Pelgraz 6 mg

BIJLAGE I
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
1
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg worden
verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden. Zie rubriek 4.8 voor het rapporteren van
bijwerkingen.
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit
Pelgraz 6 mg oplossing foor injectie in voorgevulde injector
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit
Elke voorgevulde spuit bevat 6 mg pegfilgrastim* in 0,6 ml oplossing voor injectie. De concentratie is
10 mg/ml gebaseerd op eiwit alleen**.
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde injector
Elke voorgevulde injector bevat 6 mg pegfilgrastim* in 0,6 ml oplossing voor injectie. De concentratie
is 10 mg/ml gebaseerd op eiwit alleen**.
* Geproduceerd in
Escherichia coli-cellen
door middel van recombinante DNA-technologie gevolgd
door conjugatie met polyethyleenglycol (PEG).
** De concentratie is 20 mg/ml wanneer het PEG-aandeel wordt meegerekend.
De potentie van dit geneesmiddel dient niet te worden vergeleken met de potentie van een ander
gepegyleerd of niet-gepegyleerd eiwit van dezelfde therapeutische klasse. Zie rubriek 5.1 voor meer
informatie.
Hulpstoffen met bekend effect
Elke voorgevulde spuit of voorgevulde injector bevat 30 mg sorbitol (E420) (zie rubriek 4.4).
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.
3.
FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie.
Heldere, kleurloze oplossing voor injectie.
4.
4.1
KLINISCHE GEGEVENS
Therapeutische indicaties
Verminderen van de duur van de neutropenie en de incidentie van febriele neutropenie bij volwassen
patiënten die behandeld worden met cytotoxische chemotherapie voor maligniteiten (met uitzondering
van chronische myeloïde leukemie en myelodysplastische syndromen).
4.2
Dosering en wijze van toediening
2
Therapie met Pelgraz dient te worden geïnitieerd door en plaats te vinden onder toezicht van een arts
die ervaren is in de oncologie en/of hematologie.
Dosering
De aanbevolen dosering Pelgraz is één dosis van 6 mg (één enkele voorgevulde spuit of voorgevulde
injector) per chemotherapiecyclus, toe te dienen ten minste 24 uur na de cytotoxische chemotherapie.
Bijzondere patiëntengroepen
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van Pelgraz bij kinderen en jongeren tot 18 jaar zijn nog niet
vastgesteld. De momenteel beschikbare gegevens worden beschreven in rubriek 4.8, 5.1 en 5.2, maar
er kan geen doseringsadvies worden gegeven.
Patiënten met een nierfunctiestoornis
Er wordt geen dosisaanpassing aanbevolen bij patiënten met een nierfunctiestoornis, onder wie
patiënten met terminale nierinsufficiëntie (ESRD).
Wijze van toediening
Pelgraz is voor subcutaan gebruik. De injecties dienen subcutaan in de dij, buik of bovenarm te
worden gegeven.
Voor instructies over hantering van het geneesmiddel voorafgaand aan toediening, zie rubriek 6.6.
4.3
Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstof(fen).
4.4
Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Traceerbaarheid
Om de traceerbaarheid van biologische geneesmiddelen te verbeteren, dient de merknaam van het
toegediende product duidelijk geregistreerd te worden.
Acute myeloïde leukemie (AML)
Beperkte klinische data suggereren een vergelijkbaar effect voor pegfilgrastim en filgrastim op de tijd
tot herstel van ernstige neutropenie bij patiënten met
de novo
AML (zie rubriek 5.1). De
langetermijneffecten van pegfilgrastim bij AML zijn echter niet vastgesteld. Daarom dient
pegfilgrastim met voorzichtigheid te worden gebruikt bij deze patiëntengroep.
G-CSF kan in vitro de groei van myeloïde cellen bevorderen en vergelijkbare effecten zouden
in vitro
kunnen worden waargenomen bij enkele niet-myeloïde cellen.
De veiligheid en werkzaamheid van pegfilgrastim zijn niet onderzocht bij patiënten met een
myelodysplastisch syndroom of chronische myeloïde leukemie, noch bij patiënten met secundaire
AML. Daarom dient pegfilgrastim niet te worden gebruikt bij deze patiënten. De diagnose
blastentransformatie bij chronische myeloïde leukemie dient zorgvuldig te worden onderscheiden van
de diagnose AML.
De veiligheid en werkzaamheid van de toediening van pegfilgrastim bij
de novo
AML-patiënten met
een leeftijd < 55 jaar met de cytogenetische afwijking t(15;17) zijn niet vastgesteld.
3
De veiligheid en werkzaamheid van pegfilgrastim zijn niet onderzocht bij patiënten die behandeld
werden met een hoge dosis chemotherapie. Dit geneesmiddel dient niet te worden gebruikt om de
dosis cytotoxische chemotherapie verder te verhogen dan vastgestelde dosisregimes.
Pulmonale bijwerkingen
Na toediening van G-CSF zijn pulmonale bijwerkingen gerapporteerd, in het bijzonder interstitiële
pneumonie. Patiënten met een recente geschiedenis van longinfiltraten of pneumonie lopen een hoger
risico (zie rubriek 4.8).
Het ontstaan van pulmonale symptomen, zoals hoest, koorts en kortademigheid, die gepaard gaan met
radiologische kenmerken van longinfiltraten, en verslechtering van de longfunctie samen met een
stijging van het aantal neutrofielen, kunnen voortekenen zijn van ‘adult respiratory distress’-syndroom
(ARDS). In dergelijke omstandigheden dient de arts te beoordelen of de toediening van pegfilgrastim
gestaakt dient te worden en dient een gepaste behandeling te worden gegeven (zie rubriek 4.8).
Glomerulonefritis
Glomerulonefritis is gemeld bij patiënten die filgrastim en pegfilgrastim toegediend krijgen. In het
algemeen verdwenen gevallen van glomerulonefritis na verlaging van de dosis of stopzetting van de
behandeling met filgrastim en pegfilgrastim. Urineonderzoek wordt aanbevolen.
Capillair-lek-syndroom
Het capillair-lek-syndroom is gerapporteerd na toediening van een G-CSF en wordt gekenmerkt door
hypotensie, hypoalbuminemie, oedeem en bloedindikking. Patiënten die symptomen van het capillair-
lek-syndroom ontwikkelen, dienen nauwgezet gevolgd te worden en standaard symptomatische
behandeling te ontvangen, wat een behoefte aan intensieve zorg zou kunnen betekenen (zie rubriek
4.8).
Miltvergroting en miltruptuur
Er zijn, in het algemeen asymptomatische, gevallen van miltvergroting en gevallen van miltruptuur, in
sommige gevallen fataal, opgetreden na toediening van pegfilgrastim (zie rubriek 4.8). Daarom dient
de grootte van de milt nauwkeurig te worden gecontroleerd (bv. door klinisch onderzoek, echografie).
De diagnose miltruptuur dient te worden overwogen bij patiënten die pijn rapporteren links boven in
de buik of in de schouderpunt.
Trombocytopenie en anemie
Behandeling met pegfilgrastim alleen sluit trombocytopenie en anemie niet uit, omdat de toediening
van de volledige dosis myelosuppressieve chemotherapie wordt gehandhaafd volgens het
voorgeschreven schema. Regelmatige controle van het aantal trombocyten en het hematocrietgehalte
wordt aanbevolen. Bijzondere zorgvuldigheid dient in acht te worden genomen bij toediening van
chemotherapie (single agent of combinaties) waarvan bekend is dat ze ernstige trombocytopenie
kunnen veroorzaken.
Myelodysplastisch syndroom en acute myeloïde leukemie bij borst- en longkankerpatiënten
In een observationeel post-marketingonderzoek is pegfilgrastim in combinatie met chemotherapie
en/of radiotherapie in verband gebracht met de ontwikkeling van myelodysplastisch syndroom (MDS)
en acute myeloïde leukemie (AML) bij borst- en longkankerpatiënten (zie rubriek 4.8). Controleer
long- en borstkankerpatiënten op tekenen en symptomen van MDS/AML.
Sikkelcelanemie
4
Sikkelcelcrises zijn in verband gebracht met de toediening van pegfilgrastim aan patiënten met
sikkelceltrait of sikkelcelziekte (zie rubriek 4.8). Daarom dienen artsen voorzichtig te zijn wanneer ze
pegfilgrastim voorschrijven aan patiënten met sikkelceltrait of sikkelcelziekte, dienen ze de relevante
klinische parameters en laboratoriumgegevens te controleren en alert te zijn op een mogelijke
associatie van dit geneesmiddel met miltvergroting en vaso-occlusieve crisis.
Leukocytose
Leukocytenaantallen (WBC) van 100 × 10
9
/l of meer zijn waargenomen bij minder dan 1% van de
patiënten die met pegfilgrastim behandeld werden. Er zijn geen bijwerkingen gerapporteerd die direct
toe te schrijven zijn aan deze mate van leukocytose. Een dergelijke verhoging van het aantal
leukocyten is van voorbijgaande aard, treedt kenmerkend 24 tot 48 uur na toediening op en is
consistent met de farmacodynamische effecten van dit geneesmiddel. Het aantal leukocyten dient
tijdens de behandeling regelmatig te worden bepaald met het oog op de klinische effecten en het risico
op leukocytose. Indien het aantal leukocyten na de verwachte nadir hoger is dan 50 × 10
9
/l, dient dit
geneesmiddel onmiddellijk te worden gestaakt.
Overgevoeligheid
Overgevoeligheid, inclusief anafylactische reacties, opgetreden tijdens een eerste of volgende
behandeling, zijn gerapporteerd bij patiënten die behandeld zijn met pegfilgrastim. Staak behandeling
met pegfilgrastim permanent bij patiënten met klinisch significante overgevoeligheid. Dien
pegfilgrastim niet toe aan patiënten met een voorgeschiedenis van overgevoeligheid voor
pegfilgrastim of filgrastim. Indien een ernstige allergische reactie optreedt, dient een passende
behandeling gestart te worden, waarbij de patiënt meerdere dagen nauwgezet gevolgd moet worden.
Stevens-Johnson-syndroom
Het Stevens-Johnson-syndroom (SJS), dat levensbedreigend of fataal kan zijn, is zelden gemeld in
combinatie met behandeling met pegfilgrastim. Als bij de patiënt SJS is ontstaan tijdens het gebruik
van pegfilgrastim, dient de behandeling met pegfilgrastim bij deze patiënt op geen enkel moment
opnieuw te worden gestart.
Immunogeniciteit
Zoals bij alle therapeutische eiwitten, is er een mogelijkheid tot immunogeniciteit. De mate van
ontwikkeling van antilichamen tegen pegfilgrastim is over het algemeen laag. Bindende antilichamen
treden op, zoals verwacht, met alle biologicals, maar zijn op dit moment echter niet geassocieerd met
een neutraliserende werking.
Aortitis
Na toediening van filgrastim of pegfilgrastim bij gezonde proefpersonen en bij kankerpatiënten is
aortitis gemeld. De symptomen die optraden omvatten koorts, buikpijn, malaise, rugpijn en verhoogde
ontstekingsmarkers (bijv. C-reactief proteïne en WBC). In de meeste gevallen werd aortitis door
middel van een CT-scan vastgesteld en doorgaans verdween het nadat filgrastim of pegfilgrastim was
stopgezet. Zie ook rubriek 4.8.
Mobilisatie van PBPC
De veiligheid en werkzaamheid van Pelgraz voor de mobilisatie van bloedvoorlopercellen bij
patiënten of gezonde donoren is niet voldoende onderzocht.
Andere waarschuwingen
Een verhoogde hematopoëtische activiteit van het beenmerg als reactie op de therapie met een
groeifactor is geassocieerd met voorbijgaande positieve bevindingen op afbeeldingen van het bot.
5
Hiermee dient rekening gehouden te worden bij het interpreteren van de resultaten op afbeeldingen
van het bot.
Hulpstoffen met bekend effect
Sorbitol
Er moet rekening worden gehouden met het additieve effect van gelijktijdig toegediende producten die
sorbitol (of fructose) bevatten en inname van sorbitol (of fructose) via de voeding.
Natrium
Pelgraz bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 6 mg, dat wil zeggen dat het in
wezen ‘natriumvrij’ is.
Alle patiënten
De naaldhoes van de voorgevulde spuit bevat droog natuurlijk rubber (een derivaat van latex), dat
allergische reacties kan veroorzaken.
4.5
Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Vanwege de mogelijke gevoeligheid van sneldelende myeloïde cellen voor cytotoxische
chemotherapie, dient pegfilgrastim ten minste 24 uur na de toediening van de cytotoxische
chemotherapie te worden toegediend. In klinische onderzoeken is pegfilgrastim veilig toegediend 14
dagen vóór de chemotherapie. Gelijktijdig gebruik van Pelgraz met chemotherapeutica is niet
bestudeerd bij patiënten. In diermodellen bleek gelijktijdig gebruik van pegfilgrastim en 5-fluoro-
uracil (5-FU) of andere antimetabolieten de myelosuppressie te versterken.
Mogelijke interacties met andere hematopoëtische groeifactoren en cytokinen zijn niet specifiek
onderzocht in klinische onderzoeken.
De mogelijkheid voor interactie met lithium, dat eveneens de afgifte van neutrofielen bevordert, is niet
specifiek onderzocht. Er zijn geen aanwijzingen dat een dergelijke interactie schadelijk zou zijn.
De veiligheid en werkzaamheid van Pelgraz is niet onderzocht bij patiënten die chemotherapie krijgen
die een laat optredende myelosuppressie veroorzaakt, bijvoorbeeld nitroso-ureum.
Er zijn geen specifieke interactie- of metabolisme-onderzoeken uitgevoerd. Klinische onderzoeken
duiden echter niet op interacties tussen pegfilgrastim en andere geneesmiddelen.
4.6
Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er zijn geen of een beperkte hoeveelheid gegevens over het gebruik van pegfilgrastim bij zwangere
vrouwen. Uit dieronderzoek is reproductietoxiciteit gebleken (zie rubriek 5.3). Pegfilgrastim wordt
niet aanbevolen voor gebruik tijdens de zwangerschap en bij vrouwen die zwanger kunnen worden en
geen anticonceptie toepassen.
Borstvoeding
Er is onvoldoende informatie over de uitscheiding van pegfilgrastim/metabolieten in de moedermelk.
Risico voor pasgeborenen/zuigelingen kan niet worden uitgesloten. Er moet worden besloten of
borstvoeding moet worden gestaakt of behandeling met pegfilgrastim moet worden gestaakt dan wel
niet moet worden ingesteld, waarbij het voordeel van borstvoeding voor het kind en het voordeel van
behandeling voor de vrouw in overweging moeten worden genomen.
Vruchtbaarheid
6
Pegfilgrastim had geen effect op de voortplantingsprestaties of vruchtbaarheid van mannelijke of
vrouwelijke ratten bij cumulatieve wekelijkse doses die ongeveer 6 tot 9 maal hoger lagen dan de
aanbevolen dosis voor mensen (gebaseerd op lichaamsoppervlakte) (zie rubriek 5.3).
4.7
Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Pegfilgrastim heeft geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het vermogen om
machines te bedienen.
4.8
Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest frequent gerapporteerde bijwerkingen zijn botpijn (zeer vaak [≥1/10]) en
skeletspierstelselpijn (vaak [≥1/100, <1/10]). Botpijn is gewoonlijk licht tot matig ernstig en van
voorbijgaande aard en kan bij de meeste patiënten met standaard analgetica onder controle gehouden
worden.
Overgevoeligheidsachtige reacties, inclusief huiduitslag, urticaria, angio-oedeem, kortademigheid,
erytheem, blozen en hypotensie deden zich voor bij de initiële of een volgende behandeling met
pegfilgrastim (soms [≥1/1.000, <1/100]). Er kunnen soms ernstige allergische reacties, inclusief
anafylaxie, optreden bij patiënten die pegfilgrastim krijgen (zie rubriek 4.4).
Het capillair-lek-syndroom, dat levensbedreigend kan zijn indien niet tijdig behandeld, is soms
gerapporteerd (≥1/1.000, <1/100) bij kankerpatiënten die chemotherapie ondergaan na toediening van
G-CSF; zie rubriek 4.4 en onderstaande rubriek “Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen”.
Miltvergroting, in het algemeen asymptomatisch, komt soms voor.
Miltruptuur, inclusief enkele fatale gevallen, wordt soms gerapporteerd na toediening van
pegfilgrastim (zie rubriek 4.4).
Pulmonale bijwerkingen, inclusief interstitiële pneumonie, longoedeem, longinfiltraten en longfibrose,
zijn soms gerapporteerd. Soms leidt dit tot ademhalingsinsufficiëntie of ARDS, dat fataal kan verlopen
(zie rubriek 4.4).
Bij patiënten met sikkelceltrait of sikkelcelziekte zijn soms geïsoleerde gevallen gerapporteerd van
sikkelcelcrisis (zie rubriek 4.4).
Lijst van de bijwerkingen in tabelvorm
De gegevens in onderstaande tabel beschrijven bijwerkingen gerapporteerd in klinische onderzoeken
en spontaan gerapporteerde bijwerkingen. Binnen elke frequentiegroep staan de bijwerkingen in
volgorde van afnemende ernst.
MedDRA-
systeem/orgaa
nklasse
Bijwerkingen
Zeer vaak
(≥1/10)
Vaak (≥1/100,
<1/10)
Soms (≥1/1.000,
<1/100)
Myelodysplastisch
syndroom
1
Acute myeloïde
leukemie
1
Zelden
(≥1/10.00
0,
<1/1.000)
Zeer
zelden
(<1/10.000)
Neoplasmata,
benigne,
maligne
en
niet-
gespecificeerd
7
MedDRA-
systeem/orgaa
nklasse
Bijwerkingen
Zeer vaak
(≥1/10)
Vaak (≥1/100,
<1/10)
Soms (≥1/1.000,
<1/100)
Zelden
(≥1/10.00
0,
<1/1.000)
Zeer
zelden
(<1/10.000)
(inclusief
cysten
en poliepen)
Bloed- en
lymfestelselaan
-doeningen
Immuunsystee
maandoeninge
n
Voedings- en
stofwisselings-
stoornissen
Zenuwstelselaa
Hoofdpijn
1
ndoeningen
Bloedvataan-
doeningen
Ademhalings-
stelsel-,
borstkas- en
mediastinuma
andoeningen
Trombocytopenie
1
;
Leukocytose
1
Sikkelcelanemie
met crisis
2
Miltvergroting
2
Miltruptuur
2
Overgevoeligheids-
reacties;
Anafylaxie
Verhoogd
urinezuur
Maagdarmstel
-selaandoe-
ningen
Huid- en
onderhuid-
aandoeningen
Skeletspier-
stelsel- en
bindweefsel-
aandoeningen
Misselijkheid
1
Capillair-lek-
syndroom
1
‘ Adult respiratory
distress’-
syndroom
2
;
Pulmonale
bijwerkingen
(interstitiële
pneumonie,
longoedeem
longinfiltraten en
longfibrose),
hemoptoë
Aortitis
Longbloed
ing
Botpijn
Nier- en
urineweg-
aandoeningen
Algemene
aandoeningen
en toedienings-
plaats-
stoornissen
Skeletspierstelsel-
pijn (myalgie,
artralgie, pijn in
ledematen,
rugpijn,
skeletspierstelsel-
pijn, nekpijn)
Sweetsyndroom
(acute febriele
neutrofiele
dermatose)
1,2
;
Cutane vasculitis
1,2
Stevens-Jo
hnson-
syndroom
Glomerulonefritis
2
Reacties op de
injectieplaats
2
Pijn op de
injectieplaats
1
Niet-cardiale pijn
in de borst
8
MedDRA-
systeem/orgaa
nklasse
Bijwerkingen
Zeer vaak
(≥1/10)
Vaak (≥1/100,
<1/10)
Soms (≥1/1.000,
<1/100)
Zelden
(≥1/10.00
0,
<1/1.000)
Zeer
zelden
(<1/10.000)
Verhoogd
lactaatdehydro-
genase en verhoogd
alkalische
fosfatase
1
Voorbijgaande
verhogingen
leverfunctietesten
van ALAT of
ASAT
1
1
Zie onderstaande rubriek “Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen”.
2
Deze bijwerking is vastgesteld in post-marketing surveillance, maar niet waargenomen in de
gerandomiseerde, gecontroleerde klinische onderzoeken bij volwassenen. De frequentiecategorie is
vastgesteld aan de hand van een statistische berekening gebaseerd op 1.576 patiënten die pegfilgrastim
kregen in negen gerandomiseerde klinische onderzoeken.
Onderzoeken
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Het Sweetsyndroom is soms gerapporteerd, al kunnen onderliggende hematologische maligniteiten in
sommige gevallen een rol spelen.
Cutane vasculitis is soms gerapporteerd bij patiënten behandeld met pegfilgrastim. Het mechanisme
achter vasculitis bij patiënten die pegfilgrastim krijgen, is niet bekend.
Reacties op de injectieplaats, inclusief erytheem op de injectieplaats (soms), evenals pijn op de
injectieplaats (vaak) zijn opgetreden bij de initiële of een volgende behandeling met pegfilgrastim.
Leukocytose (WBC > 100 × 10
9
/l) is vaak gerapporteerd (zie rubriek 4.4).
Een reversibele, lichte tot matige stijging van urinezuur en alkalische fosfatase, zonder geassocieerde
klinische effecten, kwam soms voor; reversibele, lichte tot matige stijgingen van
lactaatdehydrogenase, zonder geassocieerde klinische effecten kwamen soms voor bij patiënten die na
cytotoxische chemotherapie behandeld werden met pegfilgrastim.
Misselijkheid en hoofdpijn kwamen zeer vaak voor bij patiënten die met chemotherapie behandeld
werden.
Bij leverfunctietesten wordt een verhoogd alanine-aminotransferase (ALAT) of aspartaat-
aminotransferase (ASAT) soms waargenomen bij patiënten die pegfilgrastim kregen na cytotoxische
chemotherapie. Deze verhogingen zijn van voorbijgaande aard en keren terug naar de beginwaarde.
Een verhoogd risico op MDS/AML na behandeling met Pelgraz in combinatie met chemotherapie
en/of radiotherapie is waargenomen in een epidemiologisch onderzoek bij borst- en
longkankerpatiënten (zie rubriek 4,4).
Trombocytopenie wordt vaak gerapporteerd.
Het capillair-lek-syndroom is gemeld in de post-marketing setting bij gebruik van een G-CSF. Over
het algemeen is dit opgetreden bij patiënten met gevorderde maligne aandoeningen, bij patiënten met
sepsis, bij patiënten die meerdere chemotherapeutica toegediend kregen of bij patiënten die aferese
hebben ondergaan (zie rubriek 4.4).
9
Pediatrische patiënten
De ervaring bij kinderen is beperkt. Een hogere frequentie van ernstige bijwerkingen is waargenomen
bij kinderen in de leeftijd van 0-5 jaar (92%) dan bij kinderen in de leeftijd van 6-11 en 12-21 jaar
(respectievelijk 80% en 67%) en volwassenen. De frequentst gerapporteerde bijwerking was botpijn
(zie rubriek 5.1 en 5.2).
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico’s van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg worden verzocht alle vermoedelijke
bijwerkingen te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
4.9
Overdosering
Er zijn subcutaan enkelvoudige doses van 300 mcg/kg toegediend aan een beperkt aantal gezonde
vrijwilligers en patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom zonder dat ernstige bijwerkingen
optraden. De bijwerkingen waren vergelijkbaar met die bij personen die lagere doses pegfilgrastim
kregen.
5.
5.1
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN
Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: immunostimulantia, koloniestimulerende factor; ATC-code:
L03AA13
Pelgraz is een biosimilar. Gedetailleerde informatie is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).
Humaan granulocytkoloniestimulerende factor (G-CSF) is een glycoproteïne, dat de productie en
afgifte van neutrofielen door het beenmerg reguleert. Pegfilgrastim is een covalent conjugaat van
recombinant humaan G-CSF (r-metHuG-CSF) met één enkel molecuul PEG van 20 kd. Pegfilgrastim
is een vorm van filgrastim met een verlengde werkingsduur als gevolg van een verminderde renale
klaring. Van pegfilgrastim en filgrastim is aangetoond dat zij een identiek werkingsmechanisme
hebben dat binnen 24 uur een duidelijke verhoging van het aantal neutrofielen in het perifere bloed
veroorzaakt, met een geringe stijging van het aantal monocyten en/of lymfocyten. Net zoals bij
filgrastim is de functie van de neutrofielen, geproduceerd in respons op pegfilgrastim normaal of
versterkt, wat aangetoond is met behulp van chemotaxis- en fagocytosefunctietesten. Net als bij andere
hematopoëtische groeifactoren vertoont G-CSF
in-vitro
stimulerende eigenschappen op humane
endotheelcellen. G-CSF kan
in vitro
de groei van myeloïde cellen, inclusief maligne cellen,
bevorderen en vergelijkbare effecten zouden
in vitro
kunnen worden waargenomen bij sommige niet-
myeloïde cellen.
In twee gerandomiseerde, dubbelblinde kernonderzoeken bij patiënten met hoog-risico stadium II-IV
borstkanker die myelosuppressieve chemotherapie toegediend kregen, bestaande uit doxorubicine en
docetaxel, verminderde één dosis pegfilgrastim, eenmalig per cyclus toegediend, de duur van de
neutropenie en de incidentie van febriele neutropenie in dezelfde mate als waargenomen bij dagelijkse
toediening van filgrastim (mediaan van 11 dagelijkse toedieningen). Bij afwezigheid van
ondersteuning met groeifactoren is gerapporteerd dat dit regime leidt tot een gemiddelde duur van
graad 4 neutropenie van 5 tot 7 dagen en een incidentie van febriele neutropenie van 30-40%. In één
onderzoek (n = 157), waar een vaste dosis van 6 mg pegfilgrastim werd gebruikt, was de gemiddelde
duur van graad 4 neutropenie voor de pegfilgrastimgroep 1,8 dagen vergeleken met 1,6 dagen in de
filgrastimgroep (verschil 0,23 dagen, 95% BI -0,15; 0,63). Over het gehele onderzoek was het
percentage febriele neutropenie 13% bij de patiënten behandeld met pegfilgrastim vergeleken met
10
20% bij de patiënten behandeld met filgrastim (verschil 7%; 95% BI -19%; 5%). In een tweede
onderzoek (n = 310) waarin een op het lichaamsgewicht afgestemde dosering (100 mcg/kg) werd
gebruikt, was de gemiddelde duur van graad 4 neutropenie in de pegfilgrastim groep 1,7 dagen
vergeleken met 1,8 dagen in de filgrastim groep (verschil 0,03 dagen; 95% BI -0,36; 0,30). Het totale
percentage febriele neutropenie was 9% bij de patiënten behandeld met pegfilgrastim en 18% bij de
patiënten behandeld met filgrastim (verschil 9%; 95% BI -16,8%; -1,1%).
In een placebo-gecontroleerd, dubbelblind onderzoek bij patiënten met borstkanker werd het effect
van pegfilgrastim op de incidentie van febriele neutropenie geëvalueerd na een chemotherapeutisch
regime geassocieerd met een febriel neutropenierisico van 10-20 % (docetaxel 100 mg/m
2
eens per 3
weken gedurende 4 cycli). 928 patiënten werden gerandomiseerd naar één dosis pegfilgrastim of
placebo, ongeveer 24 uur (dag 2) na de chemotherapie in elke cyclus. De incidentie van febriele
neutropenie was lager in de groep patiënten die pegfilgrastim gekregen had dan in de placebogroep (1
% versus 17 %, p<0,001). De incidentie van ziekenhuisopname en het gebruik van intraveneuze anti-
infectieuze middelen geassocieerd met een klinische diagnose van febriele neutropenie was lager in de
pegfilgrastimgroep dan in de placebogroep (1 % versus 14 %, p<0,001; en 2 % versus 10 %, p<0,001).
Een klein (n = 83) fase II, gerandomiseerd, dubbelblind onderzoek bij patiënten die chemotherapie
ontvingen voor
de novo
AML vergeleek pegfilgrastim (enkelvoudige dosis van 6 mg) met filgrastim,
toegediend gedurende inductie chemotherapie. De mediane tijd tot herstel van ernstige neutropenie
werd geschat op 22 dagen in beide behandelgroepen. Het langetermijnresultaat werd niet bestudeerd
(zie rubriek 4.4).
In een fase II (n = 37), multicenter, gerandomiseerd, open-label onderzoek bij pediatrische patiënten
met een sarcoom die met 100 mcg/kg pegfilgrastim behandeld werden volgend op de eerste
chemotherapie cyclus met vincristine, doxorubicine en cyclofosfamide (VAdriaC/IE), werd een
langere duur van ernstige neutropenie (neutrofielen < 0,5 × 10
9
/l) waargenomen bij kinderen in de
leeftijd van 0-5 jaar (8,9 dagen) dan bij kinderen in de leeftijd van 6-11 jaar en 12-21 jaar
