Myorelax 100 mg/ml vial
Bijsluiter– NL versie
MYORELAX
B. BIJSLUITER
Bijsluiter– NL versie
MYORELAX
BIJSLUITER
Myorelax Oplossing voor infusie voor paarden
1.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN:
Dechra Veterinary Products NV
Achterstenhoek 48
2275 Lille
België
FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE:
Eurovet Animal Health BV
Handelsweg 25
5531 AE Bladel
Nederland
2.
BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
Myorelax Oplossing voor infusie voor paarden
Guaifenesine
3.
GEHALTE AAN WERKZAAM EN OVERIGE BESTANDDELEN
1 ml bevat:
Werkzaam bestanddeel:
Guaifenesine
100 mg
4.
INDICATIES
In combinatie met de gebruikelijke anesthetica, eventueel aangevuld met lokale anesthetische
technieken, voor ingrepen van korte duur.
In combinatie met de gebruikelijke anesthetica als inductie voor een algemene anesthesie.
Als onderdeel voor het onderhoud van een algemene injectie anesthesie (continue toediening in
combinatie met alfa-2 agonisten en dissociatieve anesthetica).
5.
Geen.
6.
BIJWERKINGEN
CONTRA-INDICATIES
De toediening van guaifenesine kan aanleiding geven tot een voorbijgaande milde daling van de
bloeddruk met stijging van het hartritme.
Door de positionering van het dier na toediening van het spierrelaxans in zij- of rugligging en door de
combinatie met de gebruikelijke anesthetica kan een ernstige cardiopulmonaire depressie optreden.
Bij accidentele overdosering of bij dieren in sterke metabole acidose kan een voorbijgaande
spierrigiditeit optreden.
Indien u bijwerkingen vaststelt, zelfs wanneer die niet in deze bijsluiter worden vermeld, of u
vermoedt dat het diergeneesmiddel niet werkzaam is, wordt u verzocht uw dierenarts hiervan in kennis
te stellen.
Bijsluiter– NL versie
MYORELAX
7.
DOELDIERSOORTEN
Paard (pony’s en paardachtigen, niet bestemd voor menselijke consumptie).
8.
DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT , TOEDIENINGSWEG EN WIJZE
VAN GEBRUIK
Toedieningsweg: intraveneus.
Richtdosering: 60 à 100 mg per kg lichaamsgewicht (overeenkomend met 0,6 à 1 ml per kg
lichaamsgewicht).
De dosering moet aangepast worden naargelang de omstandigheden.
De volgende anesthetische techniek kan gebruikt worden bij gezonde dieren voor korte ingrepen of als
inductie vóór een algemene anesthesie:
sedatie met een geschikt sedativum
inductie met het diergeneesmiddel via infuus gecombineerd met de gebruikelijke anesthetica
Het gebruik van aangepaste anesthetische technieken is noodzakelijk bij pijnlijke ingrepen.
9.
AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
De vloeistof mag geen kristallen bevatten. Indien dit wel het geval is, kunnen de kristallen door een
lichte verwarming weer opgelost worden.
De infusie van het diergeneesmiddel dient strikt intraveneus te gebeuren waarbij de infusie op
lichaamstemperatuur en met behulp van aangepast steriel infusiemateriaal volgens de regels van de
kunst toegediend moet worden.
10.
WACHTTIJD
Niet toegestaan voor gebruik bij paarden die voor humane consumptie bestemd zijn.
11.
BIJZONDERE BEWAARVOORSCHRIFTEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Niet in de vriezer bewaren.
Houdbaarheid na aanprikken van de flacon: direct gebruiken.
Dit diergeneesmiddel niet gebruiken na de uiterste gebruiksdatum vermeld op het etiket na EXP. De
uiterste gebruiksdatum verwijst naar de laatste dag van de maand.
12.
SPECIALE WAARSCHUWINGEN
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:
Zoals alle anesthetica dient het diergeneesmiddel te worden aangewend volgens de algemene regels
van de anesthesiologie. Te behandelen dieren dienen een grondig vooronderzoek te ondergaan. Extra
oplettendheid is geboden bij paarden met anemie, cardiale of respiratoire problemen of dieren met
andere ziekteverschijnselen
De wijze van toediening is strikt intraveneus; door de irritatieve eigenschappen van de oplossing kan
een thrombophlebitis ontstaan; een verdunning van de oplossing (van 10% tot 5%) kan aangewezen
zijn om irritatie van de venewand te verminderen.
