen en/of benen.
als u een hoge bloeddruk heeft als gevolg van een
bijniermergtumor
(feochromocytoom). Voor
en tijdens de behandeling met metoprolol dient een alfareceptorblokker te worden gebruikt.
als u een
overactieve schildklier
heeft.
als u een operatie ondergaat: Voor de
operatie
dient u de anesthesist te laten weten dat u
Metoprolol EG inneemt.
als u vatbaar bent voor
allergische reacties.
Metoprolol kan zowel de gevoeligheid voor allergie-
inducerende stoffen (allergenen) als de ernst van acute allergische algemene reacties versterken.
als u lijdt aan
psoriasis.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Geef dit geneesmiddel niet aan kinderen onder de 6 jaar, aangezien het waarschijnlijk niet veilig is. Dit
geneesmiddel kan enkel ingenomen worden door kinderen en jongeren van 6 tot 18 jaar voor de
behandeling van hoge bloeddruk, indien het hen door de arts werd voorgeschreven.
Neemt u nog andere geneesmiddelen in?
Neemt u naast Metoprolol EG nog andere geneesmiddelen in, heeft u dat kort geleden gedaan of
bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat innemen? Vertel dat
dan uw arts of apotheker.
2/9
Bijsluiter
Nauwkeurig medisch onderzoek is vereist wanneer de volgende geneesmiddelen samen worden
ingenomen met Metoprolol EG:
Geneesmiddelen om hartritmestoornissen te behandelen, zoals bijv. verapamil- en diltiazemachtige
calciumantagonisten of klasse I-antiaritmica (bijv. disopyramide). U mag geen verapamilachtige
calciumantagonisten intraveneus toegediend krijgen (uitzondering: in de intensieve zorg).
Andere bètablokkers (bijv. oogdruppels met de werkzame stof timolol).
Andere interacties:
Inhalatieanesthetica versterken het polsvertragende effect van metoprolol.
Metoprolol kan het effect van bloeddrukverlagende geneesmiddelen (bijv. reserpine, alfa-methyldopa,
clonidine, guanfacine en hartglycosiden) versterken. Dit kan bijvoorbeeld leiden tot een sterk
vertraagde polsslag.
De volgende stoffen kunnen de concentratie van metoprolol in het bloed verhogen en zo het effect van
Metoprolol EG versterken:
Alcohol
Geneesmiddelen om hoge concentraties maagzuur te behandelen zoals cimetidine
Bloeddrukverlagende geneesmiddelen zoals hydralazine
Bepaalde geneesmiddelen om depressie te behandelen zoals paroxetine, fluoxetine en sertraline
Geneesmiddelen om slapeloosheid te behandelen zoals difenhydramine
Sommige stoffen om gewrichtsaandoeningen te behandelen zoals hydroxychloroquine en celecoxib
Sommige geneesmiddelen om schimmelinfecties te behandelen (terbinafine)
Neuroleptica (bijv. chloorpromazine, triflupromazine, chloorprothixeen)
Sommige geneesmiddelen om hartritmestoornissen te behandelen zoals amiodaron, kinidine en
mogelijk propafenon
Sommige geneesmiddelen om allergieën te behandelen.
Als u ook ontstekingsremmende geneesmiddelen (bijv. indometacine of andere
prostaglandinesynthetaseremmers) gebruikt, kan het bloeddrukverlagende effect van bètablokkers
verminderd zijn.
Rifampicine (een antibioticum om bijv.
bloeddrukverlagende effect van metoprolol.
tuberculose
te
behandelen)
vermindert
het
Bètablokkers kunnen de afgifte van insuline remmen bij patiënten met type 2-diabetes. U dient uw
bloedsuikerspiegel regelmatig te controleren. Indien nodig zal uw arts uw bloedsuikerverlagende
therapie aanpassen (insuline en orale antidiabetica).
Als Metoprolol EG en noradrenaline of adrenaline (neurotransmitters die van nature voorkomen in het
lichaam en een stimulerend effect hebben op het hart- en vaatstelsel en zo de bloeddruk verhogen) of
geneesmiddelen met soortgelijke effecten samen ingenomen worden, kan uw bloeddruk sterk stijgen.
Het effect van adrenaline bij de behandeling van overgevoeligheidsreacties kan verminderd zijn.
Metoprolol kan de uitscheiding van andere geneesmiddelen (bijv. lidocaïne, een plaatselijk gebruikt
verdovingsmiddel) verminderen.
Als een gelijktijdige behandeling met clonidine (een geneesmiddel dat gebruikt wordt om hoge
bloeddruk te behandelen) dient te worden gestopt, dient de behandeling met Metoprolol EG een aantal
dagen voor de stopzetting van clonidine te worden gestaakt.
Waarop moet u letten met eten, drinken en alcohol?
Metoprolol en alcohol kunnen elkaars versuffende effecten versterken. Daarom mag u geen alcohol
drinken wanneer u metoprolol inneemt.
3/9
Bijsluiter
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan
contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Zwangerschap
Metoprolol mag alleen gebruikt worden tijdens de zwangerschap onder strikte indicatie en na een
zorgvuldige risico-batenanalyse door de behandelende arts. Er zijn aanwijzingen dat metoprolol de
bloedtoevoer naar de nageboorte (placenta) vermindert en daardoor groeistoornissen bij de foetus kan
veroorzaken.
De behandeling met metoprolol dient 48-72 uur voor de berekende geboortedatum te worden
stopgezet. Als dit niet mogelijk is, moet de pasgeborene gedurende 48-72 uur na de geboorte
nauwlettend worden opgevolgd.
Borstvoeding
Metoprolol stapelt zich op in de moedermelk.