(respectievelijk 6 dagen en 3,7 dagen) en volwassenen. Tevens werd een hogere incidentie van febriele
neutropenie waargenomen bij kinderen in de leeftijd van 0-5 jaar (75%) dan bij kinderen in de leeftijd
van 6-11 jaar en 12-21 jaar (respectievelijk 70% en 33%) en volwassenen (zie rubriek 4.8 en 5.2).
5.2
Farmacokinetische eigenschappen
Na één enkele subcutane dosis pegfilgrastim, wordt de piekserumconcentratie van pegfilgrastim 16 tot
120 uur na toediening bereikt. Na myelosuppressieve chemotherapie blijft de serumconcentratie van
pegfilgrastim gehandhaafd tijdens de periode van neutropenie. Er is geen lineair verband tussen de
eliminatie en de dosis van pegfilgrastim. De serumklaring van pegfilgrastim neemt af bij een hogere
dosis. Pegfilgrastim lijkt voornamelijk te worden geëlimineerd door neutrofielgemedieerde klaring, die
verzadigd raakt bij hogere dosering. Consistent met een zelfregulerend klaringsmechanisme neemt de
serumconcentratie van pegfilgrastim snel af zodra het aantal neutrofielen begint te herstellen (zie
figuur 1).
11
Figuur 1. Profiel van de mediane serumconcentratie van pegfilgrastim en het absolute
neutrofielenaantal (ANC) bij patiënten behandeld met chemotherapie na één enkele injectie van
6 mg
Vanwege het neutrofiel-gemedieerde klaringsmechanisme wordt niet verwacht dat de farmacokinetiek
van pegfilgrastim beïnvloed wordt door lever- of nierfunctiestoornissen. In een open-label onderzoek
(n = 31) met een enkelvoudige dosis hadden diverse stadia van nierfunctiestoornis, met inbegrip van
terminale nierinsufficiëntie, geen invloed op de farmacokinetiek van pegfilgrastim.
Ouderen
Beperkte gegevens duiden erop dat de farmacokinetiek van pegfilgrastim bij ouderen (> 65 jaar)
vergelijkbaar is met die bij volwassenen.
Pediatrische patiënten
De farmacokinetiek van pegfilgrastim werd bestudeerd bij 37 pediatrische patiënten met sarcoom die
behandeld werden met 100 mcg/kg pegfilgrastim na VAdriaC/IE-chemotherapie. De jongste
leeftijdsgroep (0-5 jaar) had een hogere gemiddelde blootstelling aan pegfilgrastim (AUC) (±
standaarddeviatie) (47,9 ± 22,5 mcg·uur/ml) dan kinderen in de leeftijd van 6-11 jaar en 12-21 jaar
(respectievelijk 22,0 ± 13,1 mcg·uur/ml en 29,3 ± 23,2 mcg·uur/ml) (zie rubriek 5.1). Met
uitzondering van de jongste leeftijdsgroep (0-5 jaar) bleek de gemiddelde AUC bij pediatrische
patiënten gelijk te zijn aan die van volwassen patiënten met hoog-risico stadium II-IV borstkanker die
behandeld werden met 100 mcg/kg pegfilgrastim na doxorubicine/docetaxel (zie rubriek 4.8 en 5.1).
5.3
Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Preklinische gegevens van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij herhaalde dosering
toonden de verwachte farmacologische effecten, zoals toename van het aantal leukocyten, myeloïde
hyperplasie in het beenmerg, extramedullaire hematopoëse en miltvergroting.
Er zijn geen bijwerkingen waargenomen bij nakomelingen van ratten die, tijdens de zwangerschap,
pegfilgrastim subcutaan toegediend kregen. Bij konijnen is echter aangetoond dat pegfilgrastim bij
cumulatieve doses van ongeveer 4 maal de aanbevolen dosis voor mensen embryonale/foetale
toxiciteit (embryoverlies) veroorzaakt, wat niet optrad wanneer zwangere konijnen werden
blootgesteld aan de aanbevolen dosis voor mensen. In onderzoeken bij ratten is aangetoond dat
12
pegfilgrastim de placenta kan passeren. Onderzoeken bij ratten wezen uit dat de
voortplantingsprestaties, vruchtbaarheid, oestrische cyclus, de dagen tussen paarvorming en coïtus, en
intra-uteriene overleving niet werden beïnvloed door subcutaan toegediend pegfilgrastim. De
relevantie van deze resultaten voor mensen is niet bekend.
6.
6.1
FARMACEUTISCHE GEGEVENS
Lijst van hulpstoffen
Natriumacetaat*
Sorbitol (E420)
Polysorbaat 20
Water voor injecties
* Natriumacetaat wordt gevormd door titratie van ijsazijnzuur met natriumhydroxide.
6.2
Gevallen van onverenigbaarheid
Dit geneesmiddel mag niet gemengd worden met andere geneesmiddelen, in het bijzonder oplossingen
van natriumchloride.
6.3
3 jaar.
6.4
Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Houdbaarheid
Bewaren in de koelkast (2 °C – 8 °C).
Pelgraz mag eenmalig, maximaal 72 uur, blootgesteld worden aan kamertemperatuur (niet boven
25 °C ± 2 °C). Pelgraz dat langer dan 72 uur op kamertemperatuur is gehouden, dient te worden
vernietigd.
Niet in de vriezer bewaren. Eenmalige accidentele blootstelling aan temperaturen onder het vriespunt
gedurende minder dan 24 uur, heeft geen negatieve invloed op de stabiliteit van Pelgraz.
De container in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
6.5
Aard en inhoud van de verpakking
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit
Voorgevulde spuit (glas type I), met een permanent bevestigde roestvrijstalen injectienaald met een
naaldhoes.
De naaldhoes van de voorgevulde spuit bevat droog natuurlijk rubber (zie rubriek 4.4).
Elke voorgevulde spuit bevat 0,6 ml oplossing voor injectie. Verpakkingsgrootte van één voorgevulde
spuit met één alcoholdoekje in een blisterverpakking.
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde injector
Voorgevulde injector die een voorgevulde spuit (glas type I), die een permanent bevestigde
roestvrijstalen injectienaald bevat. De voorgevulde spuit is extern uitgerust met het toestel voor
zelftoediening (voorgevulde injector).
13
De naaldhoes van de voorgevulde spuit bevat droog natuurlijk rubber (zie rubriek 4.4).
Elke voorgevulde injector bevat 0,6 ml oplossing voor injectie. Verpakkingsgrootte van één
voorgevulde injector met één alcoholdoekje in een blisterverpakking.
6.6
Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit
Voorafgaand aan het gebruik dient de Pelgraz-oplossing visueel onderzocht te worden op deeltjes.
Alleen heldere en kleurloze oplossingen mogen geïnjecteerd worden.
Door krachtig schudden kan pegfilgrastim neerslaan, waardoor het biologisch inactief wordt.
Laat de voorgevulde spuit gedurende 30 minuten op kamertemperatuur komen alvorens te injecteren.
Gebruik van de voorgevulde spuit met naaldhoes
De naaldhoes bedekt de naald na injectie ter voorkoming van prikaccidenten. Dit heeft geen invloed
op de normale werking van de spuit. Druk de zuiger langzaam en gelijkmatig in tot de hele dosis is
toegediend en de zuiger niet verder kan worden ingedrukt. Houd de zuiger ingedrukt terwijl u de spuit
uit de injectieplaats verwijdert. Zodra u de zuiger loslaat, zal de naaldhoes de naald bedekken.
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde injector
Voorafgaand aan het gebruik dient de Pelgraz-oplossing visueel onderzocht te worden op deeltjes.
Alleen heldere en kleurloze oplossingen mogen geïnjecteerd worden.
Door krachtig schudden kan pegfilgrastim neerslaan, waardoor het biologisch inactief wordt.
Laat de voorgevulde injector gedurende 30 minuten op kamertemperatuur komen alvorens te
injecteren.
Verwijdering
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Accord Healthcare S.L.U.
World Trade Center, Moll de Barcelona, s/n,
Edifici Est 6ª planta,
08039 Barcelona,
Spanje
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN HANDEL BRENGEN
EU/1/18/1313/001
EU/1/18/1313/002
14
9.
DATUM EERSTE VERGUNNINGVERLENING/VERLENGING VAN DE
VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 21 september 2018
10.
DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).
15
BIJLAGE II
A.
FABRIKANT VAN DE BIOLOGISCH WERKZAME STOF
EN FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN
LEVERING EN GEBRUIK
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN MOETEN WORDEN NAGEKOMEN
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING
TOT EEN VEILIG EN DOELTREFFEND GEBRUIK VAN
HET GENEESMIDDEL
B.
C.
D.
16
A.
FABRIKANT VAN DE BIOLOGISCH WERKZAME STOF EN FABRIKANTEN
VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikant van de biologisch werkzame stof
Intas Pharmaceuticals Limited
Plot no 423 / P/A
Sarkhej Bavla Highway
Village Moraiya, Taluka Sanand,
Ahmedabad – 382213
Gujarat
INDIA
Naam en adres van de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte
Accord Healthcare Limited
Sage House, 319 Pinner Road
North Harrow,
Middlesex HA1 4HF
Verenigd Koninkrijk
Accord Healthcare Polska Sp.z o.o.,
ul. Lutomierska 50,95-200 Pabianice, Polen
Accord Healthcare B.V.,
Winthontlaan 200,
3526 KV Utrecht,
Nederland
In de gedrukte bijsluiter van het geneesmiddel moeten de naam en het adres van de fabrikant die
verantwoordelijk is voor vrijgifte van de desbetreffende batch zijn opgenomen.
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK
Aan beperkt medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel (zie bijlage I: Samenvatting van de
productkenmerken, rubriek 4.2).
C.
ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN MOETEN WORDEN
NAGEKOMEN
Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.
D.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN
DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
Risk Management Plan (RMP)
17
De vergunninghouder voert de noodzakelijke onderzoeken en maatregelen uit ten behoeve van de
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in module
1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen RMP-
aanpassingen.
Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico’s of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico’s tot een minimum) is bereikt.
18
BIJLAGE III
ETIKETTERING EN BIJSLUITER
19
A. ETIKETTERING
20
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
BUITENVERPAKKING (VOORGEVULDE SPUIT)
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit
pegfilgrastim
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde spuit bevat 6 mg pegfilgrastim in 0,6 ml (10 mg/ml) oplossing voor injectie.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: natriumacetaat, sorbitol (E420), polysorbaat 20, water voor injecties. Lees de bijsluiter
voor verdere informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie.
1 voorgevulde spuit + 1 alcoholdoekje
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Subcutaan gebruik.
Voor gebruik de bijsluiter lezen.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
Vermijd krachtig schudden.
8.
EXP
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
Bewaren in de koelkast.
Niet in de vriezer bewaren.
De spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
21
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
11.
Accord Healthcare S.L.U.
World Trade Center, Moll de Barcelona, s/n,
Edifici Est 6ª planta,
08039 Barcelona,
Spanje
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/18/1313/001
13.
Lot
14.
15.
16
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
INFORMATIE IN BRAILLE
PARTIJNUMMER
Pelgraz 6 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC:
SN:
NN:
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
22
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
ETIKET (VOORGEVULDE SPUIT)
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit
pegfilgrastim
Subcutaan gebruik
2.
3.
EXP
4.
Lot
5.
6 mg
6.
OVERIGE
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
PARTIJNUMMER
WIJZE VAN TOEDIENING
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
Accord
23
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD
BUITENVERPAKKING (VOORGEVULDE INJECTOR)
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde injector
pegfilgrastim
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde injector bevat 6 mg pegfilgrastim in 0,6 ml (10 mg/ml) oplossing voor injectie.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: natriumacetaat, sorbitol (E420), polysorbaat 20, water voor injecties. Lees de bijsluiter
voor verdere informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie.
1 voorgevulde injector + 1 alcoholdoekje
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Subcutaan gebruik.
Voor gebruik de bijsluiter lezen.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
Vermijd krachtig schudden.
8.
EXP
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
Bewaren in de koelkast.
Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde injector in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
24
10.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR HET VERWIJDEREN VAN
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
11.
Accord Healthcare S.L.U.
World Trade Center, Moll de Barcelona, s/n,
Edifici Est 6ª planta,
08039 Barcelona,
Spanje
12.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/18/1313/002
13.
Lot
14.
15.
16
ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK
INFORMATIE IN BRAILLE
PARTIJNUMMER
Pelgraz 6 mg
17.
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18.
PC:
SN:
NN:
UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
25
GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD
ETIKET (VOORGEVULDE INJECTOR)
1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde injector
pegfilgrastim
Subcutaan gebruik
2.
3.
EXP
4.
Lot
5.
6 mg
6.
OVERIGE
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
PARTIJNUMMER
WIJZE VAN TOEDIENING
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
Accord
26
B. BIJSLUITER
27
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit
pegfilgrastim
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
1.
Wat is Pelgraz en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe gebruikt u dit middel?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Wat is Pelgraz en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Pelgraz bevat de werkzame stof pegfilgrastim. Pegfilgrastim is een eiwit dat door middel van
biotechnologie geproduceerd wordt in bacteriën genaamd
E. coli.
Het behoort tot een groep eiwitten
die “cytokinen” genoemd worden en het lijkt sterk op een natuurlijk eiwit
(granulocytkoloniestimulerende factor) dat door uw eigen lichaam wordt gemaakt.
Pelgraz wordt gebruikt om de duur van neutropenie (laag aantal witte bloedcellen) en het optreden van
febriele neutropenie (laag aantal witte bloedcellen gepaard gaande met koorts) te verminderen. Deze
kunnen veroorzaakt worden door het gebruik van cytotoxische chemotherapie (geneesmiddelen die
snel groeiende cellen vernietigen). De witte bloedcellen zijn belangrijk, omdat zij uw lichaam helpen
infecties te bestrijden. Deze cellen zijn zeer gevoelig voor de effecten van chemotherapie waardoor het
aantal van deze cellen in uw lichaam kan verminderen. Indien het aantal witte bloedcellen daalt tot een
laag niveau kan het zijn dat er niet meer genoeg in uw lichaam zijn om bacteriën te bestrijden en loopt
u een groter risico op infecties.
Uw arts heeft u Pelgraz voorgeschreven om uw beenmerg (het deel van het bot dat bloedcellen
aanmaakt) te stimuleren om meer witte bloedcellen aan te maken die uw lichaam helpen om infecties
te bestrijden.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6. Of u bent allergisch voor pelgrastim.
28
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit middel gebruikt als u:
een allergische reactie heeft, waaronder zwakte, daling van de bloeddruk, bemoeilijkte
ademhaling, opgezwollen gezicht (anafylaxie), roodheid en blozen, huiduitslag en jeukende
huidgebieden.
allergisch bent voor latex. De naalddop van de voorgevulde spuit bevat een derivaat van latex en
kan ernstige allergische reacties veroorzaken.
hoest, koorts heeft en moeite heeft met ademhalen. Dit kan een symptoom zijn van ‘ acute
respiratory distress’-syndroom (ARDS).
een van de volgende bijwerkingen of een combinatie daarvan heeft:
-
zwelling of opgeblazenheid, wat in verband kan staan met minder vaak plassen, moeite
met ademhalen, zwelling van de buik en een vol gevoel, en een algemeen gevoel van
vermoeidheid.
Dit kunnen symptomen zijn van een aandoening genaamd “capillair-lek-syndroom” waarbij
bloed uit de kleine bloedvaten in uw lichaam lekt. Zie rubriek 4.
pijn krijgt linksboven in de buik of in de punt van uw schouder. Dit kan een aanwijzing zijn van
een probleem met uw milt (splenomegalie).
onlangs een ernstige longinfectie (pneumonie), vocht in de longen (longoedeem), ontsteking van
de longen (longfibrose) of een afwijkende uitslag op een röntgenfoto van de borstkas
(longinfiltraat) heeft gehad.
op de hoogte bent van veranderingen in uw bloedbeeld (bijvoorbeeld een verhoogd aantal witte
bloedcellen of anemie) of een verlaagd aantal bloedplaatjes, waardoor uw bloed minder
gemakkelijk stolt (trombocytopenie). Uw arts wil u mogelijk intensiever in de gaten houden.
sikkelcelziekte heeft. Uw arts wil uw aandoening mogelijk intensiever in de gaten houden.
als u borst- of longkanker heeft. In combinatie met chemotherapie en/of radiotherapie kan
Pelgraz uw risico verhogen op een precancereuze bloedaandoening die myelodysplastisch
syndroom (MDS) wordt genoemd of op een bloedkanker die acute myeloïde leukemie (AML)
wordt genoemd. Symptomen hiervan zijn onder andere vermoeidheid, koorts en gemakkelijk
blauwe plekken of bloedingen krijgen.
plotselinge symptomen van allergie heeft, zoals uitslag, jeuk of huiduitslag met hevige jeuk en
vorming van bultjes (galbulten) op de huid (netelroos), zwelling van het gezicht, de lippen, de
tong of andere delen van het lichaam, kortademigheid, piepende ademhaling of moeite met
ademhalen. Dit kunnen verschijnselen zijn van een ernstige allergische reactie.
Aangezien Pelgraz de kleine filters in uw nieren kan beschadigen (glomerulonefritis), zal uw arts uw
bloed en urine regelmatig controleren.
Ernstige huidreacties (Stevens-Johnson-syndroom) zijn gemeld in combinatie met het gebruik van
Pelgraz. Stop het gebruik van Pelgraz en zoek onmiddellijk medische hulp als u klachten opmerkt
zoals beschreven in rubriek 4.
Spreek met uw arts over uw risico’s om vormen van bloedkanker te ontwikkelen. Als u een vorm van
bloedkanker ontwikkelt of een groot risico loopt een vorm van bloedkanker te ontwikkelen, mag u
Pelgraz niet gebruiken, tenzij uw arts u dat voorschrijft.
Als u symptomen heeft van ontsteking van de aorta (het grote bloedvat dat bloed van het hart naar het
lichaam voert), dit is zelden gemeld bij kankerpatiënten en gezonde donoren. De symptomen kunnen
koorts, buikpijn, algemeen onwel, ziek voelen (malaise), rugpijn en meer ontstekingsmarkers
omvatten. Vertel het uw arts als u deze symptomen krijgt.
Verlies van een behandelingseffect met pegfilgrastim
29
Als u het verlies van een behandelingseffect, of het onvermogen om een behandelingseffect met
pegfilgrastim te behouden ervaart, zal uw arts de redenen hiervoor onderzoeken, bijvoorbeeld of u
antilichamen heeft ontwikkeld die de activiteit van pegfilgrastim neutraliseren.
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
De veiligheid en werkzaamheid van Pelgraz bij kinderen zijn nog niet vastgesteld. Vraag uw arts of
apotheker om advies voordat u geneesmiddelen inneemt.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Pelgraz nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kortgeleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw
arts of apotheker.
Zwangerschap en borstvoeding
Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel gebruikt. Pelgraz is niet getest bij
zwangere vrouwen. Het is belangrijk dat u uw arts op de hoogte brengt als u:
zwanger bent;
denkt dat u zwanger bent; of
van plan bent om zwanger te worden.
Als u tijdens behandeling met Pelgraz zwanger wordt, vertel dat dan aan uw arts.
Tenzij uw arts u een andere instructie geeft, moet u stoppen met borstvoeding als u Pelgraz gebruikt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Pelgraz heeft geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid of het vermogen om machines
te bedienen.
Pelgraz bevat sorbitol (E420) en natrium
Dit middel bevat 30 mg sorbitol per voorgevulde spuit, overeenkomend met 50 mg/ml.
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 6 mg, d.w.z. dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Pelgraz is bestemd voor gebruik bij volwassen van 18 jaar en ouder.
Gebruik dit middel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het
juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. De aanbevolen dosering is één
subcutane injectie (injectie onder de huid) met een voorgevulde spuit van 6 mg toegediend ten minste
24 uur na de laatste dosis chemotherapie aan het einde van elke chemotherapiecyclus.
U mag Pelgraz niet hard schudden, want dan kan het minder werkzaam worden.
Zelf Pelgraz toedienen
Uw arts kan beslissen dat het voor u handiger is als u Pelgraz zelf injecteert. Uw arts of
verpleegkundige zal u tonen hoe u zichzelf kunt injecteren. Probeer niet uzelf te injecteren, tenzij u
speciale training hebt gehad van uw arts of verpleegkundige.
30
Informatie over hoe u uzelf kunt injecteren wordt hieronder gegeven, maar uw ziekte kan alleen goed
worden behandeld in nauwe en voortdurende samenwerking met uw arts.
Als u niet zeker weet hoe u uzelf moet injecteren of als u vragen heeft, vraag dan uw arts of
verpleegkundige om hulp.
Hoe injecteer ik Pelgraz zelf?
U moet uzelf een injectie geven in het weefsel net onder de huid. Dit wordt een subcutane of
onderhuidse injectie genoemd.
Apparatuur die u nodig heeft
Om uzelf een onderhuidse injectie toe te dienen heeft u nodig:
een voorgevulde spuit van Pelgraz en
alcoholdoekjes of iets vergelijkbaars.
Wat moet ik doen voordat ik mezelf een onderhuidse injectie met Pelgraz toedien?
1.
2.
3.
4.
5.
Haal de voorgevulde spuit met Pelgraz uit de koelkast.
Verwijder de naaldhoes niet van de spuit tot u klaar bent om de injectie toe te dienen.
Controleer de uiterste houdbaarheidsdatum op het etiket op de voorgevulde spuit (EXP).
Gebruik de spuit niet als de laatste dag van de maand op het etiket verstreken is, of als de spuit
langer dan 15 dagen buiten de koelkast heeft gelegen of tekenen van bederf vertoont.
Kijk hoe de spuit met Pelgraz eruitziet. Het moet een heldere, kleurloze vloeistof zijn. Als er
zichtbare deeltjes in zitten, mag u de spuit niet gebruiken.
Om de injectie wat comfortabeler te maken, kunt u de voorgevulde spuit 30 minuten op
kamertemperatuur laten liggen of hem een paar minuten voorzichtig in uw hand houden. Warm
Pelgraz op geen enkele andere manier op (warm de spuit bijvoorbeeld niet op in de magnetron
of in warm water).
Was uw handen grondig.
Kies een comfortabel, goed verlicht oppervlak en plaats alle benodigdheden binnen handbereik
(de voorgevulde spuit met Pelgraz en het alcoholdoekje).
6.
7.
Hoe bereid ik mijn Pelgraz-injectie voor?
Voordat u Pelgraz injecteert, moet u het volgende doen:
1.
Houd de spuit vast en verwijder voorzichtig de beschermhoes van de naald zonder te draaien.
Trek hem er recht af, zoals in afbeelding 1 en 2 wordt aangegeven. Raak de naald niet aan en
druk de zuiger niet in.
31
1
2
2.
3.
U kunt een kleine luchtbel opmerken in de voorgevulde spuit. U hoeft de luchtbel niet te
verwijderen vóór het injecteren. Het is niet gevaarlijk om de oplossing met de luchtbel te
injecteren.
U kunt nu de voorgevulde spuit gebruiken.
Waar moet ik de injectie toedienen?
De beste plaatsen om uzelf te injecteren zijn:
het bovenste gedeelte van de dijen; en
de buik, behalve in het gebied rond de navel (zie afbeelding 3).
32
3
Als iemand anders de injectie toedient, kan hij of zij ook de achterkant van uw armen gebruiken (zie
afbeelding 4).
4
Het is het beste om elke dag van injectieplaats te veranderen om het risico van pijn op een
injectieplaats te voorkomen.
Hoe dien ik mijn injectie toe?
a.
Desinfecteer de injectieplaats met een alcoholdoekje en neem de huid tussen duim en wijsvinger
vast zonder te knijpen (zie afbeelding 5).
33
5
Voorgevulde spuit met naaldhoes
b.
c.
d.
e.
Steek de naald geheel in de huid, zoals uw arts of verpleegkundige u dat heeft geleerd (zie
afbeelding 6).
Trek de zuiger voorzichtig op om te controleren of u geen bloedvat heeft aangeprikt. Als u
bloed in de spuit ziet, trekt u de naald eruit en steekt u deze op een andere plaats weer in de
huid.
Duw de zuiger met een trage, constante druk in terwijl u de vingerflens vasthoudt en de huid
blijft vasthouden, totdat de hele dosis is toegediend en de zuiger niet verder kan worden
ingedrukt. Houd de zuiger ingedrukt en laat hem niet los!
Nadat u de vloeistof heeft ingespoten, trekt u de naald eruit terwijl u de spuit in dezelfde hoek
blijft houden en uw duim op de zuiger houdt. Laat dan uw huid los. De naaldhoes bedekt de
naald automatisch en u hoort een "klik" als de hoes in werking treed (zie afbeelding 7). De
naaldhoes treedt pas in werking als u de gehele dosis heeft toegediend.
6
34
7
Vergeet niet:
Mocht u problemen hebben, aarzel dan niet om hulp of advies te vragen aan uw arts of
verpleegkundige.
Afvoeren van gebruikte naalden
Voer de naalden af zoals uw arts, apotheker of verpleegkundige u dat heeft verteld.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u meer Pelgraz heeft gebruikt dan u zou mogen, dient u contact op te nemen met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u zichzelf injecteert en uw dosis Pelgraz bent vergeten, dient u contact op te nemen met uw arts
om te overleggen wanneer u de volgende dosis dient te injecteren.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Uw arts zal u vertellen wanneer u moet stoppen met het gebruik van Pelgraz. Het is heel normaal om
meerdere behandelingskuren met Pelgraz te krijgen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Vertel het uw arts onmiddellijk als u last heeft van één of meerdere van de volgende bijwerkingen:
zwelling of opgeblazenheid, wat in verband kan staan met minder vaak plassen, moeite met
ademhalen, zwelling van de buik en een vol gevoel en een algemeen gevoel van vermoeidheid.
Deze symptomen treden over het algemeen snel op.
35
Dit kunnen symptomen zijn van een soms voorkomende (komen voor bij minder dan 1 op de 100
gebruikers) aandoening genaamd "capillair-lek-syndroom" waarbij bloed uit de kleine bloedvaten in