Speciale voorzorgsmaatregelen, te nemen door de persoon die het diergeneesmiddel aan de dieren
toedient:
Bijsluiter– NL versie
MYORELAX
Accidentele inoculatie van de infusievloeistof in de oogholte van de toediener induceert een sterk
prikkelend gevoel. Overvloedig spoelen van de oogholte met koud water dient hierbij zo snel mogelijk
te gebeuren.
Dracht:
De toepassing van het diergeneesmiddel bij drachtige dieren is onvoldoende onderzocht en wordt
daarom afgeraden.
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie:
De combinatie van dit diergeneesmiddel met de gebruikelijke anesthetica of sedativa verlengt de
anesthesie- en recoveryduur.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota):
Guaifenesine heeft een grote therapeutische veiligheidsbreedte. De dood treedt pas in bij een viermaal
hogere dosering dan nodig is om het paard neer te leggen. In geval van overdosering geeft men
analeptica afhankelijk van de combinatie van farmaca die toegediend werden. Bij overdosering treedt
een voorbijgaande spierrigiditeit op. Een aangepaste reanimatie is vereist.
Onverenigbaarheden:
Niet vermengen met diazepam.
13.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET-
GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUEEL AFVALMATERIAAL
Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de lokale
vereisten te worden verwijderd.
14.
DE DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Oktober 2019
15.
OVERIGE INFORMATIE
Het kan voorkomen dat niet alle verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht
Op diergeneeskundig voorschrift.
Gelieve voor alle informatie over dit diergeneesmiddel contact op te nemen met de lokale
vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen.
BE-V116261
MYORELAX
MYORELAX
BIJSLUITER
Myorelax Oplossing voor infusie voor paarden
1.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN:
Dechra Veterinary Products NV
Achterstenhoek 48
2275 Lille
België
FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE:
Eurovet Animal Health BV
Handelsweg 25
5531 AE Bladel
Nederland
2.
BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
Myorelax Oplossing voor infusie voor paarden
Guaifenesine
3.
GEHALTE AAN WERKZAAM EN OVERIGE BESTANDDELEN
1 ml bevat:
Werkzaam bestanddeel:
Guaifenesine
100 mg
4.
INDICATIES
In combinatie met de gebruikelijke anesthetica, eventueel aangevuld met lokale anesthetische
technieken, voor ingrepen van korte duur.
In combinatie met de gebruikelijke anesthetica als inductie voor een algemene anesthesie.
Als onderdeel voor het onderhoud van een algemene injectie anesthesie (continue toediening in
combinatie met alfa-2 agonisten en dissociatieve anesthetica).
5.
CONTRA-INDICATIES
Geen.
6.
BIJWERKINGEN
MYORELAX
7.
DOELDIERSOORTEN
Paard (pony's en paardachtigen, niet bestemd voor menselijke consumptie).
8.
DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT , TOEDIENINGSWEG EN WIJZE
VAN GEBRUIK
Toedieningsweg: intraveneus.
Richtdosering: 60 à 100 mg per kg lichaamsgewicht (overeenkomend met 0,6 à 1 ml per kg
lichaamsgewicht).
De dosering moet aangepast worden naargelang de omstandigheden.
De volgende anesthetische techniek kan gebruikt worden bij gezonde dieren voor korte ingrepen of als
inductie vóór een algemene anesthesie:
sedatie met een geschikt sedativum
inductie met het diergeneesmiddel via infuus gecombineerd met de gebruikelijke anesthetica
Het gebruik van aangepaste anesthetische technieken is noodzakelijk bij pijnlijke ingrepen.
9.
AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
De vloeistof mag geen kristallen bevatten. Indien dit wel het geval is, kunnen de kristallen door een
lichte verwarming weer opgelost worden.