Hoewel bijwerkingen niet te verwachten zijn wanneer metoprolol in therapeutische doses wordt
gebruikt, moeten zuigelingen die borstvoeding krijgen opgevolgd worden voor effecten van het
geneesmiddel.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Tijdens de behandeling met Metoprolol EG kunnen duizeligheid en vermoeidheid optreden. Uw
reactievermogen kan zo sterk veranderd zijn dat uw vermogen om een auto te besturen, met machines
te werken of werk te verrichten zonder aangepaste beschermingsmiddelen verstoord is. Dit geldt
vooral bij combinatie met alcohol, of wanneer de dosis metoprolol verhoogd wordt.
Metoprolol EG bevat sucrose
Indien uw arts u heeft meegedeeld dat u bepaalde suikers niet verdraagt, neem dan contact op met uw
arts voordat u dit middel inneemt.
3. Hoe neemt u Metoprolol EG in?
Neem dit geneesmiddel altijd in precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. Tenzij anders voorgeschreven door uw arts is
de aanbevolen dosering:
Hoge bloeddruk
47,5 mg (½ tablet) * metoprololsuccinaat eenmaal daags. De dosis mag verhoogd worden tot
95 mg (1 tablet)(½ tablet) – 190 mg (2 tabletten)(1 tablet) eenmaal daags, of indien nodig kan
aanvullend een ander bloeddrukverlagend geneesmiddel toegediend worden.
Slechte bloedtoevoer naar de kransslagaders (coronaire hartziekte, angina pectoris)
47,5 mg (½ tablet) * – 190 mg (2 tabletten)(1 tablet) metoprololsuccinaat eenmaal daags.
Snelle vormen van hartritmestoornissen
95 mg (1 tablet)(½ tablet) – 190 mg (2 tabletten)(1 tablet) metoprololsuccinaat eenmaal daags.
Functionele cardiovasculaire stoornissen
47,5 mg (½ tablet) * – 190 mg (2 tabletten)(1 tablet) metoprololsuccinaat eenmaal daags.
Onderhoudstherapie na hartaanval
95 mg (1 tablet)(½ tablet) – 190 mg (2 tabletten)(1 tablet) metoprololsuccinaat eenmaal daags.
Preventieve behandeling van migraine
95 mg (1 tablet)(½ tablet) – 190 mg (2 tabletten)(1 tablet) metoprololsuccinaat eenmaal daags.
4/9
Bijsluiter
Behandeling van hartfalen NYHA-klasse II
Aanvangsdosis:
Tijdens de eerste twee weken 23,75 mg * metoprololsuccinaat
Vanaf week 3:
47,5 mg (½ tablet) * metoprololsuccinaat eenmaal daags.
De dosis wordt dan om de andere week verdubbeld tot een maximale
dosis van 190 mg (2 tabletten)(1 tablet) of tot de hoogste dosis die
verdragen wordt door de patiënt.
190 mg (2 tabletten)(1 tablet) metoprololsuccinaat is ook de aanbevolen dosis voor de
langetermijnbehandeling
van hartfalen.
Behandeling van hartfalen NYHA-klasse III
Aanvangsdosis:
Tijdens de eerste week 11,88 mg
*
metoprololsuccinaat.
Vanaf week 2:
23,75 mg
*
metoprololsuccinaat eenmaal daags.
* Voor deze dosering zijn er tabletten met verlengde afgifte met een gepaste sterkte beschikbaar.
Patiënten met een verminderde nierfunctie
Een dosisaanpassing is niet nodig.
Patiënten met een verminderde leverfunctie
Het kan nodig zijn de dosis te verlagen bij patiënten met een ernstige verstoring van de leverfunctie,
bijv. patiënten met een kunstmatige verbinding van een ader om de druk af te laten (portocavale
shunt).
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Hoge bloeddruk: Voor kinderen van 6 jaar en ouder hangt de dosis af van het gewicht van het kind. De
arts zal de correcte dosis uitwerken voor uw kind.
De gebruikelijke aanvangsdosering is 0,48 mg/kg metoprololsuccinaat eenmaal per dag maar mag niet
meer dan 47,5 mg bedragen. De dosis dient te worden aangepast aan de dichtst bij liggende
tabletsterkte. Uw arts kan de dosis verhogen tot 1,9 mg/kg afhankelijk van de respons van uw
bloeddruk.
Doses van meer dan 190 mg metoprololsuccinaat eenmaal daags werden niet onderzocht bij kinderen
en jongeren.
De tabletten van Metoprolol EG worden niet aanbevolen bij kinderen onder de 6 jaar.
Bejaarde patiënten ouder dan 80 jaar
Er zijn onvoldoende gegevens beschikbaar over het gebruik van metoprolol bij patiënten ouder dan 80
jaar. Daarom is bijzondere voorzichtigheid geboden wanneer de dosis wordt verhoogd bij deze
patiënten.
Wijze van toediening
De tabletten
dienen eenmaal per dag te worden ingenomen, bij voorkeur bij het ontbijt.
De
tabletten dienen in hun geheel of verdeeld te worden ingeslikt, zonder echter erop te kauwen of ze te
pletten. Ze moeten worden ingenomen met water (ten minste een ½ glas).
Duur van de behandeling
De duur van de behandeling wordt bepaald door uw arts.
Heeft u te veel van Metoprolol EG ingenomen?
Wanneer u te veel van Metoprolol EG heeft ingenomen, neem dan onmiddellijk contact op met uw
arts, apotheker of het Antigifcentrum (070/245.245).
Neem onmiddellijk contact op met uw arts of een spoedarts die dan zal beslissen over de te nemen
maatregelen naargelang van het aantal ingenomen tabletten. Houd de verpakking klaar zodat uw arts
weet welke werkzame stof u heeft ingenomen en de aangewezen maatregelen kan initiëren.