uw lichaam lekt. Het capillair-lek-syndroom vereist onmiddellijke medische hulp.
Zeer vaak voorkomende bijwerkingen
(komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers):
botpijn. Uw arts zal u zeggen wat u kunt nemen om de botpijn te verlichten.
misselijkheid en hoofdpijn.
Vaak voorkomende bijwerkingen
(komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers):
pijn op de injectieplaats.
pijn in het hele lichaam en pijn in de gewrichten en spieren.
pijn op de borst die niet het gevolg is van een hartziekte of een hartaanval.
er kunnen veranderingen voorkomen in uw bloedbeeld, maar die worden gezien bij routinematig
bloedonderzoek. Het aantal witte bloedcellen kan voor een korte tijd hoog worden. Het aantal
bloedplaatjes kan dalen en dit kan resulteren in bloeduitstortingen.
Soms voorkomende bijwerkingen
(komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers):
allergie-achtige reacties, waaronder roodheid en blozen, huiduitslag en jeukende verheven
huidgebieden.
ernstige allergische reacties, waaronder anafylaxie (zwakte, daling van de bloeddruk,
bemoeilijkte ademhaling, opgezet gezicht).
miltvergroting.
miltruptuur. Sommige gevallen van miltruptuur waren fataal. Het is belangrijk dat u
onmiddellijk contact opneemt met uw arts wanneer u pijn voelt in de linker bovenbuik of linker
schouder, omdat dit kan verwijzen naar een probleem met uw milt.
ademhalingsproblemen. Informeer uw arts indien u hoest, koorts en ademhalingsmoeilijkheden
heeft.
Sweetsyndroom (paars gekleurde, gezwollen, pijnlijke afwijkingen aan de ledematen en soms
het gezicht en de nek-hals met koorts) is voorgevallen, maar andere factoren kunnen een rol
spelen.
cutane vasculitis (ontsteking van de bloedvaten in de huid).
schade aan de kleine filters in uw nieren (glomerulonefritis).
roodheid op de injectieplaats.
abnormale resultaten van een bloedtest (lactaatdehydrogenase, urinezuur en alkalische
fosfatase).
abnormale resultaten van een bloedtest om te kijken hoe goed uw lever werkt (alanine-
aminotransferase en aspartaat-aminotransferase).
bloed ophoesten (hemoptoë)
bloedaandoeningen (myelodysplastisch syndroom [MDS] of acute myeloïde leukemie [AML]).
Zelden voorkomende bijwerkingen
(komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers):
ontsteking van de aorta (het grote bloedvat dat bloed van het hart naar het lichaam voert), zie
rubriek 2.
bloeding van de longen (longbloeding)
het Stevens-Johnson-syndroom, dat kan optreden als rode schietschijfachtige of ringvormige
plekken, vaak met blaren op de romp, loslating van de huid, zweren in de mond, keel, neus,
geslachtsdelen en ogen, en kan worden voorafgegaan door koorts en griepachtige klachten. Stop
het gebruik van Pelgraz als u deze klachten ontwikkelt en neem onmiddellijk contact op met uw
arts of zoek medische hulp. Zie ook rubriek 2.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
36
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit middel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos en op het
etiket van de spuit na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2 °C – 8 °C).
U mag Pelgraz maximaal (en eenmalig) 72 uur op kamertemperatuur houden (niet boven
25 °C ± 2 °C). Als u Pelgraz langer dan 72 uur op kamertemperatuur houdt, moet u het weggooien. U
kunt bij uw arts, verpleegkundige of apotheker terecht voor alle vragen over het bewaren.
Niet in de vriezer bewaren. Indien u Pelgraz per ongeluk (eenmalig) minder dan 24 uur laat bevriezen,
heeft dat geen negatieve gevolgen voor de stabiliteit van Pelgraz.
De voorgevulde spuit in de verpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Gebruik dit middel niet als u merkt dat de vloeistof troebel is of deeltjes bevat.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
-
De werkzame stof in dit middel is pegfilgrastim. Elke voorgevulde spuit bevat 6 mg
pegfilgrastim in 0,6 ml oplossing.
De andere stoffen in dit middel zijn natriumacetaat, sorbitol (E420), polysorbaat 20 en water
voor injecties. (Zie rubriek 2.)
Hoe ziet Pelgraz eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Pelgraz is een heldere, kleurloze oplossing voor injectie in voorgevulde spuit met een injectienaald.
Elke voorgevulde spuit bevat 0,6 ml oplossing.
Pelgraz is verkrijgbaar in verpakkingen met 1 voorgevulde spuit, met een daarop bevestigde naalddop
in een individuele blisterverpakking met één alcoholdoekje.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Accord Healthcare S.L.U.
World Trade Center, Moll de Barcelona, s/n,
Edifici Est 6ª planta,
08039 Barcelona,
Spanje
Fabrikant
Accord Healthcare Limited
37
Sage House, 319 Pinner Road
North Harrow,
Middlesex HA1 4HF
Verenigd Koninkrijk
Accord Healthcare Polska Sp.z o.o.,
ul. Lutomierska 50,95-200 Pabianice, Polen
Accord Healthcare B.V.,
Winthontlaan 200,
3526 KV Utrecht,
Nederland
Neem voor alle informatie met betrekking tot dit geneesmiddel contact op met de lokale
vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen.
AT / BE / BG / CY / CZ / DE / DK / EE / EL / FI / FR / HR / HU / IS / LT / LV / LX/ MT / NL / NO /
PT / PL / RO / SE / SI / SK / UK(NI) / ES
Accord Healthcare S.L.U.
Tel: +34 93 301 00 64
IT
Accord Healthcare Limited
Tel: +39 02 94323700
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De volgende informatie is alleen bestemd voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg:
Pelgraz bevat geen conserveringsmiddelen. Vanwege het mogelijke risico op microbiële vervuiling
zijn Pelgraz injectiespuiten slechts voor eenmalig gebruik.
Niet in de vriezer bewaren. Eenmalige accidentele blootstelling aan temperaturen onder het vriespunt
gedurende minder dan 24 uur, heeft geen negatieve invloed op de stabiliteit van Pelgraz. Bij
blootstelling langer dan 24 uur of als Pelgraz vaker dan één keer is bevroren, mag Pelgraz NIET
worden gebruikt.
Om de traceerbaarheid van granulocyt-koloniestimulerende factoren te verbeteren, dient de naam van
het product (Pelgraz) en het partijnummer van het toegediende product duidelijk te worden
opgenomen in het patiëntendossier.
Gebruik van de voorgevulde spuit met naaldhoes
De naaldhoes bedekt de naald na injectie ter voorkoming van prikaccidenten. Dit heeft geen invloed
op de normale werking van de spuit. Druk de zuiger langzaam en gelijkmatig in tot de hele dosis is
toegediend en de zuiger niet verder kan worden ingedrukt. Houd de zuiger ingedrukt terwijl u de spuit
uit de patiënt verwijdert. Zodra u de zuiger loslaat, zal de naaldhoes de naald bedekken.
Afvoeren
38
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
39
Bijsluiter: informatie voor de gebruiker
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde injector
pegfilgrastim
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.
Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke
informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
Inhoud van deze bijsluiter
1.
2.
3.
4.
5.
6.
1.
Wat is Pelgraz en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Hoe gebruikt u dit middel?
Mogelijke bijwerkingen
Hoe bewaart u dit middel?
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Wat is Pelgraz en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Pelgraz bevat de werkzame stof pegfilgrastim. Pegfilgrastim is een eiwit dat door middel van
biotechnologie geproduceerd wordt in bacteriën genaamd
E. coli.
Het behoort tot een groep eiwitten
die “cytokinen” genoemd worden en het lijkt sterk op een natuurlijk eiwit
(granulocytkoloniestimulerende factor) dat door uw eigen lichaam wordt gemaakt.
Pelgraz wordt gebruikt om de duur van neutropenie (laag aantal witte bloedcellen) en het optreden van
febriele neutropenie (laag aantal witte bloedcellen gepaard gaande met koorts) te verminderen. Deze
kunnen veroorzaakt worden door het gebruik van cytotoxische chemotherapie (geneesmiddelen die
snel groeiende cellen vernietigen). De witte bloedcellen zijn belangrijk, omdat zij uw lichaam helpen
infecties te bestrijden. Deze cellen zijn zeer gevoelig voor de effecten van chemotherapie waardoor het
aantal van deze cellen in uw lichaam kan verminderen. Indien het aantal witte bloedcellen daalt tot een
laag niveau kan het zijn dat er niet meer genoeg in uw lichaam zijn om bacteriën te bestrijden en loopt
u een groter risico op infecties.
Uw arts heeft u Pelgraz voorgeschreven om uw beenmerg (het deel van het bot dat bloedcellen
aanmaakt) te stimuleren om meer witte bloedcellen aan te maken die uw lichaam helpen om infecties
te bestrijden.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?
U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6. Of u bent allergisch voor pelgrastim.
40
Wanneer moet u extra voorzichtig zijn met dit middel?
Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit middel gebruikt als u:
een allergische reactie heeft, waaronder zwakte, daling van de bloeddruk, bemoeilijkte
ademhaling, opgezwollen gezicht (anafylaxie), roodheid en blozen, huiduitslag en jeukende
huidgebieden.
allergisch bent voor latex. De naalddop van de voorgevulde injector bevat een derivaat van latex
en kan ernstige allergische reacties veroorzaken.
hoest, koorts heeft en moeite heeft met ademhalen. Dit kan een symptoom zijn van ‘ acute
respiratory distress’-syndroom (ARDS).
een van de volgende bijwerkingen of een combinatie daarvan heeft:
zwelling of opgeblazenheid, wat in verband kan staan met minder vaak plassen, moeite met
ademhalen, zwelling van de buik en een vol gevoel, en een algemeen gevoel van vermoeidheid.
Dit kunnen symptomen zijn van een aandoening genaamd “capillair-lek-syndroom” waarbij
bloed uit de kleine bloedvaten in uw lichaam lekt. Zie rubriek 4.
pijn krijgt linksboven in de buik of in de punt van uw schouder. Dit kan een aanwijzing zijn van
een probleem met uw milt (splenomegalie).
onlangs een ernstige longinfectie (pneumonie), vocht in de longen (longoedeem), ontsteking van
de longen (longfibrose) of een afwijkende uitslag op een röntgenfoto van de borstkas
(longinfiltraat) heeft gehad.
op de hoogte bent van veranderingen in uw bloedbeeld (bijvoorbeeld een verhoogd aantal witte
bloedcellen of anemie) of een verlaagd aantal bloedplaatjes, waardoor uw bloed minder
gemakkelijk stolt (trombocytopenie). Uw arts wil u mogelijk intensiever in de gaten houden.
sikkelcelziekte heeft. Uw arts wil uw aandoening mogelijk intensiever in de gaten houden.
als u borst- of longkanker heeft. In combinatie met chemotherapie en/of radiotherapie kan
Pelgraz uw risico verhogen op een precancereuze bloedaandoening die myelodysplastisch
syndroom (MDS) wordt genoemd of op een bloedkanker die acute myeloïde leukemie (AML)
wordt genoemd. Symptomen hiervan zijn onder andere vermoeidheid, koorts en gemakkelijk
blauwe plekken of bloedingen krijgen.
plotselinge symptomen van allergie heeft, zoals uitslag, jeuk of huiduitslag met hevige jeuk en
vorming van bultjes (galbulten) op de huid (netelroos), zwelling van het gezicht, de lippen, de
tong of andere delen van het lichaam, kortademigheid, piepende ademhaling of moeite met
ademhalen. Dit kunnen verschijnselen zijn van een ernstige allergische reactie.
Aangezien Pelgraz de kleine filters in uw nieren kan beschadigen (glomerulonefritis), zal uw arts uw
bloed en urine regelmatig controleren.
Ernstige huidreacties (Stevens-Johnson-syndroom) zijn gemeld in combinatie met het gebruik van
Pelgraz. Stop het gebruik van Pelgraz en zoek onmiddellijk medische hulp als u klachten opmerkt
zoals beschreven in rubriek 4.
Spreek met uw arts over uw risico’s om vormen van bloedkanker te ontwikkelen. Als u een vorm van
bloedkanker ontwikkelt of een groot risico loopt een vorm van bloedkanker te ontwikkelen, mag u
Pelgraz niet gebruiken, tenzij uw arts u dat voorschrijft.
Als u symptomen heeft van ontsteking van de aorta (het grote bloedvat dat bloed van het hart naar het
lichaam voert), dit is zelden gemeld bij kankerpatiënten en gezonde donoren. De symptomen kunnen
koorts, buikpijn, algemeen onwel, ziek voelen (malaise), rugpijn en meer ontstekingsmarkers
omvatten. Vertel het uw arts als u deze symptomen krijgt.
Verlies van een behandelingseffect met pegfilgrastim
Als u het verlies van een behandelingseffect, of het onvermogen om een behandelingseffect met
pegfilgrastim te behouden ervaart, zal uw arts de redenen hiervoor onderzoeken, bijvoorbeeld of u
antilichamen heeft ontwikkeld die de activiteit van pegfilgrastim neutraliseren.
41
Kinderen en jongeren tot 18 jaar
De veiligheid en werkzaamheid van Pelgraz bij kinderen zijn nog niet vastgesteld. Vraag uw arts of
apotheker om advies voordat u geneesmiddelen inneemt.
Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?
Gebruikt u naast Pelgraz nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kortgeleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw
arts of apotheker.
Zwangerschap en borstvoeding
Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel gebruikt. Pelgraz is niet getest bij
zwangere vrouwen. Het is belangrijk dat u uw arts op de hoogte brengt als u:
zwanger bent;
denkt dat u zwanger bent; of
van plan bent om zwanger te worden.
Als u tijdens behandeling met Pelgraz zwanger wordt, vertel dat dan aan uw arts.
Tenzij uw arts u een andere instructie geeft, moet u stoppen met borstvoeding als u Pelgraz gebruikt.
Rijvaardigheid en het gebruik van machines
Pelgraz heeft geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid of het vermogen om machines
te bedienen.
Pelgraz bevat sorbitol (E420) en natrium
Dit middel bevat 30 mg sorbitol per voorgevulde injector, overeenkomend met 50 mg/ml.
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 6 mg, d.w.z. dat het in wezen
‘natriumvrij’ is.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Pelgraz is bestemd voor gebruik bij volwassen van 18 jaar en ouder.
Gebruik dit middel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het
juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. De aanbevolen dosering is één
subcutane injectie (injectie onder de huid) met een voorgevulde injector van 6 mg toegediend ten
minste 24 uur na de laatste dosis chemotherapie aan het einde van elke chemotherapiecyclus.
U mag Pelgraz niet hard schudden, want dan kan het minder werkzaam worden.
Zelf Pelgraz toedienen
Uw arts kan beslissen dat het voor u handiger is als u Pelgraz zelf injecteert. Uw arts of
verpleegkundige zal u tonen hoe u zichzelf kunt injecteren. Probeer niet uzelf te injecteren, tenzij u
speciale training hebt gehad van uw arts of verpleegkundige.
Informatie over hoe u uzelf kunt injecteren wordt hieronder gegeven, maar uw ziekte kan alleen goed
worden behandeld in nauwe en voortdurende samenwerking met uw arts.
42
Als u niet zeker weet hoe u uzelf moet injecteren of als u vragen heeft, vraag dan uw arts of
verpleegkundige om hulp.
Hoe injecteer ik Pelgraz zelf?
U moet uzelf een injectie geven in het weefsel net onder de huid. Dit wordt een subcutane of
onderhuidse injectie genoemd.
Apparatuur die u nodig heeft
Om uzelf een onderhuidse injectie toe te dienen heeft u nodig:
een voorgevulde injector van Pelgraz en
alcoholdoekjes of iets vergelijkbaars.
Wat moet ik doen voordat ik mezelf een onderhuidse injectie met Pelgraz toedien?
1.
2.
3.
4.
Haal de voorgevulde injector uit de koelkast.
Controleer de uiterste houdbaarheidsdatum op het etiket op de voorgevulde injector (EXP).
Gebruik de injector niet als de laatste dag van de maand op het etiket verstreken is, of als de
injector langer dan 72 uur buiten de koelkast heeft gelegen of tekenen van bederf vertoont.
Kijk hoe de injector met Pelgraz eruitziet. Het moet een heldere, kleurloze vloeistof zijn. Als er
zichtbare deeltjes in zitten, mag u de injector niet gebruiken.
Om de injectie wat comfortabeler te maken, kunt u de voorgevulde injector 30 minuten op
kamertemperatuur laten liggen of hem een paar minuten voorzichtig in uw hand houden. Warm
Pelgraz op geen enkele andere manier op (warm de injector bijvoorbeeld niet op in de
magnetron of in warm water).
Was uw handen grondig.
Kies een comfortabel, goed verlicht oppervlak en plaats alle benodigdheden binnen handbereik
(de voorgevulde injector met Pelgraz en het alcoholdoekje).
5.
6.
Hoe bereid ik mijn Pelgraz-injectie voor?
Voordat u Pelgraz injecteert, moet u het volgende doen:
Kies een schone, goed verlichte plek om uw geneesmiddel toe te dienen.
Controleer de uiterste houdbaarheidsdatum op de verpakking. Gebruik de injector niet als de
uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
Pak een alcoholdoekje en een naaldencontainer.
Voorbereiding
Was uw handen met zeep en warm, stromend water.
Kies de injectieplaats (de onderbuik of de dij als de patiënt zichzelf
inspuit. Daarnaast kan de achterkant van de arm worden gebruikt
als een medische zorgverlener of verzorger de patiënt helpt)
43
Maak de injectieplaats schoon: gebruik een alcoholdoekje om de plek
schoon te vegen en laat de plek aan de lucht drogen.
1.
Vóór de injectie
Inspecteer de injectievloeistof door het venster. Controleer of de
vloeistof verkleurd of troebel is en of deze grote deeltjes bevat.
Verwijder de onderste dop: dit doet u door te draaien en te trekken.
Houd uw handen uit de buurt van de naaldhoes nadat u deze
verwijderd hebt. Doe de onderste dop er niet opnieuw op, maar
gooi die onmiddellijk weg. Injecteer de vloeistof niet als u de
voorgevulde injector hebt laten vallen nadat u de dop verwijderd
hebt.
Injecteer de vloeistof binnen vijf minuten nadat u de onderste dop
verwijderd hebt.
2.
Injectie
Zet de injector recht op uw huid (in een hoek van ongeveer 90
graden).
Duw het handvat naar beneden: terwijl u duwt, wordt het medicijn
geïnjecteerd. Duw met een snelheid die comfortabel is voor u.
Til het apparaat tijdens de injectie niet van de huid.
44
De injectie is voltooid als het handvat zo ver mogelijk ingedrukt is.
Dan hoort u een klik en is de oranje buis niet langer zichtbaar.
Trek de injector recht omhoog: de gele band geeft aan dat de
naaldhoes vastzit.
3.
Verwijdering
Verwijdering van de Pelgraz voorgevulde injector: plaats de
injector in een goedgekeurde naaldencontainer. De wetgeving
daarvoor kan per geografisch gebied verschillen. Vraag uw arts
of apotheker om informatie over de juiste
verwijderingsmaatregelen. Gooi de injector niet in de vuilnisbak.
Vergeet niet:
Mocht u problemen hebben, aarzel dan niet om hulp of advies te vragen aan uw arts of
verpleegkundige.
Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u meer Pelgraz heeft gebruikt dan u zou mogen, dient u contact op te nemen met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u zichzelf injecteert en uw dosis Pelgraz bent vergeten, dient u contact op te nemen met uw arts
om te overleggen wanneer u de volgende dosis dient te injecteren.
Als u stopt met het gebruik van dit middel
Uw arts zal u vertellen wanneer u moet stoppen met het gebruik van Pelgraz. Het is heel normaal om
meerdere behandelingskuren met Pelgraz te krijgen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
4.
Mogelijke bijwerkingen
45
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Vertel het uw arts onmiddellijk als u last heeft van één of meerdere van de volgende bijwerkingen:
zwelling of opgeblazenheid, wat in verband kan staan met minder vaak plassen, moeite met
ademhalen, zwelling van de buik en een vol gevoel en een algemeen gevoel van vermoeidheid.
Deze symptomen treden over het algemeen snel op.
Dit kunnen symptomen zijn van een soms voorkomende (komen voor bij minder dan 1 op de 100
gebruikers) aandoening genaamd "capillair-lek-syndroom" waarbij bloed uit de kleine bloedvaten in
uw lichaam lekt. Het capillair-lek-syndroom vereist onmiddellijke medische hulp.
Zeer vaak voorkomende bijwerkingen
(komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers):
botpijn. Uw arts zal u zeggen wat u kunt nemen om de botpijn te verlichten.
misselijkheid en hoofdpijn.
Vaak voorkomende bijwerkingen
(komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers):
pijn op de injectieplaats.
pijn in het hele lichaam en pijn in de gewrichten en spieren.
pijn op de borst die niet het gevolg is van een hartziekte of een hartaanval.
er kunnen veranderingen voorkomen in uw bloedbeeld, maar die worden gezien bij routinematig
bloedonderzoek. Het aantal witte bloedcellen kan voor een korte tijd hoog worden. Het aantal
bloedplaatjes kan dalen en dit kan resulteren in bloeduitstortingen.
Soms voorkomende bijwerkingen
(komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers):
allergie-achtige reacties, waaronder roodheid en blozen, huiduitslag en jeukende verheven
huidgebieden.
ernstige allergische reacties, waaronder anafylaxie (zwakte, daling van de bloeddruk,
bemoeilijkte ademhaling, opgezet gezicht).
miltvergroting.
miltruptuur. Sommige gevallen van miltruptuur waren fataal. Het is belangrijk dat u
onmiddellijk contact opneemt met uw arts wanneer u pijn voelt in de linker bovenbuik of linker
schouder, omdat dit kan verwijzen naar een probleem met uw milt.
ademhalingsproblemen. Informeer uw arts indien u hoest, koorts en ademhalingsmoeilijkheden
heeft.
Sweetsyndroom (paars gekleurde, gezwollen, pijnlijke afwijkingen aan de ledematen en soms
het gezicht en de nek-hals met koorts) is voorgevallen, maar andere factoren kunnen een rol
spelen.
cutane vasculitis (ontsteking van de bloedvaten in de huid).
schade aan de kleine filters in uw nieren (glomerulonefritis).
roodheid op de injectieplaats.
abnormale resultaten van een bloedtest (lactaatdehydrogenase, urinezuur en alkalische
fosfatase).
abnormale resultaten van een bloedtest om te kijken hoe goed uw lever werkt (alanine-
aminotransferase en aspartaat-aminotransferase).
bloed ophoesten (hemoptoë)
bloedaandoeningen (myelodysplastisch syndroom [MDS] of acute myeloïde leukemie [AML]).
Zelden voorkomende bijwerkingen
(komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers):
ontsteking van de aorta (het grote bloedvat dat bloed van het hart naar het lichaam voert), zie
rubriek 2.
bloeding van de longen (longbloeding)
het Stevens-Johnson-syndroom, dat kan optreden als rode schietschijfachtige of ringvormige
plekken, vaak met blaren op de romp, loslating van de huid, zweren in de mond, keel, neus,
geslachtsdelen en ogen, en kan worden voorafgegaan door koorts en griepachtige klachten. Stop
46
het gebruik van Pelgraz als u deze klachten ontwikkelt en neem onmiddellijk contact op met uw
arts of zoek medische hulp. Zie ook rubriek 2.
Het melden van bijwerkingen
Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in
aanhangsel V.
Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit middel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos en op het
etiket van de voorgevulde injector na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die
maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2 °C – 8 °C).
U mag Pelgraz maximaal (en eenmalig) 72 uur op kamertemperatuur houden (niet boven
25 °C ± 2 °C). Als u Pelgraz langer dan 72 uur op kamertemperatuur houdt, moet u het weggooien. U
kunt bij uw arts, verpleegkundige of apotheker terecht voor alle vragen over het bewaren.
Niet in de vriezer bewaren. Indien u Pelgraz per ongeluk (eenmalig) minder dan 24 uur laat bevriezen,
heeft dat geen negatieve gevolgen voor de stabiliteit van Pelgraz.
De voorgevulde injector in de verpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Gebruik dit middel niet als u merkt dat de vloeistof troebel is of deeltjes bevat.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
Welke stoffen zitten er in dit middel?
-
-
De werkzame stof in dit middel is pegfilgrastim. Elke voorgevulde injector bevat 6 mg
pegfilgrastim in 0,6 ml oplossing.
De andere stoffen in dit middel zijn natriumacetaat, sorbitol (E420), polysorbaat 20 en water
voor injecties. (Zie rubriek 2.)
Hoe ziet Pelgraz eruit en hoeveel zit er in een verpakking?
Pelgraz is een heldere, kleurloze oplossing voor injectie in voorgevulde injector met een injectienaald.
Elke voorgevulde injector bevat 0,6 ml oplossing.
Pelgraz is verkrijgbaar in een verpakking met 1 voorgevulde injector in een doosje met één
alcoholdoekje.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Accord Healthcare S.L.U.
World Trade Center, Moll de Barcelona, s/n,
47
Edifici Est 6ª planta,
08039 Barcelona,
Spanje
Fabrikant
Accord Healthcare Limited
Sage House, 319 Pinner Road
North Harrow,
Middlesex HA1 4HF
Verenigd Koninkrijk
Accord Healthcare Polska Sp.z o.o.,
ul. Lutomierska 50,95-200 Pabianice, Polen
Accord Healthcare B.V.,
Winthontlaan 200,
3526 KV Utrecht,
Nederland
Neem voor alle informatie met betrekking tot dit geneesmiddel contact op met de lokale
vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen.
AT / BE / BG / CY / CZ / DE / DK / EE / EL / FI / FR / HR / HU / IS / LT / LV / LX/ MT / NL / NO /
PT / PL / RO / SE / SI / SK / UK(NI) / ES
Accord Healthcare S.L.U.
IT
Tel: +34 93 301 00 64
Accord Healthcare Limited
Tel: +39 02 94323700
Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}
Andere informatiebronnen
Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De volgende informatie is alleen bestemd voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg:
Pelgraz bevat geen conserveringsmiddelen. Vanwege het mogelijke risico op microbiële vervuiling
zijn Pelgraz voorgevulde injectoren slechts voor eenmalig gebruik.
Niet in de vriezer bewaren. Eenmalige accidentele blootstelling aan temperaturen onder het vriespunt
gedurende minder dan 24 uur, heeft geen negatieve invloed op de stabiliteit van Pelgraz. Bij
blootstelling langer dan 24 uur of als Pelgraz vaker dan één keer is bevroren, mag Pelgraz NIET
worden gebruikt.
Om de traceerbaarheid van granulocyt-koloniestimulerende factoren te verbeteren, dient de naam van
het product (Pelgraz) en het partijnummer van het toegediende product duidelijk te worden
opgenomen in het patiëntendossier.
Afvoeren
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
48
49













BIJLAGE I

SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg worden
verzocht alle vermoedelijke bijwerkingen te melden. Zie rubriek 4.8 voor het rapporteren van
bijwerkingen.

1.

NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit
Pelgraz 6 mg oplossing foor injectie in voorgevulde injector
2.
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit
Elke voorgevulde spuit bevat 6 mg pegfilgrastim* in 0,6 ml oplossing voor injectie. De concentratie is
10 mg/ml gebaseerd op eiwit alleen**.
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde injector
Elke voorgevulde injector bevat 6 mg pegfilgrastim* in 0,6 ml oplossing voor injectie. De concentratie
is 10 mg/ml gebaseerd op eiwit alleen**.
* Geproduceerd in Escherichia coli-cellen door middel van recombinante DNA-technologie gevolgd
door conjugatie met polyethyleenglycol (PEG).
** De concentratie is 20 mg/ml wanneer het PEG-aandeel wordt meegerekend.
De potentie van dit geneesmiddel dient niet te worden vergeleken met de potentie van een ander
gepegyleerd of niet-gepegyleerd eiwit van dezelfde therapeutische klasse. Zie rubriek 5.1 voor meer
informatie.
Hulpstoffen met bekend effect
Elke voorgevulde spuit of voorgevulde injector bevat 30 mg sorbitol (E420) (zie rubriek 4.4).
Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.

3.

FARMACEUTISCHE VORM
Oplossing voor injectie.
Heldere, kleurloze oplossing voor injectie.
4.
KLINISCHE GEGEVENS

4.1 Therapeutische indicaties
Verminderen van de duur van de neutropenie en de incidentie van febriele neutropenie bij volwassen
patiënten die behandeld worden met cytotoxische chemotherapie voor maligniteiten (met uitzondering
van chronische myeloïde leukemie en myelodysplastische syndromen).

4.2 Dosering en wijze van toediening
die ervaren is in de oncologie en/of hematologie.
Dosering
De aanbevolen dosering Pelgraz is één dosis van 6 mg (één enkele voorgevulde spuit of voorgevulde
injector) per chemotherapiecyclus, toe te dienen ten minste 24 uur na de cytotoxische chemotherapie.
Bijzondere patiëntengroepen
Pediatrische patiënten
De veiligheid en werkzaamheid van Pelgraz bij kinderen en jongeren tot 18 jaar zijn nog niet
vastgesteld. De momenteel beschikbare gegevens worden beschreven in rubriek 4.8, 5.1 en 5.2, maar
er kan geen doseringsadvies worden gegeven.
Patiënten met een nierfunctiestoornis
Er wordt geen dosisaanpassing aanbevolen bij patiënten met een nierfunctiestoornis, onder wie
patiënten met terminale nierinsufficiëntie (ESRD).
Wijze van toediening
Pelgraz is voor subcutaan gebruik. De injecties dienen subcutaan in de dij, buik of bovenarm te
worden gegeven.
Voor instructies over hantering van het geneesmiddel voorafgaand aan toediening, zie rubriek 6.6.