De infusie van het diergeneesmiddel dient strikt intraveneus te gebeuren waarbij de infusie op
lichaamstemperatuur en met behulp van aangepast steriel infusiemateriaal volgens de regels van de
kunst toegediend moet worden.
10.
WACHTTIJD
Niet toegestaan voor gebruik bij paarden die voor humane consumptie bestemd zijn.
11.
BIJZONDERE BEWAARVOORSCHRIFTEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Niet in de vriezer bewaren.
Houdbaarheid na aanprikken van de flacon: direct gebruiken.
Dit diergeneesmiddel niet gebruiken na de uiterste gebruiksdatum vermeld op het etiket na EXP. De
uiterste gebruiksdatum verwijst naar de laatste dag van de maand.
12.
SPECIALE WAARSCHUWINGEN
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:
Zoals alle anesthetica dient het diergeneesmiddel te worden aangewend volgens de algemene regels
van de anesthesiologie. Te behandelen dieren dienen een grondig vooronderzoek te ondergaan. Extra
oplettendheid is geboden bij paarden met anemie, cardiale of respiratoire problemen of dieren met
andere ziekteverschijnselen
De wijze van toediening is strikt intraveneus; door de irritatieve eigenschappen van de oplossing kan
een thrombophlebitis ontstaan; een verdunning van de oplossing (van 10% tot 5%) kan aangewezen
zijn om irritatie van de venewand te verminderen.
MYORELAX
Accidentele inoculatie van de infusievloeistof in de oogholte van de toediener induceert een sterk
prikkelend gevoel. Overvloedig spoelen van de oogholte met koud water dient hierbij zo snel mogelijk
te gebeuren.
Dracht:
De toepassing van het diergeneesmiddel bij drachtige dieren is onvoldoende onderzocht en wordt
daarom afgeraden.
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie:
De combinatie van dit diergeneesmiddel met de gebruikelijke anesthetica of sedativa verlengt de
anesthesie- en recoveryduur.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota):
Guaifenesine heeft een grote therapeutische veiligheidsbreedte. De dood treedt pas in bij een viermaal
hogere dosering dan nodig is om het paard neer te leggen. In geval van overdosering geeft men
analeptica afhankelijk van de combinatie van farmaca die toegediend werden. Bij overdosering treedt
een voorbijgaande spierrigiditeit op. Een aangepaste reanimatie is vereist.
Onverenigbaarheden:
Niet vermengen met diazepam.
13.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET-
GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUEEL AFVALMATERIAAL
Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de lokale
vereisten te worden verwijderd.
14.
DE DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Oktober 2019
15.
OVERIGE INFORMATIE
Het kan voorkomen dat niet alle verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht
Op diergeneeskundig voorschrift.
Gelieve voor alle informatie over dit diergeneesmiddel contact op te nemen met de lokale
vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen.
MYORELAX
BIJSLUITER
Myorelax Oplossing voor infusie voor paarden
1.
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN EN DE FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE, INDIEN VERSCHILLEND
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN:
Dechra Veterinary Products NV
Achterstenhoek 48
2275 Lille
België
FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE:
Eurovet Animal Health BV
Handelsweg 25
5531 AE Bladel
Nederland
2.
BENAMING VAN HET DIERGENEESMIDDEL
Myorelax Oplossing voor infusie voor paarden
Guaifenesine
3.
GEHALTE AAN WERKZAAM EN OVERIGE BESTANDDELEN
1 ml bevat:
Werkzaam bestanddeel:
Guaifenesine
100 mg
4.
INDICATIES
In combinatie met de gebruikelijke anesthetica, eventueel aangevuld met lokale anesthetische
technieken, voor ingrepen van korte duur.
In combinatie met de gebruikelijke anesthetica als inductie voor een algemene anesthesie.
Als onderdeel voor het onderhoud van een algemene injectie anesthesie (continue toediening in
combinatie met alfa-2 agonisten en dissociatieve anesthetica).
5.
CONTRA-INDICATIES
Geen.
6.
BIJWERKINGEN
MYORELAX
7.
DOELDIERSOORTEN
Paard (pony's en paardachtigen, niet bestemd voor menselijke consumptie).
8.