Afhankelijk van de omvang van de overdosis kunnen de volgende symptomen optreden: een sterke
daling in de bloeddruk, een zwakke pols, hartritmestoornissen, hartfalen, circulatoire collaps,
hartstilstand, vernauwing/spasmen van de luchtwegen, bewustzijnsverlies (zelfs coma), misselijkheid,
5/9
Bijsluiter
braken en blauwrode verkleuring van de huid en slijmvliezen (cyanose).
Gelijktijdig gebruik van alcohol, andere bloeddrukverlagende geneesmiddelen, kinidine (geneesmiddel
om hartritmestoornissen te behandelen) of barbituraten (kalmeringsmiddelen) kunnen de symptomen
verergeren.
De eerste tekenen van een overdosis treden 20 minuten tot 2 uur na de inname van het geneesmiddel
op.
Bent u vergeten Metoprolol EG in te nemen?
Neem geen dubbele dosis om een vergeten tablet in te halen. Blijf uw tabletten innemen volgens de
instructies.
Als u stopt met het innemen van Metoprolol EG
Als u de behandeling met Metoprolol EG wil onderbreken of vroegtijdig stopzetten,
spreek er dan
over met uw arts.
De behandeling met bètablokkers
mag niet plotseling worden stopgezet.
Als de behandeling
beëindigd moet worden, moet dit altijd traag gebeuren over een periode van ten minste 2 weken,
indien mogelijk, door geleidelijk de dosis te halveren tot de laagste dosis van een ½ tablet van 23,75
mg (equivalent aan 11,88 mg metoprololsuccinaat) wordt bereikt. Deze laatste dosis moet gedurende
ten minste vier dagen worden gebruikt vooraleer de behandeling volledig wordt stopgezet. Als er
symptomen optreden, moet de dosis trager afgebouwd worden.
Plotse stopzetting van het gebruik van bètablokkers kan leiden tot een verergering van hartfalen en kan
het risico op een hartaanval en plotse hartstilstand verhogen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4. Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Informeer onmiddellijk uw arts of een spoedarts
als u één of meer van de volgende tekenen
bemerkt:
pijn aan het hart
kortademigheid
geel worden van de huid en/of de ogen
(dit kan een teken zijn van een leverontsteking)
De volgende bijwerkingen kunnen optreden tijdens een behandeling met dit geneesmiddel:
Zeer vaak (kan meer dan 1 op 10 mensen treffen):
sterke daling van de bloeddruk, ook bij het opstaan uit een liggende houding, zeer zelden met
bewustzijnsverlies
vermoeidheid
Vaak (kan tot 1 op 10 mensen treffen):
vertraagde pols (bradycardie), onstabiel gevoel (zeer zelden met bewustzijnsverlies), gevoel van
onregelmatige of krachtige hartslag (palpitaties)
duizeligheid, hoofdpijn
kortademigheid bij inspanning
misselijkheid, buikpijn, diarree, constipatie
6/9
Bijsluiter
koude handen en voeten
Soms (kan tot 1 op 100 mensen treffen):
voorbijgaande verergering van de symptomen van hartfalen, een bepaalde vorm van
hartritmestoornis (eerstegraads AV-blok), pijn rond het hart
prikkelingen (paresthesie)
spasmen van de bronchi
braken
veranderingen van de huid, psoriasisachtige uitslag, toegenomen transpiratie
spierkrampen
gewichtstoename
waterophoping in de weefsels (oedeem)
depressie, verstoorde concentratie, sufheid en slapeloosheid, nachtmerries
Zelden (kan tot 1 op 1.000 mensen treffen):
hartfunctiestoornissen zoals galophartritme (wanneer het hart een slag overslaat) of snelle hartslag,
bepaalde hartritmestoornissen (geleidingsstoornissen)
zichtstoornissen, droge of geïrriteerde ogen, conjunctivitis
verstopte neus, loopneus
droge mond
haaruitval
verslechtering van suikerziekte die aanwezig was zonder enige typische symptomen (latente
diabetes mellitus)
abnormale leverfunctietestwaarden
impotentie en andere geslachtsstoornissen, verharden van het zachte weefsel van het zwellichaam
van de penis (induratio penis plastica)
zenuwachtigheid, angst
Zeer zelden (kan tot 1 op 10.000 mensen treffen):
vermindering van de bloedplaatjes (trombocytopenie), vermindering van de witte bloedcellen
(leukopenie)
oorsuizen (tinnitus), gehoorstoornissen
smaakstoornissen
gevoeligheid voor licht, verergering van psoriasis, ontstaan van psoriasis, psoriasisachtige
huidveranderingen
pijn in de gewrichten, spierverzwakking
weefselafsterving (necrose) bij patiënten met ernstige circulatiestoornissen in de armen en/of benen
vóór de behandeling, verergering van klachten bij patiënten met claudicatio intermittens (een
gevoel van krampen in de benen bij lichaamsbeweging of lopen) of met spasmen van de slagaderen
die het bloed naar de vingers of tenen voeren (syndroom van Raynaud)
ontsteking van de lever (hepatitis)
vergeetachtigheid of verstoord geheugen, verwardheid, hallucinaties, persoonlijkheidsstoornissen
(bijv. stemmingswisselingen).
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via de website: www.fagg.be. Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te
verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5. Hoe bewaart u Metoprolol EG?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7/9
Bijsluiter
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos en
blisterverpakking na “EXP”. Daar staan een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
HDPE-fles: Gebruik binnen 6 maanden na opening.
Bewaren beneden 25°C.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in Metoprolol EG?
- De werkzame stof in Metoprolol EG is metoprololsuccinaat (Eur. Ph.).
Elke tablet met verlengde afgifte bevat 95 mg /190 mg metoprololsuccinaat (Eur. Ph.) equivalent
aan 100 mg /200 mg metoprololtartraat.
- De andere stoffen in Metoprolol EG zijn:
Tabletkern: sucrose, macrogol 6000, polyacrylaat dispersie 30 %, talk, povidon K, microkristallijne
cellulose, magnesiumstearaat (Eur. Ph.), watervrij colloïdaal silicium
Tabletomhulling: hypromellose, talk, macrogol 6000, titaandioxide (E 171)
Hoe ziet Metoprolol EG eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Metoprolol EG 95 mg tabletten met verlengde afgifte:
Witte tot gebroken witte, langwerpige, biconvexe, filmomhulde tabletten met breukstrepen aan beide
zijden. De tablet is tussen 15,0 en 15,4 mm lang en tussen 7,0 en 7,4 mm breed.
De tablet kan worden verdeeld in gelijke doses.
Metoprolol EG 190 mg tabletten met verlengde afgifte:
Witte tot gebroken witte, langwerpige, biconvexe, filmomhulde tabletten met breukstrepen aan beide
zijden. De tablet is tussen 19,0 en 19,4 mm lang en tussen 9,0 en 9,4 mm breed.
De tablet kan worden verdeeld in gelijke doses.
Metoprolol EG 95 mg /190 mg tabletten met verlengde afgifte is beschikbaar in:
OPA/Aluminium/PVC/Aluminium blisterverpakking:
verpakkingen met 10, 14, 20, 28, 30, 50, 56, 60, 90, 98 en 100 tabletten met verlengde afgifte
kalenderverpakkingen met 14, 28 en 98 tabletten met verlengde afgifte
HDPE-flessen met PP-draaidoppen:
verpakkingen met 30, 60, 100, 250 en 500 tabletten met verlengde afgifte.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
EG (Eurogenerics) NV – Heizel Esplanade b22 – 1020 Brussel
Fabrikanten
−
Acino AG - Am Windfeld 35, 83714 Miesbach, Duitsland
−
STADA Arzneimittel AG - Stadastrasse 2 - 18, 61118 Bad Vilbel, Duitsland
Dit geneesmiddel is geregistreerd in lidstaten van de EEA onder de volgende namen:
DE
Metoprololsuccinat STADA Arzneimittel AG 95 mg – 190 mg Retardtabletten
BE
Metoprolol EG 95 mg – 190 mg tabletten met verlengde afgifte
LU
Metoprolol EG 95 mg – 190 mg comprimés à libération prolongée
8/9
Bijsluiter
Nummers van de vergunning voor het in de handel brengen:
Metoprolol EG 95 mg tabletten met verlengde afgifte: BExxxxxx
Metoprolol EG 190 mg tabletten met verlengde afgifte: BExxxxxx
Afleveringswijze:
op medisch voorschrift.
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd / herzien in 01/2019 / 11/2018.
9/9
BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER
Metoprolol EG 95 mg tabletten met verlengde afgifte
Metoprolol EG 190 mg tabletten met verlengde afgifte
Metoprololsuccinaat
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat innemen want er staat belangrijke
informatie in voor u.
- Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
- Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
- Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
- Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet
in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker.
Inhoud van deze bijsluiter
1. Wat is Metoprolol EG en waarvoor wordt het ingenomen?
2. Wanneer mag u Metoprolol EG niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3. Hoe neemt u Metoprolol EG in?
4. Mogelijke bijwerkingen
5. Hoe bewaart u Metoprolol EG?
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie
1. Wat is Metoprolol EG en waarvoor wordt het ingenomen?
Metoprololsuccinaat, de werkzame stof van Metoprolol EG, behoort tot de groep van geneesmiddelen
die selectieve bètablokkers genoemd worden. Ze werken vooral in op het hart. Dit geneesmiddel
beïnvloedt de respons van het lichaam op sommige zenuwsignalen, vooral in het hart. Daardoor doet
het de bloeddruk dalen en verhoogt het de pompkracht van het hart.
Metoprolol EG wordt gebruikt bij volwassenen voor
de behandeling van
lichte tot matige stabiele chronische hartspierzwakte (hartfalen) (met
verminderde functie van de linker hartkamer)
naast de standaardbehandeling.
de behandeling van hoge bloeddruk (hypertensie).
de behandeling van een slechte bloedtoevoer naar de kransslagaders (coronaire hartziekte, angina
pectoris).
de behandeling van snelle vormen van hartritmestoornissen (tachycardie), vooral als deze
voortkomen uit de hartboezems (supraventriculaire tachycardie).
de preventie van een volgende hartaanval na een eerdere hartaanval (onderhoudstherapie).
de behandeling van functionele cardiovasculaire stoornissen.
de preventie van migraine.
Metoprolol EG wordt gebruikt bij kinderen en jongeren van 6 tot 18 jaar voor
de behandeling van hoge bloeddruk (hypertensie).
2. Wanneer mag u Metoprolol EG niet innemen of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u Metoprolol EG NIET innemen?
U bent
allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel of voor andere bètablokkers.
Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6.
U heeft
bepaalde vormen van hartritmestoornissen (tweede- en derdegraads AV-blok, hoge
graad sinoatriaal blok).
U heeft een
vertraagde hartslag (pols < 50 slagen/minuut).
U lijdt aan een
sinusknoopstoornis in het hart (sicksinussyndroom).
U heeft een
circulatoire collaps gehad, voornamelijk door het falen van de hartwerking.
U lijdt aan
ernstige circulatiestoornissen in de armen en/of benen.
U lijdt aan een
pathologisch lage bloeddruk, i.e. wanneer de systolische waarde (de bovenste
bloeddrukwaarde) lager is dan 90 mmHg.
U lijdt aan een onbehandelde hormoonproducerende
tumor van de bijnierschors
(feochromocytoom).
U heeft
hoge zuurconcentraties in uw bloed veroorzaakt door een metabolische disfunctie.
U lijdt aan een
ernstige vorm van bronchiaal astma of een chronische longziekte die de bronchi
verstopt.
U wordt ook behandeld met
MAO-remmers (geneesmiddelen gebruikt voor de behandeling van
depressie, behalve MAO-B-remmers).
Als een
hartaanval wordt vermoed en
de pols minder dan 45 slagen/minuut bedraagt, de bovenste
bloeddrukwaarde < 100 mmHg is en bepaalde vormen van hartritmestoornissen aanwezig zijn.
U gebruikt
andere bloeddrukverlagende geneesmiddelen zoals verapamil en diltiazem.
U gebruikt
antiaritmica zoals disopyramide.
Patiënten met chronisch hartfalen mogen metoprolol niet innemen:
als ze lijden aan onstabiel, gedecompenseerd hartfalen (dat tot uiting kan komen als vochtophoping
in de longen, slechte circulatie of lage bloeddruk), tenzij deze toestand gestabiliseerd werd door
een medische behandeling.
als ze continu of tijdelijk behandeld worden met geneesmiddelen die het pompvermogen van het
hart verhogen (bijv. dobutamine).
als hun systolische bloeddruk (bovenste waarde) constant lager is dan 100 mmHg.
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met Metoprolol EG?
Neem contact op met uw arts of apotheker voordat u Metoprolol EG inneemt, als u één of meer van de
volgende tekens vertoont of een van deze tekenen ontwikkelt tijdens de behandeling:
als u lijdt aan
bronchiaal astma: Metoprolol kan de symptomen van bronchiaal astma verergeren.
Het effect van bepaalde geneesmiddelen voor de behandeling van bronchiaal astma kan verstoord
zijn. Metoprolol EG mag niet gebruikt worden bij ernstige vormen van bronchiaal astma.
als u lijdt aan
suikerziekte (diabetes mellitus): Metoprolol kan de symptomen van lage
bloedsuikerspiegels maskeren. De bloedsuikerspiegel moet regelmatig gecontroleerd worden.
als u een lichte vorm heeft van een bepaalde
hartritmestoornis (eerstegraads AV-blok).
als u een soort pijn op de borst heeft (angina pectoris) die
prinzmetalangina genoemd wordt.
als u lijdt aan
lichte of matige circulatiestoornissen in de armen en/of benen.
als u een hoge bloeddruk heeft als gevolg van een
bijniermergtumor (feochromocytoom). Voor
en tijdens de behandeling met metoprolol dient een alfareceptorblokker te worden gebruikt.
als u een
overactieve schildklier heeft.
als u een operatie ondergaat: Voor de
operatie dient
u de anesthesist te laten weten dat u
Metoprolol EG inneemt.
als u vatbaar bent voor
allergische reacties. Metoprolol kan zowel de gevoeligheid voor allergie-
inducerende stoffen (allergenen) als de ernst van acute allergische algemene reacties versterken.
als u lijdt aan
psoriasis.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Geef dit geneesmiddel niet aan kinderen onder de 6 jaar, aangezien het waarschijnlijk niet veilig is. Dit
geneesmiddel kan enkel ingenomen worden door kinderen en jongeren van 6 tot 18 jaar voor de
behandeling van hoge bloeddruk, indien het hen door de arts werd voorgeschreven.
Neemt u nog andere geneesmiddelen in?
Neemt u naast Metoprolol EG nog andere geneesmiddelen in, heeft u dat kort geleden gedaan of
bestaat de mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat innemen? Vertel dat
dan uw arts of apotheker.
Nauwkeurig medisch onderzoek is vereist wanneer de volgende geneesmiddelen samen worden
ingenomen met Metoprolol EG:
Geneesmiddelen om hartritmestoornissen te behandelen, zoals bijv. verapamil- en diltiazemachtige
calciumantagonisten of klasse I-antiaritmica (bijv. disopyramide). U mag geen verapamilachtige
calciumantagonisten intraveneus toegediend krijgen (uitzondering: in de intensieve zorg).
Andere bètablokkers (bijv. oogdruppels met de werkzame stof timolol).
Andere interacties:
Inhalatieanesthetica versterken het polsvertragende effect van metoprolol.
Metoprolol kan het effect van bloeddrukverlagende geneesmiddelen (bijv. reserpine, alfa-methyldopa,
clonidine, guanfacine en hartglycosiden) versterken. Dit kan bijvoorbeeld leiden tot een sterk
vertraagde polsslag.
De volgende stoffen kunnen de concentratie van metoprolol in het bloed verhogen en zo het effect van
Metoprolol EG versterken:
A
lcohol
G
eneesmiddelen om hoge concentraties maagzuur te behandelen zoals cimetidine
B
loeddrukverlagende geneesmiddelen zoals hydralazine
Bepaalde geneesmiddelen om depressie te behandelen zoals paroxetine, fluoxetine en sertraline
G
eneesmiddelen om slapeloosheid te behandelen zoals difenhydramine
Sommige stoffen om gewrichtsaandoeningen te behandelen zoals hydroxychloroquine en celecoxib
Sommige geneesmiddelen om schimmelinfecties te behandelen (terbinafine)
N
euroleptica (bijv. chloorpromazine, triflupromazine, chloorprothixeen)
Sommige geneesmiddelen om hartritmestoornissen te behandelen zoals amiodaron, kinidine en
mogelijk propafenon
Sommige geneesmiddelen om allergieën te behandelen.
Als u ook
ontstekingsremmende geneesmiddelen
(bijv. indometacine of andere
prostaglandinesynthetaseremmers) gebruikt, kan het bloeddrukverlagende effect van bètablokkers
verminderd zijn.
Rifampicine (een antibioticum om bijv. tuberculose te behandelen) vermindert het
bloeddrukverlagende effect van metoprolol.
Bètablokkers kunnen de afgifte van insuline remmen bij patiënten met type 2-diabetes. U dient uw
bloedsuikerspiegel regelmatig te controleren. Indien nodig zal uw arts uw bloedsuikerverlagende
therapie aanpassen (insuline en orale antidiabetica).
Als Metoprolol EG en noradrenaline of adrenaline (neurotransmitters die van nature voorkomen in het
lichaam en een stimulerend effect hebben op het hart- en vaatstelsel en zo de bloeddruk verhogen) of
geneesmiddelen met soortgelijke effecten samen ingenomen worden, kan uw bloeddruk sterk stijgen.
Het effect van adrenaline bij de behandeling van overgevoeligheidsreacties kan verminderd zijn.
Metoprolol kan de uitscheiding van andere geneesmiddelen (bijv. lidocaïne, een plaatselijk gebruikt
verdovingsmiddel) verminderen.
Als een gelijktijdige behandeling met clonidine (een geneesmiddel dat gebruikt wordt om hoge
bloeddruk te behandelen) dient te worden gestopt, dient de behandeling met Metoprolol EG een aantal
dagen voor de stopzetting van clonidine te worden gestaakt.
Waarop moet u letten met eten, drinken en alcohol?
Metoprolol en alcohol kunnen elkaars versuffende effecten versterken. Daarom mag u geen alcohol
drinken wanneer u metoprolol inneemt.
Zwangerschap en borstvoeding
Bent u zwanger, denkt u zwanger te zijn, wilt u zwanger worden of geeft u borstvoeding? Neem dan
contact op met uw arts of apotheker voordat u dit geneesmiddel gebruikt.
Zwangerschap
Metoprolol mag alleen gebruikt worden tijdens de zwangerschap onder strikte indicatie en na een
zorgvuldige risico-batenanalyse door de behandelende arts. Er zijn aanwijzingen dat metoprolol de
bloedtoevoer naar de nageboorte (placenta) vermindert en daardoor groeistoornissen bij de foetus kan
veroorzaken.
De behandeling met metoprolol dient 48-72 uur voor de berekende geboortedatum te worden
stopgezet. Als dit niet mogelijk is, moet de pasgeborene gedurende 48-72 uur na de geboorte
nauwlettend worden opgevolgd.
Borstvoeding
Metoprolol stapelt zich op in de moedermelk.
Hoewel bijwerkingen niet te verwachten zijn wanneer metoprolol in therapeutische doses wordt
gebruikt, moeten zuigelingen die borstvoeding krijgen opgevolgd worden voor effecten van het
geneesmiddel.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Tijdens de behandeling met Metoprolol EG kunnen duizeligheid en vermoeidheid optreden. Uw
reactievermogen kan zo sterk veranderd zijn dat uw vermogen om een auto te besturen, met machines
te werken of werk te verrichten zonder aangepaste beschermingsmiddelen verstoord is. Dit geldt
vooral bij combinatie met alcohol, of wanneer de dosis metoprolol verhoogd wordt.
Metoprolol EG bevat sucrose
Indien uw arts u heeft meegedeeld dat u bepaalde suikers niet verdraagt, neem dan contact op met uw
arts voordat u dit middel inneemt.
3. Hoe neemt u Metoprolol EG in?
Neem dit geneesmiddel altijd in precies zoals uw arts u dat heeft verteld. Twijfelt u over het juiste
gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. Tenzij anders voorgeschreven door uw arts is
de aanbevolen dosering:
Hoge bloeddruk
47,5 mg (½ tablet) * metoprololsuccinaat eenmaal daags. De dosis mag verhoogd worden tot
95 mg (1 tablet)(½ tablet) 190 mg (2 tabletten)(1 tablet) eenmaal daags, of indien nodig kan
aanvullend een ander bloeddrukverlagend geneesmiddel toegediend worden.
Slechte bloedtoevoer naar de kransslagaders (coronaire hartziekte, angina pectoris)
47,5 mg (½ tablet) * 190 mg (2 tabletten)(1 tablet) metoprololsuccinaat eenmaal daags.
Snelle vormen van hartritmestoornissen
95 mg (1 tablet)(½ tablet) 190 mg (2 tabletten)(1 tablet) metoprololsuccinaat eenmaal daags.
Functionele cardiovasculaire stoornissen
47,5 mg (½ tablet) * 190 mg (2 tabletten)(1 tablet) metoprololsuccinaat eenmaal daags.
Onderhoudstherapie na hartaanval
95 mg (1 tablet)(½ tablet) 190 mg (2 tabletten)(1 tablet) metoprololsuccinaat eenmaal daags.
Preventieve behandeling van migraine
95 mg (1 tablet)(½ tablet) 190 mg (2 tabletten)(1 tablet) metoprololsuccinaat eenmaal daags.
Behandeling van hartfalen NYHA-klasse II
Aanvangsdosis:
Tijdens de eerste twee weken 23,75 mg * metoprololsuccinaat
V
anaf week 3 :
47,5 mg (½ tablet) * metoprololsuccinaat eenmaal daags.
De dosis wordt dan om de andere week verdubbeld tot een maximale
dosis van 190 mg (2 tabletten)(1 tablet) of tot de hoogste dosis die
verdragen wordt door de patiënt.
190 mg (2 tabletten)(1 tablet) metoprololsuccinaat is ook de aanbevolen dosis voor de
langetermijnbehandeling van hartfalen.
Behandeling van hartfalen NYHA-klasse III
Aanvangsdosis:
Tijdens de eerste week 11,88 mg
* metoprololsuccinaat.
V
anaf week 2 :
23,75 mg
* metoprololsuccinaat eenmaal daags.
* Voor deze dosering zijn er tabletten met verlengde afgifte met een gepaste sterkte beschikbaar.
Patiënten met een verminderde nierfunctie
Een dosisaanpassing is niet nodig.
Patiënten met een verminderde leverfunctie
Het kan nodig zijn de dosis te verlagen bij patiënten met een ernstige verstoring van de leverfunctie,
bijv. patiënten met een kunstmatige verbinding van een ader om de druk af te laten (portocavale
shunt).
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
Hoge bloeddruk: Voor kinderen van 6 jaar en ouder hangt de dosis af van het gewicht van het kind. De
arts zal de correcte dosis uitwerken voor uw kind.
De gebruikelijke aanvangsdosering is 0,48 mg/kg metoprololsuccinaat eenmaal per dag maar mag niet
meer dan 47,5 mg bedragen. De dosis dient te worden aangepast aan de dichtst bij liggende
tabletsterkte. Uw arts kan de dosis verhogen tot 1,9 mg/kg afhankelijk van de respons van uw
bloeddruk.
Doses van meer dan 190 mg metoprololsuccinaat eenmaal daags werden niet onderzocht bij kinderen
en jongeren.
De tabletten van Metoprolol EG worden niet aanbevolen bij kinderen onder de 6 jaar.
Bejaarde patiënten ouder dan 80 jaar
Er zijn onvoldoende gegevens beschikbaar over het gebruik van metoprolol bij patiënten ouder dan 80
jaar. Daarom is bijzondere voorzichtigheid geboden wanneer de dosis wordt verhoogd bij deze
patiënten.
Wijze van toediening
De tabletten
dienen eenmaal per dag te worden ingenomen, bij voorkeur bij het ontbijt. De
tabletten dienen in hun geheel of verdeeld te worden ingeslikt, zonder echter erop te kauwen of ze te
pletten. Ze moeten worden ingenomen met water (ten minste een ½ glas).
Duur van de behandeling
De duur van de behandeling wordt bepaald door uw arts.
Heeft u te veel van Metoprolol EG ingenomen?
Wanneer u te veel van Metoprolol EG heeft ingenomen, neem dan onmiddellijk contact op met uw
arts, apotheker of het Antigifcentrum (070/245.245).
Neem onmiddellijk contact op met uw arts of een spoedarts die dan zal beslissen over de te nemen
maatregelen naargelang van het aantal ingenomen tabletten. Houd de verpakking klaar zodat uw arts
weet welke werkzame stof u heeft ingenomen en de aangewezen maatregelen kan initiëren.
Afhankelijk van de omvang van de overdosis kunnen de volgende symptomen optreden: een sterke
daling in de bloeddruk, een zwakke pols, hartritmestoornissen, hartfalen, circulatoire collaps,
hartstilstand, vernauwing/spasmen van de luchtwegen, bewustzijnsverlies (zelfs coma), misselijkheid,
braken en blauwrode verkleuring van de huid en slijmvliezen (cyanose).
Gelijktijdig gebruik van alcohol, andere bloeddrukverlagende geneesmiddelen, kinidine (geneesmiddel
om hartritmestoornissen te behandelen) of barbituraten (kalmeringsmiddelen) kunnen de symptomen
verergeren.
De eerste tekenen van een overdosis treden 20 minuten tot 2 uur na de inname van het geneesmiddel
op.
Bent u vergeten Metoprolol EG in te nemen?
Neem geen dubbele dosis om een vergeten tablet in te halen. Blijf uw tabletten innemen volgens de
instructies.
Als u stopt met het innemen van Metoprolol EG
Als u de behandeling met Metoprolol EG wil onderbreken of vroegtijdig stopzetten,
spreek er dan
over met uw arts.
De behandeling met bètablokkers
mag niet plotseling worden stopgezet. Als de behandeling
beëindigd moet worden, moet dit altijd traag gebeuren over een periode van ten minste 2 weken,
indien mogelijk, door geleidelijk de dosis te halveren tot de laagste dosis van een ½ tablet van 23,75
mg (equivalent aan 11,88 mg metoprololsuccinaat) wordt bereikt. Deze laatste dosis moet gedurende
ten minste vier dagen worden gebruikt vooraleer de behandeling volledig wordt stopgezet. Als er
symptomen optreden, moet de dosis trager afgebouwd worden.
Plotse stopzetting van het gebruik van bètablokkers kan leiden tot een verergering van hartfalen en kan
het risico op een hartaanval en plotse hartstilstand verhogen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts
of apotheker.
4. Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Informeer onmiddellijk uw arts of een spoedarts als
u
één of meer van de volgende tekenen
bemerkt:
pijn aan het hart
kortademigheid
geel worden van de huid en/of de ogen (dit kan een teken zijn van een leverontsteking)
De volgende bijwerkingen kunnen optreden tijdens een behandeling met dit geneesmiddel:
Zeer vaak (kan meer dan 1 op 10 mensen treffen):
sterke daling van de bloeddruk, ook bij het opstaan uit een liggende houding, zeer zelden met
bewustzijnsverlies
vermoeidheid
Vaak (kan tot 1 op 10 mensen treffen):
vertraagde pols (bradycardie), onstabiel gevoel (zeer zelden met bewustzijnsverlies), gevoel van
onregelmatige of krachtige hartslag (palpitaties)
duizeligheid, hoofdpijn
kortademigheid bij inspanning
misselijkheid, buikpijn, diarree, constipatie
koude handen en voeten
Soms (kan tot 1 op 100 mensen treffen):
voorbijgaande verergering van de symptomen van hartfalen, een bepaalde vorm van
hartritmestoornis (eerstegraads AV-blok), pijn rond het hart
prikkelingen (paresthesie)
spasmen van de bronchi
braken
veranderingen van de huid, psoriasisachtige uitslag, toegenomen transpiratie
spierkrampen
gewichtstoename
waterophoping in de weefsels (oedeem)
depressie, verstoorde concentratie, sufheid en slapeloosheid, nachtmerries
Zelden (kan tot 1 op 1.000 mensen treffen):
hartfunctiestoornissen zoals galophartritme (wanneer het hart een slag overslaat) of snelle hartslag,
bepaalde hartritmestoornissen (geleidingsstoornissen)
zichtstoornissen, droge of geïrriteerde ogen, conjunctivitis
verstopte neus, loopneus
droge mond
haaruitval
verslechtering van suikerziekte die aanwezig was zonder enige typische symptomen (latente
diabetes mellitus)
abnormale leverfunctietestwaarden
impotentie en andere geslachtsstoornissen, verharden van het zachte weefsel van het zwellichaam
van de penis (induratio penis plastica)
zenuwachtigheid, angst
Zeer zelden (kan tot 1 op 10.000 mensen treffen):
vermindering van de bloedplaatjes (trombocytopenie), vermindering van de witte bloedcellen
(leukopenie)
oorsuizen (tinnitus), gehoorstoornissen
smaakstoornissen
gevoeligheid voor licht, verergering van psoriasis, ontstaan van psoriasis, psoriasisachtige
huidveranderingen
pijn in de gewrichten, spierverzwakking
weefselafsterving (necrose) bij patiënten met ernstige circulatiestoornissen in de armen en/of benen
vóór de behandeling, verergering van klachten bij patiënten met claudicatio intermittens (een
gevoel van krampen in de benen bij lichaamsbeweging of lopen) of met spasmen van de slagaderen
die het bloed naar de vingers of tenen voeren (syndroom van Raynaud)
ontsteking van de lever (hepatitis)
vergeetachtigheid of verstoord geheugen, verwardheid, hallucinaties, persoonlijkheidsstoornissen
(bijv. stemmingswisselingen).
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts of apotheker. Dit geldt ook voor
mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook rechtstreeks melden
via de website: www.fagg.be. Door bijwerkingen te melden, kunt u ons helpen meer informatie te
verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5. Hoe bewaart u Metoprolol EG?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos en
blisterverpakking na 'EXP'. Daar staan een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
HDPE-fles: Gebruik binnen 6 maanden na opening.
Bewaren beneden 25°C.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.
6. Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in Metoprolol EG?
- De werkzame stof in Metoprolol EG is metoprololsuccinaat (Eur. Ph.).
Elke tablet met verlengde afgifte bevat 95 mg /190 mg metoprololsuccinaat (Eur. Ph.) equivalent
aan 100 mg /200 mg metoprololtartraat.
- De andere stoffen in Metoprolol EG zijn:
Tabletkern: sucrose, macrogol 6000, polyacrylaat dispersie 30 %, talk, povidon K, microkristallijne
cellulose, magnesiumstearaat (Eur. Ph.), watervrij colloïdaal silicium
Tabletomhulling: hypromellose, talk, macrogol 6000, titaandioxide (E 171)
Hoe ziet Metoprolol EG eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Metoprolol EG 95 mg tabletten met verlengde afgifte:
Witte tot gebroken witte, langwerpige, biconvexe, filmomhulde tabletten met breukstrepen aan beide
zijden. De tablet is tussen 15,0 en 15,4 mm lang en tussen 7,0 en 7,4 mm breed.
De tablet kan worden verdeeld in gelijke doses.
Metoprolol EG 190 mg tabletten met verlengde afgifte:
Witte tot gebroken witte, langwerpige, biconvexe, filmomhulde tabletten met breukstrepen aan beide
zijden. De tablet is tussen 19,0 en 19,4 mm lang en tussen 9,0 en 9,4 mm breed.
De tablet kan worden verdeeld in gelijke doses.
Metoprolol EG 95 mg /190 mg tabletten met verlengde afgifte is beschikbaar in:
OPA/Aluminium/PVC/Aluminium blisterverpakking:
verpakkingen met 10, 14, 20, 28, 30, 50, 56, 60, 90, 98 en 100 tabletten met verlengde afgifte
kalenderverpakkingen met 14, 28 en 98 tabletten met verlengde afgifte
HDPE-flessen met PP-draaidoppen:
verpakkingen met 30, 60, 100, 250 en 500 tabletten met verlengde afgifte.
Niet alle genoemde verpakkingsgrootten worden in de handel gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
EG (Eurogenerics) NV Heizel Esplanade b22 1020 Brussel
Fabrikanten
-
Acino AG - Am Windfeld 35, 83714 Miesbach, Duitsland
- STADA Arzneimittel AG - Stadastrasse 2 - 18, 61118 Bad Vilbel, Duitsland
Dit geneesmiddel is geregistreerd in lidstaten van de EEA onder de volgende namen:
DE
Metoprololsuccinat STADA Arzneimittel AG 95 mg 190 mg Retardtabletten
BE
Metoprolol EG 95 mg 190 mg tabletten met verlengde afgifte
LU
Metoprolol EG 95 mg 190 mg comprimés à libération prolongée
Nummers van de vergunning voor het in de handel brengen:
Metoprolol EG 95 mg tabletten met verlengde afgifte: BExxxxxx
Metoprolol EG 190 mg tabletten met verlengde afgifte: BExxxxxx
Afleveringswijze: op medisch voorschrift.
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd / herzien in 01/2019 / 11/2018.