4.3 Contra-indicaties
Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstof(fen).

4.4 Bijzondere waarschuwingen en voorzorgen bij gebruik
Traceerbaarheid
Om de traceerbaarheid van biologische geneesmiddelen te verbeteren, dient de merknaam van het
toegediende product duidelijk geregistreerd te worden.
Acute myeloïde leukemie (AML)
Beperkte klinische data suggereren een vergelijkbaar effect voor pegfilgrastim en filgrastim op de tijd
tot herstel van ernstige neutropenie bij patiënten met de novo AML (zie rubriek 5.1). De
langetermijneffecten van pegfilgrastim bij AML zijn echter niet vastgesteld. Daarom dient
pegfilgrastim met voorzichtigheid te worden gebruikt bij deze patiëntengroep.
G-CSF kan in vitro de groei van myeloïde cellen bevorderen en vergelijkbare effecten zouden in vitro
kunnen worden waargenomen bij enkele niet-myeloïde cellen.
De veiligheid en werkzaamheid van pegfilgrastim zijn niet onderzocht bij patiënten met een
myelodysplastisch syndroom of chronische myeloïde leukemie, noch bij patiënten met secundaire
AML. Daarom dient pegfilgrastim niet te worden gebruikt bij deze patiënten. De diagnose
blastentransformatie bij chronische myeloïde leukemie dient zorgvuldig te worden onderscheiden van
de diagnose AML.
De veiligheid en werkzaamheid van de toediening van pegfilgrastim bij de novo AML-patiënten met
een leeftijd < 55 jaar met de cytogenetische afwijking t(15;17) zijn niet vastgesteld.
werden met een hoge dosis chemotherapie. Dit geneesmiddel dient niet te worden gebruikt om de
dosis cytotoxische chemotherapie verder te verhogen dan vastgestelde dosisregimes.
Pulmonale bijwerkingen
Na toediening van G-CSF zijn pulmonale bijwerkingen gerapporteerd, in het bijzonder interstitiële
pneumonie. Patiënten met een recente geschiedenis van longinfiltraten of pneumonie lopen een hoger
risico (zie rubriek 4.8).
Het ontstaan van pulmonale symptomen, zoals hoest, koorts en kortademigheid, die gepaard gaan met
radiologische kenmerken van longinfiltraten, en verslechtering van de longfunctie samen met een
stijging van het aantal neutrofielen, kunnen voortekenen zijn van `adult respiratory distress'-syndroom
(ARDS). In dergelijke omstandigheden dient de arts te beoordelen of de toediening van pegfilgrastim
gestaakt dient te worden en dient een gepaste behandeling te worden gegeven (zie rubriek 4.8).
Glomerulonefritis
Glomerulonefritis is gemeld bij patiënten die filgrastim en pegfilgrastim toegediend krijgen. In het
algemeen verdwenen gevallen van glomerulonefritis na verlaging van de dosis of stopzetting van de
behandeling met filgrastim en pegfilgrastim. Urineonderzoek wordt aanbevolen.
Capillair-lek-syndroom
Het capillair-lek-syndroom is gerapporteerd na toediening van een G-CSF en wordt gekenmerkt door
hypotensie, hypoalbuminemie, oedeem en bloedindikking. Patiënten die symptomen van het capillair-
lek-syndroom ontwikkelen, dienen nauwgezet gevolgd te worden en standaard symptomatische
behandeling te ontvangen, wat een behoefte aan intensieve zorg zou kunnen betekenen (zie rubriek
4.8).
Miltvergroting en miltruptuur
Er zijn, in het algemeen asymptomatische, gevallen van miltvergroting en gevallen van miltruptuur, in
sommige gevallen fataal, opgetreden na toediening van pegfilgrastim (zie rubriek 4.8). Daarom dient
de grootte van de milt nauwkeurig te worden gecontroleerd (bv. door klinisch onderzoek, echografie).
De diagnose miltruptuur dient te worden overwogen bij patiënten die pijn rapporteren links boven in
de buik of in de schouderpunt.
Trombocytopenie en anemie
Behandeling met pegfilgrastim alleen sluit trombocytopenie en anemie niet uit, omdat de toediening
van de volledige dosis myelosuppressieve chemotherapie wordt gehandhaafd volgens het
voorgeschreven schema. Regelmatige controle van het aantal trombocyten en het hematocrietgehalte
wordt aanbevolen. Bijzondere zorgvuldigheid dient in acht te worden genomen bij toediening van
chemotherapie (single agent of combinaties) waarvan bekend is dat ze ernstige trombocytopenie
kunnen veroorzaken.
Myelodysplastisch syndroom en acute myeloïde leukemie bij borst- en longkankerpatiënten
In een observationeel post-marketingonderzoek is pegfilgrastim in combinatie met chemotherapie
en/of radiotherapie in verband gebracht met de ontwikkeling van myelodysplastisch syndroom (MDS)
en acute myeloïde leukemie (AML) bij borst- en longkankerpatiënten (zie rubriek 4.8). Controleer
long- en borstkankerpatiënten op tekenen en symptomen van MDS/AML.
Sikkelcelanemie
sikkelceltrait of sikkelcelziekte (zie rubriek 4.8). Daarom dienen artsen voorzichtig te zijn wanneer ze
pegfilgrastim voorschrijven aan patiënten met sikkelceltrait of sikkelcelziekte, dienen ze de relevante
klinische parameters en laboratoriumgegevens te controleren en alert te zijn op een mogelijke
associatie van dit geneesmiddel met miltvergroting en vaso-occlusieve crisis.
Leukocytose
Leukocytenaantallen (WBC) van 100 × 109/l of meer zijn waargenomen bij minder dan 1% van de
patiënten die met pegfilgrastim behandeld werden. Er zijn geen bijwerkingen gerapporteerd die direct
toe te schrijven zijn aan deze mate van leukocytose. Een dergelijke verhoging van het aantal
leukocyten is van voorbijgaande aard, treedt kenmerkend 24 tot 48 uur na toediening op en is
consistent met de farmacodynamische effecten van dit geneesmiddel. Het aantal leukocyten dient
tijdens de behandeling regelmatig te worden bepaald met het oog op de klinische effecten en het risico
op leukocytose. Indien het aantal leukocyten na de verwachte nadir hoger is dan 50 × 109/l, dient dit
geneesmiddel onmiddellijk te worden gestaakt.
Overgevoeligheid
Overgevoeligheid, inclusief anafylactische reacties, opgetreden tijdens een eerste of volgende
behandeling, zijn gerapporteerd bij patiënten die behandeld zijn met pegfilgrastim. Staak behandeling
met pegfilgrastim permanent bij patiënten met klinisch significante overgevoeligheid. Dien
pegfilgrastim niet toe aan patiënten met een voorgeschiedenis van overgevoeligheid voor
pegfilgrastim of filgrastim. Indien een ernstige allergische reactie optreedt, dient een passende
behandeling gestart te worden, waarbij de patiënt meerdere dagen nauwgezet gevolgd moet worden.
Stevens-Johnson-syndroom
Het Stevens-Johnson-syndroom (SJS), dat levensbedreigend of fataal kan zijn, is zelden gemeld in
combinatie met behandeling met pegfilgrastim. Als bij de patiënt SJS is ontstaan tijdens het gebruik
van pegfilgrastim, dient de behandeling met pegfilgrastim bij deze patiënt op geen enkel moment
opnieuw te worden gestart.
Immunogeniciteit
Zoals bij alle therapeutische eiwitten, is er een mogelijkheid tot immunogeniciteit. De mate van
ontwikkeling van antilichamen tegen pegfilgrastim is over het algemeen laag. Bindende antilichamen
treden op, zoals verwacht, met alle biologicals, maar zijn op dit moment echter niet geassocieerd met
een neutraliserende werking.
Aortitis
Na toediening van filgrastim of pegfilgrastim bij gezonde proefpersonen en bij kankerpatiënten is
aortitis gemeld. De symptomen die optraden omvatten koorts, buikpijn, malaise, rugpijn en verhoogde
ontstekingsmarkers (bijv. C-reactief proteïne en WBC). In de meeste gevallen werd aortitis door
middel van een CT-scan vastgesteld en doorgaans verdween het nadat filgrastim of pegfilgrastim was
stopgezet. Zie ook rubriek 4.8.
Mobilisatie van PBPC
De veiligheid en werkzaamheid van Pelgraz voor de mobilisatie van bloedvoorlopercellen bij
patiënten of gezonde donoren is niet voldoende onderzocht.
Andere waarschuwingen
Een verhoogde hematopoëtische activiteit van het beenmerg als reactie op de therapie met een
groeifactor is geassocieerd met voorbijgaande positieve bevindingen op afbeeldingen van het bot.
van het bot.
Hulpstoffen met bekend effect
Sorbitol
Er moet rekening worden gehouden met het additieve effect van gelijktijdig toegediende producten die
sorbitol (of fructose) bevatten en inname van sorbitol (of fructose) via de voeding.
Natrium
Pelgraz bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 6 mg, dat wil zeggen dat het in
wezen `natriumvrij' is.
Alle patiënten
De naaldhoes van de voorgevulde spuit bevat droog natuurlijk rubber (een derivaat van latex), dat
allergische reacties kan veroorzaken.

4.5 Interacties met andere geneesmiddelen en andere vormen van interactie
Vanwege de mogelijke gevoeligheid van sneldelende myeloïde cellen voor cytotoxische
chemotherapie, dient pegfilgrastim ten minste 24 uur na de toediening van de cytotoxische
chemotherapie te worden toegediend. In klinische onderzoeken is pegfilgrastim veilig toegediend 14
dagen vóór de chemotherapie. Gelijktijdig gebruik van Pelgraz met chemotherapeutica is niet
bestudeerd bij patiënten. In diermodellen bleek gelijktijdig gebruik van pegfilgrastim en 5-fluoro-
uracil (5-FU) of andere antimetabolieten de myelosuppressie te versterken.
Mogelijke interacties met andere hematopoëtische groeifactoren en cytokinen zijn niet specifiek
onderzocht in klinische onderzoeken.
De mogelijkheid voor interactie met lithium, dat eveneens de afgifte van neutrofielen bevordert, is niet
specifiek onderzocht. Er zijn geen aanwijzingen dat een dergelijke interactie schadelijk zou zijn.
De veiligheid en werkzaamheid van Pelgraz is niet onderzocht bij patiënten die chemotherapie krijgen
die een laat optredende myelosuppressie veroorzaakt, bijvoorbeeld nitroso-ureum.
Er zijn geen specifieke interactie- of metabolisme-onderzoeken uitgevoerd. Klinische onderzoeken
duiden echter niet op interacties tussen pegfilgrastim en andere geneesmiddelen.

4.6 Vruchtbaarheid, zwangerschap en borstvoeding
Zwangerschap
Er zijn geen of een beperkte hoeveelheid gegevens over het gebruik van pegfilgrastim bij zwangere
vrouwen. Uit dieronderzoek is reproductietoxiciteit gebleken (zie rubriek 5.3). Pegfilgrastim wordt
niet aanbevolen voor gebruik tijdens de zwangerschap en bij vrouwen die zwanger kunnen worden en
geen anticonceptie toepassen.
Borstvoeding
Er is onvoldoende informatie over de uitscheiding van pegfilgrastim/metabolieten in de moedermelk.
Risico voor pasgeborenen/zuigelingen kan niet worden uitgesloten. Er moet worden besloten of
borstvoeding moet worden gestaakt of behandeling met pegfilgrastim moet worden gestaakt dan wel
niet moet worden ingesteld, waarbij het voordeel van borstvoeding voor het kind en het voordeel van
behandeling voor de vrouw in overweging moeten worden genomen.
Vruchtbaarheid
vrouwelijke ratten bij cumulatieve wekelijkse doses die ongeveer 6 tot 9 maal hoger lagen dan de
aanbevolen dosis voor mensen (gebaseerd op lichaamsoppervlakte) (zie rubriek 5.3).

4.7 Beïnvloeding van de rijvaardigheid en het vermogen om machines te bedienen
Pegfilgrastim heeft geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid en op het vermogen om
machines te bedienen.

4.8 Bijwerkingen
Samenvatting van het veiligheidsprofiel
De meest frequent gerapporteerde bijwerkingen zijn botpijn (zeer vaak [1/10]) en
skeletspierstelselpijn (vaak [1/100, <1/10]). Botpijn is gewoonlijk licht tot matig ernstig en van
voorbijgaande aard en kan bij de meeste patiënten met standaard analgetica onder controle gehouden
worden.
Overgevoeligheidsachtige reacties, inclusief huiduitslag, urticaria, angio-oedeem, kortademigheid,
erytheem, blozen en hypotensie deden zich voor bij de initiële of een volgende behandeling met
pegfilgrastim (soms [1/1.000, <1/100]). Er kunnen soms ernstige allergische reacties, inclusief
anafylaxie, optreden bij patiënten die pegfilgrastim krijgen (zie rubriek 4.4).
Het capillair-lek-syndroom, dat levensbedreigend kan zijn indien niet tijdig behandeld, is soms
gerapporteerd (1/1.000, <1/100) bij kankerpatiënten die chemotherapie ondergaan na toediening van
G-CSF; zie rubriek 4.4 en onderstaande rubriek 'Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen'.
Miltvergroting, in het algemeen asymptomatisch, komt soms voor.
Miltruptuur, inclusief enkele fatale gevallen, wordt soms gerapporteerd na toediening van
pegfilgrastim (zie rubriek 4.4).
Pulmonale bijwerkingen, inclusief interstitiële pneumonie, longoedeem, longinfiltraten en longfibrose,
zijn soms gerapporteerd. Soms leidt dit tot ademhalingsinsufficiëntie of ARDS, dat fataal kan verlopen
(zie rubriek 4.4).
Bij patiënten met sikkelceltrait of sikkelcelziekte zijn soms geïsoleerde gevallen gerapporteerd van
sikkelcelcrisis (zie rubriek 4.4).
Lijst van de bijwerkingen in tabelvorm
De gegevens in onderstaande tabel beschrijven bijwerkingen gerapporteerd in klinische onderzoeken
en spontaan gerapporteerde bijwerkingen. Binnen elke frequentiegroep staan de bijwerkingen in
volgorde van afnemende ernst.

MedDRA-
Bijwerkingen
systeem/orgaa
Zeer vaak
Vaak (1/100,
Soms (1/1.000,
Zelden
Zeer
nklasse
(1/10)
<1/10)
<1/100)
(1/10.00
zelden
0,
(<1/10.000)
<1/1.000)
Neoplasmata,

Myelodysplastisch

benigne,
syndroom1
maligne
Acute myeloïde
en
leukemie1
niet-
gespecificeerd
Bijwerkingen
systeem/orgaa
Zeer vaak
Vaak (1/100,
Soms (1/1.000,
Zelden
Zeer
nklasse
(1/10)
<1/10)
<1/100)
(1/10.00
zelden
0,
(<1/10.000)
<1/1.000)
(inclusief
cysten
en poliepen)
Bloed- en
Trombocytopenie Sikkelcelanemie


lymfestelselaan
1;
met crisis2
-doeningen
Leukocytose1
Miltvergroting2
Miltruptuur2
Immuunsystee
Overgevoeligheids-

maandoeninge
reacties;
n
Anafylaxie
Voedings- en

Verhoogd

stofwisselings-
urinezuur
stoornissen
Zenuwstelselaa Hoofdpijn1


ndoeningen
Bloedvataan-

Capillair-lek-
Aortitis

doeningen
syndroom1
Ademhalings-

` Adult respiratory Longbloed
stelsel-,
distress'-
ing
borstkas- en
syndroom2;
mediastinuma
Pulmonale
andoeningen
bijwerkingen
(interstitiële
pneumonie,
longoedeem
longinfiltraten en
longfibrose),
hemoptoë
Maagdarmstel Misselijkheid1


-selaandoe-
ningen
Huid- en

Sweetsyndroom
Stevens-Jo
onderhuid-
(acute febriele
hnson-
aandoeningen
neutrofiele
syndroom
dermatose)1,2;
Cutane vasculitis1,2
Skeletspier-
Botpijn
Skeletspierstelsel-

stelsel- en
pijn (myalgie,
bindweefsel-
artralgie, pijn in
aandoeningen
ledematen,
rugpijn,
skeletspierstelsel-
pijn, nekpijn)
Nier- en

Glomerulonefritis2

urineweg-
aandoeningen
Algemene
Pijn op de
Reacties op de

aandoeningen
injectieplaats1
injectieplaats2
en toedienings-
Niet-cardiale pijn
plaats-
in de borst
stoornissen
Bijwerkingen
systeem/orgaa
Zeer vaak
Vaak (1/100,
Soms (1/1.000,
Zelden
Zeer
nklasse
(1/10)
<1/10)
<1/100)
(1/10.00
zelden
0,
(<1/10.000)
<1/1.000)
Onderzoeken

Verhoogd

lactaatdehydro-
genase en verhoogd
alkalische
fosfatase1
Voorbijgaande
verhogingen
leverfunctietesten
van ALAT of
ASAT1
1 Zie onderstaande rubriek 'Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen'.
2 Deze bijwerking is vastgesteld in post-marketing surveillance, maar niet waargenomen in de
gerandomiseerde, gecontroleerde klinische onderzoeken bij volwassenen. De frequentiecategorie is
vastgesteld aan de hand van een statistische berekening gebaseerd op 1.576 patiënten die pegfilgrastim
kregen in negen gerandomiseerde klinische onderzoeken.
Beschrijving van geselecteerde bijwerkingen
Het Sweetsyndroom is soms gerapporteerd, al kunnen onderliggende hematologische maligniteiten in
sommige gevallen een rol spelen.
Cutane vasculitis is soms gerapporteerd bij patiënten behandeld met pegfilgrastim. Het mechanisme
achter vasculitis bij patiënten die pegfilgrastim krijgen, is niet bekend.

Reacties op de injectieplaats, inclusief erytheem op de injectieplaats (soms), evenals pijn op de
injectieplaats (vaak) zijn opgetreden bij de initiële of een volgende behandeling met pegfilgrastim.
Leukocytose (WBC > 100 × 109/l) is vaak gerapporteerd (zie rubriek 4.4).
Een reversibele, lichte tot matige stijging van urinezuur en alkalische fosfatase, zonder geassocieerde
klinische effecten, kwam soms voor; reversibele, lichte tot matige stijgingen van
lactaatdehydrogenase, zonder geassocieerde klinische effecten kwamen soms voor bij patiënten die na
cytotoxische chemotherapie behandeld werden met pegfilgrastim.
Misselijkheid en hoofdpijn kwamen zeer vaak voor bij patiënten die met chemotherapie behandeld
werden.
Bij leverfunctietesten wordt een verhoogd alanine-aminotransferase (ALAT) of aspartaat-
aminotransferase (ASAT) soms waargenomen bij patiënten die pegfilgrastim kregen na cytotoxische
chemotherapie. Deze verhogingen zijn van voorbijgaande aard en keren terug naar de beginwaarde.
Een verhoogd risico op MDS/AML na behandeling met Pelgraz in combinatie met chemotherapie
en/of radiotherapie is waargenomen in een epidemiologisch onderzoek bij borst- en
longkankerpatiënten (zie rubriek 4,4).
Trombocytopenie wordt vaak gerapporteerd.
Het capillair-lek-syndroom is gemeld in de post-marketing setting bij gebruik van een G-CSF. Over
het algemeen is dit opgetreden bij patiënten met gevorderde maligne aandoeningen, bij patiënten met
sepsis, bij patiënten die meerdere chemotherapeutica toegediend kregen of bij patiënten die aferese
hebben ondergaan (zie rubriek 4.4).

De ervaring bij kinderen is beperkt. Een hogere frequentie van ernstige bijwerkingen is waargenomen
bij kinderen in de leeftijd van 0-5 jaar (92%) dan bij kinderen in de leeftijd van 6-11 en 12-21 jaar
(respectievelijk 80% en 67%) en volwassenen. De frequentst gerapporteerde bijwerking was botpijn
(zie rubriek 5.1 en 5.2).
Melding van vermoedelijke bijwerkingen
Het is belangrijk om na toelating van het geneesmiddel vermoedelijke bijwerkingen te melden. Op
deze wijze kan de verhouding tussen voordelen en risico's van het geneesmiddel voortdurend worden
gevolgd. Beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg worden verzocht alle vermoedelijke
bijwerkingen te melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V.

4.9 Overdosering
Er zijn subcutaan enkelvoudige doses van 300 mcg/kg toegediend aan een beperkt aantal gezonde
vrijwilligers en patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom zonder dat ernstige bijwerkingen
optraden. De bijwerkingen waren vergelijkbaar met die bij personen die lagere doses pegfilgrastim
kregen.
5.
FARMACOLOGISCHE EIGENSCHAPPEN

5.1 Farmacodynamische eigenschappen
Farmacotherapeutische categorie: immunostimulantia, koloniestimulerende factor; ATC-code:
L03AA13
Pelgraz is een biosimilar. Gedetailleerde informatie is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).
Humaan granulocytkoloniestimulerende factor (G-CSF) is een glycoproteïne, dat de productie en
afgifte van neutrofielen door het beenmerg reguleert. Pegfilgrastim is een covalent conjugaat van
recombinant humaan G-CSF (r-metHuG-CSF) met één enkel molecuul PEG van 20 kd. Pegfilgrastim
is een vorm van filgrastim met een verlengde werkingsduur als gevolg van een verminderde renale
klaring. Van pegfilgrastim en filgrastim is aangetoond dat zij een identiek werkingsmechanisme
hebben dat binnen 24 uur een duidelijke verhoging van het aantal neutrofielen in het perifere bloed
veroorzaakt, met een geringe stijging van het aantal monocyten en/of lymfocyten. Net zoals bij
filgrastim is de functie van de neutrofielen, geproduceerd in respons op pegfilgrastim normaal of
versterkt, wat aangetoond is met behulp van chemotaxis- en fagocytosefunctietesten. Net als bij andere
hematopoëtische groeifactoren vertoont G-CSF in-vitro stimulerende eigenschappen op humane
endotheelcellen. G-CSF kan in vitro de groei van myeloïde cellen, inclusief maligne cellen,
bevorderen en vergelijkbare effecten zouden in vitro kunnen worden waargenomen bij sommige niet-
myeloïde cellen.
In twee gerandomiseerde, dubbelblinde kernonderzoeken bij patiënten met hoog-risico stadium II-IV
borstkanker die myelosuppressieve chemotherapie toegediend kregen, bestaande uit doxorubicine en
docetaxel, verminderde één dosis pegfilgrastim, eenmalig per cyclus toegediend, de duur van de
neutropenie en de incidentie van febriele neutropenie in dezelfde mate als waargenomen bij dagelijkse
toediening van filgrastim (mediaan van 11 dagelijkse toedieningen). Bij afwezigheid van
ondersteuning met groeifactoren is gerapporteerd dat dit regime leidt tot een gemiddelde duur van
graad 4 neutropenie van 5 tot 7 dagen en een incidentie van febriele neutropenie van 30-40%. In één
onderzoek (n = 157), waar een vaste dosis van 6 mg pegfilgrastim werd gebruikt, was de gemiddelde
duur van graad 4 neutropenie voor de pegfilgrastimgroep 1,8 dagen vergeleken met 1,6 dagen in de
filgrastimgroep (verschil 0,23 dagen, 95% BI -0,15; 0,63). Over het gehele onderzoek was het
percentage febriele neutropenie 13% bij de patiënten behandeld met pegfilgrastim vergeleken met
onderzoek (n = 310) waarin een op het lichaamsgewicht afgestemde dosering (100 mcg/kg) werd
gebruikt, was de gemiddelde duur van graad 4 neutropenie in de pegfilgrastim groep 1,7 dagen
vergeleken met 1,8 dagen in de filgrastim groep (verschil 0,03 dagen; 95% BI -0,36; 0,30). Het totale
percentage febriele neutropenie was 9% bij de patiënten behandeld met pegfilgrastim en 18% bij de
patiënten behandeld met filgrastim (verschil 9%; 95% BI -16,8%; -1,1%).
In een placebo-gecontroleerd, dubbelblind onderzoek bij patiënten met borstkanker werd het effect
van pegfilgrastim op de incidentie van febriele neutropenie geëvalueerd na een chemotherapeutisch
regime geassocieerd met een febriel neutropenierisico van 10-20 % (docetaxel 100 mg/m2 eens per 3
weken gedurende 4 cycli). 928 patiënten werden gerandomiseerd naar één dosis pegfilgrastim of
placebo, ongeveer 24 uur (dag 2) na de chemotherapie in elke cyclus. De incidentie van febriele
neutropenie was lager in de groep patiënten die pegfilgrastim gekregen had dan in de placebogroep (1
% versus 17 %, p<0,001). De incidentie van ziekenhuisopname en het gebruik van intraveneuze anti-
infectieuze middelen geassocieerd met een klinische diagnose van febriele neutropenie was lager in de
pegfilgrastimgroep dan in de placebogroep (1 % versus 14 %, p<0,001; en 2 % versus 10 %, p<0,001).
Een klein (n = 83) fase II, gerandomiseerd, dubbelblind onderzoek bij patiënten die chemotherapie
ontvingen voor de novo AML vergeleek pegfilgrastim (enkelvoudige dosis van 6 mg) met filgrastim,
toegediend gedurende inductie chemotherapie. De mediane tijd tot herstel van ernstige neutropenie
werd geschat op 22 dagen in beide behandelgroepen. Het langetermijnresultaat werd niet bestudeerd
(zie rubriek 4.4).
In een fase II (n = 37), multicenter, gerandomiseerd, open-label onderzoek bij pediatrische patiënten
met een sarcoom die met 100 mcg/kg pegfilgrastim behandeld werden volgend op de eerste
chemotherapie cyclus met vincristine, doxorubicine en cyclofosfamide (VAdriaC/IE), werd een
langere duur van ernstige neutropenie (neutrofielen < 0,5 × 109/l) waargenomen bij kinderen in de
leeftijd van 0-5 jaar (8,9 dagen) dan bij kinderen in de leeftijd van 6-11 jaar en 12-21 jaar
(respectievelijk 6 dagen en 3,7 dagen) en volwassenen. Tevens werd een hogere incidentie van febriele
neutropenie waargenomen bij kinderen in de leeftijd van 0-5 jaar (75%) dan bij kinderen in de leeftijd
van 6-11 jaar en 12-21 jaar (respectievelijk 70% en 33%) en volwassenen (zie rubriek 4.8 en 5.2).

5.2 Farmacokinetische eigenschappen
Na één enkele subcutane dosis pegfilgrastim, wordt de piekserumconcentratie van pegfilgrastim 16 tot
120 uur na toediening bereikt. Na myelosuppressieve chemotherapie blijft de serumconcentratie van
pegfilgrastim gehandhaafd tijdens de periode van neutropenie. Er is geen lineair verband tussen de
eliminatie en de dosis van pegfilgrastim. De serumklaring van pegfilgrastim neemt af bij een hogere
dosis. Pegfilgrastim lijkt voornamelijk te worden geëlimineerd door neutrofielgemedieerde klaring, die
verzadigd raakt bij hogere dosering. Consistent met een zelfregulerend klaringsmechanisme neemt de
serumconcentratie van pegfilgrastim snel af zodra het aantal neutrofielen begint te herstellen (zie
figuur 1).


Figuur 1. Profiel van de mediane serumconcentratie van pegfilgrastim en het absolute

neutrofielenaantal (ANC) bij patiënten behandeld met chemotherapie na één enkele injectie van
6 mg

Vanwege het neutrofiel-gemedieerde klaringsmechanisme wordt niet verwacht dat de farmacokinetiek
van pegfilgrastim beïnvloed wordt door lever- of nierfunctiestoornissen. In een open-label onderzoek
(n = 31) met een enkelvoudige dosis hadden diverse stadia van nierfunctiestoornis, met inbegrip van
terminale nierinsufficiëntie, geen invloed op de farmacokinetiek van pegfilgrastim.
Ouderen
Beperkte gegevens duiden erop dat de farmacokinetiek van pegfilgrastim bij ouderen (> 65 jaar)
vergelijkbaar is met die bij volwassenen.
Pediatrische patiënten
De farmacokinetiek van pegfilgrastim werd bestudeerd bij 37 pediatrische patiënten met sarcoom die
behandeld werden met 100 mcg/kg pegfilgrastim na VAdriaC/IE-chemotherapie. De jongste
leeftijdsgroep (0-5 jaar) had een hogere gemiddelde blootstelling aan pegfilgrastim (AUC) (±
standaarddeviatie) (47,9 ± 22,5 mcg·uur/ml) dan kinderen in de leeftijd van 6-11 jaar en 12-21 jaar
(respectievelijk 22,0 ± 13,1 mcg·uur/ml en 29,3 ± 23,2 mcg·uur/ml) (zie rubriek 5.1). Met
uitzondering van de jongste leeftijdsgroep (0-5 jaar) bleek de gemiddelde AUC bij pediatrische
patiënten gelijk te zijn aan die van volwassen patiënten met hoog-risico stadium II-IV borstkanker die
behandeld werden met 100 mcg/kg pegfilgrastim na doxorubicine/docetaxel (zie rubriek 4.8 en 5.1).

5.3 Gegevens uit het preklinisch veiligheidsonderzoek
Preklinische gegevens van conventioneel onderzoek op het gebied van toxiciteit bij herhaalde dosering
toonden de verwachte farmacologische effecten, zoals toename van het aantal leukocyten, myeloïde
hyperplasie in het beenmerg, extramedullaire hematopoëse en miltvergroting.
Er zijn geen bijwerkingen waargenomen bij nakomelingen van ratten die, tijdens de zwangerschap,
pegfilgrastim subcutaan toegediend kregen. Bij konijnen is echter aangetoond dat pegfilgrastim bij
cumulatieve doses van ongeveer 4 maal de aanbevolen dosis voor mensen embryonale/foetale
toxiciteit (embryoverlies) veroorzaakt, wat niet optrad wanneer zwangere konijnen werden
blootgesteld aan de aanbevolen dosis voor mensen. In onderzoeken bij ratten is aangetoond dat
voortplantingsprestaties, vruchtbaarheid, oestrische cyclus, de dagen tussen paarvorming en coïtus, en
intra-uteriene overleving niet werden beïnvloed door subcutaan toegediend pegfilgrastim. De
relevantie van deze resultaten voor mensen is niet bekend.
6.
FARMACEUTISCHE GEGEVENS

6.1 Lijst van hulpstoffen
Natriumacetaat*
Sorbitol (E420)
Polysorbaat 20
Water voor injecties
* Natriumacetaat wordt gevormd door titratie van ijsazijnzuur met natriumhydroxide.

6.2 Gevallen van onverenigbaarheid
Dit geneesmiddel mag niet gemengd worden met andere geneesmiddelen, in het bijzonder oplossingen
van natriumchloride.

6.3 Houdbaarheid
3 jaar.

6.4 Speciale voorzorgsmaatregelen bij bewaren
Bewaren in de koelkast (2 °C ­ 8 °C).
Pelgraz mag eenmalig, maximaal 72 uur, blootgesteld worden aan kamertemperatuur (niet boven
25 °C ± 2 °C). Pelgraz dat langer dan 72 uur op kamertemperatuur is gehouden, dient te worden
vernietigd.
Niet in de vriezer bewaren. Eenmalige accidentele blootstelling aan temperaturen onder het vriespunt
gedurende minder dan 24 uur, heeft geen negatieve invloed op de stabiliteit van Pelgraz.
De container in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.

6.5 Aard en inhoud van de verpakking
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit
Voorgevulde spuit (glas type I), met een permanent bevestigde roestvrijstalen injectienaald met een
naaldhoes.
De naaldhoes van de voorgevulde spuit bevat droog natuurlijk rubber (zie rubriek 4.4).
Elke voorgevulde spuit bevat 0,6 ml oplossing voor injectie. Verpakkingsgrootte van één voorgevulde
spuit met één alcoholdoekje in een blisterverpakking.
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde injector
Voorgevulde injector die een voorgevulde spuit (glas type I), die een permanent bevestigde
roestvrijstalen injectienaald bevat. De voorgevulde spuit is extern uitgerust met het toestel voor
zelftoediening (voorgevulde injector).

Elke voorgevulde injector bevat 0,6 ml oplossing voor injectie. Verpakkingsgrootte van één
voorgevulde injector met één alcoholdoekje in een blisterverpakking.

6.6 Speciale voorzorgsmaatregelen voor het verwijderen en andere instructies
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit
Voorafgaand aan het gebruik dient de Pelgraz-oplossing visueel onderzocht te worden op deeltjes.
Alleen heldere en kleurloze oplossingen mogen geïnjecteerd worden.
Door krachtig schudden kan pegfilgrastim neerslaan, waardoor het biologisch inactief wordt.
Laat de voorgevulde spuit gedurende 30 minuten op kamertemperatuur komen alvorens te injecteren.
Gebruik van de voorgevulde spuit met naaldhoes
De naaldhoes bedekt de naald na injectie ter voorkoming van prikaccidenten. Dit heeft geen invloed
op de normale werking van de spuit. Druk de zuiger langzaam en gelijkmatig in tot de hele dosis is
toegediend en de zuiger niet verder kan worden ingedrukt. Houd de zuiger ingedrukt terwijl u de spuit
uit de injectieplaats verwijdert. Zodra u de zuiger loslaat, zal de naaldhoes de naald bedekken.
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde injector
Voorafgaand aan het gebruik dient de Pelgraz-oplossing visueel onderzocht te worden op deeltjes.
Alleen heldere en kleurloze oplossingen mogen geïnjecteerd worden.
Door krachtig schudden kan pegfilgrastim neerslaan, waardoor het biologisch inactief wordt.
Laat de voorgevulde injector gedurende 30 minuten op kamertemperatuur komen alvorens te
injecteren.
Verwijdering
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.
7.
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
Accord Healthcare S.L.U.
World Trade Center, Moll de Barcelona, s/n,
Edifici Est 6ª planta,
08039 Barcelona,
Spanje
8.
NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN HANDEL BRENGEN
EU/1/18/1313/001
EU/1/18/1313/002
DATUM EERSTE VERGUNNINGVERLENING/VERLENGING VAN DE
VERGUNNING
Datum van eerste verlening van de vergunning: 21 september 2018
10. DATUM VAN HERZIENING VAN DE TEKST
Gedetailleerde informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).










BIJLAGE II

A.
FABRIKANT VAN DE BIOLOGISCH WERKZAME STOF
EN FABRIKANT VERANTWOORDELIJK VOOR
VRIJGIFTE

B.

VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN
LEVERING EN GEBRUIK

C.

ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE
HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN MOETEN WORDEN NAGEKOMEN

D.

VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING
TOT EEN VEILIG EN DOELTREFFEND GEBRUIK VAN
HET GENEESMIDDEL

VERANTWOORDELIJK VOOR VRIJGIFTE
Naam en adres van de fabrikant van de biologisch werkzame stof
Intas Pharmaceuticals Limited
Plot no 423 / P/A
Sarkhej Bavla Highway
Village Moraiya, Taluka Sanand,
Ahmedabad ­ 382213
Gujarat
INDIA
Naam en adres van de fabrikant verantwoordelijk voor vrijgifte
Accord Healthcare Limited
Sage House, 319 Pinner Road
North Harrow,
Middlesex HA1 4HF
Verenigd Koninkrijk
Accord Healthcare Polska Sp.z o.o.,
ul. Lutomierska 50,95-200 Pabianice, Polen
Accord Healthcare B.V.,
Winthontlaan 200,
3526 KV Utrecht,
Nederland
In de gedrukte bijsluiter van het geneesmiddel moeten de naam en het adres van de fabrikant die
verantwoordelijk is voor vrijgifte van de desbetreffende batch zijn opgenomen.
B.
VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN TEN AANZIEN VAN LEVERING EN
GEBRUIK
Aan beperkt medisch voorschrift onderworpen geneesmiddel (zie bijlage I: Samenvatting van de
productkenmerken, rubriek 4.2).
C. ANDERE VOORWAARDEN EN EISEN DIE DOOR DE HOUDER VAN DE
VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN MOETEN WORDEN
NAGEKOMEN


Periodieke veiligheidsverslagen
De vereisten voor de indiening van periodieke veiligheidsverslagen worden vermeld in de lijst met
Europese referentiedata (EURD-lijst), waarin voorzien wordt in artikel 107c, onder punt 7 van
Richtlijn 2001/83/EG en eventuele hierop volgende aanpassingen gepubliceerd op het Europese
webportaal voor geneesmiddelen.


D. VOORWAARDEN OF BEPERKINGEN MET BETREKKING TOT EEN VEILIG EN

DOELTREFFEND GEBRUIK VAN HET GENEESMIDDEL
Risk Management Plan (RMP)
geneesmiddelenbewaking, zoals uitgewerkt in het overeengekomen RMP en weergegeven in module
1.8.2 van de handelsvergunning, en in eventuele daaropvolgende overeengekomen RMP-
aanpassingen.

Een aanpassing van het RMP wordt ingediend:
op verzoek van het Europees Geneesmiddelenbureau;
steeds wanneer het risicomanagementsysteem gewijzigd wordt, met name als gevolg van het
beschikbaar komen van nieuwe informatie die kan leiden tot een belangrijke wijziging van de
bestaande verhouding tussen de voordelen en risico's of nadat een belangrijke mijlpaal (voor
geneesmiddelenbewaking of voor beperking van de risico's tot een minimum) is bereikt.












BIJLAGE III

ETIKETTERING EN BIJSLUITER













A. ETIKETTERING
GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD

BUITENVERPAKKING (VOORGEVULDE SPUIT)

1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit
pegfilgrastim
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde spuit bevat 6 mg pegfilgrastim in 0,6 ml (10 mg/ml) oplossing voor injectie.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: natriumacetaat, sorbitol (E420), polysorbaat 20, water voor injecties. Lees de bijsluiter
voor verdere informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie.
1 voorgevulde spuit + 1 alcoholdoekje
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Subcutaan gebruik.
Voor gebruik de bijsluiter lezen.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
Vermijd krachtig schudden.
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast.
Niet in de vriezer bewaren.
De spuit in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Accord Healthcare S.L.U.
World Trade Center, Moll de Barcelona, s/n,
Edifici Est 6ª planta,
08039 Barcelona,
Spanje
12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/18/1313/001
13. PARTIJNUMMER
Lot
14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16 INFORMATIE IN BRAILLE

Pelgraz 6 mg
17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
PC:
SN:
NN:

GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD

ETIKET (VOORGEVULDE SPUIT)


1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit
pegfilgrastim
Subcutaan gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
4.
PARTIJNUMMER
Lot
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6 mg
6.
OVERIGE
Accord











GEGEVENS DIE OP DE BUITENVERPAKKING MOETEN WORDEN VERMELD

BUITENVERPAKKING (VOORGEVULDE INJECTOR)

1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde injector
pegfilgrastim
2.
GEHALTE AAN WERKZAME STOF(FEN)
Elke voorgevulde injector bevat 6 mg pegfilgrastim in 0,6 ml (10 mg/ml) oplossing voor injectie.
3.
LIJST VAN HULPSTOFFEN
Hulpstoffen: natriumacetaat, sorbitol (E420), polysorbaat 20, water voor injecties. Lees de bijsluiter
voor verdere informatie.
4.
FARMACEUTISCHE VORM EN INHOUD
Oplossing voor injectie.
1 voorgevulde injector + 1 alcoholdoekje
5.
WIJZE VAN GEBRUIK EN TOEDIENINGSWEG(EN)
Subcutaan gebruik.
Voor gebruik de bijsluiter lezen.
6.
EEN SPECIALE WAARSCHUWING DAT HET GENEESMIDDEL BUITEN HET
ZICHT EN BEREIK VAN KINDEREN DIENT TE WORDEN GEHOUDEN
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
7.
ANDERE SPECIALE WAARSCHUWING(EN), INDIEN NODIG
Vermijd krachtig schudden.
8.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
9.
BIJZONDERE VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE BEWARING
Bewaren in de koelkast.
Niet in de vriezer bewaren.
De voorgevulde injector in de buitenverpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
NIET-GEBRUIKTE GENEESMIDDELEN OF DAARVAN AFGELEIDE
AFVALSTOFFEN (INDIEN VAN TOEPASSING)
11. NAAM EN ADRES VAN DE HOUDER VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE
HANDEL BRENGEN
Accord Healthcare S.L.U.
World Trade Center, Moll de Barcelona, s/n,
Edifici Est 6ª planta,
08039 Barcelona,
Spanje
12. NUMMER(S) VAN DE VERGUNNING VOOR HET IN DE HANDEL BRENGEN
EU/1/18/1313/002
13. PARTIJNUMMER
Lot
14. ALGEMENE INDELING VOOR DE AFLEVERING
15. INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK

16 INFORMATIE IN BRAILLE

Pelgraz 6 mg
17. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - 2D MATRIXCODE
2D matrixcode met het unieke identificatiekenmerk.
18. UNIEK IDENTIFICATIEKENMERK - VOOR MENSEN LEESBARE GEGEVENS
PC:
SN:
NN:

GEGEVENS DIE IN IEDER GEVAL OP PRIMAIRE KLEINVERPAKKINGEN MOETEN
WORDEN VERMELD

ETIKET (VOORGEVULDE INJECTOR)


1.
NAAM VAN HET GENEESMIDDEL EN DE TOEDIENINGSWEG(EN)
Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde injector
pegfilgrastim
Subcutaan gebruik
2.
WIJZE VAN TOEDIENING
3.
UITERSTE GEBRUIKSDATUM
EXP
4.
PARTIJNUMMER
Lot
5.
INHOUD UITGEDRUKT IN GEWICHT, VOLUME OF EENHEID
6 mg
6.
OVERIGE
Accord
























B. BIJSLUITER

Bijsluiter: informatie voor de gebruiker

Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde spuit
pegfilgrastim
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.

Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke

informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.

Inhoud van deze bijsluiter

1.
Wat is Pelgraz en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Pelgraz en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Pelgraz bevat de werkzame stof pegfilgrastim. Pegfilgrastim is een eiwit dat door middel van
biotechnologie geproduceerd wordt in bacteriën genaamd E. coli. Het behoort tot een groep eiwitten
die 'cytokinen' genoemd worden en het lijkt sterk op een natuurlijk eiwit
(granulocytkoloniestimulerende factor) dat door uw eigen lichaam wordt gemaakt.
Pelgraz wordt gebruikt om de duur van neutropenie (laag aantal witte bloedcellen) en het optreden van
febriele neutropenie (laag aantal witte bloedcellen gepaard gaande met koorts) te verminderen. Deze
kunnen veroorzaakt worden door het gebruik van cytotoxische chemotherapie (geneesmiddelen die
snel groeiende cellen vernietigen). De witte bloedcellen zijn belangrijk, omdat zij uw lichaam helpen
infecties te bestrijden. Deze cellen zijn zeer gevoelig voor de effecten van chemotherapie waardoor het
aantal van deze cellen in uw lichaam kan verminderen. Indien het aantal witte bloedcellen daalt tot een
laag niveau kan het zijn dat er niet meer genoeg in uw lichaam zijn om bacteriën te bestrijden en loopt
u een groter risico op infecties.
Uw arts heeft u Pelgraz voorgeschreven om uw beenmerg (het deel van het bot dat bloedcellen
aanmaakt) te stimuleren om meer witte bloedcellen aan te maken die uw lichaam helpen om infecties
te bestrijden.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?

Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?


U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6. Of u bent allergisch voor pelgrastim.


Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit middel gebruikt als u:
een allergische reactie heeft, waaronder zwakte, daling van de bloeddruk, bemoeilijkte
ademhaling, opgezwollen gezicht (anafylaxie), roodheid en blozen, huiduitslag en jeukende
huidgebieden.
allergisch bent voor latex. De naalddop van de voorgevulde spuit bevat een derivaat van latex en
kan ernstige allergische reacties veroorzaken.
hoest, koorts heeft en moeite heeft met ademhalen. Dit kan een symptoom zijn van ` acute
respiratory distress'-syndroom (ARDS).
een van de volgende bijwerkingen of een combinatie daarvan heeft:
-
zwelling of opgeblazenheid, wat in verband kan staan met minder vaak plassen, moeite
met ademhalen, zwelling van de buik en een vol gevoel, en een algemeen gevoel van
vermoeidheid.
Dit kunnen symptomen zijn van een aandoening genaamd 'capillair-lek-syndroom' waarbij
bloed uit de kleine bloedvaten in uw lichaam lekt. Zie rubriek 4.
pijn krijgt linksboven in de buik of in de punt van uw schouder. Dit kan een aanwijzing zijn van
een probleem met uw milt (splenomegalie).
onlangs een ernstige longinfectie (pneumonie), vocht in de longen (longoedeem), ontsteking van
de longen (longfibrose) of een afwijkende uitslag op een röntgenfoto van de borstkas
(longinfiltraat) heeft gehad.
op de hoogte bent van veranderingen in uw bloedbeeld (bijvoorbeeld een verhoogd aantal witte
bloedcellen of anemie) of een verlaagd aantal bloedplaatjes, waardoor uw bloed minder
gemakkelijk stolt (trombocytopenie). Uw arts wil u mogelijk intensiever in de gaten houden.
sikkelcelziekte heeft. Uw arts wil uw aandoening mogelijk intensiever in de gaten houden.
als u borst- of longkanker heeft. In combinatie met chemotherapie en/of radiotherapie kan
Pelgraz uw risico verhogen op een precancereuze bloedaandoening die myelodysplastisch
syndroom (MDS) wordt genoemd of op een bloedkanker die acute myeloïde leukemie (AML)
wordt genoemd. Symptomen hiervan zijn onder andere vermoeidheid, koorts en gemakkelijk
blauwe plekken of bloedingen krijgen.
plotselinge symptomen van allergie heeft, zoals uitslag, jeuk of huiduitslag met hevige jeuk en
vorming van bultjes (galbulten) op de huid (netelroos), zwelling van het gezicht, de lippen, de
tong of andere delen van het lichaam, kortademigheid, piepende ademhaling of moeite met
ademhalen. Dit kunnen verschijnselen zijn van een ernstige allergische reactie.
Aangezien Pelgraz de kleine filters in uw nieren kan beschadigen (glomerulonefritis), zal uw arts uw
bloed en urine regelmatig controleren.
Ernstige huidreacties (Stevens-Johnson-syndroom) zijn gemeld in combinatie met het gebruik van
Pelgraz. Stop het gebruik van Pelgraz en zoek onmiddellijk medische hulp als u klachten opmerkt
zoals beschreven in rubriek 4.
Spreek met uw arts over uw risico's om vormen van bloedkanker te ontwikkelen. Als u een vorm van
bloedkanker ontwikkelt of een groot risico loopt een vorm van bloedkanker te ontwikkelen, mag u
Pelgraz niet gebruiken, tenzij uw arts u dat voorschrijft.
Als u symptomen heeft van ontsteking van de aorta (het grote bloedvat dat bloed van het hart naar het
lichaam voert), dit is zelden gemeld bij kankerpatiënten en gezonde donoren. De symptomen kunnen
koorts, buikpijn, algemeen onwel, ziek voelen (malaise), rugpijn en meer ontstekingsmarkers
omvatten. Vertel het uw arts als u deze symptomen krijgt.

Verlies van een behandelingseffect met pegfilgrastim
pegfilgrastim te behouden ervaart, zal uw arts de redenen hiervoor onderzoeken, bijvoorbeeld of u
antilichamen heeft ontwikkeld die de activiteit van pegfilgrastim neutraliseren.

Kinderen en jongeren tot 18 jaar

De veiligheid en werkzaamheid van Pelgraz bij kinderen zijn nog niet vastgesteld. Vraag uw arts of
apotheker om advies voordat u geneesmiddelen inneemt.

Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?


Gebruikt u naast Pelgraz nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kortgeleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw
arts of apotheker.

Zwangerschap en borstvoeding

Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel gebruikt. Pelgraz is niet getest bij
zwangere vrouwen. Het is belangrijk dat u uw arts op de hoogte brengt als u:
zwanger bent;
denkt dat u zwanger bent; of
van plan bent om zwanger te worden.
Als u tijdens behandeling met Pelgraz zwanger wordt, vertel dat dan aan uw arts.
Tenzij uw arts u een andere instructie geeft, moet u stoppen met borstvoeding als u Pelgraz gebruikt.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines

Pelgraz heeft geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid of het vermogen om machines
te bedienen.

Pelgraz bevat sorbitol (E420) en natrium
Dit middel bevat 30 mg sorbitol per voorgevulde spuit, overeenkomend met 50 mg/ml.
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 6 mg, d.w.z. dat het in wezen
`natriumvrij' is.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Pelgraz is bestemd voor gebruik bij volwassen van 18 jaar en ouder.
Gebruik dit middel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het
juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. De aanbevolen dosering is één
subcutane injectie (injectie onder de huid) met een voorgevulde spuit van 6 mg toegediend ten minste
24 uur na de laatste dosis chemotherapie aan het einde van elke chemotherapiecyclus.
U mag Pelgraz niet hard schudden, want dan kan het minder werkzaam worden.

Zelf Pelgraz toedienen

Uw arts kan beslissen dat het voor u handiger is als u Pelgraz zelf injecteert. Uw arts of
verpleegkundige zal u tonen hoe u zichzelf kunt injecteren. Probeer niet uzelf te injecteren, tenzij u
speciale training hebt gehad van uw arts of verpleegkundige.
worden behandeld in nauwe en voortdurende samenwerking met uw arts.
Als u niet zeker weet hoe u uzelf moet injecteren of als u vragen heeft, vraag dan uw arts of
verpleegkundige om hulp.

Hoe injecteer ik Pelgraz zelf?
U moet uzelf een injectie geven in het weefsel net onder de huid. Dit wordt een subcutane of
onderhuidse injectie genoemd.

Apparatuur die u nodig heeft
Om uzelf een onderhuidse injectie toe te dienen heeft u nodig:
een voorgevulde spuit van Pelgraz en
alcoholdoekjes of iets vergelijkbaars.

Wat moet ik doen voordat ik mezelf een onderhuidse injectie met Pelgraz toedien?
1.
Haal de voorgevulde spuit met Pelgraz uit de koelkast.
2.
Verwijder de naaldhoes niet van de spuit tot u klaar bent om de injectie toe te dienen.
3.
Controleer de uiterste houdbaarheidsdatum op het etiket op de voorgevulde spuit (EXP).
Gebruik de spuit niet als de laatste dag van de maand op het etiket verstreken is, of als de spuit
langer dan 15 dagen buiten de koelkast heeft gelegen of tekenen van bederf vertoont.
4.
Kijk hoe de spuit met Pelgraz eruitziet. Het moet een heldere, kleurloze vloeistof zijn. Als er
zichtbare deeltjes in zitten, mag u de spuit niet gebruiken.
5.
Om de injectie wat comfortabeler te maken, kunt u de voorgevulde spuit 30 minuten op
kamertemperatuur laten liggen of hem een paar minuten voorzichtig in uw hand houden. Warm
Pelgraz op geen enkele andere manier op (warm de spuit bijvoorbeeld niet op in de magnetron
of in warm water).
6.
Was uw handen grondig.
7.
Kies een comfortabel, goed verlicht oppervlak en plaats alle benodigdheden binnen handbereik
(de voorgevulde spuit met Pelgraz en het alcoholdoekje).

Hoe bereid ik mijn Pelgraz-injectie voor?
Voordat u Pelgraz injecteert, moet u het volgende doen:
1.
Houd de spuit vast en verwijder voorzichtig de beschermhoes van de naald zonder te draaien.
Trek hem er recht af, zoals in afbeelding 1 en 2 wordt aangegeven. Raak de naald niet aan en
druk de zuiger niet in.


1

2


2.
U kunt een kleine luchtbel opmerken in de voorgevulde spuit. U hoeft de luchtbel niet te
verwijderen vóór het injecteren. Het is niet gevaarlijk om de oplossing met de luchtbel te
injecteren.
3.
U kunt nu de voorgevulde spuit gebruiken.

Waar moet ik de injectie toedienen?
De beste plaatsen om uzelf te injecteren zijn:
het bovenste gedeelte van de dijen; en
de buik, behalve in het gebied rond de navel (zie afbeelding 3).



3

Als iemand anders de injectie toedient, kan hij of zij ook de achterkant van uw armen gebruiken (zie
afbeelding 4).

4

Het is het beste om elke dag van injectieplaats te veranderen om het risico van pijn op een
injectieplaats te voorkomen.

Hoe dien ik mijn injectie toe?
a.
Desinfecteer de injectieplaats met een alcoholdoekje en neem de huid tussen duim en wijsvinger
vast zonder te knijpen (zie afbeelding 5).


5

Voorgevulde spuit met naaldhoes
b. Steek de naald geheel in de huid, zoals uw arts of verpleegkundige u dat heeft geleerd (zie
afbeelding 6).
c.
Trek de zuiger voorzichtig op om te controleren of u geen bloedvat heeft aangeprikt. Als u
bloed in de spuit ziet, trekt u de naald eruit en steekt u deze op een andere plaats weer in de
huid.
d.
Duw de zuiger met een trage, constante druk in terwijl u de vingerflens vasthoudt en de huid
blijft vasthouden, totdat de hele dosis is toegediend en de zuiger niet verder kan worden
ingedrukt. Houd de zuiger ingedrukt en laat hem niet los!
e.
Nadat u de vloeistof heeft ingespoten, trekt u de naald eruit terwijl u de spuit in dezelfde hoek
blijft houden en uw duim op de zuiger houdt. Laat dan uw huid los. De naaldhoes bedekt de
naald automatisch en u hoort een "klik" als de hoes in werking treed (zie afbeelding 7). De
naaldhoes treedt pas in werking als u de gehele dosis heeft toegediend.

6



7

Vergeet niet:
Mocht u problemen hebben, aarzel dan niet om hulp of advies te vragen aan uw arts of
verpleegkundige.

Afvoeren van gebruikte naalden

Voer de naalden af zoals uw arts, apotheker of verpleegkundige u dat heeft verteld.

Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u meer Pelgraz heeft gebruikt dan u zou mogen, dient u contact op te nemen met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.

Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u zichzelf injecteert en uw dosis Pelgraz bent vergeten, dient u contact op te nemen met uw arts
om te overleggen wanneer u de volgende dosis dient te injecteren.

Als u stopt met het gebruik van dit middel
Uw arts zal u vertellen wanneer u moet stoppen met het gebruik van Pelgraz. Het is heel normaal om
meerdere behandelingskuren met Pelgraz te krijgen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
4.
Mogelijke bijwerkingen
Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen hebben, al krijgt niet iedereen
daarmee te maken.
Vertel het uw arts onmiddellijk als u last heeft van één of meerdere van de volgende bijwerkingen:
·
zwelling of opgeblazenheid, wat in verband kan staan met minder vaak plassen, moeite met
ademhalen, zwelling van de buik en een vol gevoel en een algemeen gevoel van vermoeidheid.
Deze symptomen treden over het algemeen snel op.
gebruikers) aandoening genaamd "capillair-lek-syndroom" waarbij bloed uit de kleine bloedvaten in
uw lichaam lekt. Het capillair-lek-syndroom vereist onmiddellijke medische hulp.

Zeer vaak voorkomende bijwerkingen (komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers):
botpijn. Uw arts zal u zeggen wat u kunt nemen om de botpijn te verlichten.
misselijkheid en hoofdpijn.

Vaak voorkomende bijwerkingen (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers):
pijn op de injectieplaats.
pijn in het hele lichaam en pijn in de gewrichten en spieren.
pijn op de borst die niet het gevolg is van een hartziekte of een hartaanval.
er kunnen veranderingen voorkomen in uw bloedbeeld, maar die worden gezien bij routinematig
bloedonderzoek. Het aantal witte bloedcellen kan voor een korte tijd hoog worden. Het aantal
bloedplaatjes kan dalen en dit kan resulteren in bloeduitstortingen.

Soms voorkomende bijwerkingen (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers):
allergie-achtige reacties, waaronder roodheid en blozen, huiduitslag en jeukende verheven
huidgebieden.
ernstige allergische reacties, waaronder anafylaxie (zwakte, daling van de bloeddruk,
bemoeilijkte ademhaling, opgezet gezicht).
miltvergroting.
miltruptuur. Sommige gevallen van miltruptuur waren fataal. Het is belangrijk dat u
onmiddellijk contact opneemt met uw arts wanneer u pijn voelt in de linker bovenbuik of linker
schouder, omdat dit kan verwijzen naar een probleem met uw milt.
ademhalingsproblemen. Informeer uw arts indien u hoest, koorts en ademhalingsmoeilijkheden
heeft.
Sweetsyndroom (paars gekleurde, gezwollen, pijnlijke afwijkingen aan de ledematen en soms
het gezicht en de nek-hals met koorts) is voorgevallen, maar andere factoren kunnen een rol
spelen.
cutane vasculitis (ontsteking van de bloedvaten in de huid).
schade aan de kleine filters in uw nieren (glomerulonefritis).
roodheid op de injectieplaats.
abnormale resultaten van een bloedtest (lactaatdehydrogenase, urinezuur en alkalische
fosfatase).
abnormale resultaten van een bloedtest om te kijken hoe goed uw lever werkt (alanine-
aminotransferase en aspartaat-aminotransferase).
bloed ophoesten (hemoptoë)
bloedaandoeningen (myelodysplastisch syndroom [MDS] of acute myeloïde leukemie [AML]).

Zelden voorkomende bijwerkingen (komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers):
ontsteking van de aorta (het grote bloedvat dat bloed van het hart naar het lichaam voert), zie
rubriek 2.
bloeding van de longen (longbloeding)
het Stevens-Johnson-syndroom, dat kan optreden als rode schietschijfachtige of ringvormige
plekken, vaak met blaren op de romp, loslating van de huid, zweren in de mond, keel, neus,
geslachtsdelen en ogen, en kan worden voorafgegaan door koorts en griepachtige klachten. Stop
het gebruik van Pelgraz als u deze klachten ontwikkelt en neem onmiddellijk contact op met uw
arts of zoek medische hulp. Zie ook rubriek 2.

Het melden van bijwerkingen

Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.
5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit middel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos en op het
etiket van de spuit na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de
uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2 °C ­ 8 °C).
U mag Pelgraz maximaal (en eenmalig) 72 uur op kamertemperatuur houden (niet boven
25 °C ± 2 °C). Als u Pelgraz langer dan 72 uur op kamertemperatuur houdt, moet u het weggooien. U
kunt bij uw arts, verpleegkundige of apotheker terecht voor alle vragen over het bewaren.
Niet in de vriezer bewaren. Indien u Pelgraz per ongeluk (eenmalig) minder dan 24 uur laat bevriezen,
heeft dat geen negatieve gevolgen voor de stabiliteit van Pelgraz.
De voorgevulde spuit in de verpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Gebruik dit middel niet als u merkt dat de vloeistof troebel is of deeltjes bevat.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?

-
De werkzame stof in dit middel is pegfilgrastim. Elke voorgevulde spuit bevat 6 mg
pegfilgrastim in 0,6 ml oplossing.
-
De andere stoffen in dit middel zijn natriumacetaat, sorbitol (E420), polysorbaat 20 en water
voor injecties. (Zie rubriek 2.)

Hoe ziet Pelgraz eruit en hoeveel zit er in een verpakking?

Pelgraz is een heldere, kleurloze oplossing voor injectie in voorgevulde spuit met een injectienaald.
Elke voorgevulde spuit bevat 0,6 ml oplossing.
Pelgraz is verkrijgbaar in verpakkingen met 1 voorgevulde spuit, met een daarop bevestigde naalddop
in een individuele blisterverpakking met één alcoholdoekje.

Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Accord Healthcare S.L.U.
World Trade Center, Moll de Barcelona, s/n,
Edifici Est 6ª planta,
08039 Barcelona,
Spanje

Fabrikant
Accord Healthcare Limited
North Harrow,
Middlesex HA1 4HF
Verenigd Koninkrijk
Accord Healthcare Polska Sp.z o.o.,
ul. Lutomierska 50,95-200 Pabianice, Polen
Accord Healthcare B.V.,
Winthontlaan 200,
3526 KV Utrecht,
Nederland
Neem voor alle informatie met betrekking tot dit geneesmiddel contact op met de lokale
vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen.
AT / BE / BG / CY / CZ / DE / DK / EE / EL / FI / FR / HR / HU / IS / LT / LV / LX/ MT / NL / NO /
PT / PL / RO / SE / SI / SK / UK(NI) / ES
Accord Healthcare S.L.U.
Tel: +34 93 301 00 64
IT
Accord Healthcare Limited
Tel: +39 02 94323700

Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}

Andere informatiebronnen

Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


De volgende informatie is alleen bestemd voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg:
Pelgraz bevat geen conserveringsmiddelen. Vanwege het mogelijke risico op microbiële vervuiling
zijn Pelgraz injectiespuiten slechts voor eenmalig gebruik.
Niet in de vriezer bewaren. Eenmalige accidentele blootstelling aan temperaturen onder het vriespunt
gedurende minder dan 24 uur, heeft geen negatieve invloed op de stabiliteit van Pelgraz. Bij
blootstelling langer dan 24 uur of als Pelgraz vaker dan één keer is bevroren, mag Pelgraz NIET
worden gebruikt.
Om de traceerbaarheid van granulocyt-koloniestimulerende factoren te verbeteren, dient de naam van
het product (Pelgraz) en het partijnummer van het toegediende product duidelijk te worden
opgenomen in het patiëntendossier.
Gebruik van de voorgevulde spuit met naaldhoes
De naaldhoes bedekt de naald na injectie ter voorkoming van prikaccidenten. Dit heeft geen invloed
op de normale werking van de spuit. Druk de zuiger langzaam en gelijkmatig in tot de hele dosis is
toegediend en de zuiger niet verder kan worden ingedrukt. Houd de zuiger ingedrukt terwijl u de spuit
uit de patiënt verwijdert. Zodra u de zuiger loslaat, zal de naaldhoes de naald bedekken.
Afvoeren
voorschriften.




















Bijsluiter: informatie voor de gebruiker

Pelgraz 6 mg oplossing voor injectie in voorgevulde injector
pegfilgrastim
Dit geneesmiddel is onderworpen aan aanvullende monitoring. Daardoor kan snel nieuwe
veiligheidsinformatie worden vastgesteld. U kunt hieraan bijdragen door melding te maken van alle
bijwerkingen die u eventueel zou ervaren. Aan het einde van rubriek 4 leest u hoe u dat kunt doen.

Lees goed de hele bijsluiter voordat u dit geneesmiddel gaat gebruiken want er staat belangrijke

informatie in voor u.
-
Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig.
-
Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.
-
Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan
schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u.
-
Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die
niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige.

Inhoud van deze bijsluiter

1.
Wat is Pelgraz en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
4.
Mogelijke bijwerkingen
5.
Hoe bewaart u dit middel?
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie
1.
Wat is Pelgraz en waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Pelgraz bevat de werkzame stof pegfilgrastim. Pegfilgrastim is een eiwit dat door middel van
biotechnologie geproduceerd wordt in bacteriën genaamd E. coli. Het behoort tot een groep eiwitten
die 'cytokinen' genoemd worden en het lijkt sterk op een natuurlijk eiwit
(granulocytkoloniestimulerende factor) dat door uw eigen lichaam wordt gemaakt.
Pelgraz wordt gebruikt om de duur van neutropenie (laag aantal witte bloedcellen) en het optreden van
febriele neutropenie (laag aantal witte bloedcellen gepaard gaande met koorts) te verminderen. Deze
kunnen veroorzaakt worden door het gebruik van cytotoxische chemotherapie (geneesmiddelen die
snel groeiende cellen vernietigen). De witte bloedcellen zijn belangrijk, omdat zij uw lichaam helpen
infecties te bestrijden. Deze cellen zijn zeer gevoelig voor de effecten van chemotherapie waardoor het
aantal van deze cellen in uw lichaam kan verminderen. Indien het aantal witte bloedcellen daalt tot een
laag niveau kan het zijn dat er niet meer genoeg in uw lichaam zijn om bacteriën te bestrijden en loopt
u een groter risico op infecties.
Uw arts heeft u Pelgraz voorgeschreven om uw beenmerg (het deel van het bot dat bloedcellen
aanmaakt) te stimuleren om meer witte bloedcellen aan te maken die uw lichaam helpen om infecties
te bestrijden.
2.
Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn?

Wanneer mag u dit middel niet gebruiken?


U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in
rubriek 6. Of u bent allergisch voor pelgrastim.


Neem contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige voordat u dit middel gebruikt als u:
een allergische reactie heeft, waaronder zwakte, daling van de bloeddruk, bemoeilijkte
ademhaling, opgezwollen gezicht (anafylaxie), roodheid en blozen, huiduitslag en jeukende
huidgebieden.
allergisch bent voor latex. De naalddop van de voorgevulde injector bevat een derivaat van latex
en kan ernstige allergische reacties veroorzaken.
hoest, koorts heeft en moeite heeft met ademhalen. Dit kan een symptoom zijn van ` acute
respiratory distress'-syndroom (ARDS).
een van de volgende bijwerkingen of een combinatie daarvan heeft:
zwelling of opgeblazenheid, wat in verband kan staan met minder vaak plassen, moeite met
ademhalen, zwelling van de buik en een vol gevoel, en een algemeen gevoel van vermoeidheid.
Dit kunnen symptomen zijn van een aandoening genaamd 'capillair-lek-syndroom' waarbij
bloed uit de kleine bloedvaten in uw lichaam lekt. Zie rubriek 4.
pijn krijgt linksboven in de buik of in de punt van uw schouder. Dit kan een aanwijzing zijn van
een probleem met uw milt (splenomegalie).
onlangs een ernstige longinfectie (pneumonie), vocht in de longen (longoedeem), ontsteking van
de longen (longfibrose) of een afwijkende uitslag op een röntgenfoto van de borstkas
(longinfiltraat) heeft gehad.
op de hoogte bent van veranderingen in uw bloedbeeld (bijvoorbeeld een verhoogd aantal witte
bloedcellen of anemie) of een verlaagd aantal bloedplaatjes, waardoor uw bloed minder
gemakkelijk stolt (trombocytopenie). Uw arts wil u mogelijk intensiever in de gaten houden.
sikkelcelziekte heeft. Uw arts wil uw aandoening mogelijk intensiever in de gaten houden.
als u borst- of longkanker heeft. In combinatie met chemotherapie en/of radiotherapie kan
Pelgraz uw risico verhogen op een precancereuze bloedaandoening die myelodysplastisch
syndroom (MDS) wordt genoemd of op een bloedkanker die acute myeloïde leukemie (AML)
wordt genoemd. Symptomen hiervan zijn onder andere vermoeidheid, koorts en gemakkelijk
blauwe plekken of bloedingen krijgen.
plotselinge symptomen van allergie heeft, zoals uitslag, jeuk of huiduitslag met hevige jeuk en
vorming van bultjes (galbulten) op de huid (netelroos), zwelling van het gezicht, de lippen, de
tong of andere delen van het lichaam, kortademigheid, piepende ademhaling of moeite met
ademhalen. Dit kunnen verschijnselen zijn van een ernstige allergische reactie.
Aangezien Pelgraz de kleine filters in uw nieren kan beschadigen (glomerulonefritis), zal uw arts uw
bloed en urine regelmatig controleren.
Ernstige huidreacties (Stevens-Johnson-syndroom) zijn gemeld in combinatie met het gebruik van
Pelgraz. Stop het gebruik van Pelgraz en zoek onmiddellijk medische hulp als u klachten opmerkt
zoals beschreven in rubriek 4.
Spreek met uw arts over uw risico's om vormen van bloedkanker te ontwikkelen. Als u een vorm van
bloedkanker ontwikkelt of een groot risico loopt een vorm van bloedkanker te ontwikkelen, mag u
Pelgraz niet gebruiken, tenzij uw arts u dat voorschrijft.
Als u symptomen heeft van ontsteking van de aorta (het grote bloedvat dat bloed van het hart naar het
lichaam voert), dit is zelden gemeld bij kankerpatiënten en gezonde donoren. De symptomen kunnen
koorts, buikpijn, algemeen onwel, ziek voelen (malaise), rugpijn en meer ontstekingsmarkers
omvatten. Vertel het uw arts als u deze symptomen krijgt.

Verlies van een behandelingseffect met pegfilgrastim
Als u het verlies van een behandelingseffect, of het onvermogen om een behandelingseffect met
pegfilgrastim te behouden ervaart, zal uw arts de redenen hiervoor onderzoeken, bijvoorbeeld of u
antilichamen heeft ontwikkeld die de activiteit van pegfilgrastim neutraliseren.

De veiligheid en werkzaamheid van Pelgraz bij kinderen zijn nog niet vastgesteld. Vraag uw arts of
apotheker om advies voordat u geneesmiddelen inneemt.

Gebruikt u nog andere geneesmiddelen?


Gebruikt u naast Pelgraz nog andere geneesmiddelen, of heeft u dat kortgeleden gedaan of bestaat de
mogelijkheid dat u in de nabije toekomst andere geneesmiddelen gaat gebruiken? Vertel dat dan uw
arts of apotheker.

Zwangerschap en borstvoeding

Vraag uw arts of apotheker om advies voordat u een geneesmiddel gebruikt. Pelgraz is niet getest bij
zwangere vrouwen. Het is belangrijk dat u uw arts op de hoogte brengt als u:
zwanger bent;
denkt dat u zwanger bent; of
van plan bent om zwanger te worden.
Als u tijdens behandeling met Pelgraz zwanger wordt, vertel dat dan aan uw arts.
Tenzij uw arts u een andere instructie geeft, moet u stoppen met borstvoeding als u Pelgraz gebruikt.

Rijvaardigheid en het gebruik van machines

Pelgraz heeft geen of een verwaarloosbare invloed op de rijvaardigheid of het vermogen om machines
te bedienen.

Pelgraz bevat sorbitol (E420) en natrium
Dit middel bevat 30 mg sorbitol per voorgevulde injector, overeenkomend met 50 mg/ml.
Dit middel bevat minder dan 1 mmol natrium (23 mg) per dosis van 6 mg, d.w.z. dat het in wezen
`natriumvrij' is.
3.
Hoe gebruikt u dit middel?
Pelgraz is bestemd voor gebruik bij volwassen van 18 jaar en ouder.
Gebruik dit middel altijd precies zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. Twijfelt u over het
juiste gebruik? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. De aanbevolen dosering is één
subcutane injectie (injectie onder de huid) met een voorgevulde injector van 6 mg toegediend ten
minste 24 uur na de laatste dosis chemotherapie aan het einde van elke chemotherapiecyclus.
U mag Pelgraz niet hard schudden, want dan kan het minder werkzaam worden.

Zelf Pelgraz toedienen

Uw arts kan beslissen dat het voor u handiger is als u Pelgraz zelf injecteert. Uw arts of
verpleegkundige zal u tonen hoe u zichzelf kunt injecteren. Probeer niet uzelf te injecteren, tenzij u
speciale training hebt gehad van uw arts of verpleegkundige.
Informatie over hoe u uzelf kunt injecteren wordt hieronder gegeven, maar uw ziekte kan alleen goed
worden behandeld in nauwe en voortdurende samenwerking met uw arts.


Als u niet zeker weet hoe u uzelf moet injecteren of als u vragen heeft, vraag dan uw arts of
verpleegkundige om hulp.

Hoe injecteer ik Pelgraz zelf?
U moet uzelf een injectie geven in het weefsel net onder de huid. Dit wordt een subcutane of
onderhuidse injectie genoemd.

Apparatuur die u nodig heeft
Om uzelf een onderhuidse injectie toe te dienen heeft u nodig:
een voorgevulde injector van Pelgraz en
alcoholdoekjes of iets vergelijkbaars.

Wat moet ik doen voordat ik mezelf een onderhuidse injectie met Pelgraz toedien?
1.
Haal de voorgevulde injector uit de koelkast.
2.
Controleer de uiterste houdbaarheidsdatum op het etiket op de voorgevulde injector (EXP).
Gebruik de injector niet als de laatste dag van de maand op het etiket verstreken is, of als de
injector langer dan 72 uur buiten de koelkast heeft gelegen of tekenen van bederf vertoont.
3.
Kijk hoe de injector met Pelgraz eruitziet. Het moet een heldere, kleurloze vloeistof zijn. Als er
zichtbare deeltjes in zitten, mag u de injector niet gebruiken.
4.
Om de injectie wat comfortabeler te maken, kunt u de voorgevulde injector 30 minuten op
kamertemperatuur laten liggen of hem een paar minuten voorzichtig in uw hand houden. Warm
Pelgraz op geen enkele andere manier op (warm de injector bijvoorbeeld niet op in de
magnetron of in warm water).
5.
Was uw handen grondig.
6.
Kies een comfortabel, goed verlicht oppervlak en plaats alle benodigdheden binnen handbereik
(de voorgevulde injector met Pelgraz en het alcoholdoekje).

Hoe bereid ik mijn Pelgraz-injectie voor?
Voordat u Pelgraz injecteert, moet u het volgende doen:
Kies een schone, goed verlichte plek om uw geneesmiddel toe te dienen.
Controleer de uiterste houdbaarheidsdatum op de verpakking. Gebruik de injector niet als de
uiterste houdbaarheidsdatum verstreken is.
Pak een alcoholdoekje en een naaldencontainer.

V

oorbereiding
Was uw handen met zeep en warm, stromend water.

Kies de injectieplaats (de onderbuik of de dij als de patiënt zichzelf
inspuit. Daarnaast kan de achterkant van de arm worden gebruikt
als een medische zorgverlener of verzorger de patiënt helpt)
Maak de injectieplaats schoon: gebruik een alcoholdoekje om de plek
schoon te vegen en laat de plek aan de lucht drogen.



1.
Vóór de injectie


Inspecteer de injectievloeistof door het venster. Controleer of de
vloeistof verkleurd of troebel is en of deze grote deeltjes bevat.

Verwijder de onderste dop: dit doet u door te draaien en te trekken.
Houd uw handen uit de buurt van de naaldhoes nadat u deze
verwijderd hebt. Doe de onderste dop er niet opnieuw op, maar
gooi die onmiddellijk weg. Injecteer de vloeistof niet als u de
voorgevulde injector hebt laten vallen nadat u de dop verwijderd
hebt.
Injecteer de vloeistof binnen vijf minuten nadat u de onderste dop
verwijderd hebt.
2.
Injectie

Zet de injector recht op uw huid (in een hoek van ongeveer 90
graden).


Duw het handvat naar beneden: terwijl u duwt, wordt het medicijn
geïnjecteerd. Duw met een snelheid die comfortabel is voor u.
Til het apparaat tijdens de injectie niet van de huid.



De injectie is voltooid als het handvat zo ver mogelijk ingedrukt is.
Dan hoort u een klik en is de oranje buis niet langer zichtbaar.

Trek de injector recht omhoog: de gele band geeft aan dat de
naaldhoes vastzit.


3.

Verwijdering

Verwijdering van de Pelgraz voorgevulde injector: plaats de
injector in een goedgekeurde naaldencontainer. De wetgeving
daarvoor kan per geografisch gebied verschillen. Vraag uw arts
of apotheker om informatie over de juiste
verwijderingsmaatregelen. Gooi de injector niet in de vuilnisbak.
Vergeet niet:
Mocht u problemen hebben, aarzel dan niet om hulp of advies te vragen aan uw arts of
verpleegkundige.

Heeft u te veel van dit middel gebruikt?
Als u meer Pelgraz heeft gebruikt dan u zou mogen, dient u contact op te nemen met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.

Bent u vergeten dit middel te gebruiken?
Als u zichzelf injecteert en uw dosis Pelgraz bent vergeten, dient u contact op te nemen met uw arts
om te overleggen wanneer u de volgende dosis dient te injecteren.

Als u stopt met het gebruik van dit middel
Uw arts zal u vertellen wanneer u moet stoppen met het gebruik van Pelgraz. Het is heel normaal om
meerdere behandelingskuren met Pelgraz te krijgen.
Heeft u nog andere vragen over het gebruik van dit geneesmiddel? Neem dan contact op met uw arts,
apotheker of verpleegkundige.
4.
Mogelijke bijwerkingen
daarmee te maken.
Vertel het uw arts onmiddellijk als u last heeft van één of meerdere van de volgende bijwerkingen:
·
zwelling of opgeblazenheid, wat in verband kan staan met minder vaak plassen, moeite met
ademhalen, zwelling van de buik en een vol gevoel en een algemeen gevoel van vermoeidheid.
Deze symptomen treden over het algemeen snel op.
Dit kunnen symptomen zijn van een soms voorkomende (komen voor bij minder dan 1 op de 100
gebruikers) aandoening genaamd "capillair-lek-syndroom" waarbij bloed uit de kleine bloedvaten in
uw lichaam lekt. Het capillair-lek-syndroom vereist onmiddellijke medische hulp.

Zeer vaak voorkomende bijwerkingen (komen voor bij meer dan 1 op de 10 gebruikers):
botpijn. Uw arts zal u zeggen wat u kunt nemen om de botpijn te verlichten.
misselijkheid en hoofdpijn.

Vaak voorkomende bijwerkingen (komen voor bij minder dan 1 op de 10 gebruikers):
pijn op de injectieplaats.
pijn in het hele lichaam en pijn in de gewrichten en spieren.
pijn op de borst die niet het gevolg is van een hartziekte of een hartaanval.
er kunnen veranderingen voorkomen in uw bloedbeeld, maar die worden gezien bij routinematig
bloedonderzoek. Het aantal witte bloedcellen kan voor een korte tijd hoog worden. Het aantal
bloedplaatjes kan dalen en dit kan resulteren in bloeduitstortingen.

Soms voorkomende bijwerkingen (komen voor bij minder dan 1 op de 100 gebruikers):
allergie-achtige reacties, waaronder roodheid en blozen, huiduitslag en jeukende verheven
huidgebieden.
ernstige allergische reacties, waaronder anafylaxie (zwakte, daling van de bloeddruk,
bemoeilijkte ademhaling, opgezet gezicht).
miltvergroting.
miltruptuur. Sommige gevallen van miltruptuur waren fataal. Het is belangrijk dat u
onmiddellijk contact opneemt met uw arts wanneer u pijn voelt in de linker bovenbuik of linker
schouder, omdat dit kan verwijzen naar een probleem met uw milt.
ademhalingsproblemen. Informeer uw arts indien u hoest, koorts en ademhalingsmoeilijkheden
heeft.
Sweetsyndroom (paars gekleurde, gezwollen, pijnlijke afwijkingen aan de ledematen en soms
het gezicht en de nek-hals met koorts) is voorgevallen, maar andere factoren kunnen een rol
spelen.
cutane vasculitis (ontsteking van de bloedvaten in de huid).
schade aan de kleine filters in uw nieren (glomerulonefritis).
roodheid op de injectieplaats.
abnormale resultaten van een bloedtest (lactaatdehydrogenase, urinezuur en alkalische
fosfatase).
abnormale resultaten van een bloedtest om te kijken hoe goed uw lever werkt (alanine-
aminotransferase en aspartaat-aminotransferase).
bloed ophoesten (hemoptoë)
bloedaandoeningen (myelodysplastisch syndroom [MDS] of acute myeloïde leukemie [AML]).

Zelden voorkomende bijwerkingen (komen voor bij minder dan 1 op de 1000 gebruikers):
ontsteking van de aorta (het grote bloedvat dat bloed van het hart naar het lichaam voert), zie
rubriek 2.
bloeding van de longen (longbloeding)
het Stevens-Johnson-syndroom, dat kan optreden als rode schietschijfachtige of ringvormige
plekken, vaak met blaren op de romp, loslating van de huid, zweren in de mond, keel, neus,
geslachtsdelen en ogen, en kan worden voorafgegaan door koorts en griepachtige klachten. Stop
het gebruik van Pelgraz als u deze klachten ontwikkelt en neem onmiddellijk contact op met uw
arts of zoek medische hulp. Zie ook rubriek 2.

Het melden van bijwerkingen

Krijgt u last van bijwerkingen, neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. Dit
geldt ook voor mogelijke bijwerkingen die niet in deze bijsluiter staan. U kunt bijwerkingen ook
rechtstreeks melden via het nationale meldsysteem zoals vermeld in aanhangsel V. Door bijwerkingen
te melden, kunt u ons helpen meer informatie te verkrijgen over de veiligheid van dit geneesmiddel.

5.
Hoe bewaart u dit middel?
Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.
Gebruik dit middel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op de doos en op het
etiket van de voorgevulde injector na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die
maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.
Bewaren in de koelkast (2 °C ­ 8 °C).
U mag Pelgraz maximaal (en eenmalig) 72 uur op kamertemperatuur houden (niet boven
25 °C ± 2 °C). Als u Pelgraz langer dan 72 uur op kamertemperatuur houdt, moet u het weggooien. U
kunt bij uw arts, verpleegkundige of apotheker terecht voor alle vragen over het bewaren.
Niet in de vriezer bewaren. Indien u Pelgraz per ongeluk (eenmalig) minder dan 24 uur laat bevriezen,
heeft dat geen negatieve gevolgen voor de stabiliteit van Pelgraz.
De voorgevulde injector in de verpakking bewaren ter bescherming tegen licht.
Gebruik dit middel niet als u merkt dat de vloeistof troebel is of deeltjes bevat.
Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of de WC en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw
apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een
verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.
6.
Inhoud van de verpakking en overige informatie

Welke stoffen zitten er in dit middel?

-
De werkzame stof in dit middel is pegfilgrastim. Elke voorgevulde injector bevat 6 mg
pegfilgrastim in 0,6 ml oplossing.
-
De andere stoffen in dit middel zijn natriumacetaat, sorbitol (E420), polysorbaat 20 en water
voor injecties. (Zie rubriek 2.)

Hoe ziet Pelgraz eruit en hoeveel zit er in een verpakking?

Pelgraz is een heldere, kleurloze oplossing voor injectie in voorgevulde injector met een injectienaald.
Elke voorgevulde injector bevat 0,6 ml oplossing.
Pelgraz is verkrijgbaar in een verpakking met 1 voorgevulde injector in een doosje met één
alcoholdoekje.

Houder van de vergunning voor het in de handel brengen en fabrikant
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Accord Healthcare S.L.U.
World Trade Center, Moll de Barcelona, s/n,
08039 Barcelona,
Spanje

Fabrikant
Accord Healthcare Limited
Sage House, 319 Pinner Road
North Harrow,
Middlesex HA1 4HF
Verenigd Koninkrijk
Accord Healthcare Polska Sp.z o.o.,
ul. Lutomierska 50,95-200 Pabianice, Polen
Accord Healthcare B.V.,
Winthontlaan 200,
3526 KV Utrecht,
Nederland
Neem voor alle informatie met betrekking tot dit geneesmiddel contact op met de lokale
vertegenwoordiger van de houder van de vergunning voor het in de handel brengen.
AT / BE / BG / CY / CZ / DE / DK / EE / EL / FI / FR / HR / HU / IS / LT / LV / LX/ MT / NL / NO /
PT / PL / RO / SE / SI / SK / UK(NI) / ES
Accord Healthcare S.L.U.
IT
Tel: +34 93 301 00 64
Accord Healthcare Limited
Tel: +39 02 94323700

Deze bijsluiter is voor het laatst goedgekeurd in {MM/JJJJ}

Andere informatiebronnen

Meer informatie over dit geneesmiddel is beschikbaar op de website van het Europees
Geneesmiddelenbureau (http://www.ema.europa.eu).

---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


De volgende informatie is alleen bestemd voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg:
Pelgraz bevat geen conserveringsmiddelen. Vanwege het mogelijke risico op microbiële vervuiling
zijn Pelgraz voorgevulde injectoren slechts voor eenmalig gebruik.
Niet in de vriezer bewaren. Eenmalige accidentele blootstelling aan temperaturen onder het vriespunt
gedurende minder dan 24 uur, heeft geen negatieve invloed op de stabiliteit van Pelgraz. Bij
blootstelling langer dan 24 uur of als Pelgraz vaker dan één keer is bevroren, mag Pelgraz NIET
worden gebruikt.
Om de traceerbaarheid van granulocyt-koloniestimulerende factoren te verbeteren, dient de naam van
het product (Pelgraz) en het partijnummer van het toegediende product duidelijk te worden
opgenomen in het patiëntendossier.
Afvoeren
Al het ongebruikte geneesmiddel of afvalmateriaal dient te worden vernietigd overeenkomstig lokale
voorschriften.

Heb je dit medicijn gebruikt? Pelgraz 6 mg te vormen.

Je ervaring helpt anderen een beeld over het gebruik van Pelgraz 6 mg te vormen.

Deel als eerste jouw ervaring over Pelgraz 6 mg

Opgepast

  • Gebruik geen geneesmiddelen zonder het advies van je geneesheer
  • Vertrouw enkel de bijsluiter die meegeleverd werd met je geneesmiddel
  • Gebruik geen geneesmiddelen waarvan de houdbaarheidsdatum verstreken is
  • Bijsluiters zijn aangeleverd door het FAGG
  • FAGG