DOSERING VOOR ELKE DOELDIERSOORT , TOEDIENINGSWEG EN WIJZE
VAN GEBRUIK
Toedieningsweg: intraveneus.
Richtdosering: 60 à 100 mg per kg lichaamsgewicht (overeenkomend met 0,6 à 1 ml per kg
lichaamsgewicht).
De dosering moet aangepast worden naargelang de omstandigheden.
De volgende anesthetische techniek kan gebruikt worden bij gezonde dieren voor korte ingrepen of als
inductie vóór een algemene anesthesie:
sedatie met een geschikt sedativum
inductie met het diergeneesmiddel via infuus gecombineerd met de gebruikelijke anesthetica
Het gebruik van aangepaste anesthetische technieken is noodzakelijk bij pijnlijke ingrepen.
9.
AANWIJZINGEN VOOR EEN JUISTE TOEDIENING
De vloeistof mag geen kristallen bevatten. Indien dit wel het geval is, kunnen de kristallen door een
lichte verwarming weer opgelost worden.
De infusie van het diergeneesmiddel dient strikt intraveneus te gebeuren waarbij de infusie op
lichaamstemperatuur en met behulp van aangepast steriel infusiemateriaal volgens de regels van de
kunst toegediend moet worden.
10.
WACHTTIJD
Niet toegestaan voor gebruik bij paarden die voor humane consumptie bestemd zijn.
11.
BIJZONDERE BEWAARVOORSCHRIFTEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren.
Niet in de vriezer bewaren.
Houdbaarheid na aanprikken van de flacon: direct gebruiken.
Dit diergeneesmiddel niet gebruiken na de uiterste gebruiksdatum vermeld op het etiket na EXP. De
uiterste gebruiksdatum verwijst naar de laatste dag van de maand.
12.
SPECIALE WAARSCHUWINGEN
Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren:
Zoals alle anesthetica dient het diergeneesmiddel te worden aangewend volgens de algemene regels
van de anesthesiologie. Te behandelen dieren dienen een grondig vooronderzoek te ondergaan. Extra
oplettendheid is geboden bij paarden met anemie, cardiale of respiratoire problemen of dieren met
andere ziekteverschijnselen
De wijze van toediening is strikt intraveneus; door de irritatieve eigenschappen van de oplossing kan
een thrombophlebitis ontstaan; een verdunning van de oplossing (van 10% tot 5%) kan aangewezen
zijn om irritatie van de venewand te verminderen.
MYORELAX
Accidentele inoculatie van de infusievloeistof in de oogholte van de toediener induceert een sterk
prikkelend gevoel. Overvloedig spoelen van de oogholte met koud water dient hierbij zo snel mogelijk
te gebeuren.
Dracht:
De toepassing van het diergeneesmiddel bij drachtige dieren is onvoldoende onderzocht en wordt
daarom afgeraden.
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie:
De combinatie van dit diergeneesmiddel met de gebruikelijke anesthetica of sedativa verlengt de
anesthesie- en recoveryduur.
Overdosering (symptomen, procedures in noodgevallen, antidota):
Guaifenesine heeft een grote therapeutische veiligheidsbreedte. De dood treedt pas in bij een viermaal
hogere dosering dan nodig is om het paard neer te leggen. In geval van overdosering geeft men
analeptica afhankelijk van de combinatie van farmaca die toegediend werden. Bij overdosering treedt
een voorbijgaande spierrigiditeit op. Een aangepaste reanimatie is vereist.
Onverenigbaarheden:
Niet vermengen met diazepam.
13.
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN NIET-
GEBRUIKTE DIERGENEESMIDDELEN OF EVENTUEEL AFVALMATERIAAL
Ongebruikte diergeneesmiddelen of restanten hiervan dienen in overeenstemming met de lokale
vereisten te worden verwijderd.
14.
DE DATUM WAAROP DE BIJSLUITER VOOR HET LAATST IS HERZIEN
Oktober 2019
15.
OVERIGE INFORMATIE
Het kan voorkomen dat niet alle verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht
Op diergeneeskundig voorschrift.
Gelieve voor alle informatie over dit diergeneesmiddel contact op te nemen met de lokale
vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen.